191 UUL twur HET WITTE HUIS. Stadsnieuws FEUILLETON Donderdag 18 December—Tweede blad c>a ^t'sj gevochten herasi© „Wil je wei eens maken dat je naar boven komtheb ik je niet gezegd dat je je bedaard eou houden en wij anders elkaar spreken soudea 1" Maar de gedaante bleek zich aan die be dreiging met te storen, want zij klom verder met eenigs behoedzaamheid de trap af en wierp zich in de armen van den dokter, die naast den ouden man als aan den grond ge nageld stond van schrik „Mijn goede vrouw, is dat iemand doen ontstellen 1" riep hij. „Kon je me niet zeggen dat ze bij jou verborgen was wendde hij rich met stijgenden toorn tot den veerschip per, die zijn lantaarn op den grond had gezet en met de handen in zijn broekzakken be daard stond te kijken. „Ik wist niet of je er belang bij had, heer schap," klonk het antwoord. „Het is juist om haar op te sporen, dat wij m deze buurt ronddwalen. Is de politie er plicht, dat gij haar hebt opgenomen „Neen, heer, nog nietmaar je praat net l GEMEENTERAAD. Ingekomen' stukken. Ondier po ingekomen stukken was o.m.: een verzoekschrift van die vereeniging „Kindervoeding" 0111 een creeiet van f 8000, tot 31 Maart 1920, waarbij in min dering- zullen worden gebracht die bedra gen, die zij nog aan contributiën en gif ten mocht ontvangeh; verzoeksclirifteji van het bestuur der Bijzonder© Ragcrc School Velserstraat 31, het bestuur der Christelijke Scbpol voor Lager .Onderwijs en Uitgebreid Lager On derwijs aan de Bakenessergracht, om aan het plaatsvervangend hoofd, eène beloo ning toe te kennen van f 10 per jaar en voorts aan alle leerkrachten uit te keeren 2 pCt. premie voor eigen pensioen en eventueel 5 pCt. voor wediuwen en weezenpensioen. Om te stellen in handen van B. en ter afdoening: een adres van het hoofdbestuur van dlpn Nederl. Bond van Gemeenteambtenaren, waarin de wenschelijkheid betoogldi wordt va.n eene extra-uitkeering va,n een maand salaris aan alle gemeente-ambtenaren; een schrijven van het bestuur van de af deeling .Haarlem der Algemeeme I?»K> Ambtenaarsvereeniging, houdende betui ging van instemming met vorenstaand, adres Door den Commissaris der Koningin in de provincie Noord-Holland zijn benoemd tot buitengewoon gemeente-veldwachter: G Roosma, W.. Kranenburg, M. Fieimieh P. J. van dier Jagt, G. H. .Wedekind, A Lahaise, M. Janse, J. G. de Wildt C. Polder, C. van der Werff en Wl Smink. Door B. en W. is aan M. G. Quint, weduwe van J. H.. Zonneveld in leven Laatstelijk gepensionneerd fitter bij de ge'- meentelij ke duinwaterleiding een pensioen verleend ten bedrage van f 240 's jaars, alsmede pen aanvullingspensionen ten bedrage van f 89 "s jaars aan M. L. van Halst, feervol ontslagen agent van poli tie der le klasse-rechercheur. iof 'k 'n groote misdaad heb gedaan met die krankzinnige vrouw te herbergen ik verdie de daarvoor toch wel eenigen dank. Ik heb hier gistereen 'n gedoente van dokters en- meesters bij me in huis gehad van wat ben je me, en ronduit gezeid, ik wil al die moeite niet voor voor niemendal hebben. Geld, zie je, geld moet er wezen en als ik nou de poli tie zeg dat ze hier is, wordt ze gehaald en naa het gekkenhuis gebracht, en dan verdien ik er niks an, weet je Daarom heb ik maar ge wacht of er ook familie van haar kwam opda gen." De lezer zal bemerkt hebben dat de onge lukkige vrouw niemand anders was dan me vrouw Traumbach, die, nadat zij in de rivier was gesprongen, door den roeier van een voorbijgaande boot gered was, welke haar echter voor dood bij den veerschipper had ge bracht, niet wetende wat hij met het lijk zou beginnen. Tonie had nog leven in de drenke linge ontdekt, en maakte zij zelden zooveel werk om anderen van dienst te zijn, zij beza genoeg doorzicht om te begrijpen dat al de moeite en zorgen die zij voor de onge lukkige ten beste mocht hebben, ruim schoots zouden beloond worden, wanneer de familie haar goed verbleegd bij haar£ terugvond. Daarbij zag zij spoedig dat zij met een Voorgesteld .wordt - dp .huur van- twee p ere c-elen tuingrond aan de Paviljoens laan vóór de perceelen nrs. 7 en 9 over te schrijven ten name van Mevrouw de .Wed. J. B. A M [WesterwoudtKliriger en Mcj. D. A. Wubbenhorst; Woensdag' vergaderde om half twee de Raad der gemeente onder voorzitterschap van wethouder Heerkens Thijsseu. Afwezig waren de lieeren Groenendaal en wethouder Bomans, de laatste jnet ken nisgeving. De heer POPPE vraagt het woord over een persoonlijk feit. Dit feit bestaat in de uitdrukking van rotte appelen in oen vori- gevergadering gesproken door den lieer Klein; z. i. in veband met liet vroeger Ka tholiek zijn van spreker. De heer Poppe verklaart om verschil lende redenen uit de Kath. Kerk gegaau te zijn: de Kath. Kerk in Nederland is z. i. ultramontaan en ook acht hij de Biecht immoreel. Hij is niet uit de Kerk geworpen, maar er uit gegaan. Spr. ver zoekt den heer Kleiu in 't vervolg zijn vroegere Katholiciteit in den Raad er bui ten te laten. De hoer KLEIN zegt dat,, toen hij het over die rotte appelen had, hij niet aan den lieer Poppe dacht. Overigens bood de heer Klein als hij hem mocht beleedigd hebben, zijn verontschuldiging aan. Naar aanleiding van de ontslagname van den heer Nagtzaam wordt door den Voorzitter een woord van warme waar deering gewijd aan het scheidend raadslid Ik weet den tolk van den gansohen raad te zijn, wanneer ik zeg, dat deze me- dedeeling met leedwezen is vernomen. Weinig raadsleden hebben met zooveel zorg zich in de gemeentezaken ingewerkt en zich zoo zeer voorbereid voor de in den Raad te behandelen onderwerpen als u, mijnheer Nagtzaam. De heldere en dui delijke uiteenzetting van zijn standpunt dwong den gansehen Raad maar u te luis teren; men kon het niet met u eens zijn, men wist altijd, dat het geen losso ge dachten waren, die gij in ons midden wierp t, maar de vruchten van. een zefl- standig onderzoek en een helder oordeel. Overtuigd als we zijn dat die helder heid van inzicht en uw werkkracht in hooge mate ten goede zullen komen in uw nieuwen werkkring waarvan wij nog onlangs hoorden met hoeveel lust gij die. aanvaard hebt, wenschen wij u gaarne alle voldoening toe welke gij voor u zelf moogt wenschen om de taak, welke gij op u genomen hebt in het belang van arme misdeelden, te volbrengen. De heer BRUCH deelt mede, dat de sa larissen aan de meisjesschool met 8 pet. zijn verhoogd. Dit besluit is in de vorige vergadering aangenomen. Nu meent de wethouder, dat het de bedoeling van den Raad was met ingang van 1 Januari 1920 die 8 pet. te geven. Ue beer A. JE. C. v. Saai-loos, tijde lijk leeraar in het boekhouden, handelsre- kenen en handelsrecht aan de H. B. S. met 3-jarige cursus en H. H. S. met 2-ja rige, verzoekt eervol ontslag uit die be trekking. Wordt verleend. B. en W. bieden den raad ter vast stelling aan een le suppletolre begroeting dienst 1919 tot een totaal bedrag van 442. 745.51. Onder de inkomsten wordt 0. a. voorge steld de post: directe belasting naar het inkomen te verhoogen met 121.301.45 en alzoo te brengen op f 121.301.45: de post belasting op openbare vermakelijkheden te verhoogen met f 23.000.en al zoo te brengen op 53.000.— Onder de uitgaven 'wordt o.a. voorge steld de post: kosten van het bonwen en inrichten van noodwoningen te verhoogen met 196.640,1854. Goedgekeurd. Suppletoirs begrooting Stads- Arrnen- en Ziekenhuis. B. en W. stellen voor goed te keuren de suppletoir© hegrooting van ontvangsten en uitgaven wegens de huiszittende armen en het Stads-Armen- en Ziekenhuis voor den dienst 1919 aanwijzende in ontv. en uitgaaf een bedrag van 49.891.50. Goedgekeurd. Begrooting Stads- Armen en Ziekenhuis. B. en W. stellbn voor de begroeting van ontvangsten en uitgaven w©gens de huis zittende armen en het Stads- Armen- en Ziekenhuis te Haarlem voor den dienst van 1920 in ontvangst en in uitgaaf slui tende met eene som van 120.750; goed te dame te doen had, redenen waarom zij te meer verwachtte dat de zaak een goede winst zou afwerpen. Toen zij bem erkte 11 dat de beide heeren, althans Eduard, be kenden of wellicht bloedverwanten van haar waren, liet zij den heftigen toon, waarop zij gespreken had, varen, en zeide met be studeerde teederheid „Maar, mijn goede ziel, wie had dat nn gedacht, dat we zoo spoedig en als bij toeval uw vrienden hier zouden zien. Och, wat doet me dat een genoegendie arme vrouw Ik heb er om geschreid, toenzeh aar bij me binnenbrachten, want ik dacht dat ze dood was, en denk altijd aan de nade- staanden, want het is wat te zeggen om iemand die je dierbaar is op zoo'n nood lottige wijze te moeten verliezen." „Ja, dat hadden de kaarten je niet voor speld," riep Eduard sarcastisch. „Ik heb er niet aan gedacht ze te raad plegen," antwoordde zij met haar gewoap sluwheid„anders zouden zij het zeker wel gedaan hebben en ik had ook gisteren mijn handen vol met haar. Den geheelen dag heeft zij bewusteloos gelegen, en toen zij weer bijkwam, heeft zij mij willen slaan, mij, die haar niets anders dan goed wide doen. Ik heb een zindelijk ledikant voor haar in gereedheid gebracht, waarin zij keuren en liet subsidie uit de gemeentekas te bepalen opeene som van 103.023.38. Goedgekeurd. Subsidie. B. en W. stellen voor aan de Afdeeling Haarlem van de Vereeniging tot Steun aan Verwaarloosden en Gevallenen voor 't jaar 1920 een subsidie te verleenen van 500.—; betaalbaar op de gemeentebegroo ting dienst 1920. Goedgekeurd. B. en W. stellen voor het subsidie ■tan bet Centraal Comité van Drankbestrij- dende vereenigingen te Haarlem, toege kend bij de behandeling van de gemeente begrooting voor 1920, groot 400.— te ver hoogen met 350.— en alzoo te brengen op 750.—. Goedgekeurd. B. en W. stellen voor aan het Plaat selijk Comité van de R.-K. Vereeniging tot Bestrijding der Tuberculose „Herwon nen Levenskracht" te Haarlem voor liet jaar 1920 een subsidie te verleenen van 0.25 per verpleegde (ingezetene van de gemeente Haarlem) en per dag ten laste van de gemeentebegrooting dienst 1920. De heer PEPER zegt dat deze vereeni ging een sectariscli karakter heeft, Daar om is hij er tegen. De VOORZITTER wraakt de door den heer Peper gebruikte uitdrukking „seota risch" karakter. De heer KOPPEN wenseht de noodige waarborgen; komt deze vereeniging ook in aanmerking voor Rijkssubsidie en sub sidie van do Prov. Staten1! De heer KLEIN zegt, dat „Herwonnen Levenskracht" geheel voldoet, aan de door het Rijk gestelde eiseheu. De heer KOPPEN zegt dat aangezien de steun der provincie nog niet zeker is, dit punt misschien nog aangehouden kan wor den. De heer v. d. KAMP zezgt, dat liet Ri.ik geen subsidie geeft, als de Gemeente die niet verleent. De VOORZITTER refereert zich aan de opmerking van den heer v. d. Kamp. Het betreft hier bovendien ingezetenen van de gemeente Haarlem. De heer WOLZAK zegt, dat aangezien hot hier ingezetenen van Haarlem betreft liij in elk geval de subsidie zou wenschen te verleenen. De heer BRUCH brengt in herinnering, dat bij het subsidieëeren van dergelijke vereenigingen hier niet gevraagd wordt of ook het Rijk subsidie verleent. Hier is door den heer Koppen een nieuw element in den Raad gebracht. De heer PEPER zegt nog dut z. i. alles sectariisch is, wat andere gezindten bui tensluit. Het voorstel wordt aangenomen met d.e stem van'den heer Peper togen. B. en W. stellen voor ter beschik king van hen te stellen een bedrag van 100.betaalbaar op den post „Onvoor ziene Uitgaven", van de begrooting 1920, als bijdrage voor de deelneming van de gemeente als lid van het in September 1920 te houden Eerste Nederlandische We- genoongres. Aangenom en. B. en W. stellen voor den hoer L. W. Havelaar als Directeur der gemeente lijke duinwaterleiding en 't laboratorium voor pathologische bacteriologie in func tie te laten tot 31 December 1920. Aangenomen. Arbeiderswoningen. Het voorstel van B. en W. betreffende het houwen van 390 eensgezins-arbeiders- woningen. De heer GEBRITSZ vraagt met welk woningtype bereiken wij het meest; en zegt dan: door te bouwen volgens de laat ste circulaire van den Min. v. Arbeid. Als er woningen volgens 't plan van B. en W. gebouwd worden, dan is het die vraag of de bewoners dier woningen ze wel op ge- wenschte wijze zullen bewonen. Spr. be roept zioh op den beer Bomans die van beter gesitueerd arbeiders sprak. Ook spr. en de heer Peper spraken in die ichting. De heer Slingenberg had ook die be doeling; eveneens de heer Klein. Het sterkst kwam een en ander bij die stemming uit. Er zon wordien gebouwd voor de beter gesitueerden. De raadsstuk ken bij deze voordracht van B. en W. ma ken echter den indruk dat geen rekening daar mee wordt gehouden. De moening,, die echter die raadsmeerderheid in Octo ber heeft uitgesproken is z. i. de juiste. Als het voorstel van B. en W. wordt aangenomen, dan is daaraan verbonden 't wegruimen van een gelijk aantal krot ten. Er komen dan dus geen nieuwe wo ningen bij. Spr. wraakt het dat B.en W. het tegengaan van het op sehuivingssys- tcem in de hand werken. Spr. zou willen aanbouw van gemeentewege op zoodanige wijze, dat daardoor het aanbod zou wor- goed kon rusten, en haar aangemaand zich bedaard te houden, omdat de dokter dit had aanbevolenzij is den geheelen middag zeer kalm geweest, maar de dokter zeide, dit kwam omdat zij uitgeput is daarom moest zij krachtigen bouillon heb ben en die heeft zij ook van mij gehad." Al dien tijd had mevrouw Traumbach hi de armen van Eduard gelegen, t.erwij' haar oogen straalden van een inwendig ge noegen dat zich niet laat beserhijven. De dok ter hield haar met teederheid omvat, terwijl de diepste weemoed en het innigste mede- medelijden uit zijn trekken sprak. „Hebben ze u hier goed behandeld?" vroeg hij haar min of meer fluisterend. Zij lichtte haar hoofd, dat op zijn boezem ge zonken was, op, en knikte bevestigend doch een zijdelingsche blik, welken zij schuch ter op de waarzegster wierp, getuigde, dat zij van dien kant eenig kwaad vreesde, wan neer zij het tegendeel beweerde. „Zij heeft u toch niet geslagen vroeg Eduard met een trilling m zijn stem. Zij schudde met haar hoofd, maar gaf daarbij den dokter zulk een gevoeligen kneep in zijn arm, dat hij wel had willen schreeuwen van pijn, en zeide toen zacht „Zoo heeft zij gedaan 1" den verhoogd en treedt verder in een uit voerige eritiek op het rapport van den Di recteur- van Bouw- en Woningtoezicht omtrent de doelmatigheid en geriefelijk heid der voorgestelde woningen. Spr. komt tot de conclusie Mat de me thode van B. eu W. een minder goede is. Spr. kan zoo zijn stem niet gevenaan B. en W. De heer KLEIN is tegen stander geble- ven van liet voorstel van B. en W. Spr. vraagt nadere inlichtingen omtrent liet stuk grond, dat onmiddellijk grenst aan de kerk aan de Zo niervaart. Als spr. een af wijzing van B. en W. mocht ontvangen dan zal hij togen stemmen. De heer VAN OMMEREN vraagt waar om over de geheele oppervlakte der wo ningen geen zolders gemaakt worden. Hij zal 2.00 niet voor het voorstel van B. en W. kunnen stemmen. De heer PEPER, zegt dat. de woningen niet yersleten zullen zijn, als de huidige maatschappelijke omstandigheden zullen opgehouden bobben te bestaan De heer SLINGENBERG zegt. dat. B. en W. moeten afgaan op de toelichting der voorstellen. Dat hebben B. en W. ge daan. Spr. citeert den lieer Reinalda in dit verband. Uit het geciteerde concludeerde de heep Slingenberg, dat de hr. Reinalda 'wenseht dat niet gebouwd zou worden voor de be- ter-gesitueerde arbeiders. Dit voorstel is verdedigd in de zitting van 4 December. 1918 door den heer Reinalda. Spr. zegt dat B. en W, dachten dat hun voorstel di& tugemeene instemming zou hebben. Men heeft het immers de taak van de gemeen te geacht om voor minder-gesitueerden te bonden. Spr. haalt het kamerdebat van 5 Dee. aan, waarin de heer Hermans (S. D. A. P.) klaagde over weigering van het Rijk om arbeiderswoningen van 10.000— te bouwen. Maar de Minister toonde aan, dat woningen van 10.000.— een 300 mil- lioen zouden kosten. De minister kon geen woningen geven boven de GÜ00.De wo ningen van B. en V'. kosten 6500.—. Men moet dus inzake de rijks-subsidie zeei voorzichtig zijn» Spr. is geen vijand van het opscliuif-s'ys- teem, maar spr. wenseht iu tegenstelling met den heer Gerritsz dat systeem van onderaf te beginnen. Tot liet type komend zegt spr. dat do beer G-erritsz bezig is huizen te bouwen van nog minder type dan B. en W. eu wel voor volslagen vak arbeiders. B. en W. van Amsterdam hou wen een aanzienlijk minder type dan B. en W. vanHaarlem. Spr. treedt in een technische uiteenzet ting van de types der verschillende wo ningbouw vereenigingen. Concludeerende zegt spr. dat als men dit voorstel afstemt, voor de minst gesi tueerden niets gebouwd wordt. B. en. W. zijn van plan om in de toe komst met een plan vaar woningen voor groote gezinnen te komen. Daarom keu re men dit plan goed. De lieer GERRITSZ tracht het door den. heer Slingenberg aangehaalde te weer leggen door het voorlezen van citaten van het door den heer Reinalda gespro kene. Verder jneènt spr. dat de prijs door Minister Aalberse bepaald van 6000. de bouwkosten is, in den prijs van 6500 voor de door B. en W. voorgestelde hui- zzen zit ook de grondprijs. Spr. hoopt, dat als de voorstellen zuilen verworpen worden, de plannen van den lieer Dumont zullen uitgevoerd worden. Spr. lioopt dat de Raad de voorstellen van B. en W. zal verwerpen en dat dan de beste typo van woningen zullen ge bouwd worden. De heer KLEIN zegt, dat er vrij en frank in de door den heer Gerritsz ge wraakte vergadering gesproken is. Met den heer. Gerritsz is hij het overigen» mee eens, dat deze voordracht afgestemd dient te woden. Is den wetli. van Openib. Werken niets beleend van den bouw van een school voor jongens, enz.1 De heer POPPE treedt in uitvoerige na betrachtingen in verband met den aan do orde zijnden woningbouw. De heer WOLZAK dringt er op aau, deze voorstellen van B. en W. aan te ne men, vooral met het oog op den woning nood. De plannen van B. en W. moeten aangenomen worden en zoo spoedig mo gelijk tot uitvoering gebracht worden. Wij moeten ook rekening houden met de gemeente-financiën. Als het Rijk niet de bijdrage wil verleenen voor de duurdere woningen,; dan komt dit duurdere op de Gemeente neer. De heer REINALDA komt op tegen de wijze van citeeren van den heer Slingen berg. De cijfers door den Wethouder ge noemd, wijken z.i. af van die in de stuk ken. „Heb je haar geknepen, heks Zeg, wat heb je haar gedaan Is dat de goede oppas sing waarover jij je zoo beroemt," vroeg- Eduard, plotseling uitbulderend. „Heer, ik heb haar waarlijk niet gekne pen maar toen zij weer bijkwam, gedroeg zij zich zóó wild, dat ze niet te regeeren was, en ik alle moeite om haar vast te houden. De dokter zeide (hier bracht zij haar wijs vinger aan haar Voorhoofd, daar zij het woord niet wilde noemen) det zij dat was en ik moet zeggen, 't had ook allen schijn. Onop houdelijk riep zij om haar kind, dat ver dronken is, er bijvoegende „als je mij haat niet teruggeeft, spring 'k ze na want naast haar wil ik begraven liggen. Eduard gaf de waarzegster een wenk, dat zij onvoorzichtig een al te gewaagd onder werp had aangeroerd, iets wat spoedig daarna bleek, toen mevrouw Traumbach harst- stochtelijk uitriep „Mijn kind 1 mijn Laura I tni)n eenige Laura I waarom heb ik u verloren I Wordt vervol;d.) Be welgemeende, ernstige terechtwijzing van het 'Amstcwlamsclie raadslid professor Diepenhorst aan het adres van den Voorzitter van den Raad, om krachtiger, doelbewuster leiding aan-de dis cussies in de vergaderingen te geven', schijnt aan 'docvemans ooren verspild. Wet verre dat er eenige verbetering tn den toon der debatters valt waar te nemen, en dat de raadsleden hun aandacht meer, zoo met uitslui tend bepalen tot zakelijke bespreking en aldoe- ning van de aangelegenheden der Gemeente, holt t-er, deel hunner, aan oageagggelijke straatben gels gelijk, voort op den weg van kwaad tot eiger. Het zijn de Socialisten en communisten, die, ieder voor zich, met uitsluiting van anderen, de ..gunst en 'recommandatie" der arbeiders trachten te krijgen, tegen elkaar blijven opbieden, elkander verdacht en uitmaken voor alles wat leelijk en verachtelijk is. En Burgemeéster Teilegen weet blijkbaar geen weg in dien Janboel. Zijn gezag en prestige als Voorzitter en leider Üer vergaderingen, nadert schrikbarend het nul. punt. De openbare tribune-bezoekers waren in den namiddag-zitting van Maandag j.l, weer getui gen van tooneelen die niet onderdoen voor wijlen de beruchte Poolsche Landdagen. De befaamde heer Kleerekoper verweet Dav'd Wijnkoop, dat hij tot gemeenteraadslid was ge kozen, als belooning voor zijn beschuldiging dat Wibaut een moordenaar en een dief is. Die zelfde heer wijdde breedvoerig uit over 'de loonen aan de „Tribune," waarover in de Peis zooveel te doen is geweest. Onder Voortdurend kabaal in de achtbare(?) vergadering, riep bij Uit, dat een cci steun pilaren van dit dagblad', die links van Wijnkoop in den Raad 'zetelt, (bedoeld is de communist Alexander Lisser) met een diamant van 41 karaat ter waarde van 150.000 gulden in zijn zak' rondloopt. De heer KLEEREKOPER», Die diaman ten kunnen niet verkocht worden, omdat aangaande de herkomst geen voldoende ge- rustellende gegevens verstrekt worden en omdat er slechts enkele juweliers zijn, die dergelijke kostbare steenen gebruiken. Er ontstaat in den Raad rumoer De heer ROODVELDT (C. P.) roept her. haaldelijk, dat de heer Kleerekoper ronduit moet zeggen, wat hij bedoelt. De burgemeester roept hem deswege tot ide orde. De heer ROODVELDT: „Ja, dat moet u doen. Daarvoor bent u voorzitter." De VOORZITTER dreigt, dat h ijde heer Roodveldt uit de zaal zal laten verwijderen als hij de orde verstoort. De heer KLEEREKOPER. Zulk een dia mant te koop aanbieden om aan geld te komen voor den klassenstrijd, bcteekent zich afgeven met de bourgeoisie. Men bedenke bij dit alles, dat hier het 011 twc'rp- „enieentebegrooting over 1920 aan de-orde is. In de avondzitting van dien zelfden dag, nam David Wijnkoop zijn revanche. Ziellier een bloemlezing uit de behandeling 'fier gemeentebegrooting op jlien avond. ,.De heer WIJNKOOP. Wat heeft de dia mant,, welke iemand, die 's avonds naast mij zit, in zijn zak zou hebben, met deze beschouwingen te maken? Ik vraag ook niet wat Wibaut in zijn brandkast heeft, noch wat Wibaut en Kleerekoper in hun zak heb. ben. Wij willen de colleges der burgerlijke democratie doen verdringen door de Raden van den arbeid, door de .functioneel e demo cratie," zooals die in het Westen is opge komen. In Rusland met zijn Sovjets staat men op sprekers standpunt, in Engeland is het Radenstelsel aan het opkomen, welken naam inen er ook aan zou willen geven. Wij vvenschen de burgerlijke democratie niet omdat die de revolutie tegenwerkt. En het zijn alle burgerlijke democraten en de sociaal-patriotten, die deze burgerlijke demo cratie willen in stand houd'en. Het Raden systeem is het, dat door de revolutionaire arbeiders wordt verlangd en nagestreefd. GeroepEansink I De heer WIJNKOOP: Of de heer Lan- sink Jr. het niet met ons ééns is, heeft niets te bettekenen. De soc.-democraten zijn altijd gauw te. vreden. Een stem: Lansink is geen soc.-demo- craat. De heer WIJNKOOP: Ik heb daarmee niets te maken. Het is een feit dat in den burgerlijken Gemeenteraad de leden mogen praten!(gejoel), maar tot revolutionaire besluiten komt men niet, men komt er niet om te doen. 76). Het is vooral de S. u. A. 1'. die 011s verwijt dat wij niet in de commissies zijn gaan. zitten. Wij doen dat niet en nemen ook geen deel aan de wethoudersverkiezing, omdat wij het kapitalistisch regiem, niet wil len in stand houden en geen verantwoorde lijkheden voor dat bestuur kunnen aanvaar den. Vroeger hebben ook de soc.-demoraten geweigerd, wethoudersbenoemingen te aan vaarden en zij zullen ons thans verwijten te doen wat 3M destijds ook deden., dat is, geen verantwoordelijkheid aanvaarden? Men zegt nu dat de geheele Raad verantwoordelijkheid 'draagt, spreker ontkent dat, en wijst er ook op dat de wet geen commissies van bij stand kent. De S. D. A. P. echter, die zich tot taak stel: ons deze dingen te verwijten, heeft haar eigen beginselen verraden Dc heer LOOPUIT (S.-D.j: Nou is hij thuis De heer WIJNKOOP: Het is een onbe schaamdheid van deze partij om zulke ver wijten tot ons te richten De VOORZITTER: Ik kan die uitdruk king „onbeschaamdheid" niet toelaten. Dc heer WIJNKOOP: Maar hedenmid dag heeft u wel toegelaten dat iemand die_ naast mij zit op grove wijz ewerd beleedigd! De heer POSTHUMUS (C. P.): Daar heeft hij gelijk in. De VOORZITTER: Ik heb hedenmiddag geen beleedigende uitdrukking gehoord. De heer POSTHUMUS bromt iets onver staanbaars. De VOORZITTER: Met u heb ik niets te maken, meneer Posthumus!'' Wat al dit ergerlijk onderling gekijf met de gemeentebegrooting over 1920, dus met de finan- cieele gestes en belangen van Amsterdam uit staande heeft? Natuurlijk geen sikkepit. Wij meenen waarlijk' niet te overdrijven, als wij afgaande op het onophoudelijk getreiter en de eeuwige scheldpartijen tusschen de Socialisten en Communisten gewagen van een vrij gevochten bende in den Raad der Hoofdstad. Wijnkoop erkende dit zelf, toen hij onlangs tot een zijner sociaal-democratische medeleden de verzuchting slaakte: „We zouden het in de Tweede Kamer onder Fodk wel uit ons hart laten, om te doen wat we hier doen. Een indirect, verdiend verwijt over de meer dan slappe leiding van den Voorzitter! Binnenkort is het Kerstmis. Dan gaan èn de Amsterdamsche Raad èn de Tweede Kamer op vacant'ie. De heer Teilegen zou zijn vacantiedagen slech ter kunnen benutten, dan door in die dagen van zijn zwager, den heer Fock, Voorzitter der Tweede Kamer, les te gaan nemen in het leiden van rumoerige vergaderingen. Onder de ingekomen stukken was ouder meer een schrijven van den heer mr. J. B. Bomans waar hij ontslag verzoekt als regent van het Sint Elisabeth's of Groote Gasthuis.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1919 | | pagina 5