Le^nsmiddeienvourzienrng.
SCHOL
iiaesehdistribatie Haarlem.
Katholiek Comité i falie
BINNENLAND
AARDAPPELEN.
Ontheffing verbod Bakkers-
nachtarbeid
Gemeentelijke Centrale keuken
Heemstede.
Worden gevraagd morgenochtend,
Vrijdag, tien uur en morgenmiddag,
twee uur in „SINT BAVO"
nette R« K. Meisjes
boven 15 Jaar en
eenëge fó. £C. O am es
vouwweipk.
Komt alten, 't is voor de goede zaak,
DQNDERDAQ 1? &FKIL 1919
42*te JAAR&Afi G 609
De Directeur van het Gemeentelijk Levens-
middelenbedrijf te HAARLEM brengt ter
kennis, dat verkrijgbaar wordt gesteld:
in verband met de Paaschdagen met ingang
van Vrijdag 18 April 1919
op BON C. No. 88:
3 K G. Zesuwsche Kieiaardappelen,
tegen 8'/2 cent Per K.G.;
dat voor deze verstrekking voor de feestdagen
uitsluitend uitgezochte blanke kieiaardappelen
zullen worden afgeleverd. Bon C. No. 88 is
geldig tot en met Woensdag 23 April 1919.
op Vrijdag 18 April 1919 van 9 uur v.m.
tot 1 uur n.m. per persoon 9243
@£si pond ZetsctsoS
a 20 cent per pond of
een pond
h 18 cent per pond,
op vertoon van
VISCHKAART NO. OOI—1300
in de Gemeentelijke Vischhal;
op vertoon van
VISCHKAART NO. 1301-1900
in het Pand, ingang Koningstraat.
De Directeur voornoemd,
F. DE JONGE.
Verkrijgbaar vanaj Woensdag 16 April bij
alle slagers, 9242
Gevroren Rundvleesch,
Maximumprijs:
Lappen
Gehakt
Poulet
Roastbeaf
Rib
Beafsteak
f 1.30 per pond
f 1.50
f 1.70
BURGEMEESTER- en WETHOUDERS
van HAARLEM;
overwegende, dat ontheffing van het ver
bod tot het verrichten van bakkersnacht-
arbeid in verband met de bereiding
brood voor de a.s. Paaschdagen wensche-
lij'lc is;
Gelet op art. 7 der verordening tot af
schaffing van den bakkersnachtarbeid;
Besluiten:
Ten aanzien van alle broodbakkerijen in
do gemeente, voor zoover betreft het ver
richten van bakkersarbeid IN DEN NACHT
VAN VIUJIXAG 18 OP. ZATERDAG 19
APRIL 1919 ontheffing- to verleenem van
het verbod bepaald bij art. 2 eerste alinea
der aangehaalde verordening.
Burgemeester en Weth,
JOH. de breuk,
De Secretaris,
fVVATEMA.
voornoemd-
L.R
9259
Het Menu bestaat voor Dinsdag en volgende
dagen uit:
BRUINE BOONENSOEP - SNIJBOONEN -
ERWTENSOEP - ZUURKOOL - RIJSTEBRIJ
De Directeur der Gem. Centrale Keuken
fe Heemstede.
9207 j. A. GELDORP,
Uit den Gemeenteraad.
Wanneer de schrijver van deze en naar
hij hoopt nog vele volgende nabetrachtingen
van den Haarlemse!)«n Gemeenteraad, bij
zijn intrede in een nieuw milieu uitteraard
de clementie van zijn lezeressen en lezers
inroept, dan moet hij dit al dadelijk ditmaal
in het bijzonder, doen voor een opmerking,
welke ietwat onbescheiden mocht lijken.
Waartoe dient eigenlijk een Gemeenteraad,
vroegen wij ons af, toen wij ha een stichte
lijke zitting van circa acht uren gisteravond
het Prinsenhof verlieten?
Een ijverig discipel in de wetenschap der
staatsinrichting zou wellicht geneigd zijn te
antwoorden: een Gemeenteraad dient ter be
hartiging der belangen dpr burgerij. Maar
wij, afgaande slechts op de practijk van
vele jaren luistere» naar de beraadslagingen
van de vroede vaderen van verschillende
Nederlandsche gemeenten, waren, gesterkt
door de nieuwe ervaring bij Ü,e kennismaking
met den Haarlemschen Raad, gis terenmiddag
opgedaan, geneigd, de vraag aldus to be
antwoorden: een gemeenteraad is §en instel
ling tet behartiging des gemeen en belongs,
doch van partybelang in het bijzonder, ge
rende Vaak gelegenheid tot het sjoelen van
politieke comedie.
Gij zult vragen bewijs te leveren van deze
stoute stelling. Leest dan deze regelen tot
het einde en wij maken ons sterk; u, te heb
ben overtuigd.
Twee punten, vormende de hoofdschotel
van den disch, ons gisteren in de Statenzaal
aangericht, willen wij voornamelijk bespre
ken en daarbij voorop zetten, dat onze bo
venstaande bemerking voornamelijk slaat op
het tweedo deel.
De Raad behandelde allereerst het voor
stel van B. en ,W. tot invoering van een ver
ordening op de heffing eener straatbelasting.
In beginsel behoefde daarover niet meer
te worden gepraat, al liet de voorzitter toe,
dat in den rooden hoek nog eens uitvoerig
over de onwenschelij kheid; het wezen en
karakter eener straatbelasting; werd gedis
cussieerd. Feitelijk was alleen aan de orde
de brief van Minister de Vries, uitgelokt
door een motie-Nagtzaam in een vorige ver
gadering. Toen immers wist deze bedacht
zame heer op een oogenblik, dat de Raad
strijdensmoode was, do behandeling te ver
dagen met een verzoek, om het antwerp-
straatbelasting maar liever in te trekken en
de daaruit verwachte f 135.000 te vinden
in verhooging van de inkomstenbelasting'.
Werd deze motie aangenomen, dan bestond
er kaas, dat de voorstemmers do gemeente
Haarlem een flinken strop bezorgden. Im
mers ook Haarlem hoopt zijn deel te krijgen
in do buit va» de O. ,W. belasting, maar
daar- is geen denken aan, wanneer de ge
meente zelf niet eerst aiie belastingbronnen
hoeft uitgeput, welke de gemeentewet haar
toestaat ,&au to boren. Dies diende gevraagd,
of het invoeren van een straatbelasting gold
als conditio sine qua non voor deelgerech-
tigheid in de opbrengst der oorlogswinst-
belasting, i
En dat deden B. en W. in een schrijven
aam Minister de Vries, waarop zij welwillend
antwoord ontvingen. Tot goed begrip moeten
wij uit dit antwoord nog eens cite-eren, dat
de Minister als zijn opvatting kenbaar maak
te, dat do gemeenten alle br o nne.n zullen
dienen aan te spreken, die de gemeentewet
aangeeft, om in de stijgende uitgaven te
voorzien, alvorens voor een uitkeering uit
de opbrengst in de O. W.-belasting in aan
merking to komen. De gemeente aldus de
Minister dient zelf uit to maken of het!
heffen van straatbelasting praetisch uitvoer
baar is.
Mocht dit niet het geval zijn, zoo wenscht
de minister in kennis te worden gesteld; met
de motieven, welke geleid hebben tot het
niet heffen eener zoodanige belasting.
Nu zou men zeggen, dat de tegenstanders
.van de straatbelasting niets ander.s te
doen hadden da» aa» te toonen, dat het hef
fen van een straatbelasting voor Haarlem
praetisch niet uitvoerbaar was. Immers deze
dingen stonden vast: er moet eon bedrag
van f 135.000 uit gewone middelen worden
gevonden om de begrooting sluitend; te ma
ken. Dit moet op zoodanige manier gebeu
ren, dat een eventueele uitkeering uit de
O. W.-belasting hierdoor niet in gevaar komt.
Ook do heer Nagtzaam kwam dit laatste
nog eens naar voren brengen.
Welnu, straatbelasting is een bron van
inkomsten, welke de gemeente Haarlem nog
niet heeft aangeboord en die tot de normale
phéffingein behoort, in de Gemeentewet be
doeld. Ergo: was alleen aan de orde de
vraag: kan in Haarlem een straatbelasting
worden geheven.
Geen speld tusschen te krijgen, zult ge
zeggen? Jawel, maar dan kent ge zekere
colleges niet, die maling hebben aan alle
logica en met de breedsprakigheid van de
bezoeksters van een wekelijksch theekrans
je over alles kunnen praten behalte over
de zaak, waarom het gaat.
Men vercoriove ons intusschen dat wij
voor al de betoogen, die niet tot den kern
der zaak behoorden, verwijzen naar hetgeen
onze raadsverslaggever waardig heeft
keurd te vereeuwigen.
Wij bepalên ons tot het hart der kwestie
en zien dan o.a. do heer Poppe als allot
van een lang betoog, dat drie kwart om de
eigenlijke zaak heendraaide, deze redenee
ring opzetten: wij kunnen geen straatbelas
ting gebruiken, omdat wij den laatste» tijd
al reeds een half dozijn nieuwe belastingen
hebben ingevoerd en een ander aantal heb
ben verhoogd en bovendien omdat de straat
belasting op de huurders zou worden ver
haald en dus onbillijk zou werken. Men ziet
aanstonds, dat dit -geen argumenten zijn om
de onnit.voer.b.aa.r,k1e.i,d van een straat
belasting aan te toonen. Maar Üe heer Poppe
had nog, iets: van den facef va» een raadslid
die de vriend; is van een Kamerlid, welks
naam niet genoemd mocht worden, had: de
heer Poppe vernomen, dat gezegd Kamerlid
Minister do Aries had hooren zeggen, dat
het zoo'n vaart niet zou- loopen, wanneer een
Gemeenteraad geen straatbeLasting invoerde.
En .verder putte zijn vindingrijkheid; zich
uit om aan te toonen, dat de missive van
Minister de Mries yoor allerlei uitleg vat
baar .was.
Mr. Heerkens Thijsse-n trok' zich' van het
verzet niet veel na». Terecht wees hij' al de
franje, opnieuw, aan het ontwerp, gehangen,
van do hand en bepaalde zich hoofdzakelijk
tot den brief van. Minister de Vries, waarvan
hij zeide: die ia zoo helder, als glas ent ik'
bewonder de virtuositeit der heeren Poppe
en Nagtzaam om tiaar, iets onduidelijks
te lezen.
En dan de derde-hands-zegsman van den
heer P.oppe? Wel, mr. Thijssen had' daar
iets tegenover. Hij kent zijn Haarlemsche
Pappenheimers en was voor alle zekerheid
even bij Minsiter de Vries in den Haag
aangewipt, die hom ten overvloede van over
duidelijkheid; nog eens gezegd had, dat de
straatbelasting tofc de bronnen van gemeen
telijke inkomsten behoorde, wil men voor een
deel der .O. W.-belasting in aanmerking ko
men. En wat dan die onuitvoerbaarheid be^
treft? Natuurlijk voor plattelandsgemeenten
waar de eeno boer tien minuten van den
ander afwoont. iWaar geen straat is, hef je'
geen straatbelasting. Maar zeg nu eens, dat
cr in Haarlem geen straten zijnl In Rotter
dam, Arnhem, Apeldoorn enz. enz. had men
dan ook zonder eenig noemenswaardig ver
zet do straatbelasting ingevoerd. Maar in
Haarlem alleen schijnt men het beter te
weten.
Ziedaar ongeveer de hoofdzaak van 'de
debatten. Het gaat er dus niet om, of men
iets voelt vo-or straatbelasting; al is men
do grootste tegenstander, men moest er wel
voorstemmen, wilde men zijn aandeel in de
O. W.-belasting niet zeker verspelen. Zoo
althans zagen wij de zaak in. En ook de
meerderheid van den Raad, al was liet dan
ook een kleina meerderheid, die de aanne
ming van het ontwerp verzekerde.
Voor aüo verdere details moeten wij ver
wijzen naar liet verslag. Een uitzondering zij
gemftakt voor do bemerking, dat B. en W.
allo amendementen afwezen en do Raad ze
verwierp, die voor bepaalde categorieën ver
zachtingen beoogden, B. en W;. hadden zelf
daartoe de deur op een kier gezet, door in
deze uiterst zakelijke belasting een persoon
lijk element te voegen, n.m. een soort pro
gressie voor hooger en lagfere huurwaarde.
En dit is nu eenmaal volgens den Duit-
schen dichter het gevolg van iedere booze
daad, dat zij steeds nieuwe zonden na zich
sleept. Waar B. en Wj.. op ëén punt voor
gingen, was hét wonder dat de Raad op vele
andere volgden, al was het dan niét met
succes? i
Het tweede bedrijf van de zitting van gisteren
middag hebben wij met min of meer stijgende
verbazing bijgewoond.
Aan de orde was de behandeling van B. en
W. tot regeling van de salarissen der ambtena
ren en beambten der gemeente.
Nu is het vaststellen van loonregelingen en
dienstvoorwaarden van personeel in openbare
bedrijven steeds een voorwerp van klein-politiek
getwist geweest. Hoe langer hoe meer rees on
der ernstige mannen de vraag: hoe komen wij
er af, dat het salarisvraagstuk van b.v. gemeen-
tepersoneel publiek behandeld wordt, zóó dat
iedere genieentedienaar, tevens kiezer voor den
Raad, precies weet, welk lid hem het meeste wil
toekennen. Hoe ontkomen wij aan het onge-
wenschte element m deze wijze van behande
ling?
Daar kwam nog 'ets mj. Met ontwerpen van
loonschalen en dienstregelingen is over 't alge
meen een technisch zeer ingewikkelde zaak. Her
haaldelijk bleek, dat een - laten wij zeggen
ijverig raadslid in;_een betreffend voorstel van
B'. en W. een wijziging trachtte te brengen,
welke achteraf onmogelijk bleek, omdat daar
door een geheel systeem in de war zou worden
gestuurd.
Het bleek nog onlangs in de Tweede Kamer
bij de behandeling van de dienstvoorwaarden
van het spoorwegpersoneel, dat dit hooge col
lege niet bij machte was over het onderwerp
met vrucht te debatte-ren, wat een ernstig en
bevoegd man uit de katholieke arbeiderswereld,
den heer Henri Hermans de bekentenis ontlokte:
de Tweede Kamer is wel het minst geschikte
lichaam om over loonregelingen en dienstvoor
waarden van personeel té debatteeren. En daar
om kome er zoo spoedig mogelijk een loonraad.
Zoo staan wij er m Haarlem ook voor. Een
vroeger wel eens gegeven advies, om alle regelin
gen omtrent loon- en arbeidsvoorwaarden van
gemeentepersoneel aan B. en W. over te laten
of om zulke zaken in besloten vergaderingen te
behandelen, was wel goed bedoeld, maar kon
toch nooit, als stujdig met (jen geest van
dezen tijd, in aanmerking komen, totdat men
er op vond in te stellen commissies van georga
niseerd overleg, wat zeggen wil, dat de organi
saties van ambtenaren, beambten en werklieden,
hun vertrouwensmannen aanwijzen, die met B.
en W. de dienstvoorwaarden bespreken en wijzi
gingen opstellen.
Nu zou men zeggen, dat een verstandige ge
meenteraad, wanneer er de mededeeling van B.
en W. kwam: ziehier een nieuwe loonregeling,
die in overleg met de oommissie uit hef personeel
tot aller tevredenheid is tot stand gekomen, dat
dan zoo'n gemeenteraad zou verzuchten
oef! wat een uitkomst; van al dien ouden last
zijn we nu af!
Maar hebt ge dan nooit vermoed, dat er ach
ter vroegere voorstellen om wat meer te geven
dan B. en W. voorstelden, ook iets meer zat dan
het dienen van personeelbelangen alleen? Wel-
DE ABONNEMENTSPRIJS BEDRAAGT VOOR HAARLEM EN AGENTSCHAPPEN: PER KWARTAAL f2,35; PER WEEK 18 CENT; FRANCO PER POST PER KWARTAAL f 2,70 BIJ VOORUITBETALING
BUREAUX: NASSAULAAN 49, HAARLEM-- TELEFOON I42S EN 2741 -- ADVERTENT1EN 25 CENTS PER REGEL. BIJ CONTRACT BELANGRIJKE KORT/Ng
EERSTE BLAD
Dit nummer bestaat uit 2 bladenI
nu, dat „meerdere" schakelt ge uit, wanneer ge
u neerlegt bij de commissie van georganiseerd
overleg
Gisterenmiddag kwam er een voorstel in den
Raad als bovengenoemd; de eerste vrucht van
de nieuwe richting. En het resultaat? Verzet,
hevig verzet aan den. kant der S. D. A. P. Wat
dachten B. en W. nu wel! Vijf dagen hadden
de heeren het stuk pas in huis. Hoe hadden zij
dit nu kunnen bestudeeren? Was alles wel billijk
en rechtvaardig? Kreeg de een niet te veel en
de ander niet te weinig? Waarvoor zoo'n haast?
Laten wij nog een paar weken wachten.
En dan mocht Mr.- Bomans er met een klem
mend betoog op wijzen, dat uitstel slechts tot
nadeel van de ambtenaren kon zijn en ook geheel
overbodig, daar de menschen met de voorgestel
de regeling in overleg met hun eigen ver
trouw ensmenschen opgesteld volmaakt tevre
den zijndan mocht Mr. Bruch in een geestig
speechje vragen: waarom verwijten de heeren
thans aan B, en W. hun voortvarendheid, terwijl
zij anders zoo gaarne klagen over traagheid
van het dagelijksch bestuur het hielp alles
niets: de zaak zou worden uitgesteld! Waarom?
Ja, wie durft het zeggen! De heer Poppe gaf
in een kvvasi bcozen bui misschien wei"eenige
aanwijzing voor de juiste reden, toen hij uitriep:
dat haasten van B. en W. verwekt bij mij wan-
rtouwen.
Maar aan welke zijde bleek eigenlijk nu wan
trouwen? Gaat het niet tegen de gemeenteraads
verkiezingen en zou het ook kunnen zijn, dat 't
in zekere politieke sferen ongewenscht werd ge
acht, dat de katholieke wethouder Bomans als
voorzitter van de Commissie van Georganiseerd
overleg, zulk een mooi succes behaalde en m'et
een salarisregeling kwam zóó royaal, dat zij op
menig punt uitging boven hetgeen belangheb
benden zelf hadden gevraagd?
Wij vragen maar; doch als deze politieke mo
tieven. niet gelden, waaraan moeten wij dan de
malle vertooning toeschrijven, dat de heeren
Nagtzaam en Gerritzs zich uit de raadzaal
terugtrokken en op de publieke trbune de be
raadslagingen gingen volgen; dat hun collega's
naar de koffiekamer vluchtten, oin toch maar
geen deel te nemen aan de behandeling van het
ontwerp van de Commissie van Geprganiseerd
overleg?
Welk een comedie; wat doorzichtelijke ver
tooning!
En het resultaat? Dat bij afwezigheid der
dissidenten de regeling met algemeene stemmen
werd goedgekeurd
Op één punt kwam een kleine aanvulling. De
heeren v. ti. Velat, Klein en anderen stelden
voor om de boden ter secretarie f 100 extra»te
geven voor hun kleeding, omdat deze menschen
steeds in 't zwart moeten loopen. B. en W.
namen als college het amendement niet over;
maar de beide Roomsche wethouders stemden
toch vóór. Zoodat we voortaan kunnen spieken
van den Roomschen jas van de gemeenteboden,
wat in de lijn ligt, immers deze "functionarissen
dragen een zwarten jas!
Zwart was trouwens gisterenmiddag troef; en
het rechtsche deel van den Raad won het pan
doer schitterend, ten spijt van de roode heeren.
Te half zeven is do Raad nog aan het ge
ruchtmakende voorstel-Klein over de 200
begonnen. Het spijt ons te moeten zeggen, dat
wij van het debat tien indruk van gelijkkebbe-
rjj door-dik-en-aun van de zijde der voor
stellers hebben meegenomen. Wie het ver
slag der discussies in dit blad leest (met op
zet is het zoo uitvoerig en volledig mogeijk
weergegeven), zal moeten erkennen, dat mr.
Bomans niet enkel door de stemmen van een
meerderheid in den Raad, maar ook objectief
gesproken, het pleit schitterend gewonnen
heeft.
Aan alles komt een grens, ook aan een
loonregeling. En wanneer nu met de stukken
bewezen wordt, dat Haarlem als gemeentelij
ke werkgeefster van heel het land boven aan
staat, dan moet men zich daar bij neerleggen;
dan moet men van iemand, die als mr. Bo
mans, de loonschaal voor het gemeenteperso
neel zóó hoog heeft weten op te voeren, niet
vergen, dat hij zich zelf een klap in het ge
zicht geeft.
Er zit aan de zaak van de motie-Klein
nog een algeemenen kant, welke wij dezer
dagen nog eens wat nauwkeuriger willen be
kijken. De heer Klein zal het met ons eens
zijn, dat ook in de politiek slechts zakelijke
redenen moeten gelden en dat het algemeen
belang altijd hoven alles moet praedominee-
ren. In dat licht, beschouwd was zijn voorstel
o.i. vooral in dezen tijd (wat
wij nog nader zullen aantoonen) zacht ge
sproken, zeer ongewenscht.
Daarentegen zij de karaktervastheid bewon
derd van mr. Bomans, die tot het laatste
oogenblik vast hield aan zijn zeer juisten op
zet: Wij hebben onzen plicht als werkgeef
ster ten volle gedaan. Welnu, dan vermijdo
men ook allen schijn zelfs alsof wij nojg meer
hadden moeten doen.
Een weinig verheffend slot voor dezen
zwaren middag was de mededeeling van den
heer Poppe over de schunnige bioscoopver-
tooningen in de Kleine Houtstraat. Zoo iets
moet Haarlem zich als oen schande aanrer
kenen en wij hopen, dat het onderzoek, het
welk de waarnemende burgemeester toezegde,
deze schandalen onmogelijk zal maken.
Nederland en België.
Het traotaat van 1839. De „Temps"
meldt, dat de „Raad van Vier." die gisteren
bijeen was. zich bezighield met de grensrege
ling tusseben België en Duitschland. Hijmans,
le Belgische minister van Buitenlandsclio
Zaken, gehoord door den Raad. behandelde
teevens de revisie van het tractaat van 1889,
welk© het vraagstuk opwerpt van eventueelo
compensaties, die Nederland van Duiteohland
xt^i ,nneM Jci'iigen in ruil van verschillende
jSederlandscho districten aan België.
Minister Carton de Wiart. - Naar de
w 'f®0,'1 verneemt, aal minister
Carton de als buitengewoon Belgisch
gezant naar Nederland gaan. Zijn zending naa-
Den Haag is slechts tijdelijk an aal duren zoo
lang de onderhandelingen. die eerstdaags go-
opend worden, zullen gevoerd worden.
Dit bericht wordt- door de „Soir" bevestigd.
Het blad voegt er aan toe. dat zijn tijdelijke
zending slechts zoolang zal duren, als d9 No-
derlandschBelgische onderhandelingen.
VRIJWILLIGE LANDSTORM EN
BURGERWACHT.
Ter wegneming van twijfel, die in sommige
streken nog schijnt te bestaan, wordt omtren'
de verhouding tusschen vrijwilligen landstorm
en burgerwacht het volgende medegedeeld"
De regeering heeft reeds geruimen tijd' als
haar zienswijze kenbaar gemaakt, dat oudge
dienden, zoo eemgszins mogelijk, zich ben ooien
aan te sluiten bij den vrijwilligen landstorm
Daar dwang nochtans uitgesloten is, ligt hei
voor de hand, dat als een oudgediende bepaal
delijk de voorkeur mocht geven aan de burger
wacht, de toegang daartoe natuurlijk niet voor
hem afgesloten moet zijn.
NOG 40,000,
Wij knippen uit het „Kath. Volk":
„Op het congres van het N. V. V. (Sociaal
democratisch Vakverbond) werd beweerd, dat
nog 40,000 katholieke arbeiders bij dat Verbond
zijn aangesloten.
Hoe weet men dat zoo precies?
Houdt het N. V. V., dat neutraal zegt te
staan tegenover den godsdienst, geregeld eene
enquete, waaruit de godsdienstige gezindheid
z(jner leden blijkt?
Zoo ja, dan blijkt weer hoe „godsdienst is
privaatzaak", moet worden opgevat; zoo neen
dan is het cijfer 40,000 eenvoudig uit den duim
gezogen.
Wij nemen het eerste aan, maar willen dan
vragen welke waarde die enquete neeft? Zij die
zicli opgeven als katholiek gedoopt zijn daarom
nog niet allen katholieken. Om katholiek te zijn
moet men gehoorzaamheid toonen aan het ker
kelijk gezag, dat het lidmaatschap van „moder
ne" vakvereenigingen aan zijne onderhoorigen
heeft verboden.
Over dit laatste is wel hard geschreeuwd op
genoemd Congres, maar de schreeuwers wisten
wel dat de S. D. A. P. precies hetzelfde doet.
Ook deze wil niet, dat hare leden zich b.v. aan
sluiten bij de onafhankelijke of anarchistische
vakbeweging.
Dat er thans nog 40,000 katholieke arbeiders,
die op dezen naam aanspraak mogen maken,
zouden zijn aangesloten bij het N. V. V. en
hierdoor deel uitmaken van het revolutionnair
Verbond met de S. D. A. P., dat gelooven wij
beslist niet. Dat is onwaar."
„WAAROM BEN IK LED VAN DE BUR-
GEll WACHT GEWORDEN?"
Een lezer schrijft aan de „Nieuwe Crt.":
„Ik ben toegetreden tot de burgerwacht, hoe
wel ik over de vijftig ben en drukke werkzaam
heden heb. Ik heb het tot nu toe niét gedaan,
omdat ik ceu hekel heb aan donquichotisme en
men dat toch in zich moet hebben om zich op
te offeren voor anderen, die hun eigen belangen
liever niet zelf verdedigen. Want daarop komt
het neer! Er zijn heel wat menschen, die' vrij
wat meer te verliezen hebben dan ik en er zijn
er nog veel meer, die'jonger en krachtiger zijn
dan ik en er zijn er nog eens velen, die minder
te doen hebben dan ik en nu ga ik voor al die
menschen, die het niet willen doen, mij oefen
om hen te beschermen. Is dat donquichotisme of
is het dat niet? Goed beschouwd kom ik er
met het communisme, dat ons bedreigt, niet
eens zoo slecht af, want ik ben een intellectueel
arbeider en heb dus kans, om in de voedings
klasse geplaatst te worden: ik krijg dan mis
schien wel vijf haringen, dat is meer dan ik op
een dag verdragen kan. Maar waarom grijp
ik dan naar het geweer? Eenvoudig omdat ik
het niet kan verdragen, dat een of ander huur
ling van den heer Wijnkoop of zijn vrienden
mij' in mijn huis de wet zou komen voorschrijven
en ik daar ook al niet meer de baas zou zijn;
dan wil daarover nog wel eens eerst een ko
geltje wisselen. Dat is dunkt mij een goed
Hollandsch beginsel en daar heb ik wel wat
voor over. Misschien ben ik dus nog niet zoo'n
erge Don Quichot als het wel lijkt in de oogen
van mijn vrienden en buurlui, die maar liever
eerst eens afwachten of een an/b»r n» niet zal
doen. De tijd zal het leeren I"
Wij nemen dit stukje over, ter waarschu
wing Want het is maar al te waar: het aantal
'deelnemers aan de burgerwacht is nog veel te
gering! Wie al maar wacht, totdat ook zijn
buurman zich opgeeft, komt vast te laat. En
men stelle zich toch niet gerust, dat de burger
wacht hier te lande niet noodig is. Niet voor
niets dringt de regeering aan op waakzaamheid.
De gebeurtenissen vlak aan onze. grenzen spre
ken maar al te duidelijke taal,
De bourt is aan Nederland. Uit do
„Standaard"
i,De Nederlandsche communisten verzwijgen
niet langer, dat thans de beurt aan Nederland
is voor liet uitroepen der sovjet-republiek. Hei
bestuur der afdcelinar Utrecht van do Commu
nistische Partii hoeft bü de partiisouoolen een
circulaire laten rondbezorsren. waarin rij wor
den uitgenoocfigd tot een namiddagvergaderina:
in Oafé „Do Luifel," NeudOi te Utrecht. Wij
citeeren letterlijk uit dezen oproep
„I'artijgenootenl Do vloedgolf der Revolutie
stort zich uit over Europa, van het Oosten
naar het Westen, al meer en meor. Thans heelt
zij over Hongarije heem Beieren overspoel en
ook daar de Soviet-Renubliek te voorscnyn ge-
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
4244
ff ff
K, Ca Va Aa
55~