h - I indrukken van den dag Stadsnieuws. De H. M. W. i P !l A s- 1 :i ZATERDAG 30 APRIL 1921 44ste JAARGANG No. 13826 PER KWARTAAL 3.25 PER WEEK0 25 FRANCO PER POST PER KWART. BIJ VOORUITBETALING f 3.57V, NASSAULAAN 49, HAARLEM. TELEFOON 1426, 2741 EN 1748. ADVERTENTIÊN 35 CENTS PER REGEL. BIJ CONTRACT BELANGRIJKE KORTING- In ©n om Haarlem De P. E. G. E. M. I. Aan de raadsleden is een belangrijk stuk toegezonden, dat straks waar schijnlijk een onderwerp van warme bespreking zal zijn in den Raad We zijn onzen lezers voorat eenige toelichting verschuldigd. P. E. G. E. M, is de traditioneele letterafkorting vanProvinciale en Gemeentelijke Electriciteits Maat schappij. In de raadsvergadering van 15 Mei 1919 werd besloten dat de gemeente Haarlem zou deelnemen in een op te richten naamlooze Vennootschap, tot opwekking van electrischen stroom waarin deel zouden nemen de Pro vincie, de gemeente Amsterdam en de gemeente Haarlem. De opzet der P. E. G. E. M. is stroom op te wekken door middel van van de drie aan de provincie Noordholland en de gemeente Am sterdam en Haarlem toebehoorende centrales, welke daartoe in eigendom zouden overgaan aan die vennoot schap. Inmiddels is die Naamlooze Ven nootschap opgericht en tot directcu ren werden benoemd de heeren F. A. Smit Kleine, directeur van het Pro vinciaal Electriciteitsbedrijf van Noordholland, Dr. W. Lulofs, direc teur van de Gemeente-electriciteits werken van Amsterdam en J. A. Reus, directeur van het electriciteits bedrijf te Haarlem. Tot commissa rissen dier Naaml. Vennootschap werden voor Haarlem benoemd de heeren Mr. J. N. J. E. Heerkens Thijssen en Mr. J. B. Bomans. Als gevolg van deze oprichting zal nu in den gemeenteraad worden ge bracht een voorstel tot inbreng van eigendommen behoorende tot het electriciteitsbedrijf dezer gemeente De meerderheid in het college van B. en W. stelt voor, tot dezen in breng te besluiten. Zij meent dat de gemeente Haarlem daarvan niet af kan, omdat de raad op 15 Mei 1919 het besluit nam om deel te nemen aan de. Naamlooze Vennootschap. Zij acht de gemeente „gebonden" en meent dat de Raad nu moet inbrengen. De minderheid in het college van B. en W., bestaande uit den heer Bomans, wiens inzicht door den bur gemeester wordt onderschreven, meent dat de gemeenteraad niet gebonden is en niet gehouden is eigendommen van het gemeentelijk electriciteits bedrijf in te brengen. De gemeente zou dus nu nog kunnen stoppen. En zij meent dat de gemeente Haarlem ook inderdaad niet moet toetreden omdat dit allerminst voordeelig voor haar zal zijn. De meerderheid van het college in B. en W. betoogt dat vóór de prichting der P. E. G. E. M. vast stond,_dat zoo tot die oprichting zou Hotel Restaurant MINERVA Menu Zondag 1 Mei worden overgegaan de centrale dezer gemeente geheel of althans p lijk in eigendom aan de P. E. G. E. M. zou moeten worden overgedragen. Toen dan ook de raad besloot tot deelneming werd daardoor stilzwij gend over bedoelden inbreng beslist, zoodat thans niet aan de osde behoeft te worden gesteld de vraag oj maar wat zal worden ingebracht. De minderheid in het 1 daartegenover van meening dat haar inziens de Raad slechts zichzelf kan binden. En al is het waar, zegt hi], dat uit de deelname in het maatschap pelijk kapitaal der P. E. G. E. M. ge volgen als vanzelf voortvloeien, de Raad niet alle gevolgen behoeft te aanvaarden. De Raad heeft de benoe ming van twee commissarissen voor de gemeente Haarlem aanvaard, moet hij nu ook den bekenden inbreng, d. overdracht van bepaalde eigendom men tegen bepaalde grondprijzen en afschrijvingspercentages aanvaarden vraagt zij. Ja, zegt de meerderheid, want uit de correspondentie blijkt overeenstem ming te bestaan over deze factoren Neen, zegt de minderheid, deze overeenstemming blijkt niet, zij is hoogstens aanwijsbaar als een stil zwijgend berusten in een onderdeel de afschrijvingspercentages doch laat ook deze en alle andere vragen ter beslissing van den Raad en bijaldien (quod non) meer bepaalde overeenstem ming ware verkregen tusschen Colle ges met de voorbereiding dezer inge wikkelde electriciteits-centralisatie belast, kon dan deze wilsovereenstem ming bij voorbaat den Raad binden Zoo ja, dan zouden dus nu reeds het College van Commissarissen (de negen mannen) der P. E. G. E. M. de eind beslissing hebben (en inderdaad doet dit College alsof,) en de meerderheid aanvaardt deze consequentie en heeft haar verdedigd. De minderheid echter ziet geen rechts grond in de overdracht van rechten des Raads door het college van B. en W. aan den Raad van Commissarissen (c. q. aandeelhoudersvergadering) der P. E. G. E. M. voor haar geldt nog steeds de oud-Romeinsche rechtsregel van Ulpianus hier zoo juist van pas „Nemo plus juris in alium transferre potest quam ipse habet." d. i. nie mand kan meer rechten aan een ander overdragen dan hijzelf bezit. Indien wij dus vrijelijk over deze hoogst gewichtige aangelegenheid kun nen beraadslagen en beslissen zoo gaat de heer Bomans verder komt de zaak in een volkomen zakelijke beschouwing te staan en de minderheid klampt zich aan deze behandeling vast en wenscht vrijelijk het pro en contra te beoordeelen zuiver en alleen uit den gezichtshoek van het Haarlemsche gemeentebelang voor nu en later. Wij kunnen in de concentratie op zich zelf reeds geen voordeel zien, al dus des heeren B. en wij zijn gesterkt in onze opvatting dat het min stens genomen nog een open vraag is of zelfs uit louter technisch oogpunt de allergroots 't Centrales te ver kiezen zijn boven die van de grootte van Haarlem of iets grooter, waartoe Haarlem is aangelegd. De He Kamer althans heeft deze vraag eerder ontkennend beantwoord. Zij heeft zelfs een Minister met zijn concentratie-wetsontwerp de woestijn in gestuurd. De litteratuur, hoezeer door leeken niet gemakkelijk te volgen, heeft ook juist in de laatste maanden aan onze opvatting steun verleend, waardoor wij vrijmoediger dan in Januari voor- loopig elke concentratie op electrici- teitsgebied in den zin der P. E. G. E. M combinatie durven ontraden, een ad vies dat wij om beheersredenen reeds toen en evenzeer nu overtuigd durven geven. Om zijn afwijzende houding te recht vaardigen stelt de heer Bomans de zaak ten slotte als volgt Haarlem bezit een alleszins be voorrechte centrale, die aan onze industrie een stroomprijs kan bereke nen waarmede die industrie concur- reerend kan optreden nevens gansch Noord-Holland, terwijl zelfs dan de centrale Haarlem geen onbelangrijke baten kan afwerpen, gelijk zij nu reeds afwerpt. Geven wij dit bezit uit handen, dan kan het meest gunstige hoezeer intent problematieke gevolg zijn, dat deze gunstige conjunctuur van in dustrie en stadsbelang niet verstoord wordt. Maar met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid zullen andere d. \v. z. schadelijke gevolgen indeden. M. a. w. wij kunnen er hoogstens hetzelfde, nooit beter, eer slechter van worden. Waarom wij dan een goed bezit moeten overhevelen is ons een raadsel. Overhevelen in handen van een Naamlooze Vennootschap zonder noe menswaard kapitaal 30.000.die hetalen moet met accept of schuld bekentenis, waarmede de gemeente haar leeningen gedeeltelijk moet af lossen voor zooverre immers dat over gehevelde deel der centrale object dier leeningen was! In handen van een civielrechtelijke vennootschap (met publiekrechtelijk karakter 1) die, bijaldien zij geld moet opnemen, zulks niet anders zal ver mogen te bewerkstelligen dan onder garantie der drie publiekrechtelijke lichamen, die zoodoende zichzelf be talen, zij het ook op wensch en wil der negenmannen-commissarissen. Een vennootschap met eigen pen sioenfonds^), eigen arbeidsvoorwaar den en wat dies meer zij, werkend op en nevens bedrijven met hetzelfde personeel onder geheel andere arbeids voorwaarden. Of wordt ook dit drie ledig geregeld, daardoor opnieuw de totale overbodigheid der„Concentra- tie" stavend Waarom en waartoe botsingen van belangen uitlokkend bij directeuren en wethouders zetelend in de P. E. G. E. M. in dubbele kwaliteit En ten slotte. Deze concentratie, al brak zij zichzelf niet af, zou afge broken worden door den geest des tijds die streeft, nu academisch, straks grondwettelijk, naar economische bedrijfsorganisaties met publiekrech telijke bevoegdheden door de wet ge schonken, een moderne figuur komend hetzij onder socialisatiehetzij onder solidariteitsgedachte, maar komend, en waarbij wij alsdan zullen te beslissen hebben, (of in den Haag öf in Haarlem) welke plaats de Overheidsbedrijven daarin zullen bezetten, maar op welk gebeuren wij zekerlijk niet moeten vooruitloopen door de gestie van een verouderde Naaml. Vennootschap, zij het ook bij gemis aan kapitaal zonder kapitalistisch karakter, of liever mèt dat karakter, maar zonder kapitalistische kracht In een volgend artikel hopen wij onzerzijds hieraan eenige beschouwin gen vast te knoopen, doch meende dit uitvoerig exposé onzer lezers eerst te moeten geven om hen in staat te stel len om met meer kennis van zaken te oordeelen. MISSIE-TENTOONSTELLING. „HET VERHAAL VAN EEN OOG GETUIGE." De bezoeken der schoolkinderen aan de H. M. W.-tentoonstelling zijn ook in alle opzichten geslaagd. Ze waren voor de jeugdige bezoekers en bezoeksters afwisselend niet al leen, maar ook leerzaam. Op enkele scholen werd door de onderwijzers en onderwijzeressen den leerlingen als taak opgegeven een opstel te maken over het bezoek aan de H. M. W. Aan eendieropstellen ontleenenwe het volgende, dat een idee geeft van den indruk, die de tentoonstelling op de jeugd maakte. Woensdag, werd begonnen met een Algemeene H. Communie van de kinderen. Door een pater mission- naris werd nog een korte toespraak gehouden voor de kinderen. Daarna naar huis en naar school. Het was voor ons een feestdag vandaag. Onze scholen zouden van 11 uur tot 12 uur naar de tentoonstelling gaan. Om 12 uur waren we present in de Smedestraat. En men kon er volop genieten, als men van zooiets houdt. Al die vreem de dingen Eerst kwamen we bij een pater, geheel in 't wit, met een rood mutsje op. Net de Sultan van Turkije. Dit was de stand van de Congo Missie Het was er alles prachtig. Een leuke man die pater, en zoo vriendelijk legde hij alles uit. We zagen speren, schilden en allerlei wapens waarvan wij wel dikwijls gelezen, maar nog nooit een gezien hadden. Een drink nap, geheel van een gedroogden pom- DAMIAATJES LANGS DEN WEG. Een concurrent op de vlakte poen gemaakt. Groote koperen of ijzeren armringen van wel een paar kilo zwaarte, een olifants-slagtand van ongeveer 2 M. lengte, muziek instrumenten zooals trommels, ram melaars enz. Als men dat zoo zag die instrumenten en rammelaars kreeg men den indruk of die onbeschaafde lieden in de Congo groote kinderen waren. Daar gaf kapelaan Ratté een teeken en moesten we opschuiven. Na den vriendelijken pater bedankt te hebben gingen we daarnaast een kijkje nemen. Hier waren we op Java aangeland en kregen we wat van den rijstbouw te zien. De rijst dient daar zooals de pater zei als hoofd- voedsel. 's Morgens eet men rijst met kip, 's middags kip met rijst en 's avonds weer rijst met kip. De rijst wordt afgemaaid met een rijstmesje, halm voor halm in een rijstwagen gedaan, gestampt met een rijstblok en gekookt in.... een hoed. Ja wer kelijk men zou het voor een mutsje aanzien dat strooien rijstmandje. Ze wordt niet op het vuur gekookt maar in warm water, anders zou het rijst mandje verbranden. Na een hartelijke dankbetuiging gingen we naar de stand van de witte paters van Porto Rico. Hier zagen we van alles, o.a. een graat van een zaagvisch, een net waar de inlanders visschen mee vangen, prachtige kunst bloemen met vlijtige hand van de schubjes van die visschen vervaar digd, een wandelstok van walvisch- graat en een van prachtig gesneden bamboe, bekers en waterkaraffen van prachtig gepolijst ijzerhout, ge sneden en gepolijst met gewone stee- nen, cocosnoten waarvan men grillige hoofden had vervaardigd, de zonder lingste instrumenten enz., te veel om op te noemen. De pater legde ons alles met het meeste geduld uit. Maar ook hier werd het tijd om weg te gaan en na bedankt te hebben gingen we een afdeeling verder, naar de Missie van Brazilië, Suriname en Guyana. Daar zagen we hutten van Indianenin de eene lag een pas gedoode buffel, in de ander de opbrengst van de visch- vangst, hutten van negers enz., alles in het miniatuur natuurlijk. Eenige negers waren bezig een boom te kap pen, anderen sleepten hem naar d' rivier, weer anderen holden en brand den hem uit en maakten er een hut van palmbladeren in en ten laatste zag men ze varen. Het was haast on mogelijk, zou men denken, om zich met zulke vaartuigjes op zee te wagen, maar die onbeschaafde halve wilder springen er handig mee om. Men zag er hoeden van allerlei maaksel, schoe nen of eigenlijk zoolbedeksels, waarvan het ons een onmogelijkheid toescheen er op te loopen. Een krokodil in ge vecht met een slang trok ook onze aandacht en verder een otter, een tijgerkat en het ongeschonden vel van een boa constrictor. Maar ook hier moest men, al was het jammer, ook weer vandaan en na ook dezen pater bedankt te hebben gingen we weer verder. Het was ons laatste tentje, want hadden we die gezien," dan moe»* - 1 1 li RLEMSCH De ABONNEMENTSPRIJS BEDRAAGT VOOR HAARLEM EN AGENTSCHAPPEN t BUREAUX! Dit nummer bestaat uit vier bladen j Waaronder het geïllustreerd Zondagsblad 'it 8 bladzijden. 181. ALLEMANS RECHT IS ONRECHT. De Amsterdamcche Raadsverkiezingen 'eloven een staartje te Lebben. Donder- lagochtend waren de namen der geko zenen bekend en reeds 's middags meldde tot Haagscho Correspondentiebureau als, 'at de Regeering een wetsontwerp voor bereidde om onwaardige personen buiton do vertegenwoordigende lichamen te hou den. „Had-je-me-maar" had dus wol tot ui „höchster Stelle" de aandacht gotrok- !;en. En we stonden wel eenigszins paf van het prompte reeds Vrijdagmorgen het auti-Zuurbierwetje kant en klaar in de ochtendbladen te lezen. Ziedaar nu eens een snelle regeerings- bomoeiing, die helaas on-Nederlandsch is, en die wij bij zoovele gelegenheden noode missen. Beteokent dit geval een kento- rLig? Het ware te wenschen, maar wij >'rpezen 't Is niet onze bedoeling dit noodwetje te bespreken, al zou er wel iets op te be tuttelen zijn. 't Is nm. de groote vraag, of met dit gelegenheidswetje het beoogde doel wel zal bereikt worden. In de me morie van toelichting bij het wetje schrijft Ie Minister, dat er wel in art. 8 der Kieswet aan gedacht is bepaalde perso nen van het kiesrecht uit te sluiten, maar niet om dezelfde personen ook niet verkiesbaar te verklaren. Een leemte, die nu toch wel een groot verzuim blijkt. De Minister wil nu om dezelfde reden, waarom iemand zijn kiesrecht verliest, hem ook niet verkiesbaar verklaren, n.m. krankzinnigheid, en ontzetting uit de voogdijv eroordeeling tot gevangenisstraf van meer dan oen jaar; veroordeeling wegens bedelarij, landlooperij of veroor deeling wegens openbare dronkenschap meer dan twee maal binnen een tijdsver loop van drie jaren. Wordt deze aanvulling van de Kieswet aangonomen, dan zou aan „Had-je-me- maar" dus op grond van deze laatste bepaling de toegang tot de Raadzaal der hoofdstad geweigerd kunnen worden. Kaar wij echter in Amsterdamsehe bladen lezen, ia de Gelder nooit wegens bedelarij Of landlooperij veroordeeld en ook niet moer dan twee maal binnen drie jaar ver oordeeld wegens openbare dronkenschap, Politie en rechters zouden dus voort moe ten maken om de nieuwe Edelachtbare onder de komende wet te doen vallen. Heel prettig doet zulke gelegenheids wetgeving niet aan !nog minder zulk soort justitie, dat een zwerver maar steeds 'aat bedelen en dronken langs de straat laat flaneoren, totdat een voroordeeling om andere r&iaa, dan om het misdrijf, gewonscht wordt Maar wij schreven het reeds wij kunnen ons voorstellen, dat een Overheid 'aar eigen bestuurscolleges tegen insluip- iels als waaraan de Amsterdamsehe Raad m waaraan straks Provinciale Staten en Tweede Kamer blootstaan, tracht te be veiligen. Is d an echter dit middel wel voldoende, s hot zelfs wel geheel eerlijk? Wij gaven et reeds in onze beschouwing over den uitslag der Amsterdamsehe raadverkiczing an: kan men goedschiks dit verbod om te kiezen wien men wil, rijmen met den stemdwang? Had-je-me-maar en zijn collega zijn als gemeenteraadscandidaten geboren uit do kringon van degenen, die niets met stern- Plicht te maken willen hebben. Ziehier -- zoo noodig 't bewijs in een ingezon den stuk aan 't Algemeen Handelsblad van do hand van den vader der gedachte, om de Gelder candidaat te stellen: Geachte Redactie. Als „Urheber" en verdediger van de idee „Had-je-me-maar" candidaat te stellen voor 't lidmaatschap van den gemeenteraad, zou ik 't zeer op prijs stellen als u deze paar regels in uw blad zoudt willen opnemen: Wanneer is ooit het gehalte van de kiezers zoo geanaliseerd als bij deze gelegenheid? Als wij en de communis ten er niet waren, zouden zij toch stel lig voor een groot deel op een ander hebben gestemd? Ilot is ons volstrekt niet te doen geweest een zeker soort menschen naar de stembus te drijven, noch om den raad te beleedigen en te grieven, noch om een lolletje zonler meer. liet gaat bij ons tegen den stemdwang, die wij hate lijk, grievend en beleedigend vinden. Ito overheid dwingt ons met geweld naar de stembus of naar de gevangenis to gaan, mogen wij ons daar niet met alle middelen tegen verzetten? Laat Uien den stemdwang uit de grondwet schrappen en men zal van ons geen hinder meer hebben op dit terrein. Maar zoolang men dit niet doet, blijft ons Parool: Men dwingt ons te kiezen? Goed! laar dan zal men er ook plezier van hebben.. Hoogachtend, G. RIJNDERS. 'oo" **etze!fdo blad komt een protest Vau het Kunsttenaarsgenootachap ,,De V on de club „Dada," waarin al h,.^ Protest wordt aangeteekend tegen j,, aangekondigde noodwetje; waarin e.: gewo»-- wordt dat do kiezers van „Had-je-me-maar" meer stemmen bijeen wisten te brengen dan de geheele Vrij zinnig-democratische partij in de hoofd stad en waarin deze teekenende zinsnede voorkomt „Wij zullen ons waarlijk niet met de (onder eiken naam S.DA.P.-sche) poli tiek van heden, de polittiek van geklets, phrases, afwezigheid, geknoei, flauwe grappen, presentiegeldgegap, baantjeage- jaag, enz. bemoeien, zoolang die zich niet met ons bemoeit." Er wordt dan ook gedreigd, dat men met protest-candidaten als „Had-je-me- maar" zal voortgaan, totdat de Kiesplicht uit de wet is genomen. En het lijkt ons niet moeilijk om candidaturen te beden ken, die buiten het noodwetje vallen en die tooh een beleediging zouden zijn voor een parlement of een gemeenteraad. Met dit anti-de Gelderwetje bereiken wij ons doel dus niet. Wil men onze democratische bestuurscolleges daadwerke lijk beschermen tegen ongewenschte ele menten, dan moet men de fout bij den wortel aanvatten en den kiesdwang uit de wet wegnemen. Toekenning van alge meen kiesrecht was al mooi genoeg; velen ernstige mannen hebben indertijd al ge vaar geducht van het allemnns-kies- recht. Maar dit recht tot een wettelijken plicht, tot een dwang te maken, dat was toch een al te groote waardeering van Jan Publiek. Die overschatting wreekt zich nu en wij moeten van den kiesplicht zoo spoedig mogelijk af. In de groote steden heeft men de ver volging van degenen, die van de stem' bus wegblijven al lang opgegeven. In Amsterdam werden bij d e laatste ver kiezing meer dan 67.000 stemmen niet of ongeldig uitgebracht, terwijl nog meer dan 14.000 kiezers hun stemrecht moed willig tot een bespotting maakten. Laten wij terugkeeren tot de oude, ge zonde gedachte, dat kiesrecht toekomt aan den volwassen burger, die naar zijn eigen politieke overtuiging op de beste wijze wil meewerken aan de samenstel ling van hot bestuur van stad en land. Wie daarvoor onverschillig is, men late hem thuis; want kiesdwang voert tot dronkemanstooneelen, als waarvan de hoofdstad nu getuige is.. PARKLAAN 94 TELEF. 433 1.70 diner van 6-8 Londonderry Soep, Getruffeerde, gevulde Kalfsborst, Bloemkool, Aardappel®"' IJs met Annanas. Abonnementskaarten 10 diners f15.- Tot zoover het résumé van het pro en contra in deze zaak zooals dat door de meerderheid in het college van B. en W. eenerzijds en de minderheid anderzijds ontwikkeld wordt. In aansluiting met de -besdh rijving van verschillende stands laten we er hier nog ifcwec volgen: Tot de interessantste stands behoort zeker wel d'ie der Paiers van de H.H. Harten. Het missiegebied dezer Pators bevindt zioh voornamelijk op de Sand wich-, Talhiti-, Hawi-, Markiezen-, Gam ba- en Cook-eilanden. Op 33-jairigen leeftijd vertrok de zoo zeer bakende Pater Damman Josef de Venster) naar het mo! a ai tech en-eiland Molaikaf. Zestien jaar verbleef bij daar en werd toen zelf door de gevreesde riek te aangetast. De vier vingers, die hij de priesterwijding gezalfd worden, zijn ech .ter niet aangetast, zoodiait Pater Damiaan .tot aan zijn dood de H. Mis heeft kunnen lezen. Een groote troost voor hom, doch niet minder voor de bevolking, daar hij de eenigste priester op liet eiland was. Ben portret van den heldlhaftieen pater, alsmede een foto van hem op zijn ster bed bevinden zioh in den stand. Al dadelijk valt bij het bezichtigen der vele voorworpen een paar vazen in het oog, vervaardigd van zijde en daarna be- lakt en beschilderd. Een fraai hand-taschje vam 'hennepzaadjes geeft blijk van den kunstzin dor inlanders. Bewondering trekken ook de kleine fleschjes met smal ten hals, welke van binnen fraai beschil derd rijn mot bloemen en vogels. Daar moeten wol heel fijne penseeltjes en.... een groote dosis geduld voor noodig zijn. In d<jzen stand zijn ook echte - parelen te zien. Hot Oude en Nieuwe Testament, geschreven in de Kanaksohe taal. een van de moeilijkste talen, vervullen met eerhied voor den ijver en de zorg van den Pater Missionaris, die er drie jaar aam best-eed heeft Verder treft men nog aam een bedie- mngsmamdje van vlechtwerk van den Pater missionaris, menschenhaar van personen, <üe geslachtofferd zijn aan de goden, oen eetschotol. De mensefhen stam pen taro, een soort knolraap, tot brei en eten die met de vingers. Zij slingeren de brei er handig om heen en Hikken zé dan schoon. Komt er onder het eten een mis sionaris op bezoek, don is hij verplicht, nioe 'e eten, daar hij skth anders de ge heele bevolking tot vijand zou maken. Hem wordt echter oen lepel en vork ge geven, maar hij eet tooh met allen uit één sdhotel mee. Bezienswaardig zijn ook de stukken la va, waarvan oen is uitgehold tot lampje, zooals het onder de inlanders gebruikt wordt In zoo'm lampje wordt de alteram een soort noot gebran-d. Ten slotte vermelden we nog den kop en dén staart vain dien «waaindvisdh. Deze visdh, welke in uiterlijk meer weg heeft van een vogel dan van een visdh. ia In staat, met rijn langen, puntigen, sdherpen snavel, waarin duizenden ivoren tandjes, zelfs een roeibootje te doorboren. Deze visdh is dan ook een van de gevaarlijk ste vijandlen voor dén missionaris, daar detze heel vecfl te water moet reiraen. Een fraaie stand is ook die der Socië teit der Wille Paters. Deze Paters verrichten htm missiewerk in Noord- en Gentraal-Afrika. Fraaie tapijten, geweefd door bekeerde kinderen, bij de zusters, en zeer fijn haak werk, fiügiraiiniwerk, vele kunstvoorwer pen ingelogd met ivoor, rijn tentoonge steld. De neger verstaat vooral de vlecht- kunst mooi, waarvan de palters verschil lende fraaie voorbedden toornen. Een groote olifant-slagtand wekt zeer voel belangstelling. Toen de pa-tors vóór 35 jaar naar déze -landen trokken, konden de bewoners noch lezen nocih schrijven. Bn thans walden in deze miissiiestreek boeken ge drukt in 40 verschillende tallen. De Paters toornen eveneens een uitge breide hilhliotheek. Ook boeken geschreven door Pater Ben Zuuire, die ook op de tentoonstelling is, en gedrukt in 't Moederhuis. Verschil lendé interessante boekjes dloen de Paters gaarne voor een klein prijsje van dehamd Een vijftal mooie boekjes rijn ter perse eveneen-s vam de harad vam Pater Zuure. Een fraaie stamd met een eigenaardige bibliotheek. gt^GMBgGïrOIritnHI»ani»nioInWPn^güOpiiIinivlnr>ISi'ïCgGHg^JC De geheimzinnige vlag. Vandaag is Juliaantje jarig en de mensehen vlaggen ter -harer eere mot de vaderlandsche driekleur en dragen Oranje. Maar bij Brinkmann zag ik vanmor gen om elf uur een fraaie, kleurige vlag hangen, met een geel-wit baan in de breedte en daarnaast, in de lengte rood- wit-blauw. Op de lange witte baan glin sterende letters R. K. F. met een mooi rood-wit-blauwo franje is do banier af gezet. Deze even kleurige als geheimzinnige vlag mét de raadselachtige initialen trok aanstonds aller aandacht op de Haarlem sche Brink. Wat zou dat zijn, dachten de men schen Ook onze lezers weten het nog niet allemaal, wed ik. Welnu, dan, deze fraaie vlag is de hamier der Federatie van R. K. Voet balbonden, die hier, op het H. B.. C\- terrein uan den Heeronweg, morgen hare Missie-wedstrijden houdt. De vlag is in Haarlem vervaardigd en het is in de Bloemenstad, dat de Federatievlag nu het eerst uithangt En dit geschiedt bij Brinkmann, om dat daar vandaag en morgen het ver zamelpunt der Roomsche voetballers is, die uit alle oorden van ons land samen stroomen, om de letters R. K. F. ook in andere beteokenis te verwezenlijken, en morgen op hot II. B. void Roomsche Kracht Furreors JBTOifTKtoi3miv-iigPmlPiT!3GjiüP<iij> We lieten eenigen tijd geleden in deze rubriek onze fantaisie werken over de toekomst van Haarlem. Ons geestesoog voorzag een Haarlom- bad, een Haariem-ikurprt en een Haarlem- zeehaven. Die zeehaven zouden wij dan krijgen bui-ten de sluizen van Spaarndam, aam het Noords eek anaal, om en nabij de zijkanalen B. en C. We stelden echter voorop dat dan Spanmdam bij Haarlem moest worden ingelijfd zooals de geruch ten verluidden. Maar zie, er komen kapers op de kust. Sohrok-kig Amsterdam schijnt zich ook in deze annexatie-geschiedenis te gaan moeien en eisciht een deed van de buit n.l. den Noord-Spaamdanunerpolder, terwijl Haarlem den ZuM-Spaamdamimerpolder zou krijgen. Amsterdam zon daarentegen bereid zijn een stuk van liet onlangs geannexeerde ge bied af te staan, opdat er weer een nieuwe gemeente Sloten gevormd zou kunnen •word-en. Deze nieuwe gemeente Sloten zou dan tevens een deel van de gemeente Haar- lemmerliede en Spaarnwoude bekomen, dat dan weer een gedeelte van het gebied van Spaarndam zou krijgen. Eerste vraag verondersteld dat boven staand bericht juist is: Denk* Amsterdam in N-oord-Hol land te gebieden als heer eri j moester? te decreteeren als in den tijd dc r Zeven Provinciën? i Tweede vraag: vreest Amsterdam reeds de concurrentie van Haarlem-zeehaven nog voordat er plannen voor een haven t« Spaarndam zijn? Conclusie: Als Amsterdam zooveel priji stelt op -dat gebied te Spaarndam, natuur lijk mot het oog op rijn havens, dan is he* Idee om van Haarlem, bij eventueelc an nexaltie van Spaarndam, een zeehaven te maken, blijkbaar nog zoo fantastisch niet. !i I ;i,'i I', V li. I I- I V i r. i'. 1 'i 1 1 I 1 I

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1921 | | pagina 1