iL an
HET WITTE HUIS.
BUITENLAND
feuilleton
Zaterdag 29 November—Vijfde blad
ïêiïdsIenEtanïIswronïngen.
Het Unie Secretariaat.
Er vallen in den laatstcn tijd in de Room-
sclie Studentenbeweging verschillende ver
schijnselen waar te nemen, welke wijden op
eene toenemende centralisatie. Werd reeds
onmiddellijk na de stichting der plaatselijke
studentenvereenigingen de behoefte gevoeld
eene Unie dezer corporaties tc grondvesten,
welke de algemcene belangen der Roomsche
Studentenvereenigingen had te behartigen,
thans zijn dc bemoeiingen van het centiale
orgaan, het Uniebestuur, zoozeer toegenomen
dat liet noodzakelijk is geworden. Want de
werkzaamheden, welke de functie van hoofd-
be ,t uurslid met zich medebrengt, eischen dus
tij en werkkracht van den geheelen mensch
en kunnen niet verricht worden door een
student, wiens voornaamste bezigheid toch
de studie moet zijn. De zorg vdor de goede
regeling voor Retraites, voor de uitgaven
van een Annuarium en het Roomsch Stu
dentenblad, het leiding geven aan de R. K.
Sociale Studentenclubs, de regeling van de
Studentendagen enz. groeien den hedendaag-
schen student over het hoofd en roepen om
vrijgestelden, gesalarieerde bestuurders, juist
al- bij dc vakverenigingen het geval is.
Ka de verschillende artikelen, welke er in
het loopende jaar in de groote Roomsche
Pers over het Unie-Secretariaat zijn versche
nen wordt thans onder toezending cener bro
chure „De Roomsche Studentenbeweging
een beroep gedaan op den milddadigen geest
der Katholieken, opdat de Unie van R. K.
Studentenvereenigingen in Nederland in staat
gesteld worde bovengenoemd instituut te
grondvesten en in stand te houden.
Het plan is 0111 in het volgend jaar naast
den Unie-Moderator, Professor P. G. Greenen
te Warmond,..twee secretarissen aan te stel
len, één om zijn hoofdtaak ervan te maken,
den ander voor een gedeelte van zijn tijd.
De eerste is een letterkundige, die om zijn
groote gaven van geest en hart tot de leidende
figuren van Roomsch Nederland behoort
de tweede is een jurist die met alle technische
kwesties op dit gebied volkomen vertrouwd
is en ook na zijn aftreden steeds daadwerke
lijk belang gesteld heeft in de Romsche Stu
dentenbeweging. Op deze wijze hoopt men
de schaduwkanten tc kunnen weg werken,
welk', cot heden ..an de actie verbonden zijn.
"einde den opzet te doen slagen, is een
stto financieclc ondergrond een eerste
vercisdite. Het Uitvoerend Comité heeft de
jaarlij ksche onkosten op ruim f 6000 begroot
en gemeend zich hiervoor te moeten wenden
tot de studenten en hunne ouders, de afge
studeerden en verder tot de Katholieken, die
ervoor in aanmerking komen.
Zelfs al laten wij de vraag buiten beschou
wing op de jaarlijksche bijdragen van studen
ten en van hunne ouders voldoende kunnen
zijn om de uitgaven te dekken, dan komt het
ons toch gewenscht voor, dat ook de overige
Katholieken hun steun aan dit sympathiek
streven niet onthouden. En wel om het groote
Roomsche belang da? daarbij op het spel
staat.
V» ant liet is vuur xvoomscn Nederland een
noodzakelijke voorwaarde, dat liet over een
zoo groot mogelijk aantal van intellectueelen
kan béschikken, die aan de verschillende
krachten, welke in het katholieke deel der na
tie leven, richting en leiding kunnen geven.
Om deze in vervulling tc doen gaan, is het
broodnoodig, dat door een voortdurende "pro
paganda het getal der Roomsche studenten
aan de Universiteiten hooger worde opge
voerd. Want waar dc Katholieken ruim 3°
der bevolking uit maken, vormen de Katho
lieken studenten slechts 9% van alle acade-
miebnifev.s.
i net voornaamste belang is voor ons
daarm gelegen dat de toekomstige Katholie
ke leiders reeds in hun studententijd een uit
stekende training krijgen. Hiervan kunnen zij
deelnemen 111 hunne vereenigingen met de
daaraan verbonden Vincentius- vereeniging-
en. Congregaties, Missieacties, Sociale Acties
en Retraites. Deze kleine onvolledige opsom
ming geeft, naar wij hopen wel grond aan de
overtuiging, dat alles gedaan wordt, teneinde
den studenten de gelegenheid te verschaffen
hun Katholiek leven intens te leven.
Moge dan de oproep van het Uitvoerend
Comité weerklank vinden in de harten van
Ne^rlands Katholieken, opdat er voor de Unie
der R. K. Studenten geen iinancieele bezwa
ren bestaan om haar voornaamste doel te
verwezen.lijken. De maatschappelijke ver
breeding en de godsdienstige en zedelijke ver
dieping der Roomsche Studentenbeweging.
L J. BLOEM.
üecemfoer.
DE TOESTAND IN ITALIË.
De Amerikaansche bladen bevatten
een interview van de Associated Press
met Nitti, waarin de eerste minister er
den nadruk op legde, dat de nieuwe Ka
mer bestaat uit 850 demokrater! en con
servatieven, 'tegen 150 socialisten. Boven
dien zijn vele kiezers die op socialistische
Candida ten hebben gestemd nog volstrekt
geen voorstanders van het sacialisone.
De in het buitenland verspreide alar-
meerende geruchten over den toestand in
Italië zijn volgens Nitti geheel onjuist. De
vér kiezingen zijn zonder ernstige voor-
va lien afgeloopen, de openbare orde is
voorbeeldig, er zijn geen stakingen en
handel en bedrijf leven overal op.
Italië gevoelt zich evenwei verongelijkt;
het is het eenige land waar het volk nog
oorlogsbrood eet en bovendien is er te
weinig vleeech, melk en steenkool.
Italië, dat nooit alleen tegen Oostenrijk
ten oorlog zou zijn gegaan, is na de in
eenstorting van Rusland alleen gelaten.
Het beeft alleen den oorlog tegen Oosten-
rjjk-Hongarjje gewonnen en deze over
winning was de eigenlijke oorzaak van
den vai van Duitschland
Tijdens den oorlog heeft Italië de
grootste ontberingen doorstaan. Na den
oorlog zijn aile aspiraties van het Itali
aansche volk betwist. Is er reden -
vroeg de eerste minister - voor zooveel
oppositie inzake piume? De ontretkk>rd6
toestand ene to r ïum^ on in Damatië is
geschapen en de ontevredenheid in het le
ger en op de vloot zijn medte een gevolg
van de houding onzer bondgenooten.
Nitti uitte de hoop, dat Amerika zich
zal verklaren NOt)r een snelle oplossing
der kwestie \aa F ïunie. Ons program is
zoo gematigo, dat het moet worden aan
vaard, want wu kunnen met minder geen
genoegen ne.men- Italië wil geen nieuwe
901-logen, het wenscht zelfs met Zuid-Sla-
vië op goeden voet te bdijveu. Italië is 'n
gezond ianu, dat krachtig genoeg is om
zich te verheffen- Dp het oogenblik is het
land ontevreden, maar zoodra ons recht is
wedervaren en wu die huidige moeilijkhe
den te boven zun, zal onze positio in
Europa steed® sterker worden. Wij reke
nen ook op de'i 8'mm van onze Latijnsche
zusterstaten R' Amerika, waarmee
wij ons verwant gevoelen door zoovele
banden van ra8> 'aal, beschaving, vrij
heids- en deinocratisehen zin.
LETLAND IN OORLOG MET
duitschland.
De Lettische reseenng heeft haar verte
genwoordiging Eerlijn teruggeroepen
en beschouwt zich, wegens de aanvallen
der vroegere Duitsche rijkstroepen onder
Bcrmoni Avvaiof als in staat van oorlog
met Duitschltiul.
Naar de „Deutsche Allg. Ztg." verneemt,
zijn reeds nieuwe wapenstilstandsonder
handelingen met de Letten aan den gang.
Daar de oorlogsverklaring wel is afge
kondigd, doch er voor oorlogvoeren nie
mand aanwezig is, behoeft het afbreken
der betrekkingen praetisch niet al te tra
gisch te worden opgevat. Van de zijde der
-Letten worden een reeks eischen gesteld;
die doen zien, dat het den Jbetten in de
eerste plaats om het bezit van het Duit-
sche oorlogsmateriaal te doen was. Be
derde eisch luidt n.l. uitlevering van het
materiaal in on beschadigden toestand.
De leden van het Lettisehe gezantschap
in Berlijn zullen pas dan lmn passen
krijgen, wanneer het ongestoord vertrek
der Duitsche gevolmachtigden in Riga,
Schieman en dr. Kuch, verzekerd is.
DE POLITIEK IN .FRANKRIJK.
Het „Journal des Débats" bevat een
verstandig artikel oveT de werkwijze van
de nieuwe Kamer. Het blad schrijft;
Reeds wordt er een interpellatie over de
algemeene politiek van de regeering
aangekondigd. Welke regeering Dat
weet men nog niet, maar inter pel leeren zal
men. welke regeering dan ook. En welke
politiek? Daar weet man ook niets van,
maar voor een interpellatie behoeft geen
reden to bestaan; dat is er juist het
fraaie van.
Wij signa leeren dit kleine feit, omdat 't
van beteekenis is, omdat het een manier
van doen kenschetst, die bewezen heeft,
ondeugdelijk te zijn en die door het pn-
biek verafschuwd wordt, een manier van
doen, die door de verkiezing van 16 No
vember plechtig verworpen is. De huidige
Kamer voelt het goed; dat er veel van
haar verwacht wordt, misschien meer dan
zij geven kan, want zij staat tegenover
vraagstukken, waarvan de oplossing even
min gemakkelijk als eenvoudig is. Maar
wat zij in elk geval veranderen kan en de
ze hervorming is de eerste voorwaarde
van alle anderen dat is de wijze van
werken. De aanblik van de harrewarrende
onvruchtbare onrast van het parlement is
vernederend. D'e Kamer gedraagt zich
alsof haar voornaamst© rol in liet aa.11-
hooren van redevoeringen bestond. Daar
begint alles mee. Een intexpellant spreekt
'n minister antwoordt, een menigte goed
gunstige sprekers komen bun afwijkende
meeningen, die min of meer vreemd aan
het ontwerp zijn, breed uitmeten: steno
grafen teekeuon voor heit nageslacht, dat
ze nooit zal lezen al deze kakelbonte, naai
de lamp riekende uitingen op en een min
of meer pompeuze, maar bijkans altijd nut-
telooze motie, „bekrachtigt" het debat.
Een der gel tik ceremonieel heeft nog
nooit voor ©enige moeilijkheid, welke ook
een geneesmiddel aan de hand gedaan. Er
is iets anders noodig wanneer men 't par
lementaire stelsel niet in impopulariteit
en onmacht wil zien ondergaan en dit zou,
wat men ook denk© moge, het omgekeer
de zijn van een vooruitgang.
De nieuwe Kamer geeft zich rekenschap
van de noodzakelijkheid om een andere
wijze van werken te volgen. Mogj echteir
haar geneesmiddel niet erger zijn dan de
kwaal. Moge zü. bijv. niet gelooven, dat
alles omvergehaald, de Grondwet gewij
zigd en een einydoos werk ondernomen
moet worden met twijfelachtige kans op
succes, om fouten t© yerbetcren, die vol
strekt niet onafscheidelijk zijn van de con-
stitutioneele wetten van 1875. En men
geeft zich zelfs de moeite niet deze te
raadplegen en toe te liassen. De inwen
dige tucht van de Kamer moet veranderd
worden en van d© Kamer hangt deze ver
andering af. De meerderheid moet zich
organiseeren en niet toestaan aan de
kletsers, de fantasten en saboteurs het
stelsel in discrediet te brengen en te be
letten, dat het werkt. In die thans heen
gegane Kamer heeft de socialistische
groep, die slechts een zesde was van het
effectief dier Kamer, het spreekgestoelte
den halven tijd in beslag genomen. Die
geweldige breedsprakerighrid heeft niets
goeds opgeleverd zelfs niet voor de so
cialisten: en de kiezers hebben hun dat
duidelijk gemaakt. Vrijheid van Tribune
beteekent dan ook niet het recht tot ob
structie van het eigenlijke werk. De so
cialisten en de anderen zullen er in be
rusten moeten slcchls te spreken wanneer
zij iets te zeggen hebben en over het on
derwerp, dat aan de orde is. Men zal ook
af moeten zien van die telkens afgebro
ken debatten, die weken lang elkaar op
volgen, eindelooze herhalingen noodig
maken en de aandacht ontmoedigen.
DE HONGAARSCHE REGEERING
ERKEND.
zSir George Clark heeft Karl Huszar, den
Bongaarschen minister-president meege
deeld, dat de Oppers;© Raad zijn -gte
ring als voorloopige de i'acto regeeri 114
erkent en bereid is met haar t© onderr
handelen tot de algemeene verkiezingen
en de daaruit ontstane nationale vergade
ring tot de vorming van een regeering
leiden, die de uiting van den wil van 't
geheele Hongaarsehe volk zal zijn.
Deze erkenning geschiedt ondér voor
waarde dat d© voorloopige regeer in g on
verwijld d© verkiezingen uitschrijft, wet
en orde iii het land handhaaft, zich ont
houdt van agressief optreden, de voor
loopige, grenzen van Hongarije eerbiedigt
en eiken Hongaar het volle genot van
zijn burgerrechten, met inbegrip van
vrijheid van pers, vergadering, politiek©
overtuiging en vrije uitoefening van het
geheime, algemeene kiesrecht waar
borgt.
Naar Clark verder mededeelt heeft hij
deu Oppersten Raad verwittigd dat. Hus
zar bereid is gedelegeerden naar de Vre
desconferentie aan te wijzen, zoodra daar
toe een nitnoodiging uit Parijs komt.
Ten slotte wenscht Clark Huszar geluk
met het slageu van zijn pogingen om een
voorloopige regeerin-g te vormen, die de
goedkeuring van all© politiek© partijen
heeft.
Karl Huszar, de Hongaarsehe minister
president heeft in een onderhoud met een
medewerker van do „Reichspost" ver
klaard, dat zijn laak slechts een voor-
loopig karakter heeft en aan een beperk
ten tijd gebonden is. Hij wenscht zoo
spoedig mogelijk de verkiezingen tc laten
afloopen en zal in de eerste bijeenkomst
der nationale vergadering de regeering
in liaar handen leggen. Het hoofddoel van
zijn politiek noemde Huszar bet bereiken
van den vrede, opdat er eindelijk orde
zal komen en in bet geheele land een
aanvang kan worden gemaakt met vrucht
dragend-en arbeid.
DE AMERIKAANSCHE MlJNWER-
KERSSTAKING.
De onderhandelingen tot beëindiging
van de koleustaking zijn afgebroken. De
commissie, bestaande uit werkgevers en
werknemers, is voor 011 bepaalden tijd uit
eengegaan.
De militaire autoriteiten hebben de uit
legging gegeven, dat de 52 mijnwerkers,
die Woensdag te Wyoming waren gear-
rest.eer-d, krachtens de proclamatie waar
bij het district onder de krijgswet was
geplaatst, waren in hechtenis genomen.
Het bleek, dat zij mijnwerkers, die bereid
waren geweest om weer aan het werk té
gaan, hadden geïntimideerd.
Nadat zij waren opgepakt, hadden de
overige mijnwerkers besloten, weer aan
het werk te gaan.
DE NIEUWE KEGEERING IN
BELGIE.
Delacroix heeft zich tot de liberale,
ministers uit het oude kabinet gewend.
Om zeven uur gisterenavond werd b©
kend gemaakt, dat bot ministerie inder
daad was samengesteld en nog slechts ge
wacht wordt op d© toetreding van Des
tine, waarop men rekent. De wijziging
betreft do toewijzing van de portefeuille
van binnenlandsche zaken aan Reu kin,
die van spoorwegen aan Poullet. Do an
dere ministers behouden hun portefeuil
les.
GEMENGDE BUJTENL. BERICHTEN.
Finaneieole overeenkomst tusschen
België en Duitschland.
Volgens de „Nation Beige", is mef
Duitschland een overeenkomst gesloten,
inzake de kwestie der zes milliard Mark,
die België bij den wapenstilstand heeft
overgenomen. Deze schuldvordering op
zicht wordt vervangen door een schuld
vordering op termijn, 5 pet, rente gevende.
De termijn is op 20 jaar bepaald. De ope
ratie geldt voor Marken doch het koers
verschil komt voor rekening der Duitsche
regeering. Van de zes milliard zu-lien er
twe© worden aangewend tot herstel der
oorlogsschade, twee ervan worden aan d«
Nationale Bank toegekend, terwijl de twee
overige milliard zullen dienen als reser
ve ter waarborging van België'© financi-
oele politiek.
Een onbescheidenheid van „de Times".
Het is aan de „Times" gelukt de dezer
dagen verschijnende vier doelen van het
boek van Karl Kautsky, dat het resul
taat bevat van diens onderzoek in d*
Duitsche archieven naar de chuld aan den
wereldoorlog, in handen te krijgen en is
het blad begonnen uittreksels daaruit
opeD-baar te maken.
Kautsky protesteert in de Berlijnseh©
pers heftig tegen deze onbescheidenheid
oa inbreuk op bet auteursrecht en ver
klaart niet te begrijpen, hoe de „Times
bet boek in handen gekregen heeft, daaa
hij met den uitgever alle veiligheids
63).
„Ongelukkige jongen sprak zijn moeder
treurig „de eenige troost, welke u nog bij
levens tcgenheden zou kunnen versterken,
is 11 ontvallen
Zoo ging de dag voorbij, en de volgende
brak aan zonder dat men nog iets van de
ontvluchte vrouw had vernomen. Ook de
politie, door Eduara onmiddellijk met het
gvVal bekend gemaakt, liet niets van zich
hooren. De b ide vrienden maakten zich
gereed om tegen den middag te vertrekken,
en noch de een noch de andere die er zich een
verwijt van maakte dat zij al te langzaam
handelden. liet kwam ook niet eens bij iïdu-
ard op, dat er dien tusschentijd veel met
mevrouw Iraumbach zou kunnen gebeurd
zijn wat hij, zoo hij vroeger haar verblijf
ontdekte, had kunnen voorkomen.
zóó besluiteloos, zóó onverschillig maakt
het ongeluk den mensch, die met alten
godsdienst heeft gebroken en het vertrou
wen verliest op het albestiet eener ondoor-
gtondelijke^Voorzienigheid i
NEGENDE HOOFDSTUK.
„Waar zullen wij het eerst heengaan
sprak Eduard, meer in zich zeiven dan tot
zijn vriend, die, na het diner zijn sigaar
rookende, de kamer op- en ncerliep, terwijl
dc eerste zich in een gemakkelijke Houding
op de canapé uitstrekte en üaardoor zuil
onuitsprekelijken tegenzin in de voorgeno
men reis op net klaarst aan den dag legde.
„Ja, dat is moeiehjk te bepalen," antwoord
de Charles, die, ook al m zien zeiven gekeerd,
bezig was de schoonste iuchtkasteeien te
bouwen en m zijn geest een met bloemen
versierd altaar op zag rijzen, waar een jeugdig
paar dgor een priester m den echt werd ver-
eenigd.
„Wil je wel gelooven," sprak de dokter
geeuwend, „dat we verstandiger deden om
maar thuis te blijven, want je hebt volstrek
met de minste aanwijzing waar je moet be
ginnen, en om je de waarneid te ..eggen, ben
ik uat reizen en trekken moede."
„Ik wil het gaarne aannemen hernam zijn
vriend „maar net is dunkt me onverantwoor
delijk om de zaak op naar beloop te laten
wij moeten het maar eens beproeven; gij dien-
det toch iets te doen mogelijk is het toeval
ons even gunstig als de eerste maaltoen had
den we ook volstrekt geen punt van uitgang."
„Mijnheer, daar is de veldwachter, hij wou
u spreken," riep Lisje die, na aangeklopt te
heboen, met die sennk aanjagende verwon
dering binnentrad, welke de komst der politie
altijd schijnt te veroorzaken.
„De veldwachterWat heeft die hier te
doen nep Eduard, terwijl hij in zijn po
ging om te kunnen opstaan, van de canapé
roiae, waarbij n'J ZiJu Looid zeer onzacht met
den voet der taiel in aanraking kwam. „Ga
eens even mee," vervolgde hij tot zijn vriend
„men kan nooit weten wat aie man te vertel
len neeitaan heb dt er tenminste een ge-,
tuige dij genad. iviaar, duivelsdat is ook
waar, het kou weliets wezen wat ons eenige
inlichting gai omtrent mevrouw 'iraumbach
Laat ons nooren.'
„Wei, vriendschap, sprak hij, toen hij
met Charles voorkwam, „wat is er van uw
order
„Mijnheer de commissaris laat u verwitti
gen," Klonk liet antwoord, „dat de vrouw
waarover u aan het bureau gesproken hebt
misschien gezien is. Zij is aan het dorp in de
trekschuit gekomen, die 's namiddags om vijf
uren van L. vertrekt. Ze was in het wit ge
kleed, misschien in 'n nachtjapon, en al de
menschen die in de roet zaten nebben er voor
den gek gehouden. Als iemand tegen der wou
spreken, lachte ze em uit, en ze scheen 't erg
druk te hebben met 'n kind dat in 't water
gevallen is."
„Zoo, en is dat alles wat je er van weet
vroeg Eduard. „Is u niet bekend welken weg
zij genomen tieeft, of waar zij gebleven is
„Ja wel, menheer, maar menheer de
commissaris had 't wel op een briefie
maggeu schrijven, want 'n mensch kau
't allemaal niet onthouwen," hernam de
politieman ontevreden. „Even voorbij
Manrelhoef moest de schuit weer aanleg
gen, omdat er iemand inkwam, toen
sprong ze meteen eruit, en omdat 't donr
ker was, wist niemand waar ze gebloven
„Dus we weten eigenlijk nog met waar ze
is," sprak Charles ongeduldig.
„We hebben nadernand nog weer bericht
gehad," ging de veldwachter voort. „Der
Kwam een roeiboot de rivier afvaren, en zoo
wat 'n half uur van 't veerhuis af, weet u,
waar ze overvaart, hoorden ze 'n plomp in
t water ze gingen der naar toe waar het ge
luid vandaan kwam, maar 't was tegen den
stroom op en ze hadden lang werk, zoodat
ze niets zagen toen ze aankwamen."
„Dus ze is verdronken I" riep Eduard met
een smartclijken zucht.
,,'t Zou me niet verwonderen, menheer,
antwoordde de veldwachter„maar ze had
den heelen tijd in dé schuit van "n kind ge
sproken heeft de schipper verteld, dat in zet
verdronken was, en daar ze naast wou leggen.'
„En dat zou gebeurd zijn," hernam de
dokter, schier tot vertwijfeling gevoerd, „een
half uur van het veerhuis, zooals je zegt,
nietwaar?"
„Ja, mijnheer meer is er ook niet van be-
kend," sprak de berichtgever.
„Doe mijnheer de commissaris mijn com
pliment, breng h m mijn dank, zeide Edu
ard, „en zeg hem dat ik mij het ingewonnen
bericht ten nutte zal maken.
„Heel goed, mijnheer, hernam de veld
wachter, t?p militaire wijze tot groet zijn scha-
co aanrakende terwijk hij, door Eduard uit
gelaten, vertrok.
Nu weten we t n minste welken kant w%
uitmoeten om haar, 't zij dood of levend, tt
vinden," hernam de dokter„dus naar de
rivier
„Dat kunnen we loopende af," zeide Char
les"; „het is hier zoover niet vandaan."
(Wordt vervolgd)/
«^isxMcaasytev
Dat er in dezen tijd van nood en behoeften,
ook gebrek is aan middenstaudswoningen is
geen onthulling der laatste dagen en evenmin dat
deze woningen niet in voldoend aantal zonder
hulp van overheidswege kunnen gebouwd wor
den.
Al geruimen tijd geleden hebben wu dau ook
op steun van rijk en gemeente aangedrongen, in
een tijd dat er niet alleen van zulken steun geen
sprake was, maar ook dat deze hulp door velen
werd bestreden en liet er niet naar uitzag, dat '1
er ooit van komen zou.
Men zal ons daarom wel willen gelooven, da
wij met genoegen hebben gezien, wat er in dt
laatste maanden in deze richting is gedaan.
Eerst was het 't gemeentebestuur van Haarlem
dat financieelen steun toezegde de moreele
was er al lang, maar daarmede doet men in dat
geval niet veelMaar wij moesten het billij
ken dat ons stadsbestuur niet verder ging dan
dezelfde hulp bieden als aan den bouw van arbei
derswoningen werd verleend. Wij drongen dan
ook aan op rijkssteun.
En zie, ook deze, kwam in vrij voldoende mate.
Wij beelden ons niet in dat deze loop van za
ken door ons is geforceerd, maar wij weten van
zeer nabij) dat vanuit Haarlem, zoowel door par.
t'culieren als door half officieele personen, mede
door onze artikelen daartoe gebracht, een sterke
drang in Den Haag is uitgeoefend, totdat aan bil
lijke wenschen gehoor is gegeven.
Aan wie daartoe hebben medegewerkt, onze
hulde daarvoor.
Herhaaldelijk wezen wij ook op de noodzake
lijkheid, wanneer de middenstands-woningbouw
in Haarlem ter sprake kwam, dat ook de omlig,
gende gemeenten de handen uit de mouwen zou
den steken om den bouw van middenstandswo
ningen in hun gemeente te bevorderen, omdat
het hier een bij uitstek algemeen belang van deze
gehccle streek gold.
Haarlem, Heemstede en Bloemendaal hebber
nu bepalingen vastgesteld de een al milder dan
de andere die aan deze wenschen tegemoet ko
men en naast een woord van hulde past nu nog
een aanmaning om zoo spoedig mogelijk aan het
werk te tijgen.
Niet alleen hopen wij, dat men tegenover de
bouwvereenigingen een coulante houodng be
trachte, maar men smere voor deze gelegenheid
de trage ambtelijke machine eens extra goed, op
dat met den meest denkbaren spoed de ivrcede
woningnood in onze omgeving worde gelenigd.
De woningschaarste diene nu zoo spoedig tno
gelijk alleen nog in de herinnering voort te leven
en bewaard te worden als een leerrijk spiookje
van grootouders aan hun kleinkinderen.
Elders iu dit nummer wordt gewezen op de
voordcelen der Vrijwillige Verzekering, waar
voor bij den Raad van Arbeid gelegenheid zal
worden gegeven. Iedereen leze dit stuk' eens
goed en aandachtig na en doe er zijn voordeel
mede.
Maar rnct 3 December treedt ook in werking
dc fnvaliditcits. en Ouderdomsverzek'ering en
hierop willen wij ook nog even wijzen.
Iedereen, dus werkgever en werknemer, over
tuige zich, dat alle verzekeringsplichtigen het
personeel dus zich hebben aangemeld en als
dit nog niet gebeurd is, geve men zich alsnog
zoo spoedig mogelijk op. Want: na 3 December
kan geen verzekenngsjUichtige arbeider betaling
van zijn loon vorderen, indien hij geen rente-
kaart overlegt.
Men dient 11a te gaan in welke kTasse voor
ieder premie moet worden betaald. De premie
mag niet van het loon worden afgehouden. Als
de arbeider zelf het verschil bijbetaalt, mag hij
betaling eischen van een premie in een hoogere
klasse. Hoe die klassen verdeeld zijn, zal weldra
worden bekend gemaakt.
Iedere werkgever zorge dus vóór 3 December
voldoende zegels in huis te hebben om de ver
schuldigde rentczegels op te plakken. Dat moe
gebeuren vanaf en bij de eerste loonuitkeering
na 3 December. De zegels zijn verkrijgbaar aan
den Raad van Arbeid en aan het Postkantoor.
De werkgever of de werknemer bewaart de
rentekaart. in het eerste geval icikt de werkge
ver aan den verzek'cringsplichtigc een bewijs van
bewaargeving uit.
Binnenkort hopen wij in ons blad -nog cenige
pi actische wenken en cenige antwoorden op prac-
tisch-e vragen, de Invaliditeitswet betreffende op
te nemen.
DE INTERNATIONAL*. ARBEIDSCON-
FERENTIE.
Donderdag werden wijzigingen goedgekeurd
van het achturendag-beginsel voor bepaalde lan
den, die op nijverheidsgebied nog weinig ont
wikkeld zijn, speciaal voor Japan, In die rich
ting wa» geadviseerd' door de commissie voor
speciale landen. De Japansche arbeidersafgevaar
digde viel op heftige wijze de arbeidstoestanden
in zijn eig enland aan en kreeg den krachtigen
steun van de Ncderlandsche, Belgische, Fransche
en Italiaansche arbeiders-gedelegeerden in zijn
eisch, dat Japan op precies denzelfden grond
slag moest worden bejegend a amlcre ianncn.
liet rapport van dc commissie was ingediend
door Barnes (Engeland), die zc.de dat in dc Ja
pansche katoen-industrie elf uur per dag werd
gewerkt en in dc zijde-industrie de omvang
rijkste industrie des lands waarbij 900.000 ar
beiders betrokken waren dertien uur per
dag, vermeerderd met 120 uur overwerk per jaar.
Het scheen ondoenlijk om die werktijden onmid
dellijk terug te brengen tot Westerschen maat
staf; maar rekening houdende met de beloften
van Japan dat het alle mogelijke moeite zal doen
om de onvoorwaardelijke aanvaarding te be
werkstelligen van de beginselen, die in overeen
stemming zijn met de algemeene stroomdng in
de wereld werd aanbevolen, dat aan Japan
zal worden verzocht om over te gaan tot spoedige
en aanzienlijke vermindering van den werktijd
De 48-uren week werd aanbevolen voor arbei
ders-onder de vijftien jaar en voor ondergrond-
sche arbeiders, dc 60 urenweek voor bewerkers
van onbewerkte, zijde en de 57 uren week voor
die takken van nijverheid' waar met overuren ge
werkt wordt.
Voorts moet er een wekelijksche rust zijn van
24 uur, naar Europeeschen maatstaf.
De Japansche arbeidersafgevaardigde protes
teerde heftig tegen deze voorgestelde uitzonde
ringsbepalingen, welke hij totaal overbodig acht
te. In Japan werken nog 700.000 vrouwen in de
textielindustrie in slavernij.
De regeeringsafgevaardigde voor Japan verde
digde echter de overgangsbepalingen. De Japan
sche industrie is slechts 30 jaar oud en kan niet
plotseling de verstrekkende wijzigingen van de
Wcstersche beschaafde landen overnemen.
Barnes, Engeland, sloot hierop het debat met
de mcdedeeiiug, dat wijzigingen volstrekt nood
zakelijk waren. Japan, zeide hij, was de confe
rentie op zeer faire wijze tegemoet gekomen en
had zeer groote concessies gedaan. Het had den
werktijd in de fabrieken van twintig op zeven
tien uur terug gebracht, wat iu de katoen-indus
trie den invoer van anderhalf mihoen weefstoe
len noodig maakt, met welker bezetting jaren
gemoeid zouden zijn. Hij voegde hier nog aan-
toe, dat het niet slechts onmogelijk was voor
Japan, om datgene maar eens plotseling te doen,
waar Europa meer dan honderd jaar over be
zig was geweest, maar wanneer de conferentie
voet bijstuk hield, zou zij het tot dusver be
haalde voordeel geheel verliezen.
is." 111. 1 I In Ill-1