h
-
I
indrukken van den dag
Stadsnieuws.
De H. M. W.
i P
!l
A
s-
1 :i
ZATERDAG 30 APRIL 1921
44ste JAARGANG No. 13826
PER KWARTAAL 3.25
PER WEEK0 25
FRANCO PER POST PER KWART. BIJ VOORUITBETALING f 3.57V,
NASSAULAAN 49, HAARLEM. TELEFOON 1426, 2741 EN 1748.
ADVERTENTIÊN 35 CENTS PER REGEL.
BIJ CONTRACT BELANGRIJKE KORTING-
In ©n om Haarlem
De P. E. G. E. M.
I.
Aan de raadsleden is een belangrijk
stuk toegezonden, dat straks waar
schijnlijk een onderwerp van warme
bespreking zal zijn in den Raad
We zijn onzen lezers voorat eenige
toelichting verschuldigd.
P. E. G. E. M, is de traditioneele
letterafkorting vanProvinciale en
Gemeentelijke Electriciteits Maat
schappij.
In de raadsvergadering van 15 Mei
1919 werd besloten dat de gemeente
Haarlem zou deelnemen in een op te
richten naamlooze Vennootschap, tot
opwekking van electrischen stroom
waarin deel zouden nemen de Pro
vincie, de gemeente Amsterdam
en de gemeente Haarlem.
De opzet der P. E. G. E. M. is
stroom op te wekken door middel van
van de drie aan de provincie
Noordholland en de gemeente Am
sterdam en Haarlem toebehoorende
centrales, welke daartoe in eigendom
zouden overgaan aan die vennoot
schap.
Inmiddels is die Naamlooze Ven
nootschap opgericht en tot directcu
ren werden benoemd de heeren F. A.
Smit Kleine, directeur van het Pro
vinciaal Electriciteitsbedrijf van
Noordholland, Dr. W. Lulofs, direc
teur van de Gemeente-electriciteits
werken van Amsterdam en J. A.
Reus, directeur van het electriciteits
bedrijf te Haarlem. Tot commissa
rissen dier Naaml. Vennootschap
werden voor Haarlem benoemd de
heeren Mr. J. N. J. E. Heerkens
Thijssen en Mr. J. B. Bomans.
Als gevolg van deze oprichting zal
nu in den gemeenteraad worden ge
bracht een voorstel tot inbreng van
eigendommen behoorende tot het
electriciteitsbedrijf dezer gemeente
De meerderheid in het college van
B. en W. stelt voor, tot dezen in
breng te besluiten. Zij meent dat de
gemeente Haarlem daarvan niet af
kan, omdat de raad op 15 Mei 1919
het besluit nam om deel te nemen
aan de. Naamlooze Vennootschap.
Zij acht de gemeente „gebonden" en
meent dat de Raad nu moet inbrengen.
De minderheid in het college van
B. en W., bestaande uit den heer
Bomans, wiens inzicht door den bur
gemeester wordt onderschreven, meent
dat de gemeenteraad niet gebonden is
en niet gehouden is eigendommen
van het gemeentelijk electriciteits
bedrijf in te brengen. De gemeente
zou dus nu nog kunnen stoppen. En
zij meent dat de gemeente Haarlem
ook inderdaad niet moet toetreden
omdat dit allerminst voordeelig voor
haar zal zijn.
De meerderheid van het college
in B. en W. betoogt dat vóór de
prichting der P. E. G. E. M. vast
stond,_dat zoo tot die oprichting zou
Hotel Restaurant
MINERVA
Menu Zondag 1 Mei
worden overgegaan de centrale dezer
gemeente geheel of althans p
lijk in eigendom aan de P. E. G. E. M.
zou moeten worden overgedragen.
Toen dan ook de raad besloot tot
deelneming werd daardoor stilzwij
gend over bedoelden inbreng beslist,
zoodat thans niet aan de osde behoeft
te worden gesteld de vraag oj maar
wat zal worden ingebracht.
De minderheid in het 1
daartegenover van meening dat haar
inziens de Raad slechts zichzelf kan
binden. En al is het waar, zegt hi],
dat uit de deelname in het maatschap
pelijk kapitaal der P. E. G. E. M. ge
volgen als vanzelf voortvloeien, de
Raad niet alle gevolgen behoeft te
aanvaarden. De Raad heeft de benoe
ming van twee commissarissen voor
de gemeente Haarlem aanvaard, moet
hij nu ook den bekenden inbreng, d.
overdracht van bepaalde eigendom
men tegen bepaalde grondprijzen en
afschrijvingspercentages aanvaarden
vraagt zij.
Ja, zegt de meerderheid, want uit
de correspondentie blijkt overeenstem
ming te bestaan over deze factoren
Neen, zegt de minderheid, deze
overeenstemming blijkt niet, zij is
hoogstens aanwijsbaar als een stil
zwijgend berusten in een onderdeel
de afschrijvingspercentages doch laat
ook deze en alle andere vragen ter
beslissing van den Raad en bijaldien
(quod non) meer bepaalde overeenstem
ming ware verkregen tusschen Colle
ges met de voorbereiding dezer inge
wikkelde electriciteits-centralisatie
belast, kon dan deze wilsovereenstem
ming bij voorbaat den Raad binden
Zoo ja, dan zouden dus nu reeds het
College van Commissarissen (de negen
mannen) der P. E. G. E. M. de eind
beslissing hebben (en inderdaad doet
dit College alsof,) en de meerderheid
aanvaardt deze consequentie en
heeft haar verdedigd.
De minderheid echter ziet geen rechts
grond in de overdracht van rechten
des Raads door het college van B. en
W. aan den Raad van Commissarissen
(c. q. aandeelhoudersvergadering) der
P. E. G. E. M. voor haar geldt nog
steeds de oud-Romeinsche rechtsregel
van Ulpianus hier zoo juist van pas
„Nemo plus juris in alium transferre
potest quam ipse habet." d. i. nie
mand kan meer rechten aan een ander
overdragen dan hijzelf bezit.
Indien wij dus vrijelijk over deze
hoogst gewichtige aangelegenheid kun
nen beraadslagen en beslissen zoo gaat
de heer Bomans verder komt de zaak
in een volkomen zakelijke beschouwing
te staan en de minderheid klampt
zich aan deze behandeling vast en
wenscht vrijelijk het pro en contra
te beoordeelen zuiver en alleen uit den
gezichtshoek van het Haarlemsche
gemeentebelang voor nu en later.
Wij kunnen in de concentratie op
zich zelf reeds geen voordeel zien, al
dus des heeren B. en wij zijn gesterkt
in onze opvatting dat het min
stens genomen nog een open vraag is
of zelfs uit louter technisch oogpunt
de allergroots 't Centrales te ver
kiezen zijn boven die van de grootte
van Haarlem of iets grooter, waartoe
Haarlem is aangelegd.
De He Kamer althans heeft deze
vraag eerder ontkennend beantwoord.
Zij heeft zelfs een Minister met zijn
concentratie-wetsontwerp de woestijn
in gestuurd.
De litteratuur, hoezeer door leeken
niet gemakkelijk te volgen, heeft ook
juist in de laatste maanden aan onze
opvatting steun verleend, waardoor
wij vrijmoediger dan in Januari voor-
loopig elke concentratie op electrici-
teitsgebied in den zin der P. E. G. E. M
combinatie durven ontraden, een ad
vies dat wij om beheersredenen reeds
toen en evenzeer nu overtuigd durven
geven.
Om zijn afwijzende houding te recht
vaardigen stelt de heer Bomans de
zaak ten slotte als volgt
Haarlem bezit een alleszins be
voorrechte centrale, die aan onze
industrie een stroomprijs kan bereke
nen waarmede die industrie concur-
reerend kan optreden nevens gansch
Noord-Holland, terwijl zelfs dan de
centrale Haarlem geen onbelangrijke
baten kan afwerpen, gelijk zij nu reeds
afwerpt.
Geven wij dit bezit uit handen,
dan kan het meest gunstige hoezeer
intent problematieke gevolg zijn, dat
deze gunstige conjunctuur van in
dustrie en stadsbelang niet verstoord
wordt. Maar met een aan zekerheid
grenzende waarschijnlijkheid zullen
andere d. \v. z. schadelijke gevolgen
indeden.
M. a. w. wij kunnen er hoogstens
hetzelfde, nooit beter, eer slechter van
worden.
Waarom wij dan een goed bezit
moeten overhevelen is ons een raadsel.
Overhevelen in handen van een
Naamlooze Vennootschap zonder noe
menswaard kapitaal 30.000.die
hetalen moet met accept of schuld
bekentenis, waarmede de gemeente
haar leeningen gedeeltelijk moet af
lossen voor zooverre immers dat over
gehevelde deel der centrale object
dier leeningen was!
In handen van een civielrechtelijke
vennootschap (met publiekrechtelijk
karakter 1) die, bijaldien zij geld moet
opnemen, zulks niet anders zal ver
mogen te bewerkstelligen dan onder
garantie der drie publiekrechtelijke
lichamen, die zoodoende zichzelf be
talen, zij het ook op wensch en wil
der negenmannen-commissarissen.
Een vennootschap met eigen pen
sioenfonds^), eigen arbeidsvoorwaar
den en wat dies meer zij, werkend op
en nevens bedrijven met hetzelfde
personeel onder geheel andere arbeids
voorwaarden. Of wordt ook dit drie
ledig geregeld, daardoor opnieuw de
totale overbodigheid der„Concentra-
tie" stavend
Waarom en waartoe botsingen van
belangen uitlokkend bij directeuren
en wethouders zetelend in de P. E.
G. E. M. in dubbele kwaliteit
En ten slotte. Deze concentratie,
al brak zij zichzelf niet af, zou afge
broken worden door den geest des
tijds die streeft, nu academisch, straks
grondwettelijk, naar economische
bedrijfsorganisaties met publiekrech
telijke bevoegdheden door de wet ge
schonken, een moderne figuur komend
hetzij onder socialisatiehetzij onder
solidariteitsgedachte, maar komend,
en waarbij wij alsdan zullen te beslissen
hebben, (of in den Haag öf in Haarlem)
welke plaats de Overheidsbedrijven
daarin zullen bezetten, maar op welk
gebeuren wij zekerlijk niet moeten
vooruitloopen door de gestie van een
verouderde Naaml. Vennootschap, zij
het ook bij gemis aan kapitaal
zonder kapitalistisch karakter, of
liever mèt dat karakter, maar zonder
kapitalistische kracht
In een volgend artikel hopen wij
onzerzijds hieraan eenige beschouwin
gen vast te knoopen, doch meende dit
uitvoerig exposé onzer lezers eerst te
moeten geven om hen in staat te stel
len om met meer kennis van zaken te
oordeelen.
MISSIE-TENTOONSTELLING.
„HET VERHAAL VAN EEN OOG
GETUIGE."
De bezoeken der schoolkinderen
aan de H. M. W.-tentoonstelling zijn
ook in alle opzichten geslaagd. Ze
waren voor de jeugdige bezoekers
en bezoeksters afwisselend niet al
leen, maar ook leerzaam. Op enkele
scholen werd door de onderwijzers
en onderwijzeressen den leerlingen als
taak opgegeven een opstel te maken
over het bezoek aan de H. M. W.
Aan eendieropstellen ontleenenwe het
volgende, dat een idee geeft van den
indruk, die de tentoonstelling op de
jeugd maakte.
Woensdag, werd begonnen met
een Algemeene H. Communie van de
kinderen. Door een pater mission-
naris werd nog een korte toespraak
gehouden voor de kinderen. Daarna
naar huis en naar school. Het was
voor ons een feestdag vandaag. Onze
scholen zouden van 11 uur tot 12
uur naar de tentoonstelling gaan.
Om 12 uur waren we present in de
Smedestraat.
En men kon er volop genieten, als
men van zooiets houdt. Al die vreem
de dingen
Eerst kwamen we bij een pater,
geheel in 't wit, met een rood mutsje
op. Net de Sultan van Turkije. Dit
was de stand van de Congo Missie
Het was er alles prachtig. Een leuke
man die pater, en zoo vriendelijk
legde hij alles uit. We zagen speren,
schilden en allerlei wapens waarvan
wij wel dikwijls gelezen, maar nog
nooit een gezien hadden. Een drink
nap, geheel van een gedroogden pom-
DAMIAATJES
LANGS DEN WEG.
Een concurrent op de vlakte
poen gemaakt. Groote koperen of
ijzeren armringen van wel een paar
kilo zwaarte, een olifants-slagtand
van ongeveer 2 M. lengte, muziek
instrumenten zooals trommels, ram
melaars enz. Als men dat zoo zag
die instrumenten en rammelaars kreeg
men den indruk of die onbeschaafde
lieden in de Congo groote kinderen
waren. Daar gaf kapelaan Ratté
een teeken en moesten we opschuiven.
Na den vriendelijken pater bedankt
te hebben gingen we daarnaast een
kijkje nemen. Hier waren we op Java
aangeland en kregen we wat van den
rijstbouw te zien. De rijst dient daar
zooals de pater zei als hoofd-
voedsel. 's Morgens eet men rijst met
kip, 's middags kip met rijst en 's
avonds weer rijst met kip. De rijst
wordt afgemaaid met een rijstmesje,
halm voor halm in een rijstwagen
gedaan, gestampt met een rijstblok
en gekookt in.... een hoed. Ja wer
kelijk men zou het voor een mutsje
aanzien dat strooien rijstmandje. Ze
wordt niet op het vuur gekookt maar
in warm water, anders zou het rijst
mandje verbranden.
Na een hartelijke dankbetuiging
gingen we naar de stand van de witte
paters van Porto Rico. Hier zagen
we van alles, o.a. een graat van een
zaagvisch, een net waar de inlanders
visschen mee vangen, prachtige kunst
bloemen met vlijtige hand van de
schubjes van die visschen vervaar
digd, een wandelstok van walvisch-
graat en een van prachtig gesneden
bamboe, bekers en waterkaraffen
van prachtig gepolijst ijzerhout, ge
sneden en gepolijst met gewone stee-
nen, cocosnoten waarvan men grillige
hoofden had vervaardigd, de zonder
lingste instrumenten enz., te veel om
op te noemen. De pater legde ons alles
met het meeste geduld uit. Maar ook
hier werd het tijd om weg te gaan en
na bedankt te hebben gingen we een
afdeeling verder, naar de Missie van
Brazilië, Suriname en Guyana. Daar
zagen we hutten van Indianenin
de eene lag een pas gedoode buffel,
in de ander de opbrengst van de visch-
vangst, hutten van negers enz., alles
in het miniatuur natuurlijk. Eenige
negers waren bezig een boom te kap
pen, anderen sleepten hem naar d'
rivier, weer anderen holden en brand
den hem uit en maakten er een hut
van palmbladeren in en ten laatste
zag men ze varen. Het was haast on
mogelijk, zou men denken, om zich
met zulke vaartuigjes op zee te wagen,
maar die onbeschaafde halve wilder
springen er handig mee om. Men zag
er hoeden van allerlei maaksel, schoe
nen of eigenlijk zoolbedeksels, waarvan
het ons een onmogelijkheid toescheen
er op te loopen. Een krokodil in ge
vecht met een slang trok ook onze
aandacht en verder een otter, een
tijgerkat en het ongeschonden vel
van een boa constrictor. Maar ook hier
moest men, al was het jammer, ook
weer vandaan en na ook dezen pater
bedankt te hebben gingen we weer
verder. Het was ons laatste tentje,
want hadden we die gezien," dan moe»*
- 1
1
li
RLEMSCH
De ABONNEMENTSPRIJS BEDRAAGT VOOR HAARLEM EN AGENTSCHAPPEN t
BUREAUX!
Dit nummer bestaat uit vier bladen j
Waaronder het geïllustreerd Zondagsblad
'it 8 bladzijden.
181.
ALLEMANS RECHT IS ONRECHT.
De Amsterdamcche Raadsverkiezingen
'eloven een staartje te Lebben. Donder-
lagochtend waren de namen der geko
zenen bekend en reeds 's middags meldde
tot Haagscho Correspondentiebureau als,
'at de Regeering een wetsontwerp voor
bereidde om onwaardige personen buiton
do vertegenwoordigende lichamen te hou
den. „Had-je-me-maar" had dus wol tot
ui „höchster Stelle" de aandacht gotrok-
!;en. En we stonden wel eenigszins paf
van het prompte reeds Vrijdagmorgen het
auti-Zuurbierwetje kant en klaar in de
ochtendbladen te lezen.
Ziedaar nu eens een snelle regeerings-
bomoeiing, die helaas on-Nederlandsch is,
en die wij bij zoovele gelegenheden noode
missen. Beteokent dit geval een kento-
rLig? Het ware te wenschen, maar wij
>'rpezen
't Is niet onze bedoeling dit noodwetje
te bespreken, al zou er wel iets op te be
tuttelen zijn. 't Is nm. de groote vraag,
of met dit gelegenheidswetje het beoogde
doel wel zal bereikt worden. In de me
morie van toelichting bij het wetje schrijft
Ie Minister, dat er wel in art. 8 der
Kieswet aan gedacht is bepaalde perso
nen van het kiesrecht uit te sluiten,
maar niet om dezelfde personen ook niet
verkiesbaar te verklaren.
Een leemte, die nu toch wel een groot
verzuim blijkt.
De Minister wil nu om dezelfde reden,
waarom iemand zijn kiesrecht verliest,
hem ook niet verkiesbaar verklaren, n.m.
krankzinnigheid, en ontzetting uit de
voogdijv eroordeeling tot gevangenisstraf
van meer dan oen jaar; veroordeeling
wegens bedelarij, landlooperij of veroor
deeling wegens openbare dronkenschap
meer dan twee maal binnen een tijdsver
loop van drie jaren.
Wordt deze aanvulling van de Kieswet
aangonomen, dan zou aan „Had-je-me-
maar" dus op grond van deze laatste
bepaling de toegang tot de Raadzaal der
hoofdstad geweigerd kunnen worden.
Kaar wij echter in Amsterdamsehe bladen
lezen, ia de Gelder nooit wegens bedelarij
Of landlooperij veroordeeld en ook niet
moer dan twee maal binnen drie jaar ver
oordeeld wegens openbare dronkenschap,
Politie en rechters zouden dus voort moe
ten maken om de nieuwe Edelachtbare
onder de komende wet te doen vallen.
Heel prettig doet zulke gelegenheids
wetgeving niet aan !nog minder zulk
soort justitie, dat een zwerver maar steeds
'aat bedelen en dronken langs de straat
laat flaneoren, totdat een voroordeeling
om andere r&iaa, dan om het misdrijf,
gewonscht wordt
Maar wij schreven het reeds wij
kunnen ons voorstellen, dat een Overheid
'aar eigen bestuurscolleges tegen insluip-
iels als waaraan de Amsterdamsehe Raad
m waaraan straks Provinciale Staten en
Tweede Kamer blootstaan, tracht te be
veiligen.
Is d an echter dit middel wel voldoende,
s hot zelfs wel geheel eerlijk? Wij gaven
et reeds in onze beschouwing over den
uitslag der Amsterdamsehe raadverkiczing
an: kan men goedschiks dit verbod om
te kiezen wien men wil, rijmen met den
stemdwang?
Had-je-me-maar en zijn collega zijn als
gemeenteraadscandidaten geboren uit do
kringon van degenen, die niets met stern-
Plicht te maken willen hebben. Ziehier
-- zoo noodig 't bewijs in een ingezon
den stuk aan 't Algemeen Handelsblad
van do hand van den vader der gedachte,
om de Gelder candidaat te stellen:
Geachte Redactie.
Als „Urheber" en verdediger van de
idee „Had-je-me-maar" candidaat te
stellen voor 't lidmaatschap van den
gemeenteraad, zou ik 't zeer op prijs
stellen als u deze paar regels in uw
blad zoudt willen opnemen:
Wanneer is ooit het gehalte van de
kiezers zoo geanaliseerd als bij deze
gelegenheid? Als wij en de communis
ten er niet waren, zouden zij toch stel
lig voor een groot deel op een ander
hebben gestemd?
Ilot is ons volstrekt niet te doen
geweest een zeker soort menschen naar
de stembus te drijven, noch om den raad
te beleedigen en te grieven, noch om
een lolletje zonler meer. liet gaat bij
ons tegen den stemdwang, die wij hate
lijk, grievend en beleedigend vinden.
Ito overheid dwingt ons met geweld
naar de stembus of naar de gevangenis
to gaan, mogen wij ons daar niet met
alle middelen tegen verzetten? Laat
Uien den stemdwang uit de grondwet
schrappen en men zal van ons geen
hinder meer hebben op dit terrein. Maar
zoolang men dit niet doet, blijft ons
Parool:
Men dwingt ons te kiezen? Goed!
laar dan zal men er ook plezier van
hebben..
Hoogachtend,
G. RIJNDERS.
'oo" **etze!fdo blad komt een protest
Vau het Kunsttenaarsgenootachap ,,De
V on de club „Dada," waarin al
h,.^ Protest wordt aangeteekend tegen
j,, aangekondigde noodwetje; waarin e.:
gewo»-- wordt dat do kiezers van
„Had-je-me-maar" meer stemmen bijeen
wisten te brengen dan de geheele Vrij
zinnig-democratische partij in de hoofd
stad en waarin deze teekenende zinsnede
voorkomt
„Wij zullen ons waarlijk niet met de
(onder eiken naam S.DA.P.-sche) poli
tiek van heden, de polittiek van geklets,
phrases, afwezigheid, geknoei, flauwe
grappen, presentiegeldgegap, baantjeage-
jaag, enz. bemoeien, zoolang die zich
niet met ons bemoeit."
Er wordt dan ook gedreigd, dat men
met protest-candidaten als „Had-je-me-
maar" zal voortgaan, totdat de Kiesplicht
uit de wet is genomen. En het lijkt ons
niet moeilijk om candidaturen te beden
ken, die buiten het noodwetje vallen en
die tooh een beleediging zouden zijn voor
een parlement of een gemeenteraad.
Met dit anti-de Gelderwetje bereiken
wij ons doel dus niet. Wil men onze
democratische bestuurscolleges daadwerke
lijk beschermen tegen ongewenschte ele
menten, dan moet men de fout bij den
wortel aanvatten en den kiesdwang uit
de wet wegnemen. Toekenning van alge
meen kiesrecht was al mooi genoeg; velen
ernstige mannen hebben indertijd al ge
vaar geducht van het allemnns-kies-
recht.
Maar dit recht tot een wettelijken
plicht, tot een dwang te maken, dat was
toch een al te groote waardeering van
Jan Publiek.
Die overschatting wreekt zich nu en wij
moeten van den kiesplicht zoo spoedig
mogelijk af.
In de groote steden heeft men de ver
volging van degenen, die van de stem'
bus wegblijven al lang opgegeven. In
Amsterdam werden bij d e laatste ver
kiezing meer dan 67.000 stemmen niet of
ongeldig uitgebracht, terwijl nog meer
dan 14.000 kiezers hun stemrecht moed
willig tot een bespotting maakten.
Laten wij terugkeeren tot de oude, ge
zonde gedachte, dat kiesrecht toekomt
aan den volwassen burger, die naar zijn
eigen politieke overtuiging op de beste
wijze wil meewerken aan de samenstel
ling van hot bestuur van stad en land.
Wie daarvoor onverschillig is, men late
hem thuis; want kiesdwang voert tot
dronkemanstooneelen, als waarvan de
hoofdstad nu getuige is..
PARKLAAN 94 TELEF. 433
1.70 diner van 6-8
Londonderry Soep,
Getruffeerde, gevulde Kalfsborst,
Bloemkool, Aardappel®"'
IJs met Annanas.
Abonnementskaarten 10 diners f15.-
Tot zoover het résumé van het
pro en contra in deze zaak zooals dat
door de meerderheid in het college van
B. en W. eenerzijds en de minderheid
anderzijds ontwikkeld wordt.
In aansluiting met de -besdh rijving van
verschillende stands laten we er hier nog
ifcwec volgen:
Tot de interessantste stands behoort
zeker wel d'ie der Paiers van de H.H.
Harten. Het missiegebied dezer Pators
bevindt zioh voornamelijk op de Sand
wich-, Talhiti-, Hawi-, Markiezen-, Gam
ba- en Cook-eilanden.
Op 33-jairigen leeftijd vertrok de zoo
zeer bakende Pater Damman Josef de
Venster) naar het mo! a ai tech en-eiland
Molaikaf. Zestien jaar verbleef bij daar
en werd toen zelf door de gevreesde riek
te aangetast. De vier vingers, die hij de
priesterwijding gezalfd worden, zijn ech
.ter niet aangetast, zoodiait Pater Damiaan
.tot aan zijn dood de H. Mis heeft kunnen
lezen. Een groote troost voor hom, doch
niet minder voor de bevolking, daar hij
de eenigste priester op liet eiland was.
Ben portret van den heldlhaftieen pater,
alsmede een foto van hem op zijn ster
bed bevinden zioh in den stand.
Al dadelijk valt bij het bezichtigen der
vele voorworpen een paar vazen in het
oog, vervaardigd van zijde en daarna be-
lakt en beschilderd. Een fraai hand-taschje
vam 'hennepzaadjes geeft blijk van den
kunstzin dor inlanders. Bewondering
trekken ook de kleine fleschjes met smal
ten hals, welke van binnen fraai beschil
derd rijn mot bloemen en vogels. Daar
moeten wol heel fijne penseeltjes en....
een groote dosis geduld voor noodig zijn.
In d<jzen stand zijn ook echte - parelen
te zien. Hot Oude en Nieuwe Testament,
geschreven in de Kanaksohe taal. een
van de moeilijkste talen, vervullen met
eerhied voor den ijver en de zorg van
den Pater Missionaris, die er drie jaar
aam best-eed heeft
Verder treft men nog aam een bedie-
mngsmamdje van vlechtwerk van den
Pater missionaris, menschenhaar van
personen, <üe geslachtofferd zijn aan de
goden, oen eetschotol. De mensefhen stam
pen taro, een soort knolraap, tot brei en
eten die met de vingers. Zij slingeren de
brei er handig om heen en Hikken zé dan
schoon. Komt er onder het eten een mis
sionaris op bezoek, don is hij verplicht,
nioe 'e eten, daar hij skth anders de ge
heele bevolking tot vijand zou maken.
Hem wordt echter oen lepel en vork ge
geven, maar hij eet tooh met allen uit één
sdhotel mee.
Bezienswaardig zijn ook de stukken la
va, waarvan oen is uitgehold tot lampje,
zooals het onder de inlanders gebruikt
wordt In zoo'm lampje wordt de alteram
een soort noot gebran-d.
Ten slotte vermelden we nog den kop
en dén staart vain dien «waaindvisdh. Deze
visdh, welke in uiterlijk meer weg heeft
van een vogel dan van een visdh. ia In
staat, met rijn langen, puntigen, sdherpen
snavel, waarin duizenden ivoren tandjes,
zelfs een roeibootje te doorboren. Deze
visdh is dan ook een van de gevaarlijk
ste vijandlen voor dén missionaris, daar
detze heel vecfl te water moet reiraen.
Een fraaie stand is ook die der Socië
teit der Wille Paters.
Deze Paters verrichten htm missiewerk
in Noord- en Gentraal-Afrika.
Fraaie tapijten, geweefd door bekeerde
kinderen, bij de zusters, en zeer fijn haak
werk, fiügiraiiniwerk, vele kunstvoorwer
pen ingelogd met ivoor, rijn tentoonge
steld.
De neger verstaat vooral de vlecht-
kunst mooi, waarvan de palters verschil
lende fraaie voorbedden toornen.
Een groote olifant-slagtand wekt zeer
voel belangstelling.
Toen de pa-tors vóór 35 jaar naar déze
-landen trokken, konden de bewoners
noch lezen nocih schrijven. Bn thans
walden in deze miissiiestreek boeken ge
drukt in 40 verschillende tallen.
De Paters toornen eveneens een uitge
breide hilhliotheek.
Ook boeken geschreven door Pater
Ben Zuuire, die ook op de tentoonstelling
is, en gedrukt in 't Moederhuis. Verschil
lendé interessante boekjes dloen de Paters
gaarne voor een klein prijsje van dehamd
Een vijftal mooie boekjes rijn ter perse
eveneen-s vam de harad vam Pater Zuure.
Een fraaie stamd met een eigenaardige
bibliotheek.
gt^GMBgGïrOIritnHI»ani»nioInWPn^güOpiiIinivlnr>ISi'ïCgGHg^JC
De geheimzinnige vlag.
Vandaag is Juliaantje jarig en de
mensehen vlaggen ter -harer eere mot de
vaderlandsche driekleur en dragen
Oranje.
Maar bij Brinkmann zag ik vanmor
gen om elf uur een fraaie, kleurige vlag
hangen, met een geel-wit baan in de
breedte en daarnaast, in de lengte rood-
wit-blauw. Op de lange witte baan glin
sterende letters R. K. F. met een mooi
rood-wit-blauwo franje is do banier af
gezet.
Deze even kleurige als geheimzinnige
vlag mét de raadselachtige initialen trok
aanstonds aller aandacht op de Haarlem
sche Brink.
Wat zou dat zijn, dachten de men
schen
Ook onze lezers weten het nog niet
allemaal, wed ik.
Welnu, dan, deze fraaie vlag is de
hamier der Federatie van R. K. Voet
balbonden, die hier, op het H. B.. C\-
terrein uan den Heeronweg, morgen hare
Missie-wedstrijden houdt. De vlag is in
Haarlem vervaardigd en het is in de
Bloemenstad, dat de Federatievlag nu het
eerst uithangt
En dit geschiedt bij Brinkmann, om
dat daar vandaag en morgen het ver
zamelpunt der Roomsche voetballers is,
die uit alle oorden van ons land samen
stroomen, om de letters R. K. F. ook in
andere beteokenis te verwezenlijken, en
morgen op hot II. B. void Roomsche
Kracht Furreors
JBTOifTKtoi3miv-iigPmlPiT!3GjiüP<iij>
We lieten eenigen tijd geleden in deze
rubriek onze fantaisie werken over de
toekomst van Haarlem.
Ons geestesoog voorzag een Haarlom-
bad, een Haariem-ikurprt en een Haarlem-
zeehaven. Die zeehaven zouden wij dan
krijgen bui-ten de sluizen van Spaarndam,
aam het Noords eek anaal, om en nabij de
zijkanalen B. en C. We stelden echter
voorop dat dan Spanmdam bij Haarlem
moest worden ingelijfd zooals de geruch
ten verluidden.
Maar zie, er komen kapers op de kust.
Sohrok-kig Amsterdam schijnt zich ook
in deze annexatie-geschiedenis te gaan
moeien en eisciht een deed van de buit n.l.
den Noord-Spaamdanunerpolder, terwijl
Haarlem den ZuM-Spaamdamimerpolder
zou krijgen.
Amsterdam zon daarentegen bereid zijn
een stuk van liet onlangs geannexeerde ge
bied af te staan, opdat er weer een nieuwe
gemeente Sloten gevormd zou kunnen
•word-en. Deze nieuwe gemeente Sloten zou
dan tevens een deel van de gemeente Haar-
lemmerliede en Spaarnwoude bekomen,
dat dan weer een gedeelte van het gebied
van Spaarndam zou krijgen.
Eerste vraag verondersteld dat boven
staand bericht juist is: Denk* Amsterdam
in N-oord-Hol land te gebieden als heer eri j
moester? te decreteeren als in den tijd dc r
Zeven Provinciën? i
Tweede vraag: vreest Amsterdam reeds
de concurrentie van Haarlem-zeehaven
nog voordat er plannen voor een haven t«
Spaarndam zijn?
Conclusie: Als Amsterdam zooveel priji
stelt op -dat gebied te Spaarndam, natuur
lijk mot het oog op rijn havens, dan is he*
Idee om van Haarlem, bij eventueelc an
nexaltie van Spaarndam, een zeehaven te
maken, blijkbaar nog zoo fantastisch niet.
!i
I
;i,'i
I',
V
li.
I
I- I
V
i r.
i'.
1 'i
1 1
I
1 I