s Rijwielhandel JE KAMPIOEN" Cutinr DAMES- in HEEREHRUWIELEH Rijv/ielhindel „DE KAMPIOEN" 3 5 P.K. P.K. f360. f DE BOER en BINKHORST NAAIMACHINES DUNLOP-, WOLBER-, en MICHEUN - BANDEN. BUITENBOORD MOTOREN VERKOOPING A. H. van der Steur Jr. Gemengd Nieuws w RUISSTRAAT4ZHAARL|M ALLEEN BIJ ONS f 125. TRIUMPH MOTOR TE KOOP met omkeerkoppeling KI. Roatsiraat Ko. 169 (hij de brug] MOTORPOMP HYDRANT voor tuinbe- sproeiing, met 20 M. slang, prijs! 525.- V OPRUIMING Van kleine Coupons Een praatje over Automobielen. Het nut der Zilvermeeuwen voor onze Visscherij. TELEFOON 2472 is 't meest scherp concurreerende magazijn in Engelsche Rijwielen en Standaard onderdeelen ENGELAND's FIJNSTE RIJWIEL, MET EEN JAAR GARANTIE. Aanbevelend, Gr. Houtstraat 13 HAARLEM. Tegen zeer verminderden prijs een nieuwe aangeboden, laatste model, 4 P.K., kickstarter, 3 versnellingen. W. A. AARTS, Rollandstraat 27. Haarlem- Telefoon 2767. Uit voorraad leverbaar Proefvaart op aanvrage ZEER VERLAAGDE PRIJZEN Hoofdvertegenwoordigers voor Haarlem on Omstrekefi TEDING VAN BERKHOUTSTRAAT lA BARTELJORÏSSTR. 22 - TEL. 303 Gedurende eenige dagen voor Kincle kleeding - Damesrokken enz. Wanneer een automobiel te koop rordt aangeboden, hetzij nieuw of >ud, dan vindt men de paardekracht- ■terkte van den motor steeds dubbel opgegeven. Direct achter elkaar wor den twee totaal verschillende opgaven verstrekt. Hetgeen een vreemden in druk maakt. Het eerste, het kleinste cijfer, geeft het aantal paardekrachten waarnaar men voor den wagen belasting moet betalen. Het tweede is een opgavevan den fabrikant. Daar zijn al heel wat glossen op ge maakt, zegt het „Utr. Dgbld." De een meent, dat de fiscus toch warempel wel weet wat hij belasten kan en dat die toegevoegde paarde- krachten slechts reclamepaarden van de fabriek zijn. De ander, die de slim heid van den fiscus niet zoo hoog aan slaat, meent dat het verschil de paarde- krachten aangeeft, waarvoor men de belasting feitelijk ontduikt. Maar zóó eenvoudig is deze zaak nu toch niet. De quaestie zit hierin, dat inderdaad de juiste bepaling van het vermogen van een auto-motor niet zoo heel eenvoudig is. Voor de belas ting is een maatstaf aangenomen, reer eenvoudig in de toepassing, maar wetenschappelijk onjuist. Daar bepaalt men n. 1. de zuigeroppervlakte in vier kante centimeters en de slaglengte van den zuiger in metersmen vermenig vuldigt het aantal cylinders met het kwadraat der zuigeroppervlakte en met de slaglengte der zuigers en neemt drie tienden van de uitkomst aan als het aantal der ontwikkelde paarde- krachten. Deze manier van berekenen is nage volgd van een methode, die gebruikt werd om het vermogen van stoommachi nes te bepalen. Maar de feitelijke on juistheid is gauw te zien. Het aantal paardekrachten van een machine geeft haar arbeidseffect aan, dat is het in een bepaalden tijd (één seconde) ontwikkelde arbeidsvermogen. Arbeid en arbeidsvermogen berekent men in werktuigkunde uit aangewende kracht en afgelegden weg. Heft men ren gewicht van 1 K. G. omhoog, dan is oaai voor een Kracht van i iv. u. iroodigtilt men het 1 Meter op, dan is daarmee een arbeid van 1 kilogram- meter verricht. Doet men per seconde 75 maal zoo veel, dan heeft men een arbeidseffect van 1 paardekracht. Bij een motorcylinder is de gemid delde druk op den zuiger de werkzame kracht de slagwijdte is de afgelegde weg. Die weg wordt echter in 1 secon de des te vaker afgelegd naar mate is en warm geioopen, zoodat ftij vol vermogen ontwikkelt. Met een toeren- teller controleert men het aantal om wentelingen van het vliegwiel. Zoodra dit aantal ten gevolge van de rem ming een weinig vermindert, leest men den trek óp de veerbalans en het aahtal omwentelingen op den toe- renteller af. Stel dat bij een vliegwiel van 1.5 Meter omtrek bij 1200 toeren per mi de machine een grooter aantal toerennuut 20 per seconde, een trek van maakt. In een wetenschappelijke be rekening van het arbeidseffect speelt dus het toerenaantal een rol. Daarmee houdt de berekening voor de belasting zich echter niet op. En nu zal het dui delijk zijn hoe de fabrikanten, door snelloopende motoren te maken, in staat zijn geweest om machines te bouwen, die bij afmetingen, welke een klein aantal belastingpaardekrachten opleveren, inderdaad een grooter aan tal werkende paardekrachten kunnen ontwikkelen. De gewone opgave van dit effect aantal paardekrachten berust op een z. g. remproef. Het beginsel daarvan laat zich .vrij gemakkelijk beschrijven en volgens deze beschrijving laat een ietwat ruwe remproef zich voor niet te groote motoren ook werkelijk wel uitvoeren. Men zet den motor op een goed vast onderstel. Hij kan op het classis van den wagen blijven staan, als men dit stevig vastzet en met tou wen neertrekt, zoodat de veeren strak zijn gespannen en niet meer bewegen. Bij het vliegwiel van den motor wordt een balk bevestigd. Aan dien balk is met een haak een gew ne veerbalans vastgemaakt, waaraan aan de andere zijde een leeren riem zit, i~..g genoeg om rondom het geheele vliegwiel te worden geslagen. In de meeste geval len is een riem van 2 c. M. breed en 8. m. M. dik voldoende. Als nu de riem om het vliegwiel wordt gelegd in de richting waarin het wiel kan gaan draalen en precies éénmaal om het wiel aansluit, terwijl het losse eind met de hand net even strak gehouden wordt, dan zal bij in beweging zetten van den motor de riem neiging ondervinden om door het wiel te worden meegenomen, zoo dat de veerbalans een bepaalden trek op den riem aangeeft. Die proef doet men als de motor goed en wel op gang 2D K. G. wordt gevonden. Dan heeft het vliegwiel tegen dien trek in 20 x 1.5 Meter 80 Meter per sec. afgelegd en dan is daar de trek kracht 20 K. G. bedroeg per sec. 30 x 20 600 K. G. M. arbeid ont wikkeld. Het 75ste deel daarvan is het aantal paardekrachten, dat hier dus 8 bedroeg. Alle remproeven berusten op dit beginsel. Juist ten aanzien van ontploffings motoren vallen hierbij intusschen een aantal opmerkingen te maken. De kracht, door zulk een motor ontwik keld, berust op de door een ontplof fing veroorzaakte plotselinge verhit ting van een gasmengsel. Elke 273 graden verhitting doet dit gasmengsel trachten, bij gewonen dampkrings- druk een grootere ruimte in te nemen, die eenmaal zijn volume bij nul gra den bedraagt. Beloopt de verhitting zooals in motoren, die goed gesteld zijn, het .geval is -1800 graden, dan wil dat zeggen, dat het gas 6.6 maal zijn gewone volume wil innemen. Maar bij een cylinder met goede compressie was het gasmengsel YÓór de ontsteking al op 5 atmosferen.samen- gedrukt, zoodat de totale druk bij de ontploffing 6.6x5 is 33 atmosferen wordt. Die druk heerscht evenwel niet gedurende den geheelen zuigerslag, maar neemt af zoodra de zuiger zich beweegt en gedurende de beweging gaat ook door afkoeling tegen de cylin- derwanden van den druk verloren. Bij gunstigen bouw en goede ligging der kleppen is de gemiddelde druk gedu rende den zuigerslag ongeveer zoo groot als de compressiedruk. Eén at mosfeer komt overéén met 1 K. G. per vierkanten centimeter. De gemiddelde druk op den cylinder kan bij 5 atmos feren compressiedruk gesteld worden in kilogrammen op 5 maal het cylinder- oppervlak in Vierkante centimeters. Aangezien die druk de kracht is, waarvan het geheele arbeidsvermogen afhangt, laat zich gemakkelijk begrij pen de beteekenis van een goede com pressie (goed sluitende kleppen) en van den juisten bouw van den geheelen mo tor (geen te snel" warmteverlies van het gasmengsel) voor een te nemen proef omtrent het arbeidseffect. Bij een ouden, tweede-hands-motor zal een rem-proef wel nooit het aantal paardekrachten opleveren, dat de fa brikant voor den nieuwen motor opgaf. Men behoeft dan nog volstrekt niet aan reclame-paardekrachten te denken. En dan is er nog iets. Het door een remproef vastgestelde aantal paarde krachten van den motor is nog niet hetzelfde als het aantal paardekrachten dat als nuttig effect door de achterwie len op den weg wordt ontwikkeld. Als men de beschreven rempToef op het achterwiel herhaalde, zou de uitkomst voor verschillende wagens met alle feitelijk even sterke motoren zeer ver schillend kunnen uitvallen. Daar spe len verliezen bij de koppeling en de ge heele krachtoverbrenging een enorme rol, verliezen die bij oude ketting wagens tot 50 pet. en bij oude cardanwagens 20 tot 30 pet. bedragen. Betere en lich tere bouw zijn oorzaak, dat paarde- krachten van 1920 voor het effect op den weg heel wat anders beteekenen dan paardekrachten van 1910, zoodat nu met 6 paardekracht soms wordt be reikt wat er vroeger effectief 20 van den motor kostte. Van het effect op den weg kan men zich een berekening opstellen bij een rijproef, als men weet, dat voor 100 K. G. wagengewicht ongeveer 3 K. G. trek kracht op de achterwielen noodig is bij een snelheid van 40 K. M. per uur, dat is 11.1 meter per seconde. Voor een wagen met een totaal gewicht van 2500 kilogram wordt dit 75 kilogram trekkracht. Per seconde moeten 75 x 11.1 832.5 K.G.M. worden ontwikkeld en het 75ste deel daarvan, of 11.1 is het aantal voor die praestatie benoodigde paardekrachten, afgegeven door de achterwielen. De motor moet om dit te volbrengen 20 tot 100 pet. sterker zijn., Boven 40 K. M. snelheid per uur neemt de benoodigde trekkracht veel meer dan evenredig met de snelheid toe. En dh&rop is voor gewoon op wielen over den weg rijdende wagens niet veel meer uit te winnen, tenzif door zeer geperfectionneerdé wegen. De motoren en wagenbouw heeft alleen verbetering kunnen brengen in die 20 tot 100 pet. welke de motor sterker moet zijn (met 't oog op de verliezen in den wagen) dan hetgeen de achterwielen hebben te leveren. En verder in het doodge- wicht der wagens. Al deze cijfers en becijferingen zullen eenig denkbeeld geven van sommige de theoretisch-werktuigkundige pro blemen, welke in de automobiel haar oplossing hebben gevonden. Over dit onderwerp bevat het laatste nummer van „De Visscherij" een belang wekkende bijdrage van den Rijksvlssche- rljleeraar dr. J. Metzelaar, die daarin op stellige gronden aantoont, dat de groote beteekenis, die de zilvermeeuw voor het behoud van onzen vischstand bezit, veeal en vaak ook door de visschers zeiven wordt miskend en onderschat. Uit de omstandigheid, dat deze vogels in heele vluchten de trawlers en haring- loggers begeleiden, om afval machtig te worden, volgt reeds, dat zij de rechte vischvangers, als hoedanig ze nog vaak beschouwd worden, niet zijn. Echte visch- etende vogels, zooals alken en koeten toch, doen dit nooit. De zilvermeeuw kan ook niet diep genoeg duiken, niet meer dan een voet. Zoo ziet men ze ook hoog stens jacht maken op scholen haring, wier aanwezigheid zij aldus aan de vis schers verraden, voorzoover die met bui- delnetten of groote zegens werken. Niet ten onrechte is dan ook reeds gewezen op het belang van meeuwen voor het vaststellen der aanwezigheid van haring en makreelzwermen, b. v. uit vliegtuigen. De afval van de trawlefs, waarop de meeuwen hoofdzakelijk zijn aangewezen, onderscheidt de schrijver in drie groepen le de lagere bodemdicren als slakken, krabben, heremietkreeften, zeesterren|enz. 2e de onbruikbare visch en 3e den eigen lijken afval als afgezette koppen, inge wanden etc. De ronddrijvende overblijf selen van de groote slachtingen der trawlers dalen mettertijd naar den bodem en mogen voor een deel door groote vis- schen verorberd worden. Eenmaal op den grond liggende, gaan ze echter spoe dig tot bederf over, waardoor de visschen (behalve prik) niet alleen dezen buit versmaden, maar zelfs de betreffende plaatsen mijden. Stank schijnt den vis schen tot vcluht te bewegen. Deze rottende afval kan zich dermate ophoopen, dat de visch op den dunt van? die plaats verjaagd wordt. Van groot belang Is het dus voor de zeevisscherii, dat er zooveel mogelijk door de meeuwen 1 wordt opgeruimd, want het gaat hier om voorraden van ettelijke duizenden kilo's. De meeuwen vormen voorshands een welkome gezondheidspolitie. Dezelfde diensten verrichten zij aan de kust. Gelijk gieren in een Mexicaansche stad zijn ze in de visschershavens voort durend bezig. Nauwkeurig onderzoek bracht voorts aan het licht dat deze vogels echte alleseters en géén vischvan gers zijn, want men trof in hun magen o. m. aan strand- en andere krabben, insecten, muizen, mossels, slakken, bes sen, enkele malen ook jonge- vogels, ul- ken, kokkels, schelpdieren, voorts de voor schelpdierteelt zoo schadelijke zee sterren of vijfvoeters. Heele klompen wormen werden in voorraad op de nest- randen opgestapeld. Visch vond men uk terst weinig en deze was vermoedelijk nog van visschersvaartuigen afkomstig. Het feit van 't alles-eten der zilver meeuw beschouwd in het groote verband van de huishouding der zee, bracht dr. Metzelaar tot de volgende conclusie. Een gedeelte der uitwerpselen en resten komt op het land, in 't duin dus, en vergaat daar tot humus. De zaden en bessen schieten op en zoo worden de kale duinen vruchtbaar en begroeid en tegen ver stuiving gevrijwaard, wat men prachtig kon nagaan op 't eilandje Memmert. In dien dan ook langs onze kust eens 'n half millioen dezer vogels nestelde het zijn er in werkelijkheid circa 15000, waarvan ruim 3300 op de Waddeneilanden dan zou dit ongetwijfeld den Waterstaat ont zaggelijk veel werk uit de hand nemen voor helmbeplanting etc. Een ander deel der mest valt in zee, waar ze voor het „plankton", deze wereld van microscopisch kleine plantjes en diertjes, van groot belang is. Die zee- plantjes behoeven voedingszouten, w. o. stikstofverbindingen, aan welke door loopend gebrek bestaat. Per M3. bevat het Noordzeewater er slechts O.tl 0.314 gram van. Waar met deze stoffen de heele huishouding der zee staat en valt, is de vogelmest, die rijk aan stik stofverbindingen is, van 't allergrootste gewicht (schr. schat per jaar en per meeuw minstens 3 K. G., d. i. voldoende om 1 H. A. zeewater van 1 M. dikte met de noodige stikstof te „bemesten"). Zoo heeft een groote vogelkolonie een zekeren plaatselijken invloed op de plankton- ontwikkeling, wat voor de visscherij vanj buitengewoon groot belang i3, zoodat hetj nut der zilvermeeuwen voor dit bedrijf niet hoog genoeg kan worden aangeslar gen. GERZON'S MODEMAGAZIJNEN UITVERKOOP -y Mry V- r:'..-V TE KOOP een rtuit ruige mest, bij P. v. d. KAM), Leddsóhevaart 140, Vogelen zang. 4924 SLEEPERS WAGEN TE KOOP. Wagenmaker ij mond. BEKKER, War- 4904 TE KOOP voor perken en plantsoen, Afri- kaaaiitjes, mooie planten A 50 cent per 100 en 4 per 1000 en 4 Hi. Tulpen, Granduc en 1 Konijnenhok «net »es afdeeüiingen. Wed. C. H. VAN HAASTER, Zük bij Hillegom. TE KOOP 5 KIPPEN, eerste leg, President- steLn straat No. 41, Schoten. 4918 AFFZETT- TELEFOON «074 ZIET DE ETALAGES. Concurrentie NBET mogelijk. WITTE UBNiNEN SCHOENTJES. GMJS SUèDE BRUIN SUèDE WET SUèDE BRUIN GROOMLiEiDER ZWART GROOMUEDER BRUIN BOXLEDER ZWART BOXLEDER Lak LEDER Eik. Em. ABe loorten DAMES-, HEEREN- en KINDERSCHOENEN, Wend U tot ons bij het aanschaf fen van ©en paar Elegante Schoenen, HET DOET UW VOORDEEL. in de GEMEENTE BANK VAN LEENJNG TE HAARLEM, des voormiddag* 10 uur, op Don derdag U Juli 1921. van KLEERBN, MEUBELEN, NAAI MACHINES, SCHOENEN, ENZ. en Vrijdag 15 Juni 1921 van GOUD EN ZILVER ENZ. beleend in October, November en December 1920. Te zien Woensdag 13 LoM 10®1 van 10—8 oor. Het lossen en vernieuwen 4m| panden kan gesehaeden -U>t Woene- dog 6 Juk, des roi-Mags 12 uur. Het beleemen. van Meubelen, Rij wielen en andere goederen, tan da gelijks geschieden van 9 tot 6 sur, affleen Donderdags tol 12 HEER EN- EN DAMESKLEERMAKER

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1921 | | pagina 11