fllEOWE ttAURL COURANT
DE DAMIAATJES"
BUITENLAND
Be Ondergang van een
FEUILLETON
Zaterdag 22 Februari - Tweede Blad
ST. LUCIASCHQLEN SCHOTEN.
1906-1919.
Do lezers, die vandaag aan clen dag door
de Oronjéstraat gaan of wel verplicht zijn
daar, met al de gevolgen van d,ien, oen be
zoek te brengen aan het gemeentelijk dis
tributiebedrijf, moeten, reeds van betrekke
dik hoogen leeftijd zijn als zij zicli noa kun
k daar was. Hot huidige aohotcikwaitiei,
ite honderden smak el ooze arbmdwBWO^
iiik daar was. Hot huidige Schoterkwartier,
mot de honderden smakeloos» arbeiderswo
ning en, waarvan enkele straten den i"™
yin van plattelands woningen, werd vioe
gJ'bèiïcJ door «g
Ij^svsii vim
ooi- iiiKeriolit als buitenplaats genaamd „het
K'oester" Ook deze buitenplaats had een
Shiedeiüs. ik heb om het Schoterkwar
tier in het verleden voor mij te halen, ver
ser iil-nde boeken geraadpleegd- He voor-
naamsten zijn: De Leth, Zegepralend Ken-
neme ïiand en de Kron. van Windesheim van
Jolian Busaokius die zich in de Stadsbiblio
theek te Haarlem bevinden en zeer kost
bare werken zijn; verder het overbekende in
1877 bij van Brederode to Haarlem versche
nen werk: Geschiedenis en Beschrijving van
Haarlem van de vroegste tijden tot op onze
dagen door F. Allan onder medewerking
van dr. C. iikema, Mr. A. J. Enschedé, Mr. H
Gerlings Cz. en C. J. Gonnet. Ook is door
mij geraadpleegd Hofd,ijk en van der Keilen
terwijl aan nog enkele historische werken
van minder belang voor de geschiedenis van
„het Klooster", als die van V. O. de Bruijn,
Marcus, Sententiën en van Heussen, Hist.
Episcopat. Ilarl., eenige bijzonderheden zijn
ontleend.
Ik wil dan zoo beknopt mogelijk het ge-
lezene samenvatten.
Aliati die in zijn werk de meeste bijzon
derheden geeft, zegt:
Hier, op den hoek der Kleverlaan (d,us
heet deze weg, die voorbij 't Huis ter Kleef
naar Bloemendaai leidt) woont de opzichter
der Begraafplaats, terwijl ge-daar, aan uwe
linkerhand, de buitenplaats van den heer J.
J. Kortnals ziet, waarheen gindsche schoone
allée even vooroij dien koop-ei, toegang ver
leent. Dat is de buitenplaats „het Klooster
dus genoemd naar het Klooster der Reguliere
Kanunniken, 't welk omstreeks denjcue 1407
gesticht .was: Het oordeel van Allan is ge
grondvest op de bovenbedoelde Kron van
„Windesheim, lib. I. Cap. 39 waar o.m. over
„liet Klooster" te lezen staat: „want op dee-
sen tijfc heeit de Eerwaardige Vader Heer
Hugo Goutsmit, Priester (pn een kweeke-
fing van den beroemden Geert Groete) bij
Haarlem beginnen te bouwen het Kloos
ter van S. Mariaes Bezoekinge, dat oud
tijds ook bekend stond als ,,'t Convent on-
ser Vrouwe Visitatie buy to St. Janspoorte.
Hoe groot „het Klooster" nog 111 die da
gen 18(7 was, blijkt uit Allan als hij in
Deel II blz. 72 van zijn werk zegt:
Wat bevallig uitzicht als we van hier op
het nabijgelegen Bloemendaai genieten!
Schilderachtig, niet waar, ligt daar tegen
den reizenden duinzoom gindsche buiten
plaats (Bloemenheuvel heet ze,; en schilder
achtig 'ook verheft zich de ranke torenspits
der R.K. Kerk te Overveen boven het omge
legen groen.
Even voorbij de tapperij „Het Wapen van
Haarlem", aan den driesprong op den hoek
van den zoogenaamden Velserweg (eigen
lijk de straatweg op Alkmaar), naast de .Bloe
misterij Vruclitrijk van Th. Teeuwen en die
beide eerst onlangs gebouwde mod,erne wo
ningen ziet ge de fabriek van verduurzaam
de levensmiddeleu van de H.H. Zooher en
Co. Genoemde fabriek werd hierop opgericht
in 1864. Hechts aan den weg, waar ge nu
die rij nette arbeiderswoningen ziet, stond
.vroeger het Oude Eechthuis van Schoten.
Het buitengoed „het Klooster" liep dus in
die dagen tot waai' thans de familie Teeuwen
woont o-p Vruchtenrijk; de geheeie Cronje-
met het daarachter gelegen complex van
straten en huizen, behoorde tot het buiten
goed. Ik heb verschillende werken geraad
pleegd om te kunnen vinden waar het vooral
in de historische inrichting als werkelijk
Klooster, in de gemeente ischoten eindigue.
Iu werkelijkheid heb ik er niets van kunnen
\inden. Alleen hebben bewoners, mjj verteld
zich te'herinneren dat het landgoed ongeveer
eindigde waar thans d,e Spaanschevaartstraat
is. D°t laatste is van minder belang; liever
had ik geweten waar de oorspronkelijke
grenzen van het Klooster der Ë.E. Regu
liere Kanunnikken zijn geweest.
HET KLOOSTER DER REGULIERE
KAN U NIK KEN N.
Over do stichting' van „het Klooster" be
staat weinig verschil van gevoelen. Allan
beweert dat het gesticht werd om
trent het begin der 15de eeuw en grond, zijn
oordeel op Arnpzig die spreekt van 1406,
Van ouds stond het bekend onder den naam
yau liet „convent onser .Vrouwe Visitatie
buyten de S. Janspoorte." Het' klooster stond
onder den bamne van Hoogerwoerd en wel
ter plaatse waar het buitengoed 't Cloo-ster
lag, dus ongeveer tegenover de Kleverlaan.
De stichter van genoemd klooster was de
priester en Kanonik Hugo Goudsmit. Over
den stichter van 't Cloo-ster, zeggeu Hofdijk
en .van der Keilen in hun werk:
Hugo .Goutsmit was een kweekeling van
den vermaarden Geert Groote, aan wien het
bcroemde Klooster van .Windesheim zijne
wording dankte (1387), en dat reeds wei
nige jaren later! de hoeksteen werd van
het Kapittel van dien naam. Aangetast door
eene doodelijke krankheid, gaf hij zijnen
vrienden en volgelingen den raad om, eene
door de Kerk erkend.e Orde aan te nemen,
opdat bij hen alle „personae devotae" hunne
toevlucht zouden kunnen vinden."
De Chronyck van Windesheim (onder het
Kapittel van dien naam behoorde dit kloos
ter) zegt op het jaar 1409: „Op (omstreeks)
dezen tijd heeft de eerzame vader, Heer Hu-
go Goutsmit, Friester, bij Haarlem beginnen
te timmeren het klooster van Marias be-
soekinge; waartoe hij vergunning had er
langd .van Graaf Willem VI, van wien lyj
velschillende gunsten voor het huis ont
ving. Trouwens dit laatste schijnt geen uit
zondering gewees-t te $ijn. In het algemeen
hebben de Reguliere Kanonikken tijdens
hun verblijf in de gemeente Schoten veel
voordeelen gehad van de wereld-ijike over
heden.
In de „handvesten van Haarlem" word.t er
gezegd:
„Deze Reguliere Kanonikken hebben hier
alzoo gerust, als in een aardsparadijte, tot op
dien tijd der hervorming geleefd; want, niet
tegenstaande 't omgemgen land, door den
binnenlandschen krijg tusschen Vrouwe Ja-
coba van Beieren en Fhilipa van Bourgondië
jammerlijk verwoest werd, is dit klooster
onbeschadigd gebleven, ja zelve, wanneer
de stad Haarlem door de Kennemers onder
Willem Van Brederode belegerd, was, had
men zooveel achting voor Dirk Hamer, Prior
van dit Convent (klooster) een man van
groote deugd en vroomheid, dat men hem,
van de zijde d.er Kennemers, verzocht om
met het zegel van zijn Convent voor de Ken
nemers, welke toen nog geen zegel hadden,
te zegelen den brief van bestand tusschen
den Heere van Gaasbeek en de stad Haarlem
ten eener, en den Heere Willem van Brede
rode, de stad. Alkmaar en de andere steden
en dorpen in Kennemerland, ter and,ere zij
de, waarbij dit beleg van Haarlem werd op
gebroken. ,Ook onder Alva en diens zoon
Frederik hebben zij bescherming genoten,
want tijdens het beleg van Haarlem is er
geen schot gevallen doordat de opperbevel
hebber dit uitdrukkelijk verbood.
Het belangrijkste wat ik over het Kloos
ter voor ons Katholieken gevonden heb is
wel de meded,e-elii)g van van Heussen, in
Hist. JEpioopat. Harl. P, 54 als hij zegt:
„Onder de Priors d,i-e dit klooster tot sieraad
hebben verstrekt, vinden we ook genoemd
Johannes, een broeder van den vermaar
den .Thomas a Kemp is, die er gedurende
zeven jaren Frier was en beschouwd mag
worden al-s een man, die d,e levenswijze der
^geestelijken in zijnen tijd geenszins goed
keurde en wiens overtuiging het was, dat
niet de gewone kloosterdeugd. alleen den
.weg ten Hemel baande.
De laatste Prior der H-aarlemsche Regu
lieren was Willem Bol. wiens naam volgens
Allan, als zoodanig voorkomt in de rekening
der Geestelijke goederen over 1581.
Over de levenswijze der Regulieren kam ik
hier geen voldoende betrouwbare bescheiden
aanvoeren. Ik vind het dus beter daarover
niete te zeiggen. Wat er tijdens de hervor
ming met het Klooster geschied wordt
door geen der aangehaalde schrijvers gezegd.
Wel zegt Allan ten slotte „ter plaatse waar
Ihet klooster der Reguliere Kanonikken heeft
gestaan, ligt nu een vrij1 aanzienlijk land
goed, „'t Clooster" genaamd, dat omstreeks
een eeuw ia eigendom bezeten werd door den
heer Will-em Barnaart, gehuwd met een doch
ter van wijlen den heer Willem Philips Kops.
Tegenwoordig, dat is dan ia 1877, is het een
bezitting van den heer J. Korthals te Am
sterdam en beslaat een oppervlakte van ruim
33 Hectaren."
De aandachtige lezer aal direct gevoeld heb
ben, dat er een lacune is in de geschiedenis
van Het Klooster. Juist de hervormingsda
gen zouden balan(?rijke bladzijden geseliiedo-
iniis kunnen geven. Want als 't waar is, dat
de Reguliere Kanonikken bescherming ge*
vonden hebben vam Alva en diens zoon Fre
derik, dan ie wel als vaststaand aam te no
men, dat de Kanonikken tijdens de Hervor
mingsdagen niet tot de „uitverkorenen" zul
len b'ehoord hebben.
Ik hen overtuigd, dat er hier of daar, mis
schien wel in de bibliotheek van bet Bisdom,
nog wel belangrijke werken over bet Klooete*
te vinden zijn.
Mijm doel is niet geweest in dit artikel „ge
schiedenis" te geven. Ik heb enkel willen
aantoonen, dat de grond, waarop de huidige
St. Lucia-scholen aan de Klooster-, Tugela-
en De 1» Reystraat staan, histoids eken grond
is en nu komt nog wel het bijzonderste: ON
DER DE HUIDIGE GEBOUWEN LOOPT
EEN KELDER. DIE NOG BEHOORT
HEEFT TOT HET CONVENT WAAROVER
IK HIER ENKELE KLEINE BIJZONDER
HEDEN MEDEDEELDE.
Ik wil dan nu beginnen om enkele wet en*
waardigheden mede te deelen over het 1214-
jarig bestaam der stichting. Over de St.
Lucia-scholen sprel- en, yonder iets te zoggen
over den man die n.gn> ader eenige overdrij
ving kan noemen cUn gelijken en stoffelij-
ken weldoener van k>t~Sohoterkwartier, Pa
stoor Meeus zaliger, is niet goed mogelijk.
Pastoor Meeusl
Is 't wel mogelijk over de St. Luclascholen
twee woorden te zeggen zonder or één van te
besteden aan den eersten herder der El is abe th
en Barbaraparodkie?
Neen!
Ik behoor tot de menschen die niet het voor
recht gehad hebben diezen veol te vroeg ont
slapen priester gekend te hebben. En todh sta
ik in volle bewondering voor den mensch die
tijdens zijn verblijf te Schoten getoond heeft
hoe gemakkelijk 't ia voor een priester om.de
kudde in de hand te hebben.
Pastoor Meeus. Hij dip ons een complex ge
bouwen geschonken heeft waar wij iedereen
en met trots op kunnen wijzen. Natuurlijk
staan de gebouwen die wii voor onzen ©eredienst
nood'ig hebben onder bescherming onzer heili
gen: ook is hot gewoonte onze scholen onder
diezelfde bescherming te stellen; maar daarom
zouden wii toch nog kunnen zeggen in de
Krugorstraat staat cfe Meeuskork en daar
achter die MecuiSscholen.
Men moet de menschen hooren praten die
den braven priester gekend hebben: toen hii
nog in de fleur van zjja ieVen was. Een karak
terzeldzaam. Zoo een die niet wil öf kan
schipperen; die reoht op zijn deel afging en
wiens devies onbewust moest zijn: Wie niet
met mij is. is tegen mij. Bezwaren? Voor
Patoor Meeus? Dat was een ongekend artikel'
in zijn „winkel". Als hij A (had gezegd, dan zou
hij t zelx onlogisch gevonden hebben als er
geen B. gevolgd was.
Laten wii er ons nu, even indenken dait zoo'n
man door Z. D. H. den Bisschop van Haarlem
werd aangewezen om in ons Schoterkwartier
een nieuwe parochie te stichten. In zoo'n geval
is een kerk niet voldoende. Er moesten ook
scholen komen. Is 't te verwonderen, dat tijdens
zijn herderschap een stichting als da St. Lucia-
scholen tot stand gekomen is?
Pastoor Meeus.men moet de Eerw. Zus
ters over dien man hooren praten, 't Is een en
al bewondering.
Ik was oen (lezer dagen in de gebouwen der
St. Luciasonool om eens een kijkje te nemen
en had bu duen gelegenheid het voorrecht met
Moeder Ludttina over het ontstaan deir scholen
een tijctije te praten. Onwillekeurig kwam het
gesprek al hoed vlug op Pastoor Meeus en toen
liet Moeder mij een portret zien dat in de laat
ste dagen van zijn.leven gemaakt wa3: ik be
schouwde 't nog eens aandachtig en kon om
trent het karakter v'an den mensch .geen ande
ren indruk krijgen als hierboven door mij ge
schreven werd.
De eerste stappen voor. de stichting ider
öcöiooI worden- «"octaan door I*si&ioor Mjocus mot
de vroewrero Algpem eeno O vors to dier Zus-tors,
de Eerw. Zuster Maria Franoisca. thana Overste
van een gesticht te Leeuwarden en de tegen
woordige Overste Maria Luduina, die in die
dagen Tweede Overste in het moederhuis te
Rotterdam was.
De school werd op den eersten April 1906 ge
opend. Er waren toen 12 klassen, tor wijl er
acht zusters waren die met het onderwijs be
last werden. De eerste Overste was Moeder1 M.
Veronica die na driejaar word opgevolgd
door Moeder M. Henrica die op haar beurt
sedert 1915 vervangen werd door de tegen
woordige Overste.
In het jaar 1912 werd de school uitgebreid
door het aanbouwen van zes klassen, waarvoor
door Pastoor Meeus zaliger 6en bedrag van
maar waarom cijfers te noemen,
laat ik liever zeggen, dat Pastoor Meeus zijn
brandkast bij die gelegenheid ©en aderlating
moest ondergaan. Op dit oogenblik telt de
school 18 klassen en ®en gymnastieklokaal.
Er wordt niet alleen frbbel en lageronderwijs,
maar ook Uitgebreid Lager Onderwijs gegeven.
Behalve 21 zusters ziin er ook 9 leeken-onder-
wijzer ess en aan de scholen verbonden.
Ik wenseh geen eenvoudige ,vnonnekos" ijdel
te maken. Ik vraag mii echter af, zullen zü ijdel
worden als ik de namen noem van de Eerw.
Zusters Nicosia. Antonia, Devota, die oud-
hoofden en de Eerw. Zusters Rosario en Igna-
tie die de thans fungeer end© hoofden dier St.
Luciascholen zijn. Zou ik de austerkea ijdel
maken als ik zeg dat er onder haar zoovele
knappe Jcoppen" zijn? De menschen maggien
todh wel weten dat er onder hen zijn die in het
bezit ziin der neten Fransch. Duitsoh, Engelseh,
Gymnastiek en handwerken.
Er wordt vaak zoo minachtend over ons bij
zonder onderwijs gesproken. Natuurlijk je dan
de onkunde aan het woord- Maar is het niet te
appreciëeren, dat het eerste U. L. O.-onderwjjs
in onze gemeente niet gegeven wordt aan die
zoo gemakkelijk aan oenten komende openbare
school, maar wol aan onze bijzondere school?
Met September a.s. zal er vermoedelijk een
achtste leerjaar bijkomen en dan nog één jaar
en den zal er M. U. L. O. aan de school gegeven
worden. P.eodis nu ontvangen de kinderen dier
U. L. O.-sdhool. zulks in overeenstemming met
het leerprogramma, onderricht in d'e moderne
talen; onderricht gegeven geheel met eigen
krachten, enkel gegeven door de zusters die
als onderwijzeressen aan de school verbonden
zijn. Op andere plaatsen (heb ik al eens betoogd
dat ons plaatselijk openbaar onderwijs magni
fiek is: wat moet ik nu zeggen van het bijzon
der onderwijs dat door de Eerw. Zusters ge
geven wordt? Dat het meer dan magnifique is?
Ik heb een wandeling door het geheeie com
plex gebouwen gemaakt; ik heb onder leiding
van Moeder Overste al de schoollokalen gezien.
Laat ik hier nog eens herhalen, dat ik in mijn
leven in verschillende landen van Europa ben
geweest, ook zeer veel inrichtingen gezien heb
op ihet gebied van onderwijs. Vooral in Duitsch-
land heb ik op onderwijsgebied prachtschpl -n
gezien, ('t Is todh zeker geen doodzonde om te
Tortellen, dat men bü onze Oostelijke buren
ook wel wat goeds gezien heeft). Welnu de St.
Luciasehlolen kunnen wat inrichting betreft
gerust wedijveren met het beste wat er op dit
gebied bestaat. De klassen ziin luchtig en ruiin,
zagen er uit om van den grond te eten, zooais
men dat trouwens in huizen gewend is waar
Zusters de muziek maken. Overladen zijn de
klassen niet. Op de gangen vindt men voor de
schoolkinderen de meest moderne watercloset-
ten. Reinheid en zindelijkheid ziin troel. He
meest moderne leermiddelen ziin er aanwezig.
Op gebied van natuurkunde zag ik, in een der
U. L. O.-klassen, instrumenten die de naijver
van menige school voor M. O. kunnen opwek
ken.
Op dit oogenblik zijn de scholen in totaal
bezocht door 963 kinderen, waarvan een hon
derdtal uit Haarlem.
Welk een enorm voordeel voor de gemeente
Schoten.
Voordeel?
Oordeel zelf. Onze lagere scholen ziin onge
veer door een gelijk aantal kinderen bezocht
als die der St. Luciasoholen. Ik heb geen til6
om juiste rekeningen te gaan maken, hoewei
ik niet in striid met de waarheid ben als ik
zeg. dat het onderwijs aan de gemeente meer
dan dertig duizend gulden per jaar kost. Waren
dë St. Luciasolioilen hier niet dan zou de ge
meente verplicht ziin voox het onderwijs der
kinderen te zorgen. Dat zouden nog eens een
slordige dertig duizend gulden per jaar zijn.
Gelukkig èn voor de gemeenet èn voor ons
zelf zijn wii katholieken op het gebied van
onderwijs zoo principieel dat wat niet alleen,
ons eigen onderwijs wenschen, maar dat wij
ook voor geen offers terugdeinzen als het onze
beginselen betreffen. Liever hebben wii nat de
Staat en dë Gemeente tot onze schuldenaren
behooren dan dat wii onze heilige beginselen
priis geven.
De kentering is er.
Ein..de..lijk zijn er aanwijzingen die
ons de gelijkheid van het onderwijs zullen
brengen. Dan zullen wii die enorme offers ter
wille onzer heilige zaak niet moer behoeven te
brengen, maar met dat alles is de gemeenschap
in zako het onderwijs vele jaren de kjapioopster
geweest op onze katHioli&ke overtuiging,
Ook do zusters der St. Luciasoholen hébben
hunne offers voor die overtuiging gebracht.
Vele kinderen, hoeveel duizenden? hebben zij
opgevoed1 er dë grondslagen gelegd! voor goede
Btaatsonderdanen. Niet alleen dat. Z»ii ziin met
hun onderwijs verder gegaan. Ook op hunne
scholen zijn jongens opgebracht voor het ver
vullen hunner roeping. Een vijftal oud-leer
lingen studeeren thans verder om later enkel
en alleen ter wille Gods, huis en hof te ver
laten om in da vieirre verte het evangelie te
gaan verkondigen. En dan hoevelen denken
reeds thans met groote dankbaarheid' voor
hetgeen zii op de St. Luciasoholen geloerd heb
ben. waardoor zij menschen in onze samen
leving geworden ziin?
Veel. zeer veel. hebben de Zusters voor het
Sellaterkwartier gedaan.
Veel nog buitengewoon Veel zullen zij in de
toekomst voor ons doen.
Is t te verwonderen, d'at de menschen vol
vuur zijn om dë Eerw. Zustere a.s. Zondag te
gaan huldigen bij de herdenking van het 12H
jarig bestaan der school?
De spreuk is afgezaagd, nog veel erger dan
welke Sousa-marsdb. en toch zeg ik: Zusters,
Ad Muitos Annos.
No. 17. 21 FEBRUARI
TOT BESLUIT.
Het laatste „Damiaatje" in de N. H Crt.
is thans geplaatst. Het wordt wederom zelf
standig. Dat is een gelukkig verschijnsel, want
het wijst op betere tijden. Maar het is ock
een noodzakelijk iets.
De R.-K. Volksbond omvat alle Rooznschs
werklieden, zonder .onderscheid van vak.
Zijn bestuur heeft dus regelmatig: iets aan
hen te zeggen. Voorlichting is noodzakelijk
omdat de eerstvolgende maanden en jaren 'i
zullen uitmaken, wie in Nederland de lakens
zullen uitdeden.
Dat de werklieden de wereld sterk beïn
vloeden is duidelijk. Zij zijn liet grootst in
aantal en alleen het aantal wordt geleld.
Maar nag niet is beslist of de Roomsc-ke
werklieden het heft in handen zuilen hébben
dan wel de socialistische. Dat hangt af van
de werkzaamheid der R.-K. werkliedenorga
nisaties. Dat hangt af van het Bestuur va),
onzen R.-K. Volksbond, voor zoover het Ha-,
lem betreft.
Daarom de nieuwe „Damiaatjes" afgewadi.
en vol aandacht doorgelezen. Wij zijn een
nieuw tijdperk begonnen, een tijdperk van
overwegenden invloed voor het welzijn der
menschlbeid.
Voor de genoten gastvrijheid brengen wij
de Redaetio van onze Haarlemsche Room-
sche Courant hartelijk dank.
AGENDA SOCIËTEIT „ST. BAVO."
ZONDAG 23 E'EBR.: Jonge Volksbond (be
ven 16 jaar), 5 uur.
MAANDAG 24 FEBR. Cursus Middenstand
8 uur Ondersteuningsfonds half 9 Ax
menpollectanten Paterskerk half 8 Schoen
makerspatroons Christelijke Bloémieten, 8
uur Melkhandelaren.
DINSDAG 25 FEBR. Crisis Middeaslan
half 9 Cursus Naaisters 8 uur Fabriek»
arbeiders 8 uur Typografen 8 uur.
WOENSDAG 26 FEBR. Hoofdbestuur 8 u.
Zangkoor „Gregorius Magnus" 6 uur
Spoor eix tram 8 uur Kantoorbedienden S
uur.
DONDERDAG 217 FEBR. Bureau voor
Rechtskundig Advies half 9 Cursus kan
toorbedienden 8 uur Eerbied in Gods
Huis 8 uur.
VRIJDAG. 28 E'EBR. Leden Metaalbewer
kers 8 uur Rederijkers 8 uur Leden Meu
belmakers 8 uur.
ZATERDAG 1 MAART. Gewone Zittingen
8—9 uur.
Wij geven de verzekering, dat de gast
vrijheid, die wij in onze kolommen voor „De
Damiaatjes" hebben mogen verleenen een on
zer aangenaamste bezigheden is geweest oru
de prettige wijze van samenwerking en üe
niet zelden pittige en interessante lectuur, die
de actualiteit onzer courant verhoogde.
Wij wenschen „De Damiaatjes" voort* alle
voorspoed en zegen, nu zij zich wetkuom zelf
standig gaan bewegen. Red. „N. II. Ct."
OH. A. BLOM.
-.ff-
DUITSCHLAND EN DE ENTENTE.
De Berlijnsche correspondent van de „N.
R. Ct." schrijft over de beraadslagingen be
treffende den wapenstilstand bet volgende;
Twee daigcn ben ik te Weimar geweest en
heb daar de beraadslagingen over de wapen-
stilstandkweetie aangehoord. He zu.uk had 'n
kritiek karakter gekregen door de houding
van yrraaf Rantzau, die van meeniug was dat
Duitsohland niet iedere voorwaarde kon aan
nemen en ontslag had gevraagd, toen de re
geering en de aanvoerders der partijen be
sloten hadden ook tbans Wer de ondert.ee-
kening van de vernieuwing van het verdrag
goed te keuren. Dat de minister ontslag heeft
aangevraagd is juist, niettegenstaande do
ontstemming. Men heeft htem echter ge
vraagd zijn post thans niet te verlaten en bjj
beeft daaraan ook gehoor gegeven. De pro
testcommissie van de oonstituantie is waai-
schijnlijk een concessie geweest aan zijn stand
punt. Desniettemin is door deze gebeurtenis
sen een toestand ontstaan, die hoed gemakke
lijk op een minietercrisis kan uitloopen. Graaf
Rantzau schijnt niet geneigd zijn hand te leu
nen tot onvoorwaardelijk toegeven tegenover
alle eiscken, die de Entente nog stellen gaat.
De steun, die hij daarbij vindt, is veel grooter
dan thans nog naar buiten blijkt. Men is hier
in een soort van wanhoopstoestand geraakt
en velen zien in de bopelooze situatie een ze
kere kracht van Duitséblaud. Deze menschen
zeggen: als wij ons niet langer laten kwellen,
wat kan er dan gebeuren? Als de Fransch en
in het Bolsjewistische Westen willen binnen
rukken, zal hun dat een twijfelachtig voordeel
brengen, want veel meer ruïueeren dan zij
thans reeds doen kunnen de vijanden niet. Zij
zouden slechts de bronnen, waaruit ze zelf
ham schadeloosstelling moeten putten, sabo-
teeren. Levensmiddelen schijnt men ons toch
zoo lang" mogelijk te willen onthouden. Wel
nu als het volk verhongeren moet, laat dan
de Entente daar ook duidelijk de verantwoor
delijkheid daarvan dragen. Als bet onder
water-zetten gebeurt, treft haar er> niet ons
den vollen blaam voor de buitenwereld eu
voor haar eigen volken. Welke reden hebben
48
HUMAN UIT HET POOL8CH.
Ï)q
juist zooV,Uliee wÜu, de beste zorgenbreker,
re Muciua 'm°> prachtig! bromde de djor-
sclioon liü^ waarom dan in zulk ecu
ill iOliaron'a ™pt. hnf*. hlpp.k crpilaat
'tl koude Wv^kaald?
hij rilde.10# üe
Ha, ha 1 Mucius ziet u*. a
ne, riep Lydia lachend a dood met gaar'
Toen gebeurde er ieta
ge not lus tjge, zinnelijke menschen
man met het bleek gelaat
zuodat hij rildeU1Veria# hep door zijn leden,
Toen gebeurde er iets me,rv,„„
notiuatigë, zinnelijke monsehp
een blik naar het zilveren^gïaa JIerph^
bp.piri UAA.it dat r.tianc uil aa-nite, het
beeld das doods ,dat thans bete^ d^e'ee^
tusschen de bloemen zichtbaar was.
- Zijt gij dan verliefd op hem? antwoord-
- *e Jfuoius.
u.-7~ Hucius heeft gelijk; houd toch op met
naren dood. riep Marcus.
ten d vroe« Lydia driest. 'Zou-
luizend V?i «^winnaars op
W, f slagvelden misschien bang zijn Voor
docd, nep zij honend. De dood is uw
beste vriend; het doodem zit u in het bloed.
.Vaar ter helle I Naar god Plluto, zeide
Mucins. En zich tot de slaven wendend;
Wijn hier!
Urn zich zei ven moed in te spreken, voeg
do hij er aan toe:
„Drinkt den vurigea wijn ,laat lustig
en vroolijk ons zijn."
Het onzichtbare orchest stemde een dans
wijze aan, op welker maat eene schoone
Grieksche slavin binnen kwam zweven. Zij
voerde in de zaal een verrukkenden dans
uit. Met kennersblikken volgden de sena
toren haar vlugge bewegingen.
Ik geef u tienduizend sestertiën'voor
haar, riep Mucius verrukt.
Vijftienduizend, bood, de stadsprefect.
Zestien, riep Lydia, het bod verhioo-
gende.
Laten Wij om haar dobbelen, antwoordde
Marcus.
Goed, riep Mucius, ik geef mijn kok
tot fnzet.
Ik een gladiator, schreeuwde de stads
prefect.
Ru, en gij vroeg Marcus aan Lydia.
Uw beker, gaf deze ten antwoord.
AfgesPr0'k;en' Mooi113 moet eerst welpen.
Een Lnaap -bracht dobbelsteenen jn' ©en
gouaen Beker.
Vier, riep. Mucius. Verloren,., neem den
kolt
Vijf, bromde de stadsprefect.
.Tien, riep Marcus t r ioni f e erend.
Zestien, riep Lydia luidop schaterend
De zangeres is voor u
Met deze woorden stelde Marcus het voor
werp, waarom gespeeld werd, in Lydia's bezit
V an nu af behoort zij aan zich zelve,
antwoordde Lydia beteekenisvol ik geef haar.
de vrijheid terug.
De slavin, die tot nu toe onophoudelijk
gedanst had, bleef nu plotseling staan; haar
verbaasde blik bewees, dat zij Lydia's woor
den nauwelijks geloofde.
Gij zijt vrij, riep Lydia haai' toe.
Met een luiden vreugderoep viel de slavin
haar te voet en omvatte hare knieën.
Een slavenkind verstout zich de rol te
spelen van een patrieiache, bromde Mucius.
Slavenkind....! Ja,'ik bhn een slaven;
kind, antwoordde Lydia geprikkëld. Maar
wat zijn dat voor patriciërs, die hun pur
per aan de dochters van belastingpachters,
tollenaars .en slavenhandelaren verkoopen?
Zij legde hare hand op het hoofd der
vrijgelatene ,en sprak: „Leloof mij nu, als
belooning .voor uwe vrijheid, een oruütwisch-
baren haat tegen Rome!Ga nu."
Lydia's 'laatste woorden gingen verloren
in het algeineen rumoer. De oude wijn werk
te storend op de ord.e, die tot dusver gé-
heerscht had; tafelburen lieten hun rustban
ken byecnschuiven en spraken zonder op
de overige gasten te letten.
Slechts de praetor der buitenlanders had
Lydia's bijtende woorden gehoord. Matig in
spijs en drank, had hij alleen gevolg gegeven
aan Marcus' uitnoodiging om niet te kort
te doen aan de plichten, d,ie zijn ambt hem
tegenover de samenleving oplegde. Hij bei-
perkte zioh hoofdzakelijk tot de rol van toe
schouwer en nauwlettend opmerker.
Hij wendde zich tot Lydja en sprak op
gedempten toon: „Matig u, Lydia."
Niet u gelden mijne woorden, praetor,
antwoordde de Syrische.
Zij gelden Bomeinsche senatoren en^
ook mijn kleed siert een breede purperzoom."
Maar overigens zijn er ook onder de echt
Romeinsche patriciërs vele achtbare man
nen.
Hoeveel?
De praetor ontwoordde niet. Hij richtte
zich tot Lucian en vroeg:
Waarom is onze geleerde tafelgenoot
zoo zwijgend? Uw mond moet, naar meD
hoort, welsprekend eu uw woorden steke
lig. zijn.
Ik neem een voorbeeld aan u, praetor.
Lucian had ook aan het gesprek niet
deelgenomen. Des te werkzamer waren zijn
kleine, nieuwsgierige, spotzieke oogen, die
klaarblijkelijk gtof voor een satire verza
melden.
Gij zijt mjj nog een geschenk schul
dig, zeide nu Lydia Uw bijval is mij te
weinig.
Gij hebt een goed geheugen; ik had
gemeend, dat d,e Falerner
Hoort, hoort, onderbrak hem Lydia,
Lucian wil spreken.
Dat heb Ik niet gezegd, zeide deze af
werend.
Lucian, Lucian, riep en vroeg men van
alle zijden.
De muziek verstomde, Lucian stond op
Niet aan Lydia heb ik voor een of
andere gunst mijn dank te brengen, doch
aan den hoogberoemden praetor Marous
Quinctilius die ,mjj in staat gesteld heeft
voor de beheerschers der wereld op te tre
den. Ik wilde gaarne oen voordracht hou
den over de Olympiërs 1), die de mensch-
heid zoovele eeuwen lang bedrogen hebben.
Hij hield op en liet zijn blik over de ver
blufte, lange gezichten zweven.
Doch ik weet, dat ik daarmede mijne
schuld niet zou hebben afgedaan, en wil
liever iets vermakelijks van hen vertellen.
Kent u de scène tusschen mama Juno en
papa Jupiter, die jaloerscli was?
l)e gezichten helderden op.
1) De goden.
(Wordt vervolgd.)