MME IUIL NIMH BINNENLAND r slurs Parlementaire Kroniek. WAT DE PErTzÊGT VROOLIJK ALLERUE? Ue Ondergang van een Weretómacht. FEUILLETON Woensdag 19 Februari - Tweede Blad 0veri!,:r ,Waar0i>.?"M het best pa-aat- lartigen - den al te spitsen St'vSmSSSeVW» -'tort to boo,-,. ff De burgemeestersbenoeming in Haarlem. De benoeming van een burgemeester van Haarlem kan nu binnenkort worden tegemoet gezien. Wij hopen van harte dat het een R.-K. zy, omdat daardoor voor goed zon worden ge broken met de dwaze traditie dat in een ge meente van eenige beteekenis boven den Moei' dijk een K-K. niét op zijn plaats m aie bur gemeester. Maar al zou dit niet het geval zijn, dan heeit de rechtvaardige actie der Haarlemscke Katholieken tenminste het voordeel gehau, dat weer eens de aandacht is gevestigd op -onbillijkheden, waarvan wij, Katholieken, nu al eeuwenlang het slachtoffer zijn, en die, zeker in onzen tijd, alle reden missen. Vraagt men in niet-K—K. kringen welk be zwaar er wel is tegen de benoeming van een Ji.-K burgemeester voor deze stad, dan is hei zwaarste argument dat men te hooren krijgt wel: dat het zoo gek zou zijn. Waarom, vragen wij. Een burgemeester van welke godsdienstige of politieke gezindte ook, zal immer een meer derheid andersdenkenden tegenover ziehi vin den. Wel zijn twee derden van de Haarlemsone bevolking niet-Katboliek, maar deze* twee derden zijn onderverdeeld in zulk een groot aantal gezindten en onverschilligen, dat het aantal van ieder in hot i et verzinkt bij het cijfer van Roomsch-Katsboiiekeu, dat in Haar lem woont. Zou men dus kunnen praten van overheer sehing, dan-geldt dat voor welken burgemees ter ook, die benoemd zou worden. Alleen de Iioomsch-Katholieken kunnen getuigen dat zij de sterkste ordelievende par tij zijn in Haarlem, Opvoedkundig zou bovendien de benoeming van een R.-K. burgemeester uitstekend wer ken. Het zou onze niet-Katholieke stadge- nooten loeren dat ook de R.-K. gelijkberech tigd zij» voor de Grondwet; dat in ons landje- met zijn gemengde* bevolking, ook met de R.-K. dient te worden samengewerkt, en dat met hen ook last not least samen te werken valt. Hopelijk zou zulk een benoeming ook baar terugslag hebben op andere benoemingen als bij het notariaat, de rechtbank, en s lijk ambtenaarscorps, waarbij de R.-K. zich terecht achtergesteld kunnen voelen. Wanneer ons iets verwonderen moet bij Jezt, actie der Roomseh-Katlvolieken, dau is bet dat wij daarbij zoo weinig .steun ontvingen van die zijden, waar anders zoo zeer geroepen wordt om gelijkheid en Techtvaardigheid voor een ieder. Den Ha ig, 16 Februari. O, dagen van Tromp en De Rnyter, waar jB óns land gevaren! Waar is de tijd ge bleven, dat Brittanje een ijzeren keten span de over de Theems, beducht voor Neerland'» zeemacht? De tijden, dat Holland's Homerus' »ong: Maar wat kan een keten baten, Als de Leeuw ran Houand brult. En de zee met doodschrik vult. Gelukkige Vondel, dat gij de vorige week riet hebt beleefd, toen de Hollandscho zee man een onbetrouwbaar element, de vloot een zoodje ond-roest werd genoemd en die hoeren in Den Haag zich beijverden in voortvarend heid om do Marine op te ruimen! Het Nederlandsehe volk was nooit mili taristisch aangelegd; met do schutters maakte het publiek üefst een grapje en van de vloot kende het enkel den hossen clen matroos op Koninginnedag. Die geest beeft zich wei altijd eenigszins ook aan bet Parlement afgespiegeld; iedere cent voor de Marine werd vroeger in Den Haag driemaal omgekeerd en Minister van Marine was een der meest ondankbare baantjes. De. heeft aan jhr. JRuys dan ook heel wat moeite gekost om een titularis voor Marine te •vinden. Vanneer ik eens mag klappen uit I de geschiedenis der jongste kabinets-formatie dan is het thans wellicht niet ondienstig mee te deden, dat de oorspronkelijke bedoeling was aan 'jhr. Alting von Geusau het „Dep. van Landsverdediging" toe te vertrouwen; dus Oorlog en Marino samen. Deze weigerde echter beslist en wilde zich alleen voor Oor log verantwoordelijk stellen. Toen is zoo als men zich zal herinneren het Kabinet gevormden later iB eerst do Minister van Marine benoemd. De heer tlaudin ten Ca te „liet er zich voor vinden", zooals Z.Excellentie zich de vorige week zuchtend liet ontvallen! En nu zit deze Minister met een Marine- begroo'ting van 40 miliicen en de Kamer met dezen Minister! Beide partijen hebben elkaar de vorige week aangezien met gezich ten van: kan ik bet helpen; de heer Naudin ten Cate n.l. zegt heusch niet voor zijn pleizier Minister te zijn en de Kamer zegt: wij vinden je een beste kerel, maar die dure oorlogsvloot willen wij zoo gauw mogelijk opruimen en dan moet gij maar in den grootea zondvloed meel Er is een prettiger verhouding denk- Ik sprak daar van „de Kamer*". Eu inder daad was er een zeldzame eenstemmigheid in ons Lager Huis merkbaar over deze ge dachte: dat de voorliggende Marinebegroo ting van 40 millioen gulden het geld met waard was. Het Marine-personeel is door de jaren-lange actie der socialisten goeddeels verkankerd en in de revolutieweek vreesde men, dat de omwenteling ook hier te lande van de vloot zou uitgaan. Vervolgens hangt de ontwapeningsidee in de lucht; de vredes conferentie is in Parijs aan 't beraadslagen en straks kan er zoo iets als een volkeren bond komen, waarbij een leger en een oor logsvloot overbodige dingen worden. Ten der- do is daar de overweging dat wij toch niet tegen de groote mogendheden op kunnen; dat de bestaande vloot om slag te leveren niets waard is en wij de millioenen niet kunnen opbrengen om er een bruikbaar oorlogswapen van te maken. Deze 6tiellingen vinden eigenlijk nergens bestrijding; verschil komt er eerst wanneer het aankomt op conclusies trekken en.... wanneer de politiek niet in 't spel komt. Dan willen de Vrijzinnig-Democraten allen verderen aanbouw en afbouw van Marine- materieel en alle heretelling van oud mate rieel staken in afwachting van wat er van den volkerenbond terecht komt. Doch de Minister van Marine zet daar tegenover: er is reeds 13 millioen besteed aan de* rompen van nieuwe schepen; staken wij den afbouw, dan is dat alles verloren geld. En dan komt Mgr. Nolens betoogen: gij ver geet, dat wij een Koloniale mogendheid zijn en dus onze vloot voorloopig in stand moeten houden. En de toestand is zóó, dat, als wij met herstellen en aanbouw uitscheiden, er binnen zeer korten tijd van geen vloot meer sprake is. Een ander geluid daartegenover doet mr. Bomans hooren, die radicaal de conclusie trekt: thans is het de tijd voor ontwapening, kleine staten hebben niets aan een vloot dan misschien alleen als onderdeel van de lands- defensie tot handhaving der neutraliteit. Ge bruik dus van de bestaande oorlogsschepen, wat ge kunt, voor kustverdediging en stel deze ter beschikking van den Minister van lor log. Het Marine-Departement kan dan worden opgeruimd. En mochten de Koloniën te verdedigen zijn, zend dan de rest van de vloot naar Indië. Ik wil erkennen, dat dit geluid van mr. Bomans zeer sympathiek klonk; immers het doet den Katholiek goed in een Parlement overeenkomstig bet Pauselijk program voor ontwapening te hooren pleiten. Toch vond. de motie-Romans zóó weinig steun, zoowel links als rechte, dat de voorsteller haar eige ner beweging introk. Vraagt gij naar de ver klaring hiervan, dan is zij m.i. deze, dat de voorsteller één ding had vergeten. Hij ging naar de vergadering met het hoofd vol ven de moelijklieid om thans reeds in Nederland aan ontwapening te beginnen en bet hart, warm kloppend voor idealen van den vol kerenbond. Maar behalve verstand en gevoel is er helaas nu eenmaal in de politiek nog een derde factor noodig, nl. de berekening van het succes. En berekend; was de motie- Bomans niet, want lan bad do voorsteller eerst de stemming der Kamer en het ant woord der Minister afgewacht; en om per soonlijk succes was het hem nog minder te Van meer slimmigheid getuigde de motie- Hugeniliolte, die het socialistisch gebaar be vatte van de goheele Marine te willen liqui- deeren, maar inmiddels een slag om den arm hield om het verloop der Vredesconferentie af te wachten. Zelden ben ik het met den bolsjewiek Wijn koop eens; maar het was ditmaal raak toen deze de motie-Hugenkoitz betitelde als gebo ren nit concurrentiezucht met de Vrijzinciig- Democraten, een politieke onoprechtheid dus. Wil je anti-militarist zijn, stem dan tegen de beele Mar ime-begrooting, zei Wijnkoop, dan hebben we de motie-Hugenholtz niet noodig. De Kamer zat aan 't slot der debatten voor een leelijko impasse: een begrooting van 4.0 millioen goedkeuren voor een vloot, waarvan do bruikbaarheid door den Minister zelf niet kon worden aangetoond; of een motie aan nemen, waarbij de Marino feitelijk op non- actief werd gesteld? Wat moest er gebeuren? Minister Heemskerk, die achter de Minis- tcrsiafel de debatten bijwoonde, wist er als politiek-geroutimeerde een uitweg op. De heer De Muralt had nl. aan den voorzitter ver zocht de beraadslagingen te schorsen en den Minister eerst meerdere inlichtingen te laten geven over de kosten, die bespaard zouden worden, wanneer de verdere aan- en afbouw der vloot werdi stopgezet. Maar alvorens dit verzoek In stemming werd gebracht fluister de mr. Heemskerk zijn ambtgenoot Naudin in *t oor: vraag' zelf schorsing der beraadsla gingen, dan houdt ge je zelf groot! En waar lijk, Minister Naudin dieed het. *t Viel als een bom in de Kamer: een verzoek van een Minister om de begrooting aan te houden! Mr. Marehant, die de stemming in de Ka mer voor de motie van zijn partijgenoot Oud op dat oogenblik gunstig achtte, was over dit verloop woedend en trachtte den Minister te dwingen voort te gaan. Maar voorzitter Fock is niet voor de poes en zette den heeien Vrijzinnig-Democraat op zijn nummer. Minis ter Naudin heeft nu tijd tot Woensdag om zich te bedenken en.... te herstellen. Sterkte Excellentiel Zou dtus do Marine-b enrooting zonder dit intermezzo^ vermoedelijk zijn afgeloopen, met twee andere begroetingen is de Kamer nog pas begonnen, nl. met die van Oorlog en Arbeid; en toch loopen wij al zachtjes aan naar Maart met het Paascbreces in 't ver schiet! De besprekingen bij de Oorlofes begrooting gingen begr ijpe 1 ijker wij ze veelal in de rich ting van democratiseering der weermacht en de bevordering van een volksle'ger. Van de Katholieke fractie hield mr. Bomans in die richting een warm pleidooi, dat tój besloot met een motie, waarbij de onmiddellijke re organisatie der weermacht wordt geëischt, met als gevolg belangrijke bezuinigingen reeds thans op het hoofdstuk Oorlog. Tegen deze motie zj;n minder bezwaren te opperen dan tegen die. welke bij de Marine- begroeting werd ingediend; vandaar wellicht de quasd-spottende interrupties uit den roo- den hoek. Op de besprekingen bij de begrootingen van Oorlog en Arbeid, zal ik verder niet vooruit loopen, maar afwachten, wat deze week ons brengt. Op één discussie in de Kamer moet ik nog wijzen; zij is te belangrijk dan dat zij in deze Kroniek mag ontbreken. Ik bedoel de vraag van mr. Loeff over de eischen dier Belgische delegatie ter vredesconferentie en bet ant- wqprd van Minister van Karaebeek. z Heeft de.Belgisch® Regeering werkelijk een eiseh tot annexatie van Zeeuwsch-Vlaande- ren ingesteld? Onz© Minister van Buitenland- scbe zaken zeide: ik weet het niet. Het is bijna ongelooflijk, want België, dat uiterlijk zoo hoffelijk en vriendschappelijk tegenover Nederland is, zou dan in 't geheim tegen ons ageeronl Dat mogen wij zohuer meer niet aan- aannemen. Toeh was 't, (goed, dat Minister van Kamebeek al vast verklaarde: nooit zullen wij een stukje grond zonder krachtig verzet van ons laten afscheuren; én, na nauwkeurig onderzoek, zullen wij onze houding tegenover de Belgische Reg'eering vaststellen. De Begeering van Koning Albert moge in- tusschen uit de organen van do Vlaamsche partij en de Belgise^ fi0cialisten reeds be grepen hebben, dat een groot deel van zijn eigen volk van geen annexaties weten wil! HAGENAAR. bij wat steeds onze meening was, dat we noch een Departement van Oorlog, noch een Departement van Marine moeten hebben. Al wat de nood eischt, is een De partement van Landsverdediging, en dit Departement kam in twee sectiën uiteen gaan, voor verweer te land en voor ver weer ter zee." ONZE MARINE. JSTaar naXLleidlxii? vail d© bojrnnd^la\ginfr In de Tw.eedc Kamer over den goeet hij de Ma- rine, schrijft de „Standaard" bet volgende: „Of de Minister van Marine reeds ge noeg heeft doorgetast, om, brak er weer een booze zet uit. hot kwaad te kuimen bezweren, is vooralsnog niet uit to maken. Toeh schijnt nu reeds deze zekerheid ver kregen, dat een oproerige matrozenbende niet met een duchtig gewapend schip naar de Maas zou kunnen stevenen, om in Rotterdam do lont in het kruit te ste ken, en reeds hiermee is een der meest dreigende gevaren afgewend. Yan een oplossing van het geding is hiermede intusschen nog zelfs de inzet niet gegeven, en wij twijfelen niet, of het zal straks onvermijdelijk blijken, om deze zoo oritdeke aangelegenheid bij afzonder lijke wet te regelen, mits daarbij do Koloniale Marine dan ook in den meest volstrekten zin vaa tl° vloot bier'te lande worde afgescheiden. Zelfs kunnen wc niet vermoeden, dat de beer Van der Voort van ZÜP, voor het behoud van de Marine spras, het m anderen zin. zon hebben bedoeld.Aan algehele afschaf fing van de Martne zal ©ok, afgezien van onze Koloniën, bier te lande nimmer kun nen gedacht worden. Reeds ons verleden gedoogt dit niet. en waar schier alle Mo gendheden, tot zells Belgle, steeds meer op het gereedhouden an een verweer ter zto bleken prijs te mollen, kam eon land als 't onze, dat voorheen als Zeemogend heid bovenaan in de i eeks stond, aan geen afdanking van denken. Heel iets anders is het intusschen, of daarvoor een afzonderlijk Departement van Marine noodig ]S- En dan blijven we EEN PERSG-E&PREK MET BEN GEWEZEN DU1TSOHEN KROONPRINS. De Amerika amache journalist Parkerson heeft te Vlieringen een onderhoud van twee wen gehad met ex-kroonprins Wilhelm. Indien gij wenacht te weten, zeide hü> wie den oorlog heeft begonnen, dan wil ik u dit vertellen. Dit was Eduara! VII. Ik heb herhaal delijk urenlang met hem gesprokenzooals wij thans samen spreken. Ik weet uitstekend wat ijn bedoeling was. Hü wilde niet zoo zeer Duitscliland bestrijden, maar ziin bedoeling was het in de verdrukking te brengen. De schepping van de Entente was de oorsprong van den oor log. Noch mijn vader, noch ik hebben dien gewild. Ik voor mij wist evengoed als een ieder, cfat zonder ©en oorlog Duitschland in commer cieel opzicht de wereldsuppreiaati© zou kunnen krijgen. Misschien gedurende 10 jaren was ik een tegenstander van den oorlog, -daar ik ivist, Üat wij niet konden hopen, dien te winnen, tenzij er een wonder zou gebeuren. V anneer' ii thans nog spreken om mün vader of mij dood te schieten, dan moet ik zeggen, hoe ©lachelyk en absurd is» het van menschen, die n de 20e eeuw leven, om zoo te deuken en zulk. een onzin te beweren. De menschen zouden ons heusch. niet meer kunnen straffen dan wij reeds 'gestraft zijn. Op een vraag of het niet een zegen waa. dat alles thans voorbij was. schitterden zijn oogen en antwoordde hiiNeen. niet geliik de toestand' thans is. Duitschland ia dol en de geheel© vereld is dol. Hetgeen Duiitechland noodig heeft is een sterk leger. Het is bespottelijk om te denken, dat men het kan besturen zonder een leger. Met alle idealen die de Entente be weert te koesteren hebben zij een leger noodig, daar daardoor alleen het succes van den volke renbond verzekerd kan worden. Indien Duitsch land werkelijk verlangt een republiek te worden gelijk de Vereenigde Staten of Frankrijk, zou k daartegen geen bezwaren hebben. Ik geef niets om mijn kroon, maar ik heb mijn vader land lief, en gaarne zou ik terugkeeren om aan het ministerie van buiten!andsche zaken of el ders werkzaam te ziin, waar men mii zo-u kun nen gebruiken. Liever ben ik een particulier burger, dan dat ik een kroon zou moeten dragen, die niet9 dan moeilijkheden zou bren gen. Op een vraag, hoe het mogelijk was. dat de revolutionaire organisatie zoo het Duitsche leger had aangetast, antwoordde de kroonprins, dat de troebelen; niet hun oorsprong vonden in het leger, maar dat zi.i uit het vaderland zelf voortgekomen waren. Wilson, Llovcl George en Olemenceau ontvingen den steun van hun ge heel© volk. Het Bolsjewisme was een besmet tende macht en het Bolsjewisme zal nog veel meer doen. Kijk maar naar België, Frankrijk en zelfs naar Engeland. De kroonprins verklaarde verder dat Duitschland nimmer in staat ea. zün de koeten van dezen oorlcg te betalen en eenigszine cirumatdsoh voosde ibii en bij» Bia- Jancï moet betalen, want Rus tand ie het eenige land, dat hot kan. Ik meen niet dat men de Russen tot slaven zal moeten maken, maar in dien de Entente oprookt is in haar bedoelingen, laat zii dan een volkenbond vormen, die ten doel heeft alle hulpbronnen van Rusland te ont wikkelen. waardoor in de eerste plaats de oor logskosten kunnen, worden betaald en ten tweede Rusland zelf geholpen zal zijn. Daarna kwam het gesprek op president Wilson en werd de vraag gesteld of hii in staat zou zün, de vre desconferentie de baas te blijven. Ik koester hiervoor wel eenige vrees, zei de kroonprins, nu ik van verre zie, hoe men bezig is de wapen stilstandsvoorwaarden te versoherpen, hetgeen niet zou kunnen geschieden, indien Duitschland; in staat war© zichzelf te verdedigen. Op'een vraag, wat zün plannen voor de toekomst wa ren en of hii «pms zin had om naar Amerika te gaan. antwoordde hij: Ik zon gaarne paar Amerika willen gaan, indien de Entente mij niet doodschiet. Ik hel) vele vrienden in Ame rika en houd van het land. Hij vroeg mü naar Cornelia Vanderbilt en toen ik hem daarop ver telde dat deze generaal was, lachte hii en zeide: Hoe grappig, hii weet evenveel van den oorlog als ik van viseh. Over Gerard sprekende zeide hüJ' lees ziin boek en vand hem onvriendelijk, ofschoon ik moet zeggen, d!at hii wel een» aar dige dingen gezegd heeft over mij en miiu vrouw. De kroonprins zeilde, dot hij: veel belang stelde in de ontwikkeling van Japan en China. Lachend zeide hii De Vereenigde Staten moe ten maar oppassen, zij zullen daar wel eens onaangenaamheden krijgen. Hij scheen Keer goed op de hoogte te zijn van de landwetten in Califormiö en merkte naar aanleiding hiervan op: Dat is eeh oud zeer dat alleen tijd'eliik dicht is, maar dat ieder oogenblikkeljik weer open kan gaan en uwe federale regeering zal niet in staat zijn. dien storm te bezweren. Indien de Duitsche regeering naar mü had geluisterd zou eg geen oorlog geweest zijn. Ik ben in het geheel niet de aanstichter geweest. Het eerste dat ik er van hoorde was toen ik een telegram kreeg om naar Berlijn terug te koe ren en ik had zelfs geen uniformen gereed en moest laarzen koopen. Toen het gepraat over den oorlog begon kantte ik mü er tegen. Ik vertelde aan de regeeringspersonen, dat Enge land zeer zeker mee zou doen. maar die geloof den mü niet. Ik wist het,want ik kende Epge- land en had er reizen gemaakt en bracht 6 maanden door in Indiö. hetwelk door weinig Duitschers wordt gekend. Ik kende ook Enge land'» macht en organisatievermogen. Ik had vrienden in Engeland en hield steeds van het land en voelde er niets voor er tegen te vech ten. Miin denkbeeld was steeds om een fusie van belangen tot atand te brengen om zoodoende door schikking een eventueelen oorlog te voor komen. Deze'fusie zou hebben kunnen geschie den door een samengaan van het Duitsche kapi taal met de Engielsche industrie en omgekeerd. TELE URGESTELDE OUD-VERLOF GANGERS. Men meldt ons dat in een te Utrecht ge houden gecombineerde vergadering van hoofd besturen van het Centraal Neutraal Comité te Utrecht en het Landelijk Comité van te leurgestelde Oud-Verlofgangers te Haarlem werd in beginsel besloten tot fusie van beide organisaties. Aan den Minister van Oorlog zal een ge zamenlijke audiëntie aangevraagd worden om ook de oud-verlofgangers van vóór 1 Auguo- tus 1218 in de gunstige bepalingen der steun regeling te doen opnemen. Den Minister zal verzocht worden tot dat doel alsnog ©en post op de nog door de Twee de Kamer te behandelen Oorlogsbegrooting te brengen. Binnenkort zal te Utrecht een algemeene vergadering van de verschillende eomdté's uit het laad gehouden worden, ten einde do ge- drugslijn te bepalen bij een eventueele wei gering van den Minister, de eischen nader te formuleeren en de verder te voeren actie yast .te stellen. Een manifest zal in 2 A 300.000 exemplaren aan belanghebbenden verzonden worden, waar in zij opgewekt worden de actie zoo krachtig mcjgelijk te steunen. Wii wenschen hierbij In herinnering te •brengen, dat de heer Bomans op de vergade ring van,R.-K. Dienstplichtigen te Haarlem reeas verzekerd heeft dat de zaak, die hier 'bepleit wordt, in orde komt. Dus ook dat de gedemobiliseerden van vóór 1 Augustus 1918. „recht z-aü worden feed aan" sooals hij hei noemde. Dit om te voorkomen, dat, wanneer, straks inderdaad iets mocht worden bereikt, dit fanfarekorps van „teleurgeetelden" zou schet teren op de „behaalde resultaten". "Wanneer iets vordt bereikt is dat veilig te danken aan, de gematigde actie o.m. van d® Bond van R.-K. Dienstplichtigen. Wij mogen bij deze gelegenheid tevens nog wel eens de aandacht vestigen op de stelsel matige aotie, die gevoerd wordt door dezen „onschuldig neutrale" Boaden om „teleurge- ytelden" te kweeken. en wü vrafeen; was het goed jyeeten of niet, toen beweerd werd dat 3e actfe geen ander doel had dan de „gede mobiliseerden" Waar te maken voor de re volutie? Even tendentieus is een communiqué dat wij wn hot Eaarlemsch Landelijk Comité van teleurgestelde oud-verlofgangers ontvin- feen en dat een aanmaniiag inhondt om de wapenen in te leveren. Dit naar aanleiding' van de in omloop zijnde geruchten om de wapens niet in te leveren. Wij hebben en wij zouden het allicht ge hoord hebben, dat kunnen wij verzekeren van zulk een weigering niets vernomen. Maar het bericht doet zijn werk. Het „maakt stemming!" DE EENIGE UITWEG. Ia een ouder wel&che wagen (bevonden zicE officier de passagiers twee bejaarde dame», die elkaar voortdurend in 'i vaarwater zaten over ©en raampje <lai <io eene open, de andei w dicht wilde hebben. De eeue dame „zou het besterven als men het opende; de andere jvoxl stikken'' al» '4 dicht bleef. De conducteur» een man mei een gewoon mensohenverstand, wist er geen raad op. Maar oen der passagiers hielp allen uit de verlegenheid. „Doe eert het raampje open. tot deae dame gestorven isj ©n ihjood. ln?t d&n vördcr dic*htJ> totdat die dame gestikt is dan zijia we van twee groote lastposten ontslagen." De damaB. lieten zioh. verder met deae aan», gelegenheid nieit meer in. 45 ROM.ih l 11 HEi i-UGLSCH. "Voor deu purperzoom der senatoren? c >'s l.ydia. Dat zijn me senatorenWaar- over beraadslaagt «rü dan op het Kapitool? tong kortei maa-kt. Ik zie, dal gij niet behoeft verlegen te zitten als gij het met d© millioenen van uwe tollenaarsters hebt klaar gespeeld. Gjj legt eenvoudig een ouden gescheurden zak om de schouders en de WÜs&eer is er. Daar kan ®&en heden ten dage den kost mee verdienen. Nu versoheen op den drempel der zaal een ö'an van weinig meer dan dertig jaar, in ®en donkeren filosofenmantei gehuld. Hij had laatste woorden van Lydia gehoord; een dubbelzinnig lachje speelde om zijn dimne dhpen. Hij maakte een buiging- voor de Ito- ®rtinsebe purperdragers, doch er was eenig© eracht ing to lezen in den blik zijner kleine, Verdringende oogen. Nu hebben wij ook onzen Lucianl riep Marcus den aankomende toe en begroette* »d© £ansebe Ölymp»^Jf gteeds''i ?erDe®ne hem. Er ontbreekt niemtod meer; wij kun- volk gelooft. Breng K| Jeimnerlng. VI AVI nel-Y.t VI O nen beginnen. Hij klapte in de banden. Op dit teel*en weerklonken achter een gordijn de tonen van een krijgsmarsoK welke gespeeld werd door Oen orkest van fluiten, cymibalen en cithers. In den pas begaf zich het gezelschap naai de eetzaal.' Hier droegen slaven Britscbe oesters, zee egels, slakken en met zoeten wijn bevochtigde tulpen als voorgerecht aan, om den eetlust der gasten op te wekkr a. Terwijl daarop Sy rische knapen, in roode met goud doorstikt© tun1 "a's, zilveren waschibekkens om de han den te waseohen, binnen brachten, verstomde plotseling- de marsch en een zachte treurende melodie liet zich hooren, die van uit de narde scheen op te rijzen. De heer des luuizes schreed naar de groote tafel toe en de armen uit strekkend naar een zilveren geraainto, als afbeeldsel de» doods, dat tusschen bloemen doorschemerde, sprak hy: O gij, met uw glinsterende gebeenten, die spot met alle moeiten en droomen dei- menscbheid, herinner ons bü dag en nacht, dat deu sterflijken mensch zooveel geluk vci- gund is, als by tijdens zijn leven in de gele genheid is te genieten. Zijn wij eens aan u. gelijk, dan helpen ons noch de vereering of verafgoding der overlevenden, nochi de lie deren de wierook der. nriestewu noch ook VOIK gOiOOIT, JDreu» "«rxtuumiu» dat wij ieder cogeflbbk des levens zooveel mogelijk genieten en geen dropje levens vreugde ou genoten lat®Q - ldampen. - Mucaus moet hetjpranmt© een offer brengen. Van ons f ky het eerst Charon's scheepje 1) Ook ditmaal voelde de senator zich met be- leeddgd Hij nain mt de hand van een slaaf een pas gevulden belt"-, naderde het geraam te en besproeide bet met' wijn, terwyl hij na een diepe btuging «i>ra I]i breng u mijn Pas?eiul° hulde, stomme spotter, wijsgeer aHf hoste leer meester der menscbheid! Gn alleen bezit de „Tjnu'bead, die rummer liegt t„n nog als dieren in hol®u woonden. U huid gt de hoogberoemde senator Mucins, met zoo deugdzaam en dapper als zyu voorvaderen, maar daarentegen veel verstandiger, omdat hij niet met {bet vee te aam en ra aai dhc\|3n woont, ®een broi van awaart nieel oot, feeen water drinkt, van #een matronen houdt die de stallucht bij zich hebben en geen vrees heeft voor de goden van de Olympus, waar aan hij evenmin gelooft als gij aan een voort leven der menschen in de wolken, in Hades 2) of wdaejeeWg^ en, onderbrak hem Marcus, toch naar de gunst van Lydia dinfet, ofschoon hij steeds meer op u begint te gelijken. Luid gelach besloot de toespraak tot het breid des doods. Slechts twee personen namen met deel -.an dit ruwe tooneel. De praetor der buitenlan ders streek wrevelig en somber zijn baard; Lucian lachte spottend. Nu kwamen .negen knaapjes gezwind Mm nen, kleine rondo tafeltjes dragende, die zy langs de rustbanken neerzetten. In het marmeren van goud glanzen de Rome der Antoniërs komt de schoonheid tl» eereplaats toe, sprak Marous, Lydia da mid delste bank als zetel aanwijzend. Marius Pom ponius en de stadsprefect zullen een waardige omlijsting bieden. Daarop wees hü beiden hunne planken a«a naast Lydia; ten opzicht© van do an ereg ton nam. hij dit ceremonieel met ln acm- Tweo slaven namen clen mannen de togas af en langolokte Gallische knapen legden hun kraösen van frissche bloemen op biet hoofu. Toen zij, met den linkerelleboog °P b**t zachte dons geleund, zich op de sofa'» uit strekten, speelde het orkest medtesleepende Ooetersche danswijzen. Marcus wierp den aan den ingang onbe weeglijk staand en huismeester een blik toe, die op zijn beurt een toeken gaf aan andere ilaveD. Dadelijk traden twee voorsmidea-a a'aii, die met de behendigheid van (goochc, la ars, zoodat men hunne bewegingen nauwe lijks volgen kon, een ree, een gebraden wild zwijn en veel gevogelte in «tukken sneden. De zaal vulde zich met slaven, die zond ca- een erkei geluid, op de maat dier muziek zich be wegend en buigend, de spijzen en dranken rondbrachten. In den beginnen werd skchts oude Albanerwyu in vergulde kroezen van brons geschonken. De geheele schare der bedienende slaven werd geleid door de "lik ken van den onbeweefelyken huismeester; hy hief de hand niet op en maakte geen enkele beweging met het hoofd. Slechts syn oogen en wenkbrauwen waren in voortdurende be. weging en do stomme schare ben-reep hem volkomen. De gasten spraken niet tijdens het begin van het maal. Zij bewogen druk de handen om den eersten honger te stillen; de been deren wierpen zij onder de tafel ©n zij wisch- ten de vingers «f aan. handdoeken van fijn linnen, Het gesprek werd ingeleid door den schra len Mucius. 1) Charon was i® de Romeinsehe godenleer do veerman, die de schimmen der dooden over den Styx naar de onderwereld voer. 8) De onderwereld, het schumnenryk. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1919 | | pagina 17