begeerings-visch. OE SAMENZWERING. Rantsoeneering. VLEESCHOiSTBiBUTIii HAARLEM Prijzen Toiletzeepen. VERi Opgave voorraden Kalkeieren VERANDERING DER BOTER-MELANGE-KAART. BUITENLAND P. W. TWEEHUIJSEN, WAT DE PERS ZEGT VERBO WERKING EIEREN TOT KALK-EIEREN. CHOCOLADE-REEPEN Verstrekking Suiker. Verbod verwerking melk tot melkpoeder of gecondenseerde melk FEUILLETON VERBOD Aflevering en vervoer v. Room WITTE SCHOENEN STERfCE VETERS Vroolijk Allerlei VRIJDAG 2 AUGUSTUS I9Ï8 42ste JAARGANG 9704 BUREAUX: NASSAULAAN 49, HAARLEM DE ABONNEMENTSPRIJS BEDRAAGT VOOR HAARLEM EN AGENTSCHAPPEN: PER KWARTAAL f 1,95; PER WEEK 15 CENTS; FRANCO PER POST PER KWARTAAL f2,30 TELEFOON 1426 EN 2741 ADVERTENTIEN 20 CENTS PER REGEL 20 Q/0 OORLOGSTOESLAG. Bli CONTRACT BELANGRIJKE KORTING per persoon één pond Visch een ons Havergort 2 ons Lever- of bloedworst 2 ons Paardenvleesch 1I4 K.G. Suiker KARNE&3ELKZEEP Barieljopisstiraat 27. TEL. 377Ü WERELDBKANjJ DE STRIJD IN FRANKRIJK - EEN NIÉUWE STOOT TEN NOORDEN VAN DE OURCO - FRAKSCHE VORDERINGEN - BUITSCHE EN FRANSCHE KRIJGSGEVANGENEN - ENGEL- SCHE BESCHOUWING VAN DEN TOESTAND HET DOEL VAN HET (MISLUKTE) DUITSCHE OFFENSIEF TERUGTREKKEN DER DUIT- SCHERS TOT ACHTER DE VESLE OF AISNE? EEN REDE VAN LLOYD GEORGE AUGUS TUS NGG EEN MAAND VAN SPANNING - EEN DUiTSCH OFFENSIEF IN ITALIË OF IN DEN BALKAN? - VAN DE OVERIGE FRONTEN. Zaterdag 3 Augustus verkrijgbaar van 10 uur v.m. tot 1 uur n.m. 8116 op vertoon van VISCHKAART NO. 22251—230OO in de Gemeentelijke Vischha'l; op vertoon van VISCHKAART NO. 23001—23600 in het Pand, ingang Koningstraat. De Directeur v. h. Gem. Levensmiddelenbureau F. DE JONGE. De Directeur van het Gemeentelijk Levens middelenbureau te HAARLEM brengt ter kennis, dat gedurende het tijdvak van 3 tot en met 9 Augustus 1918, verkrijgbaar wordt ges! op bon A. No. 32: tegen den prijs van 26 cent per K.G. (3 cent per ons). 8100 De Directeur voornoumd. F. DE JONGE. Verkrijgbaar op Zaterdag 3 Augustus, van 12—4 uur op BON NO. 20, letters J. en K a 471/2 cents per pond, bij: HöLSKEN, Botermarkt 13. SMlTS) Kruisweg. BROEKHOF, Kleine Houtstraat 80. Op iederen bon wordt een ons lever- en een ons bloedworst verstrekt Op BON NO. 13, letters I en J is Zaterdag van 125 uur 8113 verkrijgbaar bij: VAN HONSCI iOTEN, Be gijnhof. LAPPENper pond 55 ct. ROASTBEAF 60 BIEFSTUK 80 De Gemeentebesturen van HAARLEM, BENNEBROEK, HEEMSTEDE en SCHO TEN brengen ter kennis, dat door den Mi nister L., N. en H. is bepaald: H#t is verboden versche kipeieren door opslag daarvan in kalkinriehtingen of daar mede gelijk staande inrichtingen te verwer ken tot kalkeieren. Dit vertbod is niet van toepassing voor het Bestuur van den »Bond van Eiertkalike,its in Nederland«, voor zoover betreft die eieren, tot het inkalken waarvan dat Bestuur zich tegenover den Staat der Nederlanden heeft verbonden. Le Rijks-Oommissie van Toezicht op dtó Eiervereeniging en de Pluimvee-vereen!ging 'an in bijzondere gevallen naar het oordeel dier Commissie van dit verbod ontheffing verleenen. 8117 De Directeur van het Gemeentelijk Levens middelenbureau te HAARLEM brengt ter ken nis, dat vanaf Zaterdag 3 Augustus 1918, oP Bon No. 31 van het Bonboekje, bij de Haar- lemsche Banketbakkers enz. verkrijgbaar zijn 2 (twee) Regeerings-Chocoiadereepen tegen den prijs van 12 cents per onverpakte en 12y2 cent per verpakte reep. BON NO. 31 is, evenals BON NO. 29, geldig f°t en met 10 Augustus 1918. 8116 De Directeur voornoemd, F. DE JONGE. De Directeur van het Gemeentelijk Levens middelenbureau te HAARLEM brengt ter ken nis, dat gedurende het tijdvak van 3 tot en met 9 Augustus 1918 verkrijgbaar wordt gesteld op BON A. NO. 30: (Melis No. 1 of bijsoorten, naar keuze van den kooper). Na 9 Augustus is bon A. No. 30 NIET meer geldig. 8116 De Directeur voornoemd, F. DE JONGE. De Directeur van het Gemeentelijk Levens middelenbureau te HAARLEM brengt ter ken nis, dat voor de hieronder gemelde soort Toilet zeep geen hoogere prijs mag worden gevraagd dan daarachter staat vermeld: (Fabrikant „Het Klaverblad" of Fa. GEBR. DOBBELMAN) 40 cents per stukje. Men wordt verzocht eventueele afwijking van deze bepaling, onmiddellijk aan het Levensmid delenbureau (Kamer No. 7) te berichten. AAN H.IT. WINKELIERS WORDT MEDE GEDEELD, DAT BOVENSTAANDE PRIJ ZEN ZIJN VASTGESTELD, EN DAT BIJ OVERTREDING DAARVAN, VOOR DIE WINKELIERS GEEN BESTELLINGEN ZUL LEN WORDEN DOORGEZONDEN. De Directeur voornoemd, 8116 F. DE JONGE. De Gemeentebesturen van HAARLEM, BENNEBROEK, HEEMSTEDE en SCHOTEN brengen ter kennis, dat door den Minister van L., N. en H. opgave wordt gevorderd van: de bij Bakkers aanwezige voorraden Kalkeieren De desbetreffende opgaven dienen te worden ingezonden aan de Distributiebureaux der Ge meenten voornoemd. 8117 De Directeur van heit Gemeentelijk Levems- middelenbureau te HAARLEM brengt ter "kennis dat vanaf MAANDAG 5 AUGUSTUS Lm. VRI4DAG 9 AUGUSTUS a.s., telkens van 8—12 uur en van iy2i'A nnr, gelegen heid beetaat van Boter Melangekaart te veranderen. De opgegeven veranderingen gaan eerst in na afloop van de bon voor de 18e week der Boter- Melangekaart. Voor de te maken veranderingen ïnoet de ra ntsoeneori ngskaart mede gebracht worden. Op bovengenoemde dagen kan NIET VAN LEVERANCIER VERANDERD worden. De Directeur voornoemd, 8116 F. DE JONGE. De Gemeentebesturen van HAARLEM. BENNEBROEK. HEEMSTEDE en SCHO TEN brengen ter keunis, dat door den Mi nister van L„ N. en EL, mot ingang van 5 Augustus is bepaald: 1. Het ia verboden volle melk te verwarken tot melkpoeder of gecondenseerde melk; 2. Het is verboden geheel of gedeeltelijk af geroomde melk te verwerken tot tapte- meikpoeder of gecondenseerde taptemelk. 3. Ontheffing van het sub 1 en 2 gestelde verbod kan, onder nader©, door den Mi nister van L., N. en H. te stellen voor waarden, worden verleend door het Rijks- kantoor voor Melk en Kaas. te VGraven- hage. 8117 De Gemeentebesturen van HAARLEM, BENNEBROEK. HEEMSTEDE en SCHO TEN brengen ter kennis, dat door den Mi nister van L., N. en H„ onder intrekking zijner beschikking no. 26521 d.d 17 April j.L, met ingang van 5 Augustus 1918 is bepaald: 1. Het is verboden room te vervoeren of af te leveren, ongeacht welk vetgehalte decze bezit. 2. Ontheffing van dit verbod kan, onder na der door den Minister van L.. N. en H. te stellen voorwaarden, worden verleend door het Rijkskantocr voor Melk en Kaas te 's-Gravenhage. 8117 t t Niet overbodig. Daar is dezer dagen te NijmQ&en een cen" trale raadsvergadering gehouden van den „Ned. R.-K. Bond van Groote Gezinnen." In ons nu:.'.nor van gisteren heeft men het' uitvoerig verslag ervan kunnen lezen. Duidelijk werd op die vergadering, door meer dan één spreker, het verheven doel uiteengezet, dat de Bond nastreeft. Van harte hopen wij dan ook, dat zij een krach tige reactie in het leven zal roepen, tegen de moer en meer veld winnende af scha- weiy ,:e meening, als zouden groote ge zinnen een dwaasheid, een last en een dom heid wezen. Ofschoon de opinie van een der achtens waardige sprekers op die vergadering, dat het Nieuw-Malthusianisme onder de Katho lieken maar weinig beoefenaars vindt, ons wel wat te vriendelijk gekleurd wil voorko men, zoo staat dit toch vast, dat goede Katholieken er een eer instellen, door den Gever van alle Goeds, met veel kinderen gezegend te worden; dat zij een talrijk kroost, niet als een lastpost, maar als een eerepost beschouwen. Er is echter, ook onder ons Katholieken, allengskens een euvel binnengeslopen, dat op de vergadering te Nijmegen onbesproken bleef. Daarom kan het nuttig zijn, dat euvel hier even aan de kaak te stellen. M waren wij er getuigen van, dat kinderrijke vaders of moeders, door met geen of slechts weinig kinderen gezegende katholieke familieleden of kennissen, werden toegesproken op een toon, waarin de ele menten van minachting en verwijt, niet ontbraken. Dan klonk het: „Hoe wilt gij ook voor uitkomen in de wereld, met zoo'n hok vol kinderen." Of: „Als ge niet zoo'n groothuis- houden hadt, dan zoudt ge veel beter in je meubels zitten." Ook wel: „Ja, gij zult altijd zoo arm blijven als Job, waarom heb je ook niet wat minder kinderen, m'n lieve mensch, enz." Nu willen wij niet beweren, dat zij, die zich zoo uitlaten, steeds opzettelijk of doel bewust verkeerdspreken. Maar gezwe gen van het krenkende, dat in deze en dergelijke uitlatingen ligt ten overstaan van plichtgetrouwe en zorgzame ouders, zoo staat het vast, dat zij -die zóó spreken, daardoor het bewijs leveren van verregaande kort zichtigheid. Het leek ons niat overbodig, op dit euvel hier even den vinger te leggen. Moge het hun, wien het aangaat, tot n a- d enk en stemman. Het gewenschte gevolg zal dan niet uitblijven. „Nu, opk wij zijn van oordeel, dat een| crisis 'niet Langer moet duren dan bepaald nolodig is. Een demissionair kabinet kan geen kracht ontwikkelen; onderneemt' geen enkele daad van belang met het oog op de toekomst, en daarom is 't al van betee- kenis, dat men zoo spoedig mogelijk een ministerieele crisis oplost. En is dat in normale tijden van belang, hoe sterker doet dit belang zich gevoelen in deze dagen; er hangt toch zóóveel af van allerlei maatregelen, die genomen moe ten worden met 't oog op de toekomst. Het is er nu geen tijd voor om de zaken „gaan de te houden"; iedere dag roept om be slissingen van groot gewicht in zaken, die de levensbelangen van het Nederlandsche volk raken. Het is absoluut, niet noodig, om, wil men deze dingen inzien, tot het denkend deel der natie te behooren; het levendig ook onzerzijds wel gevoeld. Maar juist de schier onoplosbare problemen, waarvoor ieder ernstig staatsman zich geplaatst ziet, maken vanzelf de oplossing dezer vragen uiterst moeilij k. Hoe auders was dat in 1913. Toen was er geen oorlog, toen leefde alles nog onbezorgd voort; bij nu verge- lekeu was toeu de verzorging van 's lands belang slechts kinderspel. En hoe gunstig waren de partijverhou dingen bij thans vergeleken. Het stond 46 tegen 54; de linksche meerderheid be droeg 8 stemmen. Daarvan beschikte de nu zoo roemloos overleden „concentratie" over 39 stemmen; de socialistische groep over 15 stemmen. En toch kwam het niet tot de vorming van een kabinet der linker zijde; moest de heer Cort van der Linden met een extra-parlementair kabinet bij springen. Past het nu aan de meerderheid van toen een hoogen toon te voeren tegen de drie niet gecoaliseerde rechtsche groepen van nu, omdat de crisis nog niet is opgelost? Immers neen. In normale omstandighe den was men maar uiterst zelden in korter tijdsbestek gereed; duurde een crisis meestal langer; en geeft het dan pas in deze abnormale omstandigheden aan hen, die zich met de oplossing van zulk een moeilijk vraagstuk bezighouden, gemis aan spoed te verwijten? De heeren van de linkerzijde, die nu zoo ongeduldig zijn, moeten de historie van 1913 nog maar een3 nagaan; misschien zul len ze dan wel kalmer worden en ontwaakt- een gevoel van schaamte bij hen. „Misschien," zeggen wij. Maar veel hoop hebben we er niet op." (INGEZONDEN MEDEDEEL!NG.' 8014 LEN AFSTRAFFING. In sommige linksche bladen wordt op vrij hoogen toon gesproken over den langen duur der crisis Na enkele dagen van rust is op het Westelijk gedeelte van de Duitsche zaksteiling, tusschen Oulchy-le-Chateau en Fère-en-Tardenois, ten noorden van de Ourcq, de strijd opnieuw begon nen. Daar nebben de Franschen in samenwerking met Britsche eenbeden de SAh Aï(±Us linzen geworpen, waar ae Iaatsfen zich krachtig aanklampten tusschen de streek van Plessier— Huleu en la Rivière. De Franschen namen verder de hoogten ten Noorden van Grand Rozay, trokken liet dorp Beugneux voorbij, bereikten Cramoiselle en Cramaille en maakten op dit punt alzoo een vooruitgang van zoowat drie K.M. Verder zuidwaarts hebben de Franschen zich van Cierges en het Mennière-bosch meester gemaakt. Dus niet alleen uit persbeschouwingen, doch ook uit de herhaalde en telkens wisseling bren gende acties blijkt, dat de groote slag in Frank rijk nog immer voortduurt. En het resultaat?Vele duizenden dooden en gewonden en het verlies van duizenden krijgs gevangenen over en weer, zonder uitzicht op het Duitsche offensief binnengebrachte gevange nen tot meer dan 24,000 was gestegen, de Fran schen verzekeren in hetzelfde tijdsverloop 33,000 Duitschers krijgsgevangen gemaakt te hebben, onder wie niet minder dan 674 officieren. De groote slag blijft dan ook steeds nog stof opleveren voor allerlei beschouwingen, waarbij de schrijvers niet in gebreke blijven, hun aan dacht ook te schenken aan wat zij in de naast? en verdere toekomst als het meest waarschijn lijk achten. Zoo vinden wij nu weer een beschouwing van het Reuter-bureau te Londen, waarin wordt toe gegeven, dat de Duitschers bij hun terugtocht geen groot aantal kanonnen hebben verloren; maar zoo lezen wij dan daartegenover staat, dat zij toch genoodzaakt waren groote hoeveelheden materiaal en munitie in den steek te laten. Deze waren ten Noorden van de Ma me bijeengebracht en toonen dus de bedoeling van den vijand om met groote strijdkrachten de rivier over te steken en in de richting Parijs op te rukken. Wat nu in de naaste toekomst te wachten staat, wordt door Reuter als volgt onder de aandacht gebracht: De aanwijzingen van het oogenblik, zegt hij, duiden er op, dat de Duitschers van plan zijn ongeveer op hun huidige linie stand te houden, maar het lijkt onwaarschijnlijk, dat zij die linie voor langen tijd denken te bezetten. De vijand heeft nog slecnts acht verbindingswegen voor aan- en afvoer. Dat schijnt nauwelijks vol doende voor een groot aantal troepen in zak steiling. Gisteren herinnerden wij eraan, dat reeds eer- der in een Reuterbericht het vermoeden werd uitgesproken, dat de Duitschers hun terugtocht zouden voortzetten, welk vermoeden was gebouwd op het feit, dat verscheidene dorpen in het Duit sche voorterrein in brand stonden. Thans herhaalt Reuter te verwachten, dat de Duitschers zeker tot de Vesle-linie en misschien zelfs tot over de Aisne zullen terugtrekken. Dit zal evenwel nog geen bewijs zijn van een verslagen Duitsch leger, want, zoo geeft de schr. voorhands toe, de Duitschers hebben nog niet geheel het initiatief verloren en zoo ze niet in staat mochten zijn een nieuw offensief te ondernemen op het westelijk front, zoo kunnen zij nog troepen naar andere gevechtsterreinen overbrengen en het is altijd mogelijk, dat zij in de eerstkomende- maanden een offensief hetzij in Italië, hetzij in den Balkan ondernemen. En dat de slag nog niet ten einde is, verze kerde Lloyd George Woensdagavond nog eens in een rede over de economische politiek dei r-ngelsche regeering. Zoolang de slag nog niet geëindigd is, zeide hij 0. tn., moet men voor zichtig zijn en niet te gauw snoeven, maar al.en, die oordeelen kunnen, zijn tevreden over den gang van zaken. Ook de Augustus-maand zal het een spannende tijd zijn en gedurende dezen geheelen tijd moeten de besten al hun denken wijden aan den steun, die wij kunnen geven aan onze dappere aanvoerders, aan onze dappere soldaten, om de overwinning te be halen, waarvan het lot van de wereld afhangt In Italië zijn Woensdag de geschutstrijd en verkenningsbedrijvigheid zeer levendig geweest, doch tot infanterie-acties kwam het niet. De Oostenrijksche staf heeft de balans opge maakt van den strijd, sedert de vorige week in Albanië gevoerd, en zegt, dat de aanvallen der Dit strekt den drie-starrenschrij ver in r „DE BTANDAABD,^ tot aanleiding om de einde. Meldden de Duitschers dezer dagen, dat j het aantal sedert 15 Juli het begin van het volgende rake afstraffing te geven: 41 Een zwarte steenmassa verree3 voor hun oogen. De man met de lantaarn riep: Met is een oud kasteel. Terug, schreeuwde Danda. Wij kunnen dit kasteel benuttigen, zei Verdier, vlj hebben immers de boodschap gekregen, dat het verlaten is. Hoogheid, ging hij voort, zich tot den hertog wendende, wij hebben de voorzorg genomen -enige veifrisschingen voor u en ons zelf mede te lemen. Mag ik vragen.... Uitstekend, zei de hertog, ik heb nog al honger. Het bouwwerk was een overblijfsel der sterkten, egen de Noormannen opgericht, maar thans goed jeels in puin; zij gingen de slotbrug over en wan- elden een eind den geheel verwaarloosden tuin in: itdat zij kwamen aan een kloosterachtig gebouw, at een groote uitgestrektheid bedroeg. Het waren e overblijfselen eener kapel. Na de gang en ver hullende vertrekken te hebben doorgeloopen, kwa- le" zij aan in een in vrij goeden staat verkeerende ln welker midden een tafel stond. Doch groot was hun ontsteltenis, rtoen zij zagen, Jat deze zoo goed als nieuw was, vervaardigd van uwe p.anken en er zich overblijfselen van een maal- tijd op bevonden. Zij keken rond, overal aan de wanden hingen geraamten van dieren, ratten, mollen, honden. Langs een der muren liep een soort galerij met een balustrade van groote steenen en over dé balustrade hing.... een wollen doek. Het kasteel was dus bewoond. Een slag, het geluid van een deur, die op slot w gedraaid, deed het bloed in de aderen stollen. Zij waren de zaal binnengekomen door een uit ijzeren tralies vervaardigde deur. Het was de deur door welke ze binnengekomen waren, die zij thans achter zich hoorden dichtslaan. En van achter de andere deur klonk een heldere, welluidende stem die riep: Hier uw geld, of uw laatste uur heeft geslagen1 Terzeifdertijd klonk van achter de deur, waardoor zij waren binnengetreden, een geheel andere stem, een diepe bas: De brug is opgehaald, het geheele kasteel in gesloten. Grijpt ze, slaat neer de bende! J/®! zoo, wij zijn ingesloten, merkte de hertog van wellington op. Een tooneel van wilde verwarring volgde. Een der Franschen viel dood neer, een kogel schoot den hertog den hoed van 't hoofd en de man aan de deur, die had geroepen: „Hier uw geld," viel even eens getroffen neer. EEN OORZAAK. Eeno mevrouw te Amsterdam tot de nieu we keukenmeid: „En dan, Dientje, moet ik je nog <jp het hart drukken, vooral voorzich tig met vuur te zijn, want ik ben nergens zoo bevreesd voor, als voor brand." Dientje: „Mevrouw beeft zich niet onge- lust te maken, ik ben er zóó bang voor, da,t iederen avond een van de brandweer mij gezelschap komt houden." HIJ ZOU 'T 'M WEL AFLEERFN. 't Was niet zoo héél vroeg, dat hij thuis kwam. Zijn vrouw lag boven, en waakte. Plotseling hoorde ze 'n verschrikkelijken 3lag. Hemel, wat doe je? riep ze naar be neden. N... ui... niks, lieveling, luidde het ant woord. M... maar ik zal dien goudvisch Ice... Ieeren, naar mij te h... h... happen! Al deze drie schoten kwamen van de eerste deur j De hertog had de leiding. en werden afgevuurd door een ouden man met langen baard, gekleed in een ruim wollen kleed, bij het volk in den omtrek bekend als de kluizenaar van het kasteel. De man, die achter de deur aan de overzijde was neergeschoten was de aanvoerder van een bende struikroovers, op weg naar Wyemouth, die het kasteel waren binnengekomen m de meening. dat het veriaten was. De struikroovers onderstelden natuurlijk, dat de kogel, welke hun aanvoerder gedood had, een ant woord was van de Franschen op hun verzoek om geld; en ineens snelden zij de zaal in, besloten om den dood van hun aanvoeider te wreken. Er waren er vijftien. Oogenblikkelijk vulde ae kamer een verwarde mengeling van knallende pistolen, kletterende zwaar den, vloeken en geschreeuw. Te midden van eenige Franschen, die zich om hem heen hadden geschaard om hem te beschermen stond de hertog, blootshoofd, zijn bruine haren flad derend in den tocht Wel, het zal spoedig met ons gedaan z|jn> a]s wl] met oppassen, zei hij ik zaj niet ontviuchten, ten minsle nu niet Ik zal u zeggen, wat gij doen moet, als gij wilt. Boven al 't tumult uit klonk de stem van Verdier: Volgt de bevelen van den hertog. En ineèns volgde op de verwarring een ordelijke gehoorzaamheid aan een alles beheerschenden geest. Hij wenkte en fluisterde: Gij ziet de tafel daar? Gij beiden moet deze op een zijde tegen den muur plaatsen en er achter kruipen, En vóór zij zich konden bewegen, sprak hij tot twee anderen: Die twee kerels daar, houdt hen goed in de gaten en legt ze neer. zoodra ik het gelast. En oogenblikkelijk daarop tot een vijfde: Gooi uw jas over de lantaarn. Eensklaps heerschte er diepe duisternis, waarvan de beide Franschen gebruik maakten om de tafel naar den muur te wentelen, buiten het bereik van des kluizenaars kogels, terwijl de hertog tot de beide anderen sprak: Nu is het uw beurt: n,.;,. Hij had terecht voor^'™t0mJe? de atwwallers; !letniiae™r.,?t."Uel.«:C5o<,, de «et. de, Fraa- S^nhfufrfï'uis"érde de hertog tot Verdier. sluip vlug en kalm naar gindsche deur en leg den ouden man het zwijgen °P* De kogels waren weer begonnen te fluiten, toen een vervaarlijke schreeuw van de deur weerklonk Jullie drieën, sprak de hertog tot drie anderén gaat tien passen naar de deur en trek uw zwaarden' - En gij, sprak hij weer tot een ander, ga bij de lantaarn staan tot ik roep: haat af! Dan trekt 21 de jas er af en snelt naar de taieL 0 Er bleven nog drie Franschen over, tot hen riep hij: Volgt mij naar de galerij. Toen zij op handen en voeten een paar afgebrok kelde treden waren opgeklommen, schreeuwde de hertog Nu de lantaarn. Haal af. Dit alles was het werk vhn ee.n,°og*"„ ijl:J' zelfdertiid dat het licht werd, vielen weer eenige roovers neer en de rest maakte dat ze weg kwam. DDfhoofdSa£ was nu, dat de hertog alleen stond aan het einde der galerij en juist achter hem bevond ~*ch een deur. Ongemerkt, in de hitte van bet in vecht, siak hij de hand achter zich uit, tastende naar den knop. De hertog draaide den knop om, gleed door de geopende deur en sloot ze aan de andere zijde stevig dicht. Hij liep over een vermolmden vloer tot hij fmnd t e deur k 'am> die liij opende. Hij be- 1 zieti m een slaapvertrek, deels verlicht door een lantaarn aan den muur, deels door eenige gloei ende kolen in den schoorsteen. Hij' trad binnen en zag een matras met een deken erover. Ach^r hem vielen de slagen met geweld op de ijzeren deur. Zijn mond opende zich tot een glimlach. Het uur voor zijn slaapje was reeds iang voorbij en hij was zeer vermoeid. (Wordt vervolgd^

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1918 | | pagina 1