MfME MUL CMMM STAD EN STREEK vroolijk allerlei INGEZONDEN Donderdag 7 November - Tweede Blad DE SCHUTTERIJ IN 1748 EN 1749. Pachters-onlusten. We zagen in het vorige hoofdstuk hoe in dezen tijd de heeren van het Stadhuis niet meer zoo op de schuttere konden rekenen als in vroeger eeuwen. Zij haatten de pachters der belastingen niet minder dan 't volk. De schutters van 1402 en later behoorden tot de aanzienlijkste lieden van de stad. De leden kozen zelf dekens en vin ders. Zij vonden het een eer de stad te verdedi gen of voor de belangen van standgenooten de orde te heretellen onder de oproerige 6malle gemeente. Maar, zooals 't meestal gaat, op den duur raakte de liefhebberij er al Voor de minder deftigen was de schutterij te duur en zoo kwam het dat omstreeks 1500 alle cLrie de schut tersgilden op apegapen lagen. De stadsregeering schafte ze af, maar stelde zelf dadelijk twee nieuwe schutterijen in, die veel meer direct onder de magistraat stonden. Deken en vinders der schutters of kapiteins werden o.a. door de stadsregeering benoemd. De oude glorie der schutterij kwam niet terug; de aristocratie wilde geen schutter meer zijn, tenzij er een officiersbaantje aanzat. Zoo kwam het dat de schuttere van 1748 allemaal burger mannetjes waren en niet blaakten van eerbied voor hun officieren. Zoo kwam het ook, dat de regenten wel konden rekenen op de officieren maar niet op de schutters. Een zacht lijntje xou misschien helpen. Een boodschap werd gezonden naar den Doelen om de schut ters te doen oprukken naar de Groote Markt. Er waren in het geheel 8 vendels, 4 van St Joris en 4 van St. Adriaan, zooals men ze nog steeds als van oudsher noemde. Sinds het laatst der 17e eeuw hadden ze maar één Doelen meer. Van de 4 vendels van St. Joris kwamen er twee op en bunemeester Stein ging hoi tege moet in ae Koningstraat om 'n vriendelijke toe spraak te houden. Hij heeft wel gesproken, want inderdaad trokken de twee afdeelingen, zij 't na eenig bedenken de Damstraat door naar het Spaaroe, waar 't volk reeds bezig was bij de drie pachters woningen de ruiten in te gooien. De schutters kregen als welkomstgroet n hagelbui van steen». Toen verging de lust en zonder lang Indenken maakten ze rechtsomkeert. Kapitein Ravens alleen bleef staan en stak met groote koelbloedigheid een redevoering af. De ruiten waren ingegooid en nu sleepte 't volk woe dend de kostbare meubelen naar buiten en smeet ze in het Spaame. Met zooveel talent sprak kapi tein Raven», dat men met de razernij ophield en op zijn aandringen over de Groote Markt van 's avonds laat den nacht door naar het Stadhuis draafde, beladen met kostbaarheden. Op 't Stadhuis namen Ravens en zijn collega's alles in ontvangst „voor de armen", Genoeg om te doen zien, hoe de macht der schutterij was getaand, maar 'n enkeling onder de hoofdmannen door zijn persoonlijkheid bij het volk nog wel invloed kon hébben. De andere schutters waren intusschen niet thuisgebleven. Ook zij waren in de wapens geko men. Hun besluit was het plunderen der pach- teHwizen niet te verhinderen, maar ook niet mee te doen, omdat dit ver beneden hen was. Zij souden de heeren op het Stadhuis evenwel laten lien, dat ze er ook waren. Den Burgemeester werd de belofte van de af schaffing der pachters afgedwongen en de •chuttere gingen welvoldaan ter ruste. Het was biet gemakkelijk. Werd de belofte niet gehouden, dan zou weer het oproer uitbreken en dan met krachtige hulp der schutters. Den volgenden morgen vroeg werd afgelezen dat de. pachters zoudenblijven volgens besluit van Gecomxnitteer- lwi.,,,,rovindale) Staten. Een wild wraakge- scnreeuw wa3 ilet antwoord van schutters en burgers en zonder d« verdere publicatie der pu blicatie af te wachten, stormde het Volk naar de Oude Gracht om-bij de pachters daar den boel leeg te halen en die in het water te werpen. Aan het Spaarne en de Begijne straat was het den vorigen dag al gedaan. De schuttere lieten ditmaal burgemeesters en offi cieren praten. Een gedeelte bleef op de Groote Markt, een andere troep stond lachend te kijken op de Oude Gracht en de rest ging naar de poorten en sloot die, opdat er niemand, vooral niet de militie uit Den Haag, kon binnenkomen. De plundering zette zich intusschen voort en brandstichting dreigde. Nu werden heeren regen ten bang, de raadhuisklok klepte weer en een nieuwe publicatie, precies contrarie van 's mor gens, werd voorgelezen. Het hart der schutters was weer gewonnen. Zij geloofden werkelijk; mis schien weer een opflikkering van het plichtsbesef, De s^h"tterii stormde nu met gevelde bajonet naar het tooneel der plundering, en liet niet de hielen zien. Ze gmgen zelfs zoo ver, dat een der plunderaars met de bajonet gedood werd. Da hielp, en binnen enkele minuten was het volk Weg. De zeven uitgeplunderde pachthuizen weiden dichtgespijkerd, de goederen uit 't water opgevischt en elke samenscholing verboden. Rus tig was het nog niet De schutters liepen patrouil. Ie en betrokken 's avonds de nachtwacht op he itadhuis. Dt stodaregetrmg ia haar nopjes, da' ze die burgerluidjes zoo lekker te pakken hadden de schutters werden om haar trouw en helden moed geprezen. Den volgenden dag kwamen de heeren uit den Haag, o. a. luitenant-generaal G£®vestin8) 0p stadhuis om de zaken op orde te stellen- Bij j,un komst stelden de schuttere zich op i Groote Markt op. Men moest ze te vrienc houden ör verzocht ze beleefd vendel voor vende stoep op naar de groote zaal op te marchee- ren- u door de drie Regeeringsconv jnissaiwen beleefd verzocht de beswaren schrif- Ï^'JaJÏ aph£!en*n' nadat ze eerst een pluimpje hadden 8 had voor hun goed gedrag en het red- den der staa toen dat afgeloopen was, mochten alle acht co p®£®.le6n schutters tegelijk voor de hooge heeren defileeren. '8 Avonds gingen de heeren met .^boekschriften ook van de schutters naar het Haagje terug. Vijf dagen later vertelde de Haagsche krant dat de pachterijen niet zouden worden opgeheven. Binnen een half uur wist heel Haarlem het en was de Groote Markt vol van burgers en schutters. Opnieuw cpteer.bla 2e dood die regenten, riepen de schutters en het volk stemde in. Alweer vrees voor oproer, nu voor de derde maal en een publicatie van de pui van t stadhuis, nu de zoogenaamde Khte van Gecommitteerd Raden, en weder was het volk gerustgesteld. Eindelijk hakte de Prins den kn<mp door: hu stelde voor accijnzen en lwchten af te schaffra en e® soort hoofdelijken Omslag in te stellen. Dit werd aangenomen, maar de klachtenlijst der schuttere bleef. Nog was Juni niet voorbij, of de heer Oraves- fin8 kwam andermaal op de Groote Markt. De •chutters kwamen weer voor hem en zij zagen hun uitvoerige verzoekschriften weer. De teer Gravestins had het antwoord in handen. Naar den vorm was dit hoogst aangenaam, maar de inhoud beantwoordde niet aan de verwachtin- ijen. Vele punten konden voorehands niet worden toegestaan, andere werden met veel wijzigingen goedgekeurd, terwijl de meeste „nader onder zocht worden." In één ding was naar den zin der schuttere gehandeld, nl. voor eeuwig de lachten afgeschaft, maar dat wist men al. Om rent de officieren werd bepaald, dat ze wel niet door de schutters, maar toch uit de schutters ge- cozen zouden worden, met uitzondering echter van de twee kolonels. De schutters gingen met gemengde gevoelens naar huis. maar zwegen voorloopig. Toen de Prins in 1748 Haarlem kwam bezoeken, werd hij luide toegejuicht en was het volop feest. Op zijn eerstvolgenden verjaardag prijkte naast de oude schutterij het exercitiegenootschap „pro Arls et Fods' dat ook stedelijk erkend was. Zoo mogelijk was de feestvreugde 's avonds op den Doelen nog grooter. Luide loftuitingen, ook in dichtmaat; weerklonken voor den Stad- tiouder Willem II. Het zou echter niet van langen duur zijn. Daar hoorde men dat de Amsterdamschè Doelisten meer gedaan had den gekregen. Er was dus nieuwe reden tot ontevredenheid. De Haarlemsche schutters kwa men weer bij elkaar en stelden fluks een nieuw verzoekschrift op. Weer kwamen regeeringscom- missarissen. Zij benoemden op het stadhuis nieu we schutterij-officieren en stelden ook andere bur gemeesters en schepenen aan, maar dat was slechts persoonsverwisseling, want de zaak bleef zoo ze was. De heeren waren baas, maar deze woelingen van 1748 waren teekenen van den nieuwen geestIn 't laatst van 1749 werd bekend, dat de oude Imposten 1 Januari 1749 weer zouden worden ingevoerd. Nieuwe oploo- pen waren het gevolg en nu kwamen de solda ten uit den Haag. Pas waren ze weer in den Hout, of de schutters kwamen in 't geweer en sloten onmiddellijk de poorten. De stad kwam in staat van beleg, zelfs de postwagens naar Am sterdam mochten maar tot den Markt doorrijden, om vervolgens te worden teruggestuurd De pei ling voor de accijnzen begon weer en binnen vijf minuten werd ze door schuttere en burgers ge stoord. De heeren zaten vol angst op 't stadhuis, waar de schutterij-officieren binnenstormden, vragend op hoogen toon, hoe de heeren het in 't hoofd konden krijgen om militairen binnen de stad te laten. Dat was tegen de privilegeszij, de schut ters, zouden wel de orde handhaven. De heeren boden hun verontschuldigingen aan. Ze hadden van de heele militie niets geweten. Na deze ver klaring trokken de schutters weer af, vol trots op hun macht, 's Nachts vergaderden ze op den Doelen, stelden 'n nieuw verzoekschrift op en haalden Enschedé uft z'n bed om dit te drukken. 3 Januari trok een commissie van acht man uit de schutters naar den Haag. Spoedig was het rijk der schutters nu uit, want den volgenden dag kwam een nieuwe troepenmacht uit den Haag voor de Houtpoort en eischte formeel de stad op. Een geweerschot was het antwoord; de soldaten drongen binnen en schutters en burgers ontzonk den moed. Binnen enkele minuten was de infanterie op de Markt. De schuttere en offi cieren werden met geweerkolven van 't stadhuis gejaagd. De zucht der schutterijen, den ouden invloed opnieuw te krijgen, was gesmoord. Evenwel, voor zoover na te speuren, hebben noch de schutterijen, noch de gilden ooit eenigen wet tigen invloed op de Haarlemsche regeering gehad. Patriottentijd. De vrijheidsgeest begon in het laatst der 18e eeuw te leven. En zoo kwam het, dat Groote Markt in de jaren 1786 en '87 meer dan een maal herinnerde aan de woeligste tijden van de 15e en 16e eeuw. Het was als de Haarlemsche schutters met het exercitiegenootschap van den Doelen kwamen om door de Burgemeesteren als „de dappere broeders, verdedigers der dierbare vrijheid" te worden aangesproken en dan met strijdlust m het vurig oog oostwaarts te rukken naar de liniën van Utrecht. De Patriottentijd was gekomen en de Democraten weer in de meerder heid. Evenals 40 jaar te voren waren de heeren op het stadhuis weinig gezind hun macht af te staan. De schutterij en de groote massa waren de Democraten toegedaan en nu koos de meerderheid der regenten de wijste partij. Toen de schutters met de overlieden der gilden op het stadhuis fc^men met hun rekesten, moesten heeren regen ten bijdraaien, 'n Nieuw regeeringsreglement, 'n SOOrt Haarlemsche grondwet werd opgesteld, waarbij werd bepaald, dat de schuttere voor eeuwig hun officieren kiezen en de gewone bur gerij, Nederlandsch-Hervonnd of niet, aandeel kreeg in het bestuur. De schutterij-officieren riepen de kiezers ter stemming in zes keiken bijeen. Een groot feest werd georganiseerd, het reglement aangenomen, een tempel geplaatst op de markt (een model er van is ia 't trans Hals museum in 't kamertje naast de spotheek). De schutters genoten dien dag, zooal» ze nog nooit genoten hadden. Zij waren de hoofdpersonen van t feest. prinses werd te Goejanverwellesluis hij uouda tegengehouden op haar reis naar den Haag. Nu kwam haar broer, de Koning van Pruisen, met 20.000 soldaten om de orde m den lande te herstellen. De prins werd hersteld en het meergenoemde exercitiegenootschap als zelf standige vereeniging afgeschaft en bij de schut terij ingelijfd. Haarlem kreeg een garnizoen en de schuttere raakten achteraf. Op den morgen na de omwenteling van 1795 liet ze weer van zich hooren. De heeren der re- volutionaire clubs waren niet de schutters op het stadhuis en de volksmassa er voor. Het voorloo- pige regeeringsréglement was reeds klaar en <fe schuttere juichten 't toe. Ze stonden in goedmoedige houding vóór het stadhuis met het geweer aan dm voet en maak ten met de naastbijzijnde burgers een praatje. Om 2 uur zou er op 't stadhuis wat gebeuren. Kiezen zou 't in allen gevalle wezen, wisten de schuttere te vertellen. Er werd mee gegek scheerd. Een sergeant der schutterij was dit te erg. „Hou jij je mond, ventje," zei hij tegen een opgeschoten jongen, „en maak geen gekkepraat- ies over zoo'n ernstige zaak." „Hoort hem! Nou, die wü zeker ineens burgemeester wonden! Zoo'n lange schutterzie maar eerst, dat je een buikje krijgt 1" De sergeant had lust om kwaad te worden, maar hij hield zich in: geen ruzie op zoo'n schoonen dag. De vrijheidsboom werd geplant 't Vrijheid, ge. lijkheid en broederschap werd afgekondigd De schutterij paste ook niet meer in den nieuwen gouden tijd. Ze werd plechtig ontbonden, maar denzelfden dag werd geloot voor de splinter nieuwe gewapende burgermacht, die opeens in plaats van de oude „burgertjes" nieuwe helden maakte. Den voorrang kregen hierbij de afge dankte schuttere van 1787 en de clubleden, die immere altijd de beste vaderlanden waren ge weest. Toen het echter op wapendienst aankwam, bleek het patriotisme wat af te koelen. Men moest ook minder goede vaderlanders nemen en op 't laatst kwamen er nog zóó weinig vrijwillig, dat men boete moest stellen op de onwilligen. Toen eindelijk de burgerwacht klaar was, werd ze ingedeeld in vier bataljons, één daarvan had kanonnen. De Franschen kwamen en bleven hier in garnizoen; niet erg geschikt voor het machts gevoel der burgerwacht. Terwijl wij dit schrijven, zegt de Koning in 1806, schijnt het oogmerk te wezen om de schutterij weder eenigszins op de been te brengen. De Fransche tijd bracht geen rijkdom, maar wel de eerste fatsoenlijke wetten en de Holland- sche Staatseenheid. De Herstelling. 17 November 1813 kwamen de eerste berichten over de naderende bevrijding in en na 18 Novem ber is op de Groote Markt geen vreemde krijgs knecht meer gezien. slagen achtte. In 1815 reeds splitste de koning Willem I, stelde voor het geheele land een land storm in. Velen der oude burgerwachten hadden nog uniform en uitrustingsstukken, velen zelfs geweren en ook waren de oude kanonnen er nog, De overige dienstplichtigen bij den landstonn werden met pieken gewapend. Detachementen Haarlemmers losten ook telkens bij de insluiting van den Helder elkaar af, tot Verhuell in Mei zich door het afstand doen van Napoleon ont- stagen achtte. In 1815 reeds splitste de koning de schutterij in een stedelijke schutterij en een rustende. Zoo trokken in 1830 ook de dappere Haarlemsche schutters met de Noord-Holland- 8che jagers naar België en nadat deze in halven triomf teruggekeerd waren uit de tiendaagsche ruzie, is geen Haarlemsch burger meer uitgetrok ken tegen Europeesdie vijanden. Half was de overwinning, omdat de Koning van Frankrijk een leger België had ingezonden tegen Holland. 't Is te kort geleden om er over uit te weiden, maar onze lezera weten, dat het militair asped der sdiutters miniem was. De Staten-Generaal besloot de schutterij te doen uitsterven. Uit de afgediende miliciens kwam de landweer en de landstorm voort. Zoo bestaat er dan sedert jaren geen schutterij meer. De militairen, die in de eerste oorlogsmaanden van 1914 den Doelen bezetten, waren gemobiliseerde miliciens. En nu zijn ze weer drie jaar weg. De oude Schutters- zaal wordt weer gebruikt als gymnastieklokaal, 0. a. voor de H. B. S. Geachte Redactie. Met plaatsing van het volgende zult U onder- geteekende zeer verplichten. Bij voorbaat dank. VLEESCHDISTRIBUTIE. 'k Stond Zaterdag jl., 's middags om kwart over 2 uur in de rij voor den slagerswinkel van den heer Waiboer op het Houtplein. Tc Stelde mij op rechts van den winkel want ook links stond een nog grooter rij menschen geduldig te wachten. In den winkel een heele dikke mijnheer, vleesch snijden op een wijze van „kom ik er van daag niet dan morgenen twee andere slagers bezig met andere werkzaamheden, van wie een mii bekend is als mijnheer Piet uit de Zijlstraat Het ordehouden van den dienstdoenden agent van politie, later bijgestaan door den agent in burger, van Es, was subliem. Van de reditsche rij waren na verloop van 1 uur en drie kwar tier 4 a 5 menschen geholpen. Een derde rij van menschen kwam zich vormen recht voor de deur van de winkel. Eén mijnheer, door vele menschen aangeduid tme: „daar komt die smokkelaar ook", uit de richting den Hout komende, wrong zich door de menschen heen, stapte den winkel binnen eu verliet dezen weer direct, voorzien van vleesch, het „rijen publiek" toegrijnzende. oen gepen sioneerd politieagent, waarvan alleen de naam mij onbekend is, behoefde geen half uur op zijn rantsoen te wachten. Om tien minuten over half vijf «ton<t ik jn den winkel, vier menschen voor mii, waarvan de voorste, een juffrouw, nog 9 ons biefstuk be kwam, waarna het „uitverkocht van den dik ken mijnheer klonk. Ik wees den dikken mijnheer op «en toonbank achter in den winkel en vroeg hem wat dat dan was. „Vellen" mijnheer. Ik wendde mij tot den agent met vriendelijk verzoek te willen bevorderen dat mij alsnog 15 mis van die „vellen" zouden worden verkocht. Een schouderophalen van den agent was het antwoord. Mijnheer van de „cassa naar ik ver nam mijnheer Waiboer zelf, kwam daarop aan- loopen en verklaarde, dat het vleesch was van menschen die geld tekort bij zich hadden. Mijn heer Piët vroeg daarop zeer dreigend, of ik soms dacht dat zij „smokkelaars" waren, waarop ik zeide, te weten dat hier wel smokkelaars voor- Mijnheer Piët vroeg daarop den agent mij uit den winkel te willen verwijderen. Ik verklaar de den agent zelf wel te zullen gaan als hij maar eerst wilde uitmaken wie van de slagers hier stond te kletsen, nml. hij die beweerde dat het „vellen" waren hij die vertelde dat het vleesch was van menschen die geld tekort hij zich hadden, waarop de agent zeide: „en al was het nou vleesch, komt dien menschen hoofd beweging naar de slagens ook niet een stukje vleesch toe". Na dit Salomons-oordeel verliet ik na 2% uur geduldig wachten de plaats waar ik m'n rant soenhad zien hangen. Meer, betere orde is dringend noodzakelijk, waaibij toezicht op slagers lang niet overbodig mag worden genoemd. Wat de orde buiten den winkel betreft lijkt mij de Amsterdamschè manier wel de beste. Hoog stens 2 agenten van politie. Eén bij de deur en een die de menschen voortdurend noodzaakt 2 aan 2 te blijven staan. Op het Houtplein waren er minstens gedurende een kwartier vier agenten met het eenig resultaat, dat 2 rijien tot 1 werden gemaakt, waardoor menschen die reeds een paar uren hadden gewacht, bij de nieuwe rij wederom geheel achteraan kwamen te staan. Mogen deze regelen er toe leiden dat er wat betere orde kome vóór en In den winkel. De geachte redactie veel dank voor dc plaat sing, Haarlem, 4 November 1918. C WESSELTUS, Van Berestemstraat 19 Naschrift. Wij hebben ons om inlichtingen om trent de zaak willen wenden tot den heer Wai boer. Daar deze echter met hooge temperatuur te bed ligt, was zulks zeer bezwaarlijk- Men ver zoekt ons echter mede te deelen, dat de heer W. Zaterdag reeds ziek was en niet bij dezen vleeschverkoop is tegenwoordig geweest Een der heeren vleeschhouwers. die in den winkel werkzaam was, vertelt ons over het geval 't volgende: „De verkoop van ossen lappen was vastgesteld van 1 tot 3 uur. Doordat we echter veel te weinig vleesch hadden, waren de lappen om 2 uur af op. Omdat er echter nog zooveel menschen stonden te wachten met bons voor lap pen hebben we van het overblijvende vleesch, dat eigenlijk aliéén als stukjes, biefstuk enz. verkocht mocht worden, toch nog maar wat lap pen gesneden, natuurlijk tot schade voor den vleeschhouwer. Van 3 tot 5 uur zou het verkoop zijn van stukjes enz., doch omstreeks 4 uur waren we reeds geheel uitverkocht; het kwantum vleesch was beslist te klein. Alleen lagen er nog eenige stukjes vleesch voor ons zelf, op onze eigen bons en voor ons eigen geld en eenige stukjes voor menschen, die het vleesch hadden achtergelaten, omdat ze te weinig geld bij zich hadden. Ook stond er een bak met vellen en zenen, die ter controle bewaart moeten worden. Al zoude» we dus den inzender van het stuk hebben willen helpen, we kond» het niet, of we zouden one eigen vleesch verkocht moeten hebben. Van het binnenkomen van een „smokkelaar" heb ik niets gemerkt Wel zffta er eenige personen in den winkel gekomen, waarvan de een rijn flets weghaalde en een ander een collega ons wat kwam helpen, omdat dt heer Waiboer ziek was geworden. Wat het handhaven der orde be treft, daarmede hebben wij niets uit te staan: dit laten we aan den dienstdoenden politieagent over - die in den winkel komen, worden door ons mij voor. dat inzender. dtean«*>e- halve correct handelde, een relletje wilde "Mok ken, om hierover in de couranten te kunnen schrijven. Intusschen is door den waaro. commissaris van politie aan de agenten verboden, menschen vóór hun beurt de winkels binnen te taten gaan om vleesch te koopen. Overtreding zal streng worden gestraft. AGENDA 8 NOV. Pnlol» van Jn«tltis.*-B<a Bureau voor Consultatie. stadesohouw burg Fransrihe Ope ra La Traviofe. Bisschoppelijk Museum. Jana- straat 7.9, geopend van 10—5 uur, tegen betaling van 25 cent. Gebouw ,3t. Bavo". Smedestraat 8 uur Jaarfeest ILE. Volksbond. WEER EEN ONGELUK MET DE E,S.M. Van de sneltram, die hedenmorgen 8.25 uit Zandvoort was vertrokken en te 9.35 fe Amster dam in de Spuistraat arriveerde, weigerde bij aankomst de rem. Het gevolg was dat de drie wagons, waaruit de tram bestond met volle vaart liepen op 2 stilstaande wagens, 1 motor en een bijwagen. De schok was zeer hevig. Het voorbalcon van den voorsten wagen van de aan komende tram zooals dat van de stilstaande motorwagen, werd ernstig beschadigd. Alle rui ten werden verbrijzeld, en het bovengedeelte in gedrukt. De stilstaande bijwagen reed door de schok het Spui op en werd gelukkig tegengehou den door den trottoirband lüj stond dwars voor de Heisteeg, waardoor het verkeer door die steeg bedemmerd werd. De wagenbestuurder werd niet ernstig aan d,e hand gewond. Volgens zijn verklaringen werkte de electrische rem niet, waardoor hij de wagens niet tijdig tot staan kon brengen. De passagiers kwamen ook allen met den schrik vrij. S t a t e n v e r k i K n, N 0 °„r. 4- Holland. De R. K. Kiesvereeniging „Kies recht is Kiesplicht" te Sloten (N.-H.) stelde candidaat voor de Provinciale Staten de heeren A. B. Michielsen te Halfwejr en Mr. F. S. M. Rits te Sloten. Voor dsn Inhoud dezer rubriek etelt de Redactie zich niet aansprakelijk. G a r n i z o e m e b er i o h t u. Do iwerve>- gergeamten J. G. Czisbt0ndlftmB. H. Moenibeek, H. N. Bakketr. O. van Wileum. O. vaa Bed» en L.' Sogboer rifat benoemd tot vaandrig en als eoodanig dienstdoende gesteld bil het 10 veg. infanterie. Onbepaald klein vedlof. In het genot van onbepaald klein -verlof sullen worden, spesteld 1. in het tijdvak va 1417 Jamtari 1910! a. de ondocrofficaoien korporaals en manl Bohappen van a'o militielidhtiai» 1915 der ves- tangiartillecrie. die sim imgeiiifd in het tifdVak van 10—20 October 1915; de onderofficieren, korporaals «n mam- oftWwn van die laiictetormjaarkla«ie 1914, die züto in dienst geteld in bet tiidvak van 1—4 October 1015 Mi de vestawr- «ntiBerie. de genie en den mobwdienst. met uitzondering van hen. genoemd onder 2. c. de onderofficieren, korporaal» enman schappen van de tendstonmswtóaa*191J. doe zijn in aienat gesteld in het tijdvak Van 8 November 1015 bii de infanterie, de wielrij ders en den motorddernst. d. de onderofficieren, korporaals en nian- 80kappen van de landBtarmjaarktaeee 1913. <uo 21 December 1815 zijn in dienet «eetold bu <le genie, met uitzondering) van hen. genoemd onder 2 op 28 Februari 1919. 2. De onderofficieren, koroporanls en man- •chapjien van den militairen telegraafdienst, behoorende tot de liuidatormj a-arklaesen 1914 en 1918. die in dienst rijn gesteld onderschei denlijk in het tijdvak van 1—4 October 1915 en op 21 December 1915. De milicien-soldaat «T. E. J. d. G. v.an bet 10c Reg. Laf. ie door den KTÜ.«»raaa1 te 'e-Gra- venkage veroordeeld tot twee maanden mili taire gevangenisstraf wegen» hfet bestelen van zijn kamera ad in het «lawk war tier. - De reserve-aergeamten J. F. V. d. Sloot; W. C. F. d. Kluwrt: J. SnoepA. G. de Groot; A. Veltoneyer en S. Paul zün benoemd tot. vaandrig «n als ssoodanig dtenetcMende gesteld W.i het 21e Reg. Inf. De Stadsschouwburg. ïu het November-mumttnieir van „Het Tooneol" echrijft de redacteur F<rits Lapidoth over, „De nieuwe Stadsschouwburg te Haarlem." .iHoowol," iegt do heer Lapidoth. dit bouw werk niet de uitdrukking is mn een n ieuiwe ge dachte, mag men er toch''prof. Van dor Steur erkentelijk voor zijn, dat. hij hot banale «n pro vinciaal schouwburgje doorgaana eigen, heeft weten te vermijden. Met een der nteuwe DE NAUWGEZETTE CENSOR. In Turkije moet een werk op eolieikundig gebied door den censor verboden zün, onKial deze ambtenaar wc in aantrof de term H. O.; de goede man meende daaruit te moeten lessen 1 Ham cd de Tweede ia een groote nul! SPAANSCH ULITIMATUM. Van morgen ging hardnekkig het ge rucht dat Spanje oen ultimatum heeft gezon den aan Nederland. Ben je wUe manl Waar zou dat nu voor dienen! Ja, ze willen nset alle gewei 1 de griep terug hebben. ■ohouwburgen. gesticht in Duiteche provincie plaatsen van den tweeden of derden rangi. mag) echter de nieuwe Haarlemeohe niet worden vergeleken. „Da binnenbouw beantwoordt niet aan de veflwadbtingen waarmee men een pas gestich ten schouwburg mag binnengaan. M«D heeft niet gebroken met het verouderde logeeyeteem. Had men «ulk» wei aangedurfd, het probleem om 750 toeoohouwera te bergen in een kleine ruimte als de Haarlemsche schouwburg biedt, zou op bevredigend» wij ze kunnen rijn opgelost, terwijl nu de inrichting gebrekkig moet wor den genoemd. „De loges eonete rang rite meerendeeLs te nauw voor het aantal stoelen, dat u'aarin is gezet. Van die stoelen riin er, in de loges voor aas personen, niet minder dan vier van de ver foeilijk» constructie, welke aan kinderstoelen, kantoorkrukken en zetels voor de bakkende dames vóór dé poffertjeskramen denken doen. Ze staan op sen soort van latwerk dat vooruit- •prin'ifc, om er de voeten op te kunnen zetten sn ae steen ook nog los, wat bii het minste pamiékjs geer groot gevaar moet opleveren daar deze malle dingen zeer licht omgegooid worden door haastige menechen en dan de uit gangen versperren. Van sommige plaateen ziet men «ieoht op het tooneel. De logee zijn op verhooging geconstrueerd. Men moet dus trapjes op ril af. wat ook al niet wensohelük i«. Vóór de loges loepen de fauteuils-de-balcom, op het breedste gedeelte recht, over het too neel) Jn dirie-, elders in twee nüen en dicht bii hert tooneel aan weerskanten in één rij. De voorste rijen staan te ver van den loperand, wat hindieirlajk ia voor het rustig zien. Deze fauteruils-de-baloon hebben geen opspringende rittingenevenmin hebben dat de fauteuils in de paal. terwül boven en beneden de Kien dicht achter elkander staan.. Zoo spoedig mogelijk zal men de zittingen van goed werkend» voeren dienen te voorzien. „De bckleedttngt dei fauteuils valt te rooraeü, wat de kwaliteit der stof aangaat, d'oeh rij kleurt niet bij dé hoofdkleuren der zaal Geel ijk baksteen rood en dof grijs met eenig goud ver levendigd) waarbij ook het. op riohzelf mooie tooneel gordijn niet kleurt. Maar misschien heb ben we met een grondverf je te doen. „De schilder moet hier noodig nop eens aan 't werk. Moge er dan meteen iemand komen om het mooie tooneelgorujin van een beter pas sende stoffen-om iijsting te voorzien. De be staande ia armoedig en stijfjes. „Zeór gelukkig is de conatruotie van de ronde zoldering met cirkelvormige medaillons in een dubbelen cirkel om de groote centrale liahthrou, Hier heeft de bouwmeester met groot succes naar eenvoudige voornaamheid gestreefd. Indien de geheele binnenbouw in dezen geeat ware gehouden, zou het resultaat, zoowel jueethetisuh als practiseh, beter rijn ge weest. „Het diunkt mii hoogst bedenkelijk dat alle trm-vipn. die vian do bovengang leiden naar do zitplaatsen, op de galerij, van hout zijn. „Zeer te roemen valt. in 't geheele gebouw, de heerlijke zachte vloetbekleeding. die elk ge- hrid van voetstappen dempt. Wij waren in den. schouwburg toen bü nog vol werkvolk was en het scheen wel dat iedereen er op rubber-zolen rondliep 1 „De dessous van het tooneel zijn van ecu ouder we tsahe, primitieve constructie en de ge heele onderbouw is van hout, waar men tegen woordig tooh overal onder dén tooneel vloer, zoo goed als uitsluitend onbrandbaar materiaal ge bruikt. „In den tooneelkap zün geen rookluiken aangebracht, er is geen tooneelregen, wel een ijzeren brandfeeherm van gewone constructie. „Mogen wij dus niet beweren, dat Haarlem een model-schouwburg heeft gekregen, dat dus. waar elders de bouw van een nieuwen schouwburg mocht worden voorbereid, men goed aal doen het Haarlemeohe voorbeeld na te volgen, moeten wii daarentegen met leen wezen erkennen, dat de voorlichting, bij de inrichting van het inwendige toch zeker ge vraagd, hetaaf onvoldoende is geweest, hetzij Boor de inrlohtere niet voldoende ter harte werd genomen, er valt nog heel wat te waar deer en en, naar ik reeds opmerkte, veel van hetgeen minder goed i». valt te verhelpen." BILJARTBOND „HAARLEM EN OMSTREKEN.'' Onderling Genoegen—Kastanj'eboöln. Gis terenavond zijn de wedstrijden in afdecling 'A voortgezet en wel in café Slot, Kleine Houtstraat, tusschen „Onderling Genoegen" en „Kastanjeboom," Heemstede. Het. was voor „Kastanjeboom" een zware nederlaag die haai* werd toegebracht, en deze club1 verloor alle gespeelde partijen- Onderling Genoegen daarentegen kan een warm succes boeken, door een prachfpreetatie van de matador Meerenboer, die zijn partij in ft beurten wist te eindigen, en o.a. series maakte van 36 en 99 caromboles. Ook in de laatste partij was Onderling Genoegen verre de baa» en liet haar partner op 411 staan, tót' was veel publiek voor dezen prachtigeu wedstrijd. De uitetug ie hier: Onderling Genoegen: 100, 100, 100, 100, 100, 500. Kastanjeboom: 74, 17, 67, 99, 41 OT8 caramboles. KRIJT OP TIJD—D. O. 8. Ook gisterenavond werd slechts een wed strijd gespeeld en tol klasse B had deze E laats in café Dekker Jan Gijzenvaart, waar '.CHS. op bezoek was. Er werd niet beed gespeeld, vooral dc D.Q.9.-spelers waren min der gelukkig en konden geen der partijen Winnen. Half 11 was deze wedstrijd ge ëindigd. De uitslag was: Krijt op tijd: 80, 80, 80, 80, 80, 400; D.O.S. 27, 31, 64, 78, 63 248 caramboles. Personalia. Door de heeren F. P va

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1918 | | pagina 5