DL SAMENZWERING.
REGEERIN6S-VISCH.
fieldigheidsduur Mkaart 62e week
WAT D5 PERS ZEGT
BUITENLAND
P. W. TWEEHUIJSEN,
KINDER-SUjKERKAARTEN
MELK VOORJEDRIJVEH
VERVOERVERBOD HENNEP
Vroolijk Allerlei
WERELDBRAND
RUSLAND
WITTE SQHCEUEH
STERKE VETERS
FEUILLETON
'JQE^SDAG 7 AUGUSTUS 1918
42ste JAARG8ANG 9708
BUREAUX: NASSAULAAN 49, HAARLEM
DE ABÖNHSfilENTSPRIia BEDRAAGT VOOR HAARLEM EN AGENTSCHAPPEN: PER IjWABJAAL f 1.95; PER
TELEFOON 1426 EN 2741 ADVERTENTIEN
WEEK 15 CENTSFRANCO PER POST PER KWARTAAL f 2,30
20 CENTS PER REGEL 20 °/0 OORLOGSTOESLAG. BIJ CONTRACT BELANGRIJKE KORTING
per persoon één pond Visch
'etters A tot en met L
op Vrijdag 9 Augustus;
letters Ni tot en met Z
op Zaterdag 10 Augustus 1918,
vóór of op 15 Augustus a s. schriftelijk
gedurende zes dagen.
GEEN WIJZIGING IN DEN TOESTAND DE
DUITSCHERS VERDEDIGEN ZICH KRACHTIG
AAN DE VESLE - STILSTAND IN DE ACTIE
VERDERE TERUGTOCHT NIET ONMOGE
LIJK VAN DE ANDERE FRONTEN.
VERSPREIDE-BERICHTEN
Barie!joi*ïsstraat 27. TEL. £77 9
NIEUWE
COURANT
BERICHT AAN ONZE ABONNES.
Voor onze abonné's op de „Nieuwe Haar-
lemsche Courant" hebben wü als premie een
serie Stadsgezichten (Ansichtkaarten) doen
vervaardigen.
Deze collectie, in zeven verschillende opna
men uitgevoerd in koper-diepdruk zullen wij
etaleeren in ons Bureau, Groote Houtstraat
No. 15, alwaar zij tevens verkrijgbaar zijn
voor den luttelen prijs van 10 ct. per serie van
zeven stuks.
Onze lezers buiten Haarlem kunnen de se
rie op verlangen per post ontvangen met ver
hooging van 2 cent voor verzending.
Donderdag 8 Augustus verkrijgbaar van 10
uur v.m. tot 1 uur n.m. 8221
op vertoon van
VISCHKAART NO. 2001—2600
in de Gemeentelijke Vischhal;
De Directeur v. h. Gem. Levensmiddelenbureau
F. DE JONGE.
De Directie van het Gemeentelijk Levensmid
delenbureau te HAARLEM brengt ter kennis,
dat voor kinderen beneden den leeftijd van één
jaar waarvoor kindermeel of bloem wordt ver
strekt, eveneens een KINDER-SU1KERKAART
kan worden afgehaald, op vertoon van het ge
boortebewijs, voor hen wier naam begint met
een der 8221
telkens van 8 tot 2 uur n.m.
Voor kinderen, waarvoor geen kindermeel of
bloem wordt verstrekt, wordt eveneens een kinder-
suikerkaart afgegeven, doch moet van die kinde
ren een bewijs van inschrijving in het Bevol-
kings-Register dezer gemeente worden ingeleverd.
Houders van inrichtingen voor het verstrekken
van maaltijden aan het publiek, melksalons of
bedrijven, welke in het komende rautsoeneerings-
tijdvak MELK wenschen te ontvangen buiten
het hoofdelijk rantsoen, moeten
aan het Gemeentelijk Levensmiddelenbureau, afd.
Melk (bus 3) eene opgave inzenden van:
a. hoeveel melk per dag verlangd wordt;
b. van welken melkverkooper tot heden de melk
werd betrokken;
c. voor welk doel de melk wordt aangevraagd;
d. het verbruik met vermelding van den toen-
maligen leverancier gedurende de maanden
September 1917 tot en met April 1918, per
maand gespecificeerd. 8221
Na 15 Augustus ingekomen opgaven worden
niet in behandeling genomen.
De Gemeentebesturen van HAARLEM,
BENNEBROEK, HEEMSTEDE en SCHOTEN
brengen ter kennis, dat door den Minister van
L., N. en H. is bepaald, dat het vervoer van
Hennep is verboden. 8220
De Gemeentebesturen van HAARLEM,
BENNEBROEK, HEEMSTEDE en SCHOTEN
brengen ter kennis, dat door den Minister van
L., N. en H. is bepaald:
1, De Wittebrood-, Bruinbrood-, Roggebrood- en
Aanvullingsbroodkaarten voor het 62ste tijd
vak zullen geldig zijn
2. De onder 1. bedoelde broodkaarten voor het
63ste EN VOLGENDE TIJDVAK zullen,
zoolang niet anders is bepaald, geldig zijn
voor ZEVEN dagen.
3- De bepaling, dat op bons der broodkaarten
kan worden aangeschaft de helft van het
broodgewicht, dat op de bons is aangegeven,
blijft van kracht. 8220
tt Voor onze landbouwers
Alle standen in de Maatschappij moeten hun
nut verspreiden en bijdragen tot de welvaart van
het geheele volk.
De boerenstand niet het minst.
Hij zorgt voor de voedselvoorziening der
Gemeenschap.
Is dit in gewone tijden reeds zijn verantwoor
delijke taak, die verantwoordelijkheid rust nog
veel zwaarder op zijn schouders in tijden van
voedselschaarschte, van buitengewone duurte,
die wij nu beleven.
Het gewone model van den band van saam-
gehoorigheid, zonder welke een geordende Maat
schappij onmogelijk is, en in zelfzuchtig indivi
dualisme uiteenvalt en ten onder gaat, moet
thans vervangen worden door een band van
buitengewoon model, breeder, sterker, vaster toe
gesnoerd, nu de toekomst zorgwekkender dan
ooit aan den economischen gezichtseinder dreigt.
En nu wij dit neerschrijven, neigen zich onze
gedachten naar de rechtmatige «grieven
der boeren tegen menigen regeer i ngsm a a tregel
vooral naar het verbod, om hun zooveel graan
te laten, als zij voor hun eigen gezin noodig
hebben.
Van minister Posthuma verwachten wij geen
intrekking meer van dezen o. i. glad verkeerden
maatregel; wèl van zijn opvolger.
Maar. nu dringt zich een ernstig woord in
ons op.
De boeren moeten zelf zorgen, dat zij de
Regeering de intrekking van bovengenoemd ver
bod mogelijk en gemakkelijk maken. Zij moeten
toonen, dat zij het vertrouwen, hetwelk de
Regeering in hen wenscht te stellen, waardig
zijn.
En wanneer wij nu lezen, dat de nieuwe oog6t
nog niet binnen is, of de boeren beginnen al,
ondanks de strenge verbodsbepalingen, granen
tegen schandelijk hooge prijzen te verhandelen;
wanneer wij het haast ongelooflijke, zwart op
wit zien, dat er in Noord-Brabant landbouwers
worden aangetroffen, die in alle haast granen
gedorst hadden en voor f 85.per H.L. aan
particulieren verkochten dan zeggen wij ronduit:
als de Regeering u, landbouwers, wantrouwt, als
zij onwillig is om u het benoodigde graan voor
eigen gezin te laten, dan hebt gij dit aan u
zeiven te wijten, Gij hebt het dan zelf gewild.
Niet alle boeren maken zich aan dergelijke
hoogst afkeurenswaardige practijken schuldig;
dat weten wij wel.
Maar in het licht van het aangehaalde feit,
meenen wij de landbouwers onder onze lezers
voor die practijken ernstig te mogen en te moeten
waarschuwen.
De aanwending dier practijken zon niet in het
belang van den boerenstand wezen. Integendeel.
Hun rechtmatige wenschen en grieven zouden er
door in den druk geraken en niet tot hun recht
komen.
Het christelijk beginsel van saamgehoorigheid,
de naastenliefde, legt aan alle katholieken, dus
ook aan de katholieke landbouwers, dm plicht
op, om vooral in de bange dagen die wij door
worstelen, niet alleen aan zichzelf te denken, niet
als een hamster alleen voor zichzelf te leven,
maar in den geest wan zelfverloochening en
offervaardigheid, te denken aan de behoeften, de
nooclen onzer medebroeders en -zusters in Chris
tus, die niet zelden, o, zoo nijpend zijn.
En vooral, om in dien geest te handelen.
Met het oog op de vetschaarschte is
er alles aan gelegen, dat niet, als tot he
den, een aanzienlijke hoeveelheid boter
buiten de distributie om en zonder af
gifte van bons verhandeld wordt'.
De minister vaji Landbouw is derhalve
gekomen met een karnverbod.
Het maken van boter ia dus verboden
D.w.z., men mag alleen boter maken
als men zicb verbindt, zeer bepaalde,
scherp omschreven voorwaarden na te
leven.
De hoofdvoorwaarde is, dat de ge
heele boterproductie voor de rijksboter-
inzameling wordt afgeleverd, behoudens
een zekere hoeveelheid die aan den pro
ducent (melkleverancier) gelaten wordt.
„Ik heb het wen3chelijk geacht
schrijft minister Posthuma letterlijk
laatstgemelde bepaling te treffen, welke
den producent in een eenigszins bevoorrech
te positie plaatst, omdat zij mij het beste
middel toescheen om te prikkelen tot het
inleveren van het overige deel der pro
ductie; alleen langs dezen weg zou m.i.
het frauduleus achterhouden van boter
kunnen voorkomen worden.
Een verstandig man, die minister Post
huma, zal men zeggen.
En een menschkundige overweging,
waardoor hij zich laat leiden.
Inderdaad.
Maar hoe is het dan in 's hemels naam
mogelijk, dat het denzelfden minister, die
ten aanzien van de boterinzameling een
zoo goed inzicht toont, nan datzelfde in
zicht gefaald heeft en ondanks waarschu
wing op waarschuwing, ervaring op erva
ring, is blijven falen ten opzichte van de
graaninzameling
Is wat van de boter geldt: dat het laten
van hetgeen voor etoen gebruik noo lig is
het eenige middel is om frauduleus ach
terhouden te voorkomen, niet evenzeer op
rogge en tarwe van toepassing
Hoe heeft de minister kunnen meenen
en heeft bij koppig iu di9 meenillg
volhard dat de boeren tot den laatsten.
korrel graan trouw zouden inleveren, ter
wijl hij op inlevering van het overige deel
der boterproductie slechts durft rekenen
ais hij den producent Iaat wat deze voor
eigen gebruik noodig heeft?
Deze, schier posthume, maatregel yan
minister Posthuma is de scherpst denk
bare zelfveroordeeling van zijn beleid in
zake de^ graaninzameling-
Zou hij, als laatste regeeringsdaad, niet
wijs doen met op dat beleid terug te
komen en den graanbouwers tóe te staan,
wat liij thans den boterproducenten ver
gunt?
Éi' zal, vermoedelijk, geen korrel graan
minder om worden ingeleverd.
Het verschil zal alleen zijn, dat dan ge
oorloofd wordt teruggehouden wat nu clan
destien wordt achtergehouden, en dat een
groot aantal broodkaarten minder behoe
ven te worden afgegeven.
Er zou dus winst zijn in piaats van
verlies. i
een ZELEVEROORDEELING.
hrnini efin^et °pschrift „Minister Posthuma's
Het Huis-.'^em Zölf veroordeeld>" schrijft
„Ons vetrantsoen is gering en dreigt
nog verminderd te zullen'worden.
Aan het Westfront is geen wijziging in den
toestand ingetreden. In het Oise-gebied werden
slechts verkenningsgevechten geleverd; in de
streek van de Vesle herhaalden de Franschen
echter hun aanvallen, waarbij zij op eenige pun
ten over de riyier trokken, doch, volgens het
Duitschè legerbericht, weer even spoedig terug
geworpen werden. Het Duitsche communiqué
over de legergroep van den kroonprins iuiat.
Na zijn mislukte plaatselijke aanvallen g'Ug a
vijand gisteren met een sterke sfcrijdmaent tot
den aanval over tegen den Vesle-sector, ter
weerszijden van Braisne en ten Noorden van
Jonchery. Uit kleine woudgedeelten op den
Noordelijken rivieroever, waarin hij zich tijde
lijk genesteld had, wierpen wij hem door een
tegenaanval terug. Eenige honderden gevange
nen bleven hierbij in onze handen. Voor 't ove
rige versmoorde de aanval reeds vóór het berei
ken van de Vesle ih ons artillerie- en mitrail-
leurvuur.
En de Engelschen melden dat ten Noorden
van Montdidier de Franschen tot de Avre zijn
doorgedrongen, die zij bereikten tusschen Bra-
ches en Morizel. Een vijandelijke poging, ten
Zuidoosten van Montdidier ondernomen, is ge
heel mislukt; gevangenen bleven in onze handen.
De Duitschers bieden dus ten Noorden van
de Vesle vinnigen tegenstand en de gealliëer-
den zijn daarom gedwongen, eerst de aankomst
van hun zwaardere aanvalsmateriëel af te wach
ten. Hoe zich de strijd zal ontwikkelen, is nog
niet te zeggen, doch de gealliëerden zullen wel
gelijk hebben met aan te nemen, dat het er
den Duitschers niet om te doen is, aan de Vesle
langdurig tegenstand te bieden, maar alleen om
den opmarsch nog wat tegen te houden, terwijl
het gros van de Duitschers zich achter de Aisne
terugtrekt.
Nog voortdurend neemt men branden waar,
evenals belangrijke wijzigingen in het geschuts-
vuur. Ook worden de telefoonlijnen en de spoor
wegen bij het front verplaatst.
Ook van andere fronten wordt weinig nieuws
gemeld.
Naar officieel wordt medegedeeld, is Ar
changel door Emigelsclie troepen bezet. Volks
commissaris van Oorlog, Trotsky, heeft,
naar aanleiding van deze gebeurtenis een
dagorder uitgegeven, waarin bij o!a. met
straf bereigt al de leden der 'aatselijke
Sovjets, die hun plicht verzaken.
Elk verf et-en woo r d i ge r der Sovjetmacht,
zoo zegt hij, welke zijn post verlaat, zonder
al zijne krachten ter verdediging te hebhen
aangewend, is een verrader, welke des doods
schuldig is. Ik beveel hierbij al die leden
der Sovjet te Archangel, welke volgens be
trouwbare inlichtingen als deserteurs te be
schouwen zijn, in hechtenis te nemen en ze
aan een revolutionaire rechtbank over te le
veren.
Het "is natuurlijk dat de Duitsche bladen
vooral niet te spreken zij 11 jover rle beschie
ting van Archangel en de landing van Japan-
sche troepen te Wladiwostok, zoo zegt het
„Frcmdenblatt".
Het zal Wilson moeite kosten, om 't Ame-
rikaansche volk te doen begrijpen dat de ge
wapende inval in Rusland in overeenstem
ming is met het zelfbestemmir^srecht der
volken en waarom Amerika togen zijn vroe
gere politiek in thans het streven van liet gele
ras in Oost-Azië steunt. Er wordt nu plot
seling een zelfbestemmingsrecht van de Rus
sen aan do Moermansknst en te Wladiwos
tok geconstrueerd, dat toch wel heel zon
derling voorkomt, wanneer men hoort, dat de
Engelschen vertegenwoordigers van de Sovjet
to Kern en elders eenvoudig neeuschleten.
Rusland moet weer iu den oorlog gesleept
worden, al wil het Russische volk niet. Dat
is de politiek der Entente, die voor ue vrij
heid en liet zelfbestemmingsrsckt der vol
keren strijdt.
Ook de „Nene Wiener Journal" en de „Ar-
baitenszei tuxig" doen harde woorden hoor en
aan het adres van Wilson en Lloyd George.
Volgens een bericht in de „Iswestija" is
professor Masaryk op reis naar Samara in
Wladiwostok aangekomen.
(Men zal zich herinneren, dat professor
Masaryk, een verbannen en daarna ter dood
veroordeelde Oostenrijksck parlementslid, en
leider der Tsjechen, in Engeland en Amerika
propaganda voor de Tsjeoho-Slowaken heeft
gemaakt. Hij is thans naar de in Rusland
strijdende Tsjechische legers onderweg).
ONDEUGDELIJK GESCHUT.
Het nieuwe blad „Mir" (Vrede) drukt een
geheim telegram van den voormallgen minis
ter van oorlog. Kerenski, aan den minister
van Buitenlandse he zaken, Teregtsjenko af,
gedateerd 20 Juni 1917, waarin Kerenski er
zich over beklaagt dat de bondgenooten van
Rusland grootendeels onbruikbaar gesehut
geleverd hadden; 35 pet. der kartonnen had
den gedurende twee dagen met middelbare
kracht afgegeven vuur niet kunnen volhou
den.
de strijd tegen de huikbooten.
He marine-correspondent van de times
doet interessante mededeeiingen van het
werk der Brioche geheimzinnige schepen,
die een belangrijke rol speelden in den oor
log tegen de duikbooten en bewijzen, hoe
de zeelui hun vernuft in dienst van het land
stellen. Het publiek wist vóór deze week
niets over de „mysterie-schepen", die be
kend staan als Q-schepen, ofschoon verschei
dene officieren, o.a. kapitein Gordon Camp
bell, reeds gedecoreerd zijn voor de dien
sten, door hem met deze schepen bewezen.
Nu echter kunnen bijzonderheden gepubli
ceerd worden, daar de Duitschers door de
bittere ervaring de methoden, welke tegen
hen gebruikt worden, reeds hebben leeren
kennen.
De correspondent Z3gt, dat de^ eerste ver-
melding van een mysterie-schip in het geval
(INGEZONDEN MEDEDEEL!NG.'.
8014
van de „Baralong" plaats hal, welk schip
den 19en Aug. 1915 een duikboot tot zin
ken bracht, nadat de „Arabic" gotoipe ce.\l
en gezonken was. Men zal zich herinneren
dat de Duitsche regeering ertegen protes
teerde, dat de „Baralong" niet de uiterlijke
teekenen van een oor logs chip gedragen had.
Hel „Baralong" geval was echter niet lij
eerste, waarin de misleidende mysterie sche
pen gebruikt werden; en sindsdien he: b n
deze, als onschuldige koopvaarders vermom
de steeds aan betang en aantal gewonnen.
De Duitschers hebben een klaaglied aan
geheven over dit „verraad" der Britecho
zeelui, (welke verwijten merkwaardigerwijs
begin 1917 eindigen) en leverden daardoor
een typisch voorbeeld van hun mentaliteit,
want zij vergaten, dat in ieder geval de
duikbooten zelf de aanvallers of mogelijke
aanvallers waren. Blijkbaar achien de Duit
schers elke krijgslist veroorloofd, behalve
wanneer de2e tegen hen aangewend woiuri
Men moet niet vergeten, dat de Duitschers
deze mysterie-schepen evenals alle andere
handelsschepen zouden aanvahen, als z.j
daartoe de gelegenheid hadden gehad.
De Britsche leiders 'toonden hun vernuft
en vindingrijkheid bij het ontwerpen van
plannen voor duikboot-vallen. De correspon
dent geeft een voorbeeld van een thans uit
den dienst getreden admiraal, die als kapi
tein op een mysterie schip een hooiberg op
tek liet plaatsen. Toen een duikboot bevel
gaf te stoppen, waren de Duitschers heel
verbaasd, de volle laag uit den hooiberg
te krijgen!
In een ander geval werd een yver de Noord
zee zwervende vrachtvaarder door een Duit
sche duikboot aangebonden; de bemanning
kreeg bevel in de booten te gaan en zóó ze
ker waren de Duitschers van hun zaak, dat
zij de bommen, waarmede hun prooi tot zin
ken gebracht zou worden, reeds op het dek
der duikboot gereed legden. Door nauwgezet
manoeuvreeren slaagde de kapitein van het
vermomde schip erin, de duikboot onder
schot te krijgen; twee granaten uit de ver
borgen opgestelde kanonnen waren voldoen
de om de bommen op het dek der duikboot
tot ontploffing te brengen en den heelen on
derzeeër naar den bodem der zee te helpen.
He correspondent vertelt verder de anec
dote van. een onderzeeër, die een mysterie
schip bevel gaf te stoppen en vijf granaten er
op afvuurde. Toen de booten het schip al ver
iaten hadden, verscheen er 'onverwachts nog
een vrouw aan boord met een baby in haar
armen. Plotseling smeet de „vrouw", die
deed alsof zij radeloos van. angst was bü de
gedachte niet meer van boord te zullen ko
men, haar „baby" op ds vlakbij liggen e
duikboot, die door de ontploffing van den
bom, die in de „baby" verborgen zat, totaal
vernield werd. De „vrouw" kreeg het Vieto-
ria-kruis!
WAT BEI£IE BETAALD.
In het Lagerhuis ve: O-
eil in antwoord op een vraag, dat hij, of
schoon bij geen nauwkeurige gegevens be
zat over het totaal van de oorlogsschattin
gen en requisities der Duitschers in alle be
zette gebieden, wel verklaren kon, dat de
Duitsche gouverneur-generaal in Belg ie eeu
totaal bedrag van 2380 millioen francs van de
bevolking heeft afgeperst, .behalve dan nog
de boeten, aan de bunrers individueel opge
legd. Deze monsterachtige uitbreiding zou,
naar Cecil verklaarde, in aanmerking geno
men worden bij bet opstellen der vredesvoor
waarden.
IN HET HON GE: IGE DUÏTSCHLAND.
In de tram: „Alles vol, we zitten al als
baringen."
Heer op het balcon: „Haringen, wie hoeft
'r daar haringen?"
GEMOEDELIJK.
Toerist: „B(j deze gevaarlijke helling
mocht wel een waarschuwingsbord staan."
Gids: ,,'t Is niet zoo erg gevaarlijk. Voor
'n paar jaar hadden ze er een bord neer
gezet, maar omdat er toch niemand naar
beneden viel, hebben ze 't maar weer weg
genomen."
4o
Zij vlogen door de lange straat naar de kerk. Zij
widen naar de achterzijde en vonden een houten
deur, slechts door een grendel aan den buitenkant
afgesloten.
Zij gingen de kerk binnen en ontsloten de deur
tan het voorportaal, opdat het volk vrij kon binnen
stroomen.
Hierheen, mejuffrouw, naar den toren, schreeuw
de Oolde.
Het was een zware vierkante toren, waartoe een
deur binnen in het gebouw toegang verleende. Zij
gingen er binnen en, snelden de trappen op.-Halver-
wege kwamen zij aan een vertrek, waarin de klok-
ketouwen naar beneden hingen.
Plotseling was geheel Seacombe ontwaakt en
$ta»-de men verschrikt naar buiten. Luid klonken de
2ware slagen van de torenklok onheilspellend door
den duistéren nacht. Brand! Brand, klonk het over-
in het rond. Van alle kanten stroomden de
J'enschen verschrikt de straat op, zich verwonderend,
til z'j nergens een vuurgloed ontdekten. En toch
Wdden de klokken het alarmsignaal.
Inmiddels had Lize te voet de stad bereikt en
snelde door de straten. Zij ging de kerk binnen en
verdween eveneens in den toren. Zij zag het licht
van de lantaarn uit de openstaande deur komen. Zij
liep op de deur toe en keek naar binnenOolde en
Perilla stonden met hun rug naar de deur. Zij strekte
den arm om de lantaarn naar zich toe te halen, doch
zij stond te ver af. Toen ging zij de kamer binnen.
Plotseling schreeuwde Perilla: „Kijk," maar te iaat.
Lize was weer weg, hen in de duisternis achterlatend.
De deur was dichtgetrokken en aan de buitenzijde*
gesloten.
De toren lag vol puin, vuil en afval. Er lag ook
een groote hoop oude documenten en andere pa
pieren. Lize stapelde deze op rondom den voet der
trap en hield de vlam der kaars er tegen aan. Een
vlam schoot de hoogte in. Zij wierp dé lantaarn op
den brandenden hoop, stapte de kerk in en sloot
de deur achter zich. De klokken hadden opgehouden
met luiden.
In weinige minuten stond het oude gebouw in
vlammen.
Het scheen, dat geheel Seacombe zich buiten op
het kerkplein en de uitkomende straten had verza
meld. Zij stonden te gapen naai' de opstijgende
rookwolken niet roode vlammen er tusschen. Zij
verlichtten ver in het rond de duisternis. Juist toen
de brand op zijn hevigst was, verschenen een man
en een vrouw tusschen de ontstelde menigte. Het
waren Golde en Perilla, die intijds dooreen tweede
deur hadden kunnen ontsnappen. Wat Lize betreft'
deze wn inhisschen verdwenen en niemand vroeg
of wist waarheen. Zij had r°ndf^°°'d' d^enFerllla
en Golde den toren in lirand hadden gestoken.
Perilla was buiten zich zelve, toen zij dit hoorde.
Jullie liikt wel dwaas, nep zij den menschen
toe, om de eersre de beste leugenachtige Fransche
vrouw, die u wat op de mouw komt spelden, te
geiooven. Wat de vrouw vertelde was niet waar,
begrijpt ge geen letter was er van waar. Zij achter
volgde ons'op de heide, omdat zij wist, dat wij u
gingen aansporen de" hertog-te bevrijden vóór de
boot terugkwam. Zij sad* de kerk in brand en gij
hebt nu niets anders te doen dan met mij en mijn
heer Golde mee te 8aan om. de Franschen op te
vangen en den hertog te bevrijdenals het niet te
laat is.
Wat hertog?
Wat boot
Luister een oogenblik naar mij. De Franschen
hebben-den hertog opgelicht.,..
Weiken hertog?
Natuurlijk den hertog van WellingtonOm
welken anderen hertog bekommeren zij zich?
In een paar woorden had Perilla nu alles uitgelegd
en spoedig was er een groote troep, gewapend met
lantaarns, stokken en allerlei wapenen, op we8 naar
de kust.
Toen zij het strand bereikten, waren er geen
Franschen; en geen wonder. Bleek van woede en
teleurstelling hurkte Perilla zich om nauwkeurig het
zand te onderzoeken. Haar hart stond bijkans stil.
Hoe was het mogelijk dat de boot zoo lang weg
bleef? Zij waren zeker al weg. Nauwelijks had zij
dit overdacht of zij uitte een kreet van vreugde. Zij
had een partij voetstappen ontdekt, met de punten
landwaarts gericht. Terzelfdertijd hoorde men een
plons in een plas op de bank. Deze werd veroorzaakt
door Lize, die, hen in de duisternis bespiedend en
de kreet van Perilla hoorend, thans heenliep om haar
vrienden te waarschuwen.
Hoort gij dat, riep Perilla; de vrouw! Kom!
Lize vluchtte, haar vervolgers achter haar. Gei "as
absoluut noodig, dat zij haar landgenooe
«óór de he,te,/Kon 'te wete» tojM
was om hem te bevrijden. He HT was een massa
ten westen, waren haar ao Jieide en de
rotsen met de_eene zq_ gekcerd_ Lize sneide naar
andere zijde een plotselinge zijwaartsche bewe-
d? ia" jst zii haar vervolgers te ontsnappen. Zij begon
troepen ,,Camil!e, Camille» met een onderdrukte
stem onder aan den voet der klippen heen en weer
joopénd in groote angst. Een hevige regen begon
je vallen.
Oogenblikkelijk hoorde zij een geluid en het
angstig naderend riep zij nogmaals zacht: „Camillel"
Terstond daarna was Verdier bij haar.
Nog één minuut, sprak zij. en het is gedaanI
Er zijn menschen op de heide, die naar u zoeken,
Camille, om 's Hemels wilf
Is hier niet ergens een rots in de nabijheid,
Z°-Ïfzij moet iets verder naar het noorden zijn.
De Grot Her Geesten wordt zij genoemd. - Loop,
loop
En Verdier snelde heen. dezen kant op. jk
denk, 'dat^wij 'daar een schuilplaats hebben tegen
deE Sneren' noordwaarts en kwamen aan een ope
ning in de rots, welke zij binnen gingen.
Haar is een poel, fluisterde Lize. gij moet et
doorheen gaan naar de andere zijde. Zij zullen zeker
hierheen komen.
Maar.dat is wel wat te veel om van hem
te verwachten, sprak Verdier. Hij zal er niet door
heen willen.
Zij antwoordde niet maar sloop onhoorbaar naar
voren, naar den kant der poel. Plotseling slaakte zij
een schrille kreet de kreet eener vrouw in doode-
lijke angst. De geheele bende vloog na¥,pn'ocf.
hertog meer ongerust dan de rest. Maaron]. eeil tonn
kreet was met geheel voorgewend, e
van werkelijke angst, van verrass
(Wordt vervolgd.)