BinnenL Nieuws, Brief uit Dresden* BUITENLAND. FEUILLETON Onder Valsche Vlag MAANDAG 1 AUGUSTUS 1921 28 Juli. De stad van dien naam, het Ger- maansche Florence, is een der schoon ste bloemen in de kroon der Duitsche steden. Reeds meer dan twee eeuwen geniet het de reputatie een stad te zijn van schoonheid en bezienswaardig heden. Ze bewaart kunstschatten van den allereersten rang. Van jaar tot jaar breidt zich het aantal uit dergenen, die voor korteren of langeren tijd verblijf houden in de hoofdstad van Saksen. En werkelijk, sedert Dresden op het gebied van ho telwezen concurreert met de meest beroemde verblijven van vreemdelin gen in Europa, leeft men bijkans ner gens prettiger dan in deze stad. Beschrijvingen zijn ^doorgaans dor, tenzij een meester daarin de pen voert. Daarom zullen we niet in bijzonder heden treden over de talrijke musea, waarop gansch de wereld met recht jaloersch kon zijn. We zijn er niet heen gegaan om al deze schatten te zien. Als leek geniet men daar niet het fijne van. De Madonna van Raphael was ons bijzonder aanbevolen, en we heb ben ze gezien. Neen, bijzonderen in druk heeft het doek niet op ons ge maakt. We slaan onzen catalogus open Raffaello Santi, geb. zu Urbino den 7 April 1483, gest. zu Rom den 6 April 1520. Schüler Seines Vaters Giovanni Santi in Ur bino Gehilfe Pietro Peruginos zu Perugia. Die Sintinische Madonna. Ma ria mit dem Kind auf Wolken. Links der hl. Papst Sixtus II, rechts die H. Barbara. Vorn an der Brüstung zwei Engelknabern. Berühmtes Hauptwerk des Meis- ters, zwischen 1515 und 1519 in Rom für den Hochaltar der Kirche S. Sisto zu Piacenza gemalt. Berühmtes Hauptwerk Daar staan we met onze leekenkennis van schil derkunst. Toch wilden we er meer van weten en klampten 'n Zweed aan, van wien we weten, dat hij kunst verstaat. „Neen," sprak hij, „dat is wel Raphael, maar was het geen Raphael, dan was het geen „berühmtes Hauptwerk". Die groszen Meister der klassischen PeriodeRaphael, Tizian, Correggio, nach Mengs, dem „premier Peintre du roi de Pologne," die Grundsüulen aller wahrhaft groszen Kunst, bilden unter den Italienem, Rubens und Van Dijck, Rembrandt und Ruysdael un ter den Nordlandern das Rückgrat der Sammlung, und jener glückliche Instinkt feinfühliger Sammler für höchste Vollendung defc. Malerischen, alle Kostbarkeiten der Farbe, der Be- leuchtung und des Helldunkels, ver- bunden mit einer unübertrefflichen und wunderbaren Technik, hat der Dresdener Galerie jener Reichtum an hollandischen „Kleinmeistern" ge- schenkt, der in der Vielfaltigheid der künstlerischen Persönlichkeiten ein in ganz Deutschland einzigen und fast lüchenloser Bild der hollandischen Malerei in ihrer Blütezeit gewahrt... j a, we hebben veel werk gezien van onze Hollandsche „Kleinmeistern." Ook Frans Hals en Vermeer, zij het in bescheiden vorm. Dresden is de schoonste stad van duitschlandzelfs schooner dan Ber ijm Dresden streeft voorwaarts, im- mer, op alle gebied. We zijn er heen gegaan om deel te nemen aan het voor congres der Esperantisten en gaan straks in de hoofdstad van Tsjecho- Slovakije een gansche week medeleven in een werkelijk internationaal ge zelschap. Dresden streeft voorwaarts.' Ook de Esperantebeweging bloeit r-r u +'n - geen andere Duitsche stad. En het zijn niet de minstbeteekenen- den, die er zich voor interesseeren. Van de voornaamste hotels nabij het station wappert de Esperanto-vlag vele winkels hebben ze uitgestoken ten teeken, dat men daar „parolas Esperante." In de ontvangzaal bevindt zich een politiebeambte voor controle der pas sen, een beambte van de post vertegenwoordiger der r^rh- Bankallen spreken Esperanto. tig politieagenten spreken die taal. .dat alles is wel noodig want er zijn- behalve Duitschers, Hollanders, Engel schen, Schotten, Tsjecho-Slowaken en Zwitsers, ook Zweden, Noren, Denen, Zuid- en Noord-Amerikanen, Austra liërs, Japanners, Bulgaren enz. en allen worden voortgeholpen door en in Esperanto. Waar is de Hollandsche stad, die zoo iets durft te toonen? Ook Holland ontving in 't vorig jaar zulk een inter nationaal gezelschap, en wat heeft Den Haag er voor gedaan Straks gaan we naar Praag en, naar de geruchten reeds vooruit melden, staat de gansche stad in 't teeken van Esperanto. Neen, de Esperanto-con- gressen slagen altijd, kennen geen tolken, zijn geen arbeidsconferentiën te Washington en geen Volkenbonds vergaderingen in Genève. En de wijzen der wereld lachen, lachen, lachen.... Waarom lachen ze dan toch? P. H. Bijeenkomst van den Oppersten Raad. De hitte. De Spanjaarden in Marokko. IERLAND. fiEËENIDE QUiTERL BEJUSSTEÜ, VRIJ NAAR HET DUITSCH, TWEEDE DEEL. Weinig minuten .ater reed het rij tuig door de laan, die naar het slot Guruguh leidde. „Omijnheer „Waarom heeft men geen rijtuig naar 't spoor gezonden vroeg hij den verschrikten bediende, die hem in 't portaal tegemoet kwam. „Is mijn telegram niet aangekomen ,,Ik weet er niets van," sramelde deze. „Waar is mijn dochter „De juffrouw is in het park, geloof 'k Tita is bij haar." Guthbridge prevelde een onver staanbaar antwoord en ging dan naar een der deuren, die in 't portaal uit kwamen. Op den drempel keerde hij zich om. „Breng mij een flesch wijn en iets te eten." De bediende ging haastig heen, ter- Wvi 1 zijn heer, een oogenblikkelijke in- geM ihg volgende, zijn hoed opzette, °m in eigen persoon zijn dochter van zijn onverwachte terugkomst te ver wittigen en te informeeren naar het lot der door hem verzonden tijding. Buiten bleef hij een oogenblik be sluiteloos staan en sloeg dan op goed peluk af, een in vele bochten kronke- fenden weg in. Nog was hij met ver gekomen, toen hij zijwaarts een klem 8™iied«MeTfntet donker, cos.uur». dat zij dien da? aan had en e, ro smal- Ier en tenger uitziende dan g j de oude Tita in haar wagentje snei delijk de bediende, die haar reed, wiens breed gelaat als de volle maan over de leuning van t ouderwetsch voertuig keek. Guthbridge fronste de wenkbrauwen, de vriendschap zijner dochter v° vrouw, die hij haatte uit het J® P zijns harten, was voor hem altij steen des aanstoots geweestmaar nij zag geen middel om er een emde a te maken, ten minste geen enKe dat hij waagde te gebruiken. Dwars over de met heesters en klein perken beplante grasvlakte stappend, stond hij weinige minuten later voor het kleine gezelschap. „Marion 1" „Papa riep deze verrast en, naar het scheen, meer nog verschrik „Waarom hebt gij geen rijtuig ge zonden om mij af te halen „Ik heb volstrekt niet gedacht, dat u vandaag terug zoudt komen." „Hebt gij mijn telegram dan niet ontvangen „Neen, papa 1" Guthbridge zweegzijn blik bleef gevestigd op het rimpelige gelaat der oude Tita. Een zeker iets, dat hij daar op ontdekte, scheen zijn oplettendheid te trekken. Zijn oog wendde zich nu weer terug op zijn dochter, die onder zijn onderzoekenden blik zichtbaar van kleur veranderde. „Waar zijt gij geweest?" „In 't boschje." „In 't boschje Wat beteekent dat j Is 't park niet groot genoeg? Mijn bedienden hebben meer te doen, dan Tita uren ver rond te rijden." Niemand antwoordde, Guthbridge keek met toenemend wantrouwen van de een op de andere. Wilde men hem iets verbergen? Was het mogelijk, dat de een of andere gelukzoeker met zijn dochter gesproken had? Maar neen, daarvoor kende hij haar te goed. Ach Die Wallagen Een stroom bloed steeg plotseling in zijn gezicht om in het. volgend oogen blik met een benauwend geweld tot het hart terug te stroomen. „Papariep Marion en trad on willekeurig een stap nader, terwijl zij haar hand uitstak om hem te onder steunen, „ik vrees, dat u niet wel is. „Zwijg 1" bulderde hij. „Ik moet met u spreken, en wel ocgenblikkelijk. Kom mee." Zonder een antwoord af te wachten, wendde hij zich om, en begaf zich naar huis. „Wat is in 't boschje gebeurd Guthbridge was midden in de kamer blijven staan, en tegenover hem stond Marion, bleek, bevend, het beeld dor grootste verslagenheid. „Doe maar geen moeite leugens te bedenken of te ontkennen. Nu, komt het haast „Papa," smeekte Marton met zwakke Guthbridge stampte driftig met den voet. „Kunt gij niet spreken? Die verwenschte schurk was daar,diespion. Loochen het, indien gij het waagt." „Ik weet niet van vien gij spreek „O, gij verstaat mij heel goed. Was de jonge Wallhagep. daar ginder, ja of neen „Ja!" Een lange pauze volgde, gedurende welke Guthbridge in de kamer met groote stappen heen cn weer liep. Eindelijk bleef hij voor zijn dochter staan. „Wat was dat voor een mensch dat bij hem was. K< t gij ze?" „Het was zijn zuster." „Wat willen die nschen van u Waarom hebt gij ze gesproken Ant woord ,,!k.... ik v *t het niet," stamelde Marion. Guthbridge vatte met ruwe hand den arm zijner dochter zoo vast, dat zij een smartkreet niet kon onder drukken. „Zijt gij gek, of gelooft 0], dat gij mij voor den gek kunt houden siste hij. O, papa, laat mij los, steunde zij. „Ik kan het u niet zeggen mijnheer Wallhagen en zijn zuster hebben met Tita gesproken, maar ik was er niet bij. Elfriede en ik...." zij hield plot seling op, verschrikt over hare onvoor zichtigheid. „Elfriede Wie is dat vroeg Guthbridhe driftig. „Elfriede Rankhorst. Zij woont se dert eenige jaren met haar moeder in het huis van den ouden Ostlander. „Maar wat heeft zij met u en met de anderen te meken Een oogenblik draalde Marion, ter wijl zij hare hersenen /olterde met de vergeefsche poging om een uitweg te vinden." „Wei J „Zij is een achternichtje van Tita," zeide zij eindelijk. „Ho langer hoe mooier 1" riep Guth bridge met heesche stem. „En hoe dik wijls hebben deze samenkomsten plaats?" „Elfriede spreekt van tijd tot tijd een paar woorden met haar tante, papa, en mijnheer en juffrouw Wall hagen „Verder," bulderde Guthbridge. "Tita heeft in het geheel tweemaal met hen gesproken, papaden eersten keer een paar weken geleden en nu weer." „En gij zijt de handlangster van deze doortrapte spionnen Gij opent hun de poort, dat zij met dat oude wijf leugens tegen mij uitvinden en samen zweringen smeden Gij, ontaard schep sel 1" Hij had zijn dochter met ijzeren hand bij den schouder gegrepen en schudde haar met wilde woede. „Papa papa Guthbridge hoorde haar niet. Met een vloek stiet hij, haar van zich af eu was in het volgende oogenblik ver- dweoeu. Tweede Blad. Naar Reuier verneemt is liet Engelsch- Franseh geschil veel verbeterd; de ver schillende misverstanden tusschen beide regeeringen zijn thans op geheel voldoende wijze opgehelderd. Het schijnt, dat de Op- prste Raad thans dan ook op 4 Augustus bijeen zal komen. De bladen behelzen een medededing, waarin gezegd wordt, dat de door Enge land tot Frankrijk gerichte nota gevolgd is door een aceoord, dat officieel verklaard wordt bevredigend voor de En- gelsche en de Fransclie regeering te zijn. Onder deze omstandigheden is er geen kwestie van de bewoordingen der nota te publiceeren. De vrees, dat de solidariteit in de actie der bondgen ooien belemmerd zou worden, is verdwenen. Men heeft elkaar zóó snel volkomen verstaan, dat de conferentie te Parijs den 4d.en Augus tus gehouden zal worden, gelijk besloten was. Curzon en Balfour zullen Woensdag naar Parijs vertrekken. Lloyd George zal niet bij de openingsvergadering van den Oppersten Raad tegenwoordig zijn wegens reeds vroeger op zich genomen verplichtingen, maar het is mogelijk, dat hij het vervolg der beraadslagingen bij woont. De Westminster Gazette zegt, dat de Engelsche nota aan Frankrijk gevolgd is door een overeenkomst tusschen beide landen, welke officieel geheel bevredigend wordt genoemd voor beide partijen. Cur zon gaat 15 Augustus naar Parijs met Bat- four, terwijl de mogelijkheid, dat Lloyd George de bijeenkomst bij zal wonen niet is uitgesloten. Volgens de Temps zou Donderdag de Duitsche regeering aan den F ran schen gezant te Berlijn een nieuwe nota hebben overhandigd, waarin de Duitsche regee ring mededeelde, dat zij het vraagstuk van het zenden van trocpenversterkingen naar Opper-Silezië wiet uitsluitend van een juri disch standpunt wenscht te beschouwen, doch voornemens is het bed!uit van den oppersten raad, die weldra bijeen zal komen, aan te nemen. Het Parijsche blad voegde er aan toe. dat deze Duitsche nota, die zeer hoffelijk was opgesteld, er toe zou bijdragen de taak van den oppersten- raad bij het nemen van een besluit te ver gemakkelijken. Officieel wordt te B<ml,jn thans medegedeeld, dat hi tweede Duitsche nota in deze kwestmgeen sprake is. Er is slechts een nota died en wel als antwoord op de Fransclie van 16 Juli. Dit antwoord ging ge paard met den bekenden brief van minis ter dr. Rosen aan den Franschen gezant Laurent. In dezen brief werd de vraag ge steld of het transport van troepenverster kingen naar Opper-Silezië door alle drie de geallieerde mogendheden werd ver langd. Later is toen nog een tweeden brief langd. Later is toen een tweede brief eveneens betrekking op de kwestie der troepentransporten had. Vermoedelijk js het deze brief, dien de Temps als tweede nola bestempelt. Het blad publiceert tien inhoud van den brief, die daarop neerkom!, dat Duitschland verklaart het besluit van den oppersten Taad te zullen erkennen. Dit zegt natuur lijk niet dat Duitschland zijn in den eersten brief uiteengezette jurdisch stand punt opgeeft. Integendeel wordt in den tweeden brief het sland-punt, dat reeds in den eersten brief lol uiting kwam, her haald en onderlijnd. De hitte Ie New-Yorkjieeft Donderdag vijf slachtoffers gevraagd. Zeventien men- schen zijn verder op straat ineengezakt en naar het ziekenhuis gebracht. Sinds een week wordt New-York geplaagd door een nieuwe hittegolf, gepaard met een groolen vochtigheidstoestand van de lucht, welke een kwelling is voor de tienduizenden, die hun werk vinden in de binnenstad. Woens dag, Donderdag en Vrijdag bedroeg de tem peratuur op straat Jn de schaduw om en bij 102 gr. F., al was de officieele maxi mum-temperatuur slechts 88 gr., doch de ze wordt opgenomen op het dak van het gebouw Whitehall, waar men nog een zuchtje van den zeewind opvangt. Donderdag is een stille diender, die een inval moest doen in een proeflokaal, dat men verdacht van heimelijken drankver koop, van de hitte krankzinnig geworden en heeft een dertigtal menschen, onder wie vrouwen en kinderen met den gummistok gevoelige klappen toegebracht. Hij dreef hen le hoop in een kamer achter in het drankhuis en ging toen de straat op om nieuwe slachtoffers te zoeken. Te Berlijn was het Zaterdag aanmerkelijk koeler dan de vorige dagen. De thermo meter stond des ochtends op 22 gr. C., ter wijl te Berlijn de temperatuur de laatste dagen gemiddeld 34,7 bedroeg en te Dres den zelfs 37 gr. Deze temperatuur heerschfe aldaar Vrijdag zelfs nog om 7 uur in den avond. Het ergste heeft men echter te Straatsburg in den Elzas te doorstaan ge had, waar de temperatuur gemiddeld 39 bedroeg. Dit is vrijwel de hoogste, die in Duitschland en omringende landen werd opgeleekend. Slechts in 1911 en in 1892 was het op sommige dagen enkele decigra- den warmer. De verslaggever van de „Temps", die te Rijssel het door de hitte geteisterde congres van het Algemeen Verbond van den Ar beid bijwoont, begint zijn beschrijving van de vergadering van Donderdag aldus; „De ze dag is somber geweest, gelijk past aan een begrafenisdag: de congressisten hebben inderdaad het lijk van Kieffer, den Parij- schen gedelegeerde, die, loen hij zijn re devoering hield, door een beroerte getrof fen is, naar het station uitgeleide gedaan. Daarna zijn zij teruggekeerd en hebben berustend en onderworpen hun plaats on der het glazen koepeldak weer ingenomen. De hitte is er zóó groot, dat, zoo men er in plaals van menschen, eenige zaden ge plaatst had, men reeds een oogst zou hebben. Men slaat versteld over een uit houdingsvermogen, waaruit een waarlijk bewonderenswaardige geestkracht en een bewonderenswaardige opofferingsgezind heid spreken en men begint te begrijpen, waarom het syndicalisme niet onherroepe lijk aan zijn inwendigen strijd gestorven is. Passie is inderdaad een machtige molor; want zij, zij alleen, houdt in dit moordda dige zweetbad de gedelegeerden bijeen, die geen aandacht meer schenken aan de be weringen der sprekers. Men mag zeggen, alles wat men maar wil, maar zij ruimen voor geen enkel argument het veld en zij ruimen evenmin hun plaals. Uit vrees, dat de tegenstander van hun afwezigheid' gebruik mocht maken om iels te onderne men, een slem te winnen, blijven zij stoisch en transpircerend, zonder jas, zonder vest, zonder boord, zonder alles wat men uit kan trekken en toch decent blijven. In deze gioeidende atmosfeer raken de hersens versuft, maar de zenuwen uiterst gevoelig, zoodat sensaties een belangrijker rol spelen dan verstandelijke overwegingen. En ik hen er vast van overtuigd, dal de extremist, die, toen hij voor dit, door de warmte-tyrannie overstelpte congres uiting wou geven aan zijn grooïe bewondering voor de russische revolutie, slechts dit beeld vond: „Moskou is een stralende zon!" zeer onvoorzichtig is geweest. Zijn vergelijking heeft stellig aan Moskou meer kwaad ge daan dan alle waarschuwingen, die op bestudeering van de sovjet-instellingen be rusten. HULP AAN RUSLAND. Het Duitsche Roode Kruis heeft ter le niging van den nood in Rusland zijn hulp aangeboden aan het Russische Roode Kruis. Binnenkort zullen geneeskundigen niet geneesmiddelen en instrumenten naar Rusland gaan. Men heeft in de eerste plaaLs een stelselmatige bestrijding van veeziekten en epidemieën op het oog. De laatste officieele berichten uit Ma- rok'ko melden, dat de kolonne van San Jurgo versterkingen heeft opgeworpen ter versteviging van het front Ala'.aion-Si- dridah. Bij deze verrichtingen leden de Spanjaarden eenige verliezen door vrjan- delijk milraiHeurvuur. De stellingen van Zeloean, Nador en Mont Arroeit houden hun tegenstand vol. Van de overige stel lingen valt geen wijziging in den toestand te melden. Kolonel Sanjurjo heeft de stelling bij Si- dihamed el Hoeh bezet; het vreemde-in- gen-legioen Nador. Stille dienders hebben Vrijdagnacht een kamp bij Dublin overvallen en vijf gewa pende mannen, die daar lagen te s.apen, opgepakt en naar den politierechter ge bracht onder aanklacht, dat zu schuldig zijn aan de met geweld gepaarde hcr°o- ving van twee filialen van de Ulsterbank, welke onlangs heeft plaats gehad. Voor de assisen te Belfast zijn Zaieidag de deelnemers verschenen aan de onlangs plaats geliad hebbende onlusten. De ver dediger vroeg den rechter de gevangenen te behandelen in den geest van den wapen stilstand. Deze veroordeelde hen echter tot straffen van tusschen de drie en zes maanden. DE .WERKELOOSHEID IN DUITSCH LAND. Gedurende de maand Juni is het aan tal werkloozen, dat door het Rijk wordt gesteund van 358.161 tot 316.970 of met lil/a pet. gedaald. Einde Juni genoten nog 245.713 mannelijke en 71.257 vrou welijke werkloozen ondersteuning. Boven dien werd nog aan 339.863 familieleden der werkloozen extra ondersteuning be taald. 1 De verbetering is voornamelijk het ge volg van het steeds grooter wordende gebrek aan arbeidskrachten in den land bouw en van het herleven van sommige industrieën, alsmede van het bouwbe drijf. DE FRANSCHE TRjBIN-BA NDIETEN. De Parijsche politie heeft een der in dividuen gearresteerd, welke de rezigers geplunderd hebben in den trein Parijs— Marseille op 25 Juli en is de beide andoren op het spoor. Een der bandieten van den P. L. M.- trein werd Zaterdagmorgen gearresteerd. De twee andere bandieten, die gevlucht waren naar een café in de Avenue Wa- gram, werden door de politie-inspecteurs opgewacht. Zij verlieten het om 11 uur 30, schietend op de inspecteurs. Deze echoten terug en doodden de bandieten. Inspecteur Pumier werd ernstig in den buik gewond. KENTERING IN RUSLAND. De ommekeer in do economische poli tiek der Sow jet-regeering, die, zooals men weet, door Lenin verdedigt wordt met de uitlegging, dat de nieuwe rich ting geen gewoon kapitalisme, maar „staatskapitalisme" is komt ook we der duidelijk uit in de nieuwste belas tingplannen van het volkscommissariaat voor financiën. Volgens deze plannen zal het spoorweg verkeer niet meer gratis zijn en ook voor het gebruik van post-, en telegraaf- en telefoondienst, zal weder betaling ge- eischt worden. Dan zal ook het wonen, electrisch licht, gas- en waterleiding we der betaal moeten worden, al heet dat dan ook belasting. Zelfs gaat het „staats kapitalisme" reeds zoover, dat men ook weer indirecte belastingen wil invoeren, op zout, suiker, petroleum, tabak, mine raalwater en wijn. Tevens wordt voor gesteld van het geheelo verzekerings wezen een staatsmonopolie te maken. Of de post-, telegraaf- en telefoon- „belasting" veel zal opbrengen is twij felachtig. Er zal wel hoofdzakelijk ge bruik van gemaakt worden door het ont zaglijk groot aantal staatsambtenaren. Ook reeds thans is het particulier gebruik er van zeer gering geworden. To Olmiitz is het mat veel artil lerie-munitie, benzine, kruit en hand granaten gevulde arsenaal onder groote ontploffingen afgebrand. Men denkt aan kwaadwilligheid. Het Tsjecho-Slowakscho persbureau meldt, dat de ministers van seeiale voor zorg en van landbouw besloten hebben werkgevers en verkeersdiensten ten plat ten lande toe te staan den dagelijkschen arbeidstijd in de periode van 29 Juli tot 15 Sept., met twee uren te verlen te lande toe te staan den dagelijkschen oogst to vergemakkelijken. Iïet Assisenhof te Milaan heeft Malatesta en eenige andere anarchisten, die vervolgd werden wegens overtredin gen van do perswet en anarchistische samenzwering, vrijgesproken. De Italiaanseke Kamer heeft met 205 tegen 74 stemmen de eerste vijf voorioopige twaalfden goedgekeurd. DE VLKESCHKEUR1NGSWET. Do Minister van Arbeid heeft aan de Colleges van Gedeputeerde Staten verzocht eenige wenken en opmerkingen betreffende do aanslaande uitvoering van de Vieesch- kenringswet Ier kennis van de gemeente besturen le brengen, die opmerkingen be treffen om. het vormen van gemeenschap pelijke diensten, ter besparing van kosten. Ook zijn aan Gedeputeerden gezonden ter voorlichting van de gemeenten een ont werp van een verordening en ontwerpen van instructies, die voor de uitvoering van de wet noodig zullen zijn. Het ligt in de bedoeling, dat de wet tegen 1 Februari 1922 in werking zal treden. Er zijn door de Rijkscursnssen voor hulpkeurmeester 109 gediplomeerde hulpkeurmeesters afgele verd. In September vangen dc laatste cur sussen aan. De gemeentebesturen zullen van voldoend personeel om de keurings diensten voor vee en vleesch in le richten verzekerd zijn. SUPPLETOIRE ONDERWIJS- BEGROOTING 1920. In zijn memorie van antwoord op het Voorloopig 'Verslag nopens het wetsont werp tot verhooging en wijziging van Hoofdstuk V der Staats begrooting voor 1920, zegt de Minister van Onderwijs o.a., dat het eenigszins minder waardeerend oordeel, hetwelk sommige leden omtrent de van den Onderwijsraad afkomstige ad viezen meenden te mogen uitspreken, slechts hieruit kan verklaard worden, dat deze leden den door dien raad gepraes- teerden arbeid niet vermogen te overzien. De Minister, die hiertoe natuurlijk beter in staat is, stelt er prijs op te verklaren, dat het oordeel dezer leden volkomen on gegrond moet worden geacht, en dat inte gendeel bij den wetgevenden en organi- seerenden arbeid op onderwijsgebied der Jaalstverloopen jaren (Lager Onderwijs met uitvoeringsmaatregelen, wijziging der Hoo- ger Onderwijswet met het nieuwe Acade misch Statuut, de eerlang in te dienen nieu we Middelbaar Onderwijswet enz.) de zeer waardevolle adviezen van den raad zijn taak op bijzondere wijze vergemakkelijkt hebben. Dat hij niettemin niet altijd de adviezen van den raad of van deze of gene zijner afdeelingen geheel ongewijzigd overnam, doet natuurlijk aan dit gunstig oordeel in geen enkel opzicht te kort. Er kunnen zich altijd omstandigheden voordoen, die het voor de regeering wenschelijk maken, een bepaald advies niet, of aithans niet on gewijzigd op te volgen. De minister zegt ten aanzien van ge maakte andere opmerkingen, dat hij er bij den aankoop of huur en de inrichting van bureaulocatiteit voor het nieuwe Rijks- schooltoezicht ernstig naar gestreefd heeft, dc uitgaven zoo laag mogelijk te houden. Dat een bedrag van ongeveer f 600.000 in totaal voor dit doel te hoog zou zijn, moet hij dan ook weerspreken en hij meent, dat dit afdoende blijkt uit een gespecifi ceerde opgave, die hij ter voldoening aan den in het Voorloopig Verslag kenbaar ge- maakten wensch, achter de memorie hecfl doen afdrukken. De vraag of het geen aanbeveling zou verdienen den leden van het schooltoezicht een toelage le verstrekken, waarvoor zij dan in hunne woning de noodige bureau- vertrekken zouden hebben in te richten, moet de Minister ontkennend beantwoor den. INTREKKING VAN ONDERWIJS- WETSO NT WERPEN. De Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen heeft ingetrokken dc bij de Tweede Kamer ingediende en sedert aanhangig gebleven wetsontwerpen betref fende: de regeling van het voorbereidend hooger onderwijs; de wijziging en aanvul ling van de hooger onderwijswet; de rege ling van het middelbaar onderwijs; en de wijziging en aanvulling van de wet lot regeling van het iager onderwijs. DE REGELING VAN DEN DIENST PLICHT. De Minister van Binneniandsohe Zaken, heeft aan den Voorzitter van de Tweede Kamer meegedeeld, dat het in verband met dc verwerping van artikel 27 van het wetsontwerp tot nieuwe regeling van den dienstplicht gevraagde beraad, om de ver dere behandeling van aangelegenheden, bij welke de aanwezigheid van een of meer leden van het Kabinet gevorderd werd, te schorsen, thans is geëindigd en het Ka binet gereconstrueerd. Er zijn nu geen redenen voor het gedane verzoek meer aanwezig. DE BATAAFSCHE EN HAAP« VERLOFS- PERSONEEL. Door de directie van de Balaafsche Petroleum-Mpij. is aan haar hier te lande met verlof vertoevend personeel een circu laire gericht, waarin zij mededeelt, dat de sinds Mei j.l. in Nedeilandseh-Indië ge heven uitvoerrechten op petroleumproiuc- tcu haar voor de noodzakelijkheid hebben gesteld om tot inkrimping van haar bedrijf in Nederlandseh-Indië over te gaan door beperking van de werkzaamheden op die terreinen, waar de productiekosten van de gewonnen olie het hoogst zijn. Verlofgan gers, aldus heet het -erder in deze cir culaire, behooren er rekening mede te houden, dat de mogelijkheid niet is uitge sloten, dat zij na ommekomst van hun verlof niet onmiddellijk naar Indië zullen worden teruggezonden. Huil zal In dit geval vanaf den datum, waarop hun buiten- landsch vertof- eindigt voorsbands een wachtgeld worden uitgekeerd, gelijk slaan de met de gebruikelijke gezinsloelage op dat wachtgeld. Naar aanleiding van deze circulaire heeft één hier te lande met verlof zijnde employé der maatschappij aan zijn mede belanghebbenden een rondschrijven gezon den, waarin o.m. het plan geopperd wordt aan den Minister van Koloniën een request te zenden, houdende het verzoek om de verhoogde uitvoerrechten op petroleum- produclen in te trekken. Steller van dit rondschrijven hoopt daarbij „in de eerste piaats op den onmisbaren steun van de Maatschappij en in de tweede plau.s op de medewerking van alle verlofgangers, die met hem thans de dune zijn van de dwaze petroleumpoKliek der Indische re geering." Hij wekt derhalve zijn medever lofgangers op hun bewijzen van Instem ming te zenden en mede te werken tot de vorming van een commissie, die de ver- dere propaganda voor het verwezenlijken dezer plannen kan Ier hand nemen en eventueel den Minister van Koloniën hel request overhandigen en toelichten kan. LANDVERHUIZING ÜTT EN DOOR NEDERLAND. De Nederi. Vereeniging ..Landverhui zing" .schrijft: De landverhuizing uit Nederland ken merkt zich in de laatste maanden door een opmerkelijke vermindering in het aan tal pasaanvragers voor het buitenland buiten Europa (naar niet NedertamHdh' gebied) en door een daarmede overeen stemmend bijzonder klein aantal aanvra gen om inlichtingen aan het bureau der- Nedcrlantrfcchc Vereeniging ..Landverhui zing." Ten opzichte der transmigratie valt een zelfde daling vast te stellenhet verfkeer over Oldenzaal werd zóó gering, dat er aanleiding bestond om een groot deel van liet personeel, werkzaam aan de desiin fectie-Inrichtingen aüidaaT, te ontdaan. Waaraan is het toe te schrijven, dat de in Nederland bestaande lust om naar het buitenland le trekken zoo zeer is afgeno men? Waaraan moet de daling in liet door- voervorkeer van landverhuizers geweten worden? Het wil ons voorkomen, dat de oorzaak van beide verschijnselen in de eerste plaats gezocht moet worden in de wereld crisis. Het is vóór «len ooriog gebleken, dat de toe- en afneming van emigratie in sterke mate verband liield met de economische toestanden, zoowel in het eigen land, maar vooral in de immigratielanden. En de berichten uit de landen, die voor heen lot vestiging uitlokten en dat in de toekomst ongetwijfeld wel weer zullen doen, zijn alle verre van gunstig, overal doet de wereld-crisis zich in vrij ernstige mate gevoelen, van alle kanten hoort men van werkeloosheid, slapte in den handel, onverkoopbaarheid van producten, obnor» male prijzen, onzekerheid wat dc loc- komst zal brengen. Dit maakt ongetwijfeld de menschen huiverig om thans naar den vreemde U trekken, om te trachten aldaar een beter bestaan le veroveren. Wat de transmigranten betreft, is het niet onmogelijk, en zelfs zeer waarschijn lijk, dat de daling, van hot aantal door- trekkenden ook moet worden toegeschre ven ami de verplichte desinfecUe aan onze grens, met de daaraan verbanden kosten, in verband voorts met den, van Amorikaanschc zijde gestald en eisch tot het ondergaan van een tweede strengere desinfectie in de havens van inscheping. Waar andere landen, zoaals Italië, Frankrijk en België, die mede groot i e- lang hebben bij den doorvoer van trans migranten, gecne dcsinfeclie aan de grens hebben ingesteld, daar is het begrijpelijk, dat de landverhuizers uit Oost- en Znid- Oost-Europa, de voorceur geven aan hc-ti vervoer door die landen, waar hun min der overfast wordt aangedaan en dat min der kosten meebrengt. Of werkelijk het vervoer der transmi granten dal voorhoen over Nederiamlschc havens ging. ais gevolg van liet vermelde, reeds in belangrijke mate werd afgeleid naar vreemde havens, is niet met zeker heid ie zeggen, maar 't is wei opmerkelijk, dat lerwijl het aantal doortrekkende land verhuizers hie r te lande afnam, in ;!e haven van Antwerpen over het tweede kwartaal 1921 een belangrijke stijging daarvan kon worden vastgrieUJ. Een blijvende vermindering van hel aan tal transmigranten door ons land zou ter» zeerste moeten worden betreurd, niet al leen voor onze scheepvaartmaatschap pijen, die uit dat vervoer benngrijfce win- sten behaalden, maar ook uit een oog punt van algemeen belang. Behalve dat de bloei van onze scheep vaart aan zeer velen, ook builen de maatschappijen, ten goede komt. was hef, vóór den oorlog belangrijke vervoer van transmigranten door ons land en hun tij delijk verblijf in de havenplaatsen, uiter aard voor onze spoorwegen en handel van niet te onderschatten waarde. Voor onze scheepvaartmaatschappijen zou bet dubbel te betreuren zijn, omdat de concurrentie met dc buiten]andschc vervoerondemeiningen voor hen toch al zwaar is, waar laatsbedoelde, voorzoover <Ke in Italië, Frankrijk en België betreft, toch reeds in het voordeel zijn door de va- lnta. (Lagere arbeidsloonen, havenkosten en dergelijke). Nog aan een andere oorzaak zou de stille in de emigratie (transmigratie) kun nen worden toegeschreven, n.l. aan de nieuwe wettelijke beperking, ook door hare, naar verluidt, eigenaardige en cnaar. gename wijze van toepassing, welke nic- nog altijd voornaamste ent-g raliel and Ie begeven. Het wil ons voorkomen, dat de Amen- kaansobe Regeering met hare zoogenaamde drie procentswet niet het doei bereikt, dat zij daarmede in hoofdzaak beoogt we ring van de minder gewensebte elementen, in 't bijzonder van de niet vakkundige ar beiders (unskilled lalxaren dat net daarom waarschijnlijk is, dat deze_1ijdv!:j- ke wet I Juf 1922 vervalt 01 althans be langrijk" wordt gewijzigd. Atle in vorenstaande beschouwingen ver melde aangelegenheden hebben de volU aandacht van de Nederland-setje Vereeni ging Landveriiuiring en zijn door liaar voor zoover noodig en mogelijk, ook bij de betrokken autoriteiten voorgebracht.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1921 | | pagina 5