mil muff
m én om Haarlem "j
FEUILLETON
JACQUES DE BRANCION
WAT DE PERS ZÉGT
KERK EN4SCHOOL
LEGER
3RDE EN ARBEID
SPORTdEN SPEL
yROOLIJK ALLERLEI
(Woensdag 18 September Tweede blad
HEIT KLOKHUIS.
Haarlem bazit een schat van merkwaar-
Bigbeden uit oude tijden en, wat wellicht
evenzeer op prijs te stellen is, ook een
p ur van mannen en vrouwen, die de over
blijfselen v,an oude kunst en folklore naar
waarde weet te Schatten en te waarde eren.
De vefeeniging „Haerlem" en die tot' uit
breiding- der verzameling van kunst en oud
heden in het Gemeentelijk Museum leveren
Werk en arbeid, dat nog door een ver na
geslacht zal worden gewaardeerd.
Ook particulieren verrijkten menigmaal de
geschiedenis of den aanblik onzer stad met
een brokje kunst, dat hun gehechtheid aan
hun vaderstad eere aandeed.
Wat nu de firma Enschedé aan het vol
voeren is, zal o.ok dit oude Haarlemsche
geslacht tot in verre toekomst tot glorie
strekken.
De firma Enschedé moet haar kantoren
uitbr Hen, maar ruimte gelijkvloers was er
niet meer en daarom besloot zij het in de
hoogte to zoeken. Daartoe laat zij den vi'be-
geren klokhuistoren in zijn ouden vorm her
stellen.
In 186? kocht de firma. Johannës En
schedé en Zonen het oude kerkhof voor
f lO.oOÖ van heëren kerkmecsteren der Gröo-
te Kerk. Zij konden toen niet vermoeden,
dat zij op een knekelhuis te land zouden
komen, dat de. kosten van opgraven en op
ruimen belangrijk verhoogde. Op dezelfde
plaats, waar- nu de. kantoorlokalen komen,
stond tot 1804 het klokhuis, welks geschie
denis weer in nauw verband stond met den
bruw van den St.' Bavo.
Dit schoone gothieke gebouw werd het
groo. #e en duurzaamste monument van d„en
kunstzin der vaderen in de 15e eeuw. Daarin
heeft die eeuw haren rijkdom, maar ook'
hare armoede getoond. In het begin van
die eeuw was de oude kerk te klein ge
worden voor de wassende stad. Want ook
toen werd het noodig, de vesten te verleggen
van de Oude Gracht tot aan de Hout"
en Zijlpoorten. Men besloot toen de kerk
van stadswege te vernieuwen en te maken
tot een machtig gebouw. Niet in eens, maar
bij stukken.
De westelijke vleugel, waar toen de toren
stond, zou het eerst overtrokken worden.
In de eerste helft der 15e eeuw ging het
werk flink voort. In- de tweede helft dier
eeuw kwam de eb der tijden voor menige
stad in Holland en voor Haarlem dat een
bankroet nabij was, in 't bijzonder.
Daardoor ging het met den bouw der kerk
langzaam, en om dien reden is men tevreden
geweest met de houten gewelven in het
schip, en is h et werk nooit geheel afge
maakt. Er ontbraken nog altijd de luchtbo
gen en veel andere noodzakelijke ornamen
ten aan. In 1470 werd de bouw. voortge
zet en maakte men de eigenlijke kerk af.
Wat van de oude kerk nog overbleef viel
Mok bij stuk. De nieuwe St. Bavo - op de
Groote Markt werd, zooals wij bekend mo
gen veronderstellen, over do oudore kleine
heen gebouwd. Ook de oude kerktoren moest
onder den moker vallen- Maar nu was er
geen toren meer om de klokken op te ber
gen. j
Zoodoende kwam, men tot het besluit een
„klokhuis" te bouwen. Men bouwde dit aan
het oosteinde der begraafplaats, die de kerk
omringde. i,
Op het stadsarchief alhier is nog een the
sauriersrekening van 1480, die düidelijk
spreekt in de volgende wóórden: „Pieter
Willems, Bode, tot hulpe van de gemeene-
buijren en dat lattere onkosten van dart
olockhuys op dat nijeuwe kerkhof te bren
gen V Eijnsgulde is 5 Rijnsche guldens).
Op dit kerkhof bouwde Gerrit van Vy het
klokhuis, dat zooals Ampzing, de 17e eeuw-
■jche Haarlemsche historieschrijver het uit-
- drukt, in Mei 1479 „volmae'kt" was. Van
dezen bouwheer weet men verder niets. Ook
zijn de bouwkosten niet bekend. Op de the
sauriersrekening van 1479 vindt men niets
dienaangaande. Ook is onbekend, wie de
kosten voldaan heeft, zoodat het niet is
l uitgemaakt of het klokhuis voor rekening
der stad is gebouwd, of door de (toenmalig
B.-Kath.) St. Bavokerk. Waarschijnlijk is zij
Uit vrijwillige bijdragen bekostigd.
In elk geval bouwde dus Gerrit van Vy
,dit klokhuis, dat een vierkante ruimte in
nam van 36 Amst. voet of 10 id. 20 c.M,
Het bestond uit drie deelen: het metaalwerk'
boven den beganen grond met een hoogte
.van 2.55 m.M., een dikte van 1.65 M,, den
Iromp van 23,40 M. hoogte, bijna geheel van
bikenhout en het dak- Tusschen romp en
'dak was een kroonlijst, welke steunde op
verscheiden uitstekende armen of bogen en
tusschen elk paar bogen was een nisje, dat
met hetzelfde doel was opengelaten. Hier
hingen aan de hoogste balkenlaag vier klok
ken, terwijl de vijfde de poortklok nog iets
hooger hing boven de kroonlijst in het dak.
Dit zelf was al aardig hoog, want van de
kroonlijst tot de spits, ongerekend den ko
peren windwijzer mat mén 5.24 M. 'Het
geheele gebouw dat vierkant was Hep een
Weinig schuins naar boven; het had een
hoogte van bijna 100 Amsterdamsche voet
n.l. 28.19 M.
Dat klokhuis heeft, er tot 1804 gestaan.
Het werd toen afgebroken, en de klokken
Werden verkocht. t
Wij1 eindigen met een woord van waar-
deering voor de firma Enschedé en allen,
die zooveel voor Haarlem's Grijs Verleden
voelen, dat zij' niet opzien tegen groote
uitgaven, wanneer daarmede .de kunst
geschiedenis van Haarlem gebaat is.
•Het leek ons niet onaardig bij deze ge
legenheid door dit historisch overzicht de
aandacht' te laten vallen op een gebouw,
dat vroeger een stukje karakteristiek Haar
lem was.
ROMANTISCH VERHAAL Uit DEN TUD
DER FRANSCHE REVOLUTIE.
31
„Ik ben maar een soldaat, die eerder
gereed is om zijn, handen te gebruiken dan
lange redevoeringen te houden."
Deze ruwe en openhartige rechtvaardiging
van zijn gedrag, welke Vivant met een
Soort van besliste goedhartigheid uitsprak,
Scheen een weinig indruk op vader Lorry
te maken, niet dat hij er door overtuigd
*erd, maar zij verschafte hem den tijd onï
ha te denken over de moeilijkhèden, die rijn
tegenwoordige onwettige positie hem kotn op
leveren.
„Goed, goed," mompelde hij tusschen de
•anden. „Slechts kinderen en dronken lie
den maken zich over een woord driftig;
■haar wij zijn mannen en moeten anders han
dden. Gij hebt mij, geloof ik, een dief ge
hemd, ik heb u den naam van brandstichter
GROOTE GEZINNEN.'
„Hot Patroonsblad" bevat een artikel over
„De Loonstandaard en de groote gezinnen."
De schrijver er van is van meening, dat op
katholieke patroons de verplichting rust, om te
letten op do groote gezinnen hunner ondergo
eehikten, die hun het naaste staan. Als zij lief
dewerken willen steunen, dam kunnen zij in elk
geval beginnen bii hun eigen mensclien en
laten de armen-over aan de georganiseerde en
officieel® liefdadigheid.. Maar als men aan een.
ondergeschikte iets geeft, dan blijft het toch
altijd liefdadigheid en hoezeer' de (gift dien
schenker ook moge ecu'en en verheffen, zij geeft
den geholpene geen groot besef van eigenwaar
de en werkt steeds e enigszins drukkend op zdjü
stemming én gemoed. „Het Patroonsblad" stelt
daarom het volgende voor
Beter ware het, wmmmeer men iets beden
ken kon. dat den vader van een groot gezin
een gewaarborgde, zeker en «eregeld
vloeiende bron van extra-inkomsten boven'
zijn loon bezorgde. "Een regeling, waarop
hij al® het ware een zak er recht verkreeg en
waaraap, het opvallende karakter van lief
dadigheid ontbrak.
Waf men daarvoor noodiig had was een
fonds, door do patroons Hieengebracht, het
zij uit een jaarlijks te storten bedrag, hetzij
uit een gedeelte der bedrijfswinst, waaruit,
onafhankelijk van de luim of de gezindheid
van den patroon,•zooveel mogelijk ook onaf
hankelijk van de momenteele bedrijfswinst,
een vaststaande, gulle toeslag op de loonen
kon worden gegeven, voor ieder kind onder
bijv. de 16 jaren, te beginnen met, laten wij
zeggen,, het vierde of vijfde kind van het
gezin, waar slechts één kostwinner was.
En om dé inkomsten van zoodanig fondls
onafhankelijk te maken van die wiusit van
ledier afzonderlijk bedrijf, verdiende het on-
getwjjfold aanbeveling, diat meerdere, zelfs
zooveel bedrijven als mogelijk was, zulk een
fond® gezamenlijk stichtten en vanuit eau
centraal punt administreer en lieten. Dgn
was ook voor den afzonderlijken werkgever
iedere reden verdwenen, om liefst geen
w erklieden in dienst te nemen, die voor kin
dertoeslag in aanmerking kotnen. Die last
werd dan door allen gezamenlijk gedra
gen."
Be schrijver van, het artikel verzoekt man
uien van dé praetajk van hutn insteminende of
afwijkende meening te doen blijken, en ver-
waoht dat uit eten ^xJaxahtieiiwJfeJssoJi npc ieits
goeds ml gabonen wordan.
HET NIEUWE MINISTERIE HN
Br. KUIPER.
In ons no. van 26 Aug. j.l. schreven wij o.m,
naar aanleiding van een artikel in de „Stioht-
eche Courant," waarin het niet slagen van
Mgr. Nolens als kabineteformateur, werd voor
gesteld als gepaard1 gaande met een gevoelvan
opluchting bij „zeer veel orthodoxe Protestan
ten," het volgende:
„Straks komt er misschien een liechtseh Mi
nisterie aan het bewind en zoo niet, dan zullen
toch de drie fieohtsohe partijen in de Tweede
Kamer, althans op pirineipdëele punten van
staatsbeleid en wetgeving, evenals in 't verle
den met elkander samen dienen té werken."
Over dé zonderlinge houding van Bk. Kuy-
per in de „Stand-aard'' lezen we thans, in de
„Maasbode"
„Poli-tick kan onverwachte dingen voort
brengen. Dattoont „Be Standaard/' welke
blijkbaar weer onder leiding wan haar hoofd
redacteur. Dr. Kuyper, is komen te staan.
Nuchtere toeschouwers zouden meenen,
dat het rechtsche Kabinet een eenvoudige
■voortzetting is der drie vorige rechtse!ie
Kabinetten,
Nil zoo goed ah vroeger steunt het rocfotr
eeihe Kaibi net op die rodhterriW© in <te Ka
meral zijn er 'kleine verschillén:. Zoo is
dé Kabinetsformateur een katholiek, dkxah
nadat een anti-revoluitionlaiir man het had
kunnen wezen. Ook is tusschen de reehtsohe
partijen de afspraak veer de verkiezing naet
r»o [uadrarkkelijk geweest ah vorige koe
ren.
Toen toch drang de verkieeingsmethode
vén zelf tot onderlinge afspraak. Wildé
men elkander niet bestrijden, dan moesten
de coahtdie-gen'oo'ten wel overleg plegen.
Thans maakte het nieuwe kiesstelsel een
etembuisaociooTd geheel overbodig.
Doch men behoeft oude jaargangen van
„De Standaard" maar op te slaan om, te lee-
of zoo iets naar het hoofd geworpen; wij'
zijn dus nagenoeg quitte. Laat ons thans
verstandig praten."
„Wat bedoelt gij daarmee?"
„Gij wilt, dat ik hier, vandaan ga, niet
waar?"
„Zeker."
„En ik zal niet heengaan."
„Dat hebt gij ten minste gezegd, maar
dat zal uw laatste woord niet zijn."
„Het hangt sle.ohts van u af dat ik; ter
stond anders spreek."
„Wat moet ik daarvoor doen?"
„Gfj hebt een stuk weiland, dat aan het
mijne grenst, en dat gij voor honderd kro
nen per jaar aan Emilaud Bérard verhuurt."
„Dat is mijn geheele fortuin behalve, ©enige
louis die ik uit het leger meegebracht heb.
Maar, ik zie niet in, vader Lorry welk
verband
„Sta miji dat weiland voor een billijken
prijs af en ik verlaat nog voor den avond'
het kasteel."
1 „Top, riep Vivant; „dat is een beklon
ken zaak.
„Neen, d.e zaak p nog niet beklonken."
antwoordde de oude landman, „gij hebt mij
Ben, hoe diep het gemeen scha pp eHjk begin
sel dér rechtsche partijen wortelt.
Zoodra Je verMéringon waren, aïgeloo-
pen en mén rich ovor de' beste er kis-oplos
sing moest beraldjen, drong dte natuurlijke
Baamlioorigheid dier rechtsché partijen rich
als van. zelf op.
Wanneer de rechtschepartijen gè-zamén-
Rjtk 'in zee gaan, dan His: hét immer dé
rechtsche go mean séfo app olijke beginselen
'die het kompas laveren. Hit'wélke partij de
„formateur" voörikkxmt ié oen kwestie van
jbdjkoimstigen aa.rd, hetgeeB hét vérloop dér
éj'Mé nog bevestigde""'
Ba vérder:
„Misschien1 is dé foren Van. die mfeiyaffdhg
Hér „'Standaard?* hierin gelegen, dat zft
meent, dat a-lieen Br. Kuyper een coalitiie-
«ebeep'je zeilree kan maken en van de natio
nale vlag voorzien. Herinneren wii het ons
goed, dkn was dit reedb een bron van. ver
schil mét hét laatste 'reohtschie Kabinet.
Wij zullen, ons maar houdien aan on zo
Ónde overtuiging, dat Christelijk rageerbe-
leid niet persoonlijke liefhebberij ié, maar
zaak van objectievie beginselen.
Alle waarborgen zijn er dat het Kabinet
zioli' naar die beginselen richten zal. Objec
tief beleid zal het dian wel winnen van dé
al te subjectieve gevoelens, dio riéh'. thans
in „De'Btand a ar d'ui ten."
MINISTER AALBKESE.
In het „Dagfol. v. N.-B." treffen we de vol-
giende schets over diens persoonlijkheid aan:
„Een aparte figuur in het Kabinet, is pro
fessor Aialberso.
Van verschillende Ministers heeft men
geen andere verwachtingen, dan dat zij
meer of minder verdienstelijk' hun Departe
ment zullen besturen en hét werk doen, dat
voor de hand komt.
Van Minister Aalbense verwacht menuets
aparts. Hij is een man mot een leven achter
rich en rijn naam is een program- Al dade
lijk heeft hij getoond aan die verwezenlijking
van zijn levensprogram: de maatschappelijke
positie der zwakkeren in onze samenleving
versterken, als Minister te willen werken
'door een eigen Departement voor zich op te
eiechen, het Departement van Arbeid.
Wat zal daaruit voortkomen?
Er riin voo-r enkele weken in het „Cen
trum" twee artikelen verschenen, waarin
betoogd werd, dat dé nieuwe Minister van
Arbeid allereerst do wetten van Talm a on
.veranderd zou moeten invoeren.
Niet eraan veranderen of wijzigen, betoogde
de schrijver in het „Ctr." want dat zou een
vertraging van jaren worden'en de arbeiders
wachten al lang genoeg. Eerst de wetten in
voeren en dan werken aan dé wijzigingen,
welke gewerusob t worden geacht.
De artikelen in het „Ctr." waren niet ge-
teckend, ma,ar als je twintig jaren lang
artikelen van dien heeiv Aalbense gelezen
hebt, dan zet je er zélf wél een naam ondér,
ook al toekent hii niet.
Het zou Ons dus niet verwonderen, als
Minister Aalbense spoedig, met een platn tot-
invoering dér wetten Talm® voor den dag
kwam.
Hb is er net de miajn naar om daar reeds
nu aaA te w-eriken.
Misschien hooren wij er in dé Troonrede
reeds van.
Hot zou een verstandige en praktische zet
zijn, dé dadelijke invoering der Talm,a-wet-
ten. Want zioo<a>7s de scbhruffyer in *t „Ofcr."
terecht heeft opgemerkt, ak <Je nieuwe mi
nister met een plan tot wijzigingen komt,
vóór hij dé wetten invoert, gooit hij de wet
ten en dé wijzigingen bÜel'kaar in hot parle
mentaire avontuur."
m f''Tfüt
Jeugdorganisatie. 'In aansluitómg
met den gopufoliceordcn gron-dislag voor Jeugd-,
organisatie, vastgesteld op do vergadering van
het Doorl. Episcopaat van 27 Mei 1918, (Com-
mumeanda 112, 30 Juni 1918, „St. Bavo"
fok- 212) en overeenkomstig bepaling no. 8,
dat de samenstelling van het bestuur en de
samenwerking ondérlinp in ieder Bisdom af-
fondorlijlk zal worden geregeld!. Ie op ons ver
langen te Haarlem 'n commissie ingesteld om
deze aangelegenheid te regelen. Do statuten
door deze commissie ontworpen rijn thans door
on© 'goedgekeurd.
Teneinde belanghebbenden in kennis te stel
len, op welke wijze naar onze meening de R.-K.
Jeugd zal kunnen woorden georganiseerd, wor
den deze statuten liierondér gepubliceerd, z'oo-
dat dégenen, die door ons in andere plaatsen
met .de organisatie dér jeugd zullen worden
hola&t, iu deze statuten vinden een model 'en
oen leiddiraad bij (buune weirikzaamheden..
De verêena gingen, welke voor do regeling
der Jeugdorganisatie ter plaatse zullen wor
den opgeroepen, gelieven aan deze intnoodiging
gevolg te geven en hare medewerking aan het
tot etand komen dezer organisatie te verloencn.
Gedaan te Haarlem, den ben September 1918.
Lt, AUGTISTINUS JOSEPHUS.
Bisschop van Haarlem.
Statuten der commissie voor
d e R.-K. J e u g d^O rganisatie te
Haarlem. -Naam, Zetel en Duur. Art. 1.
De vereendging genaamd: „Commissie voor de
R. K. Jeugd-organieatia te Haarlem" ie opge-
rieht. den 29sten Augustun 1918
uw, prijs niet genoemd; voor, dien tijd is
er. nog niets beklonken, al praten wij acht
dagen achter elkaar - 1°°P over geen
ijs van één nacht. Als ik zaken doe, zie
ik van alle kanten rond."
„Ik ben zoo weinig van plan om u te
misleiden," antwoordde Vivant, met een lich
te bewoging van ongeduld, „dat uw, prijs
do mijne is. Bepaal hem zelf."
„Uw land, uw landlaat eens zien wat
zou het tegenwoordig waard rijn? Het is
twee en een half bunder, de grond le uit
geput, in den winter staat hij onder wa
teriaat ons 100 pistolon zeggen, con
tant geld." I
Bit' was nagenoeg dq jjelft 'der waardq,
zoo men het met Zeer weinig nauwgezet
heid eohatte.
„Goed, voor honderd pistolen," zei dó sol
daat met 'de, grootste onverschilligheid.
„Ja, maar gij begrijpt/' hervatte Lorry,
„als ik er in toestem om voor uw genoe
gen het' kasteel te verlaten, heb ik hot recht
om van u eene kleine Vergoeding te vra
gen.... de tijden zijn slecht, het geld1 te
schaarseh, en Ik' betaal contant, dat ge
Zt) Is 'gevestigd te Haarlem en. aangegaan
Voer den, tijd wan 29 jaaa- e'n elf maanden.
Doel. Alt 2 Hét doel van déze commdssdé ié»
dé godsdienstige, redéüjke en stoffelijke be
langen dér R. K. sohoolvrije jeugd in flaar-
liem en omstreken te bevorderen.
Middelen. Art. 8. Bé oommiK-ie tracht dit
doei te bereiken door
a. voorlichting te Vérstrekken aan vefeeni-
gfmgén en; 1 cdeiu van vereenigingén in hét be-
Ibih» dér R. K. school vrije jeugd werkzaam;
b. tie zörgéu voor die oprichting van een
arbeidsbeurs Ivoor jdc achoolvriie jeugdi, een
tsomtoissié voot beroepskeuze, cursussen voor
ukondenrijs en ander© instellingen in hét be
laag dér R. K. schoolvrije jeugd noodiig, en het
toezicht houden op die instellingen
o. Idé algemeene bélamgén der schoolvrije
jeugd bij werkgevena te behartigen;
d. dé samenwerking te bevorderen tus
schen viereeniginigén in het belang dér R.K.
schoolvrije jeugd werkzaam en de R. K. stands-
en, vakorganisatie;
e. alle andere wettige jmöddelent die tot
het doel der commissie kunnen leidén.
Ledien. Art. 4. Leden van deze oonimissie
rijn:
a. een priester door Zijne Doorluchtige
Hoogwaardigheid den Bisschop van Haarlem
benoemd als voorzitter;
b. één vertegenwoordiger van elk der
volgende bondén of vereenigingende Haar
lemsche Bond van R. K. Jongenspatrenaten,
de R. K. Volksbond afd. Haarlem, de St Jo
seph gezellen vereeniging, de R. K. Midden-
standsvereeniging „De Hanze' afd. Haarlem,
de R. K. Vrouwenbond, afd. Haarlem, en die
R. K. Méisjespatronaten.
Art 5. De benoeming der leden, vermeld in.
art. 4, geschiedt door de vereenigiagicn in
overleg met den voorzitter van deze commis
sie en telkens voor den tijd van e©n laar.
De aitredejxde leden zijn terstond opnieuw
benoembaar.
Het lidmaatschap gaat in, zoodra de be
noemde zfjn benoeming heeft aangenomen.
Art. 6. Indien dp commissie dit noodig acht,
kan zij rich in twee afdeel ineen, splitsen, waar
van de eene meer bijzonder de belangen der
mannelijke, en de andere, die der vrouwelijke
schoolvrije jeugd behartigt.
Art 7. Het lidmaatschap gaat verloren döor:
a. "vrijwillig bedanken:
b. herroepen van het mandaat door de ver-
eeniging dtie het lid heeft aangewezen.
Bestuur. Art. 8. De commissie wij-st uit haar
midden een lsteu secretaris, en zoo noodig een
2en secretaris, en een penningmeester aan.
Voorzitter, lo sebretaris en penningmeester
vormen het da,gelijksch bestuur.
Vergaderingen. Art. 9. De commissie ver-,
gadert vier maal per jaar in de week van de
Quatertemperdagen en verder zoo dikwijls de
voorzitter dit noodig oordeelt of door twee
leden een vergadering wordt aangevraagd.
Art. 10. Tenminste éénmaal per jaar, in de
maand September roept de commissie twee
vergaderingen bijeen van alle besturen der
vereenigingen,die in Haarlem of omstreken
voor do-B. K. schoolvrije jeugd werkzaam ziin
of bii de werkzaamheden dtier vereendgingen
belang hebben; één vergadering voer de be
langen der mannelijke, en één vergadering
voor de belangen der vrouwelijk® jeugd.
Art 11 In de jaarlijkeche vergaderingen, be
doeld! in art. 10, zal:
a. doop den secretaris verslag worden uit-
gvbraölit over dé werkzaamheden der commis
sie en der instellingen, waarover zij toezicht
uitoefent
b. door den penningmeester verslag worden
uitgebracht over- het geldelijk beheer;
c. medédeeling worden gedaan van het
bedrag der bijdrage dqoa* de opgeroepen ver
eenigingen het volgend jaar verschuldigd.
d. ue behandeling plaats hebben der onder
werpen en voorstellen door die commissie in
het belang dér R. K. schoolvrije jeugd noodiig
geoordeeld.
Gddmididelen. Art. 12 De geldmiddelen dier
commissie bestaan uit:
a. bijdragen dér vereenigungan, dlio bij die
werkzaamheden der commissie belang bobben;
v. giften
c. subsidies
d. onvoorziene baten;
Slotbepalingen. Art. 18. Wijzigingen iu deze
statuten treden niet in werking alvorens daar
op eerst do bisschop,pelijike en daarna de ko
ninklijke goedkeuring is verkregen.
Art. 14. Tot 'ontbinding vam deze oommisrie
kan alleen' besloten worden met goedkeurng van
Zijne Doorluchtige Hoogwaardigheid den Bis
schop van Haarlem.
Art. 15. In geval van ontbinding vervallen
die bezittingen dlezer commissie aan den bond
van R.-K. Jan®enBpaifcrotniaten te Haarlem.
Art- 16. Het vereendglngsjaar loopt vOn 1
September tot 1 September.
Art. 17. Allés, waarin bij doz® statuten niet
voorzien is, wordt geregeld door ®en hujaheiv
delijk reglement, dat geen bepalingen mag be
vatten, die m©t déze statuten in strijd rijn.
Art. 18. gevallen, - waarin de statuten of
dUifrt iaU'iiilliou,<felijik rögl^Dieiitnie^. voorzien, be-
s-liet dé oomaniissi®. „St. Bavo."
briëtas een vacalitiecureus is gehcu Jen wordt
onder leiding der Centrale Jeugdcommissie
ijverig vportgewerkt aan de voltooiing dier
organisatie, zoowel plaatselijk als diocesaan,
en nationaal. In de „Blauwe Maar1" w ik®
thans door Sobriëtas' over geheel het land.
wordt gehouden, zullen jdoor tal van afdee-
lingen nieuwe St. Annavereenigingen en Jon
gens- en Meisjesbonden worden opgericht.
Een Handleiding en Modelreglement met
„Wenken voor de Best-uren" worden hiertoe
verkrijgbaar gesteld. De Rondsjeugdcomrais-
sies welke in bijna alle Dioc. Bonden zijn
samengesteld, zullen in dezelfde maand met
afgevaardigden der plaatselijke Jeugdorga
nisaties wórden bijeengeroepen door h t
Hoofdbestuur vaü hun Dioc. Boud. oor
deze Bondsjeugdcommlssies aiscok voor de
Centrale Jeugdcommissie zijn door het n-
traal Bureau reglementen ontworpen, welk®
thans bij de Centrale Jeugdcommissie in be
handeling zijn en door welke de zoo ge-
wenschtc eenheid der geheele Jeug organi
satie zal worden bereikt.
Een krachtig middel hiertoe is evenzeer,
de uitgave van een nieuw tijdschrift ten
dienste der leiders en leidrtcrs van. Je Jeugd
organisatie van Sobriëtas waarvan onder den
titel „Ons Jeugdwerk" het eer-te r*m mep -
bij het Centraal Bureau van -
's Bosch is verschenen.
Deze regelmatige uitvoering v
der Studiecommissie zal on get w
deugdelijke organisatie van het
Jeugdwerk tot stand brengen.
etas
an
1 een
b-i5tas«
LvU 8
Bet Jeugdwerk van Sobriëtas.
Nadat half Augustus voor een 30-tal leiders
en leidstérs der Jeugdorganisatie van So-
Desertie. hechtenis enz Door n
Minister van Oorlog is het nav 'ge: 'w-1
paald
Een dienstplichtige, die wegc »s ge'vai:ge-
nisstraf, detentie, hechtenis,desertie- of ver
mist te. zijn gemeld, aan den werkt lijken
dienst is onttrokken geweest en in dien tijd
in-aanmerking zou komen om met onb p rid
klein verlof te vertrekken, moet na terug
keer bij zijn korps zoo lang nadienen, als
'de tijd bedraagt, welke nog moest_ ver; o-
pen tusschen den aanvang van zijn st:af,
desertie, enz. en den datum, waarop hij aan
vankelijk met onbepaald klein verlof :t
zijn gegaan, indien er geen onderbrek g
van zijn weikelijken dienst was gewei
Ook kan o.a. het geval zich voordo
dat een dienstplichtige wegen3 straf oi om.
andere reden eeri' zekeren tijd moet nadie
nen en dat hij, hetzij wegens desertie, hech
tenis of om een andere reden, voor een
gedeelte van dien tijd aan den werkelijk en
dienst wordt onttrokken. In dat geval r oet
hij, na terugkeer bij het korps, zoolang on
der de wapenen worden gehouden als san
den tijd kwam te ontbreken, welken hij
moest nadienen.
Uitbetalin gs^ldij v erh.o.o g.i.n.g.
De Minster van. Oorlog maakt bekend, af
veriofsmiütairen, die', doordat zij op '1 Au
gustus 1918 met onbepaald (klein) verlof f-
wezig waren, niet in aanmerking zijn ge
komen voor uitbetaling van de hun, volgem
de nieuwe bezoldigingsregeling aankomen
de hoogerê jaarwedde (soldij) over den tijd
gedurende welken zij tusschen 31 Decemer
1917 en 1 Augustus 1918 onder de wa
penen zijn geweest, zich alsnog om urib -
taling kunnen wenden tot den ad min is, i a-
teur (c. q. commandant) van het onderdeel,
'dan wel tot den hoofdofficier belast met de
mandateering, waarbij zij op het tijdstip van
vertrek van het korps in betaling waren,
en dat belanghebbenden die uitbetaling vóór
1 Januari 1919 zeiven mondeling of sch rif
telijk moeten aanvragen aan de autoriteit
bij wie zij laatstelijk in betaling ware A
MlCJULÜJ!Li—L. A11 "H
Wedstrijden Haarlems che
Jachtclub. De Haarlèmsche Jachtclub
hield Zondag nationale en onderlinge zeilwed
strijden voor Sohdde-jollen en 12 voets jollen
van standaard-model, fep het Noonder Buiten-
spaame te Haarlem. Hierbij wed tevens de be-
ER -NIET INGELOOPEN.
Bom zag Meier een. pijp fijne tabak rookc-n
van rijn zoon in Amerika. Bon haalde ook zijn.
pijp te vooreohön, en- vroeg om een lucifer
Toen Meier er een gegeven had zei hij
O jee. Daar merk ik dat ik geen tafoak
1>Ü me heb 1
Geef dan den lucifer óók maar terug, zei
Meier.
VEELBELOVEND.
Een bekend Londenaoh financier, dde rijk
met aardache goederen ie gezegend, maar deze,
volgens „dé booze wereld," niet altijd op ver
dedigbare wijze heeft verworven', wandelde
onlange in Regent Street, teen e-sn haveloos
gékleede jongen van een jaar of tien hem zijn
zakdoek rolde.
De jeugdige piek-pocket werd door een poli
tie dienaar op heater da ad betrapt, en deze
wilde hem natuurt Ijk naar het bureau brems n
maar de bestolene zei die:
Och Iaat hem maar gaan. Ik ben zelf mijn
zaken ook heel in 't Beim begonnen.
alles wat Ik in kas heb."
„Welnu, wilt gil dat ik-het voor vijftig
pistolen geef in de plaats van honderd
vroeg Vivant. „Gij ziet, vader Lorry, dat
ik geen omwegen gebruik, en dat', zoo gij
inschikkelijk zijt, ik het ook ben."
Zoo de oude landman nog een Daeconde
geaarzeld had, zou hij het land voor niets
gehad hebben. Maar Dorier, dien hij ter
sluiks aanzag, kon zich nauwelijks meer be
dwingen. Lorpy sloeg terstond toe.
„Top," zei hij, „vöór vijftig pistolen. Mqn
kinderen zullen wel boos op mij zijn, maar
ik ben baas a» tusschen landslieden moet
men niet &i te nauw kijken. Dorier, gij zijt
getuige dat dit een gedane zaak Is. Laten
wij er'een glas op drinken."
ïte glazen wee-den gevuld, aangcetooten
en geledigd- Vivant zou zich eerde? ih stuk
ken hebben laten soheuren, dan zijh op deze
wijze gegeven woord te breken.
„Thans," hervatte Lorry, „zullen wij die
zaak met een paar regels opschrijVen in af
wachting van de acte tegenover de notaris,
die wij' er nog bij: kunnen maken. Het is
H- W) M 1 het beste zich in alle dingen met elkander
beurt alle dagen niet. Ik geef m waarlijk 1 tie verstaan. Hebt gij! geen berouw, Vivant
„Berouw, vader Lorry? Denkt gij dat ik
een kind ben. Al bood men mij thans dui
zend pistolen in de plaats van vijftig dan
zoudt gij het nog niet hebben. Als ik mijn
woord gegeven heb, is het even goed alsof
de notaris de acte had opgemaakt."
Gerustgesteld door deze woorden en voor
al door den toon, waarop zij geuit werden,
stond de oude boer haastig op, om in eeiï
ander vertrek het noodige schrijfgerief te
gaan halen ten einde een oontract Qp te
maken.
Zijt gij dan doof en blind," vroeg Do
ner fluisterend aan Vivant, toen vader Lor
ry, d® kamer verlaten had,
„Hoe zoo?"
„Omdat gij niet gezien hebt dat ik u tee-
kens gaf, bmdat gij niet hoordet, dat ik
op mijn stoel heen en weer schoof als een
eekhoorn in zijn kooi, omdat gij volstrekt
niet bemerken wiidet, dat ik u op den voet
trapte."
„En waartoe diende dit alles?"
i? „Om u te waarschuwen, dat men u een
rad veor de cogen draaide, zooaie de notaris
van Saint Révérien zegt.
„tv wilde het zoo."