LHNSffltieiiPtifzieÉg
binnenland
SCHOL,
Kerk en School
Orde en Arbeid
STADSNIEUWS
WW Wegens het feest van Allerheiligen op
Zaterdag 1 November, worden HH. Adver
teerders beleefd verzocht de advertentiën, be
stemd voor het Zaterdagnummer, op te willen
geven voor de courant welke Mpijdag ans,
verschijnt en de advertentiën aaiterfijk Don*
«3ea*da|§ in te zenden.
DE ADMINISTRATIE.
Nederland en België
INGEZONDEN
eerste blad
Erasmus en üe Hervorming.
IQEiBERDAG 30 OCTOBER Ï9J9
42ste JAARGANG No. 10086
DE ABÖKKEKEM8PR0S BEDRAAGT VCOR HAARLEM EN AGENTSCHAPPEN: PER KWARTAAL f2,60; PER WEEK 20 CENT. FRANCO PER POST PER KWARTAAL t2,93 Bli VOORUITBETALING
BUREAU: KASSAULAAH 49, HAARLEM - TELEFOON 1426 EN 2741 - TELEFOON AFBEEUNG „DRUKKERIJ" No. 1743 ADVERTENTIEN 25 CENTS PER REGEL. BIJ CONTRACT BELANK RIJKE KORTING
Dit numrrwf beslaat uit 2 bladen
De Directeur van het Gemeentelijk Levens-
miodelenbureau te Haarlem brengt ter kennis,
dat verkrijgbaar wordt gesteld:
op Vrijdag 31 October 1919, van 10 uur v.m.
v.m. tot 1 uur n.m. per persoon
een pond Sciioi
a 20 oent per pona
Op vertoon van
V1 S€HKAART No. 8001—12000
in de Gom. Vischhal. 3147
De Directeur voornoemd,
F. DE JONGE.
i.
De „Haagsche Post", het weekblad voor de
'betere standen," is sinds jaar en dag in de
tveer om aan die standen karrevrachten vol
kennis en ontwikkeling op de meest uiteenloo-
Pende gebieoen bij te brengen.
Zoo troffen we in het jongste nummer, van
het weekblad „zonder parti pris, vooroordeel en
stokpaardjes" een doorwrochte studie aan over
den haa3.
Daarin worden we in kennis gesteld met
wonderbare feiten zooals deze: dat de .hazen
reeds vroeg de aandacht door hun vele eigen
aardigheden hebben getrokken; dat in Groen
land de haas wit van kleur is en minder vrees
achtig dan bij ons; dat de hazen met half ge
opende oogen slapen enz. Allemaal wetens
waardigheden, waarvan de Redactie der uiter
mate didactisch aangelegde „Haagsche Post"
waarschijnlijk onderstelt, dat zij aan de „be
tere standen'' even onbekend zijn, als de steliing
van Pythagoras aan de negerstammen van Mid
den-Ainka.
Van den haas naar Erasmus, il n'y'aqu'un
pas. Althans voor de „Haagsche Post." Vermoe
delijk, omdat deze geleerde, een hazenhart in 't
lijf met zich omdroeg. Echter, daarover bewaart
het bloemzoete orgaan, wijselijk een diep zwij
gen. Andera zou de aardigheid om over hem
te schrijven, voor het blad er af wezen.
.Als sjaaltjes van Erasmiaanseh nieuws, waar
'n de lezers der „Haagsche Post" zich kunnen
^eriu&tigm, verdienen o.a. vermelding: de me-
dedeeling, dat de reeks van Erasmus' werken
120CO kolommen druks beslaat; dat die werken
hem een voorlooper van de Hervorming deden
worden; dat hem „van Rome uit" den kardi
naalshoed werd aangeboden, dien hij weigerde,
omdat hij „vrij" wilde blijven, dat „men" ver
haalt van een priester die Erasmus zóó vijandig
gezind was, dat hij een in zijn gang opge
hangen portret van den geleerde nooit voorbij
ging zonder er op te spuwen, en meer aardig
heden van hetzelfde allooi.
Men ziet liet, een door en door degelijke en
doorwrochte verhandeling over den beroemden
Rotterdammer, zoowel „den beteren standen'
ais den aan het „Hollandsch Weekblad onder
kiding van S. F. van Os" verbonden geschied
kundige, die haar ten papiere bracht, alleszins
waardig.
„Niet licht zoo eindigt de geleerde schrij
ver zijn artikel over Erasmus zal men in de
Wereldlitteratuur een tweeden geleerde kunnen
aanwijzen, die in de korte spanne tijds aan een
menscii ten leven gegund, zulk een uitgebreid
arbeidsveld heeft bewerkt en dat met zóóveel
vrucht. Dat die man, van het allergrootste be
lang voor den tijd die na hem kwam, een Hol
lander was; dat zijn vernuft de wereld heeft
voorgelicht, wij Hollanders moeten het waardee-
ren en wij moeten er troisch op zijn. Veel deden
vvii niet om dit te toonen. Het beeldje dat Rot
terdam niet siert (want het is te klein, al is
liet bekoorlijk van lijn) vertegenwoordigt slechts
een miniem gedeelte van de dankbaarheid die
Jfollaad en de wereld aan den grooten Rotter-
anut,ei. verschuldigd zijn."
f,„ dan nog Je verstaan wordt gege
ten. uat Desiderius Erasmus zich ook in den
strijd tegen Luther gemengd en de „gebreken"
der R. K. Kerk afgekeurd heeft, dan kan het
niet anders of de Katholieke lezers der „Haag
sche Post," ze zijn, jammer genoeg, bij hon
derden te tellen die al het daarin te berde
gebrachte als orakeltaal slikten,, moeten wel tot
de conclusie komen, dat ook de Kerk tegenover
Erasmus in waardeering te kort geschoten en
dus in gebreke gebleven is.
De vermelding, zonder nadere toelichting, dat
hij óók tegen, Luther scihreef, kan slechts strek
ken om meerdere verwarring te stichten in hef
brein der Katholieken, omtrent Erasmus' hou
ding tegenover de Hervorming.
Daarom dunkt ons, dat het zijn nut kan heb
ben, die houding beknopt en duidelijk in 't licht
te stellen.
In 't begin der 16e eeuw leefde een man,
wiens naam de geheele toenmalige geleerde
wereld vervulde; die als om strijd gevierd werd
door pausen, keizers en koningendie geregelde
briefwisseling onderhield met Europa's gekroon
de hoofdenHendrik VIII, Karei V. Frans I,
Maximiliaan van Saksen; die, welke stad in
Duitschland hij ook bezocht, als een overwin
naar door de bevolking werd ingehaald; die
onder zijn vurige bewonderaars mannen, mooht
tellen, van de meest uiteenloopende geestes-in-
richting en levensbeschouwing, mannen als de
Pausen Julius II en Leo X, de Humanisten 1)
Thomas Morus, Bemibo, Sadoletus, Melanch-
ton, Ulrich van Hutten; wien men in brieven
'kwistig de roemrijke titels schonk van: den
Koning der Fraaie Letteren. Duitschland's stra
lende zon, verdediger der Theologie, zonder dat
de wolken van wierook hem toegewaaid, den
nijd van tijdgenooten, geleerden als hij, ver
mochten op te wekken. Want er was slechts één
Erasmus, wien al die lof ten volle toekwam.
En wèl mocht hij de Koning der Fraaie Lette
ren genoemd worden, hij, die ze uit den langen
doodslaap liad gewekt; wèl mocht men tot hem
opzien, als tot Duitschland's stralende zon, tot
hem, die gedurende dertig jaren, dat zelfde
Duitschland door de stralen van zijn genie ver
licht had. Geen schitterende geest werd ooit op
grootsoher wijze gehuldigd, en zoo de roem een
doodelijke uitwerking kon hebben op den man
waarop hij nederdaalt, dan ware Erasinus be
zweken onder den last dier lauweren die zijn
hoofd omkrimgdén, onder de liederen, die men
niet ophield hem ter eer te zingen, onder de
loftuitingen der wijsgeeren; de vleitaal der vor
sten, het gejuich der menigte.
Van 1500 tot 1518 is het leven van den Rot
terdammer, één zegetocht, een kunstenaarsleven,
zorgeloos en, onafhankelijk, zich beurtelings
vermeiend in de stille studiecel, in vorstelijke
paleizen, in werkplaatsen van geniale beeld
houwers en schilders. Allen betwisten elkander
het bezit van Erasmus, want zijn glorie straalt
af op zijn gelukkige vrienden. „Erasmus vergod
delijkt alles wat hij aanraakt," zoo driikt Tho
mas Morus zich hyperbolisch uit. Benijdens
waardige geest,wiens zoete rust ongestoord
zou voortduren tot aan het optreden van
Luther.
Dan schijnt de wijsgeer en latinist zijn roem
te overleven, de wereld weerklinkt niet meer
van zijn naam, zijn gloriekroon verwelkt, een
monnik heeft hem onttroond.
Op Erasmus had de 16e eeuw haar onver-
valschten stempel gedrukt. Wanneer hij meer
door schittering dan diepte, als wijsgeer en, let
terkundige op den voorgrond treedt en al spoe
dig de bewondering wekt van hen. wier naam
klank heeft in de beoefening der Wetenschap
pen, dan heerschen in de toenmalige leerscho
len, de monniken met hun leermeester Aristo-
teles als schutspatroon. Een omwenteling in het
rijk der gedachte was noodig om hen van liet
voetstuk waarop zij stonden, te verdringen.
Erasmus was een der eersten die dit vraagstuk
ondernam.
Hij hanteerde met zeldzame behendigheid het
meesral doodend wapen van den spot. Die spot
werkte aanstekelijk op bewonderaars en geest
verwanten en hij trok de lachers aan zijn zijde.
Vnn dien tijd dagteekent die 'betreurenswaardige
polemiek door pamfletten en strijdschriften te
gen Franciscanen, Dominicanen, Carmelieten
en Bedelmonniken, eenpolemiek, waarin scheld
en smaadwoorden scheringg en inslag vormden,
waarin de laster vooral niet bleef buiten geslo
ten. Van dien tijd werd den volke verkondigd,
dat er een mensdienras bestond!, waaruit al de
dwaasheden voortsproten, die in Europa wer
den begaan. In een monnik zoo heette het
waren tegelijkertijd domheid1 en aanmatiging,
bijgeloof en vooroordeel, geveinsdheid en hui
chelarij belichaamd
1) Beoefenaars der kunsten en wetenschappen
in heidenschen geest, in 't bijzonder der oude
klassieke talen (Latijn en Grieksch) die zij bo
venmate bewonderden en ten koste van de
Christelijke kunst en levensbeschouwing der
Middeneeuwen; in de toenmalige maatschappij
(2e helft der 15e en begin der 16e eeuw)
trachtten in te voeren»
Wanneer men ooit het spoor der zeven
hoofdzonden zou bijster raken, aldus beweer
den de Humanisten, dan waren deze allen on
der den monnikskap schuil gegaan. En Eras
mus was het, die een halve eeuw lang, Euro
pa in de gelegenheid stelde, om uit zijn overrijk
tuighuis, punt- en sneldichten, geestigheden en
lachwekkende voorstellingen, die hij als wapen
tuig tegen de monnikenorden slingerde, naar
welgevallen te putten.
De aangevallenen, niet gewoon aan deze
wijze van strijrivoeren, waren niet gelukkig in
hun verdediging. Het lachen was hun verbo
den. Zij streden in navolging hunner leermees
ters Aristoteles, Duns Scotus, Petrus Lombar-
dus, en het bleef bij navolging, want het ge
nie der groote meesters ontbrak. Lucianus en
Aristophanes, de vertrouwelingen van Erasmus
waren hun onbekend. En toen zii eindelijk,
noodgedrongen, zich van de wapenen hunner
tegenstanders bedienden, had Erasmus die wa
pens neergelegd. Een gespierder vuist dan de
zijde omklemde en zaaide ze thans, een geduch-
ter vijand dan hiji had zijn plaats in 't strijdperk
ingenomen. Een, vijand; gesproten uit het ras
dier gesmade monniken; monnik als zij, maar
die die klassieke schrijvers niet noodig had om
den scherpen loog van zijn sarcasme op de
hoofden zijner tegenstanders uit te storten;
ia wiens bijtenden spot, hartstochtelijke toorn
fel oplaaide, en wiens helaas te welsprekend
woord, den inoui'kkenorden dieper wonden zou
slaan, dan het vlijmend-scherpe stylet van den
Rotterdammer ooit vermocht.
DERDIE R.-K. MlDDEiVSTANDSCONGRES.
Gistermorgen om half 11 werd het Don-
gres heroperiid. Door den voorzitter werd het
welkom toegesproken aan de heeren Ingen-
hout en Dr, Voerman en den rijksnijvemeid-
consulent, Beegoman. Ook richtte hij een
bijzonder woord van welkom tot Dr. H.
pot:Is en kap. Hack. aalmoezenier van den
arbeid in het bisdom Breda.
Onmiddellijk word hierna het woord ver
leend aan den prae-adviseur Prof. Veraart,
te toelichting van zijn prae-adviets: „De
middenstand en de bedrijfsorganisatie".
Aan zijn prae-advies, dat wij reedis in ons
blad gaven, voegde prof. Veraart slechts
weinig toe, omdat hij niet op de debatten
wilde vooruit loopen.
Daarop ontspon zich een levendig debat;
waaraan ook de heer Duyn uit Haarlem deel
nam, die bet geheele prae-advies m liet be
lang van den grossier en niet van den Mid
denstand of den kleinen winkelier beschouw
de. Aan te dringen op rabat e.d. achtte spr.
voor den middenstand doodelijik. Hij zou
weusclien, dat Prol'. Veraart eenvoudig zxm
moe-advies terugnam.
Was gisteren reeds een telegram van dank
ingekomen van Z. D. H. Mgr. den Aartsbis
schop, thans werd voorlezing gedaan van
pon telegram van H- M. de Koningin.
Daaroo werd besloten het adres te steunen
voor'een missive aan Minister De Vries, ver
zoekende terugname van het wetsvoorstel tot
invoering der vermogensbelasting.
Als spreker trad daarna op de heer N.
T?. s afgevaardigde der R.-K. Staatspar-
lj Ï3£K Mgr. Nolens naar Washing
ton ki en de boeren Kolkman en Arts ver
hinderd waren, f^ejen
dat spr. hier tege^^is is. De Midden
standers - aldus d® heer Fleskens - moeten
een crisistijdperk «hamaken. Ontlek komt
van alle zijden en er »1 nogveel cntiek uit-
geoefend worden* &1 A ie^ alleen maar m
verband met de duurte, die zoo goed als al
gemeen aan don Middenstand wordt gewe
ten.
En nu moge het zl-'n- zegt spr., dat er
onder de middenstanders zun. die te veel
winst gemaakt hebben, die de winstmarge,
wat ruim hebben genomen maar dan stel ik
daarbij de vraag: Is de middenstand de eeni-
go stand, waar gewoekerd is geworden?
Is alleen bij den middenstand de winstmar
ge te ruim geweest!
En dan vraag ik, aü°t sJ'-: Mag aan den
middenstand verweten worden dat hij de oor
zaak is van de duurte»
Het verleden heeft bewezen, wat de orga
nisatie vermogen ook de toekomst zal er zijn
om aan te toonen, dat uw organisatie onder
leiding van zijn krachtigen voorzitter zal
waar maken, dat do middenstand en zeker de
R.-K. Middenstand, een waardige plaats in
de maatschappij mag ®11 moet innemen.
Daarom zou ik wi"eij aldus om-
digd» spr.: pakt de zaken goed aan, blijft
voortgaan op den weg, dien gij zijt ingesla
gen tot eere van uw stand, tot eere van on
ze maatschappij, tot eere van onze kerk, tot
eere van God bovenal.
D'ö belangstelling doi Ivatiiolicko
partij wordt u bü deze toegezegd.
Nadat het applnus °P ('eze toespraak was
bedaard, ging Prof. Veraart naar het spreek
gestoelte om de verschillende debaters te be
antwoorden.
Alsnu ving prof. Veraart zijn betoog aan.
De heer Van Hout had met zooveel woorden
gezegd aldus spreker maak een winke
lier tot een kranig koopman, dan redt hij
zich wel. Spr. moet er evenwel op wijzen,
dat het vraagstuk twee kanten heeft, n.l.
voor den individueelen winkelier en den in-
dividueelen industrieel en voor de algemeen
economische positie. Overdrijft men aan een
een van beide kanten, dan is men van den
realistischen weg.
Tracht men alleen het groepsegoisme te
verdrijven, dan krijgt men de achterlijkheid
der techniek, terwijl men van den anderen
kant de gevaren niet ziet. waaraan men is
blootgesteld. Die gevaren, zegt spr., groeien
met den dag en ieder oogenblik, dat niet in
gegrepen wordt, is verloren.
Als spr. hoort, hoe de middenstanders er
over spreken, om den grossierssband te doen
verdwijnen, dan noemt hij dit klassenstrijd.
Hij behandelt dan de positie van den gros
sier en toont door enkele voorbeelden uit de
praktijk aan, dat de grossiersstand niet te
missen is.
De taak van den grossier is z.i. een zeer be
langrijke. Om principieele redenen verklaart hij
zich ook legen de Handdskamer te Rotterdam.
Wanneer men zegt, dat hij als staind gerust
kan veiflwijnen, dan moet men er zich van be
wust zijn dat men zulks evengoed van de klasse
van den middenstand' zou kunnen zeggen.
Ten slotte zegt spr. zijn conclusies gerust
aan de vergadering te durven voorleggen en hij
zal er trotsch op zijn, wanneer zij worden aan
genomen.
Aanvaardt, zegt spr. het principe van over
leg, dan zult gij een zet op he schaakbord
hebben gedaan, waarop de andere partij nog
jaren zal moeten peinzen.
Bij de hierop volgende replieken van Dr. van
Beurden en den heer Van Hout. stelde de heer
Veraart voor, om een studiecommissie te be
noemen, bestaande uit Dr. van Beurden, M. van
Hout en hem zelf, en op een volgende vergade
ring of congres het punt opnieuw aan de orde
te stellen. Aldus werd besloten. Prof. Veraart
verliet hierna de zaal.
Nog werd door den heer Frencken de volgen
de motie voorgesteld:
De R. K. Middenstand in vergadering op het
derde Middenstandscongres te Breda bijeen over
tuigd van de noodzakelijkheid dat het R.K.
onderwijs de beschikking krijge over meer R.K.
leerkrachten met bevoegdheid tot het neven van
Middelbaar onderwijs, spreekt de wenschelijk-
heid uit, dat de vereeniging R. K. Studiefoe-
langen door den R. K. Mirftienstad sterk worde
gesteund en verzoekt aan het federatiebestuur
deze zaak bij de aangesloten bonden krachtig
te willen bevorderen. t
De motie werd aangenomen.
Met den Ohristelijken groet werd de verga
dering door den voorzitter gesloten.
Des namiddags om half vier jhad in de Kathe
drale kerk een Pontificaal Lof plaats dat werd
opgedragen door Z.D.H. Mgr. P. Hopmans,
Bisschop van Breda, geassisteerd door de Ka
nunniken de Hoogeerw. heeren Gchrauwen en
Dr. Couwenbergh.
Door kap. J. C. Oomen wend tijdens dit Lof
een feestpredikatie gehouden.
Na het Lof sprak Mgr. Hopmans de congres
sisten toe en sprak den wensch uit, dat de ge
voerde besprekingen goede vruchten voor de
toekomst zouden opleveren.
De algemeene voorzitter de heer W. Fransen
sprak vervolgens nog een kort dankwoord tot
Monseigneur en sloot daarmee op officieel® wij
ze liet 3de R.K. Middensiandscongres.
Een stout stukje.
7
Pater NicoJaus Blum t
Staking der electriciens.
In den stand der staking van electriciens
te Amsterdam is bijna geen verandering ge
komen.
Bij een achttal patroons, die de eischen
der werknemers Irebben inspewilligrd, is het
werk hervat.
1 O-JARIG BESTAAN VAN HET R.K.
VAKBUREAU.
Voor den inhoud dezer rukriek stelt di
Redactie zich niet aansprakelijk.
LICHT! LICHTt
Geachte Redaotia-
Voot e.011 bescheiden plaatsje in uw veel
gelezen blad bij voorbaat mijn hartclijken
dan!:.
Ditmaal niet uit bet „Donkere Zuiden",
maar uit bet donkere Noorden, namedijk uit
Z i 1 k, dat donker is met betrekking tot het
niet-verlicht-worden en Noordelijk licht van
zijn „moederlijke" gemeente Noordwjjkerhout
Ik wil n.l. langen dezen weg een vrien
delijk verzoek richten tot ons geacht ge
meentebestuur namens vele belanghebbendten
overtuigd als ik ben, dat het moederhart
daardoor getroffen wordt en dit in daden
zal uiten.
Wat is het geval? Terwijl de kom van hert
dorp zich baadt in een zee van eloctrisch
licht, zitten wij, arme Zilkenar^n, in volsla
gen duisternis. Geen enkele gloeiende spij
ker laat staan een petrol eumlarktaarn, ver
licht hier onze paden, alleen flikkert in de
verte het zachte gaslicht van Hillegom» als
wilde dit ons harden in ons tergend geduld,
't Is dan ook geen wonder, dat wij hier allen
zoo veel voelen voor „Madame la Lnne", het
vriendelijk maantje, dat alleen zich ons lot
bij wijlen aantrekt.
We hebben nu twee Zilkenaren In den
Raad! Wie van beiden versohaft ons licht?
We zijn tevreden met een stuik of zes, ze
ven potroloumlantaarns, nogal bescheiden
nietwaar? Kan er dan ook eens, bijv. tege
lijk met het plaatsen der lantaarnpalen, ge
keken worden naar een klein eindlje weg
(pl.m. 200 M.), dat niet tot den Polder be
hoort en d n s niet onderhonden wordt, wel
licht komt dit dan ook in orde en wij zijn
den koning te rijk en betalen met nog meer
pleizier onze belastingpenningen dan we tot
heden gedaan hebben.
JR. J. J. HEIKMAN,
Zilk bij Hillegom.
.Heemskerk. 26 Oct. 1919.
Mijnheer 'de Redacteur,
Verleen mij een plaatsje in uw blad; voor
onderstaand stuk, Bii voorbaat mijn dank.
In het verslag van de vergadering van 10
October in uw blad geplaatst 17 Oetober, van
de afd. Heemskerk van den Ned. R.-K. Bond
van Dienstplichtigen „St. Joris" te Utrecht,
is een en ander niet juist weergegeven. Zoo
gelezen, maakt het den indruk, of de spre
ker, do heer Knape, ons aangespoord had in
de vergadering, om voor den Vrijwillige
Landstorm te bedanken, wat natuurlijk voor
dezen propagandist voor den Vrijwillige
Landstorm niet verwacht kan worden. De
zaak is echter deze. Er waren ontevredten
mannen in de vergadering, omdat de steun
nog maar steeds uitbleef. Dezen wilden be
danken voor „St. Joris" en voor den laml-
storm. Door den spr. werd er juist op ge
wezen, dat men aldus ban delende het tegen
deel bereikte van hetgeen men wenschitc.
Daarom drong hij aan op eenheid; organisa
tie, solidariteit en steun van het wettig ge
zag.
Weldra had men zulks begrepen en droeg
de vergadering het bestuur op, verdere stap
pen voor do vergoedingen te doen.
Simultaanseance J. W. van Dartelen.^
Dinsdagavond j.l. gaf de heer J. W. van
Dartelen, te Velserooxd eeno eimultaansé-
anee voor de Da.m- en Schaakclub „Velscr-
oord", waaraan door 14 spelers werd deelge
nomen.
Hiervan won de simnltaanspeler 12 par
tijen, terwijl hij er twee verloor tegen de
heeren P. v. d. Bos en B. P. M. Wortman.
Na afloop sloten zich vele spelers bij ge
noemde veTeeniging aan. zooda.t dezo scanco
schitterend geslaagd is,
RLEMSCHE COURANT
tl Valt bijna geen onaerweij» te bedenken,
Of de geleerae Redactie, drukt er een artikel
over at in haar van zelfgenoegzaamheid blo
zende kolommen, en presenteert het in haar fijne
Haagsche keuken toebereide geestesvoedsel, met
beminnelijk ui.noodigend gebaar aan de honge
rige gasten, die zich wekelijks om het tafeltje
„Welbereid" van het mondaine blad verdringen.
Hiji I i.'j .1 IHPM».- L.J~ -2
Door den heer Kajan, vertegenwoordiger
van den Christel ijken Middenstandsbond,
werd dank gebracht nameris dien Bond voor
de uitnioodiging en gezegd dat de actie der Ka
tholieiken ook de volle belangstelling heeft
der Christelijke georganiseerden. Spr. eindigt
met den weniosh, dat de vruchten van dit con
gres niet alleen ten goede komen aan den
R.-K. Middenstandsbond, maar aan de mid
denstanders in het algemeen en het gansehe
vaderland.
Men schrijft aan de „Standaard'.
Op het Stadhuis te Maastricht kwam iemand met
een verhuisbiljet uit Visé.
Als provincie stond daarop vermeld„Lim
bourg Cedé".
Het stuk was officieel onderteekend.
Naar het blad' verneemt, is dit prachtexemplaar
van een verhuisbiljet opgezonden aan den Minister
van Buitenlaudsche Zaken.
In het missiehuis te Steyl bij Tegelen ^overleed
gisteren de Hoogeerw. pater Nicolaus Blum, su
perior generaal en eerste opvolger van pater Ar
nold Janssen, stichter der Congregatie van het
Goddelijk Woord. Hij was geboren den 4en Maart
1857, werd priester gewijd' in 1883, was procurator-
generaal van 1891 tot 1909 en superior-generaal van
af 5 November 1909.
Rijzewijk, die mede zitting hebben in het bestuur
van het Vakbureau. Voorts waren aanwezig Dr.
Jac. v. Ginneken, leider van het zielkundig bureau
van deze instelling en prof. van Aken.
Na opening door den voorzitter van het Vakbu
reau, den heer J. van Rijzewijk, sprak Minister
Ruys de Beerenbrouck een rede uit, waarin hij o.a,
zeide, dat de Regeering op het R.K. Vakbureau re-
k'enie. Zoo zult gij aldus de Minister -door uw;
vakorganisaties onder leiding van uwe vakbureaux
direct bevorderen de lotsverbetering van al uw me
de arbeiders, indirect de christelijke beginselen laten
doordringen n het leven onzer maatschappij, een
steun zijn voor de orde en den bloei onzer samen
leving voor ons vadbrland en onze geëerbiedigd
Koningin.
Een daverende ovatie volgde op de rede van den
Minister. Staande werd door al de aanwezigen he
slotwoord gezongen.
Van Minister Aalberse was een telegram van ver
hindering en gelukwensch ingekomen.
De heer Engels, lid der Tweede Kamer, sprak
daarop de feestrede uit.
Bij het sluiten de vergadering zeide de voorzit
ter, dat, wat er ook! mocht gebeuren, bet Vakbu
reau de Regeering zal steunen in haar moeilijke
taak.
Gisteren werd bij gelegenheid van het 10-jarig
bestaan van het R.K. Vakbureau te Utrecht door.
het Bestuur receptie gehouden. Tal van gemeente
lijk'e autoriteiten en Katholieke voormannen
ook
hel centraal bestuur van den R.K. Volksbond m
het Bisdom Haarlem was vertegenwoordigd -
kwamen het Bestuur complimenteeren. Des avonj
had een druk bezochte feestvergadermgplaats m
het gebouw voor K. en W. Ze werd om bugewoonc
door den minister van bmnenandsche zaken Jhr. m
Ch Ruys de Beerenbrouck, den minister van wa
terstaat Z. Exc. König, den minister van financien
mr. S. de Vries, de Kamerleden dr. Dekkers, Henr
Hermans, Baron A. van Wijnbergen en A.Engels
benevens de Kamerleden Kuiper, Haazevoet en v
TV -