Wat de Pers zegt BUITENLAND. FEUILLETON De wedergevonden dochter. WOENSDAG 16 FEBRUARI 1921 Onze Lieve Vrouw ter Nood 1905-1920. In het jaar 1913 hadden de plannen voor een Bedevaartskerk vaste vor men aangenomen en tot den bouw werd in dat jaar besloten. Ook deze fraaie kerk is naar het ontwerp van Jan Stuijt gemaakthet is wel het meest sprekende type, hoe men een waardig Godshuis kan bouwen, zelfs dan wanneer men niet over groote middelen beschiktde Heiloër Bede vaartkerk treft ieder door haar stich tende schoonheid. Het jaar 1914 was voor de Devotie een zeer merkwaardig jaar. In dat jaar n. m. had het B.-Comité het voor recht aan Zijne Eminentie Kardinaal van Rossuin, Holland's eerste Kar dinaal na de Reformatie, bij gelegen heid van diens bezoek een gouden afslag aan te bieden van de Heiloër medaille. In zijne dankbetuiging voor dit geschenk, dat van een passende oor konde was vergezeld geworden, lag de Kardinaal op bijzondere wijze den nadruk op iets, dat het Comité reeds had gevoeld, toen het de aan dacht vestigde op de Devotie tot den H. Willibrord in vereeniging met die tot O. L. Vrouw ter Nood, n. m. dat men te Heilo veel moest bidden voor de bekeering van Nederland. Z. Eminentie nu, dankbaar wijzend op het feit, dat het herstel van de kapel van O. Lv Vrouw ter Nood, het eerste der vele Heiligdommen van de H. Maagd door de hervor ming verwoest, schreef, dat Hij in dat herstel het voorteeken zag van het begin der geheele terugkeer van ons Vaderland tot Haar, die eens voor dat Vaderland zulk een teedere Moe der was. Door deze woorden werd aan de Devotie tot O. L. Vr. ter Nood een bijzonder doel aangewezen, en dit werd door het Comité begrepen. Het zorgde eT voor, dat voor dat bijzonder doel een gebed werd samengesteld door den H. Vader dit jaar met af Iaat verrijkt, en dat nu door duizen den wordt gekend als het Heiloër gebed voor de bekeering van Neder land. In de kapel vindt men in iedere bank twee exemplaren van dit gebed, dat daar door talrijke pelgrims wordt gebeden, gelijk dit ook, met toestem ming van Monseigneur, na iedere H. Mis op „kapel" gelezen, door den priester met de geloovigen geschiedt. Inmiddels was de vreeselijke Euro- pecsche oorlog uitgebroken en het scheen wel dat een zeer nadeeligen invloed op het bezoek aan „Kapel" zou hebbenhet getal pelgrims was door de moeilijkheden van het ver keer, in dat jaar veel geringer dan anders. In het jaar 1915 nam het echter weder toe tal van geloovigen hadden behoefte om bij de Troosteresse der Bedrukten in die dagen hulp te vra> genmeerdere Bedevaarten ter ver- •Krijging van den Vrede werden ge houden. Het Comité liet zich dus niet weer houden, zijn werk door te zetten. In dit jaar ging het door met de be- bossching van het terrein volgens het in 1912 vastgestelde plan en zorg de voor de aanschaffing van een orgel in de Bedevaartkerk. Bij de herden king in dat jaar van zijn tweede lustrum had het weder alle reden tot groote dankbaarheid. Het jaar 1916, het eerste van het derde vijfjarig tijdvak, was het jaar waarin het Comité voor de eerste maal het voorrecht zou hebben, Zijn Door- luchtigen Lastgever op de Bêevaart- plaats te ontvangen. Op den 12en Juli, bij gelegenheid eener vormreis, kwam Monseigneur zich zelf overtui gen van hetgeen op „Kapel" geschied was, en hetgeen Z. D. H. daar mocht zien ghf hem zulk een groote voldoe ning, dat hij zijn erkentelijkheid toon de, door het schenken van een bijdrage voor de Bedevaartkerk en van twee Kruiswegstaties, welke tot in lengte van dagen dit blijde bezoek in herin nering mogen bewaren. Ook Monseigneur wees bij die ge- legenneld op het reecis Bijzondere doel der Devotie tot O. L. Vr. de bekeering van Nederland, door in het herdenkingsboek, waarin Z. D. H. Zijn handteekening plaatste, daarbij als bijschrift te doen plaatsen wat de H. Kerk in haar liturgisch gebed, de H. Maagd toevoegt„Cunctas haereses sola interemisti in universo mundo". „Gij alleen, hebt over de geheele aarde alle ketterijen over wonnen". Bij gelegenheid van dat bezoek gaf Monseigneur te kennen, dat hij spoe dig hoopte te kunnen voldoen aan zijn reeds lang gekoesterden wensch, om op „Kapel" te komen pontificeeren. En reeds het volgend jaar kon Mon seigneur aan dat verlangen gevolg geven. De dag van den 17den Juli 1917 zal met gulden letters in de geschiedenis van O. L. Vr. ter Nood geschreven blijven. Meer dan drie duizend pelgrims waren op dien dag ter Bêewaart ge komen, om met hun Bisschop ver- eenigd het H. Misoffer aan God op te dragen, om met Hein te bidden voor den vrede en voor de bekeering van Nederland. In dit jaar werd op het terrein de groote waterpartij gegraven, welke nu een sieraad is van het schoone natuurpark, dat langzamerhand het oude kreupelhout heeft vervangen. In de volgende jaren bleef ondanks de verkeersmoeilijkheden, het bezoek, dat in het jaar 1918 minder groot was ge weest, weder toenemen, en als waar dig slot van het derde tienjarig tijd perk, mocht het B.-C. in het jaar 1920 weder de belangstelling van Mon seigneur ondervinden, door het ver krijgen van tal van geestelijke gunsten, welke Rome op Zijn verzoek aan de herstellende Devotie tot O. L. V. heeft geschonken. En nu bij zijn derde Lustrum terug blikkend, mag de B.-C. met dankbaar heid zeggen, dat „Hij die machtig is", voor de Heiloër Bedevaart, „groote dingen heeft gedaan". Onbekend bijna in het land, weinig bloeiend in de eigen plaats, staat nu in Roomsch Nederland de devotie tot O. L. Vrouw ter Nood in hooge eere. Hersteld is zij, en verspreid als nooit te voren. Het stichtingsboek der Bêevaartkerk, geeft niet alleen namen van alle deelen van ons land, neen, het vermeld ook de namen van vereerders van O. L. Vr. ter Nood in België, Duitschland en Engeland Beter dan woorden spreken cijfers. In het afgeloopen jaar bezochten we der 16489 pelgrims Maria's lustoord, en ware het niet, dat in het seizoen geen extra treinen beschikbaar zijn geweest, dat getal zou grooter ge weest zijn. In het geheel werden in deze eerste vijftien jaren van het bestaan van het B. C. de Bedevaartplaats bezocht door honderd acht en vijftig duizend pelgrims, onder geestelijke leiding, in welk getal dus niet zijn begrepen de pelgrims, die op eigen gelegenheid ter Bêevaart kwamen, wier getal ook vele duizenden bedraagt, want geen dag gaat er zonder bezoek voor bij, dat vooral op Maria-feesten zeer groot is. En nu een nieuw tijdvak beginnend, blijft het B. C. den blijvenden steun vragen van de vereerders der H. Maagd. Er is veel gedaan, maar er moet nog veel meer gedaan worden. Het eerste, waartoe besloten is, is het maken van een waardig rust- altaar voor het H. Sacrament, wanneer dit in processie wordt rondgedragen, ter vervanging van de bestaande zeer primitieve gelegenheid. Nu de kruiswegstaties voltooid zijn, wenscht 't Comité uitvoering te geven aan een reeds lang gekoesterd plan, om n. 1. in den geest der Kruisweg staties, maar wat rijker opgevat een Devotiekapelletje te wijden aan het bezoek van de H. Maagd aan Hare H. nicht Elisabeth. Het heeft n. I. Monseigneur be haagd, tot groote voldoening van het Comité, het feest van Maria Bezoek te bestemmen als het Hoogfeest der Broederschap van O. L. V. ter Nood en zeker is er geen geëigender dag dan deze, om ons te herinneren aan het voorrecht dat O. L. Vr. aan ons heeft geschonken, door Haar volk weder op de oude Bêevaartplaats te be zoeken, om ons hulp te brengen in onze nooden. Voor dat kapelletje zullen wij dan dankbaar kunnen nederknielen en de H. Elisabeth herhalen: „Van waar geschiedt mij dit, dat de Móéder des Heeren tot mij komt." En daar zullen wij bidden dat O. L. Vr. dat bezoek zal uitstrekken tot duizenden, die wij in ons geluk wil len doen deelen. En met groot vertrouwen zullen wij de verhooring van dat gebed.Jege- moet zien? want ziet de tèé^enen ervoor zijn aanwezig. Onder meer zien wij die in de herleving der schijn baar uitgestorven Devotie tot O. L Vr. ter Nood te Heiloo. Bijzonder voelt men dat, wanneer men daar bidt. Dan spreekt de gèheele omgeving van een blij ontwaken, van een glorievol opstaan, van een herleving, die de epistelles van ons Hoogfeest ons als triumfeerend ver haalt reeds is de winter voorbij, de slagregen is over en verdwenen. De bloemen zijn in onze streek te voorschijn gekomen, de tijd van het snoeien is daarwij hebben bij 6ns de stem van de tortel gehoord de vijgeboom brengt zijn jonge vruchten voortde bloeiende wijngaarden ver spreiden hunnen geur". Dat dit zoo moge blijven verleene ons de almachtige God. Op het feest van Maria zuivering, 1921 Bisschoppelijk Comité, v. O. L. V. ter Nood Het Bisschoppelijk Comité voorn Mgr. J. J. GRAAF, „Duinrust", Over- veen, Voorzitter. J. A. F. KRONENBURG C. s. s. R„ Amsterdam. B. DE JONG, Pastoor, Heiloo. C. J. GONNET, Archiv., Haarlem. JAN STUIJT, Architect, Bezuiden- hout 195, Den Haag. G. Th. M. v. d. BOSCH, Kennemer- singel 12, Alkmaar, secr.-penn. In het Stichtingsboek der Bêe vaartkerk worden de namen inge schreven van hen, die een gift geven van 25.— of meermogen zich daar voor meerderen voelen aangespoord of tot't geven eener kleinere bijdrage. De toestand in Ierland. het ontwapeningsvraagstuk in DE OPENING VAN HET ENGEL- AEMEN6DE BUITENL BERICHT De nieuwsgierigheid der gasten van hel kasteel van Songy, wel verre van bevredigend te zijn, was nog meer op gewekt Het was hun niet genoeg het wilde meisje te hebben zien worstelen tegen een grooten wolf, of haar te hebben zien sidderen onder de mazen van het net, dat haar gevangen hield zij wilden nog meer van dat ongeluk kige schepsel genieten en smeekten Etiennclte haar tot hen te voeren. Deze gevoelde een onweerstaanbaren .weerzin om aan dat verzoek te vol doen. Zoolang het er om ging zich meester le maken van het vreemde we zen, waarover sedert meer dan een maun a even vreemdsoortige als tegen- atrijdigo geruchten liepen, had zij er hi toegestemd dat hare gasten getuigen - waren van de gevangenneming van het wilde meisje. Maar op dit oogenblik was het kind der bosschen voor haar een ongelukkige, die door haar onge luk tegen de koele nieuwsgierigheid beschermd werd, die bovendien in den staat watujn he tkind zich bevond, noodlottige gevolegn kon hebben. Daar het medelijden van mevrouw d'Epionoy zijn oorsprong vond in warme naasten liefde, sprak zij met haar broeder over het aandringen der gasten en de zee officier antwoordde haar met groote vurigheid: „Ik smeek m voer dit kind nooit als een schouwspel op, zoolang zij in dien slaat van vernedering verkeert. Eenige dagen zullen misschien voldoen de zijn om haar vrees weg te nemen en te verzachten wat het afgezonderde leven aan wreedaardigheid in haai' ont wikkeld beeft. Wij hebben een schep sel Gods in onze handen, laten wij het eerbiedigen." „Wees gerust," antwoordde mevrouw d'Epinoy. „Ik zal over haar waken met Ursula en de vreeemde vrouw, die sedert eenge dagen Songy bewoont. Door een raadsel, dat ik mij niet kan verklaren, heeft die bedelares op den geest van onze beschermelinge meer invloed dan ik. Die twee ongelukkigen hebben el kander gevonden; die twee geesten, waarvan de eeue half uitgedoofd en de andere nog niet ontloken is, verstaan en begrijpen elkander. De moeder, die te voet al bedelend langs de wegenaan ieder hare verloren doebter terugvroeg, schijnt deze ongelukkige, te hebben aan genomen; misschien lijkt het arme ge waad der krankzinnige, dat meer over eenkomt met de dierenhuiden mijner beschermelinge, haar minder afschrik wekkend dan het mijne. Maar tfk moet niet zonder waren spijt erkennen, dat mijn invloed op haar geest nog bijna niets is. „Wat komt het er op aan," antwoord de Anton in, „langs welken .weg het goe de verricht wordt! .God alleen weet het, wij zoeken." De jonge man drukte innig de hand zijner zuster. „Mijne tegenwoordigheid zou dit kind ©en pijnlijk tooneel voor den geest roepen" zeide hij haar, „en ik ontzeg mij het genoegen haar te zien; door aldus te handelen blijf ik des te meer gerechtigd aan de nieuws gierigheid onzer gasten volstrekt geen voldoening te geven." 1 Mevrouw d'Epinoy had besloten dien eigen dag een proef te nemen met liet wilde meisje. Ursula had op haar be vel vlug een kleed gemaakt, overeenko mend met de gestalte van het meisje en Etieunetle voegde er eenige sieraden hij. Beladen met die voorwerpen, kwa men de gravin en hare dienstmaagd naar de roode kamer, waar dc bedela res alleen gebleven was met do jeug dige gevangene. Een voortreffelijk maal was hun voorgediend, maar de krank zinnige had er alleen gebruik van ge maakt; het wilde meisje, het vleescb en zelfs het brood versmadend, had al leen eenige vruchten genomen. Zij scheen diep terneer geslagen. De zacht heid, waarvan zij blijken gaf, was min der een begin van onderwerping dan wel een wanhopige gevoelloo&neid. Zij liet de liefkozingen der bedelares toe en hoorde haar uren lang nu eens in het Spaansch, dan in het Fransch spre ken; maar geen straal vnn leven schit terde in hare groote blauwe pogen en de glimlach, scheen voor eeuwig van hare lippen weggevaagd. Deze bemerkte weldra, dat als zij (haar in het Spaans oh toesprak, het wilde meisje haar beter scheen te be grijpen en gemakkelijker toegaf. Het zien der bloemtakken in het weefsel van het kleed, dat men haar aandeed; ontlokte haar een zachten kreet vreugde. t r v 41/W.OTdt vervolgd.) Tweede Blad. 11 (Slot), ofkeorfg worden gemaakt, om tot de sociaal-democraten over te gaan. Het is niets ongewoons en het ver schijnsel bepaalt zich geenszins tot Tsjecho-Slowakije." Alleen wordt hier weer eens openlijk en duidelijk gezegd en met de daad be wezen, dat het socialisme vierkant staat jenover de Katholieke Kerk Komc zijn felste aanvallen richt. op KEEK EN SOCIAAL-DEMOORATIE. In de bladen stond dezer dagen het volgende to lezen: „De bewoging tot afscheiding van de Roomsch Katholieke Kerk, waarvan wij eerder reeds iets meedeelden in verband met cijfers van de „Cesko Slowo," neemt in Tjecho-Slowakije steeds grooter omvang aan. Te Praag scheidden zich gedurende de laatste weken 100.000 përsonon van de Ka- lieke Kerk af; te Pilsen 25.000 per sonen. De afscheidinsbewegging is geen reli- gieuse, doch een politieke beweging, en wordt hoofdzakelijk door de sociaal democraten gepropageerd." Het „Centr." zegt hiervan „De hier gegeven cijfers zijn onge twijfeld sterk overdreven en tot veel beschoidener afmetingen terug te bren gen. Bij dergelijke bewegingen spreekt ook de propaganda een woordje of een groot woord mee, wat dan in de berichten tot uiting komt. Toen indertijd in Duitschland zich het streven openbaarde naar de stich ting eener zoogenaamde „nationaal-ka- tholieke Kerk," zag men hetzelfde ge beuren. Die „Kerk" scheen, naar hetgeen daaromtrent werd medegedeeld on ten dentieus rondgebazuind, geweldig te groeien en diep wortel te schieten, maar een ieder weet, dat de werkelijk heid een beetje anders was, en dat de afscheiding van Home erg opgeblazen werd voorgesteld. In Bohème, of Tsjecho-Slowakije wordt nu ook een wilde agitatie tegen Moederkerk gevoerd. Eerst heette het, dat men daar, ge lijk elders, een eigen „kerk" wilde Btichten, „los van Rome en den Paus, Maar dat spelletje is al to door zichtig en ook al te bekend. Het bete:kent eenvoudig geloofsafval. En men komt er dan ook maar rond voor uit, dat de heele afschei dingsbeweging met den godsdienst niets uitstaande heeft, maar louter een po litiek karakter draagt cn hoofdzake lijk door de sociaal-democraten wordt gedreven. Dit is wel liet meest kenmerkende van bovenstaand bericht en het eemgo, wat daaraan beteekenis geeft. De menschen moeten van de Kerk De onderhandelingen met Engeland. De Sinn Fein-leiders te Dublin hebben een rapport gepubliceerd over de besprekin gen van het Iersche parlement gedurende de maand Januari. In een rede schetste De Valera de onderhandelingen met de Bri-t- sche régeering betreffende het sluiten van een wapenstilstand voor één maand. De ze onderhandelingen faalden ten gevolge van Lloyd George's eisch aangaande de overgave der wapenen door Sinn Fein. De arrestatie van Fitzgerald. Een telegram meldde de arrestatie van den Sinn Feiner Desmond Fitzgerald, lid van het Lagerhuis voor Dublin. De autori teiten zochten hem reeds sedert een jaar en al dien tijd had liij zich aan haar greep weten te onttrekken door dan hier, dan daar zijn intrek te nemendesniettemin vertoefde hij voortdurend in de eerste ho tels van Dublin, waar hij optrad als ver bindingsofficier tusschen Sinn Fein en de dagbladcorrespondenten uit Engelan 1 en het buitenland. DE A.S.BIJEENKOMST VAN DEN RAAD VAN DEN VOLKENBOND. Het vrij onverwachte besluit, de a.s. vergadering van den Raad van den Vol kenbond in Parijs* te doen plaats hebben, in plaats van te Genève, zooals aanvan kelijk werd vastgesteld, werd toegeschre ven aan de weigering van den Zwitscr- schen Bondsraad om aan de internationale troepenmacht vaneen Volkenbond op haar weg naar Wilna, doortocht te vcrleenen. En men sprak reeds van het eerste con flict tusschen den Volkenbond en Zwit serland. Een politiek medewerker van de „Daily News" evenwel zegt dat deze bewering volstrekt onjuist is. Reeds meer dan een week vóór dat de Zwitsersche Bonds raad zijn besluit had genomen, was Parijs als vergaderplaats vastgesteld. De reden daartoe is de slechte gezondheidstoestand van Léon Bourgeois, die niet in staat Is naar Geneve te komen. En daar Bourgeois in het bijzonder met de te behandelen vraagstukken (ontwapening, mandaten) op de hoogte is, wordt zijn aanwezigheid een strikte noodzakelijkheid geacht. DE LONDENSCHE CONFERENTIE. Uit Bombay wordt aan de „Manchester Guardian" geseind, dat in antwoord op een uitnoodiging van den premier, de Aga Khan Zaterdag j.l. naar Engeland zou vertrekken töt het bijwonen van de Lon- denschc conferentie in zake het Oostersche vraagstuk. De uitnoodiging heeft in Britsch-Indië een. gunstigen indruk' ge maakt en wordt beschouwd als een aanwij zing dat de eischen der Mohamedaansche wereld officieel erkenning vinden. DREIGENDE TRAMSTAKING IN HET RIJNGEBIED. In geheel Rijnland-Westfalen dreigt een algemeene staking van het trampersoneel, naar aanleiding van loonsgeschillen. Naar de transportarbeidersbond thans mededeelt, hebben in het district Rijnland-Westfalen 97 pet. der beambten zich vóór de staking verklaard. Het rijksoninisterie van arbeid heeft de partijen uitgenoodigd tot een be spreking op 2i dezer. Het bestuur van het district EIberfeld van den transportarbei dersbond wil echter deze nieuwe bespre kingen niet afwachten en de staking op !7 dezer beginnen. Bij deze staking, die eiken dag kan uitbreken, zijn 34 tramweg maatschappijen in Rijnland-Westfalen be trokken. DE VER. STATEN. Brooks diende bij het Huis van Afge vaardigden een motie in, behelzende dat niets van de negentig millioen dollar, toe gewezen voor den vlootbouw in 1921 zou Worden uitgegeven tot de president de in ternationale ontwapeningsconferentie zou hebben bijeengeroepen. De motie werd na heftige discussie verworpen. SCHEURT CANADA VAN HET BRIT- SCHE WERELDRIJK AF? Canada's dagen als Dominion der Brit- sche kroon zijn geteld, volgens dr. Ar chibald Mac Mehan» professor aan de universiteit van Dalbousie, die deze waar schuwende woorden schrijft in een artikel in de „Canadian Historical Review". De geestelijke afhankelijkheid van Canada ten opzichte van zijn grooten buurman is reeds te ver gegaan, en „Canada is een vazal staat." De schrijver betoogt, dat slechts een kunstmatige landgrens van 3000 mijl tus schen twee volken loopt, welke dezelfde taal gebruiken, dezelfde wetten en den zelfden godsdienst hebben; dat de onder linge verbinding gemakkelijk is, evenals de immigratie. De politieke fusie is dan ook nog slechts een kwestie van tijd. Hij .wijst op tal van bijzonderheden uit het dagelijksch leven, die er op zouden wijzen, dat Canada rechtstreekse!» onder Ameri- kaanschen invloed staat; de Canadeesche bladen zien er als Amerikaar.vche bladen ui». Amerikaansche „magazines" over stroomen de Canadeesche boekwinkels, Amerikaansche films zijn in de Cana deesche bioscopen overwegend, en len slotte.... de Teddy-beren maakten in Canada opgang, en de Canadeezen heb ben den smaak van de „kauwgom" te pak ken." Maar de hoogleeraar komt ook met degelijker bewijzen. Hij vertelt dat ook de taal den Amerikaanschcn invloed on dergaat. Nieuwe woorde* in de spreektaal z^jn uit Amerika overgebracht. De com- mercieele penetratie doet zich evenzeer gelden; de Canadeesche staalprijzen wer den in New-York vastgesteld. Tal van Amerikaansche firma's hebben filialen in Canada, terwijl de Canadeesche arbeiders veelal bij Amerikaansche vakvereenigingen zijn aangesloten. De „Daily Telegraph" wijdt een be schouwing aan het verontrustende artikel van den hooglceraar, en sleekt voorname lijk den draak met diens min of meer oppervlakkige argumenten. Het blad zegt niet te gelooven, dat een politieke unie van het Engelsch-sprekende Noord-Amerika ooit zal worden bevestigd door „kauw gom" of dat de Teddy-beren destijds agen ten der Amerikaansche expansie zijn ge weest! De feiten aangaande den commercj- eelen invloed cn de arbeidersorganisatie gaan ongetwijfeld dieper, doch zij doen volgens het blad niets af aan de patriotti sche gevoelens en den zin voor politieke onafhankelijkheid. Canada zal zijn eigen lot regelen en de invloed van zijn buur man zal het niet berooven van zijn zelf standigheid. SCHE PARLEMENT. Gisterenmiddag heeft dc koning, in ge zelschap van dc koningin de nieuwe zit ting van het parlement geopend, na een reces van slechts weinig meer dan zeven weken. De plechtigheid in het Hoogerhuis had met den gewonen luister plaats. De stoet, waarin zij zich van Bucking ham Palace naar Westminster begaven, bood een schilderachtig schouwspel. Een groote menigte die langs den weg ge schaard stond, juichte hen warm toe. De staatsiekoets werd getrokken door zés zwarte paarden en begeleid door de garde in haar scharlaken uniform; daar achter reden vijf volgkoetsen. In één er van zat de hertog van York, de tweede zoon van den koning, die de plechtigheid voor het eerst bijwoonde als lid van het Lagerhuis. De Prins van Wales reed van zijn ver blijf (St. James' Palace) rechtstreeks naar Westminster en nam in het Hooger- huir zijn zetel in, rechts van den troon. In zijn rede bij de opening van hét par lement, gewaagde de koning van de aan staande conferentie te Londen. Hij ver trouwde, dat het resultaat daarvan herstel zou zijn van de eendracht in Europa en van de rust in het nabije Oosten en hij hoopte dat dc onderhandelingen over het handelsverdrag met Rusland inet succes bekroond zouden worden. Na hrinnerd te hebben aan de instelling van nieuwe Indische Raden en aan dc aan staande Egyptische politiek, besprak de ko ning de aanstaande rijksconferentie en sprak hij de hoop uit dat de premiers van de dominions en de vertegenwoordigers van Indië in staat zouden zijn aanstaanden zomer naar Engeland te kornen. In de rede werd verder aangekondigd dat de begrootingen het besluit der re geering zouden weerspiegelen om de uit gaven te verminderen tot het laagste ni veau dat vereenigbaar was met het wel zijn van het rijk. De belastingdruk dien de tot het uiterste gereduceerd te wordeu. De toestand in Ierland baarde nog zorg; het misleide deel van het Iersche volk volhardde bij misdadig geweld, met het doel een onafhankelijke repub vestigen, doch noch de Iersahe noch Iersch zelfbestuur konden worden verkregen. De koning ve de ernstig, dat de meerderheid des zich in de naaste toekomst vastb zou toonen om de „Government of land Act" te aanvaarden, waardoor antwoordelijkheid en zelfbestuur wi gebracht en die voorzag in een re~ waarbij de Iersche eenheid zou w verkregen met grondwettelijke midc Het probleem der werkloosheid ha voortdurende zorgvuldige aandacht' ministers. Met het doel om te kome: herleving van den handel en de vaart, tegelijk met steun aan de t lukkig-e werkloozen, zouden wette maatregelen in dien zin aan het p' ment worden voorgelegd. Een wet' werp zou voorts bij het Lagerhuis 1 den ingediend. Ter beveiliging van de voornaa sleutel industrieën zal worden voorge dat de aanstaande opheffing der con op den binnenlandschen prijs en oj hoeveelheden voor uitvoer, zoo spc' mogelijk gevolgd zou worden door stel van de vrije industrie. Blijkens een nader telegram bevond onder de buitenlandsche diplomaten de Duitsche gezant, in avóndcostuurn' EEN OORLOGS-M1LL1ARDA1R. De oorrespondent van het „Hbl.1 Weenen schrijft d.d. 10 dezer: In de café's van de Ringstrasse v< op het oogenblik de dood van een f' genlheidskoopman, of, zooals de Wee; 'het noemen, een „Schieber," het gesj' van den dag. In minder dan drie jaar hij het van armen drommel tot mil doir gebracht. Men schat hem op vi<< vijf milliard kronen, en al zijn de kro' op het oogenblik ook weinig waard, Oostenrijk is dit toch nog een respect vermogen. De wijze, waarop het vervl ven werd, is zeer interessant, want d kan daaruit zien, hoe men tegenwooi- in deze door den oorlog getcisk streken fortuin pleegt te maken. j Bij het einde van den oorlog Brueck nog een arm man. Maar hij een goed, overigens zeer voor de hand gend idee, n.l. dit, dat Oostenrijk wapens en munitie was, die liet niet m( kon gebruiken, en dat de nieuwe na,, nalc staten, iu hun wantrouwen tegeno, hun buren, deze zeker graag zouden k( pen. Hier waren de wapens goedkoop, krijgen, daar kon men er fantasieprij voor vragen. Zoo gedacht, zoo gedaai^ Brueck begon in het klein wapens te koopen; de zaak ging goed en w- steeds meer uitgebreid. Spoedig waren" eerste millioentjes verdiend, en loen te^, lijk met de snelle daling der Oostenn solie kroon de muntstandaard der om) gende landen de hoogte inging, steeg c de winst in het oneindige. De millioen' werden mil'liarden. Maar de zaak had één groot nade' ze bracht voortdurend groote opwindi mee en was soms zeer gevaarlijk. Specit indien men, zooals de heer Brueck, niet voor terugdeinsde, kronkelpaden te slaan, die zeer moeilijk begaanba waren. Langer dan twee jaar en een pa maanden hield het hart van den ht Brueek het niet uit en eergisteren maal een beroerte een eind aan zijn lev* Eeltige bladen wijden zelfs artikelen a zijn nagedachtenis, maar die zijn niet l paald vleiend. Volgens officieele gegevens bedro toet aantal werkloozen in Denemarken gi teren 70,911, d.w.z. een toeneming vi 5539 in een week en ongeveer het du bele van het vorige jaar op dien da tui Deze toeneming is voornamelijk toe schrijven aan de tijdelijke sluiting vj sigarenfabrieken en het ontslag van arbt ders, werkzaam in de schoenfabrieken weverijen. Van deze 70,911 werkloozen zijn 28.958 uit Kopenhagen (tegen 25,980ine vorige week) en 41,953 uit de provinc (tegen 39,654). De natuurlijke neiging van knapt- om in boomen en palen te klimmen dezer dagen officieel door de reditban in New-York erkend I Een achtjarige jongen was in een tk pijlers van een spoorwegbrug geklommc om een vogelnestje te bemachtigen, waaj bij hij in aanraking kwam met een ster geladen draad der eleclricitei-t, en zid dusdanig' verwondde dat zijn arm moe: worden afgezet. De rechtbank veroordeelde de spoor wegmaatschappij tot het betalen van 96 dollar schadevergoeding aan den kiuia; daar „er tegen elke samenstelling vai Naar het Fransch van RAOUL DE NAVERY, bewerkt door L. M. VAN P1NXTEREN, R. K. Pr. 39. De binnenkomst van de gravin ont rukte haar aan hare slaperigheid. Een beweging van angst deed haar wijken naar den hoek van de groote kamer; maar Etieunetle had zich slechts ten halve vergist door le rekenen op den invloed, dien de weelde op de ongeluk kige zou hebben; zij keek eerst met nieuwsgierigheid naar de stoffen, daar na naar de sieraden. Aangemoedigd door de uitnoodigende gebaren van me vrouw d'Epinoy, naderde zij langzaam, het hoofd vooruit, met bevende han den. Eindelijk, toen zij zag, dat de bedelares de stoffen met voldoening betastte, durfde ook zij de vingers er over heen doen gaan. „Ik zal mij optooien dezen avond," zgide de bedelares. „Er zal veel volk in' mijn salon zijn. O, ziedaar parelen, schoone parelen. Een geschenk van mijn echtgenootKom," voegde zij er bij, zich tot het wilde meisje wendend, „kom, querida vina, mijn schat, ik al leen voor uw tooi zorgen." De geest van de ongelukkige had een nieuwe gedachte aangegrepen; zij zocht niet meer naar hare dochter en meende ze teruggevonden le hebben. De gevangene leende zich gewillig voor die inbeel ding en mevrouw d'Epinoy, die op de Voorzienigheid rekende om een dubbel geheim op te lossen, bleef eenvoudig het tooneel, dat zich afspeelde, aa- zien. Haar hart dreef haar wel aan ej een. werkzame rol in te spelen, maar vreezend den uitslag dien zij verhoopte togen te houden, verzaakte zij aan rille persoonlijke vreugde in het belang ha- rer beschermelinge. Deze liet zich door de bedelares wassehen en het liaar in orde brengen. Toen zij echter de kleine knots, die zij nog niet had afgelegd, van hare zijde wilde wegnemen, ge voelde zij een zichtbare ontroering. Na een korten strijd besloot zij toch er van te scheiden. Bij het verlaten van haar armzalige kleeding van dierenhui den, toonde zij opnieuw haar weerzin. Zij verdedigde hare arme huiden als een kostbare schat, en gaf slechts met hloeite toe aan de uitnoodiging der bedelares. y v

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1921 | | pagina 5