i I Jl if 1 1 11 H te" SÉl i lijp j|f§ g|i^ Congres van den R.-K. Centralen Raad van Bedrijven. III j Uit den Gemeenteraad. DONDERDAGS 2© JÜLÏ SSI9 42sse JAARGANG 9996 Éi? - - j gk;! H S&s kt? jp! |t| |p ||g DE ABONNEMENTSPRIJS BEDRAAGT VOOR HAARLEM EM AGENTSCHAPPEN: PER KWARTAAL f 2,35PER WEEK 18 CENT; FRANCO PER POST PER KWARTAAL f 2,70 BIJ VOORUITBETALING BUREAUX: NASSAULAAN 49, HAARLEM TELEFOM [426 EN 274J TELEFOON AFDEELING „DRUKKERIJ" No. 1748ADVERTENTIEN 25 CENTS PER REGEL. BIJ CONTRACT BELANGRIJKE KORTING EERSTE BLAD Dit nummer bestaat uit 2 bladen (Vervolg.) Op de inleiding van den lieer Wierdels volk je do ■verwelkoming der Belgische delegatie. Do voorzitter, prof. Mr. J. A. Veraart, heette welkom de delegatie van vijf personen uit de Belgische vakbeweging. Spr. hoopt, dat dezo vertegenwoordiging er toe zal bijdragen ien band tusschen Nederland en België ook °P economisch gebied te versterken. Deze vertegenwoordigers zijn de heeren H. M. Hijmans, voorzitter van het Algemeen Christ. (ll.-K.) Vakverbond; T. Quaquebeke, secretaris van het A. C. V.; Arthur Catteeuw, bestuurslid van den Christ. (R.-K) Textiel ar beidersbond de heer Logghe, bestuurder der ■maatschappelijke werken in het bisdom Brug se en de heer Belpaire. bestuurder van de maatschappelijke werken in het Aartsbisdom Mcclielen. Daarop volgde debat. De heer Mr. P. VAN OGTROP bepleit het ■benoemen m de rechtscolleges van een onpar- ij.l igen voorzitter, die buiten het bedrijf staat. V aar geschil is tusschen werkgevers en werk nemers, zullen beide groepen een geheel ande ren kijk op de zaak hebben. Door den onpartij- digen voorzitter kan dan de overtuiging wor den gevestigd, welke partij ongelijk heeft. De voorzitter kan bovendien grooten invloed heb ben op beide partijen, waardoor hij vaak in staat is de partijen zonder rechtszitting tot elkaar te brengen. Deze voordeelen gelden voor alle bedrijven gelijkelijk. De heer G. ALBERiS wijst er op, dat uit de 00 c°nolusie groot nadeel zou kunnen ontstaan v oor den kleinen patroon. De heer A. J. K. GROND kan zich vereeni- gen met de door het bestuur voorgestelde wij zigingen in de conclusies. De heer E. SGHAAPER vraagt, of het in het alge-meen belang zal zijn, wanneer de Prijzen door prijzenpolitiek worden opge dreven. De heer B. C. E. STRAETER dringt er op aan d'e conclusies bij acclamatie aan te nemen, omdat velen zich niet kunnen vereenigen, met no wijze van stemmen, wijl niet vaststaat, dat hier een even groot aantal werkgevers alls werknemers aanwezig is. Bpreketr bepleit verder samenstelling der rechtscolleges uit werkelijke arbeiders en werk nemers uit het vak en uit vrijgestelden. Spr. stelt voor het woord „prijsregeling" uit de 4e conclusie te doen vervallen. De VOORZITTER merkt op, dat de aantal len hier aanwezige werkgevers en werknemers merkwaardig kloppen. Spreker hoopt, dat of schoon het reglement van orde niet toelaat do conclusies bij acclamatie aan te nemen, zij toch een' groote meerderheid zullen verwerven. De heer LBO VAN LOON spreekt zijn ver wondering uit. dat conclusie I niet is aange^ vochten. Spreker en zijn Raad iziin het gelieel eens met het. artikel in „De Maasbode" van 1.1. Zondag. Spreker haalt verschillende argu menten uit dit artikel aan, en meent, dat ten minste het beginsel behouden moet blijven, dat men van elkaar af moet kunnen. Het ontslag zonaer geldige reden moet mogelijk blijven, maar dan moet een schadeloosstelling in geld ovdeu. verleend. Over de hoegrootheid: van die schadeloosstelling, zullen de rechtscolleges moeten beslissen, Hierna was het woord aan den inleider, den beer WIERDELS, .tot het houden van repliek, waarbij hii de verschillende amendementen nogmaals bestreed. Ver volgens werdi tot stemming over de com clusies overgegaan, .waarvan de uitslag in de middagvergadering zoii worden medegedeeld. Tijdens de stemming verkreeg de heer HIJ- MAN het woord, om het congres namens de Belgische delegatie toe te spreken. Do delegatie is hier om ©en dubbele reden; op de eerste plaats om namens het Belgische volk dank uit te spreken, voor den troost, dien de Bergen in de jaren van diepe beproeving van Kaomscih Nederland hebben ondervonden en vervolgens, omdat België economisch weer moet worden opgebouwd, is de delegatie dit congres komen bijwonen dat een voorbeeld is Voor heel Europa. Wij, Belgen, die vroeger economisch zoo op den voorgrond stonden, ziin thans in dit op zicht zeer achterop gekomen. Spreker dankt het congres te hebben mogen bijwonen om voordeel uit dit congres te kun nen trekken. Spr. herinnert er aan, dat België zich door één geloof en één idejpil aan dit congres verwant gevoelt. Hierna schorste de voorzitter de vergadering tot des namiddags half drie. Om half drie nam de Tweede Zitting een aanvang met de inleiding van Mr. Kortenborst. Mi'. Kortenborst leidde de conclusies V, VI en VII in welke betrekking hebben op het minimumloon en het uitbetalen van loon bii, korte verhinderingen om te arbei den. Spreker achtte zich' ontslagen van de taak1 om in dit milieu de niet-ethische lo-on- theorien uitvoerig te weerleggen. Dit con gres tccii is de allereerste plaats een werk congres en niet een wetenschappelijk con gres. Wil men de zaak in haar geheel over zien, dan kan men niet beter, doen dan' jdje praeadviezen van deVereeniging voor de Staathuishoudkunde cn. de statistiek van 19ld bestu-deeren xn.n. liet advies van Prof. J. D. J. Aengenent. Dit ethische beginsel is door, den Minis ter Loeft' ook in onze wet neergelegd en gaat van de gedachte uit, die dpor Z.H. Leo XIII in Eeruin Novaruiii is ontwikkeld, ni. dat het loon weliswaar bepaald wordt ftoor 'den vrijen wit van de partijen, dccii dat a£UL dit persoonlijk elemeni, onafscheidelijk vast zit een noodzakelij kheidsetement n.l. dat-dp arbeider gedwongen is de loonovcreenkomst te sluiten, ten einde to kunnen bestaan!. Rechtsgrond voor het instellen van een minimumloon is derhalve het onbetwistbaar bestaansrecht van den arbeider, een recht dat hij alleen door arbeid kan verkrijgen. In verband met het vraagstuk van het minimumloon als ethisch minimum behandel de spreker de evenzeer practische vraag of er ook een rechtvaardig minimumloon ia de collectieve contracten kan worden vastge steld. Het rechtvaardig loon, dat liet zuiver equivalent voor de arbeid is, is uit den aart? der zaak individueel. De tegenwoordige actie in de industrie en handel voor een minimum-loon verwart deze begrippen voortdurend. Men kan immers zeer goed spreken van een rechtvaardig looin in den vorm van een. minimum, dat aan dengemid^elenwerkman, van een zekere vakgroep moet worden ge geven. In dien zin is liet zeer goed mogelijk dat een werkmap het gemiddeld minimum niet liaalt. Doch vereisclit is in elk geval, dat de fatsoénlijke en oppassende arbeiders het ethische minimum verdi:n,sn kunnen). De inge diende- amendementen hebben meo ddt on derscheid geen rekening gehouden, anders waren zij niet ingediend. Spreker behandelde de groote voordf&elen die verbonden zijn aan het opnemen van liet rechtvaardig minimum naast het ethische minimum in de collectieve contracten. De drang naar wettelijke minimumloonen die ook bij ons bestaat, vindt zijn verklaring in de verwachting, dat bij vaststelling dier minima een eind wordt gemaakt aan de uit wassen van de loonacties. Boyendien zat gelijk de Mun in 1910 liet in Frankrijk bedoelde zoodoepdje de huisindustrie het meest doelmatig worden gezuiverd van wantoestanden. y oor, bijzonderheden verwees spr. naai' de dissertatie van Benzo Resma over dit on derwerp. Niet alleen in liet algemeen belang wor den deze minima geacht, doch ook voor het bedrijf zelf is een algemeen minimum eco nomisch gunstig, omdat het concurrentie ver gemakkelijkt en omdat het ©enigszins voor komt, dat liet fabriekspersoneel voortdurend wisselt. Het allergrootste belang bij een dergelijke regeling hebben ten slotte de arbeiders, die zoodoende niet alleen verzekerd krijgen een lo,onv waarvan ze nog juist bestaan kunnen, doch ook een bchoorlük loon vóór eiken gemiddeld bekwamen en jjverigen arbeider. Spreker behandelde in dit verband! de te genargumenten. zooals 'die vooral in de me taal-industrie hier "te lande van de zijjdp van den Metaalbond naar voren zijn ge bracht. Gevreesd werd, dat jdje minima tevens zou den gelden 'als maxima. Dit argument acntte spreker louter theorie, omdat het voor. liet bedrijf juist van liet grootste belang is, dat de minima worden overschreden, omdat dit wijst op een goede qualitatieve en quanti- tatieve productie. Een ander bezwaar is, dat onbekwame en langzame arbeiders het kind van de reke ning worden. Dit argument achtte spr. te ondervangen door naast het rechtvaardig mi nimum een ethisch minimum te handhfaven. Ook in landen .waar, het wettelijk minimum bestaat, blijft liet steeds mogelijk door „permits" te werken onder hét minimum. Het spreekt vanzelf, dat hiervan een zeer zuinjg gebruik 'wordt gemaakt. Ook wordt gezegd, dat een vast loon als jnnimum luiheid bewerkt, den ijverigen en bekwame narbeiders benadeelt en nivellee- rend werkt. Spreker ontkende niet, dat bij zeer overdre ven opvoering van dit soort minima de be drijven zeer zouden worden geschaad,! Spr. wees b.v. op den achteruitgang in productie door de hopge loonen in Rusland en Duitscli- land. [Wanneer, toch de loonen zoo hoog zijn, dat de arbeider in een paar uur genoeg verdient om ruim te leven, dan be staat het 'groot gevaar dat de productie, achteruitgaat. Vo.orloopig achtte spreker in Nederland dat gevaar nog geheel fictief, omdat de loo nen algemeen niet óverdreven hoog zijn. Naar, sperkers meening was in het Katholieke contract in de Metaalnijverheid hier, te lande het juiste middel gevo.rfdjen, om de belangen der, arbeiders in harmonie te brengen met die van het geheele bedrijf. Een belangrijk beginsel achtte Mr. Korten borst, dat 'de minima loonen verschillend moeten zijn voor, verschillende deelen des lands. Dit wordt door die arbeiers nog niet voldoende ingezien en ook vele werkgevers zijn het er niet mee eens. Als argumenten voor loon-minima naar gemeente klasse noemde spr. vooreerst de noodzakelijkheid, die vooi' Üie industrie in kleine gemeenten bestaat om goedkoop© ar beidskrachten te hebbeln om te concureeren, tegen industriën in grooten plaatsen. Door hoogere vrachten en sléchtere verkeersmid delen zijn de kleine plaatsen al nadeelig, doch bovendien bestaat er, voortdurend, trek van arbeiders van het lanid naar de groote steden, zoodat 'de beste en' meest pro'd'uc- tieve krachten steeds onttrokken worden aan de kleine, plaatóen. en ten goed© 'komeh aan de groote plaatsen, terwij f ten slotte ide klei ne plaatsen nimmer, beschikken over een reserve van goede-arbeidskrachten gelijk dat in een groote stad het geval is. De practijk wijst uh, dat bij gelijke loonen de „provin ciën" als industrieplaats onmogelijk zou wor den, ook al omdat de arbeiders daar veel langzamer, arbeiden, omdat ze oorspronkelijk geen fabrieksarbeiders waren. Het is dan ook van groot algemeen belang, dat de ar beiders medewerken 'om de industrie de kans to geven zich buiten, dé groote centra to vestigen. Bovendien zouden d e arbeiders in de ste den geen genoegen nemen met het feit, dat in kleine gemeenten waar het leven veel goed keeper, is, even hooge loonen werden uet-aaid. Uitvoerig besprak Mr. Kortenborst liet amendement van de arbeiders in dje wol- industrie, die een deel van dje overwinst voor zich vroegen. Zeer zeker, wordt deze winstdeeling ingedeeld ondpr, de ethische richting. Katholieke sociologen als van Vo gelsang, Weis en Ratsingen hebben dit sy steem verdedigd, d'ocii in Nederland achten mannen als Aaiberse en Aengenent die eiscli niet rechtvaardig en, practisch. In Rerum Novarum zijn geen argumenten voor deze richting te vinüen. Hiermede wit spreker volstrekt niet zeg gen, dat in het copartner-ship nog meer te bereiken valt, dan thans het. geval' is, doch met de kwestie van het arbeidsloon heeft het niets te maken- Ten aanzien van conclusie VI, waarin ge zegd wordt, dat het minimumloon in elk geval gegeven inoet worden aan den arbeider van 25 jaar, bepleitte spr. het gezinsloon en het recht van den arbeider op 25-jarige leeftijd een gez n te vormen. Bij de behandeling van conclusie VII, wem betoogd, dat het d(e bedoeling van den werkgever is geweest, dat nimmer ten na- deele van het loon mag worden afgeweken van dB art. 1(138 c en d R.iWj. en dat, in de praktijk 'deze bedoeling' over het alge meen aldus wordt begrepen. In den aanvang (jer tweede zitting werd besloten telegrammen te zenden van huilde en aanhankelijkheid, aan Z. H. den Paus, aan den Aartsbisschop en aan H. M. de Konin gin en een telegram aan Minister Aaiberse met de beste wenschen voor diens arbeid. Ingekomen was een telegram van Mgr. dr. Nolens, waarin mede namens ziin collega's wordt medegedeeld, wegens behandeling van d© arbeidswet in d'e Tweede Kamer, niet aan wezig te kunnen zijn. Uitslag dej: stemming. De voorzitter deelde omtrent den uitslag der 's morgens geüieuden stemming mede, dat de cooielusie I met 273 tegen 4 stemmen is aan-* genomen. Amendement I op conclusie II werd ver worpen met 213 tegen 34 stemmen. De overige amendementen op conclusie II werden ingetrokken. Conclusie II werd daarna aangenomen met 296 tegen 4 steanmen en 2 blanco. Conclusie III werd, nadat alle daarop in gediende amendementen waren ingetrokken, aldus gewijzigd als door liet bestuur was voorgesteld, met dien verstande evenwel, dat uit de 2e alinea van net bestuursvoorstel het woord „altijd" is komen te vervallen, aange nomen met 272 tegen 9 stemmen. Ook de amendementen op conclusie IV werden beid© ingetrokken, waarna de oonelu sit> met 266 tegen 14 stemmen werd aangeno men. 13 stemmen werden in blanco uitge bracht. Op een vraag van den heer Wiegman, deel de de voorzitter mede, dat do conclusie II aldus meet worden uitgelegd, dat een werk gever of werknemer geen voorzitter van de in die conclusie genoemde rechtscolleges mag zijn. Debat. Verschillende ingeschreven sprekers trokken na do inleiding van Kortenhorst de door hen ingediende amendementen in. De heer E. &GHAAPER vestigde er de aan dacht op, dat het trekken van arbeiders van het platteland naar de steden schadelijk is voor de industrie eu ook uit zedelijk oogpunt niet ge- wenseht. Verder wijst sPr. er 0p. dat er iets moet komen wat meer bevrediging brengt on der do arbeiders. Wat het zal ziin is moeilijk te zeggen, maar er moet iets komen, waardoor de arbeiders meer zullen gaan gevoelen voor de gemeenschap en voor 't bedrijf, hetgeen aan hot algemeen belans ten goedé zal komen. De heer B. G. E. STRAETER betoogde, dat het ethisch minimumloon in allé plaatsen het zelfde moet zijn. Waar de inleider in ziin con clusies spreekt over minimumloon zou spr. wil len schrijven: het loon noodzakelijk voor het levensonderhoud in de verschillende deelen van het land, Spr. zou conclusie VII (aldus willen lezen, dat ten nadeele van het minimumloon niet mag worden afgeweken van het. bepaalde in art. 1638 c en dat van het B. W. De lieer v. d. MEIJS bepleitte het deelen in de overwinst door den werknemer. Nu dit punt onder de aandacht is gebracht, wat voorloopig het doel was van de voorstellers, ziin zi.i bereid hun amendement in te trekken. Mr. KORTENHORST repliceerde hierna. Geen enkele bedrijfsgroep handhaafde thons nog haar amendement op do conclusies V, VI en VII. Vervolgens werd over de conclusies V. VI en .VII gestemd. Do voorzitter deelde mede, dat de uitslag der stemming in do vergade ring van den volgenden dag zal worden bekend gemaakt en sloot vervolgens de tweede zitting van den eersten congresdag met ©en woord van dank tot de inleiders, de debaters en de aan wezigen. jsie :van ontvangst, van de commissarissen van wn Vla Kedrii far aden. van de hoofdbesturen Se* vier organisaties die het manifest der. R.-K. Vakbeweging onderteekenden. van. de spre kers van de congrescommissie, van de commis sie van ontvangst, an de commissarissen van orde en enkele genoodigden in de veranda van den Dierentuin. Om zeven uur vereenigden deze heeren zioh aan een gemeenschappelüken maaltijd in den Dierentuin waarna hun om half 9 een concert werd aangeboden van de kapel van het regiment Jagers eveneens in den Dierentuin. Op 't po-uium hadden plaats genomen: 't bestuur v.d. R.-K. Centr. Raad v. Bedr, de Congres-Commissie, de Commissie van Ont vangst, de Commissaris de* Koningin in de provincie Zuid-Holland; E. C. baron Sweerts de Landas Wy-borgh, Minister Jhr. Mr. Cih. J. M. Buys de Beerenbrouck,- de burgemees ter van l)en Haag mr. J. A. N. Parijn, Mgr. P. C. Wijtenburg, Deken van 's-Gravenhage, Mr. J. C. A. Everwijn, vertegenwoordiger van den Minister van Landbouw, J. J. G. ba ron van Voorst tot Voorst, voorzitter van de Eerste Kamer en de Belgische vereenjgings- mannen H. M. Hijmans en T. Quaquebeker. (Wordt vervolgd). De zitting van gisterenmiddag was een zeer belangrijke in zooverre daarin de ingrijpende voordracht van B. en. W. tot regeling der loonen van dfe gemeentewerklieden werd behandeld en vastgesteld. De practijk heeft herhaalde malen bewezen en het bleek gisterenmiddag opnieuw, hoe uiterst moeielijk de samenstelling van 'n loonschaal is. wanneer allerlei soorten arbeiders daaronder moeren worden gebracht. Voor Haarlem heen zulk een regeling nog een zeer bijzondere moeilijkheid, doordat de verte genwoordigers der arbeiders zelf in de commis sie van overleg tot in de kleinste bijzonderheden geraadpleegd wordeneen democratische metho de, welke op zich zelf zeer prijzenswaardig is en zeker aan de loonregeling, wanneer zij een maal is aanvaard een groote waarde geeft, maar die aan de snelheid der behandeling uiteraard niet bevorderlijk is. Wethouder Bomans deelde dan ook mee, dat tot het laatste oogenbli-k aan de verordening is gewerkt, zoodat zij on mogelijk eerder dan verleden week aan dé Raads leden kon worden gezonden, 't Is waar. de Raad had t.i maar 5 dagen om het stuk te bestudee- ren; maar zouden wij wel verantwoord zijn geweest, om de zaak, nu zij, voor behandeling rijp was, nog eens een paar weken te laten- lig gen? vroeg wethouder Bomans. Die vraag dorst niemand bevestigend1 te be antwoorden, ook de sociaal-democraten niet, die bij monde van den heer Groenendaal natuurlijk wel critiek uitoefenden op den weinigen tijd1, welke den Raad gelaten was. maar die toch de malle vertooning van een vori-ge keer niet aan dorsten om de zaal te verlaten en zich aan d'e behandeling te onttrekken. Neen, de roode heeren gevoelden-, dial zij moesten meewerken te meer, waar zij op de voorgestelde loonregeling zelf geen gegronde aanmerking konden maken. Immers, wat hier voor de gemeentewerklieden gebodlen wordt, gaat uit boven al-les, wat ook maar in het land betaald wordt. Tech zou aanvaarding der voordracht zonder meer een te groot succes voor dit college van B. en W. zijn geweest en daarom moest gezon nen worden op critiek. Nu is er geen "gemakkelijker en goedkooper methode om bij zaken als dteze „den mooien man" te spelen dan bij het voorgestelde nog een schepje boven op te doen. Wanneer voorgesteld wordt te 'betalen 50 cent per uur, kan een an der voorstellen 60 cent; biedt gij 60 cent, een ander kan zeggen ik geef 70 cent enz. Dat is een klein kunstje; daarvoor behoeft men geen raadslid' te zijn. Dat kan een kiodi ook. Iets anders is zulk eep verhooging op goede gronden te verdedigen. En daaraan ontbrak in -het betoog van den heer Groenendaal en-"later in dat van den heer Nagtzaam heel wat Er is in ons bl'adl een en andter maal over de nieuwe loonregeling geschreven; wij hebben aangetoond, dat het voorstel van B. en W. met het oog op de loonen in het particuliere be drijf en wat in andere gemeenten d'oor de over heid wordt 'betaald, de grens van het toelaat bare. bereikten. Wij konden ons zelfs Voorstel len, dat bedachtzame lieden zich afvroegen: gaan B. en W. hier niet te ver? Mr. Bomans mocht dan ook gerust verklaren: een uurloon van 60 tot 70 cent bij een 45-urige werkweek lijkt een zeer goed loon! Merkwaardigerwijze heeft dan ook niemand in den- Raad1 deze loo nen duiven aanvallen. De geheele critiek van de sociaal-democraten grondde zich hierop, dat de groep ambten-aren met f 1500 tot f 2000' dan boven de werklieden zou uitgaan en dat waren, volgens den heer Groenendaal dte laagst bezoldigde ambtenaren. Men gevoelt, dat dit argument zonder meer zeer zwak is. -Bovendien was het niet geheel juist; er is ook een categorie beambten die met f 1000 t-ot f 1500 bezoldigdl wordt. Bovendien wethouder Bomans wees er op dat de beste vakman in gemeentedienst als minimum f 1700 verdient, maar d'a-t hij door onvermijdelijk overwerk in den regel hooger -komt. Een ambtenaar en 'beambte nu moet her haaldelijk overwerk verrichten, soms tot 11 en 12 uur 's avonds en daaivoor wordt hem niets betaald. Voor ons is d'e groote vraag deze, welke mr. Bomans zoo juist steldé: waaneer metaalbe werkers in Amsterdam 'n loonstrijd eindigen op 60 cent per uur, wanneer timmerlieden een sta king proclameeren om 55 cent per uur te krij gen is d'a-n een -bezoldiging van een zooveel gunstiger gemeentebet-rekking met 60 tot 70 cent per uur niet een zeer goede? Maar, zegt de heer Nagtzaam, er zit in een oonregeling nog een ander, zeer voornaam ele ment: het komt er niet zoo zeer op aan hoeveel men verdient, maar of inen even hoog bezoldigt wordt d'an zijn collega's in zijin omgeving. In die opmerking schuilt iets juist. Maar de heer Nagtzaam moest zijn vergelijking dan zuiver doortrekken-: de gemeentewexfcman in Haariem moet niet vragen wat een ambtenaar verdient maar een timmerman in gemeentedienst een gasfitter, een bankwerker enz. moef vragen wat zijn kameraden in gelijken tak van particulier bedrijf in Haarlem verdienen. En dan zou hé' bemerken-, dat de gemeentewerkman met d-ezê loonregeling dé kroon spant. Wij moeten overigens eerlijk erkennen, dat voor ons het argument niet geldt: een ambte« naar moet omdat hij ambtenaar is, meer verdie nen dan een werkman. Daarvoor hebben wij te veel respect voor het handwerk, dat. naar wij hopen, in d'e naaste toekomst weer de eervolle pl-aats zal innemen, die het in dé middeleeuwen bezat en ten deele thans ook i-n Amerika heeft, Verstond men onder „ambtenaar" alleen de per sonen met groote administratieve bekwaamheid, de gediplomeerden in gemeente-administratie dan was het een ander geval. Maar er worden ouder het begrip „ambtenaar" allerlei beambten getrokken^ aan wie geen andere eisch wordt ge steld dan te hebben een fatsoenlijk voorkomen, of het schrijven van een goede hand. Alleen hef begrip „gezagsorgaan" geeft geen aanspraak op hoogere bezoldiging. Een suppoost in een museum, een politie-ageat op straat, behoudt zijn prestige, ook wanneer hij een burgemeester opmerkzaam maakt met zijn vinger van df schilderijen af te blijven, of een kantonrecht-ei verbaliseert wegens overtreding der politieveror deni'ng. Men zou düs onze gemeentewerklieden moeten leeren wanneer zij het niet wisten wat wij betwijfelen dat iemand met een la ger salaris toch in sommige gevallen gezag over hen zat kunnen uitoefenen. Maar, zooals gezegd, de vergelijking tus schen ambtenaren en werklieden gaat niet op; zijn er ambtenaren of beambten, die te hoog be zoldigd worden, dan is dit een fout geweest, die met deze loonregeling niets heeft uit te slaan en die men zoo spoedig mogelijk moet herzien. De vraag was alleen: zijn dte door B. en W. voor gestelde loonen goed en dat betwiste iemand. Of ja, de heer Koen, waagde de opmerking, dat men toch een weinig voorzichtig moést zijn. De loonen, welke de gemeente nu gaat beta len, kan dé particuliere nijverheid niet geven. Spoedig zal blijken, dat de industrie de concur rentie met het buitenland niet kan volhouden; vele zaken zullen moeten liquid'eeren. Is dan eet lager loon niet beter dan geen loon? Het antwoord van den heer Nagtzaam hierop was merkwaardig. Als goed sociaal-democraat had 'hij, hierop moeten antwoorden: dat weten wij nog niet Wij hebben een commissie benoemd om te onderzoeken, of wij de debacle kunnen voorkomen door socialisatie dér bedrijven, of door een ander krachtmiddel. Maar neen; de. heer Nagtzaam antwoordde: men moet de ar beiders oetrekken in het beheer van het bedrijf( dan kunnen zij zelf zien hoeveel het bedrijf lij den kan. En zulk een- antwoord van een sociaal democraat op hetzelfde oogenblik, dat in d-en Haag het eerste congres dér R.-K. Bedrijfsradea werd gehouden.' Er kwam nog een ander belangrijk punt ter. sprak© 3. en W. hébben in hun verordening de periodieke loonsverhoogingen latei verval len.. Nu steldén dte heeren G-roenendaal c.s. niet alleen een verhooging der uurloonen voor, maa* voerden dte periodieke verhoogingen opnieuw in, Voor dit laatste vonden zij instemming ook bij! andere -leden- van den Raad) als dé heeren dé Braai en Bregonje. En- wij kunnen begrijpen-, diat er menschem zijn, die aan- periodieke verhoogingen hedi-ten.: Maa-r na wat mr. Bomans daaromtrent mede deelde, hadl men niet meer met voorstellen moe-, ten aankomen, of wel de geheele voordracht moe ten omwerken. De Wethouder deelde nfee, dat in de commis sie van overleg met algemeene stemmen beslo ten1 was om de periodieke verhoogingen niet te handhaven. Vandaar was men: van het stand punt uitgegaan, alsof ieder werkman tien jaar in gemeentedienst was, en daarom ook was het grondtoon op f 27.— per week gesteld; Het natuurlijkstewas geweest, wanneer de geheele Raad had gezegd: wanneer de werklieden zelf geen prijs stellen op periodieke verhoogingen, maar -liever een hooger grond- loon hebben, laten wij hen' dlani met B. en W< hun zin geven. Maar om op dat hoogere grondh loon n-u nog eens periodieke verhoogingen te gaan bouwen, ddt ging natuurlijk niet op. Het voorstel weid dan ook met groote meer derheid van stemmen verworpen-. Meer succes had de heer de Braai met een amendement, om het uitbetalen dér kindertoe-- slagen te laten doorgaan. Wethouder Bomans zei: het voorstel is me uit het hart gegrepen; maar we kunnen het niet doen, zonder verwar ring te stichten. Er komt dan een ongelijkheid met liet overige gemeente-personeel. De heer van Liemt en anderen sloten zich' inmiddels achter den heer de Braai aan en het voorstel werd met 19 tegen 7 stemmen aangeno men. Het moet vooral voor mr. Heerkens Thijssen, voorzitter van dén Bond' van Groote Gezinnen-, pijnlijk zijn geweest, om tegen, te stemmen. Als lid' van het college van B. en W. kon hij echter niet anders. 'Hét scheen ook mr. Bomans weinig te verdrieten, dat 'het amendement tegen zijn advies in, was aangenomen. Er zijn zoo van die nederlagen, die men niet ongaarne lijdt! Nu immers is zijn- voorstel over de kinder toeslagen ten principale eigenlijk met behulp der sociaal-democraten reeds beslist! De geheele voordracht is ten slotte zonder stemming aangenomen. Een succes voor dege nen, die aan het moeilijke voorbereidende werk hun beste krachten gegeven hebben Mr. Bomans -kwam toen nog met het dessert aandragen: B. en W. hebben besloten reeds met 17 Juli a.s. dé 45-urige werkweek in te voeren, wat een luid applaus in den Raad uitlokte. Wij hebben tot half zeven verdér vergaderd. De vrij uitvoerige bespreking van de loonrege ling der werklieden maakt, dat wij; ons voor het overige zeer moeten bekorten en naar het ver slag verwijzen- Erg veel spijt hebben wij er niet V

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1919 | | pagina 1