MME IUIL NIMH
BINNENLAND
r slurs
Parlementaire Kroniek.
WAT DE PErTzÊGT
VROOLIJK ALLERUE?
Ue Ondergang van een
Weretómacht.
FEUILLETON
Woensdag 19 Februari - Tweede Blad
0veri!,:r ,Waar0i>.?"M het best pa-aat-
lartigen - den al te spitsen
St'vSmSSSeVW» -'tort to boo,-,.
ff De burgemeestersbenoeming in Haarlem.
De benoeming van een burgemeester van
Haarlem kan nu binnenkort worden tegemoet
gezien.
Wij hopen van harte dat het een R.-K. zy,
omdat daardoor voor goed zon worden ge
broken met de dwaze traditie dat in een ge
meente van eenige beteekenis boven den Moei'
dijk een K-K. niét op zijn plaats m aie bur
gemeester.
Maar al zou dit niet het geval zijn, dan
heeit de rechtvaardige actie der Haarlemscke
Katholieken tenminste het voordeel gehau,
dat weer eens de aandacht is gevestigd op
-onbillijkheden, waarvan wij, Katholieken, nu
al eeuwenlang het slachtoffer zijn, en die,
zeker in onzen tijd, alle reden missen.
Vraagt men in niet-K—K. kringen welk be
zwaar er wel is tegen de benoeming van een
Ji.-K burgemeester voor deze stad, dan is hei
zwaarste argument dat men te hooren krijgt
wel: dat het zoo gek zou zijn.
Waarom, vragen wij.
Een burgemeester van welke godsdienstige
of politieke gezindte ook, zal immer een meer
derheid andersdenkenden tegenover ziehi vin
den.
Wel zijn twee derden van de Haarlemsone
bevolking niet-Katboliek, maar deze* twee
derden zijn onderverdeeld in zulk een groot
aantal gezindten en onverschilligen, dat het
aantal van ieder in hot i et verzinkt bij het
cijfer van Roomsch-Katsboiiekeu, dat in Haar
lem woont.
Zou men dus kunnen praten van overheer
sehing, dan-geldt dat voor welken burgemees
ter ook, die benoemd zou worden.
Alleen de Iioomsch-Katholieken kunnen
getuigen dat zij de sterkste ordelievende par
tij zijn in Haarlem,
Opvoedkundig zou bovendien de benoeming
van een R.-K. burgemeester uitstekend wer
ken. Het zou onze niet-Katholieke stadge-
nooten loeren dat ook de R.-K. gelijkberech
tigd zij» voor de Grondwet; dat in ons landje-
met zijn gemengde* bevolking, ook met de
R.-K. dient te worden samengewerkt, en dat
met hen ook last not least samen te werken
valt.
Hopelijk zou zulk een benoeming ook baar
terugslag hebben op andere benoemingen als
bij het notariaat, de rechtbank, en s
lijk ambtenaarscorps, waarbij de R.-K. zich
terecht achtergesteld kunnen voelen.
Wanneer ons iets verwonderen moet bij Jezt,
actie der Roomseh-Katlvolieken, dau is bet
dat wij daarbij zoo weinig .steun ontvingen
van die zijden, waar anders zoo zeer geroepen
wordt om gelijkheid en Techtvaardigheid voor
een ieder.
Den Ha ig, 16 Februari.
O, dagen van Tromp en De Rnyter, waar
jB óns land gevaren! Waar is de tijd ge
bleven, dat Brittanje een ijzeren keten span
de over de Theems, beducht voor Neerland'»
zeemacht? De tijden, dat Holland's Homerus'
»ong:
Maar wat kan een keten baten,
Als de Leeuw ran Houand brult.
En de zee met doodschrik vult.
Gelukkige Vondel, dat gij de vorige week
riet hebt beleefd, toen de Hollandscho zee
man een onbetrouwbaar element, de vloot een
zoodje ond-roest werd genoemd en die hoeren
in Den Haag zich beijverden in voortvarend
heid om do Marine op te ruimen!
Het Nederlandsehe volk was nooit mili
taristisch aangelegd; met do schutters maakte
het publiek üefst een grapje en van de vloot
kende het enkel den hossen clen matroos op
Koninginnedag.
Die geest beeft zich wei altijd eenigszins ook
aan bet Parlement afgespiegeld; iedere cent
voor de Marine werd vroeger in Den Haag
driemaal omgekeerd en Minister van Marine
was een der meest ondankbare baantjes.
De. heeft aan jhr. JRuys dan ook heel wat
moeite gekost om een titularis voor Marine te
•vinden. Vanneer ik eens mag klappen uit
I de geschiedenis der jongste kabinets-formatie
dan is het thans wellicht niet ondienstig mee
te deden, dat de oorspronkelijke bedoeling
was aan 'jhr. Alting von Geusau het „Dep.
van Landsverdediging" toe te vertrouwen;
dus Oorlog en Marino samen. Deze weigerde
echter beslist en wilde zich alleen voor Oor
log verantwoordelijk stellen. Toen is zoo
als men zich zal herinneren het Kabinet
gevormden later iB eerst do Minister van
Marine benoemd. De heer tlaudin ten Ca te
„liet er zich voor vinden", zooals Z.Excellentie
zich de vorige week zuchtend liet ontvallen!
En nu zit deze Minister met een Marine-
begroo'ting van 40 miliicen en de Kamer
met dezen Minister! Beide partijen hebben
elkaar de vorige week aangezien met gezich
ten van: kan ik bet helpen; de heer Naudin
ten Cate n.l. zegt heusch niet voor zijn pleizier
Minister te zijn en de Kamer zegt: wij vinden
je een beste kerel, maar die dure oorlogsvloot
willen wij zoo gauw mogelijk opruimen en
dan moet gij maar in den grootea zondvloed
meel Er is een prettiger verhouding denk-
Ik sprak daar van „de Kamer*". Eu inder
daad was er een zeldzame eenstemmigheid
in ons Lager Huis merkbaar over deze ge
dachte: dat de voorliggende Marinebegroo
ting van 40 millioen gulden het geld met
waard was. Het Marine-personeel is door de
jaren-lange actie der socialisten goeddeels
verkankerd en in de revolutieweek vreesde
men, dat de omwenteling ook hier te lande
van de vloot zou uitgaan. Vervolgens hangt
de ontwapeningsidee in de lucht; de vredes
conferentie is in Parijs aan 't beraadslagen
en straks kan er zoo iets als een volkeren
bond komen, waarbij een leger en een oor
logsvloot overbodige dingen worden. Ten der-
do is daar de overweging dat wij toch niet
tegen de groote mogendheden op kunnen; dat
de bestaande vloot om slag te leveren niets
waard is en wij de millioenen niet kunnen
opbrengen om er een bruikbaar oorlogswapen
van te maken.
Deze 6tiellingen vinden eigenlijk nergens
bestrijding; verschil komt er eerst wanneer
het aankomt op conclusies trekken en....
wanneer de politiek niet in 't spel komt.
Dan willen de Vrijzinnig-Democraten allen
verderen aanbouw en afbouw van Marine-
materieel en alle heretelling van oud mate
rieel staken in afwachting van wat er van
den volkerenbond terecht komt.
Doch de Minister van Marine zet daar
tegenover: er is reeds 13 millioen besteed aan
de* rompen van nieuwe schepen; staken wij
den afbouw, dan is dat alles verloren geld.
En dan komt Mgr. Nolens betoogen: gij ver
geet, dat wij een Koloniale mogendheid zijn
en dus onze vloot voorloopig in stand moeten
houden. En de toestand is zóó, dat, als wij
met herstellen en aanbouw uitscheiden, er
binnen zeer korten tijd van geen vloot meer
sprake is.
Een ander geluid daartegenover doet mr.
Bomans hooren, die radicaal de conclusie
trekt: thans is het de tijd voor ontwapening,
kleine staten hebben niets aan een vloot dan
misschien alleen als onderdeel van de lands-
defensie tot handhaving der neutraliteit. Ge
bruik dus van de bestaande oorlogsschepen,
wat ge kunt, voor kustverdediging en stel
deze ter beschikking van den Minister van
lor log. Het Marine-Departement kan dan
worden opgeruimd. En mochten de Koloniën
te verdedigen zijn, zend dan de rest van de
vloot naar Indië.
Ik wil erkennen, dat dit geluid van mr.
Bomans zeer sympathiek klonk; immers het
doet den Katholiek goed in een Parlement
overeenkomstig bet Pauselijk program voor
ontwapening te hooren pleiten. Toch vond.
de motie-Romans zóó weinig steun, zoowel
links als rechte, dat de voorsteller haar eige
ner beweging introk. Vraagt gij naar de ver
klaring hiervan, dan is zij m.i. deze, dat de
voorsteller één ding had vergeten. Hij ging
naar de vergadering met het hoofd vol ven
de moelijklieid om thans reeds in Nederland
aan ontwapening te beginnen en bet hart,
warm kloppend voor idealen van den vol
kerenbond. Maar behalve verstand en gevoel
is er helaas nu eenmaal in de politiek nog
een derde factor noodig, nl. de berekening
van het succes. En berekend; was de motie-
Bomans niet, want lan bad do voorsteller
eerst de stemming der Kamer en het ant
woord der Minister afgewacht; en om per
soonlijk succes was het hem nog minder te
Van meer slimmigheid getuigde de motie-
Hugeniliolte, die het socialistisch gebaar be
vatte van de goheele Marine te willen liqui-
deeren, maar inmiddels een slag om den arm
hield om het verloop der Vredesconferentie
af te wachten.
Zelden ben ik het met den bolsjewiek Wijn
koop eens; maar het was ditmaal raak toen
deze de motie-Hugenkoitz betitelde als gebo
ren nit concurrentiezucht met de Vrijzinciig-
Democraten, een politieke onoprechtheid dus.
Wil je anti-militarist zijn, stem dan tegen
de beele Mar ime-begrooting, zei Wijnkoop,
dan hebben we de motie-Hugenholtz niet
noodig.
De Kamer zat aan 't slot der debatten voor
een leelijko impasse: een begrooting van 4.0
millioen goedkeuren voor een vloot, waarvan
do bruikbaarheid door den Minister zelf niet
kon worden aangetoond; of een motie aan
nemen, waarbij de Marino feitelijk op non-
actief werd gesteld? Wat moest er gebeuren?
Minister Heemskerk, die achter de Minis-
tcrsiafel de debatten bijwoonde, wist er als
politiek-geroutimeerde een uitweg op. De heer
De Muralt had nl. aan den voorzitter ver
zocht de beraadslagingen te schorsen en den
Minister eerst meerdere inlichtingen te laten
geven over de kosten, die bespaard zouden
worden, wanneer de verdere aan- en afbouw
der vloot werdi stopgezet. Maar alvorens dit
verzoek In stemming werd gebracht fluister
de mr. Heemskerk zijn ambtgenoot Naudin
in *t oor: vraag' zelf schorsing der beraadsla
gingen, dan houdt ge je zelf groot! En waar
lijk, Minister Naudin dieed het. *t Viel als
een bom in de Kamer: een verzoek van een
Minister om de begrooting aan te houden!
Mr. Marehant, die de stemming in de Ka
mer voor de motie van zijn partijgenoot Oud
op dat oogenblik gunstig achtte, was over
dit verloop woedend en trachtte den Minister
te dwingen voort te gaan. Maar voorzitter
Fock is niet voor de poes en zette den heeien
Vrijzinnig-Democraat op zijn nummer. Minis
ter Naudin heeft nu tijd tot Woensdag om
zich te bedenken en.... te herstellen. Sterkte
Excellentiel
Zou dtus do Marine-b enrooting zonder dit
intermezzo^ vermoedelijk zijn afgeloopen, met
twee andere begroetingen is de Kamer nog
pas begonnen, nl. met die van Oorlog en
Arbeid; en toch loopen wij al zachtjes aan
naar Maart met het Paascbreces in 't ver
schiet!
De besprekingen bij de Oorlofes begrooting
gingen begr ijpe 1 ijker wij ze veelal in de rich
ting van democratiseering der weermacht en
de bevordering van een volksle'ger. Van de
Katholieke fractie hield mr. Bomans in die
richting een warm pleidooi, dat tój besloot
met een motie, waarbij de onmiddellijke re
organisatie der weermacht wordt geëischt,
met als gevolg belangrijke bezuinigingen
reeds thans op het hoofdstuk Oorlog.
Tegen deze motie zj;n minder bezwaren te
opperen dan tegen die. welke bij de Marine-
begroeting werd ingediend; vandaar wellicht
de quasd-spottende interrupties uit den roo-
den hoek.
Op de besprekingen bij de begrootingen van
Oorlog en Arbeid, zal ik verder niet vooruit
loopen, maar afwachten, wat deze week ons
brengt.
Op één discussie in de Kamer moet ik nog
wijzen; zij is te belangrijk dan dat zij in deze
Kroniek mag ontbreken. Ik bedoel de vraag
van mr. Loeff over de eischen dier Belgische
delegatie ter vredesconferentie en bet ant-
wqprd van Minister van Karaebeek. z
Heeft de.Belgisch® Regeering werkelijk een
eiseh tot annexatie van Zeeuwsch-Vlaande-
ren ingesteld? Onz© Minister van Buitenland-
scbe zaken zeide: ik weet het niet. Het is
bijna ongelooflijk, want België, dat uiterlijk
zoo hoffelijk en vriendschappelijk tegenover
Nederland is, zou dan in 't geheim tegen ons
ageeronl Dat mogen wij zohuer meer niet aan-
aannemen. Toeh was 't, (goed, dat Minister van
Kamebeek al vast verklaarde: nooit zullen
wij een stukje grond zonder krachtig verzet
van ons laten afscheuren; én, na nauwkeurig
onderzoek, zullen wij onze houding tegenover
de Belgische Reg'eering vaststellen.
De Begeering van Koning Albert moge in-
tusschen uit de organen van do Vlaamsche
partij en de Belgise^ fi0cialisten reeds be
grepen hebben, dat een groot deel van zijn
eigen volk van geen annexaties weten wil!
HAGENAAR.
bij wat steeds onze meening was, dat we
noch een Departement van Oorlog, noch
een Departement van Marine moeten
hebben. Al wat de nood eischt, is een De
partement van Landsverdediging, en dit
Departement kam in twee sectiën uiteen
gaan, voor verweer te land en voor ver
weer ter zee."
ONZE MARINE.
JSTaar naXLleidlxii? vail d© bojrnnd^la\ginfr In
de Tw.eedc Kamer over den goeet hij de Ma-
rine, schrijft de „Standaard" bet volgende:
„Of de Minister van Marine reeds ge
noeg heeft doorgetast, om, brak er weer
een booze zet uit. hot kwaad te kuimen
bezweren, is vooralsnog niet uit to maken.
Toeh schijnt nu reeds deze zekerheid ver
kregen, dat een oproerige matrozenbende
niet met een duchtig gewapend schip
naar de Maas zou kunnen stevenen, om
in Rotterdam do lont in het kruit te ste
ken, en reeds hiermee is een der meest
dreigende gevaren afgewend.
Yan een oplossing van het geding is
hiermede intusschen nog zelfs de inzet
niet gegeven, en wij twijfelen niet, of het
zal straks onvermijdelijk blijken, om deze
zoo oritdeke aangelegenheid bij afzonder
lijke wet te regelen, mits daarbij do
Koloniale Marine dan ook in den meest
volstrekten zin vaa tl° vloot bier'te lande
worde afgescheiden. Zelfs kunnen wc
niet vermoeden, dat de beer Van der
Voort van ZÜP, voor het behoud van
de Marine spras, het m anderen zin. zon
hebben bedoeld.Aan algehele afschaf
fing van de Martne zal ©ok, afgezien van
onze Koloniën, bier te lande nimmer kun
nen gedacht worden. Reeds ons verleden
gedoogt dit niet. en waar schier alle Mo
gendheden, tot zells Belgle, steeds meer
op het gereedhouden an een verweer ter
zto bleken prijs te mollen, kam eon land
als 't onze, dat voorheen als Zeemogend
heid bovenaan in de i eeks stond, aan geen
afdanking van denken.
Heel iets anders is het intusschen, of
daarvoor een afzonderlijk Departement
van Marine noodig ]S- En dan blijven we
EEN PERSG-E&PREK MET BEN GEWEZEN
DU1TSOHEN KROONPRINS.
De Amerika amache journalist Parkerson
heeft te Vlieringen een onderhoud van twee
wen gehad met ex-kroonprins Wilhelm.
Indien gij wenacht te weten, zeide hü> wie
den oorlog heeft begonnen, dan wil ik u dit
vertellen. Dit was Eduara! VII. Ik heb herhaal
delijk urenlang met hem gesprokenzooals wij
thans samen spreken. Ik weet uitstekend wat
ijn bedoeling was. Hü wilde niet zoo zeer
Duitscliland bestrijden, maar ziin bedoeling was
het in de verdrukking te brengen. De schepping
van de Entente was de oorsprong van den oor
log. Noch mijn vader, noch ik hebben dien
gewild. Ik voor mij wist evengoed als een ieder,
cfat zonder ©en oorlog Duitschland in commer
cieel opzicht de wereldsuppreiaati© zou kunnen
krijgen. Misschien gedurende 10 jaren was ik
een tegenstander van den oorlog, -daar ik ivist,
Üat wij niet konden hopen, dien te winnen,
tenzij er een wonder zou gebeuren. V anneer'
ii thans nog spreken om mün vader of mij
dood te schieten, dan moet ik zeggen, hoe
©lachelyk en absurd is» het van menschen, die
n de 20e eeuw leven, om zoo te deuken en zulk.
een onzin te beweren. De menschen zouden ons
heusch. niet meer kunnen straffen dan wij reeds
'gestraft zijn.
Op een vraag of het niet een zegen waa. dat
alles thans voorbij was. schitterden zijn oogen
en antwoordde hiiNeen. niet geliik de toestand'
thans is. Duitschland ia dol en de geheel©
vereld is dol. Hetgeen Duiitechland noodig
heeft is een sterk leger. Het is bespottelijk om
te denken, dat men het kan besturen zonder
een leger. Met alle idealen die de Entente be
weert te koesteren hebben zij een leger noodig,
daar daardoor alleen het succes van den volke
renbond verzekerd kan worden. Indien Duitsch
land werkelijk verlangt een republiek te worden
gelijk de Vereenigde Staten of Frankrijk, zou
k daartegen geen bezwaren hebben. Ik geef
niets om mijn kroon, maar ik heb mijn vader
land lief, en gaarne zou ik terugkeeren om aan
het ministerie van buiten!andsche zaken of el
ders werkzaam te ziin, waar men mii zo-u kun
nen gebruiken. Liever ben ik een particulier
burger, dan dat ik een kroon zou moeten
dragen, die niet9 dan moeilijkheden zou bren
gen. Op een vraag, hoe het mogelijk was. dat
de revolutionaire organisatie zoo het Duitsche
leger had aangetast, antwoordde de kroonprins,
dat de troebelen; niet hun oorsprong vonden in
het leger, maar dat zi.i uit het vaderland zelf
voortgekomen waren. Wilson, Llovcl George en
Olemenceau ontvingen den steun van hun ge
heel© volk. Het Bolsjewisme was een besmet
tende macht en het Bolsjewisme zal nog veel
meer doen. Kijk maar naar België, Frankrijk en
zelfs naar Engeland. De kroonprins verklaarde
verder dat Duitschland nimmer in staat ea.
zün de koeten van dezen oorlcg te betalen en
eenigszine cirumatdsoh voosde ibii en bij» Bia-
Jancï moet betalen, want Rus tand ie het eenige
land, dat hot kan. Ik meen niet dat men de
Russen tot slaven zal moeten maken, maar in
dien de Entente oprookt is in haar bedoelingen,
laat zii dan een volkenbond vormen, die ten
doel heeft alle hulpbronnen van Rusland te ont
wikkelen. waardoor in de eerste plaats de oor
logskosten kunnen, worden betaald en ten
tweede Rusland zelf geholpen zal zijn. Daarna
kwam het gesprek op president Wilson en werd
de vraag gesteld of hii in staat zou zün, de vre
desconferentie de baas te blijven. Ik koester
hiervoor wel eenige vrees, zei de kroonprins,
nu ik van verre zie, hoe men bezig is de wapen
stilstandsvoorwaarden te versoherpen, hetgeen
niet zou kunnen geschieden, indien Duitschland;
in staat war© zichzelf te verdedigen. Op'een
vraag, wat zün plannen voor de toekomst wa
ren en of hii «pms zin had om naar Amerika
te gaan. antwoordde hij: Ik zon gaarne paar
Amerika willen gaan, indien de Entente mij
niet doodschiet. Ik hel) vele vrienden in Ame
rika en houd van het land. Hij vroeg mü naar
Cornelia Vanderbilt en toen ik hem daarop ver
telde dat deze generaal was, lachte hii en zeide:
Hoe grappig, hii weet evenveel van den oorlog
als ik van viseh. Over Gerard sprekende zeide
hüJ' lees ziin boek en vand hem onvriendelijk,
ofschoon ik moet zeggen, d!at hii wel een» aar
dige dingen gezegd heeft over mij en miiu
vrouw.
De kroonprins zeilde, dot hij: veel belang
stelde in de ontwikkeling van Japan en China.
Lachend zeide hii De Vereenigde Staten moe
ten maar oppassen, zij zullen daar wel eens
onaangenaamheden krijgen. Hij scheen Keer
goed op de hoogte te zijn van de landwetten in
Califormiö en merkte naar aanleiding hiervan
op: Dat is eeh oud zeer dat alleen tijd'eliik
dicht is, maar dat ieder oogenblikkeljik weer
open kan gaan en uwe federale regeering zal
niet in staat zijn. dien storm te bezweren.
Indien de Duitsche regeering naar mü had
geluisterd zou eg geen oorlog geweest zijn. Ik
ben in het geheel niet de aanstichter geweest.
Het eerste dat ik er van hoorde was toen ik een
telegram kreeg om naar Berlijn terug te koe
ren en ik had zelfs geen uniformen gereed en
moest laarzen koopen. Toen het gepraat over
den oorlog begon kantte ik mü er tegen. Ik
vertelde aan de regeeringspersonen, dat Enge
land zeer zeker mee zou doen. maar die geloof
den mü niet. Ik wist het,want ik kende Epge-
land en had er reizen gemaakt en bracht 6
maanden door in Indiö. hetwelk door weinig
Duitschers wordt gekend. Ik kende ook Enge
land'» macht en organisatievermogen. Ik had
vrienden in Engeland en hield steeds van het
land en voelde er niets voor er tegen te vech
ten. Miin denkbeeld was steeds om een fusie van
belangen tot atand te brengen om zoodoende
door schikking een eventueelen oorlog te voor
komen. Deze'fusie zou hebben kunnen geschie
den door een samengaan van het Duitsche kapi
taal met de Engielsche industrie en omgekeerd.
TELE URGESTELDE OUD-VERLOF
GANGERS.
Men meldt ons dat in een te Utrecht ge
houden gecombineerde vergadering van hoofd
besturen van het Centraal Neutraal Comité
te Utrecht en het Landelijk Comité van te
leurgestelde Oud-Verlofgangers te Haarlem
werd in beginsel besloten tot fusie van beide
organisaties.
Aan den Minister van Oorlog zal een ge
zamenlijke audiëntie aangevraagd worden om
ook de oud-verlofgangers van vóór 1 Auguo-
tus 1218 in de gunstige bepalingen der steun
regeling te doen opnemen.
Den Minister zal verzocht worden tot dat
doel alsnog ©en post op de nog door de Twee
de Kamer te behandelen Oorlogsbegrooting
te brengen.
Binnenkort zal te Utrecht een algemeene
vergadering van de verschillende eomdté's uit
het laad gehouden worden, ten einde do ge-
drugslijn te bepalen bij een eventueele wei
gering van den Minister, de eischen nader te
formuleeren en de verder te voeren actie
yast .te stellen.
Een manifest zal in 2 A 300.000 exemplaren
aan belanghebbenden verzonden worden, waar
in zij opgewekt worden de actie zoo krachtig
mcjgelijk te steunen.
Wii wenschen hierbij In herinnering te
•brengen, dat de heer Bomans op de vergade
ring van,R.-K. Dienstplichtigen te Haarlem
reeas verzekerd heeft dat de zaak, die hier
'bepleit wordt, in orde komt. Dus ook dat de
gedemobiliseerden van vóór 1 Augustus 1918.
„recht z-aü worden feed aan" sooals hij hei
noemde.
Dit om te voorkomen, dat, wanneer, straks
inderdaad iets mocht worden bereikt, dit
fanfarekorps van „teleurgeetelden" zou schet
teren op de „behaalde resultaten". "Wanneer
iets vordt bereikt is dat veilig te danken aan,
de gematigde actie o.m. van d® Bond van
R.-K. Dienstplichtigen.
Wij mogen bij deze gelegenheid tevens nog
wel eens de aandacht vestigen op de stelsel
matige aotie, die gevoerd wordt door dezen
„onschuldig neutrale" Boaden om „teleurge-
ytelden" te kweeken. en wü vrafeen; was het
goed jyeeten of niet, toen beweerd werd dat
3e actfe geen ander doel had dan de „gede
mobiliseerden" Waar te maken voor de re
volutie?
Even tendentieus is een communiqué dat
wij wn hot Eaarlemsch Landelijk Comité
van teleurgestelde oud-verlofgangers ontvin-
feen en dat een aanmaniiag inhondt om de
wapenen in te leveren. Dit naar aanleiding'
van de in omloop zijnde geruchten om de
wapens niet in te leveren.
Wij hebben en wij zouden het allicht ge
hoord hebben, dat kunnen wij verzekeren
van zulk een weigering niets vernomen. Maar
het bericht doet zijn werk.
Het „maakt stemming!"
DE EENIGE UITWEG.
Ia een ouder wel&che wagen (bevonden zicE
officier de passagiers twee bejaarde dame», die
elkaar voortdurend in 'i vaarwater zaten over
©en raampje <lai <io eene open, de andei w
dicht wilde hebben.
De eeue dame „zou het besterven als men
het opende; de andere jvoxl stikken'' al» '4
dicht bleef.
De conducteur» een man mei een gewoon
mensohenverstand, wist er geen raad op.
Maar oen der passagiers hielp allen uit de
verlegenheid.
„Doe eert het raampje open. tot deae dame
gestorven isj ©n ihjood. ln?t d&n vördcr dic*htJ>
totdat die dame gestikt is dan zijia we van
twee groote lastposten ontslagen."
De damaB. lieten zioh. verder met deae aan»,
gelegenheid nieit meer in.
45
ROM.ih l 11 HEi i-UGLSCH.
"Voor deu purperzoom der senatoren?
c >'s l.ydia. Dat zijn me senatorenWaar-
over beraadslaagt «rü dan op het Kapitool?
tong kortei maa-kt.
Ik zie, dal gij niet behoeft verlegen te
zitten als gij het met d© millioenen van uwe
tollenaarsters hebt klaar gespeeld. Gjj legt
eenvoudig een ouden gescheurden zak om de
schouders en de WÜs&eer is er. Daar kan
®&en heden ten dage den kost mee verdienen.
Nu versoheen op den drempel der zaal een
ö'an van weinig meer dan dertig jaar, in
®en donkeren filosofenmantei gehuld. Hij had
laatste woorden van Lydia gehoord; een
dubbelzinnig lachje speelde om zijn dimne
dhpen. Hij maakte een buiging- voor de Ito-
®rtinsebe purperdragers, doch er was eenig©
eracht ing to lezen in den blik zijner kleine,
Verdringende oogen.
Nu hebben wij ook onzen Lucianl riep
Marcus den aankomende toe en begroette* »d© £ansebe Ölymp»^Jf gteeds''i ?erDe®ne
hem. Er ontbreekt niemtod meer; wij kun- volk gelooft. Breng K| Jeimnerlng.
VI AVI nel-Y.t VI O
nen beginnen.
Hij klapte in de banden. Op dit teel*en
weerklonken achter een gordijn de tonen van
een krijgsmarsoK welke gespeeld werd door
Oen orkest van fluiten, cymibalen en cithers.
In den pas begaf zich het gezelschap naai
de eetzaal.'
Hier droegen slaven Britscbe oesters, zee
egels, slakken en met zoeten wijn bevochtigde
tulpen als voorgerecht aan, om den eetlust
der gasten op te wekkr a. Terwijl daarop Sy
rische knapen, in roode met goud doorstikt©
tun1 "a's, zilveren waschibekkens om de han
den te waseohen, binnen brachten, verstomde
plotseling- de marsch en een zachte treurende
melodie liet zich hooren, die van uit de narde
scheen op te rijzen. De heer des luuizes schreed
naar de groote tafel toe en de armen uit
strekkend naar een zilveren geraainto, als
afbeeldsel de» doods, dat tusschen bloemen
doorschemerde, sprak hy:
O gij, met uw glinsterende gebeenten,
die spot met alle moeiten en droomen dei-
menscbheid, herinner ons bü dag en nacht,
dat deu sterflijken mensch zooveel geluk vci-
gund is, als by tijdens zijn leven in de gele
genheid is te genieten. Zijn wij eens aan u.
gelijk, dan helpen ons noch de vereering of
verafgoding der overlevenden, nochi de lie
deren de wierook der. nriestewu noch ook
VOIK gOiOOIT, JDreu» "«rxtuumiu»
dat wij ieder cogeflbbk des levens zooveel
mogelijk genieten en geen dropje levens
vreugde ou genoten lat®Q - ldampen.
- Mucaus moet hetjpranmt© een offer
brengen. Van ons f ky het eerst
Charon's scheepje 1)
Ook ditmaal voelde de senator zich met be-
leeddgd Hij nain mt de hand van een slaaf
een pas gevulden belt"-, naderde het geraam
te en besproeide bet met' wijn, terwyl hij na
een diepe btuging «i>ra
I]i breng u mijn Pas?eiul° hulde, stomme
spotter, wijsgeer aHf hoste leer
meester der menscbheid! Gn alleen bezit de
„Tjnu'bead, die rummer liegt
t„n
nog als dieren in hol®u woonden. U huid gt
de hoogberoemde senator Mucins, met zoo
deugdzaam en dapper als zyu voorvaderen,
maar daarentegen veel verstandiger, omdat
hij niet met {bet vee te aam en ra aai dhc\|3n
woont, ®een broi van awaart nieel oot, feeen
water drinkt, van #een matronen houdt die
de stallucht bij zich hebben en geen vrees
heeft voor de goden van de Olympus, waar
aan hij evenmin gelooft als gij aan een voort
leven der menschen in de wolken, in Hades 2)
of wdaejeeWg^
en, onderbrak hem Marcus, toch naar
de gunst van Lydia dinfet, ofschoon hij steeds
meer op u begint te gelijken.
Luid gelach besloot de toespraak tot het
breid des doods.
Slechts twee personen namen met deel -.an
dit ruwe tooneel. De praetor der buitenlan
ders streek wrevelig en somber zijn baard;
Lucian lachte spottend.
Nu kwamen .negen knaapjes gezwind Mm
nen, kleine rondo tafeltjes dragende, die zy
langs de rustbanken neerzetten.
In het marmeren van goud glanzen de
Rome der Antoniërs komt de schoonheid tl»
eereplaats toe, sprak Marous, Lydia da mid
delste bank als zetel aanwijzend. Marius Pom
ponius en de stadsprefect zullen een waardige
omlijsting bieden.
Daarop wees hü beiden hunne planken a«a
naast Lydia; ten opzicht© van do an ereg
ton nam. hij dit ceremonieel met ln acm-
Tweo slaven namen clen mannen de togas
af en langolokte Gallische knapen legden hun
kraösen van frissche bloemen op biet hoofu.
Toen zij, met den linkerelleboog °P b**t
zachte dons geleund, zich op de sofa'» uit
strekten, speelde het orkest medtesleepende
Ooetersche danswijzen.
Marcus wierp den aan den ingang onbe
weeglijk staand en huismeester een blik toe,
die op zijn beurt een toeken gaf aan andere
ilaveD. Dadelijk traden twee voorsmidea-a
a'aii, die met de behendigheid van (goochc,
la ars, zoodat men hunne bewegingen nauwe
lijks volgen kon, een ree, een gebraden wild
zwijn en veel gevogelte in «tukken sneden.
De zaal vulde zich met slaven, die zond ca- een
erkei geluid, op de maat dier muziek zich be
wegend en buigend, de spijzen en dranken
rondbrachten. In den beginnen werd skchts
oude Albanerwyu in vergulde kroezen van
brons geschonken. De geheele schare der
bedienende slaven werd geleid door de "lik
ken van den onbeweefelyken huismeester; hy
hief de hand niet op en maakte geen enkele
beweging met het hoofd. Slechts syn oogen
en wenkbrauwen waren in voortdurende be.
weging en do stomme schare ben-reep hem
volkomen.
De gasten spraken niet tijdens het begin
van het maal. Zij bewogen druk de handen
om den eersten honger te stillen; de been
deren wierpen zij onder de tafel ©n zij wisch-
ten de vingers «f aan. handdoeken van fijn
linnen,
Het gesprek werd ingeleid door den schra
len Mucius.
1) Charon was i® de Romeinsehe godenleer
do veerman, die de schimmen der dooden over
den Styx naar de onderwereld voer.
8) De onderwereld, het schumnenryk.
(Wordt vervolgd.)