BUITENLAND. BINNENLAND. ölnnenlandsch Nieuws. FRIJII.I.HTON Onder Valsche Vlag DONDERDAG 23 JUNI 1921 De toestand in Ierland. De Poolsche opstand In Opper- SUezië. GEMENGDE BUITENL. BE- RICHTEN. Een stem uit het Paradijs. GERAFFINEERDE POLITIEKE ONBESCHAAMDHEID. Tweede Blad Een verklaring der R.-K. geestelijkheid. De Roomsoh-Katholiekc hiërarchie in tcrland heeft een verklaring openbaar ge- naakt, waarin gezegd wordit dat in Ierland 4c schanddaden en gruwelen intenser zijn geworden. Er dreigen nog duisterder ge beurtenissen, zoo wordt in de verklaring gezegd, omdat de leren terecht de schijn- regcling hebben versanaad, die door de Brilsche regeering met uittarting van Ier land is ontworpen. liet Zuidelijk parlement. Tot dusver was niets vernomen omtrent de verkiezing van senatoren voor het Zui delijke parlement, die volgens de nieuwe Home Rule Act, uit 64 leden zal bestaam Ex officio zouden senatoren zijn de Lord Chancellor of Ierland en de Lord-mayors van Dublin en Cork, terwijl er verder zeventien door den onderkoning zouden worden benoemd en voorts een aantal zouden worden aangewezen uit de gees le lijkheid, de „peers", den Privy Council en de graafschapsraden. Thans meldt echter een Rcuter-telegram, dat senaloren van Zuid-Iertamd een me morie lot Lloyd George hebben gericht, waarin zij verklaren hun verkiezing le aan vaarden met de bedoeling in volle vrij heid te handelen Zij achten de bevoegd heden ,aan het Zuidelijk parlement toege staan, onvoldoende om met succes te re- gceren en dringen daarom aan op een zoo spoedig mogelijke hervorming van de „Government of Ireland Act" (waartoe blijkens een Routerbericht de regeering niet bereid is.) Zij zijn beTeid samen te werken met een Lagerhuis, dat een grondwettige vertegen woordiging is van de meerderheid der kiezers, maar niet met eenig lichaam, be noemd ooi het verkozen Lagerhuis te ver vangen. Met dit laatste is bedoeld dat de regec- ring, wanneer bet zuidelijke parlement niet functioneert het zou op 28 Juni moeten bijeenkomen, doch daarvan is geen sprake dit deel van Ierland als een Kroonkolonie zal woorden bestuurd. Een Engelsch blad maakte onlangs de opmerking, dat dit wel zou belcekenen, dat de regeering dan eenige stroomarmen mei het bestuur zou belasten, doch dat feitelijk de militairen er heer en meester zouden worden. Dat het dien kant uit gaat, zou kunnen blijken uit een mede- deeling, blijkens een Reu Ier-bericht door den minister van oorlog Worthington Evans in het Lagerhuis gedaan, dat er pas weer nieuwe bataljons naar Ierland waren gezonden en dat zoo spoedig mogelijk nog meer zouden worden gezon den. Voorts deelde hij mede, dat de qunestie der uitbreiding van den slaat van beleg in studie was. Sir James Craig en De Valera. De bijzondere norrespondent der „Mor ning Post" te Belfast meldt, dat er niets waar is van de te Londen verspreide mededeeling dal opnieuw een samenkomst zal plaats hebben lusschen Sir James Craig en De Valera. Hij verklaart beslist te kunnen mededeelen dat de eerste mi nister van Ulster in geen verderé bespre kingen met Sinn Fein zal willen treden dan op voorwaarde: dat de suprematie van het rijksparlement onaangetast zal blijven en de rechfen en de macht van liet Ulster parlement op geenerlei wijze zullen worden aangerand. Het lijdt geen twijfel of de aanstichters in Zuid-Ieriand, die thans machtiger zijn dan De Valera zelve, zullen daarvan niet willen weten en er kan dus geen quaestie van vrede wezen. V redes-pogingent „Central News" meldt, dat in de wan delgangen van het Lagerhuis allerlei ge ruchten liepen, dat de Sinn Feiners voor nemens zouden zijn de aanwezigheid des konings te Belfast Ie benutten om hem een vredesvoorstel te doen. Drie officieren vermoord. Drie officieren, die in burger hun ka zerne te Fetihard in het graafschap Tip- perary hadden verlaten om een wande ling le maken, zijn den volgenden dag vermoord gevonden le Woodroofe, in het zelfde graafschap. Zij hadden wonden van kogels en hagelkorrels en waren geblind- iookt voor zij vermoord waren. SEN DEBAT OVER IERLAND IN HET HOOGERHUIS. In het Hoogerhuis is Dinsdag de toe- itand in Ierland besproken. Aan den voor- svond van de officieele opening van het noordelijke parlement te Belfast door den Koning wenschtc men van de regeering sen verklaring te verkrijgen of zij bereid iras wijzigingen aan te brengen in de Home Rule Act en fiscale autonomie aan Ierland toe tê staan. Een aantal „peers", 4ie Zuidelijk Ierland vertegenwoordigen, ■telden de regeering hieromtrent vragen. Namens de regeering verklaarde blij kens een Reuter-bcrichl de Lord Chan cellor, dat de eenige hoop op een schik king in verdere onderhandelingen lus schen Noord en Zuid lag. Als de wet in Zuid-lerland een mislukking bleek (aldus de Lord Chancellor) zou de toestand niet belangrijk ernstiger zijn "dan thans en als er eenige neiging bestond om tot een schikking le komen dan bood de wet de gelegenheid om spoedig lol zulk een schik king le komen. Degenen, die geloofden dat enkele wijzigingen in de finanoieele bepalingen der wet wijziging zouden brengen in den toesland. waren te opti mistisch. De geschiedenis der laatste drie maanden, was, aldus Je Lord Chancellor, de geschiedenis van het échec onzer mili taire krachtsinspanning om gelijken tred te houden met de militaire maatregelen onzer tegenstanders en om deze de baas te worden. Er werd in Ierland een gue rilla gevoerd en alle pogingen die noodig waren om den toestand het hoofd te bie den moesten geschieden. De LordChancellor wees ieder denk beeld van fiscale autonomie voor Ierland af en vroeg of iemand geloofde, dat zelfs als de regeering een wetsontwerp indien de, waarin de bclrekkelijk geringe finan- cieele regelingen, die mogelijk waren, vervat waren, er een revolverschot in Ierland minder zou gelost worden of dat er één leven van de troepen der Kroon minder zou verloren gaan. Als degenen, die thans oorlog voerden, met niets min der tevreden zouden zijn dan een onaf hankelijke Iersche republiek, dan zou Brilannië nimmer dien eisdh inwilligen. Een molie van den Ierschen „peer" Donoughmore, waarin een beroep op de regeering werd gedaan om aan te geven welke wijzigingen zij bereid was aan te brengen in de Home Rule Act. werd ver worpen met 66 tegen 57 stemmen. Een rijksdagdelegatie naar Sileziê. Naar de „Deutsche Tagesztg." van wel ingelichte zijde verneemt, is Dinsdagavond op verzoek der rijksregeering een com missie van twaalf leden uit den Rijksdag naar Opper-Silezië vertrokken, teneinde den toestand Ier plaatse te bestudeeren. Het blad wijst er op, dat deze commissie niet, zooals men zou ver wadi ten, uit le den van alle partijen, maar uitsluitend uit leden der coalitiepartijen bestaat. De Duitsche Regeering en Opper-Silezië. In de Dinsdag gehouden kabinetszit ting over Opper-Silezië werden, naar de „B. Z. a. M." met zekerheid meent te weten, lalereerst de consequentis over wogen, die zich in gevail van een ongun stige beslissing inzake Opper-Silezië voor het kabinet-Wirtfh zouden voordoen, con sequenties die te meer voor de hand lig gen, daar de rijkskanselier in zijn eerste rede het behoud van Opper-Silezië. als een conditio sine qua non voor zijn aan blijven beeft gesteld. HET PROCES TEGEN HöLZ. In Berlijn is al sinds dagen het proces tegen den bekenden communistdschen roo- verhoofdman Hölz aan den gang. Het loont de moeite niet om ie deren dag uit voerig van het getuigenverhoor melding te maken. Maar de zitting van gisteren heeft tot scènes gevoerd, die wel de moeite der vermelding waard zijn. Aan het onirit'piitielijke geduid, dat de voor zitter gedurende den duur van het proces heeft getoond, schijnt' thans een einde tc komen. De voorzitter is blijkbaar niet van zins, zich de provocaties van den be klaagde nog langer le laten welgevallen. De. beide uit Maagdenburg gedagvaarde beambten der veiligheidspolitie, die even eens door benden van Hölz waren gevan gen genomen, bevestigden over het alge meen de verklaringen van hun reeds ver hoorde kameraden en schilderden hun lotgevallen tijdens hun gevangenschap evenals de vorige getuigen dit hebben gedaan. Speciaal vertellen zij van de zwa re mishandelingen, waaraan ze waren blootgesteld Daarna wordt overgegaan tot de be spreking van liet voorstel van de verdedi ging, den inspecteur der crimineele politie Kopp als deskundige over de getuigenver klaring van de vrouw van Hess le hooren. Dit voorstel wordt van de hand gewezen, waarop Hölz roept: „Natuurlijk, opdat het bedrog met aan bet licht zal komen, jullie bloedrechters! Jullie zijn immers alleen maar bang". De voorzitter valt hem in de rede en roept hem hoogst opgewon den toe: „Alsje je nu niet eindelijk be hoorlijk gedraagt, laat ik je boeient Je bent een onbeschaamde vlegel!" Beklaag de Hölz steekt dan beide handen op en zegt: „Doet u dat alsjeblieft, boeit u mij maar, en bestel dan meteen den beul". De verdedigers protesteeren daarna te gen het verwerpen van het voorstel, waar op de officier van justitie opmerkt, dat bet toch niet aangenaam zou zijn dat een inspecteur der crimineele politie, dus een ondergeschikte van l»et O. M., ais deskun dige gehoord zou worden en in zekeren zin verplicht zou worden over zijn supe rieur, den officier van justitie, een oordeel uit te spreken. Beklaagde Hölz valt den officier van justitie in de rede en brult: „Leve het revolntionnaire proletariaat!" waarop de voorzitter met zeer luide stem, Hölz nog overschreeuwend, roept: „Hou je mond!!' „Breng den beklaagde weg!" roept hij daarna de bij de beklaagden bank geposteerde politieagenten toe. Dezen brengen nu den zich te weer stel lenden en scheldenden beklaagde naar de gevangenis terug. Daar springen de ver dedigers op, een van hen roept: „Nu wordt hij mishandeld, nu zal je het hebben!" Met wapperende toga stormen ze opge wonden den beklaagde Jia. Ook de offi cier van justitie sluit zich aan. Onder al- gemeene opwinding wordt daarna de zaal ontruimd; de zitting wordt voor een uur verdaagd. - (Zie vervolg Telegrammen.) GEHEIMZINNIG VERDWIJNEN VAN SCHEPEN. De „Daily Chronicle"^ verneemt uit New-York, dat de regeering pogingen doet om een verklaring te vinden van het ge heimzinnig verdwijnen van drie Ameri- kaansche stoomschepen bij de Atlantische kust en de zonderlinge omstandigheden, waaronder men vele maanden geleden den schoener „Carroll E. Deering" gestrand vond op de Diamand-banken van Noord- Carolina. Alle zeilen waren geheschen; de eettafels waren voor den maaitijd gereed; doch de kapitein en de bemanning van twaalf personen werden vermist. Geen spoor van eenig lid der bemanning werd gevonden. Een flesch spoelde aan land, die een briefje bevatte, naar het heet ge schreven door den stuurman van den schoener, waarin men las: „Een met olie gesookt tankschip of onderzeeër hield ons aan en heeft de bemanning in kotenen gezet." De verdwijning van drie andere schepen, een in de nabijheid van de banken, noop ten de regeering in deze zaak handelend op te treden. Verondersteld wordt dat hier sprake is van zeerooverij door bolsjewisten. De re geering heeft de consulaire ambtenaren in a'le havens der wereld opgedragen te letten op vermiste schepen of leden van de gevangen genomen bemanningen. EEN NIEUW SOORT WERELD HERVORMERS. In Stuttgart hebben jonge menschen die zich „Okristrevolulionnaireu" noemen een bijeenkomst gehouden, om te getuigei en propaganda te maken voor hun denk beelden over wereldhervorming. In doel staan zij naast de communisten: ook zij willen een gemeenschap op communisti- schen grondslag; do burgcrlijk-kapitalis tischo maatschappij heeft gedaan, en da socialistische is slechts een overgang. Ook zij achten een compromis met het oude onmogelijk. Maar, terwijl de communis ten slechts een revolutie mogelijk mee nen, wanneer zij door geweld wordt ge bracht, zoo meenen deze „Christrevolur tionnairen," dat de ophouw van een nieu we samenleving mogelijk ig i11 verafge legen streken, waar de hedendaagsche cul tuur nog geen macht heeft. Zij hoper dat de proletarische jeugd die nog pri mitief en intellectueel nog gezond is, hei naar „Neuland" zullen vólgen, om me onvoorwaardelijke opofferingsgezindheid een gezond lichaam en volledige toewij ding te trachten hun idealen te verwe zenlijken. Estlandsche bladen melden! dat d vrouw van Maxim Gorki aan de Rus sische grens door de sovjet-autoriteitei is gearresteerd bij een poging om dia manten over de grens te smokkelen. Officieel wordt meegedeeld, dat d prins van Wales in den aanstaanden win ter een bezoek zal brengen aan Britsch Indië. Do „American Federation of La hour" heeft zich er voor verklaard dat all Japanners en andere Oosterlingen bui ten de V. 8. zullen worden gesloten Er was eeniigen tijd geleden een zonsver duistering naar men weet. En wat deed toen onze regeering? Natuurlijk weer niets. Die is door-en door kapitalistisch. Die begreep niet, dat bet proletariaat hunkerde naar meerdere kennis over dit natuurverschijnsel. Maar zij hoort het kloppen van liet volkshart niet. En slaapt op zulke gewichtige mo menten. Dan in Rusland. Daar beseft men wat het volk begeert. In de „Tribune" staat een werkelijk aandoenlijk sink van oen Am- sterdomsch arbeider, die den kapitalisti- schen poel is ontstegen en nu in Rusland's paradijs woont. En die vertelt, dat met liet oog op de laatste zoneclips door liet Sov jet-gouvernement overat kaarten verspreid waren, met omschrijving wat een zon eclips is enz., alles tot volksonderricht. ,,'t Was een mooie zonsverduistering en de meesten stelden er veel belang in," zegt de schrijver. Is het niet buitengewoon? En dan verhaalt de schrijver nog ids over de moeite, die men deed, om allen lezen en schrijven te loeren. Velen waren onwillKg, maar daar wisten ze wel raad op. „Als het betaaldag was en de niet-wil- lers melden zich aan, dan was het: „Hier is de fijst, zoek je naam, want die staat er op, met de som die.je te goed hebt; zeg nu maar hoeveel je krijgt en ik be taal je." ,,Rk kan niet lezen". „Dan moei je 't leeren, de school stent voor je open, voor je onmisbare levens onderhoud wordt gezorgd, maar je geld krijg je niet voor je kunt lezen en schrij ven. Kwamen ze terug, genoegzaam reeds geleerd om zelf hun naam te vinden, te zien wat hun toe kwam en voor voldaan le kunnen afteek enen, kregen zij alles, ook het teruggehoudeue en bovendien meestal een bijzonder geschenk in voedsel. Wie werkte, moest naar de avondschool. Ook voor elk afgelegd examen bekomt men iets extra's, b.v. een pond suiker, drie pond brood, drie pond haring, een half pond boter of wat thee." Dus ieder, die niet wil leeren, krijgt geen geld en mag net zoo lang honger lijden, tot hij het a b c op zijn duimpje kent. Het is werkelijk aandoenlijk. En paodagogisch. Daar is Jan Ligthart's sinaasappel- me Khode niets bij. Diegenen onder de Protestanten, die op het oogenblik in Nederland bezig zijn met een opzetten der gemoederen te gen de Katholieken, mogen wel eens met aandacht lezen het begin van de rede waarmede de socialist Wibaut den nieuw benoemden burgemeester van Amsterdam heeft durven verwelkomen. De nieuwe burgemeester, de heer de Vlugt, is een anti-revolutionnair. een ge- loovig man van eenvoudige Protestant- sche burgera flkomst. Zoodra hij benoemd was, beeft de linksche pers, liberaal en socialist, ter stond het lied gezongen, dat hij om zijn geloofs- en politieke overtuiging niet benoemd had mogen worden de capa citeiten niet kon hebben enz. Het was een partijbenoeming zooals het heette en, dat weten we bij algemeene onder vinding, partijbenoemingen mogen alleen maar doorvrijzinnigen gedaan wor den. Goed. De heer Wibaul nu moest als waarnemend voorzitter den nieuwen bur gemeester verwelkomen. Hij deed het met het volgende begin: „Amsterdam begroet in u zijn nieuwen heer en de Gemeenteraad zijn nieuwen voorzitterl De Gemeenteraad beeft u tweemaal achtereenvolgend tot wethouder gekozen. Gesteld, dal onze staatsinrichting het mo gelijk maakte, dan ware het niet uitge stoten geweest, dat de Raad^ u eens lot zijn voorzitter had kunnen kiezen. Maar lol Burgemeester, gesteld al we der dat onze staatsinrichting het moge lijk maakte, zou deze Raad- u niet heb ben gekozen. Want gij zijt de uitgespro ken en sterk principieéle vertegenwoor diger van een geestesrichting, die er zeer ver van verwijderd is in Amsterdam de beheersehende le zijn. Gij moet, vóór uwe bereidverklaring, want gij zijt geen lichtzinnig man, u re kenschap hebben gegeven van dc met gewone eischen, die vervulling van het ambt, dus in bet bijzonder aan u zal stéllen! Eischen van diepgaand begrijpen, vim veefl wal u niet eigen is, eiseJhen van door wijsheid ingegeven aanpassen aan veel wat u vreemd is. Uwe aanvaarding van het ambt moet beteekenen bij u die Anns ter-dam kent en die eenige aandeel hebt gehad in een groot deel van het lvc.sluursbe.lcid, uw vaste voor nemen om ten opzichte van h 1 de etsdhen, die de nieuwe ontwikkeling der m schappelijke verhoudingen aan het hoofd onzer gemeente stelt, de goede tradities te volgen in het bijzonder van uw laat- sten ambtsvoorganger. Waar wij dit mogen vooroostellen, nee ten wi j u welkom! Men kan. dunkt ons, moeilijk een meer geraffineerde politieke onbeschaamdheid die uit den aard der zaakeene persoon üjke is geworden aan den dag leggen, schrijft het „Ov. Dgbid. „En als men weet. dat daaibi.l de edht- genoote. een paar kinderen, en een aan tel vrienden en partijgenoofen togenwoor- dig waren, dan woTdt de grofheid no,„ bovendien een opzettelijke pijniging v intieme gevoelens. De Nieuwe Rotterdaimwhe Courant, die ook bij deze gelegenheid den vrq- zinnigen superioriteitswaan heeft laten uitwaaien, noemt de woor en rijken socialist ,pen" openhartigheid welke hen die den nieuwen hurgemeester na staan wellicht (sic.t) pijnlijk heeft ge ^Opeuiharttaheidt wel 'n sche uitdrukking voor zooveel on-chri^le lijke onbeschoftheid. Daargelaten dat de spijtige woorden over de keuze van de benoemde aan de regeering gem ten worden en niet aan den W™on d e benoemd werd, - er ligt geen enkeie ver dienste in. iemand zonder absolute nood- zaak zwlke grofheden te - r teliilk is het en een plicht van naasten liefde. ook in den politteken omgang, de vormen' en de beleefdheid in acht te ne men. Zonder dat wordt het leven met die zoogenaamde openhartigheid, die op sluk van zaken niets dan hoogmoed is, on dragelijk." Maar de geloovige Protestanten kunnen er uit zien, waar hun vrienden zitten, en hoe heel verkeerd degenen doen, die zich toeleggen op het onnoodig tosvrikiketen van hartstochten, waardoor ten slotte sledhtis verwijdering kan ontslaan lus schen de geloovige Protestanten en de Katholieken. Die blijkbaar eikaars hulp bij het verdedigen van bun rechten te gen den geaaimenlijken linkschen eigen waan en even gezamenlijke politieke zelfzucht, niet kunnen missen. DE WIJZIGING DER ZEGELWET. Naar de „N. Crt." verneemt, heeft het hoofdbestuur der Maatschappij van Nij verheid te Haarlem tot de Tweede Kamer .een adres gericht, waarin er op wordt aangedrongen het thans aanhangige wets ontwerp tot wijziging en aanvulling der Zegelwet 1917, althans voor wat betreft de zegelplic.iltigheid van pakhuisceelen, volg briefjes, cognossementen, vrachtbrieven enz., niet aan te nemen. In hot adres wordt er op gewezen, dat het zegelplichtóg maken van al deze, tot dusverre niet met zegelrecht belaste stok ken voor handel en vervoer nieuwe kosten zal medebrengen, die op zichzelf wellicht niet zoo belangrijk genoemd kunnen wor den, maar toch steeds de vervulling van zekere formaliteiten zal eischen, waarmede tijd gemoeid is. Aangezien de baten, die de uitbreiding van het zegelrecht zal opleveren, waar schijnlijk niet van overwegend belang zul len zijn, terwijl de last voor handel en transportwezen onmiskenbaar is, wordt op verwerping van het voorstel aangedrongen. Verhooging oorlogsbegrooting. Een wetsontwerp is ingediend tot verhooging van dc Oorlogsbegrooting voor 1921 mei f 1.470.580. De kosten der Duitsche }>asvisa. Vol gens de „Tel." zullen met ingang van 1 Juli de kosten van het Duitsche pasvisum waarschijnlijk teruggebracht worden op f 6.—. DE VEREEN, v. d. H. VINGENT1US A PAULO. Het 75-jarig bestaan der Vereeniging van den H. Vincentius van Paulo in Neder land is te 's-Hage o.a. gevierd met een •feestvergadering in het gebouw „De Ver eeniging". Deze vergadering werd o.a. bij gewoond door den w.n. burgemeester, den heer v. Vuuren, den gemeente-secretaris, mr. Ter Pelkwijk, het Tweede Kamerlid Snoeok Henkemans en eenige gemeente raadsleden. De heer Jos. M. Roozenburg, president van den Bijzonderen Raad, sprak een wel komstwoord. Er is bijna geen land ter we reld, waar de St. Vincentius-vereeniging niet is gevestigd en niet bloeit, zeide spr. Hij hoopte, dat de vereeniging te 's-Hage steeds het voorbeeld mocht blijven voor de zustervereenigingen in Nederland en bracht dank aan al degenen, die met de vereeni ging hebben samengewerkt of die hebben gesteund. De secretaris, de heer B. Drabbe, bracht een kort verslag uit van de geschiedenis van het bestaan der vereeniging. De heer Drabbe deelde mede, dat er onn. schriftelijke gelukwenschen waren in gekomen van den minister-president, jhr. mr. Ruys de Beerenbrouck, den minister van Waterstaat, den heer König, den Com missaris der Koningin, baron Sweerts de Land as Wy'borgh, den vooratter der Eer ste Kamer, baron v. Voorst tot voorst, den voorzitter der Tweede Kamer, mr. D. A. P. N. Kooien. De president, van den Hoofdraad, jhr. mr. L. v. Fisenne, zette uiteen, hoe de ver eeniging in Nederland is uitgebreid en noemde eenige cijfers. Volgens de laatste statistieken waren er in 1919 4853 wer kende leden. De bezittingen bedroegen da jaar ruim 2 milUoen gulden. Het aantal verpleegde kinderen bedroeg 3845. Pastoor L. H. Pcrquin O.P. uit Amster dam, sprak een feestrede uit. Hij noemde Den Haag een model voor alle conferen ties in het land. DE WETHOUDERSKW-ESTIE TE WOR- MERVEER. Na een langdurige conferentie ten ge- meentehuize té Wormerveer tusschen den secretaris der S.D.A.P. Werkhoven te Amsterdam en de betrokken raadsleden en liet afdeelingsbestuur heeft wethouder Binnendijk besloten alsnog zijn wethou derschap aan te houden. Van den oud- wethouder De Boer, ter conferentie aan wezig, verlangde men, dat hij in den ge meenteraad zijn fractie zou steunen in haar daden en besluiten betreffende pnn- cipieeSe kwesties of anders zijn mandaat ter beschikking te stelten. De heer De Boer verliet echter vóór den afloop de vergadering. Men zal hem nu schriftelijk mededeelen, wat er besloten s. Merkwaardig genoeg verscheen er van deze min of meer geheime vergadering, Dinsdagavond reeds een bulletin van ,,De Zaanflander". DE KINDERRECHTER. Blijkens het Voorioopig Verslag der Eersle Kamer over bet wetsontwerp tot invoering van den kinderrechter en van de onder loerichtsteMing van minderjari gen wend dit voorstel vrij algemeen met instemmng ontvangen, niet het minst, nu het, naar men meende, door amendeenng verbeterd. Men verzocht de Regeering met nadruk te waken tegen een op den duur te veel ingrijpen in het gezinsleven. Onderscheidene leden betreurden de verwerping van het amendement-DressCl- 'huys, dat de benoeming van de wouw sla kinderrechter zou hebben toegelaten. Veie leden meenden dat, ais niet met groole zorg buitengewoon hoogstaande, tactvolle en menschkundige personen voor het amlhl van kinderrechter worden uitgezocht, van dit instituut niet veel zal terecht komen. Verschillende leden achtten den leeftijd van 18 jaren te hoog gesteld en zouden 16 jaren voldoende hebben gevonden. Eenigen betreurden, dat tengevolge van 1 de aanneming van wijzigingen, afkomstig I van de Commissie van Rapporteurs, zoo wel de ontheffingen van, a!s de ©ntzellin- gen uit de ouderlijke macht aan den kin derrechter zijn onttrokken en bij de meer- voudige kamer der rechtbank zijn onder gebracht. De Zuiderzeeraad.In liet rapport van den Zuiderzeeraad wordt o.a. ge- 1 zegd, dat de beschouwingen van prof. van Gijn geen aanleiding geven tot het wijzi- f gen der Droogleggiqgswet. MILITAIR STRAFRECHT. Volgens het Voorioopig Verslag der Eer ste Kamer over het wetsontwerp betref fende de invoering van het Wetboek van Militair Strafrecht en van de Wet op de Krijgstucht juichte men het algemeen toe, dal nu eindelijk zal worden overgegaan tot invoering dezer wetten. Sommige leden waren van meening, dat deze wetten, tengevolge van het zeer lange tijdsverloop tusschen hun vaststelling en de behandeling van dit wetsontwerp, weder verouderd zijn. Men drong er op aan, dat de Regeering, indien het eventueel moest komen tot wij ziging van het militaire procesrecht, de krijgsraden in hun tegenwoordige samen stelling zou handhaven. Het werd evenwel noodig geacht, dat het secretariaat bij de krijgsraden werd opgedragen aan een meester in de rechten. En wat aangaat de officieren met rechts kundige opleiding, deze zullen in de ver schillende garnizoenen als officier-commis saris of ids hulp van dezen zeer goede diensten kunnen verrichten. RECHTSPLEGING IN LICHTE STRAF ZAKEN. Het wetsontwerp tot vereenvoudiging Ij van de rechtspleging in lichte strafzaken werd, blijkens het Voorioopig Verslag, door de meeste leden der Eerste Kamer niet in- genomen-beid begroet. Speciaal hetgeen i dienaangaande wordt voorgesteld voor d« kantongerecht-procedure vond algemoen bijval. Verschillende leden wezen er op, dat tot nu toe alleen in sommige gevallen te gen betaling der maximum-boete overtre dingen konden worden afgedaan. Voortaan echter zal de ambtenaar van het openbaar ministerie een zaak kunnen afdoen voor het bedrag, dat hij wil, zonder oenigc be perking. Dit is een taak, die eigenlijl Techtspraak is en dus niet behoort te wor den gedaan door een ambtenaar van hel openbaar ministerie, maar door den rech ter. De instelling van den politierechter vond bij vele leden instemming. Onderscheidene andere leden echter konden hun weinige ■ingenomenheid niet dit instituut niet ver helen. Ook was men van gevoelen, dat liet odium van het publiek tegen één rechter, die iemand tot 6 maanden gevangenisstraf kan opleggen, veel grooter zal wezen dan wanneer dergelijke straf door een college is uitgesproken. DIENSTWEIGERAARS. In verband met de hongerstaking va den dienstweigeraar H. Groenendaat, heel het dagelijksch bestuur van het Int. Anti mil. Bureau een bijzondere audiëntie aan gevraagd bij den Minister van Oorlog, dia haar onmiddellijk werd verleend. Zij stelde den Minister van de zaak uitvoerig op de hoogte en vestigde zijn aandacht op liet j feit, dat thans nog verscheidene andere principieele dienstweigeraars gevangen zit- ten. Zij drongen er bij hem op aan met het oog op de te verwachten speciale raaatrege- ten te hunnen gunste, dat de dieustweige- raars onmiddellijk in vrijheid zouden wor, den gesteld, in het bijzonder Groeneiulaal, wiens bestaan dit onmiddellijk vereischt. De Minister antwoordde, dat hij evenals teder ambtenaar niet anders mocht doen J dan de wet uitvoeren, wat hem zou ver- hinderen aan het verzoek der delegatie te voldoen. De delegatie voerde als hare meeniug aan i dat de Minister als uitvoerder van de wet, ook in verband met de motie-Drion, waar- bij de Tweede Kamer, de officieele verte- I genwoordigster van het Nederlandsclie1 Volk, met algemeene stemmen de wenschè- lijkheid uitsprak, dat met gemoedsbezwa ren tegen den krijgsdienst rekening zou worden gehouden, wel degelijk de vrijheid j bezat, in afwachting van dc uitvoering der motie-Drion de dienstweigeraars althans, voorioopig in vrijheid te stelten en zeker Herman Groenendaal, met wien het im mers een bijzonder geval betrof. De Minister bleek hiertoe echter niet be reid en gaf de delegatie in overweging een a<lres te zenden. NEDERLAND EN JAPAN. Het blad „Yorod-zu" te Tokio, bevat een, allerhartelijkst artikel over Nederland,; waarin het den wensch uitspreekt, dat de] Japansche universiteiten de gelegenheid zulten aangrijpen voor het openen van, betrekkingen met Nederland op opvoed-, kundig gebied. Het blad hoopt tevens, dal, de Japansche kooplieden zullen voldoen, aan het verlangen van den Amsterdam- j schen burgemeester, dat nauwere handels- Jbelrekkmgen tusschen Jirpaai en Neder- land zullen worden aangeknoopt. VRIJ NAAR HET DUITSt.H. 26. Zwijgend stapten de heeren eenige ogenblikken naast elkander. De fabri- lanl verwonderde zich over het voorval ran zoo even. In welke betrekking kon sievrouw WalVhagen tot zijn stuurschen begeleider slaan? Waarom had zij hem Uitdrukkelijk verzekerd in de geheele Preek geen kennissen tc hebben? En haar roon? Wist deze dan niets, of....? Een vjort van wantrouwen ontstond in zijn jinnenste, en hij besloot het hier heer tellend geheim zooveel mogelijk te ont lekken. „Indien u het goedvindt, willen wij hier >en oogenb'ik plaats nemen", zeide de teer Guthbridge, toen zij een groepje boo ten bereikten in wier schaduw een ge makkelijke bank tot rust uitnoodigde „Ik nl#.i slechts een paar minuten ophou- en". „Mijn tiid is geheel 4e uwer beschik king", hernam de fabrikant beleefd, ter wijl liij ging zitten, ,,'n Lief plaatsje hier. „Zeker en een bekoorlijk vergezicht", zeide de gast verstrooid. De heer Weber glimlachte. De plaats, waar zij za'en, was rondom van dichte struiken ingesloten, men kon hier van geen kant gezien worden, noch zelf iets zien. „Ik heb de vrijheid genomen u eens be zoek te brengen omdat ik u eenen kletnen dienst wilde verzoeken," begon de heer Guthbridge na een pauze met een stem die duidelijk zijn inwendige aandoening verried. „Het zal mij een genoegen zijn, n een dienst te kunnen bewijzen," verzekerde de heer Weber. „Indien <ïe zaak dus in mijn macht ligt, kan u ze als reeds gedaan b% schouwen." „Zd is zeer eenvoudig. Maar veroorloof mij vooraf een vraag: Is u bekend mei hel verteden van den jonkman, die onlangs als directeur der fabriek in uw 'dienst is getreden?" „Met zijn verleden?" herhaalde Weber onaangenaam getroffen. „Zeer zeker, voor zoover ik er belang bij had het te leeren kennen. U zal toch wei niet gelooven, dat ik zonder onderzoek iemand mijn ver trouwen scherik, die mij geheel vreemd is?" „Wel neen, maar getuigschriften en der gelijke dingen toonen zich later wel eenis als niet geheel vertrouwbaar", ging de heer Guthbridge voort met een boosaar- digen glimlach. „Zulke dingen gebeuren wel eens, gelijk u zelf ook wel zal welen." De fabrikant fronste de wenkbrauwen. „Excuseer mij, mijnheer Guthbridge. Is u iets ten nadeele van den heer Wailhagen bekend." „Uit persoonlijke waarneming natuur lijk niet," hernam Guthbridge, terwijl hij met alle macht het zenuwachtig trekken .van zijn mond trachtte te onderdrukken, „maar toevallig kwamen mij de omslan- digheden ter oore, onder welke hij uit den dienst van zijn vroegeren chef werd ont slagen. Deze omstandigheden zijn, op zijn minst gezegd, zeer verdacht, en ik hield 't daarom voor mijn plicht u daarop oplet tend te maken." „Ik ben u zeer verplicht, mijnheer Gullhbridge, maar ik was juist in dien tijd te Erzenbach en ben met alle bijzonder heden der zaak bekend," hernam de heer Weber koeltjes. De heer Guthbridge beet zich op de lip pen. „Mogelijk zijn de te Erzenbach ver spreide geruchten gedeeltelijk overdreven, maar.... Nu, indien u tevreden is, laat zich verder niets er van zoggen." De fabrikant had gedurende de laatste minuten jteinzend voor zich gekeken; nu wendde hij zich tot den heer Guthbridge en zag hem onderzoekend aan. „U kent mij lang genoeg, mijnheer, om te weten, dat het mijn gewoonte is, zon der om wegen op mijn doei af te gaan. Wat heeft de jonge Wailhagen u gedaan, om zich uw vijandschap op den hals 1e halen? Of haat u hem alleen daarom, om dat hij de zoon zijner moeoder is?" De gevraagde antwoordde niet, maar streek met zijn breede, perkamentkleurige hand, die niettegenstaande den aan zijn vinger fonkelenden kostbaren ring eerder een gewoon bnrgerwerkman, dan den heer van 't kasteel Guruguh scheen toe te be- hooren, door den gTijzen baard. „Van haat en vijandschap kan hier geen sprake ziin." zeide hü met aedwioroKtn bedaard heid. „Maar desniettegenstaandeWel, u was daar zoo even getuige van de ont moeting tusschen mevrouw Wailhagen en mij; ik behoef u dus niet te zeggen, dat ik dié persoon vroeger heb gekend. Het is wei zeer lang geleden, maar.... kort en goed, de aanwezigheid dezer familie hier is voor mij om verschillende redenen on aangenaam en dus hoop ik, dat u, als oud vriend en buurman mij wel den dienst wilt bewijzen mij daarvan te bevrijden, door Wailhagen uit uw dienst te ontslaan. Ik geloof dit zooveel eerder te kunnen verwachten daar zulks in ons beider be lang is. Iemand, die in zijne vroegere woonplaats niet den besten naam heeft, kan toch moeilijk de rechte persoon zijn voor een betrekking, die vertrouwen eischt." „O zoo, zeide de heer Weber met een gelaat, waarin verbazing en ontevreden heid elkander de heerschappij betwistten. „Nu, wat het laatste punt betreft, geloof ik u reeds voldoende verklaring te heb ben gegeven. Mijnheer Wailhagen is een door cn door vertrouwbaar jonkman; dit weet ik niet alleen uit de informaties, die ik heb venomen, maar ik heb mb er ook zelf van overtuigd." „U zal zonder twijfel gemakkelijk, iemand iu zijn plaals kunnen vinden, merikte de beer Guthbridge aan met zicht- baar ongeduld. „Het spreekt van zelf, dat ik gaarne het finanoiecie nadeel draag, dal, voor u uit de verandering kan ontstaan' Daarom is het niet te doen," hernam de heer Weber. „Ik weet natuurlijk niet in welke betrekking u tot mevrouw Wall hagen staat, en ft wensch het ook roet te weten. Die dame heeft op mij oen vol, strekt gunstigen indruk gemaakt, en he zou mij zeer spijten, indien ik overtuig! werd dat ik mij daarin vergist had. Maai dat beeft nog niets te maken met haai zoon" „Dus u weigert?" Zijn stem klorri heesch. „Er blijft mij niets anders over, u n, dat zelf inzien, indien u zich m mijn plaat! denkt." (Wondt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1921 | | pagina 5