BUITENLAND.
BINNENLAND.
ölnnenlandsch Nieuws.
FRIJII.I.HTON
Onder Valsche Vlag
DONDERDAG 23 JUNI 1921
De toestand in Ierland.
De Poolsche opstand In Opper-
SUezië.
GEMENGDE BUITENL. BE-
RICHTEN.
Een stem uit het Paradijs.
GERAFFINEERDE POLITIEKE
ONBESCHAAMDHEID.
Tweede Blad
Een verklaring der R.-K.
geestelijkheid.
De Roomsoh-Katholiekc hiërarchie in
tcrland heeft een verklaring openbaar ge-
naakt, waarin gezegd wordit dat in Ierland
4c schanddaden en gruwelen intenser zijn
geworden. Er dreigen nog duisterder ge
beurtenissen, zoo wordt in de verklaring
gezegd, omdat de leren terecht de schijn-
regcling hebben versanaad, die door de
Brilsche regeering met uittarting van Ier
land is ontworpen.
liet Zuidelijk parlement.
Tot dusver was niets vernomen omtrent
de verkiezing van senatoren voor het Zui
delijke parlement, die volgens de nieuwe
Home Rule Act, uit 64 leden zal bestaam
Ex officio zouden senatoren zijn de Lord
Chancellor of Ierland en de Lord-mayors
van Dublin en Cork, terwijl er verder
zeventien door den onderkoning zouden
worden benoemd en voorts een aantal
zouden worden aangewezen uit de gees le
lijkheid, de „peers", den Privy Council en
de graafschapsraden.
Thans meldt echter een Rcuter-telegram,
dat senaloren van Zuid-Iertamd een me
morie lot Lloyd George hebben gericht,
waarin zij verklaren hun verkiezing le aan
vaarden met de bedoeling in volle vrij
heid te handelen Zij achten de bevoegd
heden ,aan het Zuidelijk parlement toege
staan, onvoldoende om met succes te re-
gceren en dringen daarom aan op een zoo
spoedig mogelijke hervorming van de
„Government of Ireland Act" (waartoe
blijkens een Routerbericht de regeering
niet bereid is.)
Zij zijn beTeid samen te werken met een
Lagerhuis, dat een grondwettige vertegen
woordiging is van de meerderheid der
kiezers, maar niet met eenig lichaam, be
noemd ooi het verkozen Lagerhuis te ver
vangen.
Met dit laatste is bedoeld dat de regec-
ring, wanneer bet zuidelijke parlement
niet functioneert het zou op 28 Juni
moeten bijeenkomen, doch daarvan is
geen sprake dit deel van Ierland als
een Kroonkolonie zal woorden bestuurd.
Een Engelsch blad maakte onlangs de
opmerking, dat dit wel zou belcekenen,
dat de regeering dan eenige stroomarmen
mei het bestuur zou belasten, doch dat
feitelijk de militairen er heer en meester
zouden worden. Dat het dien kant uit
gaat, zou kunnen blijken uit een mede-
deeling, blijkens een Reu Ier-bericht door
den minister van oorlog Worthington
Evans in het Lagerhuis gedaan, dat er
pas weer nieuwe bataljons naar Ierland
waren gezonden en dat zoo spoedig
mogelijk nog meer zouden worden gezon
den. Voorts deelde hij mede, dat de
qunestie der uitbreiding van den slaat van
beleg in studie was.
Sir James Craig en De Valera.
De bijzondere norrespondent der „Mor
ning Post" te Belfast meldt, dat er niets
waar is van de te Londen verspreide
mededeeling dal opnieuw een samenkomst
zal plaats hebben lusschen Sir James
Craig en De Valera. Hij verklaart beslist
te kunnen mededeelen dat de eerste mi
nister van Ulster in geen verderé bespre
kingen met Sinn Fein zal willen treden
dan op voorwaarde: dat de suprematie
van het rijksparlement onaangetast zal
blijven en de rechfen en de macht van
liet Ulster parlement op geenerlei wijze
zullen worden aangerand. Het lijdt geen
twijfel of de aanstichters in Zuid-Ieriand,
die thans machtiger zijn dan De Valera
zelve, zullen daarvan niet willen weten
en er kan dus geen quaestie van vrede
wezen.
V redes-pogingent
„Central News" meldt, dat in de wan
delgangen van het Lagerhuis allerlei ge
ruchten liepen, dat de Sinn Feiners voor
nemens zouden zijn de aanwezigheid des
konings te Belfast Ie benutten om hem
een vredesvoorstel te doen.
Drie officieren vermoord.
Drie officieren, die in burger hun ka
zerne te Fetihard in het graafschap Tip-
perary hadden verlaten om een wande
ling le maken, zijn den volgenden dag
vermoord gevonden le Woodroofe, in het
zelfde graafschap. Zij hadden wonden van
kogels en hagelkorrels en waren geblind-
iookt voor zij vermoord waren.
SEN DEBAT OVER IERLAND IN HET
HOOGERHUIS.
In het Hoogerhuis is Dinsdag de toe-
itand in Ierland besproken. Aan den voor-
svond van de officieele opening van het
noordelijke parlement te Belfast door den
Koning wenschtc men van de regeering
sen verklaring te verkrijgen of zij bereid
iras wijzigingen aan te brengen in de
Home Rule Act en fiscale autonomie aan
Ierland toe tê staan. Een aantal „peers",
4ie Zuidelijk Ierland vertegenwoordigen,
■telden de regeering hieromtrent vragen.
Namens de regeering verklaarde blij
kens een Reuter-bcrichl de Lord Chan
cellor, dat de eenige hoop op een schik
king in verdere onderhandelingen lus
schen Noord en Zuid lag. Als de wet in
Zuid-lerland een mislukking bleek (aldus
de Lord Chancellor) zou de toestand niet
belangrijk ernstiger zijn "dan thans en als
er eenige neiging bestond om tot een
schikking le komen dan bood de wet de
gelegenheid om spoedig lol zulk een schik
king le komen. Degenen, die geloofden
dat enkele wijzigingen in de finanoieele
bepalingen der wet wijziging zouden
brengen in den toesland. waren te opti
mistisch. De geschiedenis der laatste drie
maanden, was, aldus Je Lord Chancellor,
de geschiedenis van het échec onzer mili
taire krachtsinspanning om gelijken tred
te houden met de militaire maatregelen
onzer tegenstanders en om deze de baas
te worden. Er werd in Ierland een gue
rilla gevoerd en alle pogingen die noodig
waren om den toestand het hoofd te bie
den moesten geschieden.
De LordChancellor wees ieder denk
beeld van fiscale autonomie voor Ierland
af en vroeg of iemand geloofde, dat zelfs
als de regeering een wetsontwerp indien
de, waarin de bclrekkelijk geringe finan-
cieele regelingen, die mogelijk waren,
vervat waren, er een revolverschot in
Ierland minder zou gelost worden of dat
er één leven van de troepen der Kroon
minder zou verloren gaan. Als degenen,
die thans oorlog voerden, met niets min
der tevreden zouden zijn dan een onaf
hankelijke Iersche republiek, dan zou
Brilannië nimmer dien eisdh inwilligen.
Een molie van den Ierschen „peer"
Donoughmore, waarin een beroep op de
regeering werd gedaan om aan te geven
welke wijzigingen zij bereid was aan te
brengen in de Home Rule Act. werd ver
worpen met 66 tegen 57 stemmen.
Een rijksdagdelegatie naar Sileziê.
Naar de „Deutsche Tagesztg." van wel
ingelichte zijde verneemt, is Dinsdagavond
op verzoek der rijksregeering een com
missie van twaalf leden uit den Rijksdag
naar Opper-Silezië vertrokken, teneinde
den toestand Ier plaatse te bestudeeren.
Het blad wijst er op, dat deze commissie
niet, zooals men zou ver wadi ten, uit le
den van alle partijen, maar uitsluitend uit
leden der coalitiepartijen bestaat.
De Duitsche Regeering en
Opper-Silezië.
In de Dinsdag gehouden kabinetszit
ting over Opper-Silezië werden, naar de
„B. Z. a. M." met zekerheid meent te
weten, lalereerst de consequentis over
wogen, die zich in gevail van een ongun
stige beslissing inzake Opper-Silezië voor
het kabinet-Wirtfh zouden voordoen, con
sequenties die te meer voor de hand lig
gen, daar de rijkskanselier in zijn eerste
rede het behoud van Opper-Silezië. als
een conditio sine qua non voor zijn aan
blijven beeft gesteld.
HET PROCES TEGEN HöLZ.
In Berlijn is al sinds dagen het proces
tegen den bekenden communistdschen roo-
verhoofdman Hölz aan den gang. Het
loont de moeite niet om ie deren dag uit
voerig van het getuigenverhoor melding
te maken. Maar de zitting van gisteren
heeft tot scènes gevoerd, die wel de
moeite der vermelding waard zijn. Aan
het onirit'piitielijke geduid, dat de voor
zitter gedurende den duur van het proces
heeft getoond, schijnt' thans een einde tc
komen. De voorzitter is blijkbaar niet
van zins, zich de provocaties van den be
klaagde nog langer le laten welgevallen.
De. beide uit Maagdenburg gedagvaarde
beambten der veiligheidspolitie, die even
eens door benden van Hölz waren gevan
gen genomen, bevestigden over het alge
meen de verklaringen van hun reeds ver
hoorde kameraden en schilderden hun
lotgevallen tijdens hun gevangenschap
evenals de vorige getuigen dit hebben
gedaan. Speciaal vertellen zij van de zwa
re mishandelingen, waaraan ze waren
blootgesteld
Daarna wordt overgegaan tot de be
spreking van liet voorstel van de verdedi
ging, den inspecteur der crimineele politie
Kopp als deskundige over de getuigenver
klaring van de vrouw van Hess le hooren.
Dit voorstel wordt van de hand gewezen,
waarop Hölz roept: „Natuurlijk, opdat
het bedrog met aan bet licht zal komen,
jullie bloedrechters! Jullie zijn immers
alleen maar bang". De voorzitter valt hem
in de rede en roept hem hoogst opgewon
den toe: „Alsje je nu niet eindelijk be
hoorlijk gedraagt, laat ik je boeient Je
bent een onbeschaamde vlegel!" Beklaag
de Hölz steekt dan beide handen op en
zegt: „Doet u dat alsjeblieft, boeit u mij
maar, en bestel dan meteen den beul".
De verdedigers protesteeren daarna te
gen het verwerpen van het voorstel, waar
op de officier van justitie opmerkt, dat
bet toch niet aangenaam zou zijn dat een
inspecteur der crimineele politie, dus een
ondergeschikte van l»et O. M., ais deskun
dige gehoord zou worden en in zekeren
zin verplicht zou worden over zijn supe
rieur, den officier van justitie, een oordeel
uit te spreken. Beklaagde Hölz valt den
officier van justitie in de rede en brult:
„Leve het revolntionnaire proletariaat!"
waarop de voorzitter met zeer luide stem,
Hölz nog overschreeuwend, roept: „Hou
je mond!!' „Breng den beklaagde weg!"
roept hij daarna de bij de beklaagden
bank geposteerde politieagenten toe.
Dezen brengen nu den zich te weer stel
lenden en scheldenden beklaagde naar de
gevangenis terug. Daar springen de ver
dedigers op, een van hen roept: „Nu wordt
hij mishandeld, nu zal je het hebben!"
Met wapperende toga stormen ze opge
wonden den beklaagde Jia. Ook de offi
cier van justitie sluit zich aan. Onder al-
gemeene opwinding wordt daarna de zaal
ontruimd; de zitting wordt voor een uur
verdaagd. -
(Zie vervolg Telegrammen.)
GEHEIMZINNIG VERDWIJNEN VAN
SCHEPEN.
De „Daily Chronicle"^ verneemt uit
New-York, dat de regeering pogingen doet
om een verklaring te vinden van het ge
heimzinnig verdwijnen van drie Ameri-
kaansche stoomschepen bij de Atlantische
kust en de zonderlinge omstandigheden,
waaronder men vele maanden geleden den
schoener „Carroll E. Deering" gestrand
vond op de Diamand-banken van Noord-
Carolina. Alle zeilen waren geheschen; de
eettafels waren voor den maaitijd gereed;
doch de kapitein en de bemanning van
twaalf personen werden vermist. Geen
spoor van eenig lid der bemanning werd
gevonden. Een flesch spoelde aan land, die
een briefje bevatte, naar het heet ge
schreven door den stuurman van den
schoener, waarin men las: „Een met olie
gesookt tankschip of onderzeeër hield
ons aan en heeft de bemanning in kotenen
gezet."
De verdwijning van drie andere schepen,
een in de nabijheid van de banken, noop
ten de regeering in deze zaak handelend op
te treden.
Verondersteld wordt dat hier sprake is
van zeerooverij door bolsjewisten. De re
geering heeft de consulaire ambtenaren
in a'le havens der wereld opgedragen te
letten op vermiste schepen of leden van de
gevangen genomen bemanningen.
EEN NIEUW SOORT WERELD
HERVORMERS.
In Stuttgart hebben jonge menschen
die zich „Okristrevolulionnaireu" noemen
een bijeenkomst gehouden, om te getuigei
en propaganda te maken voor hun denk
beelden over wereldhervorming. In doel
staan zij naast de communisten: ook zij
willen een gemeenschap op communisti-
schen grondslag; do burgcrlijk-kapitalis
tischo maatschappij heeft gedaan, en da
socialistische is slechts een overgang. Ook
zij achten een compromis met het oude
onmogelijk. Maar, terwijl de communis
ten slechts een revolutie mogelijk mee
nen, wanneer zij door geweld wordt ge
bracht, zoo meenen deze „Christrevolur
tionnairen," dat de ophouw van een nieu
we samenleving mogelijk ig i11 verafge
legen streken, waar de hedendaagsche cul
tuur nog geen macht heeft. Zij hoper
dat de proletarische jeugd die nog pri
mitief en intellectueel nog gezond is, hei
naar „Neuland" zullen vólgen, om me
onvoorwaardelijke opofferingsgezindheid
een gezond lichaam en volledige toewij
ding te trachten hun idealen te verwe
zenlijken.
Estlandsche bladen melden! dat d
vrouw van Maxim Gorki aan de Rus
sische grens door de sovjet-autoriteitei
is gearresteerd bij een poging om dia
manten over de grens te smokkelen.
Officieel wordt meegedeeld, dat d
prins van Wales in den aanstaanden win
ter een bezoek zal brengen aan Britsch
Indië.
Do „American Federation of La
hour" heeft zich er voor verklaard dat all
Japanners en andere Oosterlingen bui
ten de V. 8. zullen worden gesloten
Er was eeniigen tijd geleden een zonsver
duistering naar men weet.
En wat deed toen onze regeering?
Natuurlijk weer niets. Die is door-en
door kapitalistisch. Die begreep niet, dat
bet proletariaat hunkerde naar meerdere
kennis over dit natuurverschijnsel. Maar
zij hoort het kloppen van liet volkshart
niet. En slaapt op zulke gewichtige mo
menten.
Dan in Rusland. Daar beseft men wat
het volk begeert. In de „Tribune" staat een
werkelijk aandoenlijk sink van oen Am-
sterdomsch arbeider, die den kapitalisti-
schen poel is ontstegen en nu in Rusland's
paradijs woont. En die vertelt, dat met liet
oog op de laatste zoneclips door liet Sov
jet-gouvernement overat kaarten verspreid
waren, met omschrijving wat een zon
eclips is enz., alles tot volksonderricht.
,,'t Was een mooie zonsverduistering en
de meesten stelden er veel belang in," zegt
de schrijver.
Is het niet buitengewoon?
En dan verhaalt de schrijver nog ids
over de moeite, die men deed, om allen
lezen en schrijven te loeren. Velen waren
onwillKg, maar daar wisten ze wel raad
op.
„Als het betaaldag was en de niet-wil-
lers melden zich aan, dan was het: „Hier
is de fijst, zoek je naam, want die staat
er op, met de som die.je te goed hebt;
zeg nu maar hoeveel je krijgt en ik be
taal je."
,,Rk kan niet lezen".
„Dan moei je 't leeren, de school stent
voor je open, voor je onmisbare levens
onderhoud wordt gezorgd, maar je geld
krijg je niet voor je kunt lezen en schrij
ven. Kwamen ze terug, genoegzaam reeds
geleerd om zelf hun naam te vinden, te
zien wat hun toe kwam en voor voldaan
le kunnen afteek enen, kregen zij alles, ook
het teruggehoudeue en bovendien meestal
een bijzonder geschenk in voedsel. Wie
werkte, moest naar de avondschool.
Ook voor elk afgelegd examen bekomt
men iets extra's, b.v. een pond suiker,
drie pond brood, drie pond haring, een
half pond boter of wat thee."
Dus ieder, die niet wil leeren, krijgt
geen geld en mag net zoo lang honger
lijden, tot hij het a b c op zijn duimpje
kent.
Het is werkelijk aandoenlijk.
En paodagogisch.
Daar is Jan Ligthart's sinaasappel-
me Khode niets bij.
Diegenen onder de Protestanten, die
op het oogenblik in Nederland bezig
zijn met een opzetten der gemoederen te
gen de Katholieken, mogen wel eens met
aandacht lezen het begin van de rede
waarmede de socialist Wibaut den nieuw
benoemden burgemeester van Amsterdam
heeft durven verwelkomen.
De nieuwe burgemeester, de heer de
Vlugt, is een anti-revolutionnair. een ge-
loovig man van eenvoudige Protestant-
sche burgera flkomst.
Zoodra hij benoemd was, beeft de
linksche pers, liberaal en socialist, ter
stond het lied gezongen, dat hij om zijn
geloofs- en politieke overtuiging niet
benoemd had mogen worden de capa
citeiten niet kon hebben enz. Het was
een partijbenoeming zooals het heette
en, dat weten we bij algemeene onder
vinding, partijbenoemingen mogen alleen
maar doorvrijzinnigen gedaan wor
den.
Goed. De heer Wibaul nu moest als
waarnemend voorzitter den nieuwen bur
gemeester verwelkomen.
Hij deed het met het volgende begin:
„Amsterdam begroet in u zijn nieuwen
heer en de Gemeenteraad zijn nieuwen
voorzitterl
De Gemeenteraad beeft u tweemaal
achtereenvolgend tot wethouder gekozen.
Gesteld, dal onze staatsinrichting het mo
gelijk maakte, dan ware het niet uitge
stoten geweest, dat de Raad^ u eens lot
zijn voorzitter had kunnen kiezen.
Maar lol Burgemeester, gesteld al we
der dat onze staatsinrichting het moge
lijk maakte, zou deze Raad- u niet heb
ben gekozen. Want gij zijt de uitgespro
ken en sterk principieéle vertegenwoor
diger van een geestesrichting, die er zeer
ver van verwijderd is in Amsterdam de
beheersehende le zijn.
Gij moet, vóór uwe bereidverklaring,
want gij zijt geen lichtzinnig man, u re
kenschap hebben gegeven van dc met
gewone eischen, die vervulling van het
ambt, dus in bet bijzonder aan u zal
stéllen! Eischen van diepgaand begrijpen,
vim veefl wal u niet eigen is, eiseJhen van
door wijsheid ingegeven aanpassen aan
veel wat u vreemd is. Uwe aanvaarding
van het ambt moet beteekenen bij u
die Anns ter-dam kent en die eenige
aandeel hebt gehad in een groot deel
van het lvc.sluursbe.lcid, uw vaste voor
nemen om ten opzichte van h 1 de etsdhen,
die de nieuwe ontwikkeling der m
schappelijke verhoudingen aan het hoofd
onzer gemeente stelt, de goede tradities
te volgen in het bijzonder van uw laat-
sten ambtsvoorganger.
Waar wij dit mogen vooroostellen, nee
ten wi j u welkom!
Men kan. dunkt ons, moeilijk een meer
geraffineerde politieke onbeschaamdheid
die uit den aard der zaakeene persoon
üjke is geworden aan den dag leggen,
schrijft het „Ov. Dgbid.
„En als men weet. dat daaibi.l de edht-
genoote. een paar kinderen, en een aan
tel vrienden en partijgenoofen togenwoor-
dig waren, dan woTdt de grofheid no,„
bovendien een opzettelijke pijniging v
intieme gevoelens.
De Nieuwe Rotterdaimwhe Courant,
die ook bij deze gelegenheid den vrq-
zinnigen superioriteitswaan heeft laten
uitwaaien, noemt de woor en
rijken socialist ,pen" openhartigheid welke
hen die den nieuwen hurgemeester na
staan wellicht (sic.t) pijnlijk heeft ge
^Opeuiharttaheidt wel 'n
sche uitdrukking voor zooveel on-chri^le
lijke onbeschoftheid. Daargelaten dat de
spijtige woorden over de keuze van de
benoemde aan de regeering gem
ten worden en niet aan den W™on d e
benoemd werd, - er ligt geen enkeie ver
dienste in. iemand zonder absolute nood-
zaak zwlke grofheden te - r
teliilk is het en een plicht van naasten
liefde. ook in den politteken omgang, de
vormen' en de beleefdheid in acht te ne
men. Zonder dat wordt het leven met die
zoogenaamde openhartigheid, die op sluk
van zaken niets dan hoogmoed is, on
dragelijk."
Maar de geloovige Protestanten kunnen
er uit zien, waar hun vrienden zitten, en
hoe heel verkeerd degenen doen, die zich
toeleggen op het onnoodig tosvrikiketen
van hartstochten, waardoor ten slotte
sledhtis verwijdering kan ontslaan lus
schen de geloovige Protestanten en de
Katholieken. Die blijkbaar eikaars hulp
bij het verdedigen van bun rechten te
gen den geaaimenlijken linkschen eigen
waan en even gezamenlijke politieke
zelfzucht, niet kunnen missen.
DE WIJZIGING DER ZEGELWET.
Naar de „N. Crt." verneemt, heeft het
hoofdbestuur der Maatschappij van Nij
verheid te Haarlem tot de Tweede Kamer
.een adres gericht, waarin er op wordt
aangedrongen het thans aanhangige wets
ontwerp tot wijziging en aanvulling der
Zegelwet 1917, althans voor wat betreft de
zegelplic.iltigheid van pakhuisceelen, volg
briefjes, cognossementen, vrachtbrieven
enz., niet aan te nemen.
In hot adres wordt er op gewezen, dat
het zegelplichtóg maken van al deze, tot
dusverre niet met zegelrecht belaste stok
ken voor handel en vervoer nieuwe kosten
zal medebrengen, die op zichzelf wellicht
niet zoo belangrijk genoemd kunnen wor
den, maar toch steeds de vervulling van
zekere formaliteiten zal eischen, waarmede
tijd gemoeid is.
Aangezien de baten, die de uitbreiding
van het zegelrecht zal opleveren, waar
schijnlijk niet van overwegend belang zul
len zijn, terwijl de last voor handel en
transportwezen onmiskenbaar is, wordt op
verwerping van het voorstel aangedrongen.
Verhooging oorlogsbegrooting. Een
wetsontwerp is ingediend tot verhooging
van dc Oorlogsbegrooting voor 1921 mei
f 1.470.580.
De kosten der Duitsche }>asvisa. Vol
gens de „Tel." zullen met ingang van 1
Juli de kosten van het Duitsche pasvisum
waarschijnlijk teruggebracht worden op
f 6.—.
DE VEREEN, v. d. H. VINGENT1US
A PAULO.
Het 75-jarig bestaan der Vereeniging van
den H. Vincentius van Paulo in Neder
land is te 's-Hage o.a. gevierd met een
•feestvergadering in het gebouw „De Ver
eeniging". Deze vergadering werd o.a. bij
gewoond door den w.n. burgemeester, den
heer v. Vuuren, den gemeente-secretaris,
mr. Ter Pelkwijk, het Tweede Kamerlid
Snoeok Henkemans en eenige gemeente
raadsleden.
De heer Jos. M. Roozenburg, president
van den Bijzonderen Raad, sprak een wel
komstwoord. Er is bijna geen land ter we
reld, waar de St. Vincentius-vereeniging
niet is gevestigd en niet bloeit, zeide spr.
Hij hoopte, dat de vereeniging te 's-Hage
steeds het voorbeeld mocht blijven voor de
zustervereenigingen in Nederland en bracht
dank aan al degenen, die met de vereeni
ging hebben samengewerkt of die hebben
gesteund.
De secretaris, de heer B. Drabbe, bracht
een kort verslag uit van de geschiedenis
van het bestaan der vereeniging.
De heer Drabbe deelde mede, dat er
onn. schriftelijke gelukwenschen waren in
gekomen van den minister-president, jhr.
mr. Ruys de Beerenbrouck, den minister
van Waterstaat, den heer König, den Com
missaris der Koningin, baron Sweerts de
Land as Wy'borgh, den vooratter der Eer
ste Kamer, baron v. Voorst tot voorst, den
voorzitter der Tweede Kamer, mr. D. A. P.
N. Kooien.
De president, van den Hoofdraad, jhr.
mr. L. v. Fisenne, zette uiteen, hoe de ver
eeniging in Nederland is uitgebreid en
noemde eenige cijfers. Volgens de laatste
statistieken waren er in 1919 4853 wer
kende leden. De bezittingen bedroegen da
jaar ruim 2 milUoen gulden. Het aantal
verpleegde kinderen bedroeg 3845.
Pastoor L. H. Pcrquin O.P. uit Amster
dam, sprak een feestrede uit. Hij noemde
Den Haag een model voor alle conferen
ties in het land.
DE WETHOUDERSKW-ESTIE TE WOR-
MERVEER.
Na een langdurige conferentie ten ge-
meentehuize té Wormerveer tusschen den
secretaris der S.D.A.P. Werkhoven te
Amsterdam en de betrokken raadsleden
en liet afdeelingsbestuur heeft wethouder
Binnendijk besloten alsnog zijn wethou
derschap aan te houden. Van den oud-
wethouder De Boer, ter conferentie aan
wezig, verlangde men, dat hij in den ge
meenteraad zijn fractie zou steunen in
haar daden en besluiten betreffende pnn-
cipieeSe kwesties of anders zijn mandaat
ter beschikking te stelten. De heer De
Boer verliet echter vóór den afloop de
vergadering. Men zal hem nu schriftelijk
mededeelen, wat er besloten s.
Merkwaardig genoeg verscheen er van
deze min of meer geheime vergadering,
Dinsdagavond reeds een bulletin van ,,De
Zaanflander".
DE KINDERRECHTER.
Blijkens het Voorioopig Verslag der
Eersle Kamer over bet wetsontwerp tot
invoering van den kinderrechter en van
de onder loerichtsteMing van minderjari
gen wend dit voorstel vrij algemeen met
instemmng ontvangen, niet het minst, nu
het, naar men meende, door amendeenng
verbeterd.
Men verzocht de Regeering met nadruk
te waken tegen een op den duur te veel
ingrijpen in het gezinsleven.
Onderscheidene leden betreurden de
verwerping van het amendement-DressCl-
'huys, dat de benoeming van de wouw sla
kinderrechter zou hebben toegelaten.
Veie leden meenden dat, ais niet met
groole zorg buitengewoon hoogstaande,
tactvolle en menschkundige personen
voor het amlhl van kinderrechter worden
uitgezocht, van dit instituut niet veel zal
terecht komen.
Verschillende leden achtten den leeftijd
van 18 jaren te hoog gesteld en zouden 16
jaren voldoende hebben gevonden.
Eenigen betreurden, dat tengevolge van 1
de aanneming van wijzigingen, afkomstig I
van de Commissie van Rapporteurs, zoo
wel de ontheffingen van, a!s de ©ntzellin-
gen uit de ouderlijke macht aan den kin
derrechter zijn onttrokken en bij de meer-
voudige kamer der rechtbank zijn onder
gebracht.
De Zuiderzeeraad.In liet rapport
van den Zuiderzeeraad wordt o.a. ge- 1
zegd, dat de beschouwingen van prof. van
Gijn geen aanleiding geven tot het wijzi- f
gen der Droogleggiqgswet.
MILITAIR STRAFRECHT.
Volgens het Voorioopig Verslag der Eer
ste Kamer over het wetsontwerp betref
fende de invoering van het Wetboek van
Militair Strafrecht en van de Wet op de
Krijgstucht juichte men het algemeen toe,
dal nu eindelijk zal worden overgegaan tot
invoering dezer wetten.
Sommige leden waren van meening, dat
deze wetten, tengevolge van het zeer lange
tijdsverloop tusschen hun vaststelling en
de behandeling van dit wetsontwerp, weder
verouderd zijn.
Men drong er op aan, dat de Regeering,
indien het eventueel moest komen tot wij
ziging van het militaire procesrecht, de
krijgsraden in hun tegenwoordige samen
stelling zou handhaven. Het werd evenwel
noodig geacht, dat het secretariaat bij de
krijgsraden werd opgedragen aan een
meester in de rechten.
En wat aangaat de officieren met rechts
kundige opleiding, deze zullen in de ver
schillende garnizoenen als officier-commis
saris of ids hulp van dezen zeer goede
diensten kunnen verrichten.
RECHTSPLEGING IN LICHTE STRAF
ZAKEN.
Het wetsontwerp tot vereenvoudiging Ij
van de rechtspleging in lichte strafzaken
werd, blijkens het Voorioopig Verslag, door
de meeste leden der Eerste Kamer niet in-
genomen-beid begroet. Speciaal hetgeen i
dienaangaande wordt voorgesteld voor d«
kantongerecht-procedure vond algemoen
bijval.
Verschillende leden wezen er op, dat
tot nu toe alleen in sommige gevallen te
gen betaling der maximum-boete overtre
dingen konden worden afgedaan. Voortaan
echter zal de ambtenaar van het openbaar
ministerie een zaak kunnen afdoen voor
het bedrag, dat hij wil, zonder oenigc be
perking. Dit is een taak, die eigenlijl
Techtspraak is en dus niet behoort te wor
den gedaan door een ambtenaar van hel
openbaar ministerie, maar door den rech
ter.
De instelling van den politierechter vond
bij vele leden instemming. Onderscheidene
andere leden echter konden hun weinige
■ingenomenheid niet dit instituut niet ver
helen. Ook was men van gevoelen, dat liet
odium van het publiek tegen één rechter,
die iemand tot 6 maanden gevangenisstraf
kan opleggen, veel grooter zal wezen dan
wanneer dergelijke straf door een college
is uitgesproken.
DIENSTWEIGERAARS.
In verband met de hongerstaking va
den dienstweigeraar H. Groenendaat, heel
het dagelijksch bestuur van het Int. Anti
mil. Bureau een bijzondere audiëntie aan
gevraagd bij den Minister van Oorlog, dia
haar onmiddellijk werd verleend. Zij stelde
den Minister van de zaak uitvoerig op de
hoogte en vestigde zijn aandacht op liet j
feit, dat thans nog verscheidene andere
principieele dienstweigeraars gevangen zit-
ten. Zij drongen er bij hem op aan met het
oog op de te verwachten speciale raaatrege-
ten te hunnen gunste, dat de dieustweige-
raars onmiddellijk in vrijheid zouden wor,
den gesteld, in het bijzonder Groeneiulaal,
wiens bestaan dit onmiddellijk vereischt.
De Minister antwoordde, dat hij evenals
teder ambtenaar niet anders mocht doen J
dan de wet uitvoeren, wat hem zou ver-
hinderen aan het verzoek der delegatie te
voldoen.
De delegatie voerde als hare meeniug aan i
dat de Minister als uitvoerder van de wet,
ook in verband met de motie-Drion, waar-
bij de Tweede Kamer, de officieele verte- I
genwoordigster van het Nederlandsclie1
Volk, met algemeene stemmen de wenschè-
lijkheid uitsprak, dat met gemoedsbezwa
ren tegen den krijgsdienst rekening zou
worden gehouden, wel degelijk de vrijheid j
bezat, in afwachting van dc uitvoering der
motie-Drion de dienstweigeraars althans,
voorioopig in vrijheid te stelten en zeker
Herman Groenendaal, met wien het im
mers een bijzonder geval betrof.
De Minister bleek hiertoe echter niet be
reid en gaf de delegatie in overweging een
a<lres te zenden.
NEDERLAND EN JAPAN.
Het blad „Yorod-zu" te Tokio, bevat een,
allerhartelijkst artikel over Nederland,;
waarin het den wensch uitspreekt, dat de]
Japansche universiteiten de gelegenheid
zulten aangrijpen voor het openen van,
betrekkingen met Nederland op opvoed-,
kundig gebied. Het blad hoopt tevens, dal,
de Japansche kooplieden zullen voldoen,
aan het verlangen van den Amsterdam- j
schen burgemeester, dat nauwere handels-
Jbelrekkmgen tusschen Jirpaai en Neder-
land zullen worden aangeknoopt.
VRIJ NAAR HET DUITSt.H.
26.
Zwijgend stapten de heeren eenige
ogenblikken naast elkander. De fabri-
lanl verwonderde zich over het voorval
ran zoo even. In welke betrekking kon
sievrouw WalVhagen tot zijn stuurschen
begeleider slaan? Waarom had zij hem
Uitdrukkelijk verzekerd in de geheele
Preek geen kennissen tc hebben? En haar
roon? Wist deze dan niets, of....? Een
vjort van wantrouwen ontstond in zijn
jinnenste, en hij besloot het hier heer
tellend geheim zooveel mogelijk te ont
lekken.
„Indien u het goedvindt, willen wij hier
>en oogenb'ik plaats nemen", zeide de
teer Guthbridge, toen zij een groepje boo
ten bereikten in wier schaduw een ge
makkelijke bank tot rust uitnoodigde „Ik
nl#.i slechts een paar minuten ophou-
en".
„Mijn tiid is geheel 4e uwer beschik
king", hernam de fabrikant beleefd, ter
wijl liij ging zitten, ,,'n Lief plaatsje hier.
„Zeker en een bekoorlijk vergezicht",
zeide de gast verstrooid.
De heer Weber glimlachte. De plaats,
waar zij za'en, was rondom van dichte
struiken ingesloten, men kon hier van
geen kant gezien worden, noch zelf iets
zien.
„Ik heb de vrijheid genomen u eens be
zoek te brengen omdat ik u eenen kletnen
dienst wilde verzoeken," begon de heer
Guthbridge na een pauze met een stem
die duidelijk zijn inwendige aandoening
verried.
„Het zal mij een genoegen zijn, n een
dienst te kunnen bewijzen," verzekerde de
heer Weber. „Indien <ïe zaak dus in mijn
macht ligt, kan u ze als reeds gedaan b%
schouwen."
„Zd is zeer eenvoudig. Maar veroorloof
mij vooraf een vraag: Is u bekend mei hel
verteden van den jonkman, die onlangs
als directeur der fabriek in uw 'dienst is
getreden?"
„Met zijn verleden?" herhaalde Weber
onaangenaam getroffen. „Zeer zeker, voor
zoover ik er belang bij had het te leeren
kennen. U zal toch wei niet gelooven, dat
ik zonder onderzoek iemand mijn ver
trouwen scherik, die mij geheel vreemd
is?"
„Wel neen, maar getuigschriften en der
gelijke dingen toonen zich later wel eenis
als niet geheel vertrouwbaar", ging de
heer Guthbridge voort met een boosaar-
digen glimlach. „Zulke dingen gebeuren
wel eens, gelijk u zelf ook wel zal welen."
De fabrikant fronste de wenkbrauwen.
„Excuseer mij, mijnheer Guthbridge. Is u
iets ten nadeele van den heer Wailhagen
bekend."
„Uit persoonlijke waarneming natuur
lijk niet," hernam Guthbridge, terwijl hij
met alle macht het zenuwachtig trekken
.van zijn mond trachtte te onderdrukken,
„maar toevallig kwamen mij de omslan-
digheden ter oore, onder welke hij uit den
dienst van zijn vroegeren chef werd ont
slagen. Deze omstandigheden zijn, op zijn
minst gezegd, zeer verdacht, en ik hield 't
daarom voor mijn plicht u daarop oplet
tend te maken."
„Ik ben u zeer verplicht, mijnheer
Gullhbridge, maar ik was juist in dien tijd
te Erzenbach en ben met alle bijzonder
heden der zaak bekend," hernam de heer
Weber koeltjes.
De heer Guthbridge beet zich op de lip
pen. „Mogelijk zijn de te Erzenbach ver
spreide geruchten gedeeltelijk overdreven,
maar.... Nu, indien u tevreden is, laat
zich verder niets er van zoggen."
De fabrikant had gedurende de laatste
minuten jteinzend voor zich gekeken; nu
wendde hij zich tot den heer Guthbridge
en zag hem onderzoekend aan.
„U kent mij lang genoeg, mijnheer, om
te weten, dat het mijn gewoonte is, zon
der om wegen op mijn doei af te gaan.
Wat heeft de jonge Wailhagen u gedaan,
om zich uw vijandschap op den hals 1e
halen? Of haat u hem alleen daarom, om
dat hij de zoon zijner moeoder is?"
De gevraagde antwoordde niet, maar
streek met zijn breede, perkamentkleurige
hand, die niettegenstaande den aan zijn
vinger fonkelenden kostbaren ring eerder
een gewoon bnrgerwerkman, dan den heer
van 't kasteel Guruguh scheen toe te be-
hooren, door den gTijzen baard. „Van
haat en vijandschap kan hier geen sprake
ziin." zeide hü met aedwioroKtn bedaard
heid. „Maar desniettegenstaandeWel,
u was daar zoo even getuige van de ont
moeting tusschen mevrouw Wailhagen en
mij; ik behoef u dus niet te zeggen, dat ik
dié persoon vroeger heb gekend. Het is
wei zeer lang geleden, maar.... kort en
goed, de aanwezigheid dezer familie hier
is voor mij om verschillende redenen on
aangenaam en dus hoop ik, dat u, als oud
vriend en buurman mij wel den dienst
wilt bewijzen mij daarvan te bevrijden,
door Wailhagen uit uw dienst te ontslaan.
Ik geloof dit zooveel eerder te kunnen
verwachten daar zulks in ons beider be
lang is. Iemand, die in zijne vroegere
woonplaats niet den besten naam heeft,
kan toch moeilijk de rechte persoon zijn
voor een betrekking, die vertrouwen
eischt."
„O zoo, zeide de heer Weber met een
gelaat, waarin verbazing en ontevreden
heid elkander de heerschappij betwistten.
„Nu, wat het laatste punt betreft, geloof
ik u reeds voldoende verklaring te heb
ben gegeven. Mijnheer Wailhagen is een
door cn door vertrouwbaar jonkman; dit
weet ik niet alleen uit de informaties, die
ik heb venomen, maar ik heb mb er ook
zelf van overtuigd."
„U zal zonder twijfel gemakkelijk,
iemand iu zijn plaals kunnen vinden,
merikte de beer Guthbridge aan met zicht-
baar ongeduld. „Het spreekt van zelf, dat
ik gaarne het finanoiecie nadeel draag, dal,
voor u uit de verandering kan ontstaan'
Daarom is het niet te doen," hernam
de heer Weber. „Ik weet natuurlijk niet
in welke betrekking u tot mevrouw Wall
hagen staat, en ft wensch het ook roet te
weten. Die dame heeft op mij oen vol,
strekt gunstigen indruk gemaakt, en he
zou mij zeer spijten, indien ik overtuig!
werd dat ik mij daarin vergist had. Maai
dat beeft nog niets te maken met haai
zoon"
„Dus u weigert?" Zijn stem klorri
heesch.
„Er blijft mij niets anders over, u n,
dat zelf inzien, indien u zich m mijn plaat!
denkt."
(Wondt vervolgd).