MfME MUL CMMM
STAD EN STREEK
vroolijk allerlei
INGEZONDEN
Donderdag 7 November - Tweede Blad
DE SCHUTTERIJ IN 1748 EN 1749.
Pachters-onlusten.
We zagen in het vorige hoofdstuk hoe in dezen
tijd de heeren van het Stadhuis niet meer zoo op
de schuttere konden rekenen als in vroeger
eeuwen. Zij haatten de pachters der belastingen
niet minder dan 't volk. De schutters van 1402
en later behoorden tot de aanzienlijkste lieden
van de stad. De leden kozen zelf dekens en vin
ders. Zij vonden het een eer de stad te verdedi
gen of voor de belangen van standgenooten de
orde te heretellen onder de oproerige 6malle
gemeente. Maar, zooals 't meestal gaat, op
den duur raakte de liefhebberij er al Voor de
minder deftigen was de schutterij te duur en zoo
kwam het dat omstreeks 1500 alle cLrie de schut
tersgilden op apegapen lagen. De stadsregeering
schafte ze af, maar stelde zelf dadelijk
twee nieuwe schutterijen in, die veel meer direct
onder de magistraat stonden.
Deken en vinders der schutters of kapiteins
werden o.a. door de stadsregeering benoemd.
De oude glorie der schutterij kwam niet terug;
de aristocratie wilde geen schutter meer zijn,
tenzij er een officiersbaantje aanzat. Zoo kwam
het dat de schuttere van 1748 allemaal burger
mannetjes waren en niet blaakten van eerbied
voor hun officieren. Zoo kwam het ook, dat de
regenten wel konden rekenen op de officieren
maar niet op de schutters. Een zacht lijntje
xou misschien helpen. Een boodschap werd
gezonden naar den Doelen om de schut
ters te doen oprukken naar de Groote
Markt. Er waren in het geheel 8 vendels, 4 van
St Joris en 4 van St. Adriaan, zooals men ze
nog steeds als van oudsher noemde. Sinds het
laatst der 17e eeuw hadden ze maar één Doelen
meer. Van de 4 vendels van St. Joris kwamen
er twee op en bunemeester Stein ging hoi tege
moet in ae Koningstraat om 'n vriendelijke toe
spraak te houden. Hij heeft wel gesproken, want
inderdaad trokken de twee afdeelingen, zij 't na
eenig bedenken de Damstraat door naar het
Spaaroe, waar 't volk reeds bezig was bij de drie
pachters woningen de ruiten in te gooien. De
schutters kregen als welkomstgroet n hagelbui
van steen». Toen verging de lust en zonder lang
Indenken maakten ze rechtsomkeert.
Kapitein Ravens alleen bleef staan en stak met
groote koelbloedigheid een redevoering af. De
ruiten waren ingegooid en nu sleepte 't volk woe
dend de kostbare meubelen naar buiten en smeet
ze in het Spaame. Met zooveel talent sprak kapi
tein Raven», dat men met de razernij ophield en
op zijn aandringen over de Groote Markt
van 's avonds laat den nacht door naar het
Stadhuis draafde, beladen met kostbaarheden.
Op 't Stadhuis namen Ravens en zijn collega's
alles in ontvangst „voor de armen",
Genoeg om te doen zien, hoe de macht der
schutterij was getaand, maar 'n enkeling onder
de hoofdmannen door zijn persoonlijkheid bij het
volk nog wel invloed kon hébben.
De andere schutters waren intusschen niet
thuisgebleven. Ook zij waren in de wapens geko
men. Hun besluit was het plunderen der pach-
teHwizen niet te verhinderen, maar ook niet
mee te doen, omdat dit ver beneden hen was. Zij
souden de heeren op het Stadhuis evenwel laten
lien, dat ze er ook waren.
Den Burgemeester werd de belofte van de af
schaffing der pachters afgedwongen en de
•chuttere gingen welvoldaan ter ruste. Het was
biet gemakkelijk. Werd de belofte niet gehouden,
dan zou weer het oproer uitbreken en dan met
krachtige hulp der schutters. Den volgenden
morgen vroeg werd afgelezen dat de. pachters
zoudenblijven volgens besluit van Gecomxnitteer-
lwi.,,,,rovindale) Staten. Een wild wraakge-
scnreeuw wa3 ilet antwoord van schutters en
burgers en zonder d« verdere publicatie der pu
blicatie af te wachten, stormde het Volk naar de
Oude Gracht om-bij de pachters daar den boel
leeg te halen en die in het water te
werpen. Aan het Spaarne en de Begijne
straat was het den vorigen dag al gedaan. De
schuttere lieten ditmaal burgemeesters en offi
cieren praten. Een gedeelte bleef op de Groote
Markt, een andere troep stond lachend te kijken
op de Oude Gracht en de rest ging naar de
poorten en sloot die, opdat er niemand, vooral
niet de militie uit Den Haag, kon binnenkomen.
De plundering zette zich intusschen voort en
brandstichting dreigde. Nu werden heeren regen
ten bang, de raadhuisklok klepte weer en een
nieuwe publicatie, precies contrarie van 's mor
gens, werd voorgelezen. Het hart der schutters
was weer gewonnen. Zij geloofden werkelijk; mis
schien weer een opflikkering van het plichtsbesef,
De s^h"tterii stormde nu met gevelde bajonet
naar het tooneel der plundering, en liet niet de
hielen zien. Ze gmgen zelfs zoo ver, dat een der
plunderaars met de bajonet gedood werd. Da
hielp, en binnen enkele minuten was het volk
Weg. De zeven uitgeplunderde pachthuizen
weiden dichtgespijkerd, de goederen uit 't water
opgevischt en elke samenscholing verboden. Rus
tig was het nog niet De schutters liepen patrouil.
Ie en betrokken 's avonds de nachtwacht op he
itadhuis. Dt stodaregetrmg ia haar nopjes, da'
ze die burgerluidjes zoo lekker te pakken hadden
de schutters werden om haar trouw en helden
moed geprezen. Den volgenden dag kwamen de
heeren uit den Haag, o. a. luitenant-generaal
G£®vestin8) 0p stadhuis om de zaken op orde te
stellen- Bij j,un komst stelden de schuttere zich op
i Groote Markt op. Men moest ze te vrienc
houden ör verzocht ze beleefd vendel voor vende
stoep op naar de groote zaal op te marchee-
ren- u door de drie Regeeringsconv
jnissaiwen beleefd verzocht de beswaren schrif-
Ï^'JaJÏ aph£!en*n' nadat ze eerst een pluimpje
hadden 8 had voor hun goed gedrag en het red-
den der staa toen dat afgeloopen was, mochten
alle acht co p®£®.le6n schutters tegelijk voor de
hooge heeren defileeren. '8 Avonds gingen de
heeren met .^boekschriften ook van de
schutters naar het Haagje terug. Vijf dagen later
vertelde de Haagsche krant dat de pachterijen
niet zouden worden opgeheven. Binnen een half
uur wist heel Haarlem het en was de Groote
Markt vol van burgers en schutters. Opnieuw
cpteer.bla 2e dood die regenten, riepen de
schutters en het volk stemde in. Alweer vrees voor
oproer, nu voor de derde maal en een publicatie
van de pui van t stadhuis, nu de zoogenaamde
Khte van Gecommitteerd Raden, en weder was
het volk gerustgesteld. Eindelijk hakte de Prins
den kn<mp door: hu stelde voor accijnzen en
lwchten af te schaffra en e® soort hoofdelijken
Omslag in te stellen. Dit werd aangenomen, maar
de klachtenlijst der schuttere bleef.
Nog was Juni niet voorbij, of de heer Oraves-
fin8 kwam andermaal op de Groote Markt. De
•chutters kwamen weer voor hem en zij zagen
hun uitvoerige verzoekschriften weer. De teer
Gravestins had het antwoord in handen. Naar
den vorm was dit hoogst aangenaam, maar de
inhoud beantwoordde niet aan de verwachtin-
ijen. Vele punten konden voorehands niet worden
toegestaan, andere werden met veel wijzigingen
goedgekeurd, terwijl de meeste „nader onder
zocht worden." In één ding was naar den zin
der schuttere gehandeld, nl. voor eeuwig de
lachten afgeschaft, maar dat wist men al. Om
rent de officieren werd bepaald, dat ze wel niet
door de schutters, maar toch uit de schutters ge-
cozen zouden worden, met uitzondering echter
van de twee kolonels. De schutters gingen met
gemengde gevoelens naar huis. maar zwegen
voorloopig. Toen de Prins in 1748 Haarlem
kwam bezoeken, werd hij luide toegejuicht en
was het volop feest. Op zijn eerstvolgenden
verjaardag prijkte naast de oude schutterij
het exercitiegenootschap „pro Arls et Fods'
dat ook stedelijk erkend was.
Zoo mogelijk was de feestvreugde 's avonds
op den Doelen nog grooter. Luide loftuitingen,
ook in dichtmaat; weerklonken voor den Stad-
tiouder Willem II. Het zou echter niet van
langen duur zijn. Daar hoorde men dat
de Amsterdamschè Doelisten meer gedaan had
den gekregen. Er was dus nieuwe reden tot
ontevredenheid. De Haarlemsche schutters kwa
men weer bij elkaar en stelden fluks een nieuw
verzoekschrift op. Weer kwamen regeeringscom-
missarissen. Zij benoemden op het stadhuis nieu
we schutterij-officieren en stelden ook andere bur
gemeesters en schepenen aan, maar dat was
slechts persoonsverwisseling, want de zaak bleef
zoo ze was. De heeren waren baas, maar deze
woelingen van 1748 waren teekenen van den
nieuwen geestIn 't laatst van 1749 werd
bekend, dat de oude Imposten 1 Januari 1749
weer zouden worden ingevoerd. Nieuwe oploo-
pen waren het gevolg en nu kwamen de solda
ten uit den Haag. Pas waren ze weer in den
Hout, of de schutters kwamen in 't geweer en
sloten onmiddellijk de poorten. De stad kwam in
staat van beleg, zelfs de postwagens naar Am
sterdam mochten maar tot den Markt doorrijden,
om vervolgens te worden teruggestuurd De pei
ling voor de accijnzen begon weer en binnen vijf
minuten werd ze door schuttere en burgers ge
stoord.
De heeren zaten vol angst op 't stadhuis, waar
de schutterij-officieren binnenstormden, vragend
op hoogen toon, hoe de heeren het in 't hoofd
konden krijgen om militairen binnen de stad te
laten. Dat was tegen de privilegeszij, de schut
ters, zouden wel de orde handhaven. De heeren
boden hun verontschuldigingen aan. Ze hadden
van de heele militie niets geweten. Na deze ver
klaring trokken de schutters weer af, vol trots
op hun macht, 's Nachts vergaderden ze op den
Doelen, stelden 'n nieuw verzoekschrift op en
haalden Enschedé uft z'n bed om dit te drukken.
3 Januari trok een commissie van acht man uit
de schutters naar den Haag. Spoedig was het
rijk der schutters nu uit, want den volgenden
dag kwam een nieuwe troepenmacht uit den
Haag voor de Houtpoort en eischte formeel de
stad op. Een geweerschot was het antwoord; de
soldaten drongen binnen en schutters en burgers
ontzonk den moed. Binnen enkele minuten was
de infanterie op de Markt. De schuttere en offi
cieren werden met geweerkolven van 't stadhuis
gejaagd. De zucht der schutterijen, den ouden
invloed opnieuw te krijgen, was gesmoord.
Evenwel, voor zoover na te speuren, hebben noch
de schutterijen, noch de gilden ooit eenigen wet
tigen invloed op de Haarlemsche regeering
gehad.
Patriottentijd.
De vrijheidsgeest begon in het laatst der 18e
eeuw te leven. En zoo kwam het, dat Groote
Markt in de jaren 1786 en '87 meer dan een
maal herinnerde aan de woeligste tijden van de
15e en 16e eeuw. Het was als de Haarlemsche
schutters met het exercitiegenootschap van den
Doelen kwamen om door de Burgemeesteren als
„de dappere broeders, verdedigers der dierbare
vrijheid" te worden aangesproken en dan met
strijdlust m het vurig oog oostwaarts te rukken
naar de liniën van Utrecht. De Patriottentijd was
gekomen en de Democraten weer in de meerder
heid. Evenals 40 jaar te voren waren de heeren
op het stadhuis weinig gezind hun macht af te
staan. De schutterij en de groote massa waren de
Democraten toegedaan en nu koos de meerderheid
der regenten de wijste partij. Toen de schutters
met de overlieden der gilden op het stadhuis
fc^men met hun rekesten, moesten heeren regen
ten bijdraaien, 'n Nieuw regeeringsreglement, 'n
SOOrt Haarlemsche grondwet werd opgesteld,
waarbij werd bepaald, dat de schuttere voor
eeuwig hun officieren kiezen en de gewone bur
gerij, Nederlandsch-Hervonnd of niet, aandeel
kreeg in het bestuur. De schutterij-officieren
riepen de kiezers ter stemming in zes keiken
bijeen. Een groot feest werd georganiseerd, het
reglement aangenomen, een tempel geplaatst op
de markt (een model er van is ia 't trans Hals
museum in 't kamertje naast de spotheek). De
schutters genoten dien dag, zooal» ze nog nooit
genoten hadden. Zij waren de hoofdpersonen van
t feest.
prinses werd te Goejanverwellesluis hij
uouda tegengehouden op haar reis naar den
Haag. Nu kwam haar broer, de Koning van
Pruisen, met 20.000 soldaten om de orde m den
lande te herstellen. De prins werd hersteld en
het meergenoemde exercitiegenootschap als zelf
standige vereeniging afgeschaft en bij de schut
terij ingelijfd. Haarlem kreeg een garnizoen en
de schuttere raakten achteraf.
Op den morgen na de omwenteling van 1795
liet ze weer van zich hooren. De heeren der re-
volutionaire clubs waren niet de schutters op het
stadhuis en de volksmassa er voor. Het voorloo-
pige regeeringsréglement was reeds klaar en <fe
schuttere juichten 't toe.
Ze stonden in goedmoedige houding vóór het
stadhuis met het geweer aan dm voet en maak
ten met de naastbijzijnde burgers een praatje.
Om 2 uur zou er op 't stadhuis wat gebeuren.
Kiezen zou 't in allen gevalle wezen, wisten de
schuttere te vertellen. Er werd mee gegek
scheerd. Een sergeant der schutterij was dit te
erg.
„Hou jij je mond, ventje," zei hij tegen een
opgeschoten jongen, „en maak geen gekkepraat-
ies over zoo'n ernstige zaak." „Hoort hem!
Nou, die wü zeker ineens burgemeester wonden!
Zoo'n lange schutterzie maar eerst, dat je een
buikje krijgt 1"
De sergeant had lust om kwaad te worden,
maar hij hield zich in: geen ruzie op zoo'n
schoonen dag.
De vrijheidsboom werd geplant 't Vrijheid, ge.
lijkheid en broederschap werd afgekondigd De
schutterij paste ook niet meer in den nieuwen
gouden tijd. Ze werd plechtig ontbonden, maar
denzelfden dag werd geloot voor de splinter
nieuwe gewapende burgermacht, die opeens in
plaats van de oude „burgertjes" nieuwe helden
maakte. Den voorrang kregen hierbij de afge
dankte schuttere van 1787 en de clubleden, die
immere altijd de beste vaderlanden waren ge
weest. Toen het echter op wapendienst aankwam,
bleek het patriotisme wat af te koelen. Men moest
ook minder goede vaderlanders nemen en op 't
laatst kwamen er nog zóó weinig vrijwillig, dat
men boete moest stellen op de onwilligen.
Toen eindelijk de burgerwacht klaar was, werd
ze ingedeeld in vier bataljons, één daarvan had
kanonnen. De Franschen kwamen en bleven hier
in garnizoen; niet erg geschikt voor het machts
gevoel der burgerwacht. Terwijl wij dit schrijven,
zegt de Koning in 1806, schijnt het oogmerk te
wezen om de schutterij weder eenigszins op de
been te brengen.
De Fransche tijd bracht geen rijkdom, maar
wel de eerste fatsoenlijke wetten en de Holland-
sche Staatseenheid. De Herstelling.
17 November 1813 kwamen de eerste berichten
over de naderende bevrijding in en na 18 Novem
ber is op de Groote Markt geen vreemde krijgs
knecht meer gezien.
slagen achtte. In 1815 reeds splitste de koning
Willem I, stelde voor het geheele land een land
storm in. Velen der oude burgerwachten hadden
nog uniform en uitrustingsstukken, velen zelfs
geweren en ook waren de oude kanonnen er nog,
De overige dienstplichtigen bij den landstonn
werden met pieken gewapend. Detachementen
Haarlemmers losten ook telkens bij de insluiting
van den Helder elkaar af, tot Verhuell in Mei
zich door het afstand doen van Napoleon ont-
stagen achtte. In 1815 reeds splitste de koning
de schutterij in een stedelijke schutterij en een
rustende. Zoo trokken in 1830 ook de dappere
Haarlemsche schutters met de Noord-Holland-
8che jagers naar België en nadat deze in halven
triomf teruggekeerd waren uit de tiendaagsche
ruzie, is geen Haarlemsch burger meer uitgetrok
ken tegen Europeesdie vijanden. Half was de
overwinning, omdat de Koning van Frankrijk
een leger België had ingezonden tegen Holland.
't Is te kort geleden om er over uit te weiden,
maar onze lezera weten, dat het militair asped
der sdiutters miniem was. De Staten-Generaal
besloot de schutterij te doen uitsterven. Uit de
afgediende miliciens kwam de landweer en de
landstorm voort. Zoo bestaat er dan sedert jaren
geen schutterij meer. De militairen, die in de
eerste oorlogsmaanden van 1914 den Doelen
bezetten, waren gemobiliseerde miliciens. En nu
zijn ze weer drie jaar weg. De oude Schutters-
zaal wordt weer gebruikt als gymnastieklokaal,
0. a. voor de H. B. S.
Geachte Redactie.
Met plaatsing van het volgende zult U onder-
geteekende zeer verplichten.
Bij voorbaat dank.
VLEESCHDISTRIBUTIE.
'k Stond Zaterdag jl., 's middags om kwart
over 2 uur in de rij voor den slagerswinkel van
den heer Waiboer op het Houtplein. Tc Stelde
mij op rechts van den winkel want ook links
stond een nog grooter rij menschen geduldig te
wachten.
In den winkel een heele dikke mijnheer,
vleesch snijden op een wijze van „kom ik er van
daag niet dan morgenen twee andere slagers
bezig met andere werkzaamheden, van wie een
mii bekend is als mijnheer Piet uit de Zijlstraat
Het ordehouden van den dienstdoenden agent
van politie, later bijgestaan door den agent in
burger, van Es, was subliem. Van de reditsche
rij waren na verloop van 1 uur en drie kwar
tier 4 a 5 menschen geholpen. Een derde rij
van menschen kwam zich vormen recht voor de
deur van de winkel.
Eén mijnheer, door vele menschen aangeduid
tme: „daar komt die smokkelaar ook", uit de
richting den Hout komende, wrong zich door
de menschen heen, stapte den winkel binnen eu
verliet dezen weer direct, voorzien van vleesch,
het „rijen publiek" toegrijnzende. oen gepen
sioneerd politieagent, waarvan alleen de naam
mij onbekend is, behoefde geen half uur op zijn
rantsoen te wachten.
Om tien minuten over half vijf «ton<t ik jn
den winkel, vier menschen voor mii, waarvan
de voorste, een juffrouw, nog 9 ons biefstuk be
kwam, waarna het „uitverkocht van den dik
ken mijnheer klonk.
Ik wees den dikken mijnheer op «en toonbank
achter in den winkel en vroeg hem wat dat dan
was.
„Vellen" mijnheer.
Ik wendde mij tot den agent met vriendelijk
verzoek te willen bevorderen dat mij alsnog 15
mis van die „vellen" zouden worden verkocht.
Een schouderophalen van den agent was het
antwoord. Mijnheer van de „cassa naar ik ver
nam mijnheer Waiboer zelf, kwam daarop aan-
loopen en verklaarde, dat het vleesch was van
menschen die geld tekort bij zich hadden. Mijn
heer Piët vroeg daarop zeer dreigend, of ik soms
dacht dat zij „smokkelaars" waren, waarop ik
zeide, te weten dat hier wel smokkelaars voor-
Mijnheer Piët vroeg daarop den agent mij uit
den winkel te willen verwijderen. Ik verklaar
de den agent zelf wel te zullen gaan als hij
maar eerst wilde uitmaken wie van de slagers
hier stond te kletsen, nml. hij die beweerde dat
het „vellen" waren hij die vertelde dat het
vleesch was van menschen die geld tekort hij
zich hadden, waarop de agent zeide: „en al was
het nou vleesch, komt dien menschen hoofd
beweging naar de slagens ook niet een
stukje vleesch toe".
Na dit Salomons-oordeel verliet ik na 2% uur
geduldig wachten de plaats waar ik m'n rant
soenhad zien hangen.
Meer, betere orde is dringend noodzakelijk,
waaibij toezicht op slagers lang niet overbodig
mag worden genoemd.
Wat de orde buiten den winkel betreft lijkt mij
de Amsterdamschè manier wel de beste. Hoog
stens 2 agenten van politie. Eén bij de deur en
een die de menschen voortdurend noodzaakt 2
aan 2 te blijven staan. Op het Houtplein waren
er minstens gedurende een kwartier vier agenten
met het eenig resultaat, dat 2 rijien tot 1 werden
gemaakt, waardoor menschen die reeds een paar
uren hadden gewacht, bij de nieuwe rij wederom
geheel achteraan kwamen te staan.
Mogen deze regelen er toe leiden dat er wat
betere orde kome vóór en In den winkel.
De geachte redactie veel dank voor dc plaat
sing,
Haarlem, 4 November 1918.
C WESSELTUS,
Van Berestemstraat 19
Naschrift. Wij hebben ons om inlichtingen om
trent de zaak willen wenden tot den heer Wai
boer. Daar deze echter met hooge temperatuur te
bed ligt, was zulks zeer bezwaarlijk- Men ver
zoekt ons echter mede te deelen, dat de heer
W. Zaterdag reeds ziek was en niet bij dezen
vleeschverkoop is tegenwoordig geweest
Een der heeren vleeschhouwers. die in den
winkel werkzaam was, vertelt ons over het geval
't volgende: „De verkoop van ossen lappen was
vastgesteld van 1 tot 3 uur. Doordat we echter
veel te weinig vleesch hadden, waren de lappen
om 2 uur af op. Omdat er echter nog zooveel
menschen stonden te wachten met bons voor lap
pen hebben we van het overblijvende vleesch,
dat eigenlijk aliéén als stukjes, biefstuk enz.
verkocht mocht worden, toch nog maar wat lap
pen gesneden, natuurlijk tot schade voor den
vleeschhouwer. Van 3 tot 5 uur zou het verkoop
zijn van stukjes enz., doch omstreeks 4 uur waren
we reeds geheel uitverkocht; het kwantum vleesch
was beslist te klein. Alleen lagen er nog eenige
stukjes vleesch voor ons zelf, op onze eigen bons
en voor ons eigen geld en eenige stukjes voor
menschen, die het vleesch hadden achtergelaten,
omdat ze te weinig geld bij zich hadden. Ook
stond er een bak met vellen en zenen, die ter
controle bewaart moeten worden. Al zoude» we
dus den inzender van het stuk hebben willen
helpen, we kond» het niet, of we zouden one
eigen vleesch verkocht moeten hebben.
Van het binnenkomen van een „smokkelaar"
heb ik niets gemerkt Wel zffta er eenige personen
in den winkel gekomen, waarvan de een rijn flets
weghaalde en een ander een collega ons
wat kwam helpen, omdat dt heer Waiboer ziek
was geworden. Wat het handhaven der orde be
treft, daarmede hebben wij niets uit te staan:
dit laten we aan den dienstdoenden politieagent
over - die in den winkel komen, worden door ons
mij voor. dat inzender. dtean«*>e-
halve correct handelde, een relletje wilde "Mok
ken, om hierover in de couranten te kunnen
schrijven.
Intusschen is door den waaro. commissaris
van politie aan de agenten verboden, menschen
vóór hun beurt de winkels binnen te taten gaan
om vleesch te koopen. Overtreding zal streng
worden gestraft.
AGENDA 8 NOV.
Pnlol» van Jn«tltis.*-B<a
Bureau voor Consultatie.
stadesohouw burg Fransrihe Ope
ra La Traviofe.
Bisschoppelijk Museum. Jana-
straat 7.9, geopend van 10—5 uur, tegen
betaling van 25 cent.
Gebouw ,3t. Bavo". Smedestraat
8 uur Jaarfeest ILE. Volksbond.
WEER EEN ONGELUK MET DE E,S.M.
Van de sneltram, die hedenmorgen 8.25 uit
Zandvoort was vertrokken en te 9.35 fe Amster
dam in de Spuistraat arriveerde, weigerde bij
aankomst de rem. Het gevolg was dat de drie
wagons, waaruit de tram bestond met volle
vaart liepen op 2 stilstaande wagens, 1 motor
en een bijwagen. De schok was zeer hevig. Het
voorbalcon van den voorsten wagen van de aan
komende tram zooals dat van de stilstaande
motorwagen, werd ernstig beschadigd. Alle rui
ten werden verbrijzeld, en het bovengedeelte in
gedrukt. De stilstaande bijwagen reed door de
schok het Spui op en werd gelukkig tegengehou
den door den trottoirband lüj stond dwars voor
de Heisteeg, waardoor het verkeer door die steeg
bedemmerd werd. De wagenbestuurder werd
niet ernstig aan d,e hand gewond. Volgens zijn
verklaringen werkte de electrische rem niet,
waardoor hij de wagens niet tijdig tot staan
kon brengen. De passagiers kwamen ook allen
met den schrik vrij.
S t a t e n v e r k i K n, N 0 °„r. 4-
Holland. De R. K. Kiesvereeniging „Kies
recht is Kiesplicht" te Sloten (N.-H.) stelde
candidaat voor de Provinciale Staten de heeren
A. B. Michielsen te Halfwejr en Mr. F. S. M.
Rits te Sloten.
Voor dsn Inhoud dezer rubriek etelt de Redactie
zich niet aansprakelijk.
G a r n i z o e m e b er i o h t u. Do iwerve>-
gergeamten J. G. Czisbt0ndlftmB. H. Moenibeek,
H. N. Bakketr. O. van Wileum. O. vaa Bed» en
L.' Sogboer rifat benoemd tot vaandrig en als
eoodanig dienstdoende gesteld bil het 10 veg.
infanterie.
Onbepaald klein vedlof. In het genot van
onbepaald klein -verlof sullen worden, spesteld
1. in het tijdvak va 1417 Jamtari 1910!
a. de ondocrofficaoien korporaals en manl
Bohappen van a'o militielidhtiai» 1915 der ves-
tangiartillecrie. die sim imgeiiifd in het tifdVak
van 10—20 October 1915;
de onderofficieren, korporaals «n mam-
oftWwn van die laiictetormjaarkla«ie 1914, die
züto in dienst geteld in bet tiidvak van 1—4
October 1015 Mi de vestawr-
«ntiBerie. de genie en den mobwdienst. met
uitzondering van hen. genoemd onder 2.
c. de onderofficieren, korporaal» enman
schappen van de tendstonmswtóaa*191J. doe
zijn in aienat gesteld in het tijdvak Van 8
November 1015 bii de infanterie, de wielrij
ders en den motorddernst.
d. de onderofficieren, korporaals en nian-
80kappen van de landBtarmjaarktaeee 1913. <uo
21 December 1815 zijn in dienet «eetold bu <le
genie, met uitzondering) van hen. genoemd
onder 2 op 28 Februari 1919.
2. De onderofficieren, koroporanls en man-
•chapjien van den militairen telegraafdienst,
behoorende tot de liuidatormj a-arklaesen 1914
en 1918. die in dienst rijn gesteld onderschei
denlijk in het tijdvak van 1—4 October 1915 en
op 21 December 1915.
De milicien-soldaat «T. E. J. d. G. v.an bet
10c Reg. Laf. ie door den KTÜ.«»raaa1 te 'e-Gra-
venkage veroordeeld tot twee maanden mili
taire gevangenisstraf wegen» hfet bestelen van
zijn kamera ad in het «lawk war tier.
- De reserve-aergeamten J. F. V. d. Sloot;
W. C. F. d. Kluwrt: J. SnoepA. G. de Groot;
A. Veltoneyer en S. Paul zün benoemd tot.
vaandrig «n als ssoodanig dtenetcMende gesteld
W.i het 21e Reg. Inf.
De Stadsschouwburg. ïu het
November-mumttnieir van „Het Tooneol" echrijft
de redacteur F<rits Lapidoth over, „De nieuwe
Stadsschouwburg te Haarlem."
.iHoowol," iegt do heer Lapidoth. dit bouw
werk niet de uitdrukking is mn een n ieuiwe ge
dachte, mag men er toch''prof. Van dor Steur
erkentelijk voor zijn, dat. hij hot banale «n pro
vinciaal schouwburgje doorgaana eigen, heeft
weten te vermijden. Met een der nteuwe
DE NAUWGEZETTE CENSOR.
In Turkije moet een werk op eolieikundig
gebied door den censor verboden zün, onKial
deze ambtenaar wc in aantrof de term H. O.;
de goede man meende daaruit te moeten lessen 1
Ham cd de Tweede ia een groote nul!
SPAANSCH ULITIMATUM.
Van morgen ging hardnekkig het ge
rucht dat Spanje oen ultimatum heeft gezon
den aan Nederland.
Ben je wUe manl Waar zou dat nu voor
dienen!
Ja, ze willen nset alle gewei 1 de griep
terug hebben.
■ohouwburgen. gesticht in Duiteche provincie
plaatsen van den tweeden of derden rangi. mag)
echter de nieuwe Haarlemeohe niet worden
vergeleken.
„Da binnenbouw beantwoordt niet aan de
veflwadbtingen waarmee men een pas gestich
ten schouwburg mag binnengaan. M«D heeft
niet gebroken met het verouderde logeeyeteem.
Had men «ulk» wei aangedurfd, het probleem
om 750 toeoohouwera te bergen in een kleine
ruimte als de Haarlemsche schouwburg biedt,
zou op bevredigend» wij ze kunnen rijn opgelost,
terwijl nu de inrichting gebrekkig moet wor
den genoemd.
„De loges eonete rang rite meerendeeLs te
nauw voor het aantal stoelen, dat u'aarin is
gezet. Van die stoelen riin er, in de loges voor
aas personen, niet minder dan vier van de ver
foeilijk» constructie, welke aan kinderstoelen,
kantoorkrukken en zetels voor de bakkende
dames vóór dé poffertjeskramen denken doen.
Ze staan op sen soort van latwerk dat vooruit-
•prin'ifc, om er de voeten op te kunnen zetten
sn ae steen ook nog los, wat bii het minste
pamiékjs geer groot gevaar moet opleveren
daar deze malle dingen zeer licht omgegooid
worden door haastige menechen en dan de uit
gangen versperren. Van sommige plaateen ziet
men «ieoht op het tooneel. De logee zijn op
verhooging geconstrueerd. Men moet dus
trapjes op ril af. wat ook al niet wensohelük i«.
Vóór de loges loepen de fauteuils-de-balcom,
op het breedste gedeelte recht, over het too
neel) Jn dirie-, elders in twee nüen en dicht bii
hert tooneel aan weerskanten in één rij. De
voorste rijen staan te ver van den loperand,
wat hindieirlajk ia voor het rustig zien. Deze
fauteruils-de-baloon hebben geen opspringende
rittingenevenmin hebben dat de fauteuils in
de paal. terwül boven en beneden de Kien dicht
achter elkander staan.. Zoo spoedig mogelijk
zal men de zittingen van goed werkend» voeren
dienen te voorzien.
„De bckleedttngt dei fauteuils valt te rooraeü,
wat de kwaliteit der stof aangaat, d'oeh rij
kleurt niet bij dé hoofdkleuren der zaal Geel ijk
baksteen rood en dof grijs met eenig goud ver
levendigd) waarbij ook het. op riohzelf mooie
tooneel gordijn niet kleurt. Maar misschien heb
ben we met een grondverf je te doen.
„De schilder moet hier noodig nop eens aan
't werk. Moge er dan meteen iemand komen
om het mooie tooneelgorujin van een beter pas
sende stoffen-om iijsting te voorzien. De be
staande ia armoedig en stijfjes.
„Zeór gelukkig is de conatruotie van de
ronde zoldering met cirkelvormige medaillons
in een dubbelen cirkel om de groote centrale
liahthrou, Hier heeft de bouwmeester met
groot succes naar eenvoudige voornaamheid
gestreefd. Indien de geheele binnenbouw in
dezen geeat ware gehouden, zou het resultaat,
zoowel jueethetisuh als practiseh, beter rijn ge
weest.
„Het diunkt mii hoogst bedenkelijk dat alle
trm-vipn. die vian do bovengang leiden naar
do zitplaatsen, op de galerij, van hout zijn.
„Zeer te roemen valt. in 't geheele gebouw,
de heerlijke zachte vloetbekleeding. die elk ge-
hrid van voetstappen dempt. Wij waren in den.
schouwburg toen bü nog vol werkvolk was en
het scheen wel dat iedereen er op rubber-zolen
rondliep 1
„De dessous van het tooneel zijn van ecu
ouder we tsahe, primitieve constructie en de ge
heele onderbouw is van hout, waar men tegen
woordig tooh overal onder dén tooneel vloer, zoo
goed als uitsluitend onbrandbaar materiaal ge
bruikt.
„In den tooneelkap zün geen rookluiken
aangebracht, er is geen tooneelregen, wel een
ijzeren brandfeeherm van gewone constructie.
„Mogen wij dus niet beweren, dat Haarlem
een model-schouwburg heeft gekregen, dat
dus. waar elders de bouw van een nieuwen
schouwburg mocht worden voorbereid, men
goed aal doen het Haarlemeohe voorbeeld na
te volgen, moeten wii daarentegen met leen
wezen erkennen, dat de voorlichting, bij de
inrichting van het inwendige toch zeker ge
vraagd, hetaaf onvoldoende is geweest, hetzij
Boor de inrlohtere niet voldoende ter harte
werd genomen, er valt nog heel wat te waar
deer en en, naar ik reeds opmerkte, veel van
hetgeen minder goed i». valt te verhelpen."
BILJARTBOND „HAARLEM EN
OMSTREKEN.''
Onderling Genoegen—Kastanj'eboöln. Gis
terenavond zijn de wedstrijden in afdecling
'A voortgezet en wel in café Slot, Kleine
Houtstraat, tusschen „Onderling Genoegen"
en „Kastanjeboom," Heemstede. Het. was
voor „Kastanjeboom" een zware nederlaag
die haai* werd toegebracht, en deze club1
verloor alle gespeelde partijen- Onderling
Genoegen daarentegen kan een warm succes
boeken, door een prachfpreetatie van de
matador Meerenboer, die zijn partij in ft
beurten wist te eindigen, en o.a. series
maakte van 36 en 99 caromboles. Ook in
de laatste partij was Onderling Genoegen
verre de baa» en liet haar partner op 411
staan, tót' was veel publiek voor dezen
prachtigeu wedstrijd.
De uitetug ie hier: Onderling Genoegen:
100, 100, 100, 100, 100, 500.
Kastanjeboom: 74, 17, 67, 99, 41 OT8
caramboles.
KRIJT OP TIJD—D. O. 8.
Ook gisterenavond werd slechts een wed
strijd gespeeld en tol klasse B had deze
E laats in café Dekker Jan Gijzenvaart, waar
'.CHS. op bezoek was. Er werd niet beed
gespeeld, vooral dc D.Q.9.-spelers waren min
der gelukkig en konden geen der partijen
Winnen. Half 11 was deze wedstrijd ge
ëindigd. De uitslag was: Krijt op tijd: 80,
80, 80, 80, 80, 400; D.O.S. 27, 31,
64, 78, 63 248 caramboles.
Personalia. Door de heeren F. P va