w
DERDE BLAD
Én en om Haarlem
Wat de Pers zegi
BUITENLAND
Gemengd Nieuws,
HET WITTE HUIS.
FEUILLETON
ZATERDAG 10 APRIL 1920
lie iroBuden in utiiiscaianu.
GEMENGDE BlUTEKL. BERICHTEN.
ONDER DEN INVLOED VAN STERKEN
DRANK.
Het Stadhuis. Haarlem is een kasteelstad
d. w. z. onstaan door en* om het kasteel,
dat we nu nog kennen als zuidelijk gedeel
te van het stadhuis. In vele steden was het
kasteel niet zelden het belangrijkste en
grootste en merkwaardigste gebouw, dat
den uitwendigen vorm van het stadje ka
rakter en type gaf. Zoo hebben we in ons
land een zestigtal grootere en kleinere kastee-
len, die óf binnen óf buiten de ommuring
gelegen aan die steden een bijzonderen en
karakter gaven, waarvan trouwens al heel
Weinig overbleef. Van bijna al die kasteel
steden is het oude slot óf verdwenen óf niet
meer te herkennen b. v. 's Gravenhage.
Leiden en Muiden hebben hun burcht en
j' kasteel vrij goed bewaard. Zoo'n burcht,
de oudste kasteelvorm, was weinig meer dan
een vluchtruimte met beschermenden ver
dedigingsmuur, zonder woonruimte. Bij den
daaropvolgenden kasteelvorm komt de ver
sterkte, verdedigbare woning op den voor
grond. Eerst een rechthoekig of rond toren-
vormig gebouw, zien we in de 12e eeuw
dien toren verplaatst en aangesloten aan
zijn ringmuur.
Het „stedehues" is van alle openbare ge
bouwen het meest en het innigst met het
stedeleven verbonden. Daar toch werden
alle besluiten genomen voor den groei en
bloei voor het wel en wee der stad van in
grijpenden invloed. Daar hadden bijna alle
gewichtige bestuursvergaderingen plaats en
werd het stadszegel, de stadskiste en veel
tijds ook de stadsprivilegiën en geheime
brièven bewaard.
Het Raadhuis was bovendien nog iets
meer dan een onderdak voor de daarin zete
lenden en vergaderden.
Het was een symbolisch gebouw tevens de
tabernakel der burgerlijke vrijheid. De ge
kantelde weergang langs den dakvoet toonde
aan, dat men niet zonder strijd zich de vrij
heid weer zou doen ontnemen. De hoog op
gaande toren, van welks binnen één of meer
wachters den omtrek verkenden, bewees,
dat men op zijn hoede was. Elke stad kreeg
een streven het Huis der Gemeente, het sym
bool van zelfbestuur en vrijheid met aller
hulp te maken tot een karaktervol gebouw,
tot een sieraad der plaats, tot aller trots.
Met zijn toren moest het stedehuis hoog
boven de ommuring uitkomen en reeds in
de verte spreken tot den langzaam naderen
den vreemde ling. Dichter bijkomend moest
deze door vorm, afmeting en karakter van
het gebouw ontzag krijgen voor de burgers
welke zich geen offers hadden ontzien om
het Huis der Burgers te maken tot een sie
raad der plaats tot aller trots. Men ging soms
soms wedijveren om het prachtigste raad
huis te bezitten.
Een markt of handelsplaats ging als
zij door het verkrijgen van stadsrechten,
stad was geworden, niet terstond over tot
het bouwen van een Raadhuis.
Nog tientallen jaren hadden naar oud
Germaansch gebruik de Raadsvergaderin
gen en de Rechtszittingen in de open lucht
plaats onder een schaduwrijken eik of lin
de en bij slecht weer in de kerk, op een der
stadspoorten of op uitnoodiging van den
kasteelheer in diens sab. Evenals nu nog
meerdere regeeringsbemoeiing meer ruimte
vraagt voor administratie en vergaderloka
len, zoo ontstond later met de toename der
bestuurszorg de behoefte aan een stadhuis.
V«dr dien tijd was in drukke marktplaat
sen reeds een ander gebouw ontstaan. Een
veilig onderdak een Hal was noodig voor
de kooplieden in goud en zilverwaren,
kostbare stoffen enz. Bij zoo'n hal hoorde
ook een zaal, waar handelsgeschillen moes
ten worden beslecht. Die zaal, boven de
open standplaatsen werd van lieverlede
benut voor de Raadsvergaderingen. Eerst
in de 12e eeuw en later ging men Raadhui
zen bouwen. Het Haariemsche Raadhuis
als zoodanig dateert uit de se helft der 14e
eeuw. Voor dien tijd hadden onze partem
hun raad of Schepenzaal boven een markt-
hal waar tot voor eenige jaren de Hoofd
wacht was en dat nu het gebouw van „Haar
lem" is. We lezen boven den hoofdingang.
Wanneer De Graef hier op het Sand-
Sijn Princen woninch had geplant
Soo was dit loflick oud gesticht
Tot Haeriems Raedthuijs ingericht.
Die Graaf was Willem II van Holland,
Roomsch Koning van het Duitsche kerk,
die tusschen 1240 en 1250 op het Sand,
nu Groote Markt, zijn kasteel bouwde en
Haerlem in 1245 stadsrechten schonk. Het
oorspronkelijk handschrift daarvan berust
ophet gemeentearchief, terwijl in een der
vitrines in de zuidelijke bovenzaal van het
Frans Halsmuseum een keurig afd uk er
van ligt.
Reeds in het begin der XHIe eeuw, toen
Hollands graven bij voorkeur in L' id n,
of op een hunner buitenverblijven 's Gra-
venzande, Vogelenzang enz. vertoefden, ston
den zij de Zaal in hun kasteel te Haarlem
tot Raadszaal af.
Toen het kasteel „die Haghe" klaar was,
stelde Graaf Floris V in 1287 den hof bij zijn
gebouw in Haarlem ter beschikking van een
Dominicanerklooster en het kasteel zelf
tot Raadhuis. Het schijnt nog voor het ein
de dier eeuw als zoodanig te zijn ingericht.
Opvallend is ook de overeenkomst van den
ouden voorgevel (zijde Groote Markt) met
die der zijgevels van de groote zaal op het
Binnenhof te 's Gravenhage, in de tweede
helft der 13e eeuw gebouwd.
Ieder Haarlemmer kent natuurlijk de
Hal of Trouwzaal, waartoe een dubbele trap
van buiten af toegang geeft. Dat was de ou
de Riddersab, die de geheele benedenruim
te besloeg. Burgemeesterskamer en de hee-
le vleugel langs de Zijlstraat zijn van later
datum. Het aangrenzend Wethoouders-
vertrek is ook deel van het oude kasteel,
dat door zijn tinnen als zoodanig wordt
herkend. De zoldering met hare nu zwart
bruin geworden kinderbalken rust op zware
moerbalken, ondersteund door korte muur
stijlen met geprofileerde sleutelstukken en
karbeels.
De oude eikenhouten deur, die van buit
ten af toegang geeft, is van zijn menigvuldi
ge verf en vernislagen ontdaan. Een be
kwaam schilder, die veel voor het oude voelt
en er ook veel van weet, heeft al die oude
poespas er afgehaald. De talrijke bewijzen
van geweldpleging dateeren zeer waarschijn
lijk uit den tijd van het Kaas cn Broodvolk,
want toen is het volk te hoop geloopen en
forceerde deze deur. Een bevloering van
overhoeks gelegde blauwe tegels dekt de
overwelfde kelderverdieping, die we door
kruisen om naar de afdeeling Openbare
werken te gaan.
(Niet te verwarren met het geele gebouw
naast het Gymnatiurn)
Aanvankelijk diende de overwelfde kel
der verdieping geheel of gedeeltelijk tot
Halle en toen, doordat het marktveld zoo
veel lager gelegen was ,een kleine 90 centi
meter hooger dan nu, wat duidelijk blijkt
bij de nu bijna in den grond verdwenen ko
lom-basementen. Zie naar het uitgebouwde
gedeelte binnen en buiten.
Boven de zaal ligt de zólderverdieping
met haar hooge borstwering, lage kruisven-
sters en eiken bekapping, voorheen door
twee rijen boven elkaar staande dakvensters
belicht en menigmaal voor bijzondere ver
gaderingen benut.
Voor den verbouw van 1630-1635 moet
volgens de teekening van P. Saenredam het
stadhuis nog veel van zijn beelden en taber
nakelen hebben bezeten
Ze zijn door Meester Willem den steen
houwer voor XXXII gemaeckt en door de
Meesters Vrederick Harms en Jan Arents
beschilderd.
De oude buitentrap was toen reeds door
een nieuwe vervangen, doch de beide mid-
deleeuwsche voorbouwingen met haar open
benedengalerijen en karakteristieke top
gevels met de denappels bestaan daarop
nog en mede de oude vleugels zijde Zijlstraat
met zijn met kogels versierden topgevel
en achtkanten toren met sierlijke spits en
groote spuwers. Het „torenuyrwerek, dat,
ontstelt en gebroken zijnde, in 1463 hersteld
werd, is echter niet zichtbaar. Een zwart
geverfd houten schavot, zoo groot dat men
met paard en wagen er onder door kon stond
tegen het Raadhuis. In 1635 werd het door
een steenen vervangen, dat echter in 1855
is afgebroken.
Van dit Haarlems XlIIe eeuwsch Raad
huis, ontdaan van zijn torens (één door
„Haerlem" weergegeven) zijn rondeelen,
zijn beelden, zijn steenen hoeklantaarns,
zijn voorheen van buiten zichtbare half
ronde bogen der kelderverdieping onder
ging heel wat aan - vóór - en verbouwingen.
Toch bleef het oude kasteel de kern, het
hoofdgebouw van het Raadhuis-. Die kern
karakteriseert het en geeft in't geheel eenigs-
zins het uiterlijk van een middeleeuwschen
stedehuis. De Groote zaal echter, ingekort,
met moderne vensters, zonder schouw en
vierschaar is niet meer als voorheen.
NOG NIET VOLLEERD.
Een mensoh is nooit nog te oud om te
i eer on.
Daar heeft men bijv,, den heer Ossendorp.
en dan daarvan nog een uitgczooM exem
plaar. Jaren lang sociaal-democratisch in
de leer en die practijk. Voor do propaganda
onovertroffen.
En toch begaat 200 'n man een haast on
vergeeflijke flater. Hoe is het mogelijk!
Misschien moet de verklaring gezocht
worden in het feit. dat deze heer in ge
zelschap raakte van een vrijzinnig-demo
craat. Zonder gevaar schijnt dit nog niet.
De zaak was deze, legt de Standaard"
uit.
„Minister de Vries stelde voor om veer
tig proeent toeslag te geven bij de pen
sioenen, die naar de vroegere salarissen
berekend waren en dus voor onzen tijd
inderdaad veel te laag.
De regeering wilde eerst een toeslag ge
ven van twintig procent, maar in over
leg met de Kamer word dit veertig pro
cent.
De heeren Ketelaar en Ossendorp vroe
gen toen vijftig procent.
Het schepje erop. Dat was volkomen
in orde. Als zulk een voorstel niet ge
komen was, zou men in de lande ge
waagd hebben of er iets niet in orde
Het hoort er bij.
De Minister hield echter voet bij stuk
en zei: als het amendement eens mocht
worden aanvaard, zal worden overwogen
of het ontwerp niet moet worden terug
genomen. Dan kregen de gepensioneer
den dus niets.
De hoer Ketelaar trok toen, na overleg
met den heer Ossendorp, zijn amende
ment in. Eiseli van fatsoenlijke politiek.
Dat de lieer Ketelaar zulks deednu
ja, hij is nog slechts vrijzinnig-demo
craat. Maar de heer Ossendorp?
Hoe zal hij er van gelust hebben.
Dadelijk sprongen anderen, meer pro-
pagandawijs dan hij, naar voren.
De heeren Ter Laan kwamen in het
vuur, namen het amendement over en
trokken geducht van leer. Er werd een
ontzettend lawaai gemaakt, zoodat 1111
heel het land reeds wel moet weten, dat
de sociaal-democraten vijftig proeent, of
liever tien procent meer hebben ge
vraagd da, 11 de hartelooss© minister wilde
geven."
Zie zoo. Dat zaakje is weer in orde.
Maar de lieer Ossendorp heeft beter
schap moeten bolovou.
Daar kan men zeker van zijn.
Hoe kwam de man ook 7.00 van streek!
niet niet instemming van de Britaehe re- J van de papierindustrie, daar de papièrfabrl?
Do eischen der vakvereenigingen.
Omtrent do nieuwe eischen der vakver
eenigingen verneemt de „F. Ze-U uiiguit
goeao bron, dat de beide anuere eoaiicae-
partijen, aus de oemoeraten en het cen
trum, niet van plan zi/a zich naai* de po
liticise vooi sen ritten van uo vakvereenigin
gen to schikken. Of dc sociaal-democratie
moet bereid 'Ato, do verantwoordelijkheid
voor de coalitie-poliifiok to dragen, oï de
coalitie "valt uiteen.
De r rausche bezetting. De
meening der bondgenoofen.
Do „Daily Chronicle" verneemt thans,
dat de Britaehe, Itaiiaansohe, Belgische cn
Amerikaansehe regeoringen allen gekant
waren tegen het besluit van Frankrijk oin
door te ar Lagen door de neutrale zone naar
den oostkant van den Rijn. De geassocieer
de mogendheden hadden liever gezien, nat
den Duitschen troepen veroorloofd zou zijn
geworden de orde te herstel,en in het
Ruhrdietriet, onner voorwaarde dat daar
voor een bepaalden tijd zou zijn aangewe
zen of onder eenigen anderen waarborg
voor spoedig terugtrekken dier troepen.
Frankrijk verklaarde eerst in deze ziens
wijze te deelen, doch besloot later op eigen
yprsasbtw oordel k d to h n uddoii.
Een Ileuter-berieht inokit van gezagheb
bende zijde, dat Frankrijk geheel en ai op
eigen verantwoording handelde bij zijn be
slissing over het binnentrekken in de neu
trale zone. Groot Britaanië, Italië, België
en Amerika waren or allen tegen. De Duit
sche regeering schijnt Overhaast gehandeld
te hebben cn Frankrijk heeft hierop ge
antwoord door con plan uit te voeren dat
op de laatste bijeenkomst der geallieerden
is voorgesteld.
Frankrijk met »«n langdurige ervaring
van Duitsehe voor den gek houderij on
kennende de waarde van Duitsehe verzeke
ringen, is blijkbaar van meening geweest,
dat de Duitsehe onderneming een ander
doel had. De verantwoordelijkheid voor de
ze daad kan niet door de geallieerden in
Behoorende tot de fine fleur van het
inensehdoin, tot de openbare onderwijzers, hun. geheel worden aanvaard. Het is zeker
geering, dat Britsche soldaten aan de be
zetting van de neutrale zone hebben deel
genomen, hoewel ongetwijfeld de situatie
onmiddellijk zal veranderen, wanneer de
Fransche vermoedens aangaande de motie
ven van Duitschland werkelijk door de
feiten bewaarheid zullen worden.
Verlenging van termijn toegestaan.
Uit Londen wordt bericht, dat aan
Duitechland nog* een week tijd is gegeven
om de troepen uit de neutrale zone terug
te trékken.
De houding van België.
De Belgische gezant heeft- gisteren de
Fransche regeering* officieel in kennis ge
steld met het besluit der Belgische regee
ring, 0111 zich aan te sluiten bij de Fran
sche bezettingsmaatregelen in Duitschland.
Het Brueselsche blad „Demière Heure"
meldt, dat de Belgische regeering besloten
heeft haar wegen en spoorlijnen ter be
schikking van Frankrijk te stellen, indien
het deze mocht noodig hebben voor troe
pentransport naar Duitschland.
„La Nation Beige" verwacht, dat het be
sluit van den ministerraad door de publie
ke opinie gunstig zal worden ontvangen,
welke niets zou begrijpen hoe de hou
ding* der andere geallieerden ook moge zijn
van een weigering onzerzijds om Frank
rijk te helpen, waar het vóór alles betreft
het doen eerbiedigden van de to Versailles
genomen beschikkingen.
De zienswijze van generaal Degoutte.
De „Etoile Beige" maakt melding van
oen verklaring, door generaal Degoutte af
gelegd na afloop van een langdurige be
raadslaging over de gebeurtenissen van
Woensdag en Donderdag.
De generaal verklaarde, dat do eerste
dag van de bezetting van Frankfort zon
der ©enig incident verliep. De ontvangst
door do bevolking* was bijna hartelijk ge-
woest; plotseling echter, tengevolge van
een bevel uit Berlijn, ontstond onrust in
de stad, uitgelokt door zekere elementen
van de bevolking. Deze opwinding is uit-
geloopen op een aanval, zocdat onze sol
daten in noodweer van hun wapens hebben
moeten gebruik maken.
Het incident, toont aan, koezeer wij op de
handelingen van Berlijn moeten toezien
en daarop eiseli ten de gebeurtenissen in
het Ruhrgebied al mijn aandacht. Het is
niet mogelijk de gebeurtenissen in 't Ruhr
gebicd afgescheiden van hetgeen hier in
Frankfort geschiedt, te beschouwen. Alles
wat wij zoowat overal zien geschieden,
vormt een aaneengeschakelde reeks. Onze
inlichtingen ter zake zijn overtuigend.
Do regeering te Berlijn, zoo ging gene
raal Degoutte voort, heeft de rijksweer toe
gestaan zonder noodzaak het arbeidersge-
bied binnen te vallen, daar dit de weneoh
was van Kapp en v. Lüttwilz c.s. De
staatsgreep van 13 Maart, is slechts mis
lukt door do afkondiging van de algemeen©
staking. Do militaire partij heeft haar re
vanche willen nemen op de arbeidersklasse
eu heeft het Bolsjew istisch gevaar in het
Ruhrgebied verzonnen. Maar men' moet in
Frankrijk en elders wel weten, er is nooit
een Boisewistisch gevaar in het Ruhrge
bied geweest. Er bestaat daar alleen maar
een arbeidersbevolking, die het Pruisische
militarisme haat en niet anders vraagt
dan in vrede te arbeiden en deze bevolking
was gisteren te Essen nog aan den arbeid.
„Wat zal er gebeuren, nu de rijksweer
het land bezet? Gelooft u niet, dat de re-
gecruig* te Berlijn 11a de operatie van gis
teren de rijksweer zal terugroepen?"
„Absoluut niet." antwoordde ge tic raai
Degoutte op deze vraag.
Sprekende over de economiseho gevolgen
zelde hij ten slotte: Ziehier een enkel cijfer,
maar het is welsprekend. Gisteren heeft
hét Ruhrgebied ons nog 13.000 ton kolen ge
leverd; lieden is geen ton over de grens
gekomen. Trekt u zelf maar uw conclusie."
Stakiiiff in do Italiaausehc papierfabrieken.
Eeu staking iu een papierfabriek te Mi
laan, heeft aanleiding gegeven tot een be
weging, welke zich heeft voortgezet over
alle papierfabrieken van Italië, waarin een
30 000 arbeiders werken. Indien deze staking
eenigo dagen voortduurt, zullen de bladen
voor een deel spoedig niet meer kunnen ver
schijnen. De stakers schijnen te eischen 35
van de winst dcor de fabrikanten behaald,
n.l. 10% voor henzelf en 25 van hun. syn
dicaat; verder afschaffing van stukwerk,
opneming van een arb ei der s - ged el c g ee r d e in
do beheersraden, ontslag van niet-gosyndi-
caliseerdo arbeiders enz.
Do patroons hebben geweigerd deze
eischen in behandeling te nemen. Daarop
hebben de stakers de soc. volksvertegou-1
woordigers uitgenoodigd bij de Kamer een I
kanten geweldige winsten moeten maken, i
Bij decreet is intusschen bepaald, dat de,
bladen na acht April slechts met twee pa
gina's mogen uitkomen.
Spoorwegstaking in de V. S.
De eigenmachtige staking der spoorweg
beambten, die verleden week op het rangeer
terrein van Chicago uitbrak, heeft zich
thans zoover uitgebreid, dat- er vijf en twin-:
tig spoorlijnen bij betrokken zijn. Te Chicago
alleen veroorzaakte de staking rechtstreeks
werkloosheid van meer dan 50.000 man.
Eveneens zijn eenige duizenden in de vee
stallen tot werkeloosheid gedoemd, ten ge
volge van het niet aankomen van levend
vee.
In sympathie met de staking in Chicago
hebben eenige honderden spoorwegarbeiders
het werk gestaakt. Hierdoor dreigt een be
moeilijking van bet verkeer aan d°. Stille
Oceaan-kust.
De*zcr dagen hebben arbeidersg&d&le-
geerden van den nationalp.n raad in de
bouwvakken in Frankrijk een conferentie
gehad met eenige leden van de nationale
federatie van bouwers.
Doel van de bespreking was verhooging
van het salaris tot vijf frs. per uur voor alle
arbeiders, dus 40 frs. per dag.
De ondernemers verklaarden, dat, naar
hun uit een gehouden enquête gebleken was,
de productie per uur met 25 tot 30 ver
minderd is sinds de invoering van den acht.
urendag, hetgeen geheel in strijd is met de
beloften van de arbeidersorganisaties. In
sommige, industrieën bereikt de verminde
ring zelfs 00 Do werkgevers hebben ziek
daarom op het standpunt geplaatst, dat zij
uiet eerder over een loonsverhooging kunnen
spreken, dan wanneer de syndicaten do ver-
plichtiug zullen hebben aanvaard om de
2500 uren arbeid per jaar, vastgesteld dooi
de achturen wet, ook to doen werken.
Ook in Frankrijk wordt de hand aan
den ploeg geslagen om een technische nood
hulp te organisceren om zoo noodig de ge
varen van eeu algemeeno staking te be
zweren.
Do „Union Civique''. heeft het initiatief
genomen voor eeu oproep, waarin een beroep
wordt gedaan cp alle welgezinde burgers,
om zich aan te sluiten of finantieel de
'poging te steunen.
In alle metaal fabrieken van het gebied
van Luik, waar de aehturendag niet werd
toegepast, is 'net werk gestaakt. Het aantal
stakers bedroeg Woensdag 16.000. Ruim
honderd fabrieken en werkplaatsen zijn ge
sloten, waaronder die van Coekerill en de
Fabrique Nationale d armes de -guerre.
De officieels rapporten omtrent de
Sinn Fein-misdaden van 1 Januari tot 29
Maart j.l. toonde aan, dat er 1039 werden
bedreven. Er werden op militairen en politie
31 moorden gepleegd en vijf op burgers.
MsraseassfflsrsjaM:
EEN ONEERLIJKE HOSPITA.
Mevr. de ,wed. K., inwonende bij een
famiiie in do Ruychhaverstraat te Am
sterdam, heeft bij do politie aangifte ge
daan, dat postwissels uit Ned. lndië on
Nederland afkomstig, voor haar bestemd,
niet ia haar bezit zijn gekomen en bij
informatie aan het postkantoor .toch ge-
ind bleken te zijn. Do recherche in de.se
zaak heeft na een uitgebreid onderzoek
aangehouden mej. ."Wk, hij wie bedoeld©
dame inwoont en die bekend heeft, d©
wissels valschelijk te hebben onderte-e-
kend en geind. De bedragen beliepen do
som van ruim f 150.
Er kwam nog meer aan het licht. Op,
29 Mei van het vorige jaar deed deze
juffrouw aangifte van .een inbraak ten
haren huize. De recherche Reeft destijds
geon spoor van de daders kunnen ont
dokken.
Thans heeft zij ook bekend bedoeld©
inbraak zelf to hebben gepleegd en het
toen vermiste goed, een bedrag aan geld
en oonige gouden .voorwerpen, zich zelf
te hebben toegeëigend, Icn nadeele van
mevr. de wed. K.
Van oen en ander is proces-verbaal op
gemaakt.
In vliegende vaan heeft een carosserie. be
stuurd door 'n monteur van die Ainsterdam-
schc rijtuigmaatschappij in de Kalfjeslaan te
Amsterdam een zestigjarigen tuinman aan
gereden, die zoodanig werd getroffen, dat hij
met een beenbreuk, eenige gebroken ribben
en een schedelbreuk, in hoogst zorgwekken-
den toestand naar liet O. L. Vr. Gasthuis
moest worden overgebracht.
De chauffeur, die onder den invloed van
wetsontwerp in" te dienen tot nationalisatie sterken drank verkeerde, reed daarop tegen
ma
156.)
„Heb nog een weinig geduld, mijn kind
zeale mevrouw Traumbach bedaard. „Vele
malen ben ik op het punt geweest u
de geheele geschiedenis mede te daé-
len, voornamelijk in de laatste dagen,
maar wanneer die zaak niet word aange
roerd, vond ik het beter om er maar
van té zwijgen. Niets verhinderd mij
echter thans u er mede bekend te maken.
Mijn hart, door Gods genade van dan
«waren last ontheven, welke het altijd
drukte, zal mij de rechte woorden
in den mond leggen 0111 u dat verhaal
te schenken, waarop gij volkomen recht
hebt, omdat gij voor uwe moeder zoo
veel hebt geleden. Ik geloof echter, dat
dit oogenblik daar minder geschikt voor
is; doch ik verzeker u. zoo ge nog
een weinig uw geduld wilt oefenen, dat
ge ter gelegener tijd met alles zult
bekend worden. God geve, dat ge daarna
uw moeder nog even lief zult hebben."
oogenblik aan'
„O, twijfel daar geen
hernam Lama; „want al warat gij nog
zoo schuldig geweest, gij hebt daar
dunkt mij, thans genoeg voor geleden
Daarbij, zoudt ge denken, dat uw een it,
kind, dat uw zoo innig liefheeft, u ver
oordeelen zou, terwijl onze hemelsein.
Vader u reeds lang* vergaf? Neen, oneen
hen daarvoo toch g.eoogcnblm vrees
„Maar vertel ons nu eens hoe de
ellendeling u aangevallen heeft ©n wa
er gehemde toen gij bovenkwaamt," sprak
Elduard, altijd nog naast Clara voor de
trap staande, waarop zijne verloofde ine.
hare moeder gezeten was.
„Ja, daar ben ik ook nieuwsgierig naar,"
zeide Olara, „ofschoon ik vieezen moe
iets, heel verschrikkelijks te zullen hoo-
ren. Welk een toestand 1 Wie zou kunnen
denken, dat zoo iets ooit zou kunnen
gebeuren' Het is mij allQ3 een ijzingwek
kende droom."
De timmerman," begon Laura, „had
het prachtig uitzicht op het balkon ge
roemd, en gij weet, ik was reeds ver
langend, vóór wij liet huis binnenkwa
men, daarboven mijn blikken over de
uitgestrekte velden .te laten weidon. Het
getalm van den metselaar verveelde mij
en ik besloet maar* alleen vooruit, to gaan,
i en einde mijne nieuwsgierigheid te be
vredige 11, Ach, hoo zwaar werd mijn on
geduld gestraft. Hoe duur moest ik mijn
voorbarigheid betelen. Ik had niet het
minste vermoeden van hetgeen er niet mij
gebeuren zou,, ze0r natuurlijk, want had
een zéker voorgevoel, aooais cfïc in som
mige gevallen wel eens plaats had, al
vare dit nog z°l0 °nbepaald geweest
hij beangstigd, ik zou beneden gebleven
zijn, tot gij allen met mij waart gegaan.
„Zonder eenigen argwaan dan snelde
k de trap op. Be deur der kamer,
lie toegang tot het balkon verleent, was
apen, en alles had het aanzien, dat er nog
jinds kort gewerkt was, want de grond
lag met splinters stokjes hout en krul
ien verspreid. Toen ik van uit het portaal
te kamer inzag, was er geen sterveling*
m te ontdekken Nauwelijks was ik ech-
,er binnengetreden of ik gevoelde mij
lot mijn schrik van achteren aangegre
pen Ik kan u geen beschrijving geven
van den schrik welke mijne zenuwen
op dat oogenblik als het ware geheel
erlamde. Elduard zeide mij daareven, dat
ik zoo vreeselijk had gegild ik weet
mij er niets van te herinneren. Zoo hij
mij dit niet had verteld, zou ik altijd
in het denkbeeld hebben verkeerd, dat
ik niet het minste geluid had gegeven
want als ik mij dien angstigen toestand
opnieuw te binnen breng schijnt het mij
toe, dat mijn keel in die oogenblikken
ioegeschroefd was. Wat mijne ontsteltenis
vermeerderde was bet vermoeden, als ren
diksemstraal door mijn geest schietende,
dat mijn aanvaller dezelfde was van vroe
ger. Hij moet mij achter de deur opge
«vacht hebben. Als een tijger viel hij mij
in den rug aan en stopte mij een prop
,n den mond, maar hij was zoo spoedig
niet van mijne handen meester, en terwijl
hij met den oenen arm mijn schouder
omklemde, als ware hij in een ijzeren boei
gesloten, en den andere noodig had om
mij de prop iu den mond te duwen, dio
zeer klein was, maar, eenmaal om mijne
lippen gebracht, vreeselijk uitzette had
ik mijn handen nog vrij en bracht hom
in mijne radeloosheid zijwaarts, en nog al
tijd zonder hem te zien, oen slag in het
aangezicht toe, welke hem eensklaps ach
teruit deed deinzen. Ik rukte het hatelijk
voorwerp, dat mij* bijna stikken deed, uit
mijn mond en snelde naar de deur, welke
hij gesloten had, om haar te openen,
maar de sleutel was omgedraaid en daarna
uit het slot verwijderd, deze poging bleef
dus zonder vrucht. In dien tusschontijd
had hij zich weder hersteld, en toen Rij
mij opnieuw wilde aanvallen, bereikte
hij den tweeden keer zoo gemakkelijk
zijn doel niet, want de ongemeubileerde
kamer bood mij ruimschoots gelegenheid
zijn tijgerachtige grepen vruchteloos te
maken. Eenigo seconden renden wij als
beaetonen heen en weer. Ik gevoelde dat
mijne krachten mij begaven, het was mij
of het bloed in mijne a deren stolde,
en het scheen mij op het laatst niet
meer te ademen een kort, maar ver
ward gebed ontsnelde mijn geest als op
de vleugelen dor gedachten, en juist hoor
de ik met geweldige slagen op de deur
bonzen, toen hij zijn doei eindelijk bereikte
en met mij do trap van het balkon opliep.
Hij greep mijne handen nu zoo knellend
vast, dat het mij onmogelijk werd ze
van hem los te maken. Alle moeite werd
door hem aangewend de prop, welke op
den grond lag, weder machtig te worden
maar ik verijdelde zijne pogingen door
dien ik onophoudelijk jn beweging bleef.
Intusschen ging het hameren en bonzen
op de deur maar altijd voort. Eensklaps
hoorde ik een akelig gekraak waarschijn
lijk het oogenblik dat zij bezweek, en
toen verloor ik mijn bewustzijn".
(Wordt vervolgd.)