Sr In en om Haarlem. Stadsnieuws. ÊERSTE BLAD. Dit nummer bestaat uit 3 blad en Muziek. i DAM I AATJES VÏMJDAG 25 MAART 1921 44ste JAARGANG No. 13801 ®E ABONNEMENTSPRIJS BEDRAAGT VOOR HAARLEMEN AGENTSCHAPPEN i PER KWARTAAL J J'Jjj Franco PER POST PER KWART. BIJ VOORUITBETALING f 3.57V, NASSAULAAN 49, HAARLEM. TELEFOON ,426, 2741 EN 1748. ADVERTENTIËN 35 CENTS PER REGEL. DIJ CONTRACT BELANGRIJKE KORTING- UIT DEN GEMEENTERAAD. Uit den Gemeenteraad. De Stads-Apotheek blijft. Wethouder Bomans weer in den Raad. Wat is eigen lijk vacantietoeslag voor gemeentepersoneel? Woning- noodpraatjes vulien geen gaatjes. °ont. LANGS DEN WEG. OVER SCHöNBERG. Te Amsterdam is Zaterdag en Zon dag j. I. door de Toonkunstafdeeling in karakteristieke massa-organisatie uitgevoerd Arnold Schönberg's groote werkGurrelieder. De tekst van den Deenschen dichter J. P. Jacobsen is een zwoele fantasie over een vage legen de, waarin verhaald wordt dat koning Waldemar' of zijn geest, na den dood van zijn schoone Tove eiken nacht woest jaagt over de plaatsen waar zijn droom eens werkelijkheid was. De sfeer van het noorsch-germaansche heidendom stijgt vies-walmend op uit deze verzen, waarin spokerij als fantas- me optreedt en zinnelijkheid als godde lijkheid leeft. Het pleit zéér tegen den componist Schönberg dat hij zich (vóór jaren) liet bedwelmen door deze brute, zeer leelijke romantiek en voor al dat hij in den loop van den tijd deze kunst niet den rug toekeerde. Het pleit heel sterkhoewel indirect te gen zijn Harmonielehre, bij welken arbeid hij geen enkel licht ontving dat hem, de troebele kleur zijner gurre-lieder deed herkennen. Het be wijst zéér duidelijk dat de geheele conceptie en compositie dezer Gurre lieder een zuiver-muzikaal, zelfs vak matig, experiment was, zooals blijk baar nog steeds héél zijn artistieke werk een specifiek-muzikale aangele- genheidis. Dit is de eerste en algemee ne indruk dien men krijgt van Schön berg's ontwikkeling. Wanneer Schönberg tusschen 1900 en 1911 zijn Gurre-lieder heeft gecom poneerd, heeft hij toen dus instinctief geleefd in het sentiment van Jacobsen's poezie en muzikaal, dat is naar den geest, in de techniek van Wagner. Voor zoover de muziek der Gurre-lieder uit deze toestanden is voortgekomen, is zij zuiver, d. w. z. vertolkt zij in ge- gestalte en kleur het wezen van het object. Dit beteekent in 't geheel niet dat daarmee eenige schoonheid is ge waarborgd. Maar in Schönberg leefde in die jaren natuurlijk reeds de origi- neele natuur die haar eigen wenschen later haar eigen eisehen zou stellen. Die natuur, die nog steeds haar ver wantschap met den duitschen muzi kant niet kan verloochenen, speel in de Gurre-lieder nog de slavenrol. Het zijn de groote Goden van de al-oude Germaansche kunst die hier door den leerling-toovenaar worden gediend. Zij vieren voor hem het groote feest., hij brengt hun zijn nederige eer in de machtelooze virtuositeit zijner in strumentatie, in de samenstelling zij ner notenrijen, die een ander melodie mag noemen, in zijn quasi-dissonan- ten, die verstandelijk allemaal conso- neeren, vooral in zijn burgerlijke be kentenis bij het zonnige C-dur-besluit, in al de anti-psychologische nuances van bestaande manieren en gebrui ken. Het is werk essentieel in 't geheel niet modern, en ik weet niet in hoever re het hooger zou staan dan een conser vatief oratorium als bijvoorbeeld die Jageszeiten van Friedr. Koch. Men zou het geheele geval niet be hoeven te onderzoeken, wanneer Schönberg het werk niet meer erkende, maar we hebben met 't feit te maken dat de componist er zoo juist een grosartige uitvoering zelf van heeft geleicf. Het is nog menschelijk dat hij is bezweken voor de bedwelmende uit voeringskracht van Toonkunst en Concertgebouw en voor de wetenschap dat men in die gecentraliseerde muziek wereld de schoonheid in hoogste in stantie voelt als het groote Duitsche sentiment, vermeerderd met het Wag- nersche fantastische sensualisme. Men is er immers zoo ongeveer een kwart eeuw mee opgevoed, en wel op zóó'n wijze dat het schijnt alsof men daar meent dat het schoone in het groote ligt. Uit het oogpunt van muzikale opvoeding is een uitvoering der Gurre- lieder dan ook veel verderfelijker dan een nauwkeurige voordracht der Tünf Orchesterstücke. De Gurrelieder vleien het burgerlijke muzikale gevoel, bedriegen den eenvoudige door den enormen omvang, de enorme bezet ting, enz. Maar de schoonheid is erdoor belee- digd 1 Dan deed de arme Fransche opera een paar jaar geleden eervoller werk, toen zij Debussy's Pelléas et Mélisande zoo goed mogelijk opvoerde. Hier zijn wij in de nabijheid van een belangrijxe kwestie. De appreciatie Van Schönberg's muziek is een princi- pieele zaak. Niemand zal meer twisten over de absoluut-muzikale kracht van den persoon, het vermogen zijner techniek. Schönberg deelt practisch en theore tisch zijn ontwikkeling mede. Het feit dat zijn Harmonielehre hierbij zoo'n gewichtige plaats inneemt, doet een bedenkelijk licht vallen op zijn intuïtie. Men zou het recht hebben de waar de van zijn artisticiteit uit zijn theorie vast te stellen, niaar men heeft nog nooit èèn leerboek voor den spiegel van een kunstenaar gehouden. Het is zéér waar dat Schönberg geleidelijk meer en meer doelbewust is gaan werken en zich van de voor» naamste uiterlijkheden die o. a. zijn Gurrelieder beheerschen heeft losge maakt hij kan nu het genoegen sma ken, dat zijn muziek in practijkeeniger- mate verschilt van de oude theorie, zooals die zich uiterlijk voordoet. Maar waar hij overal, in practijk en theorie zich meer en meer listig en spitsvondig vertoont ten opzichte van het bekende algenteene harmonie-systeem, hij heeft nog nergens bewezen dat hij een nieuw, een waarachtig eigen accent heeft, een accent dat minder vergezeld zou zijn van interessante bestrijdingen, die nu als helpers moeten optreden voor den zwakken dichter. Zijn moderniteit is op zijn best een negatie van het oude systeem, op zijn slechtst een wrevelige nuance van het zelfde systeem in ieder geval is de man nooit los van zijn zoogenaamde vijanden. Uit Schönberg's muziek moet men concludeeren, dat de natuur van den componist onmogelijk ontvankelijk kan zijn voor waarachtige muziek. Dit moet verbijsterend klinken voor Schönberg's vrienden, die meenen dat de meester met de dagen dichter tot de-natuur der muziek is gekomen. Hier schuilt het eeuwige misverstand en hier zijn wij eigenlijk aan de principieele zaak. Voor hen, die in de muziek het godde lijke dualisme van taal en actie erken nen, is het ten eerste inferieur om over moderniteit als iets essentieels te spre ken. Zij gelooven met gelukkigeu eerbied in de bovennatuurlijke (niet ineta- physische) bronnen der muziek en zij gelooven in haar mysterieuze doel matigheid, waaruit in de verte ook dienstbaarheid voortvloeit. Het is een algemeene, inderdaad universeele waarheid, die zich nooit ter wereld in eenige dogmatische for mules heeft vastgelegd en gezelf- moord. Het is de waarheid der eigen lijke artisten van alle tijden. Niemand zal beweren dat Schön berg moet componeeren als een mid deleeuwer of als Debussy, maar ik vraag tnij af waarin de positieve karak teristiek van Schönberg bestaat. In de afwijkingen in zijn muziek,, in de samengesteldheid van zijn metrum, dat nergens een rythmc openbaart, in zijn harmonieën, die, hoe dan ook, al tijd accoörden zullen blijven wat hij ook zeggen of schrijven mag In zijn a-tonale wilsuitingen, in zijn kleurbe- doelingen Dit alles is van negatieve beteekenis. Als hij rijkdom heeft waar om uit hij die dan niet primitief, in den waren zin Zijn gecompliceerde prak tijk is een slechte theorie, terwijl zijn theorie een onaannemelijke practijk is. Hij behoeft zich niets aan te trekken van de menschen die hem modern noemen, maar als hij weet dat er dui zenden zijn die niet aan negatieve en relatieve begrippen hechten, die ma ling hebben aan het vak, maar die wzarachtig van binnen-uit mi zi aal zijn., voelt hij dan nooit iets van de goddelijke zenuw die door alle men schen leeft, en waardoor de individu- eele muziek gevormd wordt Het gaat niet aan hier een uitwei ding te beginnen over melodie en rythme, over de heerlijke geheimen, die een techniek eigen wezen en waarde geven het zou noodzakelijk moeten leiden tot zéér velerlei bijzonderheden. Het was slechts het doel in grootere lijn aan te duiden dat de appreciatie van Schönberg een principiëel-artis- tieke kwestie is. H. F. A. De Zijlstraat- ItCp UUCCV U.fcD BBno»aMkv^ BUREAUX! Het was niet de schuld van den voor zitter, dat de Raad Woensdagmiddag weer drie en een half uur bijeen bleef: de agen da was kort en eenvoudig. Maar de Raad had het er blijkbaar op gezet, om er weer *ens een praatmiddag van te maken. Bo vendien heerschte er een onverklaarbare oppositiegeest. Het begon at met de on schuldige voordracht tot wijziging van het veglement der Bank van Leening, waar mr. Bruch in het krijt moest, die, bij af wezigheid van mr. Bomans de moeilijke 'unctie van voorzitter der Commissie van °verieg heeft waargenomen en wel zöó Verdienstelijk, dat er volgens een inter- riiptie van den Wethouder van Finan ciën geen uitmuntender plaatsvervanger denkbaar is. Wat echter niet wegnam, dat en W. het al dadelijk tegenover een ««eerderheid in den Raad moesten afleg- 6en, ondanks dezen uitgelezen pleitbezor ger. Het ging om het handhaven van een '«eslag van 200, voor een ambtenaar be last niet het schatten van de panden van de Bank van Leening, een toeslag, welken en W. wilden blijven toekennen, maar Wellko bepaling een meerderheid van den haad na een niet erg duidelijke discussie Verwierp. Ben ernstiger échec was de verwerping Van het voorstel tot opheffing van de S'ads-apoiheek. De aanval begon heel ma- ''S bij monde van den heer Koppen, die eigenlijk weinig kwaads van het voorstel wist te zeggen. De voor- en nadeelen der «Pheffing wogen volgens hem zoo wat te- Ren elkaar op en dus was hij geneigd te besluiten; onthoud u bij twijfel. Doch hij Was bereid nog eens te hooren, wat B. en nog meer ter verdediging van hun Voorstel hadden aan te voeren Uoch daar verscheen als een geharnaste "'rijder op 't onverwachts dr. Kuenen in bet strijdperk. Deze deskundige wilde van «['heffing niets weten. B. en W. mogen beweren dat de verdwijning der Stads apotheek fiuancicele voordeelen geeft; dr. Ruenën gelooft er niets. van. Maar dit in bet midden gelaten zullen eventueelc voor delen nog werden opgeheven door het Plan om in de toch reeds bekrompen gast- '«isruimte een nieuwe apotheek te sticli- 'en, waarvoor natuurlijk toezicht van een 'Potheker noodig is dat eisclit de wet waar een assistente aanwezig zal boeten zijn enz. En wat zal men nu met Jl'heffing der Stads-apotheek bereiken? ■ten zegt, het is zoo'n groot voordeel voor annen, wanneer zij een apotheker naar u« keuze kunnen nemen. Men behoeft niet meer uit een ver afgelegen buurt ""ar de stad te komen, maar heeft zijn "ddicijnen vlak bij zijn deur. Dat lijkt heel jdoi» zei dr. Kuenen; maar de werkeüjk- e'd is anders. Er worden nu door de 'ads-apotheek 6700 recepten afgeleverd, «arvan wordt twee derde deel afgehaald (i°°r menschcn, die, van hel zittingslokaal JVchtdoor naar de apotheek gaan. Voor "rit is opheffing dus geen voordeel. Blijven "0 recepten oi 6 per dag, die, in de tcKeling van B. en W. overal in de stad 'rij zouden kunnen worden betrokken. 'anneer bet nu daarom alleen te doen is, W«'. dan weet ik een heel eenvoudige op- «ising; verbind aan dé Stads-apotheek een '°°Pjongen, die de recepten thuis bezorgt "j" heel de zaak is voor elkaar. Men bc- «nrtte bovendien, dat de Stads-apotheek *eer gunstig gelegen is ten opzichte van e' Rozenprieel en de middenstad, waar 'c' overgroote deel der armlastigen ^'jdens de rede van dr. Kuenen. was een ®r«eiende belangstolling en een kwalijk on bedrukte vreugde in den rooden hoek 'lar te nemen en vooral de simpele op- «ssing van den loopjongen, die de rccep- 'huis kon brengen en die daar dus op- ns als de redder van de Stads-apotheek jPdook, beslechtte 't pleit in de soc.-dem.- b'e'ie dat men zich maar aanstonds zou b'«aken om dc voordracht vnn B. en W. doen kelderen. voorzitter hield daarop een warm voor dc vrije apolhekerskeuze en 0^be''jh was ingegeven «o 'le Reneeskundige armverzorging meer Pol te maken. Men wilde juist door op- jt6 'ng van de Gemeentelijke apolheekhct «u bcrk van armlastigheid wegnemen; en wam het verzet van dezen kantl (.„b,'61' onvriendelijk werd toen uil den eri hoek: „allemaal frasen" geroepen, "et,. e",0uder fleerkens Thijssen, blijkbaar «tel VCrb-'>asd over hel gerezen verzet, ging hpn 'trac'd tegen het beloog van dr. Kue- n van den lieer Koppen in. «late ''««ren maken het zich wel heel ge bet VC"jb ze' de Wethouder door •der "''«cieelc voordeel van dc opheffing tu,S('l ;'ds-apollieek maar te ncgeeren. In- «poil len> dat voordeel is er. Want die e>i |U is veel te grootscheepse!» opgezet «iet |"S' vecl te'veel geld in vergelijking Wor.|.la:ir prcslalies. H: ride, dat dit voorstel van B en W. voor- door het streven En dal voordeel saatv. "IC' weggenomen door het plan geheel nnafhankeliik om a het Groote Gasthuis een kleine apotheek te verbinden een plan dat al lang geleden in de commissie van regenten besproken is, bij welke gelegenheid toen levens een plaats is aangewezen, welke van de be staande gasthuisruimte geen centimeter af neemt. Op dat apotheekje kan dan door een apotheker uit de stad voor een matige vergoeding 't wettelijke vereischte toezicht worden uitgeoefend, terwijl voorts met één assistente kan worden volstaan. En nu zegge men niet dat de vrije apothekerskeu ze geen voordeel oplevert voor de betrok kenen. Een ieder gaat liever daar heen, waar hij wil. En de gemeente zal streng toezien, dat de armenrecepten even snel worden afgeleverd als de andere. De heer Gerritsz trachtte toen als re gent van het Groote Gasthuis den indruk te wekken dat hier builen het college van regenten om getracht werd een apotheek aan het Gasthuis te verbinden. Maar hij kreeg in wel beleefde doch zeer duidelijke termen van den Wethouder te verstaan, dat hy niet moest praten over dingen, waarvan hij niets wist Want in de verga dering, waarin het plan van de Gasthuis- apotheek uitvoerig besproken werd.was de heer Gerritsz niet tegenwoordig. Daarop kwam de aap uit de mouw, of anders en eerbiediger gezegd, de heer Rci- nalda uit de roode gelederen naar voren. De voorzitter der soc.-dem.-fractie kwam verklaren, dat zijn partij tegen de ophef fing der Stads-apotheek zou stemmen, om dat men dit stuk sociale instelling, niet wil de verliezen. Wel had men reeds do hoop opgegeven, om bij deze samenstelling van den Raad van deze instelling te maken, wat goede sociaal-democraten er van ver wachten; maar daarover kan later worden gepraat. Thans wilde men de apotheek al vast in haar tegenwoordigen vorm behou den. Daar lag de politiek in de apotheek en sprong dus mr. Bomans op. De Wethouder van financiën had zich niet geroepen ge voeld om ter wille van geldelijke overwe gingen bij dit punt 't woord te voeren. Maar nu de toeleg der soc.-democraten dui delijk werd, wilde hij den Raad toch waar schuwen. Het gaat er om, om straks van dc Stads-apotheek een instelling te maken, zooals de lieer Nagtzaam zich die al reeds vroeger gedroomd heeft. Verdedigt dr. Kuenen het voortbestaan der Stads-apo theek dus op zakelijke gronden, hij beden ke. dat hij daarmee in de kaart speelt der sociaal-democraten. De stemming is dus onzuiver. Maar de politieke analysé van mr. Bo mans mocht niet baten. Het voorstel van B. en W. werd met 15 stemmen voor en t6 tegen verworpen. Hadden B. en W. een gelegenheid gezocht, om de voordracht aan te houden en de beslissing uit tc stel len, wellicht waren zij een volgenden keer gelukkiger geweest. Het verloop van dit debat kon kwalijk een andere uitkomst opleveren. Wij leidden daar zoo juist den Wetli. van financiën weer sprekend in onze Raad zaal in zonder hem na zijn terugkomst verwelkomd te hebben. Laten wij erven zeggen dat de reis naar het zonnige zuiden merkbaren invloed heeft gehad op dit ge wichtig deel van het dagelyksch bestuur, De oude spirit schijnt bij mr. Bomans te zijn teruggekeerd en wij zouden willen zeggen: hij is nog strijdvaardiger dan Sn zijn besten tijd, hetgeen censdeel wel aan liet verkwikkende klimaat van het land, waar de citroenen groeien, anderdeels aan de Ilaliaansche troepenbewegingen en straatgevechten in de steden, waar ieder een met een dolk en een revolver loopt, geweten mag worden. Aan die vernieuwde strijdvaardigheid is hel te danken, dat B. en W. Woensdagmid dag niet nóg een échec leden. Van de afd. Haarlem van den Ned. Bond van Werklie den in Openbare diensten en bedrijven was een verzoekschrift ingekomen om ook bij ziekte vacantietoeslag aan gcmeenle- personecl uit te keeren, welk denkbeeld B. en W. afwezen, en dat de heeren Peper en Dijk verdedigden. Formeel stond Wethouder Bomans zeer sterk in zijn betoog, dat vacantietoeslag bij liet loon behoort en uitkeering bij ziekte onder een ziekengeldregeling valt. Vindt gij deze laatste onvoldoende, goed, zei de Wethouder, daar valt over te praten. Bin nen een paar weken krijgt gij bovendien van ons een voorslel tot wijziging der zie kengeldregeling. Maar vacantietoeslag geven aan iemand, die wegens ziekte een heel jaar niet gewerkt heeft is onzin. Dan kunt gij wel eisehen zoo iemand ook overuren uit te betalen. Door de heeren Dijk en Peper werd daartegen weinig steekhoudends aange voerd. Begrijpelijker daarentegen was het verzet van den lieer de Braai, die aldus redeneerde: wij geven vacantietoeslag aan den man en afzonderlijk voor de vrouw en de kinderen. Wanneer nu de man ziek is, mogen wij het extraatje niet aan de overi ge gezinsleden onthoud»". Natuurlijk had ook hier mr. Bomans formeel weer gelijk door er op te wijzen, dat de Gemeente een loonovcreenkomst heeft met den man; valt deze weg, dan vervallen daarmee ook de toeslagen, die er bij behooren. Maar het verschil wordt hier toch erg subtiel. Het heele debat toon de o.i. aan, hoe veel theoretisch gevaar en hoeveel gevaarlijke practische gevolgen er vast zitten aan schijnbaar mooie besluiten om ook aan overheidsbedrijven vacantie toeslag en dergelijke te verbinden. Toen een jaar of zeven geleden in Amsterdam voor het eerst een regeling van vacantie- toeslagen was ingevoerd, toen vroegen wij op het voorbalcon van een wagen der Ge meentetram eens aan een bestuurder, of hij niet erg in zijn schik was met de éxtra- uitkeering. En wij kregen ten antwoord, dat hij zijn vacantiegeld zou gauw moge lijk had „opgenomen" om de schoenen van zijn kinderen te laten maken en dat hij in zijn vrije dagen in het Vondelpark was gaan zitten. Theorie is mooi, maar prac- tijlc is dikwijls anders. Wij voelen altijd meer voor voldoende loon, waarvan men zelf eigen genoegens kan besparen. Bij de rondvraag baalde de heer Kop pen een schrikkelijk drama op van den woningnood, wat, door den voorzitter en Wethouder Slingenberg tot andere propor ties teruggebracht er minder dramatischer uitzag. Wij gaan daar echter niet verder op in, niet zoozeer, omdat deze spreker en na hem in stijgenden toonaard de heer Peper, B en W. van Haarlem zoo maar even verantwoordelijk stelden voor den heerschenden woningnood, maar vooral, omdat de heer Koppen zijn rede begon met de klakikelooze beschuldiging, dat de Haarlemsehe pers met den woningnood den spot dreef en later nog eens yerklaar- de, dat diezelfde pers'het door hem gesig naleerde geval opzettelijk verzweeg. Wanneer wij het twijfelachtig genoegen hadden lid van den Raad te zijn, dan zou den wij in veel gevallen opzettelijk of blijk baar valsche critiek doodzwijgen, een re medie, dat o.i. veel te wciaig wordt toe gepast. Nu de heer Koppen oiis er een on gevraagde gelegenheid voor geefl, maken wij er bij deze gebruik van en zwijgen over heel zijn betoog. Agenda 26 Maart Sociëteit ,,St. Havo".Ciewone 71 itfin gen. Familie-Bioscoop, KI. Houtweg. Voorstelling. Stadsschouwburg. Wdlsonsplein. Het Schouwtooneel. „De Onbekende Vrouw". 8 uur. Ambachtsschool. Tentoonstelling teeke- ningen der leerlingen. Xi uur. Straatcollecte door het Comité tot steun aan noodlijdende Nederlanders in den vreemde. Waaggebouw, Spaarne. Tentoonstelling van werken door Piet Wiegman. 10t uur. Kunsthandel F. H. Smit, Gr. Houtstraat 69. Tentoonstelling van schilderijen. 106 uur, KENNISGEVING. De Burgemeester van Haarlem urengt bij deze ter kennis van de ingezetenen dezer Gemeente, dat het op den 22sten Maart j.l. executoir verklaard kohier no. 33 op de Personeelebelasting dienst 1920, op heden aan den ontvanger der directe belastingen is ter hand gesteld. XV. Lentebode. Bij Brinkman op de Markt zijn al de stoeltjes buitengezet, het zonnescherm hangt uit, en dc palmen slaan voor de deur. Vroeg van het jaar, omdat we zoo'n vroege Paschen hebben; want Pasohen is de tijd, dat zoo iets steeds pleegt te ge schieden. Ik zou wel eens willen weten, hoeveel dagen precies het vroeger was dan verle den jaar. Want is dit bericht niet even be langrijk als de stereotype nieuwtjes over de eerste aardbeien van den konden grond, die aan de markt zijn gebracht, over de eerste jonge spinazie, die voor den dag gekomen is, over het eerste kievitsei, dat is gevonden, en de eerste ooievaar, die is gesignaleerd? En steeds gingen al deze verblijdende en interessante modedeelingen vergezeld vam de toezegging: „Dat is zooveel dagen vroeger dan verleden jaar". Maar niet imnner is dit een kwestie van tijd. Het is een kwestie van -het weer op de voornaamste plaats. En van het jaar is het, mét de vroege Paschen ook de vroege lente-zomer, zou je hgast zeggen, als je niet bevreesd was voor de grillen vail April, die nog komen moet. Maar de nieuwe stoeltjes, bij Brinkman op de Maékt, in de zon, zijn in elk geval de zekere voorbode van schoon lenteweer en jong voelt zich nu ook weer dc por tier, die al eonige vijftallen jaren „voor de deur slaat", en wiens nieuwe goudgalon op zijn jas schilfert in dc lentezon! VEREENIGING VOOR AMBACHTS- EN MIDDELB. TECHNISCH VAKONDER WIJS. Donderdagmiddag had de ledenvergade ring plaats van bovengenoemde vereeni- gteg- Nadat de heer Geyl de vergadering had geopend en eenige mededeelingen had ge daan, bracht de commissie voor ihet nazien der rdkciiing en verantwoording verslag uit. Met een woord van dank werden de bescheiden goedgekeurd. Als Ikl van het bestuur in de vacature van den heer J. C. Caderius van Veen werd gekozen de hoer W. Boglman. Tot leden van de commissie tot hét na zien der rekening en verantwoording over 1921 werden gekozen de heeren Reinierse, Pellcnburg en Bouwer. Tot plaatsvervangende leden dc heeren Fontein, Teiding van Berkhout en Stolp. Nadat de jaarverslagen waren uitge bracht en goedgekeurd, reikte de heer Hulswit met eenige hartelijke woorden de getuigschriften aan de leerlingen uit. Daarna sloot dc voorzitter de vergade ring en opende tovera de tentoonstelling. In verschillende lokalen der school prijkten dc vruchten van de leerlingen. Verschillende fraaie teekeningen en mooie stukjes werk waren tentoongesteld. STATUTEN. De „Staatscourant" bevat de statuten van de „Coöperatieve Turfinlkoop Veree- nighig, alhier. BIJENTEELT. Donderdagavond hield do heer Postma in een der zalen van het Nutsgebouw aan de Lange Voorstraat een lezing over Zwermen en Zwermverhoudjng. »tcM(aA«an«' s«i Dat wordt ino daar straks in de Zijl straat een heele deftigheid. Zo is wel nooit een aehteraffie ge weest, maar wanneer alle plannen ovet ce«igo jaren werkelijkheid zijn geworden, dan zal de Zijlstraat meteen een onzer allervoornaamste hoofdstraten zijn. Daar zal dan wonen onze burgemees ter en zal men vinden don grootsoho godachlen Frans Hals-schouwburg op deu hoek dor Nobelstraat; drie bankgebou wen: dat der Haarlemsehe Bankverceui- ging (ia het tegenwoordige postkantoor) dat der firma Brinkman en dat der Na- tionalo Bankvereeniging. Dit laatste kun-, neri wij nog altijd w<j/l geou woreldwoudor van bouwkunst noemen, waar het geeft toch cachet aan de Zijlstraat. En verder hot monuinentalo nieuwe postkantoor, ter wijl een zijsprongetje den wandelaar zal brongon bij het café-cabaret-concert zaal van l'isuisse aan de ltaaks. Dat ons aloude raadhuis met een zijner zijgevel nog deftigheid op de Zijlstraat afstraalt kunnen wo gevoegelijk overslaan, maai niet dat zo de aangewezon toegangsweg zal worden tot onzo „'Bail Platz", het terrein der voormalige Haarlemsehe Ka- toenmaatschappij. Als alle plannen, die voor dat terrein gebroeid worden in 3tcen moeten verwerkelijkt worden, dan zulten de gehouwen er hemelhoog opgestapeld liggon. Wat daar al komen moet! Het gouvernementsgebouwde gemeentelijks concertzaal is er gedacht (de heer Bo mans sprak in de raadszitting van een „zalendorp"!): Wij hoorden van 'n kerk, die daar ontworpen is, van scholen eu kloosters, woningen, enfin. Iedereen di< wat nieuws aan 't uitvinden is, denkt alh j t aan dat kostelijk stukje bouw grond in het hart der stad, mot het mollige groene gazon er voor. Alles zal or wel niet verrijzen, maar veel to h vrcl eu het zou ons niet verwonderen als dat terrein mettertijd een centrum van Haarlomsch verkeer wordt. Men ziet wat 'n toekomst vot^ do Zijlstraat! Nu nog wat betere verlichting en wat deftiger keien (asphalt mïs- scliien en de Zijlstraat is con eu al glorie. Maar kunnen wij dan de Zijlstraat nog wel Zijlstraat blijven noemen Wat zou men donken van oen anderen naam: b.v. Square Boulevard Piazza di, Avenue Allee Maarschalk? Ter eere van onzen burgemeester? Of wil men mot allo geweld een Ncdor- landsohcn naam, dan: Maarscholkweg of Maarschalklaan. Toen ik over dit mijn hoogst-eigen- zelvers-idee de opinie van m'n dierbare wederhelft vroeg, voelde zij er niets voor. Wij moeten de Zijlstraat, Zijlstraat blij ven noemen. Dat is ras-echt, goed-rond, was de Zijlstraat al bekend bij onze was de Zijlstraat al verbeterd bij on/A* Hoekscho en Kaboljauwsche voorvaderen: de Zijlstraat ook zag onze fameuse Ke nau Hasselaar en hare-kokende-pek-wcr- pende zusteron; de Zijlstraat ook spuw da als Zijlstraat tydons de Fransche revo lutie heelo drommen naar de Markt, die daar onder den Vrijheidsboom een rondjo dansten, dat hun echter leelijk berouwd hoeft. De Zijlstraat laten wij Zijlstraat heeten.. Dat was en ia een mooie naam en zal 't blijven ook. Vie verloochent zijn geschiedenis, als hij voornaam wordt? 'De heer PosUna hield zijn klein doelt zeer aandachtig auditorium gedurende go. ruimen tijd op aangename wijze bezig. Spreker besprak uitvoerig de vermoerde- ring van de bijen en verder in 't kort liet geheele bijenleven. Een dankbaar applaus viel »pr. na zijn interessante lozing ten deel. GARNIZOENSBERICHTEN. De sergeant D. Boon van het 21sle Re giment Infanterie is overgeplaatst bij hot 11de Bataljon van het 18de Regimcnl In fanterie te Amsterdam. INVOER VAN BLOEMBOLLEN IN DU1TSCHLAND. Het „Kweekepsblad" verneemt, flat de kans groot is, dat DuitscIUandi dit jaar weder open komt voor bloem bollen. Vanuit Holland zijn groote planten- zendingen, in Duitscliland ingevoerde De vergadering van het Verband Deutscher Garteaibaubetriebe, besloot bij do officiéele regesringslichamen aan te dringen alle invoer van plan ten en bloemen te verbieden, docli hiervan uit te sluiten de Hollaudi- sche bloembollen. PERSONALIA. Met ingang van 1 April is de heer G. te. C. Joppe, alhier, tijdelijk belast als waar nemend adjunct-inspecteur bij de belasliiw gen en werkzaam gesteld aan de inspectie te Heerenveen HINDERWET. Van C. Hoogland is een verzoekschrift ingekomen om vergunning tot oprichting van een zouterij van dierlijke stoffen aan de Botermarkt 2; van H. Giebels om vergunning tot oprichting van een in richting voor het vervaardigen van ijzer waren, waarbij clectrische beweegkracht zal worden aangewend met een vermogen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1921 | | pagina 1