■r
,cn <rakkclii,i
Indrukken van den dag
BINNENLAND
VAN Ai LHS WAT
1 DECEASES? 8920
44«t« JAARGANG No 1530?
PER WEEK i f0 25
FRANCO PER POST PER KWART. BiJ VOORUITBETALING f 3.57V,
BUREAUX)
NASSAULAAN 49, HAARLEM. TELEFOON 1428, 2741 EN 174«,
ADVERTENTIÊN 35 CENTS PER REGEL
BIJ CONTRACT BELANGRIJKE KORTING.
Wegens den Feestdag van fêaria
Onbevlekte Ontvangenis verschijnt
deze Courant morgen NIET.
HLRSTE BLAD
Dit nummer bestaat uit 2 bladen,
PRIJSDALING EN NOG IETS.
de misère in de SIGARENINDUSTRIE.
VOORJAARSBLOEMEN IN HUIS.
De jongste vrij strenge nachtvorst heeft ons
jammer genoeg, beroofd van de late najaars-
bloemen. Weken, ja maanden zal 't zeer
zeker duren, alvorens we buiten weer enkele
van Flora's kinderen in bloei mogen zien.
Gelukkig hebben we 't echter in onze macht
binnen korten tijd reeds mooie, welriekende
voorjaarsbloemen in onze woonkamer te
hebben. Wie maar een donkere kast, of een
donkeren kelder heeft, kan b. v. prachtige
hyacinten op glazen kweeken. Men vult
e glazen zoover met water, dat de bollen
cr met 't ondereinde even instaan, en zet
latC aaina °P een koel, donker plekje. Daar
tiid r'len Ze ongeveer v'er weken, in welken
fKlazen geheel of grootendeels met
tren 7-°f^es Kevu'd zijn geraakt. Nu mo-
worden r? verwarmde kamer in 't licht
eaan hof^CtVen aardi§ 13 't dan om na te
ne ón twikke? en snel de Plant tüt scho°"
sell 'ng komt, om weldra met
water fn bl°emen te prijken. Het
water in de glazen men denke hieraan
dl6nt ,VP tljd tijd te worden bij-
word?Cn' i Vud is' moet 't voorzichtig
worden ververscht.
kweekeiw- °°k ^ac'nten in bloempotten
ten Erenóm £Woo?. J worden daarvoor soor-
„iet Men eet er. ïfSÜ°m
ten, een, one of zes in eiken t v
graaft men de potten in den tub in eten'SS
en wel zoodanig dat er een handbreed
de op de bollen komt. Zoodra de bollen e^n
paar centimeter ztjn uitgeloopen of ontkiemd
kan men ze in de kamer brengen. Gemakke'
lüker is 't echter, de potten met hyacinten
eenige weken in een koele, donkere kast,
f in een ke der te plaatsen, waar ze behoort
lijk vochtig gehouden dienen te worden.
Op die manier kan-men reeds in Januari
de huiskamer met zelfgekweekte bloemen
sieren en dan reeds lenteweelde genieten.
Voor potcultuur en ter vervroeging zijn
ook de schoone narcissen bij uitstek geschikt
Wie vroegtijdig bloeiende tulpen in zijn
kamer wil hebben, handele als volgt
ln een ongeveer halverwegen met gewone
tuinaarde gevulden bloempot legge men eeni
ge tulpenbollen, waarna de put verder met
'aarde vrij stevig wordt aangevuld. Vervol
gens wordt de pot tamelijk diep in den tuin
ingegraven en moet daar ongeveer zes we
ken blijven. Dan wordt 't tijd hem in de huis
kamer te brengen. Aan warmte, licht en
water mag 't den planten niet ontbreken.
Hoe beter ze verzorgd worden, des te vroe
ger en mooier ze bloeien. Men kan ook hier
volstaan den pot met tulpen eerst zes weken
in een donkere kast te laten staan en ze
daarna in de huiskamer te brengen.
Ook de lieve crocusjes leenen zich prachtig
tot kamercultuur. Men moet ze echter in
een met verwarmd vertrek plaatsen. Geeft
men ze een verwarmd vertrek, dan gaat
wel 't blad snel groeien, doch de bloempjes
en daarom is 't toch maar te doen, niet
waar? komen dan niet uit. Op een goed
verlicht plekje, b. v. voor een raam, is 't
crucusje op zijn plaats. Wordt 't dan door
de zon beschenen, zooveel te beter, maar
kachelwarrate kan het beslist niet verdragen.
Men kan voor crocusjes allerlei ondiep vaat
werk gebruikenschaaltjes en schoteltjes
van allerlei vorm en afmeting. Deze heeft
men slechts met wit zand te vullen en daar
op worden de bolletjes dicht bij elkander
geplaatst en een weinig aangedrukt. Kan men
de schaaltjes eenige dagen in den tuin in-
graven, tot dat de bollen aangeworteld zijn,
dan is dat aan te raden, want soms dringen
de wortels de bollen uit de aarde. Door heel
voorzichtig te gieten, is dit echter te voor
komen
DOELMATIG BEWONEN VAN HUIZEN.
Het is ongewenscht, om een groot deel
van de woning niet te laten gebruiken als
woonvertrek, doch dicht opeengepakt, in
een oververwarmd klein vertrek te leven,
en ten tweede is het nog veel onverstandiger,
den zotder niet als slaapplaats te gebruiken.
De bezwaren daartegen zijn denkbeeldig,
schrijft Dr. Ch. Bles in „Moleschott".
Mocht het des zomers zoo warm zijn dat
men het op zolder niet kan uithouden, wel
nu, dat baart weinig zorgbij zulke tempe
raturen wordt het gansche huis voldoende
opengezet om frissche lucht binnen te la
ten' Tegen de kou van den winter heeft
men bedekking noodig. Men ziet toch ook
hen, die allerminst gedwongen worden door
te weinig ruimte, er de voorkeur aan geven
om boven op een frissche onverwarmde
kamer te slapen.
Slechts vooroordeel, gewoonte en bovenal
ontwetendheid weerhouden de menschen om
op zolder te slapen. Evenzeer als vroeger het
doorloopend openhouden van een raam in
slaap- of woonvertrek tot de onmogelijkhe
den scheen te behooren, terwijl thans de
nieuwe gewoonte zich meer en meer bij ons
inburgert, vooral daar, waar de Vereenigingen
tot bestrijding der tuberculose hare werk
zaamheid ontvouwen, evenzeer zal het in
de meeste gevallen zeer goed uitvoerbaar
blijken om op den zolder te slapen.
Met het open raam moet komen een ge
zonde slaapplaats.
Binnenlandsch Nieuws.
BELANGRIJKE VERHOOGING ACCIJNS OF
GEDISTILLEERD.
Uit Don Haag wordt aan de „Müb."
geseind, dat binnen enkele dagen een
wetsontwerp zal worden ingediend, waar
bij 'bet accijns op gedistilleerd zeer be
langrijk zal worden verhoogd. Wanneer
dit 'wetsontwerp tot wet zal worden ver-
Reven, zullen tevens maatregelen worden
genomen om de voorraden gedistilleerd
welke thans reeds met speculatieve oog
merken worden opgekocht, onder de ver-
Loogde accijnsibcpalingen te doen vallen.
DE ZIEKTE WET-T ALMA
De Hooge Raad van Arbeid Reeft in
oen, op 4 December j.l. gehouden verga
dering een nader advies vastgesteld om
trent h.et boj den Raad aanhangige ont
werp tot wijziging van de ziektewet-Tal-
ma,
In zijn eerste advies over deze aan
gelegenheid had de meerderheid van den
naad de wenschélijkheid uitgesproken,
dat de minister van Arbeid, alvorens tot
invoering van de Ziekteweb-Talma over
te gaan, met spoed zou onderzoeken, Roe-
veel arbeiders krachtens collectieve ar
beidsovereenkomsten of andere regelin
gen rech t op ziekengeld-uitk&eringen kun-
doen gelden en op welke wijze deze uit-
keeringen zijn geregeld.
In zijn tweede advies beeft de groote
meerderheid van den .Raad, op grond van
de bedenkingen, die de minister van Ar
beid tegen het afwachten van de resul
taten van een dergelijk tijdroovend on
derzoek heeft ontwikkeld, uitgesproken,
dat de beslissing omtrent h,et ai of niot
verkiezen van een ander stelsel van ziek
teverzekering dan in de wet-Talma is be
lichaamd, niet behoeft te worden uitge
steld, totdat de resultaten van het in het
eerste advies van den Raad gevraagde
onderzoek bekend zullen zijn.
De meerderheid van den Raad achtte
het echter wei gewenscht de beslissing
omtrent een eventueele wijziging van het
stelsel van ziekteverzekering en van ar
tikel 92 van de geldende Ziektewet, wa-ar^
over de minister vragen aan den Raad
had voorgelegd, uit te stellen tot uiterlijk
1 April 1921. Die meerderheid verwachtte,
dat op dat tijds-tip de resultaten van de
onderhandelingen over een nieuwe rege
ling der Ziekengelduitkeering, weLke op
het «ogenblik tusschen verschillende
werkgever&- en organisaties gevoerd wor-
den, bekend zullen zijn.
Minister Van IJsseJftteyn. De Mi
nister van L. N. en H. is opnieuw onge
steld geworden en daardoor verhinderd'
aan zijn Departement te komen.
Eerste Kamerlid. Naar het „Arn-
hemsck Dagblad" meldt zal voor opvolger
van den Reer H. Colijn als Eerste Kamer
lid de candidaat der rech.terzijde zijn
i'rof. Dir. P. A Diepenhorst, lid van den
Gemeenteraad té Amsterdam.
TEGEN DEN ZOMERTIJD.
Het Hoofdbestuur van den Nederl. Boa-
ronbond, Federatie der 5 gewestelijke E»
K. Boerenbonden, omvattende 85000 boe
ren en tuiniers, Rebben een met redenen
omkleed adres aan den Minister van Bin-
nenl. Zaken gezonden, waarin zij met aan
drang verzoeken, dat de zomertijd niot
meer wordt ingevoerd.
3EZUINIGING UP Dc DEPARTEMENTEN.
1 De lange, smalle alcoven, verlicht door
een klein venster, de dompige, donkere
bedsteden moeten verdwijnen. Lucht en
licht kunnen daar niet binnendringen en he.
vuil en daarmee een leger van ziektekie
men, schuwt het licht en houdt van donkere-
vochtige hoekjes. Zonneschijn vernietigt,
niet alleen .de ziektekiemen, maar maakt
opmerkzaam op de aanwezigheid van het
vuil en noodigt uit dit te verwijderen.
En, vergeten wij het nooit, zindelijkheid
is een bondgenoote in den strijd tegen ziek
ten. Maar haar toepassing eischt overleg.
Dat 't noodzakelijk is, alles, wat vuil is in
de woning te reinigen met water en zeep,
spreekt vanzelf, maar 'n overtollig rond-
plassen en schrobben met veel water in de
woning 2elf is daarom niet noodzakelijk.
Wie zijn woning goed wil onderhouden,
bedenke in de eerste plaats, van hoe groot
belang het is, frissche lucht en zonlicht in
haar toe te laten. De zon brengt ook warmte
in het vertrek en deze met de frissche lucht:
droogte, een belangrijk vereischte voor ge
zond wonen. Daarom hange men geen dikke
gordijnen voor de ramen, die toetreding van
licht en lucht keeren.
Een ander belangrijk punt is de wijze van
wegruimen van het onvermijdelijke stof,
dat dikwijls zeer schadelijk voor den mensch
kan zijn, doordat het, beladen met ziekte
kiemen, opgejaagd door droog vegen, droog
afnemen, in de kamer rondzweeft en inge
ademd wordt.
Daarom trachte men dit te voorkomen.
In de eerste plaats door zoo weinig moge
lijk overtollige zaken in het vertrek te heb
ben, waarop het stof kan neervallen, als
kleedjes, snuisterijen en zoo meer, en ver
der door vloeren, gangen en trap te bevoch
tigen, vóórdat men het stof er af veegt en
de meubels evenzeer met een vochtigen doek
af te nemen.
Wanneer de huisvrouw op deze wenken
let en ten deze een voorbeeld is voor haar
gezin, dan kan haar Invloed ten opzichte
van luchtverversching, toelaten van lucht
en zindelijkheid zeer groot zijn.
Het is moeilijk te zeggen hoe in de eerste
tijden de houtbehoefte van Europa te dekken
zal zijn. Vóór den oorlog bedroeg de invoer
in Engeland 77.4 millioen kubieke voet
in Frankrijk 31.7in Duitschland 30.7
in Denemarken 24.1 en Noorwegen 10.2
Zweden, dat steeds den hoofdinvoer naar
Engeland had, is gedurende den oorlog zeer
uitgebuit, vooral wat de 36 millicen Acker
(1 A. 40.671 Are) particulier boscheigen
dom aangaat, terwijl de 16 millioen Acket
staatsbosschen die meest nog in de periode van
staatsbosschen die meest nog in de period®
van groei zijn, weinig kunnen leveren. D®
Noord-Russische, tot dusver nog weinig
in aanspraak genomen landen, hebben ia
de minder toegankelijke gebieden nog zorg
volle behandeling noodig, terwijl zij overi
gens door roekeloos vellen en boschbranden
veel hebben geleden,
EEN BELEEFDE GROFHEID.
Heer (tot een dame): Op mijn woord
juffrouw, ik zou u bijna niet harkend
Rebben, zoozeer is u veranderd.
Dame (schalks): In mijn voor- of
.«nadeel?
Heer: Wel, juffrouw, u kunt atecRf*
in uw voordeel veranderen.
COURANT
DE ASöNNtMENlSfBUS SSEDHAAOT VOOS HAARLEMEN AGENTSCHAPPEN l
PER KWARTAAL j T 3.25
133.
ANDERS NIET1
Wij zijn nu zoo zoetjes aan gewoon geraakt,
dat een sociaal-democraat rooder dan rood
wordt, wanneer men aan het heilige huisje der
socialisatie raakt. Het is dan ook wel om kwaad
te worden, wanneer men altijd zooveel verlokken
de machtsspreuken bij de hand heeft gehad, nu
niets meer dan die eene leuze van de socialisa
tie over heeft en dan telkens ongeloovige Tho
massen te hooren vragen: maar wat bedoelen
jelui daar nu eigenlijk mee?
En toch was -die vraag, telkens wanneer zij
werd gesteld, gewettigd. Het beste bewijs leveren
de voorlichters der roode arbeiders zelf, die nu
al maand na maand bezig zijn in woord en ge
schrift uit le leggen, wat toch wel die heilaan
brengende socialisatie is. De groote econoom
der S. D. A. P., Wibaut, heeft zich er de vin
gers ai aan blauw geschreven, maar nog vree
zen wij, dat de arbeiders het niet begrepen heb
ben.
Nu komt A. W. Michels in het jongste popu-
lair-wetenschappelijke bijvoegsel van „Het Volk"
met een merkwaardige verklaring, waarvan het
goed is even nota te nemen. Hij schrijft:
„De groote vraag naar goederen, door de loon
stijging in het leven geroepen, doet direct de
prijzen weder stijgen, waardoor de arbeiders
weder om meer loon moeten komen, hetwelk
voorhands opnieuw hetzelfde gevolg heeft
Indien immers een bepaalde hoeveelheid soep
onder een aantal menschen moet worden ver
deeld, zal het die eters niet te veel helpen, als
men hun lepels grooler maakt, zonder de hoe
veelheid soep te vergrooten.
De productie zelf moet dus worden verhoogd
en eerste doel (wat men er ook overigens voor
idealistische beschouwingen over wil houdeni
van de socialisatie is, om dat te bereiken".
Dat is duidelijke taal, nietwaar? Al zal menige
arbeider vreemd opkijken, dat zijn eigen voor
mannen voor de toekomst niets beters weten
'ian te bevelen danproductieverhooging,
precies als de burgerlijke voorlichters!
Maar er is nog meer: als dan in het sociali-
salicsysleem harder moet gewerkt worden dan
thans, dan zal het ten minste met de „winst
makerij" uit zijn? Ook dat niet. Wibaut heeft
het reeds eerder gezegd, het staat ook bedekt
in het socialisatierapport en de heer Michcls zegt
het nu ronduit, dat ook de gesocialiseerde be
drijven er naar zullen moeten streven om flinke
winst te maken.
Michels n.rn. schrijft:
„Dat die winst wordt gemaakt (en dat moet
goed worden begrepen), is noodzakelijk en
zal ook in het gesocialiseerde bedrijf niet
kunnen worden ontbeerd, integendeel!
Natuurlijk eigent de particuliere onder
nemer' zicli als loon voor zijn arbeid een
naar onze begrippen veel te groot deel uit
die winst tóe.
En indien hij jaarlijks het allergrootste
deel voor particuliere liefhebberijen zou
willen verbruiken, is er geen macht, die dat
kan beletten.
Maar indien eenig ondernemer een mil-
lioen gulden winst per jaar maakt en hij be
steedt dat bedrag op eenige duizenden na,
waarvan hij leeft, om zijn onderneming uit
te breiden, of hij reserveert dat voor hetzelf
de doel of voor eventueele verliezen, dan
wel hij belegt het in andere ondrnemingen,
in 't kort, hij maakt het niet op, dan is
het maatschappelijk gevolg niet anders, dan
wanneer wij dat bedrijf zouden hebben ge
socialiseerd.
Ook wij zullen moeten reserveeren, dus be
sparen, indien er gesocialiseerd is, maar het
verschil is, dat de ondernemingen niet meer
het private eigendom van één of weinig
menschen zijn en dat die de macht bezitten
de winsten op de meest doelmatige wijze
voor productie aan te wenden.
Daarin ligt het verschil met het private
bedrijf en hoewel er veel over de socialisatie
is geschreven, miste ik tot nu toe een duide
lijke uiteenzetting van deze begrippen."
Ja, ja, meneer Michels, het is werkelijk ver
dienstelijk om dit nu eens rondweg te zeggen;
want deze ruiterlijke verklaring hebben ook wij
lang gemist in alle besprekingen over socialisa
tie.
Er blijft echter ook in uwe uiteenzetting nog
ééne onduidelijkheid, n.m. deze,, op welke ma
nier die „meest doelmatige wijze" van verdee
ling der winsten en aanwending daarvan voor
de productie zal plaats hebben.
Als nu de heel socialisatie daarop neer komt,
zouden wij den heer Michels eens willen aan
raden om de Statuten van den R.-K. Centralen
Raad van bedrijven te bestudeeren en de resulta
ten dier studie eens eerlijk aan zijn partijgenoo-
ten mee te deelen.
Dan zal wellicht blijken, dat heel dat inge
wikkelde en voor de productie zoo gevaarlijke
stelsel der socialisatie overbodig is en achter een
reeds ontworpen en veel soepeler stelsel komt
aanloopenl Heusch, het wordt lijd, dat men den
rooden arbeiders aantrekkelijker kost gaat voor
zetten!
De prijsdaling, die het onderwerp van bespre
king vormt in ieder huisgezin, is misschien en
naar wij hopen, een teeken van een betere toe
komst
Misschien, want als die daling niets anders
is dan een gevolg van malaise, dan u'er geen
meerdere reden voor vreugde, dan het voordeel
van liet oogenblik bij een aantal inkoopen.
Er komen van alle kanlen tijdingen binnen
van stopzetten van fabrieken en werkplaatsen.
In bijna elk nummer van onze krant kan men
ze aantreffen, uit ons land, maar ook van el
ders, ook uit Engeland.
Wij lazen daarover een correspondentie in hel
„Handelsblad", waarin ook gewezen word» op de
algemeene zucht naar veel uitgeven, welke het
begeleidend verschijnsel was van de dagen in
en na den oorlog. De nationale moraal was
toen: royaal leven. Wie er tegen opkwam en
waarschuwde, was een zwartziener.
Het gevolg van een en ander lezen we in een
teekenend «taaltje.
„Ik ontmoette hier laatst een kaloemnan uit
Bolton in Lancashire, die heeft stop gezet. Hij
kwam te Londen wonen, omdat hij thuis
werd lastig gevallen, op straat, aan de deur,
overal. Het werkvolk bleek met dat stopzet
ten niet ingenomen. Zoo liep er een vrouw
gedurig achter hem aan, biddende, smeekende,
dreigende: de fabriek moest weer aan den
gang. Die vrouw heeft hij meegenomen naar de
fabriek; naar het kantoor. En hij heeft haar
het boek geopend en aangetoond, dat nog kort
geleden haar gezin bij hem vijftien pond ster
ling verdiende in de week.
Waar is hel geld gebleven? vroeg hij haar.
Hebt gij mijn raad niet gevolgd?
Neen, zijn raad had niemand gevolgd. En
het geld was weg."
Het geval van dit Engelsch gezin, dat grof
geld verdiende en geen cent heeft overgespaard
staat ongetwijfeld niet alleen.
„Wie waarschuwde tegen verspilzucht, ook
onder de arbeiders, werd voor anti-democraat
of zoo iets uitgescholden. Ook wij hebben daar
ondervinding van," schrijft de „Resb."
Toch was „zuinig zijn" ten allen tijde en ook
thans, een goede raad. Een appeltje voor den
dorst was steeds een veel begeerd nationaal be
zit.
Mr. L. Kortenhorst, secretaris der Algemeene
R.K. Werkgevers-vereeniging, schrijft ons:
De arbitrale uitspraak over het indexcijfer is
gevallen. Uitspraak is; <iat 5 pet. verhooging
moet betaald worden op d« loonen vanaf 1 Ju
li 1.1.
Men kan deze uitspraak aanvaarden zonder
overtuigd te zijn van de juistheid. Ik blijf vol
houden dat de fabrikanten het slachtoffer zijn
geworden van een vergissing. Een andere opvat
ting dan door hen verdedigd, konden zij nooil
gehad hebben, om de doodeenvoudige reden.dat
zij dan nooit zouden hebben toegestemd en niet
konden toestemmen in een dergelijke interpreta
tie van het artikeL
Hiermede is echter niet gezegd dat de arbei
dersorganisaties ten onrechte haar eisch stelden.
Het is haar recht, wanneer zij meenen in het
gelijk te zijn, dit te doen gelden. En het is zeer
wel mogelijk dat twee partijen tot eenzelfde ge
lijk komen op verschillende gronden. Daarvan
bestaan reeds voorbeelden. Ook in deze kwestie
moet ik de arbeiders beschouwen als handelend
te goeder trouw en volgens eerlijke overtuiging.
Een woord van dank mag stellig gebracht wor
den aan de arbiters die met zoovee! ernst en
toewijding hunne taak hebben volbracht. Dat zij
van patroonszijde zooveel medewerking ontvan
gen hebben, als van arbeiderszijde kan helaas
niet gezegd worden. (Op de laatste beslissende
conferentie was de vertegenwoordiger van het
Verbond van Sigarenfabrikanten afwezig) T"
Nu komt de tweede vraag naar voren: Kan
de industrie een dergelijke verhooging thans
dragen?
Wanneer men weet dat het indexcijfer weder
gestegen is, zoodat vanaf 1 October 10 pet. zal
moeten betaald worden, wordt deze vraag van
nog grooter belang.
Wie eenigermate op de hoogte is van den toe
stand in de sigarenindustrie vraagt zich met
stijgende verwondering af, hoe het mogelijk is
dal men thans dergelijke experimenten aan
durft. Ai is ook het recht daarvan te eischen
is het gevoel dan heclemaal uit de wereld?
Waar haten de arbeidersbesturen den moed van
daan om in dezen tijd van algemeene depressie
een verhooging te eischen, die ten eenenraale
misplaatst is? Fabrikanten die minder dan 10
pet. van het uitbetaalde loon verdienen, zijn
geen zeldzaamheden; zelfs werken thans velen
geheel zonder winst, zoo niet met verlies. De tij
den zijn er niet naar om de verhooging op den
consument te verhalen. De concurrentie nijpt
hun de keel dicht Een verhooging drijft de af
nemer* nog meer dan heden in de armen van
de duizenden thuiswerkers, die tot bespottelijk
lage prijzen hun productie, al zij deze ook
minderwaardig, aanbieden, Is dat nu de beloo
ning van een goed sociaal werk?
Laat men eerst zorgen dat het thuis werken
worde afgeschaft; alleen wanneer deze verhoo
ging en al de andere drukkende bepalingen van
de C. A. O. de gansche industrie treffen, is er
kans van slagen. Ander» niet Men moge drij
vener is één macht die boven elke wet
gaat, dat isde onmacht. Laat men dit wel
bedenken vóór het te laat is.
Nog onlangs werd een klein-fabrikant, die,
teneinde zijn bedrijf slaande te houden in con
currentie met de thuiswerkers, in overleg met
zijn eigen werklieden beneden het loon werkt,
tot een boete veroordeeld van f 4000. Hij had
te kiezen tusschen ondergang of blijven werken
beneden het loon. Ik wil dezen man niet verde
digen, maar meen in-dit feit toch te zien 'n ge
val van onmacht Zoolang het gansche bedrijf
nog niet georganiseerd is. drijve men de eischen
niet op de spits; »j kunen een gevaar worden
voor de C. A. O.
En wat doet de regeering?
Heeft men ons opgevoed in speciaal voelen?
in het maken van goed-sociale arbeidsovereen-
komsten, met de onuitgesproken bedoeling om
de groot-industrie te nekken? Neen, natuurlijk,
ik geloof ook niet dat zelfs de socialisten deze
bedoeling kunnen hebben. De grootindustrie
geeft hun veel te veel stof om ontevredenheid te
kweeken, dus.... mag zij niet verdwijnen!
Toch lijkt het oppervlakig zoo. De 8-urige
werkdag, zonder verbod van huisarbeid is de
uckslag voor onze industrie. Meer nog: eigen
werkmakers, die thuis werken den geheelen dag
10, 11, 12 uren daags. Kan de regeering dit niet
beletten? Aan den eenen kant de fabrikant met
beide handen gebonden door de wet en de C.
A. O., gedwongen tot liooge loonen en dure ge
bouwen, belemmerd in den verkoop door aan
bod ^hn buitenland en door de producten van
eigenwerkers; en aan den anderen kant de vol
ledige vrijheid voor onderkruipers van de ar
beidswet en van de C. A. O. Een dergelijke toe
stand is meer dan ergerlijk. Onze C. A. O., die,
hetzij hier eerlijk gezegd, door geen enkel bona
fide fabrikant betreurd wordt, mits een goed ge
regelde toestand wordt ges#hapen, dient door
de regeering beschermd te wordcnl
Ik meen dat de sigarenfabrikanten, die te
recht of ten onrechte, daarover wil ik niet
twisten, toch reeds zooveel door de regeerings-
maatregelen hebben geleden, het recht hebben
dit te mogen verlangen.
Zoo niet, laat men ons dan de vrijheid herge
ven. Niet meten met twee maten. Zoo men hel
werkelijk goed meent met de grootindustrie, laat
men haar dan ook beschermen tegen de huisin
dustrie. Men laae de verdenking niet op zich
dat men 't met die sociale maatregelen er opge-
munt heeft om ons te nekken. Mocht men tol
een flinken stap niet bereid zijn, dan zal al
leen door vrije concurrentie, los van de C.A.O.
en van den 8-urigen werkdag, de misère kun
nen bestreden worden; de fabrikanten zullen
dan zelf het thuiswerk moeten toepassen en
hunne fabrieken laten teegloopen.
DE LOONEN VAN HET SPOORWEG
PERSONEEL.
Maandagmiddag heeft de Minister van Water
staat, een onderhoud gehad met de vertegen
woordigers der spoorwegdirecties, de heeren J
A. Kalff en mr. Van Manen en met de heeren
Van der Vegt, voorzitter en Bartelink, lid van
den Raad van Toezicht op de Spoorwegdien
sten, in verband met de kwestie der loonregeling
van het spoorwegpersoneel.
Bij het onderhoud was ook tegenwoordig da
chef van de afdeeiing spoorwegen van Minis
ters departement, de administrateur mr. dr. G.
van der Meuten.
Oud-Minister Nelisscn. Heden, Dinsdag 7
December, is het veertig jaren geleden, dat de
oud-minister mr. A. P. L. Neiissen te Leiden,
promoveerde „Magna cum iaude" op een proef
schrift over „Verhuur en vervreemding".
Mr. Marchant predikt in de Kamer een be-
zuimgingsvcldtociit ojj de Departementen. Zijn
methode beslaat alleen in he) niet toestaan
van nieuwe ambtenaren, waarmee men natuur
lijk niet veel opschiet. Hij gaat van de veroa
derstelling uit, dat by toeneming van de hoe
veelheid werk de in dienst zijnde ambtenares
harder zuilen gaan werken. Inmiddels zal hl
wel geen bezwaar er legen hebben, dat over
bodige ambtenaren onmiddellijk worden ver
wijderd.
In dit verband maken we melding van hal
volgende, dat we ln het „N. r. d. D." aan
troffen:
„Toen in 1914 de mobilisatie begon werd
o.a. op het departement van Oorlog een spe
ciaal telegraafkantoor gesticht dat rechtstreeks
in verbinding stond met het Hoofdtelegraaf
kantoor in de Prinseslraat te Hage. Telefo
nisch en telegrafisch werden telegrammen
overgebracht. Of dat nu wel noemenswaardige
versnelling gaf is nog twijfelachtig, maar laten
we aannemen dat het de snelheid vergrootte.
Voor de bediening van dit postje op het de
partement werden aangewezen: Twee telefonis
ten, twee telegrafisten en als leider een hoofd,
commies.
Na November '1® is natuurlijk de roden van
bestaan voor dezen dienst vervallen en men
zou verwacht hebben dat mede in verband met
het tekort aan personeel bij den telegraaf- en
telefoondienst deze vijf personen aan den dienst
zouden zijn teruggegeven. Wel verre van dienl
Tot op den huidigen dag zitten ze daar; al
leen de hoofdcommies doet er halve dagen
dienst
En nu de kosten van dat dienstje: Deze be
dragen twaalf duizend driehonderd acht en
tachtig gulden tachtig cent! per jaar. De vier
telefonisten en telegrafisten hebben een inko
men van 9600 gulden per jaar en brengen