begeerings-visch.
OE SAMENZWERING.
Rantsoeneering.
VLEESCHOiSTBiBUTIii HAARLEM
Prijzen Toiletzeepen.
VERi
Opgave voorraden Kalkeieren
VERANDERING DER
BOTER-MELANGE-KAART.
BUITENLAND
P. W. TWEEHUIJSEN,
WAT DE PERS ZEGT
VERBO
WERKING EIEREN
TOT KALK-EIEREN.
CHOCOLADE-REEPEN
Verstrekking Suiker.
Verbod verwerking melk tot
melkpoeder of gecondenseerde melk
FEUILLETON
VERBOD
Aflevering en vervoer v. Room
WITTE SCHOENEN
STERfCE VETERS
Vroolijk Allerlei
VRIJDAG 2 AUGUSTUS I9Ï8
42ste JAARGANG 9704
BUREAUX: NASSAULAAN 49, HAARLEM
DE ABONNEMENTSPRIJS BEDRAAGT VOOR HAARLEM EN AGENTSCHAPPEN: PER KWARTAAL f 1,95; PER WEEK 15 CENTS; FRANCO PER POST PER KWARTAAL f2,30
TELEFOON 1426 EN 2741 ADVERTENTIEN 20 CENTS PER REGEL 20 Q/0 OORLOGSTOESLAG. Bli CONTRACT BELANGRIJKE KORTING
per persoon één pond Visch
een ons Havergort
2 ons Lever- of bloedworst
2 ons Paardenvleesch
1I4 K.G. Suiker
KARNE&3ELKZEEP
Barieljopisstiraat 27. TEL. 377Ü
WERELDBKANjJ
DE STRIJD IN FRANKRIJK - EEN NIÉUWE
STOOT TEN NOORDEN VAN DE OURCO -
FRAKSCHE VORDERINGEN - BUITSCHE EN
FRANSCHE KRIJGSGEVANGENEN - ENGEL-
SCHE BESCHOUWING VAN DEN TOESTAND
HET DOEL VAN HET (MISLUKTE) DUITSCHE
OFFENSIEF TERUGTREKKEN DER DUIT-
SCHERS TOT ACHTER DE VESLE OF AISNE?
EEN REDE VAN LLOYD GEORGE AUGUS
TUS NGG EEN MAAND VAN SPANNING -
EEN DUiTSCH OFFENSIEF IN ITALIË OF IN
DEN BALKAN? - VAN DE OVERIGE FRONTEN.
Zaterdag 3 Augustus verkrijgbaar van 10 uur
v.m. tot 1 uur n.m. 8116
op vertoon van
VISCHKAART NO. 22251—230OO
in de Gemeentelijke Vischha'l;
op vertoon van
VISCHKAART NO. 23001—23600
in het Pand, ingang Koningstraat.
De Directeur v. h. Gem. Levensmiddelenbureau
F. DE JONGE.
De Directeur van het Gemeentelijk Levens
middelenbureau te HAARLEM brengt ter
kennis, dat gedurende het tijdvak van 3 tot
en met 9 Augustus 1918, verkrijgbaar wordt
ges! op bon A. No. 32:
tegen den prijs van 26 cent per K.G. (3 cent
per ons). 8100
De Directeur voornoumd.
F. DE JONGE.
Verkrijgbaar op Zaterdag 3 Augustus, van
12—4 uur op BON NO. 20, letters J. en K
a 471/2 cents per pond, bij:
HöLSKEN, Botermarkt 13.
SMlTS) Kruisweg.
BROEKHOF, Kleine Houtstraat 80.
Op iederen bon wordt een ons lever- en een
ons bloedworst verstrekt
Op BON NO. 13, letters I en J is Zaterdag
van 125 uur 8113
verkrijgbaar bij: VAN HONSCI iOTEN, Be
gijnhof.
LAPPENper pond 55 ct.
ROASTBEAF 60
BIEFSTUK 80
De Gemeentebesturen van HAARLEM,
BENNEBROEK, HEEMSTEDE en SCHO
TEN brengen ter kennis, dat door den Mi
nister L., N. en H. is bepaald:
H#t is verboden versche kipeieren door
opslag daarvan in kalkinriehtingen of daar
mede gelijk staande inrichtingen te verwer
ken tot kalkeieren.
Dit vertbod is niet van toepassing voor het
Bestuur van den »Bond van Eiertkalike,its in
Nederland«, voor zoover betreft die eieren,
tot het inkalken waarvan dat Bestuur zich
tegenover den Staat der Nederlanden heeft
verbonden.
Le Rijks-Oommissie van Toezicht op dtó
Eiervereeniging en de Pluimvee-vereen!ging
'an in bijzondere gevallen naar het oordeel
dier Commissie van dit verbod ontheffing
verleenen. 8117
De Directeur van het Gemeentelijk Levens
middelenbureau te HAARLEM brengt ter ken
nis, dat vanaf Zaterdag 3 Augustus 1918, oP
Bon No. 31 van het Bonboekje, bij de Haar-
lemsche Banketbakkers enz. verkrijgbaar zijn
2 (twee) Regeerings-Chocoiadereepen
tegen den prijs van 12 cents per onverpakte en
12y2 cent per verpakte reep.
BON NO. 31 is, evenals BON NO. 29, geldig
f°t en met 10 Augustus 1918. 8116
De Directeur voornoemd,
F. DE JONGE.
De Directeur van het Gemeentelijk Levens
middelenbureau te HAARLEM brengt ter ken
nis, dat gedurende het tijdvak van 3 tot en met
9 Augustus 1918 verkrijgbaar wordt gesteld op
BON A. NO. 30:
(Melis No. 1 of bijsoorten, naar keuze van den
kooper).
Na 9 Augustus is bon A. No. 30 NIET meer
geldig. 8116
De Directeur voornoemd,
F. DE JONGE.
De Directeur van het Gemeentelijk Levens
middelenbureau te HAARLEM brengt ter ken
nis, dat voor de hieronder gemelde soort Toilet
zeep geen hoogere prijs mag worden gevraagd
dan daarachter staat vermeld:
(Fabrikant „Het Klaverblad" of Fa. GEBR.
DOBBELMAN) 40 cents per stukje.
Men wordt verzocht eventueele afwijking van
deze bepaling, onmiddellijk aan het Levensmid
delenbureau (Kamer No. 7) te berichten.
AAN H.IT. WINKELIERS WORDT MEDE
GEDEELD, DAT BOVENSTAANDE PRIJ
ZEN ZIJN VASTGESTELD, EN DAT BIJ
OVERTREDING DAARVAN, VOOR DIE
WINKELIERS GEEN BESTELLINGEN ZUL
LEN WORDEN DOORGEZONDEN.
De Directeur voornoemd,
8116 F. DE JONGE.
De Gemeentebesturen van HAARLEM,
BENNEBROEK, HEEMSTEDE en SCHOTEN
brengen ter kennis, dat door den Minister van
L., N. en H. opgave wordt gevorderd van:
de bij Bakkers aanwezige voorraden Kalkeieren
De desbetreffende opgaven dienen te worden
ingezonden aan de Distributiebureaux der Ge
meenten voornoemd. 8117
De Directeur van heit Gemeentelijk Levems-
middelenbureau te HAARLEM brengt ter
"kennis dat vanaf MAANDAG 5 AUGUSTUS
Lm. VRI4DAG 9 AUGUSTUS a.s., telkens
van 8—12 uur en van iy2i'A nnr, gelegen
heid beetaat van Boter Melangekaart te
veranderen.
De opgegeven veranderingen gaan eerst in
na afloop van de bon voor de 18e week der
Boter- Melangekaart.
Voor de te maken veranderingen ïnoet de
ra ntsoeneori ngskaart mede gebracht worden.
Op bovengenoemde dagen kan NIET VAN
LEVERANCIER VERANDERD worden.
De Directeur voornoemd,
8116 F. DE JONGE.
De Gemeentebesturen van HAARLEM.
BENNEBROEK. HEEMSTEDE en SCHO
TEN brengen ter keunis, dat door den Mi
nister van L„ N. en EL, mot ingang van 5
Augustus is bepaald:
1. Het ia verboden volle melk te verwarken
tot melkpoeder of gecondenseerde melk;
2. Het is verboden geheel of gedeeltelijk af
geroomde melk te verwerken tot tapte-
meikpoeder of gecondenseerde taptemelk.
3. Ontheffing van het sub 1 en 2 gestelde
verbod kan, onder nader©, door den Mi
nister van L., N. en H. te stellen voor
waarden, worden verleend door het Rijks-
kantoor voor Melk en Kaas. te VGraven-
hage.
8117
De Gemeentebesturen van HAARLEM,
BENNEBROEK. HEEMSTEDE en SCHO
TEN brengen ter kennis, dat door den Mi
nister van L., N. en H„ onder intrekking
zijner beschikking no. 26521 d.d 17 April j.L,
met ingang van 5 Augustus 1918 is bepaald:
1. Het is verboden room te vervoeren of af
te leveren, ongeacht welk vetgehalte decze
bezit.
2. Ontheffing van dit verbod kan, onder na
der door den Minister van L.. N. en H. te
stellen voorwaarden, worden verleend
door het Rijkskantocr voor Melk en Kaas
te 's-Gravenhage. 8117
t t Niet overbodig.
Daar is dezer dagen te NijmQ&en een cen"
trale raadsvergadering gehouden van den
„Ned. R.-K. Bond van Groote Gezinnen."
In ons nu:.'.nor van gisteren heeft men
het' uitvoerig verslag ervan kunnen lezen.
Duidelijk werd op die vergadering, door
meer dan één spreker, het verheven doel
uiteengezet, dat de Bond nastreeft. Van
harte hopen wij dan ook, dat zij een krach
tige reactie in het leven zal roepen, tegen
de moer en meer veld winnende af scha-
weiy ,:e meening, als zouden groote ge
zinnen een dwaasheid, een last en een dom
heid wezen.
Ofschoon de opinie van een der achtens
waardige sprekers op die vergadering, dat
het Nieuw-Malthusianisme onder de Katho
lieken maar weinig beoefenaars vindt, ons
wel wat te vriendelijk gekleurd wil voorko
men, zoo staat dit toch vast, dat goede
Katholieken er een eer instellen, door den
Gever van alle Goeds, met veel kinderen
gezegend te worden; dat zij een talrijk
kroost, niet als een lastpost, maar als een
eerepost beschouwen.
Er is echter, ook onder ons Katholieken,
allengskens een euvel binnengeslopen, dat op
de vergadering te Nijmegen onbesproken
bleef.
Daarom kan het nuttig zijn, dat euvel
hier even aan de kaak te stellen.
M waren wij er getuigen van, dat
kinderrijke vaders of moeders, door met
geen of slechts weinig kinderen gezegende
katholieke familieleden of kennissen, werden
toegesproken op een toon, waarin de ele
menten van minachting en verwijt, niet
ontbraken.
Dan klonk het: „Hoe wilt gij ook voor
uitkomen in de wereld, met zoo'n hok vol
kinderen." Of: „Als ge niet zoo'n groothuis-
houden hadt, dan zoudt ge veel beter in je
meubels zitten." Ook wel: „Ja, gij zult altijd
zoo arm blijven als Job, waarom heb je ook
niet wat minder kinderen, m'n lieve mensch,
enz."
Nu willen wij niet beweren, dat zij, die
zich zoo uitlaten, steeds opzettelijk of doel
bewust verkeerdspreken. Maar gezwe
gen van het krenkende, dat in deze en
dergelijke uitlatingen ligt ten overstaan van
plichtgetrouwe en zorgzame ouders, zoo staat
het vast, dat zij -die zóó spreken, daardoor
het bewijs leveren van verregaande kort
zichtigheid.
Het leek ons niat overbodig, op dit euvel
hier even den vinger te leggen.
Moge het hun, wien het aangaat, tot n a-
d enk en stemman. Het gewenschte gevolg
zal dan niet uitblijven.
„Nu, opk wij zijn van oordeel, dat een|
crisis 'niet Langer moet duren dan bepaald
nolodig is. Een demissionair kabinet kan
geen kracht ontwikkelen; onderneemt' geen
enkele daad van belang met het oog op
de toekomst, en daarom is 't al van betee-
kenis, dat men zoo spoedig mogelijk een
ministerieele crisis oplost.
En is dat in normale tijden van belang,
hoe sterker doet dit belang zich gevoelen
in deze dagen; er hangt toch zóóveel af
van allerlei maatregelen, die genomen moe
ten worden met 't oog op de toekomst. Het
is er nu geen tijd voor om de zaken „gaan
de te houden"; iedere dag roept om be
slissingen van groot gewicht in zaken, die
de levensbelangen van het Nederlandsche
volk raken.
Het is absoluut, niet noodig, om, wil
men deze dingen inzien, tot het denkend
deel der natie te behooren; het levendig
ook onzerzijds wel gevoeld. Maar juist de
schier onoplosbare problemen, waarvoor
ieder ernstig staatsman zich geplaatst ziet,
maken vanzelf de oplossing dezer vragen
uiterst moeilij k.
Hoe auders was dat in 1913.
Toen was er geen oorlog, toen leefde
alles nog onbezorgd voort; bij nu verge-
lekeu was toeu de verzorging van 's lands
belang slechts kinderspel.
En hoe gunstig waren de partijverhou
dingen bij thans vergeleken. Het stond
46 tegen 54; de linksche meerderheid be
droeg 8 stemmen. Daarvan beschikte de
nu zoo roemloos overleden „concentratie"
over 39 stemmen; de socialistische groep
over 15 stemmen. En toch kwam het niet
tot de vorming van een kabinet der linker
zijde; moest de heer Cort van der Linden
met een extra-parlementair kabinet bij
springen.
Past het nu aan de meerderheid van toen
een hoogen toon te voeren tegen de drie
niet gecoaliseerde rechtsche groepen van
nu, omdat de crisis nog niet is opgelost?
Immers neen. In normale omstandighe
den was men maar uiterst zelden in korter
tijdsbestek gereed; duurde een crisis
meestal langer; en geeft het dan pas in
deze abnormale omstandigheden aan hen,
die zich met de oplossing van zulk een
moeilijk vraagstuk bezighouden, gemis aan
spoed te verwijten?
De heeren van de linkerzijde, die nu zoo
ongeduldig zijn, moeten de historie van
1913 nog maar een3 nagaan; misschien zul
len ze dan wel kalmer worden en ontwaakt-
een gevoel van schaamte bij hen.
„Misschien," zeggen wij.
Maar veel hoop hebben we er niet op."
(INGEZONDEN MEDEDEEL!NG.'
8014
LEN AFSTRAFFING.
In sommige linksche bladen wordt op vrij
hoogen toon gesproken over den langen duur
der crisis
Na enkele dagen van rust is op het Westelijk
gedeelte van de Duitsche zaksteiling, tusschen
Oulchy-le-Chateau en Fère-en-Tardenois, ten
noorden van de Ourcq, de strijd opnieuw begon
nen. Daar nebben de Franschen in samenwerking
met Britsche eenbeden de SAh Aï(±Us
linzen geworpen, waar ae Iaatsfen zich krachtig
aanklampten tusschen de streek van Plessier—
Huleu en la Rivière. De Franschen namen verder
de hoogten ten Noorden van Grand Rozay,
trokken liet dorp Beugneux voorbij, bereikten
Cramoiselle en Cramaille en maakten op dit
punt alzoo een vooruitgang van zoowat drie
K.M. Verder zuidwaarts hebben de Franschen
zich van Cierges en het Mennière-bosch meester
gemaakt.
Dus niet alleen uit persbeschouwingen, doch
ook uit de herhaalde en telkens wisseling bren
gende acties blijkt, dat de groote slag in Frank
rijk nog immer voortduurt.
En het resultaat?Vele duizenden dooden
en gewonden en het verlies van duizenden krijgs
gevangenen over en weer, zonder uitzicht op het
Duitsche offensief binnengebrachte gevange
nen tot meer dan 24,000 was gestegen, de Fran
schen verzekeren in hetzelfde tijdsverloop 33,000
Duitschers krijgsgevangen gemaakt te hebben,
onder wie niet minder dan 674 officieren.
De groote slag blijft dan ook steeds nog stof
opleveren voor allerlei beschouwingen, waarbij
de schrijvers niet in gebreke blijven, hun aan
dacht ook te schenken aan wat zij in de naast?
en verdere toekomst als het meest waarschijn
lijk achten.
Zoo vinden wij nu weer een beschouwing van
het Reuter-bureau te Londen, waarin wordt toe
gegeven, dat de Duitschers bij hun terugtocht
geen groot aantal kanonnen hebben verloren;
maar zoo lezen wij dan daartegenover
staat, dat zij toch genoodzaakt waren groote
hoeveelheden materiaal en munitie in den steek
te laten. Deze waren ten Noorden van de Ma me
bijeengebracht en toonen dus de bedoeling van
den vijand om met groote strijdkrachten de rivier
over te steken en in de richting Parijs op te
rukken.
Wat nu in de naaste toekomst te wachten staat,
wordt door Reuter als volgt onder de aandacht
gebracht: De aanwijzingen van het oogenblik,
zegt hij, duiden er op, dat de Duitschers van
plan zijn ongeveer op hun huidige linie stand te
houden, maar het lijkt onwaarschijnlijk, dat zij
die linie voor langen tijd denken te bezetten. De
vijand heeft nog slecnts acht verbindingswegen
voor aan- en afvoer. Dat schijnt nauwelijks vol
doende voor een groot aantal troepen in zak
steiling.
Gisteren herinnerden wij eraan, dat reeds eer-
der in een Reuterbericht het vermoeden werd
uitgesproken, dat de Duitschers hun terugtocht
zouden voortzetten, welk vermoeden was gebouwd
op het feit, dat verscheidene dorpen in het Duit
sche voorterrein in brand stonden.
Thans herhaalt Reuter te verwachten, dat de
Duitschers zeker tot de Vesle-linie en misschien
zelfs tot over de Aisne zullen terugtrekken.
Dit zal evenwel nog geen bewijs zijn van een
verslagen Duitsch leger, want, zoo geeft de
schr. voorhands toe, de Duitschers hebben nog
niet geheel het initiatief verloren en zoo ze niet
in staat mochten zijn een nieuw offensief te
ondernemen op het westelijk front, zoo kunnen
zij nog troepen naar andere gevechtsterreinen
overbrengen en het is altijd mogelijk, dat zij in
de eerstkomende- maanden een offensief hetzij in
Italië, hetzij in den Balkan ondernemen.
En dat de slag nog niet ten einde is, verze
kerde Lloyd George Woensdagavond nog eens
in een rede over de economische politiek dei
r-ngelsche regeering. Zoolang de slag nog niet
geëindigd is, zeide hij 0. tn., moet men voor
zichtig zijn en niet te gauw snoeven, maar
al.en, die oordeelen kunnen, zijn tevreden over
den gang van zaken. Ook de Augustus-maand
zal het een spannende tijd zijn en gedurende
dezen geheelen tijd moeten de besten al hun
denken wijden aan den steun, die wij kunnen
geven aan onze dappere aanvoerders, aan onze
dappere soldaten, om de overwinning te be
halen, waarvan het lot van de wereld afhangt
In Italië zijn Woensdag de geschutstrijd en
verkenningsbedrijvigheid zeer levendig geweest,
doch tot infanterie-acties kwam het niet.
De Oostenrijksche staf heeft de balans opge
maakt van den strijd, sedert de vorige week in
Albanië gevoerd, en zegt, dat de aanvallen der
Dit strekt den drie-starrenschrij ver in r
„DE BTANDAABD,^ tot aanleiding om de einde. Meldden de Duitschers dezer dagen, dat
j het aantal sedert 15 Juli het begin van het
volgende rake afstraffing te geven:
41
Een zwarte steenmassa verree3 voor hun oogen.
De man met de lantaarn riep:
Met is een oud kasteel.
Terug, schreeuwde Danda.
Wij kunnen dit kasteel benuttigen, zei Verdier,
vlj hebben immers de boodschap gekregen, dat het
verlaten is. Hoogheid, ging hij voort, zich tot den
hertog wendende, wij hebben de voorzorg genomen
-enige veifrisschingen voor u en ons zelf mede te
lemen. Mag ik vragen....
Uitstekend, zei de hertog, ik heb nog al honger.
Het bouwwerk was een overblijfsel der sterkten,
egen de Noormannen opgericht, maar thans goed
jeels in puin; zij gingen de slotbrug over en wan-
elden een eind den geheel verwaarloosden tuin in:
itdat zij kwamen aan een kloosterachtig gebouw,
at een groote uitgestrektheid bedroeg. Het waren
e overblijfselen eener kapel. Na de gang en ver
hullende vertrekken te hebben doorgeloopen, kwa-
le" zij aan in een in vrij goeden staat verkeerende
ln welker midden een tafel stond.
Doch groot was hun ontsteltenis, rtoen zij zagen,
Jat deze zoo goed als nieuw was, vervaardigd van
uwe p.anken en er zich overblijfselen van een maal-
tijd op bevonden. Zij keken rond, overal aan de
wanden hingen geraamten van dieren, ratten, mollen,
honden. Langs een der muren liep een soort galerij
met een balustrade van groote steenen en over dé
balustrade hing.... een wollen doek. Het kasteel
was dus bewoond.
Een slag, het geluid van een deur, die op slot
w gedraaid, deed het bloed in de aderen stollen.
Zij waren de zaal binnengekomen door een uit
ijzeren tralies vervaardigde deur. Het was de deur
door welke ze binnengekomen waren, die zij thans
achter zich hoorden dichtslaan. En van achter de
andere deur klonk een heldere, welluidende stem
die riep:
Hier uw geld, of uw laatste uur heeft geslagen1
Terzeifdertijd klonk van achter de deur, waardoor
zij waren binnengetreden, een geheel andere stem,
een diepe bas:
De brug is opgehaald, het geheele kasteel in
gesloten. Grijpt ze, slaat neer de bende!
J/®! zoo, wij zijn ingesloten, merkte de hertog
van wellington op.
Een tooneel van wilde verwarring volgde. Een
der Franschen viel dood neer, een kogel schoot den
hertog den hoed van 't hoofd en de man aan de
deur, die had geroepen: „Hier uw geld," viel even
eens getroffen neer.
EEN OORZAAK.
Eeno mevrouw te Amsterdam tot de nieu
we keukenmeid: „En dan, Dientje, moet ik
je nog <jp het hart drukken, vooral voorzich
tig met vuur te zijn, want ik ben nergens
zoo bevreesd voor, als voor brand."
Dientje: „Mevrouw beeft zich niet onge-
lust te maken, ik ben er zóó bang voor,
da,t iederen avond een van de brandweer
mij gezelschap komt houden."
HIJ ZOU 'T 'M WEL AFLEERFN.
't Was niet zoo héél vroeg, dat hij thuis
kwam. Zijn vrouw lag boven, en waakte.
Plotseling hoorde ze 'n verschrikkelijken
3lag.
Hemel, wat doe je? riep ze naar be
neden.
N... ui... niks, lieveling, luidde het ant
woord. M... maar ik zal dien goudvisch
Ice... Ieeren, naar mij te h... h... happen!
Al deze drie schoten kwamen van de eerste deur j De hertog had de leiding.
en werden afgevuurd door een ouden man met
langen baard, gekleed in een ruim wollen kleed, bij
het volk in den omtrek bekend als de kluizenaar
van het kasteel. De man, die achter de deur aan de
overzijde was neergeschoten was de aanvoerder van
een bende struikroovers, op weg naar Wyemouth,
die het kasteel waren binnengekomen m de meening.
dat het veriaten was.
De struikroovers onderstelden natuurlijk, dat de
kogel, welke hun aanvoerder gedood had, een ant
woord was van de Franschen op hun verzoek om
geld; en ineens snelden zij de zaal in, besloten om
den dood van hun aanvoeider te wreken. Er waren
er vijftien.
Oogenblikkelijk vulde ae kamer een verwarde
mengeling van knallende pistolen, kletterende zwaar
den, vloeken en geschreeuw.
Te midden van eenige Franschen, die zich om
hem heen hadden geschaard om hem te beschermen
stond de hertog, blootshoofd, zijn bruine haren flad
derend in den tocht
Wel, het zal spoedig met ons gedaan z|jn> a]s
wl] met oppassen, zei hij ik zaj niet ontviuchten,
ten minsle nu niet Ik zal u zeggen, wat gij doen
moet, als gij wilt.
Boven al 't tumult uit klonk de stem van Verdier:
Volgt de bevelen van den hertog.
En ineèns volgde op de verwarring een ordelijke
gehoorzaamheid aan een alles beheerschenden geest.
Hij wenkte en fluisterde:
Gij ziet de tafel daar? Gij beiden moet deze
op een zijde tegen den muur plaatsen en er achter
kruipen,
En vóór zij zich konden bewegen, sprak hij tot
twee anderen:
Die twee kerels daar, houdt hen goed in de
gaten en legt ze neer. zoodra ik het gelast.
En oogenblikkelijk daarop tot een vijfde:
Gooi uw jas over de lantaarn.
Eensklaps heerschte er diepe duisternis, waarvan
de beide Franschen gebruik maakten om de tafel
naar den muur te wentelen, buiten het bereik van
des kluizenaars kogels, terwijl de hertog tot de beide
anderen sprak:
Nu is het uw beurt: n,.;,.
Hij had terecht voor^'™t0mJe? de atwwallers;
!letniiae™r.,?t."Uel.«:C5o<,, de «et. de, Fraa-
S^nhfufrfï'uis"érde de hertog tot Verdier. sluip vlug
en kalm naar gindsche deur en leg den ouden man
het zwijgen °P*
De kogels waren weer begonnen te fluiten, toen
een vervaarlijke schreeuw van de deur weerklonk
Jullie drieën, sprak de hertog tot drie anderén
gaat tien passen naar de deur en trek uw zwaarden'
- En gij, sprak hij weer tot een ander, ga bij
de lantaarn staan tot ik roep: haat af! Dan trekt 21
de jas er af en snelt naar de taieL 0
Er bleven nog drie Franschen over, tot hen riep hij:
Volgt mij naar de galerij.
Toen zij op handen en voeten een paar afgebrok
kelde treden waren opgeklommen, schreeuwde de
hertog
Nu de lantaarn. Haal af.
Dit alles was het werk vhn ee.n,°og*"„ ijl:J'
zelfdertiid dat het licht werd, vielen weer eenige
roovers neer en de rest maakte dat ze weg kwam.
DDfhoofdSa£ was nu, dat de hertog alleen stond
aan het einde der galerij en juist achter hem bevond
~*ch een deur. Ongemerkt, in de hitte van bet in
vecht, siak hij de hand achter zich uit, tastende naar
den knop.
De hertog draaide den knop om, gleed door de
geopende deur en sloot ze aan de andere zijde stevig
dicht. Hij liep over een vermolmden vloer tot hij
fmnd t e deur k 'am> die liij opende. Hij be-
1 zieti m een slaapvertrek, deels verlicht door
een lantaarn aan den muur, deels door eenige gloei
ende kolen in den schoorsteen. Hij' trad binnen en
zag een matras met een deken erover. Ach^r hem
vielen de slagen met geweld op de ijzeren deur.
Zijn mond opende zich tot een glimlach. Het uur
voor zijn slaapje was reeds iang voorbij en hij was
zeer vermoeid.
(Wordt vervolgd^