Bistribstie van Petroleum. KOPER. i I i I uitnoodiging! I I i I i L J ii i POLITIEKE LEZING, ij Productie-prijs Melk. Verbod verkoop en aflevering Verstrekking van Melk. Kieskring Haarlem. Regeeringsschoenen 1041 P. W. TWEEHUiJSEN, BUITENLAND FEUILLETON BESPROKEN PLAATS WüffiAMiSAG 28 JfoMU&Rl 1913 42STE JAARGANG 9585 DE AB0SSHEKEHTSPBU8 BEDRAAGT VOO» HAARLEM EN ASESTSCHAPPEN: PER KWARTAAL f 1,05; PER WEEK 15 CENTS; FRANCS PER P08T PER KWARTAAL f 2,20 Alle betalende abonnés op dit Blad, li» voor t I 400 bij overlijden, j polissen vermeld, tegen'^ongelukkenverzekerd f 500 bij levenslange ongeschiktheid tot werKen, t «uO bij overlijden. 2SÖ b.j verlies van hand^ voet of oog, ISO bij verlies van een duim, I 60 bij verlies van een wijsvingerf 13 bij verlies van eiken anderen vinger, 35 by breuk van boven „/of onder arm en breuk van boven en/of onder been. De uitkeering dezer bedragen wordt gegaran deerd door de „Hollandsche Algemeene Verzekerings bank-" te Schiedam. (De vóór 1 October 1911 uit gegeven polissen zijn niet geldig.) De Gemeentebesturen van HAARLEM, BEN- NEBROEK, BLOEMENDAAL, HEEMSTEDE en SCHOTEN maken bekend, dat ingevolge het bepaalde bij artikel 1 en 3 van de Ministriëele beschikking d.d. 29 September 1917 No. 751, regelende de petroleum-disiributie, met ingang van 1 Februari 1918 op bon 8 wederom 2 liter petroleum verkrijgbaar wordt gesteld. Deze bon is geldig tot en met 15 Februari 1918. 1744 De Directeur van het Gemeentelijk Levensmid delenbureau brengt ter kennis van den MELK HANDEL, dat door den Minister van L., N. en H. de maximumprijs van m_lk geleverd aan te Haarlem gevestigde melkinrichtingen en melk- slijlers is vastgesteld op f 14.50 per 100 L. afgehaald aan boerderij of zuivelfabriek, terwijl voor rijloon ten hoogste 1.25 per 100 L. in rekening mag worden gebracht. De Directeur voornoemd, 1743 F. DE JONGE. De Gemeentebesturen van HAARLEM, BEN- NEBROEK, BLOEMENDAAL, HEEMSTEDE en SCHOTEN maken bekend, dat door den Mi nister van L-, N. en H. is. bepaald 1. het vervoer uit eenig deel eener Gemeente naar alle overige deelen des Rijks, hetzij in of buiien die Gemeente gelegen, en de verkoop en aflevering zijn verboden van oud rood koper in alie soorten oud brons in alle soorten oud geel koper in alle soorten benevens draaisel, snippers en ander afval van nieuw rood koper, brons en geel koper; 2. het vervoer uit eenig deel eener Gemeente naar alle overige deelen des Rijks, hetzij in of buiten die Gemeente gelegen en de verkoop en aflevering zijn verboden van BLOKKEN EN STAVEN, verkregen door omsmelting van alle soorten oud rood koper, alle soorten oud brons, alle soorten oud geel koper of vap draaisel, snippers en ander afval van nieuw rood koper, brons en geel koper; 3. de verbodsbepalingen sub 1 en 2 gesteld zijn niet van toepassing op hoeveelheden van ten hoogste 15 K.G. voor zoover het vervoer en de aflevering plaats vinden naar opslagplaat sen van kleinhandelaren en tusschenhandela- ren in oude metalen; 4. van de verbodsbepalingen sub 1. en 2. gesteld kan zoo noodig onder daarbij te stellen voor waarden, ontheffing worden verleend door het Rijksbureau voor koper, Buienhof 8, YGra- venhage; 5. vast te stéllen de volgende maximumprijzen: oud rood koper 3.50 per K.O. oud brons in soorten „3.00 oud geel koper (messing) geslagen of licht 2.00 w oud geel koper (messing) gegoten of zwaar2.50 af plaats van levering. 1744 De Geneeskundige Commissie voor de Distri butie bericht. dat de toewijzing van melk, voor zieken en zwakken, zoowel goedkoop als tegen maximum-prijs zal worden herzien. De Commissie zal daarvoor zitting houden in het Gemeentelijk Levensmiddelenbureau voer hen die in het bezit zijn van een bonb'lad: No. 4501 tot 4851 a.s. Donderdagavond HALF ACHT No. 4651 4801 a.s. Donderdagavond HALF NEGEN No. 4801 4901 a.s. Zaterdagavond HALF ACHT No. 4901 5000 a.s. Zaterdagavond ACHT UUR Alleen in hoogst noodzakelijke gevallen kan melk beschikbaar worden gesteld. De bonbladen, uitgegeven voor de maand Ja nuari, moeten worden medegebracht. Aanvragen welke niet op bovenstaande data voor herzie- nnig aan de Commissie worden aangeboden, vervallen. 1743 Een veelbesproken kieskring in den lande, wel ke reeds een jaar geleden zijn concept-statuten voorbereidde, en eenige maanden later tot defini tieve constitutie wilde overgaan en trots alles toch nog steeds het eerst de koe bij de horens vat en nimmer schroomt voor initiatief. Zijn statuten zijn gehavend uit de debatten te voorschijn gekomen, de eerste opzet, vooral van art. 10 (candidaatsteiling) in verband met de reglementen der Provinciale Kieskringen zal achteraf de beste, althans beter blijken. In Haarlem's Kieskring werd de eerste Katho lieke groslijst in den lande gevormd. In een vrijheid, welke aan wildheid grenst, hebben de locale kiesvereenigingen hare candidaten voorge dragen en prijken een kwart honderd namen op de voorloopige lijst. De zelfbeperking van groote localen, die het eerste spraken, heeft niet kunnen voorkomen, dat andere zusters vier, vijf, ja tot tien candidaten stelden. Een kleine honderd can didaten werden gesteld, terug te brengen tot ruim 25 verschillende personen. Waar de locale kiesvereenigingen een getal van 35 bereiken, kan het resultaat bij deze eerste proefneming, ons niet verwonderen. De volledige uitslag zal weldra bekend ge maakt worden. Uiteraard onthouden wij ons van eenige waar deering over dit voorbereidende werk, de tijd daartoe is nog niet gekomen, doch reeds kan worden vastgesteld dat de taak van het Centraal Bestuur buitenmate moeilijk zal zijn. Evenwel, moeilijkheden zijn er om ze te overwinnen en zij zullen overwonnen worden mitselke man in den kieskring Haarlem zijn plicht doet, dat is, steeds zakelijk blijve en het landsbelang verblnde met de grootheid der R--K. Staatspartij. Doch reeds kan één verblijdende zekerheid ge noemd worden: Het georganiseerde R.-K. kie zersvolk zal eensgezind medewerken tot de katho lieke lijstformatie en in den Rijkskieskring Haar lem zal zonder twijfel voldaan worden aan het te Utrecht op 9 Juni 1917 gegeven bevel: „Eén katholieke lijst in één kieskring". Wilde of onafhankelijke kath. lijsten zullen ons vreemd zijn. En opdat het georganiseerde kie zersvolk zooveel mogelijk den wil van de kath. massa zal uitbeelden, roepen wij onze broeders nog eenmaal toe: Alle man lid van de R.-K. Kiesvereeniging! Woensdag a.s. opent katholiek Haarlem de campagne 1918. Al wat Roomsch is in onze strijdlustige stad zal naar de „St Bavo" komen om onzen pat?r Borromaeus de Greeve te hooren. De groote zaal zal te klein blijken. De oude geest zal over ons vaardig worden onder de nieuwe toestanden. Wij stellen de siad ten voorbeeld aan heel den. Kieskring, van Laren tot Wijk aan Zee, van Aalsmeer tot Zandvoort: de tijd der actie is aangebroken. Zelfs a'- is het voorbereidende werk nog niet geheel voleindwij kunnen niet langer wachten, de Propaganda kome aan het woord, de Propaganda voor onze kath. lijst, zelfs al weten wij nog niet geheel, hoe deze er uit zal zien. Des te principiëeler. Men zij voorzichtig in de keuze der sprekers voor de volksvergaderingen I Wij doelen hier nog niet zoozeer op hun goeden wil als wel op hun kennis. Geen stakkerige voor lichting 1 Ondertusschen zal het Centraal Bestuur hand aan hand met de vertrouwensmannen der Pro vinciale kieskringen vele raadse's moeten oplos sen. Men hebbe vertrouwen in deze besluiten. De tijd van polemiek is voorbij. Elke locale kan haar menschen op de Algemeene Vergadering naar voren brengen en op de meerderheid inwer ken Wat beslist wordt, dat is beslist. De voile vrijheid van begin tot eind klemme tot tevreden heid en genoorzaamheid, niet tot losbandigheid. Dat ondertusschen steden en platteland hunne kiesvereenigingen versterken. Dat ook het ver trouwen der kiezers In hunne locale besturen be stendigd blijve of groeie. want deze besturen zullen een taak te vervullen krijgen. De tijd van leiding is aangebroken. In volledige anarchie kan geen machtige partij gedijen. Éénheid vóór alles. Wij verzoeken de locale nestuurderen en aangewezen afgevaardigden over den toestanc van heden en de groslijst-samenstelling hunne gedachten te laten gaan, opdat zij beslagen ten ijs komen. Wij verzoeken hen, als de dag der algemeene kieskringvergadéring daar is, in groofen getale te verschijnen. De besluiten dier vergadering, gehoord de adviezen van het Cen traal Bestuur, zullen ons wetboek vormen. Geene partij dan alleenlijk de Roomsch-Ka- tholieke (ook niet de S.D.A.P.) heeft het aange durfd de kiezers in volle Vrijheid over hun afge vaardigden te doen besluiten van het begin tot het einde. Laten wij ons dit machtig blijk van vertrouwen waardig toonen en in al onze beslui ten, woorden en daden geleid worden door de liefde voor de katholieke zaak, welke door geen personenstrijd noch vermeende achteruitstelling kan verbrokkeld worden. Indien wij daartoe moe ten offeren, zullen wij offeren. Er zal geofferc moeten worden waar wellicht twintig candi daten moeten afvallen. Zoowel door die can didaten zelf als door de kiezers, die hen op de groslijst brachten. De veeiheid zij ons niet ten vloek maar ten zegen, als de éénheid daardoor sterker wordt saamgeperst. i De vóórstrijd is voor ons de zwaarste. Wanneer straks de eindstrijd begint tegen neutraal, liberaal en socially, zal Katholiek Groot-Haarlem machtig klauwen en slaan als de leeuw, die sinds jaren zeker is van de overwin ning. Dan zal Katholiek Haarlemmermeer het eenige katholieke district der beide Hollanden den nieuwen strijd aangaan op oude wijze, thans gesteund door Kennemer- m Amstelland, door Haarlem en het Gooi. Wij zullen de sterkste blijken van alle partijen. En medezwoegen met de drie groote steden van Holland, met de kieskringen, onze platte landsbroeders, van Helder, Dordt en Leiden, om te geraken tot het ongekende: tien Kath. Hol!an ders He Kamerleden! En geheel onze partijNaar de dertig! Mr. BOMANS ft Spionnage en Contra-Spionnage. Er js een spionnage tusschen oorlogvoerenden, waarvoor men eerbied kan hebben. De officier, die, vermomd, het vijandelijke land binnendringt en de stellingen des vijands onder duizenderlei moeilijkheden tracht waar te nemen, kan een held zijn. Maar er is ook een spionnage in vredestijd, die tot de meest verwerpelijke middelen behoort en een der ongezondste uitwassen is der heden- daagsche diplomatie. De moreele afgrond, die zich opent bij een schouwen in de diepten dezer spionnagediensten, is huiveringwekkend. De „hoogere diplomatie", die aan de touwtjes trekt, staat langs vele afda lende trappen in verbinding met de diepst gezon ken individuen. Houders van verdachte huizen, vrouwelijke „artirien" van verdacht allooi, pu blieke vrouwen enz. enz. staan in dienst van deze spionnage, die voor geen middelen, tot zelfs moord en geweldpleging, terugdeinst, om liaar doel te bereiken. TOT BIJWONING VAN DE welke gehouden zal worden op Woensdag 30 Januari-a.s. des avonds 8 uur, in de groote zaal van het gebouw „ST. BAVO" Smedestraat. SPREKER: de Eerw. Pater BORROMAEUS DE GREEYE Toegang vrij voor Roomsch- Katholieke Dames en Hoeren. voor Schoten en Haarlem, Barieljorixetraat S7. TEL. 1770 HET BESTUUR DER R.-K. POL. PROPAO AN DA-CLUB Indien de strooming, welke aanstuwt naar vol ledige openbaarheid der internationale bespre kingen, alvast slagen kon in de uitroeiing van deze spionnage, die gewoonlijk in verband staat met de zoogenaamde „militaire attaché's" der gezantschappen, zou zij reeds iets zeer belang rijks hebben volbracht. Gemakkelijk zal dat echter niet gaan, wan deze moreele ontaarding der verspieding staat in nauw verband met het onderling wantrouwen der staten, dat weer een gevolg is van de gewel dige overspanning der staats- en nationaliteits idee onder den invloed der moderne pantheïs tische leer over wezen en doel van den Staat, Toch moet de strijd tegen deze abjectie worden aangebonden. Want steeds meer beginnen ook wij, Nederlanders, de gè/olgen van dit soort spionnage, waarvan wij overtuigd zijn, dat ze ook onder ons welig tiert, te ondervinden. Nog pas hebben we het geval medegemaakt der geheimzinnige verdwijning van Carl Minster. Dit geval is nu publiek geworden. Doch uit eenige gevangennemingen van Ne derlanders in Duitschland is ons van nabij ge bleken, dat in tal van andere gevallen tot zelfs het particuliere leven der enkelingen, wordt be spied. En hoezeer de verspieding reeds in den handel doordrong, bewijz'en de „zwarte lijsten" der oorlogvoerenden. Een ander sterk geval wordt nu door het Wolff-bureau te Berlijn aan de Fransche verspie ding ten laste gelegd. Wolff seint nl.: Volgens een bericht uit Genève is door den krijgsraad te Lyon de Nederlandscde onderdaan Otten, die onder merkwaardige omstandigheden m handen der Fransche grenspolitie gevallen is, ter dood veroordeeld en doodgeschoten. Otten is 3 Maart 1880 in Nederland als Nederlandsch onderdaan geboren; hij was koopman te Hamburg en reisde vaak naar Zwitserland. Zijn Nederlandsch staatsburger schap heeft hij niet verloren, en hij is nooit Duitscher geworden. De arrestatie van Otten door de Fransche grenspolitie had aldus plaats: op 1 Augus tus 1917 verdween Otten spoorloos uit Genève. Het bleek spoedig, uit nasporingen door zijn vrouw ingesteld, dat Otten op een m.rorboot, door Fransche politieambtenaren, tpef chloro form verdoofden bewusteloos door Fransche gendarmes in Heimoes, over de grens werd gebracht. Hij werd eerst in de gevangenis te Thonon, later in die te Lyon opgesloten. Thans is hij ter dood veroordeeld en gefu silleerd. Ofsdioon het bericht van een Fransch-vijan- dige zijde komt, zijn de bijzonderheden toch van dien aard, dat een onderzoek door onze diplo matieke vertegenwoordigers in Zwitserland en Frankrijk niet mag uitblijven. Ook Zwitserland zelf is hier in het geding. Een gezamenlijk optreden zou eventueel over wogen kunnen worden. Litusschen lijkt de voorbereiding van wetge vende maatregelen tegen welke spionnage hier te lande ook, een zaak van urgentie. Nou snap ik er toch werkelijk niets meer van! Heel de Nederlandsche Pers, en ook gij, amice hoo;dredadeur, blijkens uw Kameroverzicht van Zateraag IJ., kiest partij tegen de Snijgrocn- Maatschappij te Oouda, omdat ze f 180 per dag heeft weten los te krijgen voor het liefderijk ber oer gen van Belgische vluchtelingen. Nergens in de pers zag ik deze maatschappij en naren commissaris, den heer IJssel de Schep- P:.r', }'eraedigd, afgezien van een beschroomd siuk in de onbekende „Goudsche Courant". Ln ui de Tweede Kamer ging hel al evenzoo; nel eene lid schimpte al harder dan het andere op deze maatschappij. Hu vraag ik u toch, mijne heer en: waar blijft op deze manier de roem van onzen oud-Holland- schen handelsgeest? Waar blijft de onaantast bare waarheid van onze kem-Hollandscht spreekwoorden? Zeiden onze voorouders niet: Zaken zijn zaken." En is de Smjgroen-Maatschappij dan soms iets anders dan een paalt' die „als zaak moet behartigdworden? Luidde een ander onzer spreekwoorden niet: Zaken gaan voor het meisjeEn moeten we dan nu niet logisch besluiten: Zaken gaan voor de Belgen!" Neen, nogmaals ik begrijp er niets, niets van! Is dat nu een bewijs van onze hooggeroemde Hollandsche -nuchterheid Ik zeg u, mijnheer de hoofdredacteur: onze goede naam als nuchtere zakenmannen staat tegenover de geheele wereld op het spel. De heer Ruys moge zich in de T weede Kamer op het Zuiden beroepen hij een Zuiderling! Maar wij weten nu toch allemaal wel dat Brabant en Limburg het „donkere Ztuderi' vormen. Dal ze daar, bij menschen, die zich door een oogmblikkelijke opwelling laten beheersclien, kerkeh en andere gebouwen gratis aan de Belgen afstonden, is slechts een bewijs voor de achterlijk heid van de opvattingen dier beklagenswaardige dompers. Hier in ons verlichte, zaakkundige, nuchtere Holland staan we toch boven dergelijke senti- mentaliteiten! „Het hemd is nader dan de rolf en de Smj groen-Maatschappij is ons nader dan de vluchte lingen uit dsn vreemde. Ik zou overigens wel eens willen weten, of die heeren in het Zuiden zich de haren niet uit het hoofd trekken, nu ze hooren, dat de Snijgroen-Maatschappij J2i/2 pet. dividend plus de noodige afschrijvingen, reserves, tantièmes enz. enz. aan haar wijs beleid heeft te danken. Hel is gemakkelijk op dergelijke zakenmenschen af te geven. Maar wil ik je eens wat zeggen, amice hoofdredacteur? In den grond van de zaak is dl dat geschimp maar broodnijd. Die lui daar ih het Zuiden zien nu in, welke goede kansen om een aardigen duit te verdienen ze hebben laten voorbijgaan. Door gebrek aan zaakkennis. En, zooals het altijd gaat, nu schimpen ze op de nuchtere zakenmenschen. die wèl van de gele genheid vristen te profiteeren. Alleen kan ik maar niet begrijpen dat zulke nuchtere menschen als Cort van der Linden, Beumer en De Savornin Lokman ook al in het koor meezongen. Helaas! Wij boelen in aan nuchterheid en zakelijkheid in Nederland. Waar moet het heen, als men zich reeds on veilig moet gevoelenindien men door meerder overleg en handigheid'zijn bezit weet te vermeer deren? O Nederland, let op uw saeck JAN VAN OVERZEE. WERELDBRAND- DE VERJAARDAG VAN KEIZER WILHELM EEN OFFENSIEF IN HET WESTEN AAN STAANDE? UITBREIDING VAN HET FRONT DER ENGELSCHEN - DE „GöBEN" BEHOU DEN - NOG 'N OORLOG IN 'T KLEIN. 8 Keizers vierde verjaardag in den oorlg is gisteren in Duitschland, in overeenstem ming met do immer nog heersc'uendc droeve omstandigheden, zonder groot vertoon, do h op bijzonder indrukwekkende wijze gevierd- Vlag gentooi en klokgelui vormden te Ber- Roman van COURTHSMAHLER. Geautoriseerde vertaling floor H. B. VAN DER SANDE. Als middel tot het doel. „Neen, Eva Ma ne.Neen, niet daarvoor alleen!" Maar omdat jou reinheid en lieflijkheid, je eenvoudige bekoring en je echt vrouwelijk gevoel my een weldaad was na de bittere «•varjng met die andere. Ik begreep me zftli met, wist met wat mij in je aantrok, wijt het niet geieek op mijn vroeg eren harts- ocht. V at ik voor jou gevoelde, wis zoo ■uiver en helder als een bron en ik wist niet dat zóó de ware, liefde was. En ik leelde mij in dat het vriendschap was en bemerkte niet, hoe jij je vaster en vaster met mijn wezen verband. Maar ik had je lef, Eva Mar.e - nu weet ik. 'f, nu, terwijl je van my bent weggegaan. En nu moet- ik je weer terughalen, moet ik je bewijzen,- dat ik je liefheb, opdat je lieve oogén weer in geloovig vertrouwen in de mijne kunnen zien. Ik laat je niet los, mijn fier, rein meisje ik heb je lief!"... Een steunend zuchten achter hem wekte hom uit zijn smartelijk verlangende gedachten. Hij' beheersclite zich ©n keerde zich om. ,/Waar is Eva Marie heen, mevrouw?" „Ach, lieve hemel dus ,u weet 't ook niet? Ilk hoopte dat 't in den brief zou staan. Ik weet niets, zy heeft my niets ge zegd en ieder spoor vernietigd. Ik heb reeds alles doorzocht." Armin fronste 't voorhoofd en perste de lippen op elkander. JWanneer is zij weggegaan," vroeg hij haastig. „Gisteravond met den laatsten trein." „Heeft zij bagage meegenomen?" „Al haar goed. Zij heeft reeds 's mid dags, terwijl ik sliep, de koffers naar liet station gebracht." „Dan moeten we daar vragen naar welke plaats zij een kaartje genomen heeft." „lik was vanmorgen al aan 't loket. Zij nam maar een kaartje tot aan het naaste station en liet ook haar bagage maar zoo ver gaan." Armin dacht ingespannen na. Het naaste station'was het kleine stadje. Daar kon men moeilijk vernemen waarheen Eva Marie zich begeven liai.in ieder geval moest het ge probeerd worden. Als hij met den eerstvol- genlen trein of met 't rijtuig daarheen reed, was het misschien mogelijk uit te vinden, waarheen een jonge dame in rouwkleding gisterenavond een spoorkaartje genomen had. Maar kon Eva Marie niot eerst heden voormiddag velrder gereisd zijn? Wellicht was zij dozen nacht in een hotel gebleven? „Had Eva Marie handbagage bij zich?" „Neen, de meid zegt, zij heeft enkel twee groote koffers opgegeven en bij haar ver trelc had zij niets in de hand dan haar parapluie." „Zij kan hoogstens 'n twintig of dertig ,;Was zij van geld voorzien?" gulden bezeten hebben." .Weer overlegde Armin een poos. Plotse ling kwam hem iets in de gedachten. „Voor eenige weken kreeg Eva Marie e:n aanbidding, die zij beantwoordde en dezer dagen moet zij. wel een brief met een ba- noeming ontvangen hebben." „Ja, gisteren heb ik liaar een brief ge bracht!" „Hebt u 't poststempel gelezen?" „Neen, helaas niet." „En ook van een vroege reu* brief wist u niet, vanwaar hij kwam?" „Ook dat niet. En Eva Marie heeft me daar ook niets van gezegd. Zaj was helaas tegenover mij altijd zoa gesloten. Ach, lieve mijnheer von Leijden, wat is dat meisje overkomen? Wat moet - er toch van wor den? Ik heb dezen nacht van zorg en angst om het kind geen oog gesloten." Armin streek nerveus met de liand door het haar. „Ik verzoek u, vertel mij alles wat er sinds mijn laatste bezoek in uw huis is voor gevallen. Misschien brengt mij dat op een spoor." Mevröuw Delius begon nu onder steunen en weeklagen een uitvoerig verslag. Zijf ver wijlde natuurlijk lang bij; liaar gevoelens en do beschrijving van hetgeen zij. had moeten doorstaan. Maar ten slotte verkreeg Armin toch een nauwkeurig verslag. En dat maakte li-em Eva Marie's liarteleed nog duidelijker. Altijd dieper voelde hij hoe lief zij hem ge worden was. Haar leed vervulde hem mei grenzenlooae smart, eai dat hij haar niet hel pen, zelfs niet troosten kon, drukte-hem neer, Tóen mevrouw Delius geëindigd bad, ver zocht hij haar weer naar huis te gaan en gaf bevel om in te spannen. Zij had Armin loerende, zijdelingsche blikken toegeworpen en vroeg nu deemoedig: „U zult mij' toch wel toestaan dat ik voor- loopig in ons oud huisje blijf wonen? Ik het heek maal hot hoofd verloren en moet nu eerst nieuwo levensplannen smeden." „Asjeblieft, blijf daar. U doet er mij zelfs een genoegen mee, als U daar blijft wonen. Ik geef de hoop niet op, dat Eva Maria toch nog mijn vrouw worat. Ik moet haar nu eerst weervinden. Wellicht zendt zj u nog bericht over fct'iar verblijf. In ieder geval verzoek ik u te blijven wonen. Mocht Eva Marie de een of andere meedeeling dopn, clan vraag ik u direct om bericht. En nu zult u me wfel willen verontschuldigen. Ik wil mijnheer von Rippard in de aangelegen heid inwijden. Wellicht koint hij nog op eeg goed idée." (Wordt vervolgd*} I n NIEUWE HAARLEMSCH COURANT n sa va sa OU «M QU üBaiiBaiiitaBBiBii Ml SI aa IB BSÜëSS 131 SIBSBgPBBI&San Hiwusuruni 4 t

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1918 | | pagina 1