Door Centraal Europa. BINNENLAND Wat de Pers zegt EIck wat wils Binnenlandscb Nieuws, i vunst en Kennis Orde en Arbeid ZATERDAG 8 REI 1920 trekjes xxxvh ONS VROOUJK HOEKJE Luchtverkeer. UIT BOEK EN BLAD' BRIEVEN UIT WEENEN. II De dank der IVeensche arbeiders. De dank der Weensche bevolking voor de liefdesgaven, welke het edelmoedige Holland der hongerende stad doet toekomen, is in drukwekkend. Wij, die den trein hierheen begeleid heb ben en die door onze aanwezigheid alhier allen als vertegenwoordigers van dat edel moedige Holland worden behandeld, we zijn er eerlijk gezegd, een beetje verlegen mee Is inmiddels de dank der Weensche be volking im Ganzem indrukwekkend, de dank der Weensche arbeiders, waarvan wij een treffende uiting mochten bijwonen, is overweldigend grootsch. Zóó kan een volk slechts dank zeggen, voor liefdesgaven, als het in ontzettenden aood verkeert ènals het een edelgevoelig hart heeft Zoodra was het Zondag in de vroegte met oekend geworden, dat de levensmiddelen- trein met de gaven der Roomsche arbeiders van Holland gearriveerd was, of er werd een groote vergadering uit geschreven tegen Woens dagavond, waarop alle Roomsche en Chris telijke arbeiders van Weenen werden uitge- noodigd, die uiting wilden geven aan hun :lank jegens de goede Hollanders in t alge meen en jegens de Hollandsche arbeiders in het bijzonder. Die vergadering nu, welke gehouden werd in het gebouw van de „Kath. Gesellenverem in de Sumpendorferstrasse een ontzettend froot verenigingsgebouw hebben wij edenavond bijgewoond, en nu wij in de stille kloosterkamer onze indrukken zitten lieer te schrijven, nu ruischt en suist het nog om in ons hoofd van de luide, spontaan gegeven dankdemonstratie, welke de Ween sche arbeiders hun Roomsche en Christelijke broeders en medestrijders in Holland naa,s^ héél het Hollandsche volk gebracht heb- Den Reeds lang voor den aanvang der vergade ring was de gewone vergaderzaal van het „Gesellen-Verein" gebouw met meer dan duizend mannen en vrouwen vrijwel uit sluitend van den Weenschen arbeidersstand gevuldgeen plaatsje, zelfs geen staan- plaatsje bleef onbezet.... Stonden wij verbaasd over zulk een op komst, onze verbazing groeide en groeide toen we op "t uur van den aanvang der vergade ring vernamen, dat in de benedenzaal nog ongeveer duizend personen dicht opeenge pakt zaten, in de hoop, dat de Hollanders en natuurlijk voornamelijk de afgevaardigden der Roomsche en Christelijke arbeiders van Holland, n.l. de heer Nykarap, penningmee ster van het R. K. Vakbureau en de heer J. S. Ruppert, secretaris van het Christ. Vak verbond zich na afloop der vergadering in de bovenzaal ook voor hèn zouden vertoonen. Vele „hervorragende" Oostenrijksche per- ioonlijkheden woonden deze grootsche demon stratie bij Hofrat Prelaat Schöpfer, lid van het Oosten rijksche parlement, Frau Dr. H. Burjan, le heeren Franz Spalowsky, A. Mataja, H. Stein gger, Chr. Fischer, J. Heitzinger, A. Kun sc iak, allen eveneens leden van het par- lemcixi. In een inleidend woord, dat herhaaldelijk door spontaan en langdurig handgeklap on derbroken werd, zoodra er maar sprake was van de Hollandsche hulpvaardigheid, ver klaarde de voorzitter, dat deze vergadering beschouwd moest worden als een grootsche uiting van dank jegens Holland en zijn Roomsche en Christelijke arbeiders harte lijk heette hij de vertegenwoordigers uit Hol land de afgevaardigden der arbeiders, den hoofdgeleider en de beide journalisten wel kom, - en toen dit welkom eenmaal uitge sproken was, toen duurde het van wege het instemmend, geweldig applausgeruimen tijd, alvorens de heer Spalowsky,.voorzitter van de „Central-commission der Christlichen Gewirkschaften" het woord nemen kon.... In stoere taal begon de heer Spalowsky met uiteen te zetten, hoe Oostenrijk in zijn hedendaagsche ellende geraakt isde hoop, welke men gedurende den oorlog voedde, is niet vervuld Oostenrijk werd overwonnen en zóódanig afgesloten gehouden van de overige wereld, dat het totaal verarmde en in den grootst denkbaren nood geraakte. Er moest geholpen worden, maar och zoo weinigen verstaan de kunst in echt Christelijke naastenliefde te helpen,zoo meenden wij. Doch zieDank zij de artikelen, waarin de journalist Galesloot het eerst den Ween schen nood in Holland bekend maakte, heeft men aldaar medelijden met ons gekregen, en Holland helpt en Holland hééft geholpen zóó, als wij het niet hadden durven hopen. Wat wij, arbeiders, in die hulp van Hol land het schoonste vinden, dat is, dat de ar beiders aldaar 8 uur overwerk verricht hebben voor ons, om ons aan levensmiddelen te helpen. De sociaal-demokraten hebben ook deze aangelegenheid aangegrepen om ons te smaden dor een toeval kon het Holland sche N.V.V. zijn levensmiddelen eenige we ken vroèger zenden dan de Katholieke en Christelijke organisatiedeze werd de dupe van de revolutie in Duitschland, waardoor geen levensmiddelenzendingen konden óver komen. Nil echter is de levensmiddelentrem met de wagons der Hollandsche Katholieke en Christelijke arbeiders gearriveerd, en de zending is van dien aard, dat wij desocia.is- ten durven uitdagen, nóg eens te schimpen Op grootsche Wijze is de hulpverleening in Holland georganiseerd dat heeft spr. met eigen oogen kunnen zien. Geen. land doet dat Holland na Hier nu zijn Wij bijeengekomen onj de gas ten uit Holland harteüjk te begroeten, om In hen alle edelmoedige Hollanders te eer en en te danken. Dank brengt spr. aan allen, die aan deze hulpverleening hebben medegewerkt. Roomsch en Christelijk Weenen is er juist daarom zoo dankbaar voor, omdat het daarin een bewijs ziet, dat het in deze wereld nog niet alléén staatwe zijn door den feilen te genslag kleinmoedig geworden in alle- op zichten maar dank zij de hulp ook en vooral van Holland zullen we nog eenmaal zóóver komen, dat we onze vólle kracht hei- krijgen, om succesvol te werken aan de vei- sterking en aan den uitbouw van onze arbei dersorganisatie, om het mogelijk te maken, dat wij tot herstel van het ongelukkige Oostenrijk onze Christelijke beginselen dóórvoeren in staat en wetgeving Hierna brengt de vergadering een driemaal „Hoch" op Holland uit en davert de zaal langen tijd van enthousiast applaus. Luide begroet en toegejuicht beklimt ver volgens de heer Nykamp, penningmeester, van het R. K. Vakbureau in Holland, het podium. Spr. begint met de groeten over te brengen van de georganiseerde arbeiders uit Holland de Hollandsche collega's achten ich gelukkig iets te hebben kunnen bijdragen tot leniging van den nood der Weensche Kath. arbeiders. Vooreerst, omdat de kath. arbeiders in Holland daardoor hebben kunnen toonen, dat ook de kath. vakbeweging de broeders in 't Oosten niet vergeet. Wij mogen, aldus spr. niet trotsch zijn op onze liefdadigheid, toch mogen wij een enkele maal wel eens zeggen, wat wij zooal doen, ook hier zal het weL een gewoon ver schijnsel zijn, dat de goede daden der Katho lieken worden doodgezwegen (Geroep: zeer juist In Holland is veel voor Weenen gedaan. Niet minder zijn we verheugd, iets te .kun nen doen, omdat we daardoor aan de wereld kunnen bewijzen, dat de kath. solidariteit geen tjdel woord is. 1 Het materialisme beheerscht heden ten dage de wereldwij staan op een geweldig keerpunt in onze geschiedenis De kath. beginselen zullen naar onze vaste overtuiging ons uit den chaos kunnen redden. Geen klassenstrijd, zij de leus, maar sa menwerking Daarom, aldus spoort spr. de aanwezigen aan, versterkt uwe organisatie, maakt elkan der tot brave kath. menschen Nog is het niet te laat. Met moed de toe komst in Vooruit, met aan der spits, de ba nier van Koning Christus Voorop de zegevaan van Hem, van Wien alléén redding is te verwachten Als de heer Nykamp zijn herhaaldelijk door applaus en uitroepen van instemming onderbroken rede beëindigd heeft, voert de heer S. Ruppert, penningmeester van het Chr. Nat. Vakverbond het woord. Deze spr. wijst erop, hoe het welvaartspeil in alle landen gedaald is. In Nederland ismet groote moeite de neutraliteit bewaardook wij hebben schrale tijden gehad van schrale rantsoeneering en sterk bewogen economisch leven. Langzamerhand is het heter geworden. En toen de nood in het buitenland ons bekend werd, waren we direkt bereid te helpen. De Hollandsche arbeiders besloten 8 uur over te werken voor de Weensche broeders,de syndicalisten echter moesten tegenwerken leert daaruit de liefde van de revolutionnai- ren voor den arbeider Thans hebben wij levensmiddelen in Wee nen gebracht, ze zijn onvoldoende, maar op de eerste plaats noet gij uzelf helpenDe restauratie der maatschappij is een eeretaak voor de arbeiders. In Holland hebben we onze organisatie uitgebouwd en versterkt, Vóór den oorlog hadden de Chr. en kath. arbeidersorganisatie 's te zamen 53.000 leden, thans 225.000waarbij de kath. 150.000- en de christelijke 75.000. Regeering en socialisten houden met ons rekening. Ook gij moet uw recht vragen, doch het recht ons van God gegeven om onzen plicht te doen voor God, staat, maatschappij en huisgezin. Naast rechten zijn er ook plichten allereerst de plicht om de maatschappij we der op te bouwen. Gij, met uw vakverceniging, gij hebt de be lofte der toekomst, niet de socialisten. Internationaal willen wij onze kracht aan den opbouw eener nieuwe maatschappij wij den 't Gaf wederom een oorverdoovend applaus Tot slot voerde nog de heer A. Mataja, lid van het parlement, liet woord tot dankzegging en tot opwekking, waarna in de benedenzaal nog eenmaal dezelfde plechtigheden plaats vonden en de duizenden bezoekers in dichte drommen, naar huis togen, hun Gewirk- schaftslied luide latende schallen door de straten van Weenen dienst van de katholieke zaan en van de waarheid. EEN INTERNATIONAAL KATHOLIEK persbureau. Op de meest krasse wijze zijn thans van twee kanten hoogst erasti®© (onbewezen) besehuldigingen tegon d© Christelijke re geering in Hongarij© ingebracht. Van comni.im-istische en .socialistische zijde wordt die regeeringr verweten als zou onder haar .arbeidersbeweging" (lees dto socialisten en d© communisten) aan de wreedste vervolgingen blootge steld zijn. Van Joodsohe zijde wordt in het >,Hhld." verzekerd, dat d© ehristelij k-soeialen in Hongarije, een ware drijfjacht houden op alles wat Joodseh Is. Op de eene beschuldiging heeft de Hon- gaarsC'he regeering geantwoord door ver tegenwoordigers van de Engetsche en Ita- liaansohe socialisten uit te noodigen naar Hongarije te komen en zich daar persoon lijk te vergewissen Vau de juistheid of onjuistheid tier beweerde vervolgingen: men is geneigd te meenen, dat een regee ring die zulle oen onderzoek aandurft, stevig in haar aoh-oenen staat. Op de andere moge de Hongaarsche le gatie In Den Haag- zoo spoedig en vol ledig mogelijk antwoorden. Intus&öhen meent hot „Huisgezin", dat- de openbare ineening in Europa te een zijdig wordt voorgelicht, „De wereldmacht der publiciteit ïs te zeer in hamden van een groep, die, om het zacht uit te drukken, de chris telijke en katholieke wereldbeschou wing weinig genegen is. Voelen wij, katholieken, niet op on duldbare wijze ons tekort! Moesten wij, die in Europa alleen meer dan tweehonderd millioen geest verwanten tellen, niet over een eigen internationaal persbureau beschikken, dat, in alle landen zijn -vertakkingen hebbend, im staat was, een tegenwicht te vormen tegen do minstens eenzijdige, vaak tendentieuze, zoo niet geheel val- sohe beschouwingen, die door de we reld worden verbreid! Wij kunnen do beschuldigingen tegen do christelijke Hongaarsche regeering dit feit staat niet alleen; welke ca- ricatuur zal van onze eigen christelij ke rogecriag in en aan het buitenland worden vertoond! - doodzwijgen; wij kunnen schuchter opmerken, dat ze stellig overdreven zijn, zoo niet geheel onjuist en we zullen dan wel niet heel ver van de waarheid af zijm, Maar wij moesten met die stukken in de hand die onwaarheid der beschuldi gingen kunnen aahtoonen of, eventueel, met kennis van zaken kunnen verkla ren: het is zoo, de Hongaarsche regee ring heeft zich misdragen." Wij verbeiden de Katholieke Interna tionale. En een barer eerste 011 noodzakelijk ste werken zal zijn do oprichting varn een internationaal katholiek perebureau in GEDACHTEN. Vader Wingelsen zat nog eens te denken over 't verleden. Geen prettige gedachten Waren heten daarom juist kwamen ze zoo dikwijls terug, vooral in oogenblikken zooals nuals ie alleen in huis was. Schijnbaar onverschillig zat ie aan z n pijp te puffen....de oogen bleven op één punt gevestigdde krant, waar hij al 'n kwartier geleden aan wou beginnen, lag nog dicht ge vouwen op tafel. Z'n gedachten bleven in dezelfde kamer, maar keerden terug naar 'n tijdstip 'n jaar óf achttien geleden. En in dien hoek daar, bij 't raam, zag ie z'n oudsten zoon Anton staan, doe met 'n drift-ruk van z'n door opwinding gloeiend hoofd door z'n tanden siste: ,,'it Blijft zooals 'k gezegd heb..en daarmee uit Kwasie-woedend was ie toen de kamer uit gekropen .om z'n moeder niet te zien huilen De heele scène zag vader Wingelsen weer duidelijk voor zich.bijna 'n uur had 't ge duurd. Vader en moeder waren er de schuld van I had de jongen gezegd als hij niet gelukkig werd in z'n leven, 't Was 'n heel net meisje, al was ze dan „griffermeerd" met haar alléén en niemand anders kon ie gelukkig zijn. De „plechtige" dag was gekomen. De bruid had eerst met 'r zeemleeren gezicht de verkla ring geteekendoch jawat hij volgens z'n geloof verplicht was, vond ze goed. waarom niet.as je van mekaar hield Er was „feest" Zijn familie was er niet..haar familie zat sip en zuinig te koekeloeren, omdat ze „dien roomschen knul" genomen had. „Zij" hitste nu en dan d'r lachspieren wat °P- - wat maar heel matig gelukte. „Hij" had zich 't levensgeluk van dien trouwdag heel anders voorgesteld. Toen de wittebroodsweken om waren gaf „zij" 't sein. Smadelijk trok ze d'r neus op en zei nooit zoo goed als tegenwoordig te hebben gemerkt, hoeveel rare dingen er in dat geloof van „hem" waren Er kwam 'n kind „Zij" huilde tweemaal..Eerst van ge lukkigheidtoen van kwaadheid, omdat „zijn moeder", heelemaal tegen „haar"zin, den derden dag 't kind „al" wou laten doo- penOnzinnig vond ze 'tcn schandalig. meteen..zoo'n wurm nou al over straat. Voor dezen keer zou ze dan maar toegeven En ze gaf nóg 's 'n keertje toe „voor dezen keer". Ze prakkizeerdelater graag „allernoodzake- lijkste boodschappen' de oudste naar de Katechismus moesten schold tot stich ting. .en „verhooging van „zijn geluk zeven dagen van de op 't geloof van „hem"' en „z'n kinderen Dat was „hem" gaan vervelen. Hij had zich toch vóór het trouwen voorgenomen met haar en niemand anders gelukkig te zullen zijn In al die jaren had ie maar weinig lol onder vonden, en op dat weinige had dan nog n valsch kleurtje gezeten. Hij zou zich dan maar wat kon t m ook eigenlijk schelen -7- Lij zou zich dan maar 's heelemaal gaan inrichten naar „haar ge voelens. Allicht kwam dan 't geluk in de wo- ning. En op 'n goeien Zondagmorgen....ja, hoor..daar zag je ;,hem naast „haar de twee kinderen voorop, naar „haar" kerk gaan. „Hij" blonk van genoegen, omdat 't nou eindelijk toch 'n gezellig huishouën zou wor den. De gedachten van vader Wingelsen bleven hier even stuiten .op de onzekerheid. Want of het „geluk" werkelijk gekomen was wist hij niet. Hij twijjelde er sterk aan, al deed z'n zoon steeds alsof Ineens kwam '11 andere nare gedachte z n hersenen doorvlijmen. 't Was weer in dezelfde kamermaar Voor de Katholieke Pers in Oostenrijk. Indien het bestuur der Nederlandsche Katholieke Journalistenvereeniging den moed en den durf heeft, thans nog ten be hoeve van het katholieke Oostenrijk een beroep^e doen op de Nederlandsche katho lieken, dan moet het wel een belang van de allereerste orde zijn, dat dit beroep recht vaardigt. Dat is ook zoo. Het komt thans geen hulp vragen voor de nooddruft des levens, voor de behoeften van sterfelijke menschen, maar voor een apostolisch werk, waarvan voor een goed deel de toekomst van Oostenrijk afhanke lijk isde katholieke Oostenrijksche pers. Meer dan ooit en meer dan elders mis schien, heeft in Oostenrijk de katholieke pers een hooge roeping te vervullen. Haar strijd tegen de overmacht van jood- sche en vrijmetselaarsorganen aan de eene, van socialistische en communistische bladen aan de andere zijde, is bovenmenschelijk z\vaa r. Zij gaat Ci niet voor uit den weg, maar de fmancieele zorgen, waaronder zij in dezi kommervolle tijden gebukt is, verlammen haar energie en doen zelfs de vraag rijzen, of zij, tenzij haar tijdig hulp gereikt wordt, in staat zal zijn den zoo noodzakelijken strijd te blijven voeren. De Reichspost, het hoofdorgaan der Oosten rijksche katholieken, heeft binnen een jaar tijds haar budget van uitgaven van ander half tot zes millioen kronen zien stijgen, waarvan een derde deel ongedekt is cn bij den tegenwoordigen stand van den alge- meenen nood in het eigen land niet kan wor den opgebracht. Met het oog hierop richt het katholieke Oostenrijk, bij monde van zijn eerbied- waardigen primaat, den kardinaal-aarts bisschop Z. Em. Mgr. Piffl, zich tot de ge- loofsgenooten in het buitenland, dat, van het hooge licht der katholiciteit bezien geen buitenland is, daar alle katholieken lidmaten zijn van de ééne .katholieke en apostolische gemeenschap. Er is sprake van een katholieke Inter nationale. Mooie woorden zijn daaraan ge wijd, vurige lofredenen daarop gehouden. Wij verwelkomen ze in den geest. Goed laten wij toonen, dat wij daarvoor meer over hebben dan een toosta en wij haar verbeidend, ze inwijden met een daad van katholiek medegevoel met zoo grooten geestelijken nood. Oostenrijksche kinderen hebben wij hier gespijzigd en gelaafd en geherbergdtrei nen met levensmiddelen hebben we naar het eenmaal zoo machtige land gezonden, waarvan we in dezen tijd van ramp- en on- spoed niet mogen vergeten, dat het eeuwen lang een bolwerk is geweest tegen de Turken. Laten wij het werk rot leniging van licha- melijken nood bekronen door in den nog grooteren geestelijken nood te helpen voor- zien. Het is een werk, waaraan allen, grooten en kleinen, kunnen c-n willen en zullen deel nemen. Heel de katholieke pers, een inschrijving openend, verklaart zich solidau m dezen oproep tot steun, die het katholieke Neder- laudsche volk uit het hart zal zijn gegrepen. Aan Zijne Eminentie kardinaal Piffl zal de offergave der Nederlandsche katholieken voor de noodlijdende katholieke pers in Oostenrijk worden overgemaakt. Het Bestuur der -Nederlandsche Katholieke J ournalistenvereeniging T B. VESTERSr voórzitter. C. M. J. ALEVEN, secretaris. De aap uit de mouw, „Gaaf Acht", orgaan van den Ned. R.K. Bond van dienstplichtigen „St. Joris .schuift „Voor eenige weken terug, hield de luite nant C. Jhr. Wittert een lezing voor de ver- eenigüig „Ons Leger". Hij deed een verklaring om te onthouden Dat, over hetgeen voor het leger noodig is, alleen militairen als deskundigen kunnen oor- deelen. „Daardoor kon het wel gebeuren, dat aj bij hun oordeel tot de conclusie komen, dat dat de persoonlijke en financieele lasten te zwaar worden en niet op te brengen zijn do r het Volk.- niet zoo lang geleden.hoogstens 'n hal Anton was op bezoek'n zeldzaamheid. En van die zeldzame gelegenheid had vader Wingelsen gebfuik gemaakt hem n ernstig woord toe te voegen over z'n complete ara wa ling van het geloof Toen had de zoo'n z'n vader schuin aange keken en met 'n valsch lachje.en n „vertrouwelijk" arm-stootje in 't oor gefluis terd ".„Toe, vadertje..laten we mekaar nou maar géén mietje noemendenk nou s eventjes na, hoe u zelf geweest bent..meei dan vijftien jaar achtermekaarEn als cue ziekte d'r niet was tusschen gekomen. Met 'n geniepig knipoogje had de zoon )|epP 'n andere wending gegeven, zonder op 't smartelijk vertrokken gelaat van z vader. Nu gingen de g^^^efjateUterug! sprong makennog veel meer ja 5 Maar altijd weer m deze 1 in Daar, bij den schoorsteen, zat Anton - .m z'n Eerst-CoinmumcpakjeZ n moeder stond in de gang te snikken.Ook t kleine Communiekantje had moeite geen traantjes te morsen op z n schoon frontjc met t witte zijden vlinder-dasje. Want vader ging niet mee ter kerk. Reeds weken van te voren had ic verklaard, dat ze zooveel drukte van dien dag mochten maken BRUTAAL. Bas: „Leen me 'ns vijftig' gulden." Cas: „Ik heb er maar veertig." Bas: „Geef er niaar veertig, ik wil er w« tien aan je te goed houden." ,'T NIEUWSGIERIGE PAARD. „Hoe komt 't dat Jansen de vingers van z'n rechterhand kwijt is?" „In 'n paard z'n bek gestoken; hij wou we» ten hoeveel tanden 't dier had." ,.En toen?" „'t Paard deed z'n bek diclvt, 't wou weten hoeveel vingers Jansen had." Maar daar hebben zij niet mede te maken want zij gevoelen zich allereerst militair des kundigen en geen Nederlandsche Staatsbur gers." Deze heeren hebben niets geleerd en droo- men nog van volle kazernes. Er wordt niet gevraagd wat het Algemeen belang eisclit Als de heeren hun zin maar krijgen. DE VLIEGTOCHT NAAR INDIE, De „Tel." meldt, dat luit. Koppen vau de Engelsehe regeering toestemming voor de reis naar Indië kreeg op voorwaarden, welke door onze re gee ring uit nationale waardigheid niet kunnen worden aan vaard. 't Blad meldt nog, dat in verband daarmede de luitenant v. Wulfften Palthe en Backer teruggeroepen zijn en dat de Engelsche regeering nog steeds verzuimde op Neder land's bescheid te antwoorden. Intusschen is het seizoen voor een vliegtocht naar Indië vorioopen en moe deze eenige maanden worden uitgesteld. De voorwaarden van luitenant Koppen zouden zijm volgens die „Tel.": le. Nederland moet aan de Albatros (het toestel waarmede Koppen naar Indië zou vliegen) een luehtvaartverklaring ge ven-; 2e. De Albatr-cs moet opgenomen wor den in de Nederlandsche luchtstrijdkrach ten; 3e. Nederland moet bewijzen, dat de Al batros niet behoort tot de toestellen, dio uitgeleverd moreten worden. In zake de terugroeping van de heeren v. W. P. en B. zou op te merken zijn, dat, nu de tocht toeh eenige maanden moet wordeu uitgesteld, do oefenkosten dezer heeren wat heel hoog zouden loopen. EEN REGEERINGSOPDRACHT AAN DEN HEER DE MURALTï H©t Tweede Kamerlid, de heer Marohant is blijkbaar niet gerust over hetgeen zijn collega de heer De Muralt in Indië uit voert. Hij heeft, tan tot deu Minister van Ko loniën, de volgende vragen gericht: 1. Is de heer jhr. R. de Muralt ter ver vulling van een regeeriugsopdraoht naar Nederlandsch Oosit-Ind-iö uitgezonden! 2. Zoo neen, heeft de Regeeriug dan aan den heer jhr. R. de Muralt een opdracht gegeven, tijdens zijn verblijf in Neder- Iandsch Oost-Indië te vervullen! 3. Mocht vraag 1 of 2 bevestigend wor den beantwoord, is dan de Regeering be reid, den inhoud der opdracht aan de Ka mer mede te deelen! Een Jaarverslag Dezer dagen is verschenen het verslag om. tren-t de eigendommen, werken en uitic» tingen der gemeente Haarlem over het jaa 191<> voor zooverre deze behooren tot oei STAKING OPGEHEVEN. In verband met het groote getal werk willigen uit bijna geheel Overijssel heb ben do betrokken landarboiderebonden de staking in de veen dertien der firma van Rooyeu te Bergertheim opgeheven. Do als ze woïten, maar dat hij aan die „poppe- kast" niet meedeed. Er waren weinig blijde gezichten geweest dien aanneemsdag, waarbij de zoo goed als ongeloovige vader alleen voor den vorm te genwoordig was. Taren had ie zoo voortgeleefd. Tot n langdurige, smartelijke ziekte hem had ge- louterd en 'n ander mensch van m gemaakt, In tegenwoordigheid van z'n vrouw en kin deren had ie 'n belofte gedaan voor heel z d verder levenen die gehouden. Maar als hij eyenals nu alleen was m 't stille huis en z'n gedachten als vanzelf weet teruggingen naar vroeger, dan kwam telken? niet vernieuwde'schrijning dat oogenblik voor z'n geest, waarop z'n eigen kind hem dat bit tere verwijt deed met de sarcastische woorden: „Toe, vadertje..., denk nou 's effetjes na, hè, hoe je zelf" En opnieuw drukte hem 't zware schuldbe sef als 'n looden last, die nooit was af te schud den Moeder Wingelsen komt thuis van c-eniga boodschappen. Ze wil de kamer binnengaan met n prettig nieuwtje op de lippen. Maar behoedzaam trekt ze zich terug en gaat eerst in de keuken wat verrichten. Want vader Wingelsen bidt En schreitG. N\

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1920 | | pagina 5