EERSTE BLAD - Indrukken van den dag BINNENLAND Kunst en Kennis. C r ie en Arbeid. DINSDAG 25 OCTOBER 1020 per weekf 0.25 FRANCO PER POST PER KWART. Bil VOORUITBETALIN8 f 3.57*/, DOBEAUXi BASSAULAAN 49, HAARLEM. TELEFOON 1428, 2741 EH 174& ADVERTENTIÊN 35 CENTS PER REGEL DIJ CONTRACT BELANGRIJKE KORTING' Lfit nummer bestaat uit 2 bladen VAN HET COMMUNISTISCH CONGRES HET BEGINSEL VAN KINDERBIJSLAG öinneniandsch Nieuws. 1. Indien een werkgever een regeling treft, om bij tijdelijken stilstand van of slapte in de onderneming aan zijn werk lieden uitkeering te verstrekken (wacht geldregeling), kan door het Rijk in die uitkeeringea subsidie worden verleend, wanneer het navolgende in acht is geno men: 1. De regeling, krachtens welke de uit- keeringen zullen worden gedaan, moet duidelijk aangeven, welke arbeiders der onderneming onder de regeling wél en welke daaronder niet zullen vallen. Zij kan gelden voor alle arbeider» óf voor 'n bepaald aangegeven categorie van die ar beiders of voor alle arbeiders van bepaal delijk genoemde afdeelingen der onderne ming Geen onderscheid mag indien de regeling niet voor alle arbeiders geldt gemaakt worden in verband met gods dienstige of politieke richting der arbei ders of tusschen arbeiders, die wél en arbeiders die niet georganiseerd zijn, of in verband met het al of niet lid zijn van een gesubsidieerde werkioozenkas (behou dens het verschil bedtn'd in art. 4). Echter wordt Rijkssubsidie niet ver leend in uitkeeringen aan toezichthbu- dend personeel. 2. In de regeling moet worden vermeld, gedurende welken tijd de arbeiders voor aanvang der week, waarover de uitkeerin gen krachtens de regeling zullen aan vangen, in dienst van den werkgever moe ten zijn geweest, om voor uitkeering ln aanmerking te komen 8. De regeling moet het bedrag der uit keering duidelijk aangeven. Zij kan daar bij die uitkeering vaststellen óf op een percentage van het toon óf op een vast bedrag per week of per dag. Bij vaststelling op een vast bedrag kan zij ai dan niet rekening houden met de samenstelling van. het gezin. (Indien de uitkeering wordt vastgesteld op een percentage van hot loon, wordt ondier loon verstaan het gemiddeld week loon van den arbeider, dat gedurende drie maanden, voorafgaand aan den aanvang eener week waarover uitkeering geschiedt en waarin vaat loon werd genoten, is verdiend). Het Rijkssubsidie wordt slechts ver leend, voorzoover de uitkeering ,75 pCt. van Let loon, njet overaohirüdL 4. Het bedrag der uitkeering moet zoo danig geregeld zijn, dat de uitkeering aan arbeiders, die geen lid zijn van een door het Rijk gesubsidieerde werkioozenkas, minstens 5 pCt. minder bedraagt dan da uitkeering aan arbeiders, die wèi lid vaa zulk een kas zijn. 5. De regeling moet bepalen, dat uit keering niet wordt verstrekt aan arbei ders, die hun bepalingen niet ten voile nakomen, noch aas hten, aie vrijwillig werkloos zijn of die door ziekte verhin derd zijn te werken. 6. In de regeling moet worden bepaald, dat de arbeider hem door den werkge ver aangeooaen passend werk, ook al i« het van anderen aard dan zijn gewone werk, moet verrichten.. 7. Wordt op de sub. 6 bedoelde of andere wijze aoor een aroeider loonarbeid verricht, aan wordt de uitkeering vermin derd respectieveigk mei. het gein ele of halve bedrag van luet aluus verdiende loon, naarmate hy ia of buiten zyn vak LoonatDeid heeft verricht, met dien ver stande, dat de uitkeering en het op die wijze verdiende Loon te <sneu lou put van het loon, bedoeld ouder 8, niet inogen overschrijden. 8. In de regeling moet worden bepaald, dat de arbeider verpLicht is, aan zynen werkgever opöave te doen van den ar beid, oien üy bij anderen dan den werkgever in de aigeloopen wees heeft veiiient en van hetgeen hg aldus heeft verdiend, ea nat u«e opgave moet zyn gescnieU alvorens iuem over dien termyn uitkeering ,naa verleend worueu. y. De regeitng moet duRetyk aangeven, waaneer ae uitkeer ingeu krachtens huaJ te uoen een aanvang nemen. Ijl. De waentgeLregeung moet door dei werkgever women tauienc,eJteld in over leg met hetzij eene comuiLSsie, uoor d» by de regeling beirokicn w erulieden of bedienden gekozen, hetzy de it&uicu der vereenigingeu, <iie in een collectief ar- beiuScont-ia.t omtrent het wacfiageld eene overeenkomst hebben getroffen. lil. Beurag van het Ryks^ubsidie. Ia de uitkeeringen, welke ingevolge een wachtgeldregeling, ais sun 1 teooe.d, dom een werkgever women gedaan, woxxil door het Rijk voor een derde deel bij gedragen. Bet subsidie wordt echter niet ver leend, tenzy da gemeente, waar de arbei der is gevestigd, voor minstens een tien de gedeelte in da uitkeer ingen bijdraagt. IV. Ingang van het subsidie. Bet sub siuio van het Rijk en gemeente gaat ia, wanneer de arbeiden» van een onderne ming of de a,deeling ervan, voor weik« de wachtgeldregeling geldt, te zonm* werkloos zyn gedurende minstens 6 put, van het normaal aantal looaureo, dat zij Ln de laatslte drie maanden geenididcCf per week hebban gewerkt. Het wurdt berekend naar da uitkeering over het volle aantal gederfde loon uren. HET AUTHENTIEK PORTRET VAN DEN H. LEONARDUS VAN VEGHEL. DB ONdERHAKDELIKGEN EN ILET, BAKKERSBEDRIJF. Men schrijft ons: Omtrent het Collectief contract ia h|e» bakkersbedrijf, dat per 81 October af loopt, zyn de onderhandelingen tusschen de werkgever»- en de gezellen-organisa ties beëindigd. Tegenover het voorstel van de gezel len-organisaties van f 3.50 loons ver hoo ging per week, stelden de werkgevers een verhooging voor van f 1.50 pLus een kin dertoeslag vanaf het derde kind. De vertegenwoordigers van den Alge- moenen Bond van Bakkersgezellen zagen in dat voorstel een te sterken druk van het grondioon en konden zicht er nie4 DE ABONNEMENTSPStyS BEDKAAÖT VOOS HAARLEMEN AGENTSCHAPPEN» PER KWARTAAL T 3.25 113. EEN HISTORISCHE DAG. Vandaag zal de nieuwe lager-onderwijswet worden afgekondigd. Zelden zal het plaatsen van een wet in de Staatscourant zooveel onrecht heb ben goedgemaakt; zelden ook zal er zooveel op rechte vreugde bij tienduizenden hebben ge- heerscht, ais vandaag bij de afkondiging der financieele gelijkstelling van openbaar en bijzon der onderwijs. In onzen tijd van snel leven, van evoluties, die op revoluties lijken, doet het zoo wonder aan, wanneer wij nu aan het einde van 1920 een terugblik werpen over een afgeloopen periode van meer dan een eeuw, noodig om dit allereen voudigst beginsel te doen zegevieren: dat, wan neer de Staat onderwijs tot gemeenschapszaak verklaart en aan dat onderwijs bepaalde eischen stelt eenerzijds, maar anderzijds vrijheid van godsdienst en overtuiging bij de Grondwet waar borgt, de school, wat betreft de kosten van bouw, bezoldiging van personeel en techniek van hei onderricht, rijkszaak, maar wat betreft de godsdienstige richting privaatzaak behoort te zijn. Hoe klaar staat dat nu allen voor den geest, zelfs den ongeloovigen en godsdienstloozen. En toch is van 1806 tot 1920 geworsteld en gestre den om die eenvoudige waarheid tot haar recht te doen komen. Met moeite, met stukjes en oeetjes, nu eens met geweld, dan weer met tac tiek en voorzichtig beleid moest dat toch zoo klaarblijkelijke recht ten lange leste veroverd worden. Hoe zal een later geslacht glimlachen en zijn oogen ill* kunnen gelooven, wanneer het ziel, dat de staatsmanswijsheid van Nederland de jaren van 1806 lot 1857 noodig heeft gehad om dit te bereiken, dat in de wet werd gelezen: ,,het onderwijs wordt dienstbaar gemaakt aan de ont wikkeling van de verstandelijke vermogens der kinderen en tol hunne opleiding tot alle christe lijke en maatschappelijke deugden" en niet meer „maatschappelijke en christelijke deugden," zoo als er eerst stond. Vijftig jaren om twee woor den in een wet van plaats le doen verwisselen! En toch was daarmee meer bereikt, dan opper vlakkig wel scheen: Het besef was doorgedrongen en het kon ook door de overheid niet meer wor den geloochend, dat een school, een opvoeding, die op de eerste en voornaamste plaats den nadruk legde op de vorming van het verstand en die van het gemoed op den koop toe nam, een pastkwil moest worden. De debatten tot voorbereiding van de wet van 1857 geven daarvan ondubbelzinnig blijk. Met de wet van 1857 kwam er klaarheid omtrent de bedoeling van de oppermachtige liberale partij; toen werd geboren de leuze, later door Thor- becke in een kernwoord omgezet: „Christendom boven geloofsverdeeldheid". De school, het on derricht. op clhischen, algemeen-christelijken grondslag staande, is een der peilers van het ééne, gemeenschappelijke vaderland. In dien waan waren de regeerders van het Nederland in het midden der vorige eeuw zoo vastgegroeid, dat zij de eerste schuchtere kreten, die om een kleine subsidie voor de bijzondere school riepen, als misdadige klanken kenmerkten. Hef is merk waardig, thans nog eens deze woorden te lezen van mr. Wintgens, een der liberale kamerleden, optredend in het debat over de onderwijswet- 1857: „In het openbaar onderwijs moet éénheid heerschen: het moet door een nationalen geest bezield zijn: daarin moeten geen verlakkingen ge bracht worden of men verbrokkelt en verzwakt het onderwijs. De staat moet dus geen subsidie toekennen aan dat bijzonder onderwas, dat ge roepen is met het openbaar onderwijs den wed strijd aan te vangen. De Staat heeft geen recht met de middelen, door allen samengebracht, ten gunste van enkelen ondersteuning aan hel bij zonder onderwijs te verleenen." Het is goed dat het tegenwoordige geslacht zulke enormiteiten vandaag nog eens onder de oogen krijgt. Wie den schoolstrijd zelf niet heeft meege maakt of er uit de historiebladen niet ter dege kennis van heeft genomen, zou zich anders thans niet kunnen voorstellen, hoe zooveel strijd en zooveel tijd is noodig geweest om iets te berei ken, wat toch zoo eenvoudig lijkt Of wil men nog een andere uitspraak, die de liberale verwatenheid typeert, dan deze, zelfs nog door minister van Kappeijne van de Coppelo- nitgesproken bij de verdediging van zijn school- wetsontwerp van 1878: „Inrichtingen (bijzondere scholen), waarbij men bedoelt het verdeelen van hetgeen behoort vereenigd te blijven, hebben op onbelemmerd aanzijn, niet op begunstiging recht." Subsidie werd toen du» nog een gunst ge noemd en zelfs op die gunst had de bijzondere school geen rechtl De schoolstrijd was een kamp tegen de liberale idee, tegen den liberalen waan-van-den-dag, waar tegen de Paus van Rome zijn syllabus slinger de, waarvoor de Nederlandsche Bisschoppen met hun beroemd geworden mandement de katholie ken te wapen riepen, waarvoor de geloovig- protcstantcn omstreeks 1860 onder leiding van den genialen Groen van Prinslerer als één man opstonden en later zelfs hun kerkelijke afge keerdheid het zwijgen oplegden, om met de een» gehate papen gezamenlijk het hoogste goed te redden: de ziel van het kind te behouden voor Christus. Het zal voor het tegenwoordige en het toe- kunstige Roomsche geslacht, dat in iedere pa rochie zijn eigen school met patronaat vindt en straks zelfs geen offer meer voor de bijzondere school behoeft te brengen, niet gemakkelijk zijn het geweldige probleem te beseffen, waarvoor zij zich zagen gesteld, die den strijd voor de gelijkberechting der bijzondere school onderna men. Met het ten val brengen der alleen zalig makende leer van de openbare school zouden zy ook het liberalisme den doodsteek toebren gen. Want onloochenbaar wijst de geschiedenis deze lijn aan: naar mate in de wetten van 1878, 1885, 1889 en 1901 de bijzondere school meer terrein wint, in die mate verliest het politieke en sociale liberalisme aan macht en invloed. Op dezen dag past dus een woord van eer biedige hulde aan de mannen en vrouwen die in het openbaar, maar meer nog aan hen, die in stilte geleden en gestreden hebben om een zege -te behalen, waarvan ons thans de vruch ten in den schoot vallen. Maar ook een woord van waarschuwing tot het levend geslacht: In de Gicls van Maart 1905 schreef een vrij zinnig man met zeldzaam breed en blik, dr. D. Bos, 'n artikel, waarin hij 'n onbekrpmpen gel- delijken steun voor het bijzonder onderwijs be pleitte, mits de deugdelijkheid van het onder wijs was gewaarborgd. Dit laatste achtte hij de onmisbare voorwaarde, „om een volk als het onz8, met zijn sterk doorgezeltee splitsing in godsdienstige en zedelijke overtuigingen, zijn gevoel van zelfstandigheid in beoordeeling van zedelijke en daardoor ook van opvoedkundige beginselen, te brengen tot de meest krachtige ontwikkeling van zijn onderwas en daardoor van zich zelf." Moge ook dat na een halve eeuw een his torische waarheid zijn geworden, dat de VIjje ontwikkeling van de vrije school het onderwijs tot grooten bloei bracht; maar ook, dat de mannen en vrouwen, welke de vrije school in de komende jaren zal vormen, ondanks het wegnemen van den prikkel, die onze voorva deren hadden in hun ontworsteling aan de on derdrukking, hecht en trouw aan de beproef de christelijke beginselen vasthielden. Op het communistisch congres te Rotterdam, is natuurlijk veel gepraat over Moskou. David, die het Congres opende, was niet erg op dreef. De belangstelling voor hetgeen hij ruim een uur lang vertelde, smolt spoedig weg. Trouwens, nieuws vertelde de man niet. Zooals men weet, gaat het den Bolsjewisten in Rusland niet voor den wind en daarom moeten we, al dus David, voor onze verwachtingen naar de wereldrevolutie zien naar Engeland, Frankrijk en Italië, waar de iaalste beweging nog mislukte omdat geen keurbende van communistisch ge schoolde krachten aanwezig was. Persoonlijk heeft Wijnkoop van Engeland de grootste ver wachting. Van Holland wist hg niets te zeggen, alsdat we hier in een moerasland leven en dal schijnt invloed te hebben op de gevoelens der arbeiders, al waren er verheugende feiten als transport-, bouwvakarbeiders- en poststaking aan te stippen. Is David soms vergeten, dat al die stakingen mislukten? Over Moskou praatte David bijna voortdurend. Het gerei daarover kwam daarop neer, dat stipt aan de decreten die uit Moskou kwamen, moest gehoorzaamd worden. Eu toen partijgenoot Stol dat maar zoo voetstoots niet wilde aannemen en het waagde over verandering van theorieën te spreken, antwoordde de Nederlandsche opper- Botsjewiek quasi-geestig: theorieën zijn gestolde werkelijkheden. Stol. We hebben onze lezers voortdurend op de hoogte gehouden van de talrijke schandelijke, menschonteerende wreedheden, die onder het bolsjewistisch bestuur in Rusland bedreven zijn. Al spreekt Wijnkoop daar natuurlijk niet over; al denkt hij, de man, die er alles maar uitflapt, wat hem naar de keel welt, hierbij: zwijgen is goud, zijn partijgenooten denken er anders over. Zoo vroeg partijgenoot Krop nadere inlichtin gen over die wreedheden. Maar aan dat oor was David doof. Hij werd onrustig en schuw om zich heen ziende, zeide h(j, in beginsel dergelijke vra gen te veroordeelen. Hij, David, eischte van den lastigen vrager, dal hij zijn mond hield en merk te ter loops op, dat de moord op den tsaar bij voorbeeld door de anti-bolsjewisten is gepleegd. Vragen, zooals partijgenoot Krop stelt, vindt hij zot Er is wel wat beters te doen. o.a. 't voort durend trachten, om de arbeidersvakvereenigin- gen te revolutionnairen, zelfs bij de christelijke vakvereeoigingen moeten pogingen daartoe wor den aangewend. De Christelijke vakvereenigingen zullen die po gingen om bij hen een revolutionnairen geest te verwekken op verdiende wijze ontvangen. Daar kunnen David c-s. op rekenen! David en zijn kornuiten mogen al uit Moskou teruggekomen zijn met de opdracht er voor te zorgen, dat in de vakbeweging door de Commu nisten „revolutionnaira cellen" gevormd zullen worden, de vakbeweging moet er niets van heb ben, ook de socialistische niet. Zelfs blijkt, dat ook de onafhankelijke vakbeweging, waarin reeds tal van communisten zitten, haar onafhan kelijkheid, ook tegenover de communisten, wenscht te behouden. Wij lezen in „De Arbeid", orgaan van het N. A. S.i „Wij hebben ons doel als vakbeweging, wij dwingen niemand tegen zijn zin ons bij het stre ven naar dat doel te helpen. Onze organisatie is gebaseerd op de vrijwillige samenwerking van de individuen. Wie het daarmede niet eens is, ga zijn gang, en verlaten onze gelederen. Vooral op de besturen en plaatselijke organisa ties en afdeelingen rust in dezen een waardevolle taak. Zij krijgen in de toekomst in dezen 't meest te doen. Welnu, als in de toekomst de huishou delijke vergaderingen en andere bijeenkomsten blijken vergald te worden met het geboom van een of anderen bolsjewiek of iemand anders over allerlei dingen, die met ons doei als revo- iutionnaire vakbeweging niet te maken hebben dan heeft d» voorzitter tot taak, daaraan kort en bondig een eind te maken. Praten en theore- tiseeren en aantoonen, dat al dat politiek gedrijf verkeerd en gevaarlek la voor de vakbeweging, dat geeft toch niets. Dat is maar paarlen voor de zwijnen. W(j willen organlsatorischen opbouw van de arbeidersbeweging, wij willen ernstig en doelbewust werk, voor ons is ea blijft da vak beweging de arbeidersbeweging en daaraan mo gen en kunnen we niet systematisch laten breken en sloopen. In eigen huis den boel op stelten laten zetten door menschen die het niet met je eens zjjn, en daarbij lijdelijk toe te zien, dat is toch al ts na- ief. Daarvoor hebben we ons te veel moeite, en opoffering getroost* Hieruit blijkt middagklaar, dat Moskou zoo veel kan bevelen als het wil, dat David als zaak gelastigde van Lenln alles wat Moskou wil als onafwijsbaar kan verklaren, de Vakvereenigingen zeggen: we doen het niet En deze boodschap kan David de Rus naar zijn vriend Lenin telcgra- feeren. Onlangs heeft men in ons blad kunnen lezen, dat de directies van de Ned. Gist- en Spiritui- Olie- en van de Lijm- en Gelatinefabriek ts Delft, zich bereid verklaard hebben, mede te werken tot de vorming van een vereeniging, buiten de fabrieken staande, die ten doel zou hebben, het verleenen van £teun aan groote gezinnen, met de bedoeling dat tot deze vereeniging ook meerdere werkgevers zouden kunnen toetreden. De Directies van bovengenoemde fabriek be- hooren niet tot de Katholieke werkgevers, een antwoord van beteekenis aan de socialisten, die beweerden dat kindertoeslag, een uitvinding van Roomsche zijde, nooit geen toepassing zou vin den bij andersdenkende werkgevers. De onjuistheid van deze bewering blijkt nog uit een ander feit De „R. K. Vakorganisatie" vestigt er de aan dacht op, dat ook in de sigarenindustrie met ai- gemeene medewerking, ook van neutrale pa troons- en socialistische arbeiders-organisaties, oen kindertoeslagregeling per collectief contract is ingevoerd. Zeker zullen onze wetgevende lichamen zich voor deze zaak blijven interesseeren, zoodat de hoop niet ongegrond is. dat ze binnen de bemoei ingen van de rijkswetten zal komen. Want daar moet het heen. Ook de speciaal daartoe door den R.K. Cen- tralen Raad van Bedrijven ingestelde Commissie spreekt in haar belangrijk rapport over de nood zakelijkheid eener Rijksregeling van den Kinder bijslag, met financieele ii„.p van den staaL Wil de kindertoeslag van sociale beteekenis worden en inderdaad berekend zijn op eenigs- zins toereikende hulp in de kosten van groote gezinnen, dan zal, zoo wag ook het oordeel van werkgeverszijde In de bovenbedoelde commissie, de bijslag op gemiddeld 5 gulden per week per kind boven de drie moeten worden gebracht Dat kan als de bijslag algemeen verplichtend wordt gesteld en het Ryk door subsidie de noo- dige gelden helpt bijeen brengen. Het beginsel van kinderbijslag is volop aan de orde en vindt in steeds breederen kring waardee ring, ondanks dat men 't van socialistischcn kant tracht tegen te gaan door er een speciaal Katho liek cachet aan te geven. OM VAN TE WATERTANDEN, Da kopstukken van da Nedeilandsche Bolsje wieken zynnaar men weet naar Rus land geweest en hebben in Amsterdam een ver gadering gehouden om aan het Nederlandsche volk de zegeningen van de Russische revolutie kenbaar' te maken. En we geven toe: 't is om te watertanden, zegt da „R.K. Landarbeider," „De Duitscha communisten, die uit Rusland vertrokken zijn, omdat 't hem niet aanstond, weten er niets van, zei v. Leuven, 't Is er nog zoo kwaad niet. Kruyt vertelde dan verder, hoe goed het er is. 't I» nog wel ttiea hemel op aarde, maar 't is er toch eenig Zoo zijn er in Petrograd niet meer van die ellendige kapitalistische dingen, die je win kels noemt; daar zitten do bewoners van de sloppen in, wier huizen gewoon verwaarloosd worden. Restaurants zyn er al evenmin, zoodat je blijkbaar vrij bent van eten en drinken als je van huis gaat. De „schijngians" van °nze steden is er wel af, maar toch: 't i» «r noB zoo kwaad niet Van de mode heb je er ook geen last het geen vrijwel overeenkomt met hetgeen ons uit andere landen gemeld wordt, n.L dat er geen kleeding meer is. Slechte vrouwen? geen denken meer aan; wat weer overeenstemt met de berichten uit dat ge zegende oord, dat ook vrouwen „gemeenschap pelijk" zijn, zoodat ,.J®n en Alleman" zich met de zorgen voor uw vrouw belasL Verder is er, volgens Mijnheer Kruyt groote schaarschte: niet alleen van levensmiddelen, maar van allerlei zaken voor industrie en be drijf. In een restauratie gaan is, zooals we reeds zagen, overbodig; die worden nu gebruikt om handkarren op te bergen. Er is wel een „rood leger", maaro.. dat is heusch geen militairismel En dan de arbeidsprestatie; die is er enorm, volgens dien Mijnheer. Hg is in verschillende fabrieken geweest en zag dat er „zeer bard gewerkt werd. Of ze nog met den knoet op hun falie kregen, vermeldt hg ons echter niet Wat hij eechter wet weet 1», dat er hard en dubbel hard gewerkt moet worden onder.... heel moeilijke omstandigheden. Oom David Wijnkoop is óók in de wolken. De voeding is er wel niet best, maar allons: dat ellendige kapitalisme is toch weg. Als we dat stelletje nu eens samenvatten: slecht en weinig eten: bard en dubbel hard werken: de wettelijke 12-urige arbeidsplicht: slechte kleeding, enz. enz., dan krijgen we zoo den indruk, dat zóó'n leventje ons mag afge stolen worden. 't Is onder het kapitalistische regiem niet alles, er Is nog heel wat te verbeeteren; maar des-al-niet-le-mln en evenwel-nochtans zouden onze oud-Hollandsclie voorgangers zeggen, lijkt het toch nog beter dan de zegeningen van oome Wijnkoop." Visch en groenten naar Duitschland. In gaande heden, 26 dezer zullen de spoorweg maatschappijen op werkdagen zoo noodig extra treinen laten loopen van IJmuiden, voor ver voer van visch en van Maassluis, voor vervoer van groenten via Bentheim naar Duitschland. Enh oe onzen Nederlandschen socialisten, die tegenwoordig ook den kolder in den kop heb ben met hun socialisatie, deze heerlijke vruch ten zullen smaken, daar zullen we ons maar niet druk om maken. Achteruitgang der S. D. A. P. Uit het jaar verslag van de Haagsche Partijfederatie over Oc tober 1919 tot October 1920 blijkt, dat het leden tal in October 1919 1997 bedroeg en thans 1804. In totaal werden 470 leden afgevoerd, waar tegenover 283 toetraden. Als redenen voor afvoer werden o.a. opgege ven: 81 wegens de duurte; 63 wegens de ver hoogde contributie; 22 royementen wegens con tributieschuld en 17 wegens het verkoopen van bier in het Volksgebouw. Zuivering afvalwater. De Minister van Landbouw heeft Maandagmiddag de commissie voor de zuivering van het afvalwater met een rede geïnstalleerd. UITBREIDING VAN HET GEMEENTELIJK BELASTINGGEBIED. Op het wetsontwerp tot wijziging van de Ge meentewet en van de wet op de Inkomstenbe lasting 1914, heeft het Kamerlid de heer De Wijkerslooth de Weerdesteijn een viertal amen dementen ingediend. Het eerste bedoelt de mogelijkheid te doen ontstaan van vergoeding voor de gemeente van het hoofdverblijf van arbeiders, werkzaam in een andere gemeente en ondernemingen met minder dan tien arbeiders. Het tweede wil voorkomen, dat niet alleen die gronden worden getroffen, die reeds onmid dellijk voor bouwterrein kunnen worden aange wend, doch ook toekomstige bouwterreinen. Te vens wil 't de gelegenheid openen om van aanhoo- righeden van woonhuizen, wanneer zij als bouw terrein worden verkocht, een heffing te vorderen. Het derde amendement wil aan het eerste lid van art. 254 toevoegen: Bij de vaststelling der tarieven wordt er naar gestreefd, deze zoo te bepalen, dat de uitgaven worden gedekt. En het vierde wil, overeenkomstig de bedoe ling der Regeering, inlegering uitdrukkelijk doen vervallen als midde! om betaling der belasting af te dwingen. WERKLOOSHEID (WACHTGELD REGELINGEN) De Minister van Arbeid heeft de vol gende algemeene regelen betreffende het verleenen van subsidie in uitkeeringen die door werkgevers aan hunne arbeiders zijn verstrekt (wachtgeldregeling) vast gesteld. LE SAGE TEN BROEK-BiBLiOTHEEK. Een nieuw-,ub-comité werd opgericht la Tg. burg, bestaande uit d« dame» mej. L. Brouwen presidente, mevr. Bos. Looyens penniugmeest» resse, mej. C. Doelen, Stationsstraat 22, te secre taresse, mej. A. van Dooren 2e secretaresse. Meer en meer groeit de vereeniging tot lectuur verschaffing aan R.-K. blinden. DU is net 21* comité, dat met grooten ijver het werk begint. Alle krachten vereenigen zich om het goed te maken, dat de R.-K. blinden zoolang verstoken waren van goede lectuur. Werkkracht en financieele steun voor dB mooie doel worden gevraagd ook van hen. die in plaatsen wonen waar geen sub-comité bestaat. Boeken in braille schrift overbrengen is een tfjd- roovende, doch zeer aangename bezigheid. Wie helpt een handje? De parochiekerk van St Catharina te 's-Her- togenbosch, is, naar het „Hsgx." meldt, onlange een kostbare schilderij rijker geworden. De Zeer- eerw. Heer L. Gast, pastoor te Oostelbeers, beeft ten bate dezer parochie afstand gedaan van een authentiek portret van den H. Leonardos van Veghel, die in de parochie van SL Catharien geboren schijnt en wiens familie daar gewoond heeft en aldaar begraven is, getuige de grafzerk, welke daar ter plaatse is gevonden. In de kapel aan dezen Heilige gewyd, beeft deze schilderij een plaats gekregen. Het stelt voor de beeltenis van den grooten martelaar door twee engelen ge dragen en met een lauwerkrans gekroond. Daar boven openen zich de hemelwolken, waarop dt Godmensch verschijnt. Het stuk Is met vaardige hand geschilderd door Naipvea, in het jaar 1635.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1920 | | pagina 1