EEDE
buitenland
SCHULD EN BOETE
Het veranderlijk loonpeil.
FEUILLETON.
ONS VR00LIJK HOEKJE.
VRIJDAG 30 JULI 1920
Een revolutionair schouwspel.
De KusslscSi-Poolsche Oorlog.
Het onlangs te Den Haag gehouden
Tweede Congres van den R. K. Centralen
Raad van Bedrijven nam zonder dat er
hoegenaamd over gepraat Werd in het
door Mr. Carl Romme ontworpen model
collectief-arbeidscontract de bepaling aan,
dat de minimum-loonen iedere zes maanden
worden herzien in dier voege, „dat zij per
centsgewijze gelijken tred houden met de
stijging van den levensstandaard."
Men zou zich over het feit, dat deze be
trekkelijke „nieuwigheid" zoo maar zonder
slag of stoot aanvaard werd, bovenmate
kunnen verwonderen, ware het niet, dat
men de laatste jaren geleerd heeft, zich
over hoegenaamd niets meer tc verbazen,
ware het niet, dat wij in onzen nieuwen tijd
jaren ouder (en wijzer worden in luttele
dagen, dat wij in den nieuwen tijd na
enkele dagen gemakkelijker een gewichtig
besluit nemen dan voorheen na jaren van
wikken en wegen.
De evolutie voltrekt zich aan onze tijd-
genooten wèl snel
Wie had vóór den oorlog durven gelooven,
dat het veranderlijk loonpeil in Nederland
het land der Chineezen van Europa na
enkele jaren zóóveel burgerrecht zou ver
krijgen, dat het officieel opgenomen zou
worden in een model-collectief-arbeiders
contract
Tot voor betrekkelijk korten tijd scheen
men er niet aan te willen, ofschoon het
systeem in een enkel bedrijf reeds goede
resultaten had opgeleverd, ofschoon aan
stonds na den oonog een Australische re
geering met het veranderlijk loonpeil wet
telijk geregeld vóórging, ofschoon van
meerdere zijden het veranderlijk loonpeil
ais de meest billijke beiooning van den ar
beider werd aangeprezen, ofschoon meer
deren (met ons) in het veranderlijk loon
peil systeem een probaat middel zagen
tot bestrijding van de nog steeds toenemende
duurte, voorzoover die voor een gróót
deel het gevolg is van de gestadige ver-
hooging der arbeidersloonen, de gestadige
verhooging, waarbij geen rekening gehouden
wordt met oorzaak en gevolg
Wat te vreezen geeft, dat de vicieuse
wisselwerking: hoogere levenskosten hoo-
gere loonen tot in het eindelooze zal voort
duren.
Wie had eenige jaren geleden kunnen den
ken, dat het veranderiijk-locnpeil-systeem
°nder ons thans reeds zóó grooten bijval
en zóó grooten aanhang zou weten te ver-
Werven
Uit de geschiedenis van het systeem viel
het niet te voorspellen. ImmersWas in
December 1909 en vervolgens in Februari
1910 de Oostenrijker Adolf Braun met het
denkbeeld voor den dag gekomen (waarbij
een veranderlijk loonpeil werd voorgesteld,
in dien zin, dat voortdurend rekening ge-
houden zou worden met de in die dagen
reeds gestadig duurder wordende kosten
van onderhond voor het arbeidersgezin),
toen de Fransche socialistische Kamerleden'
op 17 Novembei 1910 een ontwap indien
den op een w. ttelijke regeling van het mi
nimumloon, waarbij zij zich baseerden op
den door Braun aangegeven grondslag,
toen kregen zij nul op het rekest. De Fran
sche Kamer wilde er niet van weten
Wel vond het systeem 7 jaren later ingang
in een belangrijjt onderdeel van het Neder-
landsche particuliere bedrijfsleven, n. 1. in
het kleedmgbedrijf.
Waarin met het systeem succesvol gewerkt
werd.
De kleermakers in Nederland bleven met
him veranderlijk loonpeil echter zoo gced
als alléén staan, en daarom nogmaals
men zoude zich er bovenmate over kunnen
verwonderen, dat het Tweede Congres van
den R. K. Centralen Raad van Bedrijven
onlangs zonder pourparlers het systeem van
op- en af-gaande loonen erkende, aanbeval,
ja, als natuurlijk en vanzelfsprekend voor
stelde door het op te nemen in het model-
collectief-arbeiders-contract
Mogen wij ons over deze al dan niet ver
wonderlijke snelle evolutie in de bedrijfs-
gedachte verheugen
Ontegenzeggelijkja
Al willen wij de eigenaardige bezwaren
en gevaren, aan het veranderlijk-loonpeil
systeem verbonden, niet onderschatten.
Het komt er allereerst op aan, op een be
paald tijdstip als wanneer men het systeem
wil gaan invoeren een bevredigende
formuleering te vinden van wat te beschou
wen is als het „rechtvaardige" loon. Dit
loon toch blijft de basis, waarop het systeem
m alle verdere tijdsomstandigheden bij
prijsstijging en daling zijn verdere toe
passing moet vinden.
En 't is juist de vaststelling van een
„rechtvaardig" loon, dat nogal wat voeten
in de aarde pleegt te tiebben, omdat de mee
ningen daaromtrent zoozeer verschillen.
Ook al is men 't r over eens, dat onder
e<.n „rechtvaardig" loon te verstaan is de
rechtvaardige, de billijke finantieele waar
deering van geleverden arbeid.
Op cijfers, 'daar komt het maar op aan,
en zoodra er cijfers genoemd worden,
doet het verschil van meening zich gelden.
Door dit bezwaar mag men zich echter
niet laten afschrikken al is de waarde
bepaling van loon bij invoering van hei
veranderlijk-loonpeil-systeem ook van méér
belang en van meer blijvende beteekenis
dan in de gewone arbeidsovereenkomsten,
het hierbedoelde bezwaar heeft men bij de
sluiting van ieder arbeidscontract te over
winnen, en heeft men bij invoering van
het besproken systeem eenmaal een „recht
vaardig" loon gevonden, dan geniet men
daarvan het voordeel, dat men in^ lengte
van dagen de „tijdsomstandigheden, onclei
welk mom bij salarisregelingen voorzeker
vele exorbitantheden doorgedreven werden,
als uitgeschakeld kan beschouwen
bij invoering van het veranderlijk loonpeil
gaan de loonen systemathisch en automa
tisch in percentsgewijze overeenstemming
met de hoogere of lagere levenskosten om
hoog en omlaag.
Natuurlijk kan daarnèvens nog over ver
hooging van het loon van het grondtoon -
gesproken worden, b. v. bij verhoogde ar
beidspraestatie of bij meerdere dienstjaren -
tot hiertoe doelden wij alleen op de mini
mum-loonen.
Een gevaar van het systeem is hiènn ge
legen, dat men bij de periodieke herziening
van het loonpeil meer speciaal letten zal
op stijging dan op daling van levenskosten,
nu het toch gebleken is, dat een collectief
arbeids-contract in een landelijk bedrijf
véél concurrentie uitsluit en de veinoogmg
van alles en nog wat o 1 zoo gemakkelijk
op den consument te verhalen is.
Wij juichen het natuurlijk van harte toe,
als de levensomstandigheden der arbeiders
gunstiger worden, als de arbeidersstand
dank zij betere sociale verhoudingen ver
heven wordt boven een te laag niveau,
doch bij een eventueele herziening van het
loonpeil, b. v. op dit moment, zou niet uit
het oog verloren mogen worden, dat
volgens de onlangs gepubliceerde statistiek
van het bekende Amsterdamsche bureau
de levenskosten van den arbeider met hoo-
ger geworden zijn, indien men in aanmerking
neemt de levenswijze van vóór den oorlog.
Wordt men met het veranderlijk-loon
peilsysteem eenzijdig ten gunste van den
werknemer, dan heeft het systeem geen
reden-van-bestaan meer, dan kan men
evengoed maar lukraak vóórtgaan met
gestadige verhooging van loon waaraan
de arbeider per slot van rekening niets heeft,
omdat (mede tengevolge ook van die nieuwe
loonsverhooging) de levenskosten toch mee
stijgen.
Wil men met succes in het belang van heel
de samenleving het systeem toepassen, dan
moet men ziclx stellende op de oasis,
dat de arbeider met een rechtvaardig loon
behoorlijk moet kunnen rondkomen nauw-
lettend toezien op de stijging, maar ook op
de eventueele daling van de levenskosten,
en een en ander tot uitdrukking brengen
in wijziging van het loonpeil.
Doet men zulks, dan zal het systeem
naar onze overtuiging een nuttig middel
tot bestrijding der duurte blijkenonrede
lijk hooge loonen toch, welke naast onrede
lijke hooge winsten heden ten dage nog de
ergste duurtefactoren vormen, worden als
dan uitgeschakeld, terwijl niemand reden
heeft tot ontevredenheid.
Aan de billijkheid van het systeem och
kan door niemand getwijfeld worden.
't Is om deze overwegingen, dat wij ons
wèl meenen te mogen verheugen over het
feit, dat de veranderlijke-loonpeilgedachte
den jongsten tijd zooveel veld won, en dat
wij vele collectieve arbeidscontracten in
dit opzicht volgens het model der R. K.
Bedrijfsraden wenschten te zien gesloten
in den eerstvolgenden tijd, nu de onvastheid
der loonen nog van zoo grooten invloed is
op de abnormaliteit der tijdsomstandigheden
en deze nog zoo noodlottig bevordert.
DE BELGISCHE KAMER EN SENAAT
DOOR OUD-STRIJDERS OVER
ROMPELD.
Eenige duizenden oud-strijders hadden
gistellen te Brussel een betooging op
touw gezet als protest tegen het voorstel
der regeering betreffende de stichting
van een fonds ten bate van oud-strijders
fVrij naar het Engelsch van A. gvvan]
Geautoriseerde vertaling
33.
De hotelhouder meende dat het geld
door Geoffrey niet op eedijke wijze ver
kregen was. Een schelm is nu eenmaal wei
nig geneigd anderen voor bijzonder eerlijke
lieden te houden.
Geoffrey Faussit was door zijn eigen
dwaasheden in deze lastige en onaangename
positie geraakt. Nog nooit had hij er zóó
buitengewoon slecht voorgestaan als nu hij,
bijna zonder geld, het kleine hotel in Soho
verliet en naar Oxford Street zich begaf.
Het was Zaterdag avond zes uur al de
winkels in de hoofdstraten waren gesloten
Het was buitengewoon druk op straat op
dezen warmen zomeravond, en iedereen
voelde het als een wezenlijk genot zich bui
ten te bevinden.
Hij beklom de imperiaal van een omnibus
die naar King's Cross voerde, in de hoop
dat hij Annie daar in de buurt ergens zou
vinden. Eigen ijk wa hei een beetje gek
dit nog te hopen, daar er smds haar aankomst
ach- en veeitig urm verloopen waren. Hij
kon toch n.et verwachten dat zij zijn 11-
structies etterlijk opvolg ai zou
Hij voelde niusschen behoe.tc om een
oogenbliitje uit te rusten, want hij was nog
slap en onzeker n zijn bewegingen, en de
imperiaal van een omnibus was daarvoor
ven geschikt als welke andere plaats ook.
Toen hij een oogenblik gezeten had in zijn
rus ige hoekje telde hij zijn geld eenna.
Zijn zakken bevatten al.een de beide goud
stukken en de handvol zi ver waar de ver
pleegster van gesproken had. Binnen zeer
xorten tijd zou dit ge d op zijn, en wa dan f
Zijn naaste toekom t vormde een moci-
"lijkheid die hee wat knapper en handiger
'menschen dan hij niet zouden hebben over
wonnen. Mas. op Geoffrey Faussit maakte
dit alles toch niet den indruk dien men ver
wacht zou hebben. Een zekere luchthartig
heid, overblijfsel nog van zijn vroegere le
vensopvatting, kwam hem nu betrekkelijK
goed te pas, doordat ze hem ervan weerhield
zich de toekomst als volstrekt hopeloos voor
te stellen. Als hij eenmaal maar geru tge-
steld was omtrent zijn onge vrouw, zou hij
er wel wat op vinden om zijn moeilijkheden
te boven te komen. Terwiil hij dan door het
De betoogers eieebten een jaargeld voor
elk van hen.
Een groep van twaalf mannen begaf
zich naar het Kamergebouw, waar zij
door den voorzatter werden ontvangen,
wien zij hun eisch mededeelden.
De voorzitter verklaarde, dat hij de
Ktmer van de desiderata der oud-strij
ders in kennis zou stellen, doch dat de
Kamer hierover zen beslissen zonder den
druk van wie ook te ondergaan. Hij voeg
de er aan toe dat de Kamer zeer goed
weet, welke rol de oudstrijders gedurende
den oorlog hebben gspeeld en dat zij met
hun wen sehen rekening zal houdjen.
De gedelegeerdten keerden daarop naar
den grooten stoet terug, doch middeler
wijl was een deel der strijders er in ge
slaagd door liet afgezette terrein te bre
ken en de ministeries en het Kamerge
bouw te omsingelen.
Den burgemeester van Brussel gelukte
het de betoogers er toe te brengen zich te
rug te trekken. Doch de betoogers keer
den terug om zich vóór het parlement te
verzamelen. De gedelegeerden der oud-
strijders kondigden daarop aan dat de
Kamer in afdeelingen was gegaan om
hun voldoening te schenken.
Ondanks den raad om kalm te blijven,
slaagden de betoogers er in het parle
mentsgebouw te bestormen.
Over het verder verloop seint de corr.
van de „Msb." te Brussel nog het vol
gende:
Onder oorverdcovend lawaai bereiken
de benden eindelijk de zittingzaal. De
kamerknechten worden omver gelcopen.
Eenige der dapperste kamerleden, zooals
ïlubin, verscheidene anderen trekken
weg willen de zaal verdedigen, maar
worden tegen den grond geslagen.
De betoogers bestermen de sprekerstri
bune en zetten hun vlaggenstok voor den
neus van Brunet, den voorzitter.
De üieele zaal stroomt vol. Het ge
schreeuw der bende, waarvan sommigen
op de tafel der stenografen klimmen en
anderen echte „sjappies" met petten,
plaats nemen op de ministerieele banken,
overstemt alles.
De meeste kamerleden hebben het lo
kaal verlaten, zoo o.a. de minister van
oorlog Janson, om wien de betoogers on
ophoudelijk schreeuwen. De anderen staan
met gekruiste armen, en bleeke gezichten
dit helsche lawaai gade te slaan en te
luisteren naar de overweldigende kreten
der compacte massa. De bende huilt als
bezeten. En hoe Brunet, de voorzitter,
die steeds op zijn. plaats is gebleven, ook
hamert, dé betoogers, waarvan er velen
het echte revolutionnaire uiterlijk heb
ben, blijven roepen: „V/eg met janson.
Wij zullen hier komen regeeren!"
Op de ministersbanken beginnen de 4
betoogers, die daar plaats genomen heb
ben, rustig een sigaret te rooken.
Heftige redevoeringen
Dan stijgt er plotseling een oorverdoo-
vend gejuich op. Remortelle, de afgevaar
digde der oud-strijders wordt door de
combattanten op de tafel der stenografen
gedragen.
Hij zal spreken.. parlementslid Ccu-
sot pro testeert, ma:ir hij wordt door de
cud-strijdcis tot zwijgen gebracht. Op de
publieke tribune wordt gemanifesteerd.
Dadelijk komen militairen de kamer
ontruimen. De politie verschijnt bij den
ingang der vergaderzaal, dcch zij wor^t
teruggezonden. Eindelijk kan van Remor-
telle spreken.
„Op het oogenblik, dat gii de kamer zijt
'binnengedrongen," zoo zegt hij. .wees er de
voorzitter op dat de afgevaardigden plichten
hadden jegens u. (toejuichingen). Maar ver
geet niet dat de afgevaardigden mannen
zijn zooals gii en nlet willen bukken voor
geweld. (Hevige protesten en lawaai. Men
schreeuwt: leugenaar! Van Remortelle kan
niet verder gaan).
De Vlaming van Hoek zal het op zijn
beurt prcbeeien. Met een geweldige stem
schreeuwt hii boven het rumoer uit: „De oud-
strijders zullen voldoening kriisren. maar de
manifestanten moeten inmiddels de kamer
verlaten. (Geweldig lawaai).
„Alleen door geweld zullen wij hier ver
trekken". wordt er geschreeuwd.
Van de rede van Van Hoek wordt niets
verstaan. Reeds een half uur houden de oud-
strijders de kamer bezet. De leiders komen
tusschenbeide en plotseling gaat een stroom
naar den uitgang. De buitensten 'blijven
evenwel steken. Dan komt de stroom op
nieuw de kamer binnen. „Buiten staan de
gendarmen", schreeuwen de betoogers. „en
wij gaan hier niet weg, voor de gendarmen
ons vrije baan geven
Kamerleden komen tusschenbeide en lang
zaam verlaten de betoogers de zaal. De 4
individuen op de mimsterbanken verklaren
te blijven zetelen. Minister Wouters komt op
hen toe en weet niet een zacht lijntje de
„heeren" over te halen, de plaats weer aan
de ministers af te staan.
Het revolutionnair schouwspel had bijna
drie kwartier geduurd.
Toen begaf de bende zich naar den Senaat
waar ook een aantal oud-strijders binnen
drong. Buiten kwam het tot botsingen met
de politie waarbij verschillende gewonden
vielen.
Reuter seint nog;
De ministerraad heeft besloten een ge
rechtelijke vervolging te doen instellen tegen
de verantwoordelijke daders van de gebeur
tenissen van gisterenmiddag, o.a tegen het
blad „Ons Vaderland", dat er toe heeft bij
gedragen de oud-strijders op te hitsen. De
beschuldiging luidt: „vergrijp tegen de vei
ligheid van den Staat."
De procureur-generaal en de procureur
des konings woonden de beraadslaging bij.
De ministerraad zal morgenochtend weer
bijeenkomen.
Volgens een bericht uit Kiejef zouden
de Russische wapenstilstandsvoorwaar
den, aan Polen gesteld, als volgt luiden:
Polen staat Wilna, Minsk, Grodno en
üliolm af. Polen levert al het oorlogsma
teriaal aan Rusland uit, evenais 70 pot.
van het spoorwegmateriaal. Voor den
duur van één jaar wordt het sovjet-sy
steem in Polen ingevoerd; Polen beslist
daarna zelf over zijn nieuwe grondwet.
Polen wordt voor 5 jaar juilitair bezet;
als onderpand worden de Poolsehe zout
en kolenmijnen aan Rusland overgedra
gen.
Dit bericht ziet er weinig geloofwaar
dig uit. Mocht hit echter juist zijn, dan
zouden de Russische voorwaarden voor
Polen onaannemelijk zijn en zou de Rus
sische regeering het dus blijkbaar op de
volkomen vernietiging van Polen gemunt
hebben.
Uit Warschau wordt d.d. 28 Juli ge
meld: Het roede leger verdubbelt zijn
krachtsinspanning, tóedert drie dagen
wordt, na voorbereidend trommelvuur,
een krachtige stormloop op het geheele
front gedaan. Aan het zuidelijk front zijn
de bolsjewiki op drie plaatsen in Oosl-
Galicië binnengerukt; ze hebben Brody,
ÏU K.M. van Lemberg, bezet.
Een telegram uit Warschau van 28 Ju
li meldt:
De peisafdeeling van het ministerie
van buitenlandsehe zaken deelt mede:
Den 26sten Juli kwam bij de opperste
PoüJsebe legerleiding van het Russische
opperbevel het volgende, 25 Juli geda
teerde telegram uit Moskou binnen:
„Aan de opperste Poolsehe legerleiding.
Op aanwijzing van het opperbevel van 'i
roode leger deel ik mede, dat wegens de
voortdurende verplaatsing van het front
en wegens de vijandelijke houding der
Wit-Eussische bevolking tegenover de
Eoolscbe regeer ings vertegenwoordigers,
tengevolge van bet optreden van de
Poolsehe troepen gedurende de bezetting
en den terugtocht, waardoor wij gedwon
gen zijn bijzondere voorzicktigheidsmaat-
regelen te nemen, ter voorkoming van
mogelijke incidenten, onmogelijk was een
vroegere datum dan 30 Juli vast te stel
len voor het overschrijden van het l'ront
door uwe vertegenwoordigers denzeil-
den datum, die in liet draadlooze tele
gram van 2*2 Juio van den chef van den
Poolscheu generalen staf werd aange
geven. De voortdurende verandering van
het front maakt het eveneens onmogelijk
een bepaalde plaats voor het ontvangen
van uw vertegenwoordigers aan te wij
zen en wij kunnen slechts den weg aan
geven, waarop zij het front moeten over
schrijden. De spoorweg, die in het reeds
genoemde telegram is aangegeven, d.w.z.
de spoorweg Baranowitscü-Brest, is daar
toe gekozen. Do overschrijding van het
front zal op dezen spoorweg, op het punt
waar onze voorhoede zich op 30 Juli om
8 uur 's avonds zal bevinden, moeten ge
schieden. Uw vertegenwoordigers zullen
naar Baranowitsch gevoerd worden,
waar ze met vertegenwoordigers van het
roode leger samen zullen komen.
De peisafdeeling heeft de opdracht om
mede te deelen, dat de veronderstelling
dat de Poolsehe opperste legerleiding den
30sten Juli als datum voor de samen
komst zou hebben vastgesteld, een ver
zinsel is. Van Poolsehe zijde is volstrekt
geen bepaalde termijn genoemd.
DE ZORG VOOR DE INVALIDEN IN
ENGELAND.
De En.gelsche minister van arbeid Hac-
namara heeft dezer dagen een overzicht ge
geven van den stand der opleiding van in
validen voor verschillende vakken. Op 1 Ja
nuari waren er 16,600 man in opleiding, op
30 Juni 24.310. Op laatstgenoemden datum
hadden meer dan 23.000 man hun oplei-
l
DE OMGEKEERDE WERELD.
Mevrouw staat in 't portaal bij de ba*
steedster.
„Hebt u dienstmeisjes beschikbaar?"
„Ja, mevrouw, in mijn kantoor zitten
er zes."
„Wilt u me dan misschien even binneft
brengen? Misschien is er een bij, die me
geschikt vindt!"
KINDERMOND.
Onderwijzer: ,,En welken vogel Het Noë
uit de Ark vliegjen om te weten wat voor
weer het was?"
Jantje: „Een weerhaan, meneer!"
ding voltooid. Er wachtten toen nog onge
veer evenzooveel invaliden OP werk.
In het algemeen wisselt de duur der
cursussen af van zes maanden tot drie jaar,
gewoonlijk bestaande uit een periode van
opleiding in een instituut, gevolgd door op
leiding en practisch werken in een werk
plaats. In enkele gevallen duurt de oplei
ding vijf jaax. Gedurende dien tiid worden,
uitkeeringen in geld gegeven.
Soms overdreven doch begrijpelijk noem
de de minister de vrees van sommige arbei
ders. dat er op deze wijze te veel arbeiders
zouden komen in een bepaalde industrie met
als gevolg werkloosheid. Men besefte, meen
de de heer Macnamara. niet ten volle de
groote schuld van het land tegenover hen
wier kostwinning geleden heeft door den
dienst voor het land.
In het geheel hebben ruim 18.000 werk
gevers zich bereid verklaard invaliden in.
hun dienst te nemener werken bii hen
samen ruim 173.000 man. Teleurstellend
noemde de minister het, dat de plaatselijke
autoriteiten slechts voor een gering deel
aan den oproep hadden gehoor gegeven,
n.l. 382 van de 2514-
BOLS J E WISTEN V ERY OLGINGEN IN
POLEN. m
Het Poolsehe Corr.-Bur. zegt, naar aan
leiding van berichten over de Jodenver
volgingen in Polen, dat „naar aanleiding
van de jongste militaire gebeurtenissen
en de definitieve bereidverklaring van
alle Joodsebe partijen, om te zamen met
de Polen alle krachten in het werk te
stellen tot verdediging van het land. tal
rijke meeningsverschillen, die tussehen
de Poolsehe en Joodsebe burgers beston
den, zijn verdwenen. Met groote dank
baarheid worden door de Polen de be
richten ontvangen aan menschenlevens
en bezit, die de Poolsehe Joden te zamen
met de overige bewoners van het land
brengen en waarvan de Poolsehe pers
dagelijks mededeeling doet. Dit kan na
tuurlijk niet gezegd worden van de
Communisten, zoowel Poolsehe als Jood
sebe, die, zich houdende aan de procla
maties van Lenin, Trotzky en Sinowlef,
met ongeduld dat roode leger afwaehten
ei' achter het Poolsehe leger trachten
hun komst voor te bereiden. Hun anti-
Poolsche agitatie wordt natuurlijk in 'n
moment als bet huidige door de bescher
mers der publieke veiligheid met ver
dubbelde waakzaamheid nagegaan. In
Warschau en de omstreken dier stad zijn
dan ook den laatsfen tijd eenige commu
nistische agitatoren, om hun anti-Pool-
sche agitatie, .gearresteerd. Onder hen
bevonden zich ook Joden, hetgeen aan
leiding gaf tot de bovengenoemde ge
ruchten omtrent Jodenvervolgingen".
DE TOESTAND IN IERLAND.
De Engelsche regeering heeft bevel ge
geven tot het onder de wapenen roepen
van een aantal oud-officieren, die een uit
muntenden 6taat van dienst uit den oor
log hebben, om in Ierland te dienen. Dt
bedoeling is van bun ondervinding en mi
litaire kennis gebruik te maken om de aan-
vallende taktiek van de Sinn Feiners te
gen te werken.
Wederom is een politie-beambte in West
Cork dood geschoten. Ten gevolge val
dien moord, die plaats had in de hoofd
straat van Ciorakilty, ontstond onder de
politie in de stad zoo hevige verontwaar
diging, dat ze poogde het stadhuis in brand
te steken. De bevolking der stad slaagde er
in de vlammen te blusschen. doch dit maak
te de politie nóg woedender en zij verniel
de het gebouw geheel en al.
DE PRESIDENTSCRISIS.
IN FRANKRIJK.
Het wordt steeds duidelijker, dat in 't
najaar een nieuw congres van Versailles zal
plaats vinden. Meer en meer blijkt. dat de
gezondheidstoestand van Paul Deschanel»
niettegenstaande alle goede sympionen en.
voorspellingen, hem beletten zal verder het
ambt van president van de republiek te
vervullen.
Het feest van 4 September, het 50-jarig
bestaan van do republiek, waarop Descha
nel beloofd had aanwezig te zuilen zijn,
toen hij zich moest excuseeren voor 14 J itli
nimmer ophoudend gedrang van Tottenham
Court Road med k eeg hij de gedachte om
te King s Cross te wa enten tot de aankomst
van denzelfden tr?in,Mj Annie had op-
g, geven. Waarschijnlijk zouden daar dezelfde
beambten en kruiers staan, en door handig
vragen zou hij dan we licht te wéten kunnen
komen of men Amne had zien aankomen.
Hoe dicht hij bij de waarheid was met zijn
vermoeden dat Annie wei door dezen of
genen beambte aan het station vóorloopig
geholpen zou zijn> glste Geoffrey natuurlijk
niet.
Eenige minuten voor de trein uit het Noor
den °een express zou aankomen, ston
den de kruiers al op een rij te wachten.
Geoffrey, wiens hoold-in-verband meer de
aandacht trok dan ande.en, wandelde op
en neer alsof hij °°k °P de aankom t van
den tre.n wachtte, sprak een van de kruiers
aan.
„Jelui hebt hier zeker iederen avond on
geveer op heizelfde uur dien.t, hè," begon
hij bij wijze van inleiding.
„Ja meneer, iederen avond. Enkelen van
ons zijn dadelijk na aankomst van dezen
trein klaarde volgende groote trein is
de express uit Scho land van 10.30, en
valt ai in den nachtdierst.'
„En waart gij Donderdag-avond hier ook
laan den trein?"
„Ja meneer."
„ik had er ook moeten zijn, doen er is
mij een ongc uk overkomen, zouals ge ziet,
en hij wees op zijn v .bonden booid. „Ik
moest hier een dame opwachten, die wel
in groote verlegenheid geraakt zal zijn
toen ze mij hier met vond. Ik lag toen in het
ziekenhuis buiten bewustzijn, en dus kon ik
haar ook niet laten waarschuwen of door
iemand anders doen afhslen."
„Dat was dan wel heel onaangenaam,
meneer," antwoordde de Kruier vriende ijk
doch zonder te begrijpen waarom hem deze
vertrouw.lijKe mededeeling gedaan werd.
„Ja, en het gekste is, dat ik nu niet weet
waar .k die dame zoeken moet. Zij is in Lon
den heelemaal niet bekend en ik ben bang
dat zij niet geweten heeft, wat ze beginnen
moest."
„Maa ze had toch zeKer wel een adres
waar ze heen kon gaan, meneer
„Neen, dat is _,uist het moeilijke. Hebt
gij haar misschien gezien? 't Is een slanke
knappe, jonge vrouw, waarschijnlijk heeft
ze een blauwen man iel gedragen en een vil
ten hoed."
De man schudde het hoofd op dat oogen
blik kwam een zijner makkers, die een deel
van net ge^picK öciiouiu iiad, op ü.n toe
met de opmerking„Neem ine niet kwalijk,
meneer, maar k geloot dat on e v 1 nd
Bill Alder son daar de dame gezien heeft,
uie u bedoelt.Ais ik me niet vergi heelt hij
ze meegenomen naa zijn vrouw. Ik heb ten
minste zooLts gehoord, maar Bil! zelf staat
uaar, hij zal u ongetwipeid meer kunnen ver
tellen."
„Wie is het," vroeg Geoffrey haastig.
De b.doeldj Bill werd hem aang wezen.
Geoffrey trad op hem toe en klopte hem op
den schouder.
„Kunt u me misschien helpen, vioeg hij.
„Ik heb u eenige ini.chtingen te vragen.
„Toi uw dienst, meneer. sprak de man.
Bill's overigens goedhartig-uitzien ei ge
laat stond op aat oogenblik stijf en Siiak.
Hebt ge misschien donderdag-avond
een jonge flame gezien, die hier uit den trein
kwam en deed alsof ze op iemand stond te
wachten
Bill bekeek hem van het hoofd tot de voe
ten, bestudeerde een oogenbl k de uitdrukking
van zijn gelaat, zag naar het verband om
zijn hoofd en besloot eindelijk, hem toch maar
een bepaald antwoo d te geven.
„Ja meneer," sprak hij. „ik heb haar ge
zien, en ze is nu bij mij hu
fWord* vervolgd)'