Door Centraal
Europa.
BINNENLAND
Wat de Pers zegt
EIck wat wils
Binnenlandscb Nieuws, i
vunst en Kennis
Orde en Arbeid
ZATERDAG 8 REI 1920
trekjes xxxvh
ONS VROOUJK HOEKJE
Luchtverkeer.
UIT BOEK EN BLAD'
BRIEVEN UIT WEENEN.
II
De dank der IVeensche arbeiders.
De dank der Weensche bevolking voor de
liefdesgaven, welke het edelmoedige Holland
der hongerende stad doet toekomen, is in
drukwekkend.
Wij, die den trein hierheen begeleid heb
ben en die door onze aanwezigheid alhier
allen als vertegenwoordigers van dat edel
moedige Holland worden behandeld, we zijn
er eerlijk gezegd, een beetje verlegen
mee
Is inmiddels de dank der Weensche be
volking im Ganzem indrukwekkend, de
dank der Weensche arbeiders, waarvan wij
een treffende uiting mochten bijwonen, is
overweldigend grootsch.
Zóó kan een volk slechts dank zeggen,
voor liefdesgaven, als het in ontzettenden
aood verkeert ènals het een edelgevoelig
hart heeft
Zoodra was het Zondag in de vroegte met
oekend geworden, dat de levensmiddelen-
trein met de gaven der Roomsche arbeiders
van Holland gearriveerd was, of er werd een
groote vergadering uit geschreven tegen Woens
dagavond, waarop alle Roomsche en Chris
telijke arbeiders van Weenen werden uitge-
noodigd, die uiting wilden geven aan hun
:lank jegens de goede Hollanders in t alge
meen en jegens de Hollandsche arbeiders in
het bijzonder.
Die vergadering nu, welke gehouden werd
in het gebouw van de „Kath. Gesellenverem
in de Sumpendorferstrasse een ontzettend
froot verenigingsgebouw hebben wij
edenavond bijgewoond, en nu wij in de
stille kloosterkamer onze indrukken zitten
lieer te schrijven, nu ruischt en suist het nog
om in ons hoofd van de luide, spontaan
gegeven dankdemonstratie, welke de Ween
sche arbeiders hun Roomsche en Christelijke
broeders en medestrijders in Holland naa,s^
héél het Hollandsche volk gebracht heb-
Den
Reeds lang voor den aanvang der vergade
ring was de gewone vergaderzaal van het
„Gesellen-Verein" gebouw met meer dan
duizend mannen en vrouwen vrijwel uit
sluitend van den Weenschen arbeidersstand
gevuldgeen plaatsje, zelfs geen staan-
plaatsje bleef onbezet....
Stonden wij verbaasd over zulk een op
komst, onze verbazing groeide en groeide
toen we op "t uur van den aanvang der vergade
ring vernamen, dat in de benedenzaal nog
ongeveer duizend personen dicht opeenge
pakt zaten, in de hoop, dat de Hollanders
en natuurlijk voornamelijk de afgevaardigden
der Roomsche en Christelijke arbeiders van
Holland, n.l. de heer Nykarap, penningmee
ster van het R. K. Vakbureau en de heer
J. S. Ruppert, secretaris van het Christ. Vak
verbond zich na afloop der vergadering in de
bovenzaal ook voor hèn zouden vertoonen.
Vele „hervorragende" Oostenrijksche per-
ioonlijkheden woonden deze grootsche demon
stratie bij
Hofrat Prelaat Schöpfer, lid van het Oosten
rijksche parlement, Frau Dr. H. Burjan,
le heeren Franz Spalowsky, A. Mataja, H.
Stein gger, Chr. Fischer, J. Heitzinger, A.
Kun sc iak, allen eveneens leden van het par-
lemcixi.
In een inleidend woord, dat herhaaldelijk
door spontaan en langdurig handgeklap on
derbroken werd, zoodra er maar sprake was
van de Hollandsche hulpvaardigheid, ver
klaarde de voorzitter, dat deze vergadering
beschouwd moest worden als een grootsche
uiting van dank jegens Holland en zijn
Roomsche en Christelijke arbeiders harte
lijk heette hij de vertegenwoordigers uit Hol
land de afgevaardigden der arbeiders, den
hoofdgeleider en de beide journalisten wel
kom, - en toen dit welkom eenmaal uitge
sproken was, toen duurde het van wege
het instemmend, geweldig applausgeruimen
tijd, alvorens de heer Spalowsky,.voorzitter
van de „Central-commission der Christlichen
Gewirkschaften" het woord nemen kon....
In stoere taal begon de heer Spalowsky
met uiteen te zetten, hoe Oostenrijk in zijn
hedendaagsche ellende geraakt isde hoop,
welke men gedurende den oorlog voedde, is
niet vervuld Oostenrijk werd overwonnen
en zóódanig afgesloten gehouden van de
overige wereld, dat het totaal verarmde en in
den grootst denkbaren nood geraakte.
Er moest geholpen worden, maar och
zoo weinigen verstaan de kunst in echt
Christelijke naastenliefde te helpen,zoo
meenden wij.
Doch zieDank zij de artikelen, waarin
de journalist Galesloot het eerst den Ween
schen nood in Holland bekend maakte, heeft
men aldaar medelijden met ons gekregen,
en Holland helpt en Holland hééft geholpen
zóó, als wij het niet hadden durven hopen.
Wat wij, arbeiders, in die hulp van Hol
land het schoonste vinden, dat is, dat de ar
beiders aldaar 8 uur overwerk verricht hebben
voor ons, om ons aan levensmiddelen te helpen.
De sociaal-demokraten hebben ook deze
aangelegenheid aangegrepen om ons te
smaden dor een toeval kon het Holland
sche N.V.V. zijn levensmiddelen eenige we
ken vroèger zenden dan de Katholieke en
Christelijke organisatiedeze werd de dupe
van de revolutie in Duitschland, waardoor
geen levensmiddelenzendingen konden óver
komen.
Nil echter is de levensmiddelentrem met
de wagons der Hollandsche Katholieke en
Christelijke arbeiders gearriveerd, en de
zending is van dien aard, dat wij desocia.is-
ten durven uitdagen, nóg eens te schimpen
Op grootsche Wijze is de hulpverleening
in Holland georganiseerd dat heeft spr. met
eigen oogen kunnen zien.
Geen. land doet dat Holland na
Hier nu zijn Wij bijeengekomen onj de gas
ten uit Holland harteüjk te begroeten, om
In hen alle edelmoedige Hollanders te
eer en en te danken.
Dank brengt spr. aan allen, die aan deze
hulpverleening hebben medegewerkt.
Roomsch en Christelijk Weenen is er juist
daarom zoo dankbaar voor, omdat het daarin
een bewijs ziet, dat het in deze wereld nog
niet alléén staatwe zijn door den feilen te
genslag kleinmoedig geworden in alle- op
zichten maar dank zij de hulp ook en
vooral van Holland zullen we nog eenmaal
zóóver komen, dat we onze vólle kracht hei-
krijgen, om succesvol te werken aan de vei-
sterking en aan den uitbouw van onze arbei
dersorganisatie, om het mogelijk te maken,
dat wij tot herstel van het ongelukkige
Oostenrijk onze Christelijke beginselen
dóórvoeren in staat en wetgeving
Hierna brengt de vergadering een driemaal
„Hoch" op Holland uit en davert de zaal
langen tijd van enthousiast applaus.
Luide begroet en toegejuicht beklimt ver
volgens de heer Nykamp, penningmeester,
van het R. K. Vakbureau in Holland, het
podium.
Spr. begint met de groeten over te brengen
van de georganiseerde arbeiders uit Holland
de Hollandsche collega's achten ich gelukkig
iets te hebben kunnen bijdragen tot leniging
van den nood der Weensche Kath. arbeiders.
Vooreerst, omdat de kath. arbeiders in
Holland daardoor hebben kunnen toonen,
dat ook de kath. vakbeweging de broeders
in 't Oosten niet vergeet.
Wij mogen, aldus spr. niet trotsch zijn op
onze liefdadigheid, toch mogen wij een
enkele maal wel eens zeggen, wat wij zooal
doen, ook hier zal het weL een gewoon ver
schijnsel zijn, dat de goede daden der Katho
lieken worden doodgezwegen (Geroep: zeer
juist
In Holland is veel voor Weenen gedaan.
Niet minder zijn we verheugd, iets te .kun
nen doen, omdat we daardoor aan de wereld
kunnen bewijzen, dat de kath. solidariteit
geen tjdel woord is. 1
Het materialisme beheerscht heden ten
dage de wereldwij staan op een geweldig
keerpunt in onze geschiedenis
De kath. beginselen zullen naar onze vaste
overtuiging ons uit den chaos kunnen redden.
Geen klassenstrijd, zij de leus, maar sa
menwerking
Daarom, aldus spoort spr. de aanwezigen
aan, versterkt uwe organisatie, maakt elkan
der tot brave kath. menschen
Nog is het niet te laat. Met moed de toe
komst in Vooruit, met aan der spits, de ba
nier van Koning Christus
Voorop de zegevaan van Hem, van Wien
alléén redding is te verwachten
Als de heer Nykamp zijn herhaaldelijk
door applaus en uitroepen van instemming
onderbroken rede beëindigd heeft, voert de
heer S. Ruppert, penningmeester van het
Chr. Nat. Vakverbond het woord.
Deze spr. wijst erop, hoe het welvaartspeil
in alle landen gedaald is. In Nederland ismet
groote moeite de neutraliteit bewaardook
wij hebben schrale tijden gehad van schrale
rantsoeneering en sterk bewogen economisch
leven.
Langzamerhand is het heter geworden.
En toen de nood in het buitenland ons bekend
werd, waren we direkt bereid te helpen. De
Hollandsche arbeiders besloten 8 uur over te
werken voor de Weensche broeders,de
syndicalisten echter moesten tegenwerken
leert daaruit de liefde van de revolutionnai-
ren voor den arbeider
Thans hebben wij levensmiddelen in Wee
nen gebracht, ze zijn onvoldoende, maar op de
eerste plaats noet gij uzelf helpenDe
restauratie der maatschappij is een eeretaak
voor de arbeiders.
In Holland hebben we onze organisatie
uitgebouwd en versterkt,
Vóór den oorlog hadden de Chr. en kath.
arbeidersorganisatie 's te zamen 53.000 leden,
thans 225.000waarbij de kath. 150.000-
en de christelijke 75.000.
Regeering en socialisten houden met ons
rekening.
Ook gij moet uw recht vragen, doch het
recht ons van God gegeven om onzen plicht
te doen voor God, staat, maatschappij en
huisgezin. Naast rechten zijn er ook plichten
allereerst de plicht om de maatschappij we
der op te bouwen.
Gij, met uw vakverceniging, gij hebt de be
lofte der toekomst, niet de socialisten.
Internationaal willen wij onze kracht aan
den opbouw eener nieuwe maatschappij wij
den
't Gaf wederom een oorverdoovend applaus
Tot slot voerde nog de heer A. Mataja, lid
van het parlement, liet woord tot dankzegging
en tot opwekking, waarna in de benedenzaal
nog eenmaal dezelfde plechtigheden plaats
vonden en de duizenden bezoekers in dichte
drommen, naar huis togen, hun Gewirk-
schaftslied luide latende schallen door de
straten van Weenen
dienst van de katholieke zaan en van de
waarheid.
EEN INTERNATIONAAL KATHOLIEK
persbureau.
Op de meest krasse wijze zijn thans van
twee kanten hoogst erasti®© (onbewezen)
besehuldigingen tegon d© Christelijke re
geering in Hongarij© ingebracht.
Van comni.im-istische en .socialistische
zijde wordt die regeeringr verweten als
zou onder haar .arbeidersbeweging"
(lees dto socialisten en d© communisten)
aan de wreedste vervolgingen blootge
steld zijn.
Van Joodsohe zijde wordt in het >,Hhld."
verzekerd, dat d© ehristelij k-soeialen in
Hongarije, een ware drijfjacht houden op
alles wat Joodseh Is.
Op de eene beschuldiging heeft de Hon-
gaarsC'he regeering geantwoord door ver
tegenwoordigers van de Engetsche en Ita-
liaansohe socialisten uit te noodigen naar
Hongarije te komen en zich daar persoon
lijk te vergewissen Vau de juistheid of
onjuistheid tier beweerde vervolgingen:
men is geneigd te meenen, dat een regee
ring die zulle oen onderzoek aandurft,
stevig in haar aoh-oenen staat.
Op de andere moge de Hongaarsche le
gatie In Den Haag- zoo spoedig en vol
ledig mogelijk antwoorden.
Intus&öhen meent hot „Huisgezin", dat-
de openbare ineening in Europa te een
zijdig wordt voorgelicht,
„De wereldmacht der publiciteit ïs
te zeer in hamden van een groep, die,
om het zacht uit te drukken, de chris
telijke en katholieke wereldbeschou
wing weinig genegen is.
Voelen wij, katholieken, niet op on
duldbare wijze ons tekort!
Moesten wij, die in Europa alleen
meer dan tweehonderd millioen geest
verwanten tellen, niet over een eigen
internationaal persbureau beschikken,
dat, in alle landen zijn -vertakkingen
hebbend, im staat was, een tegenwicht
te vormen tegen do minstens eenzijdige,
vaak tendentieuze, zoo niet geheel val-
sohe beschouwingen, die door de we
reld worden verbreid!
Wij kunnen do beschuldigingen tegen
do christelijke Hongaarsche regeering
dit feit staat niet alleen; welke ca-
ricatuur zal van onze eigen christelij
ke rogecriag in en aan het buitenland
worden vertoond! - doodzwijgen; wij
kunnen schuchter opmerken, dat ze
stellig overdreven zijn, zoo niet geheel
onjuist en we zullen dan wel niet heel
ver van de waarheid af zijm,
Maar wij moesten met die stukken in
de hand die onwaarheid der beschuldi
gingen kunnen aahtoonen of, eventueel,
met kennis van zaken kunnen verkla
ren: het is zoo, de Hongaarsche regee
ring heeft zich misdragen."
Wij verbeiden de Katholieke Interna
tionale.
En een barer eerste 011 noodzakelijk
ste werken zal zijn do oprichting varn een
internationaal katholiek perebureau in
GEDACHTEN.
Vader Wingelsen zat nog eens te denken
over 't verleden.
Geen prettige gedachten Waren heten
daarom juist kwamen ze zoo dikwijls terug,
vooral in oogenblikken zooals nuals ie
alleen in huis was.
Schijnbaar onverschillig zat ie aan z n pijp
te puffen....de oogen bleven op één punt
gevestigdde krant, waar hij al 'n kwartier
geleden aan wou beginnen, lag nog dicht ge
vouwen op tafel.
Z'n gedachten bleven in dezelfde kamer,
maar keerden terug naar 'n tijdstip 'n jaar óf
achttien geleden.
En in dien hoek daar, bij 't raam, zag ie
z'n oudsten zoon Anton staan, doe met 'n
drift-ruk van z'n door opwinding gloeiend
hoofd door z'n tanden siste: ,,'it Blijft zooals
'k gezegd heb..en daarmee uit
Kwasie-woedend was ie toen de kamer uit
gekropen .om z'n moeder niet te zien huilen
De heele scène zag vader Wingelsen weer
duidelijk voor zich.bijna 'n uur had 't ge
duurd.
Vader en moeder waren er de schuld van I
had de jongen gezegd als hij niet gelukkig
werd in z'n leven, 't Was 'n heel net meisje, al
was ze dan „griffermeerd" met haar alléén
en niemand anders kon ie gelukkig zijn.
De „plechtige" dag was gekomen. De bruid
had eerst met 'r zeemleeren gezicht de verkla
ring geteekendoch jawat hij volgens
z'n geloof verplicht was, vond ze goed.
waarom niet.as je van mekaar hield
Er was „feest"
Zijn familie was er niet..haar familie zat
sip en zuinig te koekeloeren, omdat ze „dien
roomschen knul" genomen had.
„Zij" hitste nu en dan d'r lachspieren wat
°P- - wat maar heel matig gelukte.
„Hij" had zich 't levensgeluk van dien
trouwdag heel anders voorgesteld.
Toen de wittebroodsweken om waren gaf
„zij" 't sein. Smadelijk trok ze d'r neus op en
zei nooit zoo goed als tegenwoordig te hebben
gemerkt, hoeveel rare dingen er in dat geloof
van „hem" waren
Er kwam 'n kind
„Zij" huilde tweemaal..Eerst van ge
lukkigheidtoen van kwaadheid, omdat
„zijn moeder", heelemaal tegen „haar"zin,
den derden dag 't kind „al" wou laten doo-
penOnzinnig vond ze 'tcn schandalig.
meteen..zoo'n wurm nou al over straat.
Voor dezen keer zou ze dan maar toegeven
En ze gaf nóg 's 'n keertje toe „voor dezen
keer".
Ze prakkizeerdelater graag „allernoodzake-
lijkste boodschappen' de oudste naar de
Katechismus moesten schold tot stich
ting. .en „verhooging van „zijn geluk
zeven dagen van de op 't geloof van
„hem"' en „z'n kinderen
Dat was „hem" gaan vervelen. Hij had zich
toch vóór het trouwen voorgenomen met haar
en niemand anders gelukkig te zullen zijn
In al die jaren had ie maar weinig lol onder
vonden, en op dat weinige had dan nog n
valsch kleurtje gezeten.
Hij zou zich dan maar wat kon t m
ook eigenlijk schelen -7- Lij zou zich dan maar
's heelemaal gaan inrichten naar „haar ge
voelens. Allicht kwam dan 't geluk in de wo-
ning.
En op 'n goeien Zondagmorgen....ja,
hoor..daar zag je ;,hem naast „haar de
twee kinderen voorop, naar „haar" kerk gaan.
„Hij" blonk van genoegen, omdat 't nou
eindelijk toch 'n gezellig huishouën zou wor
den.
De gedachten van vader Wingelsen bleven
hier even stuiten .op de onzekerheid. Want
of het „geluk" werkelijk gekomen was wist
hij niet. Hij twijjelde er sterk aan, al deed z'n
zoon steeds alsof
Ineens kwam '11 andere nare gedachte z n
hersenen doorvlijmen.
't Was weer in dezelfde kamermaar
Voor de Katholieke Pers in
Oostenrijk.
Indien het bestuur der Nederlandsche
Katholieke Journalistenvereeniging den
moed en den durf heeft, thans nog ten be
hoeve van het katholieke Oostenrijk een
beroep^e doen op de Nederlandsche katho
lieken, dan moet het wel een belang van
de allereerste orde zijn, dat dit beroep recht
vaardigt.
Dat is ook zoo.
Het komt thans geen hulp vragen voor
de nooddruft des levens, voor de behoeften
van sterfelijke menschen, maar voor een
apostolisch werk, waarvan voor een goed
deel de toekomst van Oostenrijk afhanke
lijk isde katholieke Oostenrijksche pers.
Meer dan ooit en meer dan elders mis
schien, heeft in Oostenrijk de katholieke
pers een hooge roeping te vervullen.
Haar strijd tegen de overmacht van jood-
sche en vrijmetselaarsorganen aan de eene,
van socialistische en communistische bladen
aan de andere zijde, is bovenmenschelijk
z\vaa r.
Zij gaat Ci niet voor uit den weg, maar
de fmancieele zorgen, waaronder zij in dezi
kommervolle tijden gebukt is, verlammen
haar energie en doen zelfs de vraag rijzen,
of zij, tenzij haar tijdig hulp gereikt wordt,
in staat zal zijn den zoo noodzakelijken
strijd te blijven voeren.
De Reichspost, het hoofdorgaan der Oosten
rijksche katholieken, heeft binnen een jaar
tijds haar budget van uitgaven van ander
half tot zes millioen kronen zien stijgen,
waarvan een derde deel ongedekt is cn bij
den tegenwoordigen stand van den alge-
meenen nood in het eigen land niet kan wor
den opgebracht.
Met het oog hierop richt het katholieke
Oostenrijk, bij monde van zijn eerbied-
waardigen primaat, den kardinaal-aarts
bisschop Z. Em. Mgr. Piffl, zich tot de ge-
loofsgenooten in het buitenland, dat, van
het hooge licht der katholiciteit bezien
geen buitenland is, daar alle katholieken
lidmaten zijn van de ééne .katholieke en
apostolische gemeenschap.
Er is sprake van een katholieke Inter
nationale. Mooie woorden zijn daaraan ge
wijd, vurige lofredenen daarop gehouden.
Wij verwelkomen ze in den geest.
Goed laten wij toonen, dat wij daarvoor
meer over hebben dan een toosta en wij
haar verbeidend, ze inwijden met een daad
van katholiek medegevoel met zoo grooten
geestelijken nood.
Oostenrijksche kinderen hebben wij hier
gespijzigd en gelaafd en geherbergdtrei
nen met levensmiddelen hebben we naar
het eenmaal zoo machtige land gezonden,
waarvan we in dezen tijd van ramp- en on-
spoed niet mogen vergeten, dat het eeuwen
lang een bolwerk is geweest tegen de Turken.
Laten wij het werk rot leniging van licha-
melijken nood bekronen door in den nog
grooteren geestelijken nood te helpen voor-
zien.
Het is een werk, waaraan allen, grooten
en kleinen, kunnen c-n willen en zullen deel
nemen.
Heel de katholieke pers, een inschrijving
openend, verklaart zich solidau m dezen
oproep tot steun, die het katholieke Neder-
laudsche volk uit het hart zal zijn gegrepen.
Aan Zijne Eminentie kardinaal Piffl zal
de offergave der Nederlandsche katholieken
voor de noodlijdende katholieke pers in
Oostenrijk worden overgemaakt.
Het Bestuur der -Nederlandsche
Katholieke J ournalistenvereeniging
T B. VESTERSr voórzitter.
C. M. J. ALEVEN, secretaris.
De aap uit de mouw,
„Gaaf Acht", orgaan van den Ned. R.K.
Bond van dienstplichtigen „St. Joris .schuift
„Voor eenige weken terug, hield de luite
nant C. Jhr. Wittert een lezing voor de ver-
eenigüig „Ons Leger".
Hij deed een verklaring om te onthouden
Dat, over hetgeen voor het leger noodig is,
alleen militairen als deskundigen kunnen oor-
deelen.
„Daardoor kon het wel gebeuren, dat aj
bij hun oordeel tot de conclusie komen, dat
dat de persoonlijke en financieele lasten te
zwaar worden en niet op te brengen zijn do r
het Volk.-
niet zoo lang geleden.hoogstens 'n hal
Anton was op bezoek'n zeldzaamheid.
En van die zeldzame gelegenheid had vader
Wingelsen gebfuik gemaakt hem n ernstig
woord toe te voegen over z'n complete ara wa
ling van het geloof
Toen had de zoo'n z'n vader schuin aange
keken en met 'n valsch lachje.en n
„vertrouwelijk" arm-stootje in 't oor gefluis
terd ".„Toe, vadertje..laten we mekaar nou
maar géén mietje noemendenk nou s
eventjes na, hoe u zelf geweest bent..meei
dan vijftien jaar achtermekaarEn als cue
ziekte d'r niet was tusschen gekomen. Met
'n geniepig knipoogje had de zoon )|epP
'n andere wending gegeven, zonder
op 't smartelijk vertrokken gelaat van z
vader.
Nu gingen de g^^^efjateUterug!
sprong makennog veel meer ja 5
Maar altijd weer m deze 1 in
Daar, bij den schoorsteen, zat Anton - .m
z'n Eerst-CoinmumcpakjeZ n moeder
stond in de gang te snikken.Ook t kleine
Communiekantje had moeite geen traantjes
te morsen op z n schoon frontjc met t witte
zijden vlinder-dasje.
Want vader ging niet mee ter kerk. Reeds
weken van te voren had ic verklaard, dat ze
zooveel drukte van dien dag mochten maken
BRUTAAL.
Bas: „Leen me 'ns vijftig' gulden."
Cas: „Ik heb er maar veertig."
Bas: „Geef er niaar veertig, ik wil er w«
tien aan je te goed houden."
,'T NIEUWSGIERIGE PAARD.
„Hoe komt 't dat Jansen de vingers van
z'n rechterhand kwijt is?"
„In 'n paard z'n bek gestoken; hij wou we»
ten hoeveel tanden 't dier had."
,.En toen?"
„'t Paard deed z'n bek diclvt, 't wou weten
hoeveel vingers Jansen had."
Maar daar hebben zij niet mede te maken
want zij gevoelen zich allereerst militair des
kundigen en geen Nederlandsche Staatsbur
gers."
Deze heeren hebben niets geleerd en droo-
men nog van volle kazernes. Er wordt niet
gevraagd wat het Algemeen belang eisclit
Als de heeren hun zin maar krijgen.
DE VLIEGTOCHT NAAR INDIE,
De „Tel." meldt, dat luit. Koppen vau
de Engelsehe regeering toestemming voor
de reis naar Indië kreeg op voorwaarden,
welke door onze re gee ring uit nationale
waardigheid niet kunnen worden aan
vaard. 't Blad meldt nog, dat in verband
daarmede de luitenant v. Wulfften Palthe
en Backer teruggeroepen zijn en dat de
Engelsche regeering nog steeds verzuimde
op Neder land's bescheid te antwoorden.
Intusschen is het seizoen voor een
vliegtocht naar Indië vorioopen en moe
deze eenige maanden worden uitgesteld.
De voorwaarden van luitenant Koppen
zouden zijm volgens die „Tel.":
le. Nederland moet aan de Albatros
(het toestel waarmede Koppen naar Indië
zou vliegen) een luehtvaartverklaring ge
ven-;
2e. De Albatr-cs moet opgenomen wor
den in de Nederlandsche luchtstrijdkrach
ten;
3e. Nederland moet bewijzen, dat de Al
batros niet behoort tot de toestellen, dio
uitgeleverd moreten worden.
In zake de terugroeping van de heeren
v. W. P. en B. zou op te merken zijn, dat,
nu de tocht toeh eenige maanden moet
wordeu uitgesteld, do oefenkosten dezer
heeren wat heel hoog zouden loopen.
EEN REGEERINGSOPDRACHT AAN
DEN HEER DE MURALTï
H©t Tweede Kamerlid, de heer Marohant
is blijkbaar niet gerust over hetgeen zijn
collega de heer De Muralt in Indië uit
voert.
Hij heeft, tan tot deu Minister van Ko
loniën, de volgende vragen gericht:
1. Is de heer jhr. R. de Muralt ter ver
vulling van een regeeriugsopdraoht naar
Nederlandsch Oosit-Ind-iö uitgezonden!
2. Zoo neen, heeft de Regeeriug dan aan
den heer jhr. R. de Muralt een opdracht
gegeven, tijdens zijn verblijf in Neder-
Iandsch Oost-Indië te vervullen!
3. Mocht vraag 1 of 2 bevestigend wor
den beantwoord, is dan de Regeering be
reid, den inhoud der opdracht aan de Ka
mer mede te deelen!
Een Jaarverslag
Dezer dagen is verschenen het verslag om.
tren-t de eigendommen, werken en uitic»
tingen der gemeente Haarlem over het jaa
191<> voor zooverre deze behooren tot oei
STAKING OPGEHEVEN.
In verband met het groote getal werk
willigen uit bijna geheel Overijssel heb
ben do betrokken landarboiderebonden de
staking in de veen dertien der firma van
Rooyeu te Bergertheim opgeheven. Do
als ze woïten, maar dat hij aan die „poppe-
kast" niet meedeed.
Er waren weinig blijde gezichten geweest
dien aanneemsdag, waarbij de zoo goed als
ongeloovige vader alleen voor den vorm te
genwoordig was.
Taren had ie zoo voortgeleefd. Tot n
langdurige, smartelijke ziekte hem had ge-
louterd en 'n ander mensch van m gemaakt,
In tegenwoordigheid van z'n vrouw en kin
deren had ie 'n belofte gedaan voor heel z d
verder levenen die gehouden.
Maar als hij eyenals nu alleen was m
't stille huis en z'n gedachten als vanzelf weet
teruggingen naar vroeger, dan kwam telken?
niet vernieuwde'schrijning dat oogenblik voor
z'n geest, waarop z'n eigen kind hem dat bit
tere verwijt deed met de sarcastische woorden:
„Toe, vadertje..., denk nou 's effetjes na,
hè, hoe je zelf"
En opnieuw drukte hem 't zware schuldbe
sef als 'n looden last, die nooit was af te schud
den
Moeder Wingelsen komt thuis van c-eniga
boodschappen.
Ze wil de kamer binnengaan met n prettig
nieuwtje op de lippen.
Maar behoedzaam trekt ze zich terug en
gaat eerst in de keuken wat verrichten.
Want vader Wingelsen bidt
En schreitG. N\