Eerste Blad.
In en om Haarlem
Stadsnieuws.
DAMIAATJES
OINSDAG 10 MEI 1921
44ste JAARGANG No. 13834
DE ABONNEMENTSPRIJS BEDRAAGT VOOR HAARLEM EN AGENTSCHAPPEN»
PER KWARTAAL J
PER WEEK u.zo
FRANCO PER POST PER KWART. Bil VOORUITBETALING f 3.57V?
BUREAUX:
NASSAULAAN 49, HAARLEM. TELEFOON 1426, 2741 EN 1748.
ADVERTENTIËN 35 CENTS PER REGEL.
BIJ CONTRACT BELANGRIJKE KORTING.
EEN MOEILIJKE KEUS.
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
„Het gouden land."
LANGS DEN WEG.
Besmettelijke Kinderverlamming.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
Dé uitdrukking is wat versleten; we
durven ze niet meer gebruiken; dorsten we,
we zouden zeggen: Haarlem staat in het
teeken van belastingvoorstellen.
Wc hebben al kant en klaar voor ons
liggen, om door den Raad te worden goed
gekeurd, voorstellen om 100 opcenten te
beffen op de hoofdsom der vermogensbe
lasting; 100 opcenten op de hoofdsom der
rijksinkomstenbelasting; heffing van een
plaatselijke belasting naar het inkomen
met een gelijk heffingspercentage voor alle
belastbare inkomens en een zakelijke be
lasting op het bedrijf van f 12.per ar
beider. Resten dan nog in de toekomst: een
belasting op bouwterreinen; een waarde-
vermeerderingsbelasting op gebouwd en
ongebouwd; een belasting op openbare
aankondigingen; een belasting op logeer
gasten; en een belasting op verzekering te
gen brandschade.
In de vorige raadszitting wilden B. en W.
Jen Raad over het eerstgenoemde stel
oelastingvoorstellen een beslissing laten
aemen. De vroede vaderen meenden echter
niet geheel ten onrechte, dat zij wel wat
meer voorlichting mochten hebben alvo
rens over zulke ingrijpende zaken een be
sluit te nemen. Mr. Bomans, de trouwe
.wachter bij onze gemeentelijke schatkist,
verklaarde zich bereid schriftelijk de toe
lichting te geven, welke hij anders monde
ling in den Raad zou hebben naar voren
gebracht. Zoodat wij dus thans in het ge
meenteblad opgenomen vinden de onuit
gesproken rede van onzen minister van fi
nanciën, zij het met enkele variaties.
Nu hadden wij deze toelichting wel kun
nen afdrukken, maar wij vreezen, dat onze
lezers dan aan het einde nog met de voor
hen belangrijke vragen hadden gezeten
Wat moet ik nu betalen en waarom moet ik
nu meer betalen?
Natuurlijk niet, omdat de nadere toe
lichting in het gemeenteblad aan duidelijk
heid te wensclien zou laten; maar omdat
degene, die daar namens B. en W. spreekt
zich richt tot de raadsleden; en wie wel
eens neust in Nederlandsohe wetten en
verordeningen met dezelver toelichtende
„verklaringen", weet, dat de heeren wat
tenmakers onder elkander een taal spre
ker, die voor ons, gewone stervelingen.
anders is dan de omgangstaal.
Ziehier één zin uit de boven bedoelde
„nadere toelichting" tot bewijs van onze
bewering.
Wij lezen:
„Tegenover de mogelijke bewering, dat
toch in zich een evenredige heffing een
tegenstelling vormt van het goede belas
tingbeginsel „heffing naar draagkracht",
merken wij op dat de evenredige heffing
moet beschouwd worden als het tijdelijk
kwaad, dat, gelijk elk kwaad, zoo krach
tig en spoedig mogelijk moet gekeerd wor
den zonder in grooter kwaad te vervallen
(dit zij erkend) en dat tegen het voorge
stelde stelsel bestaande tweeledig toch ook
uit een eindprogressie, niet kan worden
aangevoerd als wij nu, in den zwaarsten
tijd van overgang, door het tarief een hef
ting bereiken hetwelk in billijkheid (naar
draagkracht) den arbeider geen schade
behoeft te doen, den kleinen middenstan
der en ambtenaar ontlast en slechts de
hoogere inkomens zwaarder dan tot heden
treft, doch met deze machtige pleister op
de wonde: met de wetenschap n.l. dat de
grens bereikt is, daar iedere stijging (uit
gemeentebelang ontoelaatbaar maar niet
temin soms mogelijk) zich zelf scherp
remt door den evenredigen druk op alle
rangen der burgerij."
Zonder tekort te doen aan het begrips
vermogen onzer lezers vreezen wij toch
dat wij hen in de taal van B. en W. niet
duidelijk kunnen maken, wat er morgen in
den Raad verhandeld wordt, waarom wij
een bescheiden poging wagen in andere
.woorden de bedoeling weer te geven.
Het resultaat dan van zware debatten
in de Tweede Kamer ovev het oude thema
van de slechte verhouding tusschen de
financiën van Rijk en Gemeente is ge-
.weest, dat bij de wet aan de Gemeentebe
sturen voortaan werd toegestaan de plaat
selijke belastingheffing op een der vol
gende drie manieren te regelen:
Te heffen:
A. 100 opcenten op de hoofdsom der
Vermogensbelasting en 100 opcenten op
de hoofdsom der rijksinkomstenbelasting.
B. opcenten op de vermogensbelasting;
opcenten op de rijksinkomstenbelasting en
een plaatselijke belasting naar het inkomen
nu' een gelijk percentage voor alle belas
tingbetalers (dus zonder progressie);
C. opcenten op de vermogensbelasting
komen met progressief tarief; maar dan
geen opcenten op de rijksinkomstcnbelas-
ting.
De eenvoudigste manier zou natuurlijk
geweest zijn de plaatselijke inkomstenbe
lasting af te schaffen en evenals de
provincie doet de gemeente eenvoudig
zooveel opcenten op de rijksinkoinstenbe-
lasting te laten heffen als zij tot sluitend
maken van haar begrooting noodig heeft.
Het bleek echter al dra, dat er dan ge
meenten waren, die 300 opcenten zouden
moeten heffen I Daarmee was helaas het
eenvoudige middel om zijn Rijks- en Ge
meentebelasting op één papier thuis te
krijgen, op één biljet te betalen en ook
door één administratie te laten innen,
veroordeeld.
B. en W. van Haarlem willen intusschen
van dit in zich zoo goede en gezonde stel
sel redden, wat zij redden kunnen en
daarom nemen zij uit de bovengenoemde
drie groepen van belastingstelsels het mid
delste n.m. heffing van opcenten op de
vermogens èn op de rijksinkomstenbelas
ting èn een plaatselijke belasting naar
hef inkomen met een uniform heffings
percentage. Wat dit met het ideaal van het
ééne belastingbiljet te maken heeft? Zie
daar de voornaamste reden, waarom wi;
wilïen trachten in onze bewoordingen de
bedoeling van B. en W. voor u duidelijk
te maken. Want inderdaad zijn de wegen
van B. en W. hier min of meer ondoor
grondelijk.
De redeneering dan schijnt deze te zijn
de 100 opcenten op de vermogens- en
Rijksinkomstenbelasting, benevens de nieu
we belastingbronnen, welke wij thans in
staat zijn aan te boren, moeten met de an
dere bestaande inkomsten (winsten uit de
bedrijven, Rijkssubsidies enz.) in staat zijn
om het budget sluitend te maken. Dat is
het ideaal der toekomst. De stijging der ge
meentelijke uitgaven heeft in de laatste ja
ren echter zulke enorme afmetingen be
reikt (in vijf jaar van 1 op 5 miltioenl)
dat althans begonnen moet worden met
naast het heffen der 100 opcenten, ook nog
een eigen plaatselijke belasting te heffen
met een uniforme percentage.
De lezer trekt een bedenkelijk gezicht en
ziet niet, welk voordeel hem wacht, vreest
integendeel nog erger geknepen te worden,
B. en W. hebben daarvoor deze troost: de
stijging der gemeentelijke uitgaven heeft
haar hoogtepunt bereikt: het kan en mfig
niet verder doorgaan.
Nu moge men zeggen: maar door de pro
gressieve heffing prijs te geven, een gelijke
heffing voor allen in te voeren, gaat het
goede van het belastingbeginsel: „heffing
naar draagkracht" verloren; B. en W. re
deneeren daar tegenover: uit dit kwade
moet het goede geboren worden. Immers,
beginnen wij met een percentage, dat dra
gelijk is voor den arbeider; dat den amb
tenaar en kleinen middenstander in beter
conditie brengt en de hoogere inkomens al
leen zwaarder belast, dan zal men zich
wel wachten, dit percentage door meer
dere uitgaven op te voeren. Immers ver
hooging van dit percentage treft dadelijk
alle groepen gelijk, met andere woorden:
alle belastingbetalers zullen dadelijk even
hard protesteeren, zoodat dit systeem een
goeden rem in zich zelf heeft.
Gaat men daarentegen sterk aan het be
zuinigen, dan daalt het percentage in ge
lijke mate. De bezuiniging moet er dus op
gericht zijn om het in zich onbillijke
systeem van een uniform tarief zoo spoe
dig mogelijk geheel te doen verdwijnen
door de eigen plaatselijke belasting over
bodig te maken.
De hooge inkomens, die zich momenteel
bezwaard mogen gevoelen, doordat zij
door heffing van 100 opcenten op de ver
mogens- èn op de rijksinkomstenbelasting
èn bovendien nog een plaatselijke inkom
stenbelasting aanmerkelijk meer moeten
betalen dan thans onder de ééne progres
sies heffing, worden getroost met deze
wetenschap, dat nu ook de grens der stij
ging bereikt is; bet water is aan de lippen
en kanslechts zakken, niet verder meer
komenl (Nadere verklaring vindt men in
een staatje hieronder.)
B. en W. onihouden ziqh naast een be
toog vóór dit systeem een bestrijding te le
veren van de derde mogelijkheid, waarom
n.m. een opcentenheffing op de vermo
gensbelasting naast een eigen plaatselijke
belasting met progressief tarief niet ver
kieselijker is boven de keuze, welke zij
deden. En wij zullen ons daar voor het
oogenblik dus ook van onthouden. De
raadsdebatten van morgenmiddag zullen
daar ruimschoots gelegenheid voor geven.
tor niet onbesproken laten, n.m. het uni
forme percentage van de eigen inkomsten
belasting, waarmee B. en W. het nieuwe
stelsel willen beginnen.
Aanvankelijk, in hun voordracht van 21
April j.l., meenden B. en VV. met een per
centage van 5 tot 6 zeg 5K te kunnen
volstaan. Nu de nadere toelichting versohe
nen is, krijgen wij echter te hooren, dat
met <04 pet. moet begonnen worden. De
Raad zal dus goed doen niet op nog meer
toelichting aan te dringenl
Het eigenaardige is echter, dat het laatst
verschenen stuk één doorloopend beloog
van den wethouder van financiën bevat,
om te bewijzen, dat 5 pel. al meer dan
voldoende zou zijn.
Onze Wethouder is als verstandig finan
cier nooit een overdreven optimist geweest-
integendeel, hij wist altijd zeer goed, dat
zwart kijken voor een beheerder van de
gemeentelijke beurs steeds de verstandigste
tactiek is: zwart kijken niet alleen tegen
over den Raad, maar ook tegenover zijn
collega's in B. en W. Speciaal tegenover
de Wethouders van Openbare Werken eu
Onderwijs. En nu beleven wij het merk
waardige geval, dat de Wethouder van fi
nanciën komt vertellen en bewijzen, dat
de toekomst der Gemeentelijke financiën
rooskleurig is; dat begonnen kan worden
met een evenredig heffingspercentage van
6 pet (hetwelk volgens den opzet dan ge
leidelijk moet dalen)terwijl de overige
leden van het college van B. en W. aan
den voorzichtigen kant blijven en maar lie
ver met een percentage van GYi willen be
ginnen.
Laten wij „de reeks rooskleurige pers
pectieven" van den Wethouder van finan
ciën even volgen. Voor den dienst i921-
1922 wordt een benoodigd bedrag van
f 2.700.000 geraamd. (Tusschen haakjes:
de begrooting is wel opeens snel gereed!)
Nu zal van deze 47 Ion gouds 2 millioen
niet uit de plaatselijke belasting behoeven
te komen. Geraamd wordt n.m. dat de 100
opcenten op de Rijksinkomstenbelasting
f 1.500.000 zullen opbrengen en de overige
bronnen een half millioen. Dit blijken ech
ter zeer matige ramingen te zijn; de Wet
houder van financiën verwacht uit laatst
genoemde middelen veel meer te krijgen.
En terecht! De Rijksbelastingsadministra-
tie is ver ten achter en op die achterlijke
gegevens is de opbrengst van de 100 op
centen Rijksinkomsten- en Vermogensbe
lasting geraamd. Wanneer de gemeente
zulf dus aan het Rijk haar gegevens^ er-
schaft en de administratie is bijgewerkt,
kan men misschien in plaats van
1.500.000 wel 2 millioen verwachten.
In hun overige ramingen zijn B. en W.
op dezelfde manier aan den voorzichtigen
kant geweest, in tegenstelling met den
Wethouder van financiën. Wanneer dus
de opzet deze is: f 2.700.000 moet onze
eigen evenredige heffing opbrengen; de
rest, ad twee millioen, moet komen uit
de tindere bronnen, daar kan de uit
komst wel eens zóó zijn, dat wij de rede
neering veilig kunnen omkeeren.
Wij vragen dan ook: waarom willen B.
en W. in tegenstelling met mr. Bomans
het percentage der eigen plaatselijke belas
ting zoo hoog mogelijk opvoeren? Wan
neer het waar is en het is waar dat
de evenredige in plaats van de progressie
ve heffing een leelijk kwaad is, dan moet
dat „noodzakelijk kwaad" toch zoo klein
mogelijk worden gemaakt. Te meer waar
het eenige goede, wat men er van zeggen
kan is, dat het geleidelijk zal afnemen en
een tendenz heeft om te verdwijnen. Maar
laten wij dan ook beginnen met het zoo
klein mogelijk te makenl
Een vergelijking met Arnhem gaat
zooals B. en W. doen toch zeker niet
op. Haarlem heette tot nu toe voor zijn
financiën een gezonde gemeente; Arnhem
was hopeloos noodlijdend en zóó zeer het
bankroet nabij, dat de burgemeester be
dankte en een der beste financieele spe
cialisten van ons land tot burgervader van
de Geldersche hoofdstad moest worden be
noemd
Gaat het dan aan om te redeneeren: wij
kiezen evenals Arnhem een heffingspercen
tage van 6}4?
Waarom hebben B. en W. dan niet lie
ver naar Nijmegen gekeken, wanneer zij
toch eenmaal in Gelderland wandelen
in Nijmegen, waar men met percentage 4
begint?
Als eenig motief voor de redeneering van
B. en W. kunnen wij dit vinden, dat men
d Raad niet strak genoeg meent te kun
nen houden. Wanneer „de rooskleurige
perspectieven" van mr. Bomans eens moch
ten tegenvallen, dan zal dc Raad toch door
gaan met het nemen van dure besluiten
ende rekening klopt niet meer.
Deze gedachtengang van B. en W. is zeer
menschkundig. Wij zouden er echter de
„vermoedelijk zal men bij invoering van
een plaatselijke evenredige heffing met een
percentage van 5 of 5K kunnen volstaan.
Waar het bestaansrecht van dit nieuwe
stelsel gelegen is in zijn tijdelijk karakter,
moeten wij beginnen met het leven van
die evenredige heffing zoo broos mogelijk
te maken. Willen B. en W. de keuze, welke
zij deden, een goede kans geven, laten zij
dan nu nog vóór de debatten in den
Raad beginnen verklaren, dat wij hier in
Haarlem bij een evenredige heffing met
een veel lager percentage dan in Arnhem
kunnen volstaan en dat er werkelijk in de
overige bronnen van inkomsten zoowel
oude als nieuwe zooveel perspectief zit,
dat de verdwijning van de evenredige hef
fing geen mooie fictie, maar een gegronde
verwachting is voor de naaste toekomst.
Zoo niet, dan vreezen wij wel eenigszins,
dat de meerderheid van den Raad de geda
ne keuze niet zal bekrachtigen.
AGENDA 11 MEI.
Soc. „St. Bavo". Haarl. Inkoop-Com
binatie 8 uurF eestvergadering Smeden
patroons 8 uur Hoofdbestuur Volks
bond 8 uur.
Statenzaal Prinsenhof Raadsvergade
ring, 1.30 uur.
Familie Bioscoop. Kleine Houtweg 12,
Voorstelling.
Schouwburg. Wilsonspleiin. „Tartuf-
fe", 8 uur.
Oud-Holland. Vervvulft. Strijkorkest.
Wij ontvingen nog-voor het gezin uit
het Trekje van Zaterdagavond f 5.
Van een arme zieke uit het gouden
land ter eere van het Goddelijk Hart
f 1.-. t
PERSONALIA.
In plaats vain den heer G. Visser, die
heeft bedankt als lid van de Commisse
voor de Werkl-oosJieidbestrijding, is als
zoodanig door B. en W. als vertegenwoor
diger van den Ned. R. K. Volksbond be
noemd d'e heer G. Telman, seor.-pen-
ningm. van de afd. Haarlem van dein Ned.
R. K. Motaalbewerkersbond.
Met ingang van 4 Mei is door Ged.
Staten van Noord-Holland aan den heer
M. L. A. Klein, alhier, eervol ontslag ver
leend als lid van den Raad van Beroep
(O.) te Amsterdam.
De heer J. F. van Duuren, te Haar
lem, is ter beschikking gesteld van den
gouverneur-generaal van Nederlandseh-
Indië, om daar te lande te worden be
noemd tot administratief ambtenaar bij
het binnenlandsch bestuur.
De heer Dr. J. E. Wartena, rector
van het stedelijk gymnasium te Win
schoten heeft, naar de N.R.Crt. meldt,
voor zijn benoeming aan het lyceum Ken-
nemerland te Bloemendaal bedankt.
Geslaagd zijn voor het examen stenogra
fie-Pont te Den Haag, Kantoor Stenograaf
Nederlandsch (130 lettergrepen per mi
nuut, gedurende 10 achtereenvolgende mi
nuten) de heer A. H. Kroon te Lisse en
Mej. A. Eykenaar te Haarlem.
TRAGISCH. 1
Op en rond het Nieuwe Kerksplein
is al eenige dagen lang feest gevierd en
gevlagd ter eere van het gouden brui-
lofspaar JansenReigersberg, dat onder
zeer veel belangstelling zijn bruidsdagen
vierde. Verleden week werd het gouden
paar een serenade gebracht onder veel
belangstelling en het feest werd niet
weinig verhoogd, doordat een dochter van
de jubilarissen Vrijdag j.l. 25- jaar ge
huwd was, welk feest tegelijk met het
gouden feest heden zou worden herdacht.
Vandaag zou het eigenlijke feest plaats
hebben, en nu is vanmorgen de gouden
bruid plotseling gestorven. Wel een tra
gisch geval. De goede God heeft het
niet gewild.
iwmimmm •"««•netiweaasaaMMraMMa
Een zeer belangrijk punt mogen wij ech- voorkeur aan geven aldus te redeneeren:
Zuiver
Inkomen
100 Ope.
Rijks-in-
kornsten-
belasting
Evenredige heffing
Totaal
belasting
bij
6%
Percentage
bü eene
evenredige
heffing van
6%
Totaal
belasting
bij
7
Percentage
bij eene
evenredige
heffing van
.7%:
.Bedrag en percentage
progressieve belasting
bij opbrengst
begrooting 1921/1922
5%
6%
7%
2500
50.50
95
114
133
164.50
6.53
183.50
7.34
159.25 6.35
5000
143.-
220
264
308
407.-
8.14
451.—
9.20
434.35
8.68
10.000
358.-
470
564
658
922.-
9.22
1016.-
10.16
1050.35
10.50
20.000
908.-
970
1164
1358
2072.-
10.36
2263.-
11.33
2441.25
12.20
30.000
1658.--
1470
1764
2058
3422.-
11.41
3716. -
12.38
3841.25
12.80
50.000
3758.
2470
2964
3458
6722. -•
13.44
7216. -
14.43
6641.25
13.24
70.000
6458.
3470
4164
4858
10622.--
15.17
11316.-
16.16
9441.25
13:49
Het haantje.
In den schitterenden Mei-zon van den
nieuwen, blijden zomerdag hiiinkt het
haantje van den Groolen Toren.
Koninklijk en trotsdh steekit het in
zijn gouden pracht boven alles uit.
Beneden hem wriemelen en jagen de
mensdhen in liet stadsgewoel en het
drukke, zorgelijke leven van geldvcrd'ie
nen en zaken doen en preimaken.
De gouden haan steekt daar zoo gewel
dig ver boven uit, dat hij in staat is
de gedachten op te roepen naar hooget
en beter.
Nooit koimen de menschen zelf bij hem,
of met hem in aanraking.
Ja, toch, eens, na zooveel lijd, om te
bewijzen dat ook deze gouden haan niet
volmaakt is, komt een daipper weiikman
het kleed van den haan versieren en ver
gulden. Maar als dat afgeloapen is,
kraait deze aller Haarlemmers haan weer
langen tijd koning.
Maar het kon nog mooier, nog beter
zijn!
Als alles goed was, stond daar niet een
gouden haan, maar een gouden kruis.
Dat zou ook blinken in de zon en uitste
ken boven alles. Ook boven zooveel gou
den hanen als men wil. Want het zou
beter in staat zijn, gedachte te wekken
naar hoogere dan handelszaken, naar
beter geluk dan aardsch geuoegenl
^ff»UCmgf3lnïïlGÏB?ieiKnJlfïfStnrgCTnllimlGml[nigintïlGngnlffmiE:Ot
HET GENOOTSCHAP DER H. KINDS
HEID.
Het bestuur van het Genootschap der
H. Kindsheid, afd. Haarlem, parochie
van O. L. Vrouw Rozenkrans schrijft
ons het volgende:
De Haarlemsdhe Missieweetk ligt nog
ver-sch in aller herinnering en als een
vervolg hiervan wordt Woensdag 11 Mea
des morgens om 9 uur de jaarlijksche
Heilige Mis voor de jeugdige leden van
het Genootschap der Heilige Kindsheid
opgedragen, in de parochiekerk van O.
L. Vr. .van den H. Rozenkrans aan het
Spaarne. Onder de H. Mis is er kinder-
processie en een collecte door dé Zela-
teurs van het Genootschap voor de
Missiën.
Door het overlijden van mej. C. Lans
z.g. en de daaropvolgende moeitevolle
tijdsomstandigheden is het Genootschap
min of meer achteruitgegaan, de gehou
den Missaeweek heeft ons een aansporing
gegeven te trachten hierin te voorzien, en
met alle mogelijke middelen te pogen het
Genootschap weder tot meerderen bloei
te brengen, gesteund als wij hierin wor
den door de aanbeveling van onzen H.
Vader den Paus en Z. D. Hoogwaardig
heid onzen Bisschop. Het voorgestelde
doel is alleen te bereiken door medewer
king van die R. K. ouders, die in de ge
houden Miissieweek overtuigd zijn getwor
den van het groote nut der R. K. Mis
siën. en den hulp, die zij de missionaris
sen kunnen verleenen door hun offervaar
digheid' en gebed, wij doen een beroep
op aller offervaardigheid voor de te hou
den collecte. Laat de kinderen die H. Mis
bijwonen en bidden voor de Missionaris
sen doch wij vragen nog meer. Wij lij
den aan chronisch gefcrek aan Zelatrieen
en Zeliateurs. Jongens en meisjes van 9
tot 12 jarigen leeftijd, dat zijn onze
padvinders, die hun omgeving rond zoe
ken om leden aan te werven voor het
Genootschap en maandelijks de contri
butie ophalen, die elkander in edelen na
ijver Ir achten te overtreffen door vele
leden in te schrijven en op deze wijze
mede te werken aan de verspreiding van
ons H. geloof. Woensdagnamiddag tus
schen 3 en 5 uur zullen wij uiw jongens
of meisjes in de gelegenheid stellen zich
als Zelatrice of Zelateur aan te melden
in een der lokalen van de school der
Eerw. Zusiers aan hot Spaarne, ingang
Anthoniestraat No. 89 rood. Wij verwach
ten nieuwe' padvinders voor ons Genoot
schap en hopen ons streven in dezen
tot een gunstig resultaat te zien komen.
VRAGEN IN DEN GEMEENTERAAD.
De heer M. L. A. Klein heeft het voor
nemen in de raadszitting van morgen het
volgende te vragen aan B. en W.:
„Zijn B. en W. bereid den Baad mede
te deelen, of de politie in het georgani
seerd Overleg is opgenomen en zoo ja, op
hoedanige wijze dat overleg geregeld is?
GEMEENTEZAKEN.
B. en W. stellen voor, teneinde de gron
den, aangekocht van de Congregatie der
Broeders van barmhartigheid van Sint
Joannes de Deo in het Kleverpark in ex
ploitatie te kunnen brengen, de daarvoor
benoodigde grondwerken te doen uitvoeren
en daarvoor f 35000 te hunner beschik
king te stellen.
B. en W. stellen voor hen te machti
gen:
a. het destijds door het Brandstoffen-
bureau in den fjiin van het aan de gemeen
te in eigendom toebehoorend perceel aan
de Gedempte Oude Gracht No. 18, alhier,
bijgebouwde kantoorlokaal, benevens de in
gemeld perceel aangebrachte verbeteringen
zooals kluis, loketten, tochtdeuren, water
closets enz. te betalen de som van f 5000
en
b. aan te koopen de in het voormalig
Brandstoffenbureau aanwezig zijnde goe
deren voor den prijs van f 2.535.
- B. en W. sellten voor aan de Coöpe
ratieve Wöningvereeniging voor Gemeente-
personeel, gevestigd alhier, toegelaten als
vereeniging uitsluitend werkzaam in het
belang van verbetering der volkshuisves
ting te verleenen een voorschot van
f 1.051.000 ter tegemoetkoming in de kos
ten voor de stichting van 141 ééngezins
woningen en 4 winkelhuizen op een aan
de gemeente toebehoorend bouwterrein, ge
legen aan en nabij de Slachthuisstraat en
een nader vast te stellen jaarlïjksche bij
drage.
Ingevolge art. 2 van de bij besluit
van 22 October 1919 onder Nos. 8 en 9
vastgestelde verordeningen betreffende bet
gemeentelijk grond- en woningbedrijf,
stellen B. en W. voor over le gaan lot
het aanwijzen van de perceelen in gemelde
bedrijven in te brengen en tot de vaststel
ling van liet bedrag der schuld, welke ter
zake van deze perceelen ten laste van die
bedrijven moet worden gebracht.
ALGEMEENE NEDERLANDSOHE
VROUWENORGANISATIE.
Aan den Raad der gemeente is door bo
vengenoemde organisatie een adres gezon
den. waarin o.m. wordt gezegd:
Een raadsstukje van B. en W. verkon
digde den Haarlemmers,' dat zich hier ter
stede gevallen van epidemische kinder
verlamming (poliomyelitis anterior acuta)
voordoen. Zij stellen voor, met hel oog
op het gevaar van uitbreiding bepalingen
ie maken, om liet schoolbezoek van kin
deren uit gezinnen waarin zicli gevallen
van gesnelde ziekte voordoen, tegen te
gaan.
Hoe noodzakelijk dergelijke B. en W.-
lijke voorstellen ook zijn, ze hebben altijd
het nadeel dat ze onder de burgerij een
dikwijls noodelooze ongerustheid teweeg
brengen.
We kunnen daarom het volgende mede-
deelen. Ze kwamen voor in Haarlem en
ook in de omgeving van Haarlem en hoe
wel voor bijzondere vrees geen grond be
staat oordeelden B. en W. het nuttig de
voorgestelde maaregelen te treffen, vooral
ook omdat de ziekten zich voordoen in den
aanvang van den zomer, een geliefd tijd
perk dier ziekte om zich te vertooaen.
De verlamming 'kan zich op al'Ie deelen
van bet lichaam voordoen, vooral ook in
de extremiteiten als armen en becnen. Bij
voorkeur kinderen worden er door,
aangetast en het schijnt dat ook gezonde
personen dienst kunnen doen als overbren
gers van het virus. Daarom is de door B.
*n W. aanbevolen voorzichtigheid wel ge-
wenscht. Gewoonlijk doet zich de zieklo
voor in epidemieën van kleinen omvang.
Alleen in Amerika deed zich eenige jaren
geleden eens een grootere epidemie voor.
Maar daar is men gewoon alles grool-
seheepsch te doen.
Men lieeft meenen op te merken dat dc
besmetting ook aan d'e woningen heehf,
waarom het aanbeveling verdient dat de
woningen, waarin zich een ziektegeval heeft
voorgedaan werden ontsmet, alsook het
lijfgoed, de kleederen enz.
De oorzaak van de ziekte is nog niet ze-
ker vastgesteld. Wel heeft men in Amerika
gemeend de bacil te hebben ontdekt, doch
onomstootelijk vast staat dat nog niet.
Wanneer wij daarbij nu nog vermelden
dat de patiënten in de meeste gevallen niet
direct in doodsgevaar verkeeren, hoewel
zich natuurlijk wel doodeiijke gevallen kun
nen voordoen, dan hebben wij „unscre
schuldigkeit getan" en het voor sommige
kringen mogelijker wijze alarmeerendo
raadsstukje van B. en W. tot zijne juists
proportie teruggebracht.
„gezien, dat in het burgerlijk armbestuur
alleen mannen zitting hebben,
van oordeel, dat in een college, dal In
beslissen heeft over armen en misdecldcn,
de stem der vrouw niet gemist mag wor
den,
van oordeel, dat de practisohe en huis
houdelijke blik der vrouw, uit den aard
der zaak, goed onderscheidt, waar werke
lijk armoede is en waar niet,
dringt er bij den Raad op aan, bij de
eerstvolgende vacatures een vrouw te be
noemen, of zoo mogelijk in genoemd col
lege het nu bestaande bestuur uit te brei
den met zoo mogelijk minstens twee vrou
welijke leden."
VERPACHTING KIOSKEN IN DEN
HOUT.
Maandagmiddag werd namens het ge
meentebestuur lierverpacht de kiosken in
den Hout, aangesloten aan de duinwater
leiding en voor den verkoop van verfris-
schende dranken, bestemd, aan de Dreef
en bij de Sociëteit „Trou moet blijeken",
voor de jaren 1921, 1922 en 1923.
Er waren dezen keer 8 inschrijvingen ge
komen, en wel van: J. Akersloot, te Haar
lem, de eerste kiosk voor f 175, de twee
de voor f 205 mejuffr. Koersen te Haar
lem, de tweede voor f 100; A. J. Stokman,
Haarlem, de tweede voor f 188; P. van
Zijl, Heemstede, de eerste voor f 220; de
tweede voor f 340; N. Fije, te Heemstede,
de tweede voor f 100; K. Th. v. Gemert, tc
Haarlem, dé eerste voor f 25, de tweede
voor f 50; mej. v. Meurs, de eerste voor
f 87.50, de tweede voor 137.50. Allen
per jaar.
De gunning lieeft later plaats.
„ONDER ONS".
Wij herinneren aan de uitvoering van
het Gemengd Koor „Onder Ons" op heden
avond in de sociëteit „Vereeniging". Door
een misverstand werd zij niet in de agenda
van gisteren opgenomen.
DRUKTE IN DE BOUWVAKKEN.
De Directeur van den Dienst der Werk
loosheidsverzekering cn Arbeidsbemidde
ling te 's-Gravenhage deelt mede, dat be
halve aan timmerlieden, metselaars en stus
cadoors, ook aan bouwkundige opzichters
en t-oekenaars, die behooren tot hel eersle
gedeelte der liching van 1921, uitstel van
eersle oefeninig kan worden verleend.
De dienstplichtigen, die voor dit uitstel
in aanmerking willen komen, moeten zich,
zoodra bet tijdstip is vastgesteld, waarop
zij bij de militie moeien worden ingelijfd,
mei een daartoe strekkend verzoek, verge
zeld van een werkgevers-verklaring, dat zij
als bouwkundig opzichter of teekenaar in
het bouwvak werkzaam zijn, rechtstreeks
wenden tol den Minister van OorLog.