NIEUWE HUIL COURANT
-imiENLAir
VAN OVERAL
WmT de pers zegt
ORDE EN ARBEID
RECHTSZAKEN
KUNST EN KENNIS
LEGER EN VLOOT
LANDBOUW-EN VISSCHERIi
FEUILLETON
De Ondergang van een
Wereldmacht.
Vrijdag 28 Februari - Tweede Blad
r.
Schotensche Kroniek.
UIT ONZE OOST
DRANKBESTRIJDING
DtE FEESTEN BU DE EERW. ZUSTERS.
VersohJJleada mensoiieii hebben, nu het woord
gevoerd over onze Zusers. De heer Blom en de
verslaggever van do Nieuwe ELaarlemsche,
beiden helden er over geschreven en beiden
hebben een kleine vergissing gemaakt. De heer
Blom door Zuster Juliana te vergeten en'
de verslaggever door ziin verslag van den, twee
den feestavond.
Vergassen is menscheliik. Ik wil probeeren
mijn indrukken over het feest te schrijven. A'er-
gis ik mij nu soms ook, daii kunnenxdo lezers
zeggen: allo goede dingen bestaan in drieën.
't Is më een feest geweest. Bloemen en £©-
euhenken ontvingen de heldinnen van het feest
met bosjes.
l)e feestzaal. Wie had kunnen denken dat de
Oude Kerk zoo 'prachtig voor dat doel is in
te richtenNiemand.
Ik heb' geen geld 1 Ware dat wel zoo, dan
gling ik vandaag nog naar onzen Eerw, Pas
toor om hem te zeggen: hier, i'sis to or, ziin vijf
lapjes van duizend; doe nu uw best eens om
de Oude Kerk ten spoedigste tot vereenigings-
gebouw t-e doen inrichten, Wij hebben dat hier
noodig!
Do Volksbond zal parochieel worden en dan
bovendien 't zal goed ziin voor mijn suikor-
pop.ieD e V r o u w e n b o n d.
Ik zou nu tegen onzeu herder verder zeggen:
het gebouw is prachtig in te richten om er
tevens een. moderne leeszaal aan te verbinden
met dat woord moderne" wil ik niet zeggen
dat er allerlei vieze boekjes en blaadjes moete-i
zun die tegenwoordig onder misbruik van het
woord „modern' van de persen komen. Ik be
doel een zaal zoo ingericht dat cfe arbeiders er
voor hun genoegen heengaan om te lezen wat
zi.i zeli^ niet kunnen betalen en waarvoor zij
maar al t-e vaak thuis geen gelegenheid hebben.
-Mijn© wenschen zou ik voltooien melt to
zeggen: we moeten er geen buffet hebben.
Meneer Hannes Pimpelmees moge in het be
lang der natte broeders op audiëntie bij den
minister vr.n den Jenevarstaat geweest zijn,
ik ben tegenstander van Schiedam. Vergunning
behoort in een der gel lik gebouw niet. Er blijft
dan niets anders over dan er een kattenkroeg
te stichten en daar ben ik ook tegen. We kun
nen er toch niet een bord maken als of 't een
melksalon is.
't Gekste is dat- ik er nooit toe kon komen om
mijne wensohen onder begeleiding van vijf dui
zend pop aan onzen ZeerEerw. Heer Pastoor
uit te spreken. Ik heb 't nu maar gedaan zon
der de eenten. Als er hier of daair een lief
hebber is die de centen nog wil brengen, dan
behoeft liii of zi.i zich gerust niet te schamen.
Het doel is m.i. uitstekend.
Ik zou over het feest praten en nu heb ik'
over ons noodzakelijk vereen!gingsgebouw ge
sproken. 't Komt wel goed, wacht niaar oen
©ogenblikje.
Zondagavond waren er duizend en Dinsdagr
dagavond ru'.m twaalfhonderd mensoihen aan
wezig om de Zusters te huldigen.
In tegenstelling met het gros der kadertjes,
ben ik lachend geboren. Zelf herinner
ik mij dat wei niet 'meer, maar mijn.
móeder heeft 't mij altijd-verteld en welke moe
der spreekt ear onwaarheid tegen hare kinderen?
't Zal due wel zoo ziin. Ik zeg dit maar om
dat men wel ©ens zegt: ..Kijker j8 een v«i"
schrikkelijke spotter." Menschen, dat zit in
mijn bloed van af de eerste dagen dat ik op dit
tranendal kwam en ik kan dat niet verande
ren. 't Is bii mii „de natuur" en die gaat boven
de leer.
Wat heb ik Zdndagavond fijn gelachen toen
Assohepoeteter op die planken was. Ik zag zoo
hier en daar in de zaal een adspirant zondvloed
onder den vorm van tranen. Of de brave huis
moeder® ook medeleefden met het lot van het
arme kind. Ik moet ook woleens voor Aescho-
poet-ster spelen, maar voor mij is nog geen
prins gekomen, zoodat ik maar wil zeggen dat
't niet noodig is om Asschepoeteter ©enige
traantjes te laten, 't Is immers maar oomedie.
®w ga ik probeeren hoog ernstig te zijn.
Jfocht ik uit mijn rol vallen, dan verzeker ik
dat het nolens volens is en dat men toch moet
probeeren het ernstig op te vatten.
Ik ga hulde zwaaien!
Naihl wat zeg ie me daar nu van?' Kijker en
hulde 1 Als dat maar goed afloopt.
Ik ga ze allen op een rijtje noemen. Eerst
onzen Kapelaan Batte. Z.Eenw. heeft ettelijke
dagen besteed om den kinderen hunne rollen
voor de operette in te studeeren. Ziin werk is
overweldigend mooi gelukt. Als bewijs diene
dat op een vraag van den heer Blom, aan, het
twaalfhonderdtallig publiek, of Asschepöetster
schitterend was geweest en uit de zaal een
donderend „Ja" volgde.
Mijnheer Ratte ia geknipt om den kinderen
zulke dingen te loeren. Hij heeft een engelen
geduld en begrijpt de kmderenpsyche. Luister
eens Kapelaan, zoo komt u daar niet van af!
Ik ©preek den wensch uit dat wij tegea Kerst
mis nog eens het voorrecht zullen hebben u' als
leider van ome gezelschap" in de Oude Kerk
aan té treffen- Ik weet wel ©en doel! De pa-
roohianen die zioh Zondagavond1 zoo bewogen
gevoelden en die den gausch en avond zij van
Dinsdag trouwens ook de beeltenis van.
onzen vroogaven herder Pastoor Meeus voor
oogen gehad hebben, moeten er nu ook aan
denken dat Pastoor Meeus op den duur van
onze kerk een lustoord Gods zou gemaakt heb
ben.' Ik hob al gezegd geen centen te hebben,
maar ik wil toch ook gaarne wat bijdragen om
onzen tempel te verfraaien en als ik nog eens
het oogenblik zou mogen, beleven dat wii 'n wit
marmeren communiebank zouden krijgen.
Drommels nog. toe, dan sprong ik een huis
hoog.
Een goede verstaander enz.... nietwaar
Kapelaan?
En dan dat allerliefste vrouwenkoortje onder
leiding van Mejuffrouw Wille. Ik zeg er niets
meer van. En toch ben ik ala parochiaan fier
omdat zoo iets kon worden voortgebracht door
bewoners van ons Schoterkvvartier.
't la nog niet zoo slecht. De nienscken dié
er op scheiden, kennen ons niet en babbelen
voor den wind.
Ons zangerskoor is ook in goede handen, die
kunnen ook heel wat praesteeren. Als die men-
schen de handen in elkander zouden slaan, dan
was er heel wat voort te brengen. Een artiste
als Mejuffrouw Wille, die zoo geheel ponder
bombarie haar kinderkoor wist te drillen: een
artistiek voelend mensoh als Kapelaan Ratté
met zijne bekwame medehelpers, de dame©
Jongbloedt en Burgers: dan de heer de Jong
als leider van ons zangkoor. Voeg dat nu eens
te samen in één verband.'Ik beloof je dat-we
dan met Kertmis een feest kunnen hebben d'at
even schitterend zal zijn ais dat der Eerw. Zus
ters. Als „impressai'io'ö" van dat gezelschap zou
ik willen aanbevelen de hoeren Willenbor,g en
Blom. Zij hebben den gansohen arbeid van het
Zusterfeest met de buitengewone medehulp van
Kapelaan Ratté geleid. Ik mag wel even verder
vertellen. Ook de dames Wallenberg en Blom
vooral Mevr. Willenborg hebben de ^schaduw
zijde" van het feest ondervonden dloor het ver
richten van voorarbeid.
Zii kunnen hunne resp. echtgonooten bij
staan. Als dat zoo zou kunnen gebeuren, dan
waren wii in do gelegenheid elk jaar schitte
rende feesten te geven voor liefdadige of eliris-
teliike doeleinden. Ik geloof dat zulks in den
smaak der parochie zal vallen en zulke dingen
ziin toch duizend maai beter dan al dat bios"
eoopgescharrel. Dat is waar ook. Ik moest over
de Zus ter feest en praten.
Eniiu.ik maak het heel kort
Ze zijn overweldigend geweest. Duizenden
menschen hebben sympathie betuigd voor het
onderwijs der Zusters en de vruchten zullen
niet uitblijven. Bk voorzie een nog groot-ere
uitbreiding van het aantal leerlingen. Ik moet
of ik wil of niet tocth nog iets zeggen.
■Onze vriend Nieien of beter gezegd' de Koster
van het. dorpskerkje behóeft niet bang te zijn,
dat wii. ham vergeten al® we een ,,va»t gezel
schap" in elkander timmeren.
Hii ie en blijft de man in ons kwartier. Al
leen zou ik hem in zijne kwaliteit van koster
willen vragen om niet al het zilvergeld1 van
de oollecten alleen t© houden, maar er een ge
deelte voor ons van af te staan.
Zusters.i Over ,iaar doen ivd het uoy
eens over. Of moeten wii eerder dn het vuur ais
©r bijvoor-beeld over eenige aren op oen ander
pput in onze gemeent© .nteuwe scholen bijge
bouwd ziin f KIJKER.
onbetrouwbaarheid weer betreden «uilen
Worden, alsof er niets gebeurd is.
Zoude dan het beklagenswaardigste slacht
offer van den oorlog niets hebben geleerd
Wij zijn overtuigd, dat het Belgische volk
niet in zijn geheel achter de brutale eischen
van een roofzuchtige groep belanghebbenden
zich scharen kan.
Wat deze geheimzinnige diplomatie in
Parijs aan het wroeten is, dat kan niet wezen
het verlangen van het Belgische volk.
En daarom verwachten wij, dat indien ook
al de Nederlandsche Regeering geen ophelde
ring ontvangt, dan toch' het Belgische volk
van zijn eigen Regeering zal eischen ophelde
ring en voorli(£ting.
Velen wij weten het zijn er in België,
die zich met hand en tand tegen elke roof-
zuchtige politiek zullen verzetten.
Zij hebben er recht op te weten, waarheen
hun eigen Regeering bezig is hen te voeren.
üaat de ontwikkeling van de verhouding
tusschen België en Nederland in denzelfden
ongunstigen zin voort, dan zouden ernstige
gebeurtenissen onvermijdelijk worden."
Er is geen sprake van, dat Nederland een
deel van zijn grondgebied, waar Nederlandsche
bevolking woont, welke zich algemeen met
kracht tegen losscheuring verzet, zou laten
rooven.
^e' de Nederlandsche bevolking in vrede
leven en de nabuurschap op redelijke grond
slagen opnieuw regelen, evenwel van territoriale
eischen moet absoluut worden afgezien.
Met de bedreigde bevolkingen van Limburg
m^i teü^SCia flderen gevoelt het geheele
Nederlandsche volk zich één.
Er is in Limburg Zeeuwsch-Vlaanderen
maar een roep. Met dien roep vereenigt zich
het geheele ovei »e. volk van Nederland: Elke
dld!^ W8re 0lUecbt en ^an n'e* worden
NEDERLAND EN BELG IE.
De „Maasb." laat zich over het antwoord
der Belgische Regeering als volgt uit:
„Op klaarheid in de verhoudingen is de
Belgische rc^eering niet gesteld.
Daarentegen verwijst' zij de Nederlandsche
Regeering naar de conferentie te Parijs. Als
Nederland daar wordt toegelaten, dan zal
het de Belgische eischen vanzelf wel verne
men.
Dit antwoord is volkomen ontwijkend en
het toont, dat België niet zuiver in de schoe
nen staat.
Wanneer niet zeer ernstige eischen waren
gesteld, indien alleen een onschuldige her
ziening van het tractaat van 1839 in het
spel was, dan zou de Belgische Regeering
zich niet zoo verschuilen.
Misschien heeft de Belgische geheimzin-
nigheid nog iets anders ten doel dan alleen
Neclei land te misleiden. Misschien schaamt
de Belgische rege, ring zich reeds haar bru
tale eischen ten aanschouwe van de geheele
wereld te toonen.
Wat nog meer waarschijnlijk is, zij zal
haar eigen volk de betreurenswaardige diplo
matiek/ waarin zij zich heeft begeven, niet
willen bekennen.
Hoe kan een volk, dat zelf het slachtoffer
is geweest,, van de macchiavellistische diplo
matie van het Europa vóór 1914, dulden dat
de oude paden van geheimzinnigheid en
De „Nieuwe Courant" vindt het in zekeren
zin troostujk, dat België Nederland den aard
harei wenschen niet wil openbaren, voordat zij
weet, dat haar verlangens worden gesteund door
de Vl^ëeass0c,éerde mogendheden.
móiLv,;1'6 regeering," zoo schrijft het
vac*H het blijkbaar niet onme-
fLrno te Pai'ijs échec lijdt, en wil zich
Wam,! egen een eventueele blamage.
- r raen iu Nederland maar niet weet
-e' blijkbaar1hebben> dan' 200 redeneert
schipbreukdijden 2°° "g wanneer wi'
/°?r publiciteit bewijst evenwel
vraagt 'niet Ja geeu de Bel&ischc regeering
Fr ;'o ^ar onschuldigs is,
od gelegd d/f r]andsche zijde de nadruk
o? %oede Sa/Vl} 2eer grooten p js sféllen
Huidriiit LI met België. Dat bewijst
d P.oef; dat wij tot redelijke conces
sies desnoodig bereid waren.
tnppf1 ÏÏn: er iymans dien weg niet op w+b"
wc „ei vernioeden wel rijzen, dat hij dus
iets vu, waarvan hij van te voren weet, dat
//L,?.iet gnetlschiks kunnen toelaten. Of
twijfelt iiij zelf zoozeer aan de zedelijke kracht
zijner argumenten, dat hij vreest dat wij, ze
kennende, ze gerecdelijk zouden ontzenuwen
Dat men hier met opzettelijke laatdunkend
heid te doen zouden hebben, dat kunnen wij
nog steeds niet aannemen."
Het „Vaderland" noemt de houding der Bel
gische regeering oaheasdj en acht de houding
onzer regeering zeer juist, waar zij de verant
woordelijkheid. voor het ontstaan van een min
der goede verstandhouding tusschen beide lan
den afwijst.
Het blad vervolgt dan:
Met onze regeering betreurt zeker ons hee-
Ie volk den loop, dien deze aangelegenheid
dreigt te nemen. Want het ziet in, niet alleen,
dac een goede verstandhouding in het belaite
van beide landen is, maar het moet zich ge
griefd voelen, dat de Belgische regeering al-
dus verwijdering helpt brengen tusschen ons
en het Belgischevolkwelks, zaak gedurende
den oorlog hier te lande zoo diep gevoelde en
hartelijk geuite sympathie heeft gevonden
Maar men zal hier te lande het hoofd koel
weten te houden en er zich wel voor wachten
het heele Belgische volk voor de houding van
zijn regeering verantwoordelijk te stellen,
hoezeer een aanmerkelijk uee! van de Fransen
Belgische pers de laatste maanden tegen ons
land is te keer gegaan. Wij zullen vooral
niet vergeten, dat er uit Vlaamsclie kringen
eer andere gezindheid ten onzen opzichte is
gebleken dan uit de houding van de Belgi
sche regeering valt op te maken
Voor het overige meenea wij, 'dat men hier
te lande verstandig zal doen, die houdin»
niet te tragisch op te vatten. Het zal wei 1 os
loopen.
ten Bepalingen stfjn opgenomen, Ikraehten»
welke een Loonr&ad bestuurders van den
spoorwegdienst omtrent aangelegenheden, de
loonregeling betreffende, van advies dient
Deze ioonraad zal zijn samengesteld nit ten
hoogst© 11 leden, waarvan door bestuurden!
van den spoorwegdienst vijf, uit de beambten
en bedienden, zoo mogelijk door tusscben-
komst van besturen van vereenigimgen, even
zoo vijf leden zijn aangewezen en een lid, te
vens voorzitter, door den Minister wordt be
noemd.
0
Nederland en F r a n k r ij k. De
lieer Lovink, liid "van de bijzondere missie,
die voor kort naar "Frankrijk vetrokken is,
in verband met de reconstructie van het veï-
woeste gebied, is hier te lande teruggekeerd.
De andere leden der missie volgen vandaag
of morgen.
Omtrent het resultaat van den arbeid der
commissie verneemt 't „Hbld.", dat er met de
Fransohe regeering een regeling getroffen is,
betreffende den export van* vee voor de vei-
woeste streken, die daaraan groote behoefte
hebben. Deze veeuitvoer heeft niets.temaken
met den export van vee naar Frankrijk, die
misschien wel zal plaats hebben in verband
met den export maar Duitseliland.
Goederenvervoer naarDuitsch-
1 a n 4 Zendingen viseh. haring en mosselen,
bestemd voor het door de entente bezette ge
bied in Duitseliland. behoeven niet voorzien te
zijn van een bijzondere machtiging tot invoer
van de Commission ou Bous-commission éeouo-
mique intexalliée Luxembourg.
A o tie van transpor tarbeide r.s
De Centrale Bond van Transportarbai ö-rs
heeft, im verband met pogingen tot verbete
ring van, loon en arbeidsvoorwaarden voor do
arbeiders in 'bet beurtvrachtva-artbedrij faan
den Minister van L„ N. en H. een telegram
vérzonden, waarin er op gewezen wordt, da-t
de dringende verbetering in de Loon- en
arbeidsvoorwaarden voor arbeiders in de
beurt-vrachtvaart belet wordt door de hoog
staande kolenprijzen, aan dit bedrijf opgelegd
Voorts wordt een spoedig# audiëntie versHx-ht
ter bespreking van de belangen der arbeiders,
diie een beslissing in den loop dezer w<-<ver
langen.
Men. seint uit Welte-
Loonraad r 00r /Po o r w e g p e r-
s o n e e 1. Naai' de „Tel." meldt, luidt de
ontwerp-tekst van het Kbainlfjfe besluit in
zake den Ioonraad voo de spoorwegmaat-
seliappijeu als volgl'-
„In het reglement "lenstvoorwaarden moe-
Duitsche onderzeeboot uitge-
1 e v e r d. De Dnitsc-he onderzeeboot U. B. 6,
die ge-ruimen tijd hier te lande geïnterneerd
lag en a'oor Duitschland nog aan Engeland
moest word-en uitgeleverd, heeft Nieuwediep
verlaten, om door twee eleepbooten naaf Har
wich te worden gesleept.
CRISISAANGELEGENHEDEN.
Aanvoer van ruwe tabak. Ver
wacht mag worden, dat Linnen afzienbaren
tijd weder aanvoer van ruwe tabak van over
zee plaats zal hebben.
Naar het Haagsch Correspondentie-Bureau
verneeniL zal de tabak dan buiten de bemoei
ingen van het Rijksbureau voor Tabak blij
ven, aangezien !het niet in de bedoeling van
den Minster van L., N. H. ligt, nog nieuwe
werkzaamheden aan genoemd Rijksbureau op
te dragen.
B. J. S w ft r t
vredén
Met ingang van 2 Maart a.s. is den hoe-r B.
J. S wart eervol ontslag ver Ie id als lid van
d'en Raad- van Indië.
De influenza in Ne d.-I n di Naa-r
aanleiding van de door den heer Van Rave-
sfeyn aan den Minister van Koloniën ge
stelde vragen, betreffende de sterfte aan in
fluenza in Nederlandsch-Indië, waarbij van
de meening waard uitgegaan als zou de Indi
sche i'egeering onvoldoende medische maat
regelen hebben getroffen en onvoldoende
sanitaire hulp hebben verleend aan de inland
sche bevolking tijdens de epidemie, heeft de
president van den Boud van Ned .-Indische
G«iiec.-.kuiidigen, de heer Deggeller, namens
net bestuur een -telegram aan de Nederland-
sche regeering gericht, waarin deese meen-injg
wordt weersproken en waarin er op gewezen
wordt, dat over alle deelen van de wereld de
Spaansdie griep door Itlaar bijzonder karakter
talloozc slachtoffers heeft geëischt, zoowel
onder rijk als arm en dat dit in algemeeneu
zin niet op rekening kan worden gesteld van
onvoldoende medische verzorging. De Bond
verwerpt dan ook de geopperde meening, als
zou dit in Nederlandseh-Indië wel het geval
zijn geweest, als ongegrond.
D r ami b e.s t r ij d i a g in d e veen-
streken. Op verzoek van den Minister
van Arbeid heeft zich, met' het oog op het
toenemend drankmisbruik in de Veenstreken
een gemengde commissie gevormd, bestaande
uit leden van drankbestrijdersvereenigingen.
Deze commissie is als volgt samengesteld:
1. „Sobriëtas", federatie vanK.-K. Diocesane
bonden tot Bevordering der Christelijke ma
tigheid en bestrijding van het alcoholisme,
mej. Chr. Reinhart, Groningen. Westersingel
27; S. W. de Jong, penningmeester, te Lem
mer.
2. Nat. Christen Geheel-Onthonders-Ver.,
Prof. Dr. J. F. Slotemaker de Bruine voorz.,
Utrecht, Dondersstraat; Mr. H. de Bie, Rot
terdam. Prinses Julianalaan 64II.
3. Ned. Vereen, tot Afschaffing van Alco
holhoudende dranken, P. van der Meniën, on-
<lei*-voor?.-itter, Leeuwarden, Paul Krugerstr.
5: J. G. Jansonius, Leeuwarderadeel.
4. Alg. Nederl. Gc-heel-On-thoudersbond, H.
E. Kaspers, Midlaren (Drenthe).
5. Volksbond tégen Drankmisbruik, Y.
Zijlstra, secretaris, Assen, Gymnasiumstraat
11; H. Meesenbroek, Wildervank.
De omkooping bij d e H. B. S.-e x a-
m e n s. Het gerechtshof te 's Hage deed
heden uitspraak in de zaken betreffende om.
k-ooping met betrekking tot opgaven vooi
examens H. B. S.
Een leiteizetter bij de Landsdrukkerij, A
F. v. d. H., had door een gift van 50 een
apderen knecht bewogen hem de examenop
gaven voor het examen II.'B. S. 1913 te v t-
sehaffen. Hij was veroordeeld tot 6 maanden
gevangenisstraf.
De student P. C. F., die 50 had gegeven
voor de examenopgaven, was door. de roc-A-
bank te 's-Gravenhage voorwaardelijk vei-
oordeeld. tot 2 maanden gevangenisstraf.
Het Hof bevestigde in deze zaken de von
nissen der rechtbank.
Ed. Verkade. Naar aanleiding van een
.bericht in de „Tel.", waarin „uit betrouw
bare bron'' wordt verzekerd, dat de heer Ed.
Verkade met het einde van dit speelseizoen
zal aftreden als directeur van „Het Ncderï.
Tooneél", kan het „N. v. d. D." uit de besta
bron mededeelcn, dat di-t bericht ten eenen-
male onjuist i© en eiken grond mist. De hoer
Verkade denkt er niet aan de Koninklijk©
Vereeni-ging te verlaten, met welke hij trou
wens door een contract voor verscheiden©
jaren verbonden is.
Opgeheven. De depots der hereden o i -
tillerie worden op 1 Maart opgeheven.
Uitvoer van haring, De „Visset
rij-Courantmeldt, dat de Degeerinè den uit-
voer van Hollandsehe haring heeft toege
staan. Van den hier te lande aanwezigen
\ooiraad mag 80 pCt. naar het buitenland
worden uitgevoferd.
N a t. R.-K. Bond van Aardappe
len-, groenten- en fruithande
laars. De stichtmgst%r.gaderin,g van ho-
vengenoemden Nat, Hanze-Vakbond is thans
definitief gesteld op Maandag 3 Maart a.s. 4©
1.'s middags in de groote zaal van „Park-
weht Hobbewastinat 1, te Amsterdam Bii
deze gelegenheid zullen* wellicht afzonden-
Bonden voor de grossiers en voor do
detaillisten worden gesticht. R.-K. handela
ren van heide categorieën worden dus op deze
vergadering niitgenoodigd, wélke gehouden
wordt onder leiding van het hoofdbestuur
\an den Ned. R.-K. Middenstandsbond, prof.
im\ J. A. Veraart zal mede op deze bijeen
komst aanwezig zijn.
Tabak in Maaa® en Waal. De
Maas- en VVaalsehe tabak blijkt dit jaar van
uitstekende kwaliteit te ziin. Ongeveer 90 pCt,
van den oogst wordt tegen, de hoogste waarde
getaxeerd.
V o o j
r 15.000 sigaren opgelicht.
De sigarenhandelaar J. B., uit de Slachthuis
straat* te Rotterdam, is door G. v-, H., H. S. ea
F. AS, opgelicht voor 15.000 sigaren, merk
Napoleon. B. had zijn sigaren in een pakhuis
aan het Haagseheveer deen bezorgen en zou
in een café in do buurt het geld ontvangen.
De betaler verscheen 'evenwel niet. Toen hii in
het pakhuis terugkwam, waren die sigaren weg
gehaald. De oplichters zijn gearresteerd.
Gestoorcfe inbraak. In den
van Vrijdag op Zaïerdag, werd een villabewoner
aan den Amsteldijk, te Nieuwer-Amstel wak
ker geschrikt dor hot kraken van oen deur. On
raad vermoedende begaf de heer des huizes
zich, gewapend met een geladen revolver, bui
ten ziin slaapvertrek en bemerkte, dat in de
salon, beneden, licht, brandde, terwijl én vesii-
buledeur ?n buitendeur geopend waren.
Voorzichtig daaldo de bewonor de trap af,
nacht'
53
ROALte-, til üEx' JfOOLaCH.
ste deel het werk der vrouwen, zeicle Mucia,
zich in het gesprek mengend. Niet de va
ders, doch de moeders voeden immers de
kinderen op.
Dat wil zeggen, merkte Publius op, dat
de kinderen heden ten dage slecht deur de
moeders worden opgevoed.
Zij wórden in het geheel niet opge
voed. De moeders laten hunne kinderen eerst
over aan de hoede der slavinnen en later, als
de tijd voor .onderwijs gekomen i.s, vertrou
wen zij ze toe aan Grieksche slaven, rhetoren
eft filosofen.
Publius luisterde aandachtig naar deze
woorden. Het scheen Tulia'toe, dat hij tus
schen haar en Alm..a een vergelijking maak
te, die in het voordeel der laatste uitviel.
Gloeiende haat Vervulde haar ziet en zij
dacht: „Marcus hoeft gelijk; Alucia moet uit
den weg geruimd worden."
Het gesprek stokte weder. De beid© be
roemde krijgers, die, trots hun jonge jaren,
reeds tot nome's geschiedenis behoorden,
waren niet gewoon met vrouwen om te -gaan 1
Üp liare weinige vragen kreeg Tuilia ant
woordden in korte zinnen, somszelfs door
enkel: Ja of neen.
Hoe geheel anders kon zij met den vroo-
lijken preator spreken 1 En toch moest Tul-,
li» wegens haar talrijke lastige schuid-
keerde. jeischers zioh in Publius' gunst trachten te
£{ulk een tjjd is ateedjs voor het moot-1dringen en liegen en bedriegen om .wille
niSTattanrwoSfn/01,1'^ TuUia
Publius voelde echter argwaan- hii zae-
Tullia zoo vast in de o-ogen, dat zij gevoel
de dat hij haar doorgrondde.
Snel wendde zij zich daarom tot Servius
De Pre,at0J Marius Pomponius heeft
mij verzekerd, dat hij uwe aangelegenheid
met ijver behandelt, ik verheug mii zeer
daarover; alle vrouwenharten brengen u hun
ne deelnemnig en hulde. Zulk eeu trouwe
liefde wordt door ons hoog geschat, ja zij
wekt zelfs 'geestdrift.
Trouwe liefde schijnt dus hier geen
gewoonte te zijn, antwoordde Serving; bij
-ons is trouw ieis dat van zelf spreekt.
Ja, ja, zuchtte Tullia. Ook bij ons werd
eertijds trouwe liefde bij de mannen gevon
den en het zou good; zijn als deze door dich
ters en filosofen bespotte tijd wed;cr terug-1
van het geld. AL /eze vervelende Publius
geen Quinctiiiër was dan zou zij in 't
geheel niet meer naar hem omzien.
Het sterk toenemend verkeer op dien weg,
waardoor de draagstoel van Tuliia menige
stoornis moest ondervonden, was oen wel
kom voorwendsel om het gesprek af te
breken.
Toen zij de Appische poort naderden,
drong hun en InH 8eschreeuw in de ooreri
en in het fakkellicht ontdekten zij een troep
menschen, die m©t de poortwachters voch
ten om todga-ig tot "e Stad, te vorkrijgen.
Laat ons binnen, riep een in lompen
gehulde kerel. ^aar. den goddelijken im
perator willen wel Met hem willen we he
den nog spreken ©n niet met u onderhan
delen. /,,-■,
- Naar den godo olijk on Imperator liei'-
haaldc d,e "massa, iWeg met de poortwach
ters-1 ,r
ssjiet, de goddelijke Imperator, maar de
stadsprefect za-1 u ontvangen en achter slot
en grendel brengen, antuvoordde de wacht
hebbende centun'o, een oude Germaansche
houwdegen. Zulke landioopers worden op het
Palatijn niet toegelatenl
Sedert wanneer is het een Romein-
gehen burger niet veroorloofd, do stad te
betreden? riep de aanvoerder van den troep.
Gij zult ons geen nieuwe wotten. voorschrij
ven, Germaansche hond. Uit den wogl
Hij stortIV zich op den centurio; maar
-de oud© soldaat greep den aanvaller bij den
nek en slingerde hem-van zich af languit
op den grond.
Wacht do komst van den stadsprefect
af, gespuis, knorde de commandant der
wacht en stelde de geheele wacht dwars
voor de poort op.
Do wachtende massa drong op de solda
ten aan, doch werd teruggeworpen. Ver-
scheidenen kregen gevoelige klappen met
het plat van de sabel. Een vloed, van ve%
wenschingen werd den soldaten naar bet
hoofd geworpen.
- Jupiter's bliksem treffe ui De aarde
werpe h na den d,ood uit als een verrader I
Charon weigere u de overvaart!
Het aantal voertuigen, dat telkens aan
groeide, vergrootte de verwarring, do voer
lieden vórderden ruimte op dé straat en
toegang door do poort.
Jntusschen hadden Publius en Servius den
draagstoel van Tullia hólt d,ocn maken en
drongen zij d(oór het gewoel tot v<fcr den
centurio. De soldaten der wacht presenteer
den de wapenen.
.Wat willen deze lieden?
Heil en e&r aan u, hoogberoemde tri
buun, antwoordde de commandant der
wacht. Deze lieden •wild,en heden nog don
goddplijken Imperator lastig vallen om bro%d.
Zij beweren, dat de droogte hun velden heeft
verzengd en dat hunne vrouwen in het ge
bergte honger lijden. Zonder toestemming
van den stadsprefect mag ik hén niet in dl
stad laten.
De troep omringde nu don tribuun en zijn
begeleide^ alien schreeuwden door elkan
der en dyongen op naar de poort.
Treedt uif"elkander, riep Publius zoo
luid. Jal het boven het rumoer uitklonk.
„Waar komt gij vandaan? Wat wilt _gij
Een uwer spreke alleen.
De menigte week schuw terug zoodat rond:
den tribuun een open ruimte ontstond.
Een uwer spreke, herhaalde Publius.
Egn man in een versleten toga tracl nadel
en schilderde do ellende van de bewoners
in het gobergte.
Toen hij do woorden sprak: „Nog lieden
willen wij naar den goddelijken Imperator,
want onderweg'hebben wij niets gegeten"
toen onderbrak hem d,e menigte en
riep: „Naar en goddelijken Imperator!"
Publius hief zijn rechterhand in de hoogte
en dadelijk trad stilte in.
Do eerste spreker zette daarop den stand
van zaken uiteen ,en zeide vervolgens:
(Wordt vervolgd.)