BinnenL Nieuws,
Brief uit Dresden*
BUITENLAND.
FEUILLETON
Onder Valsche Vlag
MAANDAG 1 AUGUSTUS 1921
28 Juli.
De stad van dien naam, het Ger-
maansche Florence, is een der schoon
ste bloemen in de kroon der Duitsche
steden. Reeds meer dan twee eeuwen
geniet het de reputatie een stad te zijn
van schoonheid en bezienswaardig
heden. Ze bewaart kunstschatten van
den allereersten rang.
Van jaar tot jaar breidt zich het
aantal uit dergenen, die voor korteren
of langeren tijd verblijf houden in de
hoofdstad van Saksen. En werkelijk,
sedert Dresden op het gebied van ho
telwezen concurreert met de meest
beroemde verblijven van vreemdelin
gen in Europa, leeft men bijkans ner
gens prettiger dan in deze stad.
Beschrijvingen zijn ^doorgaans dor,
tenzij een meester daarin de pen voert.
Daarom zullen we niet in bijzonder
heden treden over de talrijke musea,
waarop gansch de wereld met recht
jaloersch kon zijn. We zijn er niet heen
gegaan om al deze schatten te zien.
Als leek geniet men daar niet het fijne
van. De Madonna van Raphael was
ons bijzonder aanbevolen, en we heb
ben ze gezien. Neen, bijzonderen in
druk heeft het doek niet op ons ge
maakt. We slaan onzen catalogus
open
Raffaello Santi, geb. zu Urbino
den 7 April 1483, gest. zu Rom
den 6 April 1520. Schüler Seines
Vaters Giovanni Santi in Ur
bino Gehilfe Pietro Peruginos
zu Perugia.
Die Sintinische Madonna. Ma
ria mit dem Kind auf Wolken.
Links der hl. Papst Sixtus II,
rechts die H. Barbara. Vorn an
der Brüstung zwei Engelknabern.
Berühmtes Hauptwerk des Meis-
ters, zwischen 1515 und 1519 in
Rom für den Hochaltar der Kirche
S. Sisto zu Piacenza gemalt.
Berühmtes Hauptwerk Daar staan
we met onze leekenkennis van schil
derkunst. Toch wilden we er meer van
weten en klampten 'n Zweed aan, van
wien we weten, dat hij kunst verstaat.
„Neen," sprak hij, „dat is wel Raphael,
maar was het geen Raphael, dan was
het geen „berühmtes Hauptwerk".
Die groszen Meister der klassischen
PeriodeRaphael, Tizian, Correggio,
nach Mengs, dem „premier Peintre
du roi de Pologne," die Grundsüulen
aller wahrhaft groszen Kunst, bilden
unter den Italienem, Rubens und Van
Dijck, Rembrandt und Ruysdael un
ter den Nordlandern das Rückgrat
der Sammlung, und jener glückliche
Instinkt feinfühliger Sammler für
höchste Vollendung defc. Malerischen,
alle Kostbarkeiten der Farbe, der Be-
leuchtung und des Helldunkels, ver-
bunden mit einer unübertrefflichen
und wunderbaren Technik, hat der
Dresdener Galerie jener Reichtum an
hollandischen „Kleinmeistern" ge-
schenkt, der in der Vielfaltigheid der
künstlerischen Persönlichkeiten ein in
ganz Deutschland einzigen und fast
lüchenloser Bild der hollandischen
Malerei in ihrer Blütezeit gewahrt...
j a, we hebben veel werk gezien van
onze Hollandsche „Kleinmeistern."
Ook Frans Hals en Vermeer, zij het in
bescheiden vorm.
Dresden is de schoonste stad van
duitschlandzelfs schooner dan Ber
ijm Dresden streeft voorwaarts, im-
mer, op alle gebied. We zijn er heen
gegaan om deel te nemen aan het voor
congres der Esperantisten en gaan
straks in de hoofdstad van Tsjecho-
Slovakije een gansche week medeleven
in een werkelijk internationaal ge
zelschap.
Dresden streeft voorwaarts.'
Ook de Esperantebeweging bloeit
r-r u +'n - geen andere Duitsche stad.
En het zijn niet de minstbeteekenen-
den, die er zich voor interesseeren.
Van de voornaamste hotels nabij het
station wappert de Esperanto-vlag
vele winkels hebben ze uitgestoken
ten teeken, dat men daar „parolas
Esperante."
In de ontvangzaal bevindt zich een
politiebeambte voor controle der pas
sen, een beambte van de post
vertegenwoordiger der r^rh-
Bankallen spreken Esperanto.
tig politieagenten spreken die taal.
.dat alles is wel noodig want er zijn-
behalve Duitschers, Hollanders, Engel
schen, Schotten, Tsjecho-Slowaken en
Zwitsers, ook Zweden, Noren, Denen,
Zuid- en Noord-Amerikanen, Austra
liërs, Japanners, Bulgaren enz. en
allen worden voortgeholpen door en
in Esperanto.
Waar is de Hollandsche stad, die
zoo iets durft te toonen? Ook Holland
ontving in 't vorig jaar zulk een inter
nationaal gezelschap, en wat heeft Den
Haag er voor gedaan
Straks gaan we naar Praag en, naar
de geruchten reeds vooruit melden,
staat de gansche stad in 't teeken van
Esperanto. Neen, de Esperanto-con-
gressen slagen altijd, kennen geen
tolken, zijn geen arbeidsconferentiën
te Washington en geen Volkenbonds
vergaderingen in Genève.
En de wijzen der wereld lachen,
lachen, lachen....
Waarom lachen ze dan toch?
P. H.
Bijeenkomst van den Oppersten
Raad.
De hitte.
De Spanjaarden in Marokko.
IERLAND.
fiEËENIDE QUiTERL BEJUSSTEÜ,
VRIJ NAAR HET DUITSCH,
TWEEDE DEEL.
Weinig minuten .ater reed het rij
tuig door de laan, die naar het slot
Guruguh leidde.
„Omijnheer
„Waarom heeft men geen rijtuig
naar 't spoor gezonden vroeg hij
den verschrikten bediende, die hem
in 't portaal tegemoet kwam. „Is mijn
telegram niet aangekomen
,,Ik weet er niets van," sramelde
deze.
„Waar is mijn dochter
„De juffrouw is in het park, geloof
'k Tita is bij haar."
Guthbridge prevelde een onver
staanbaar antwoord en ging dan naar
een der deuren, die in 't portaal uit
kwamen. Op den drempel keerde hij
zich om. „Breng mij een flesch wijn en
iets te eten."
De bediende ging haastig heen, ter-
Wvi 1 zijn heer, een oogenblikkelijke in-
geM ihg volgende, zijn hoed opzette,
°m in eigen persoon zijn dochter van
zijn onverwachte terugkomst te ver
wittigen en te informeeren naar het
lot der door hem verzonden tijding.
Buiten bleef hij een oogenblik be
sluiteloos staan en sloeg dan op goed
peluk af, een in vele bochten kronke-
fenden weg in. Nog was hij met ver
gekomen, toen hij zijwaarts een klem
8™iied«MeTfntet donker, cos.uur».
dat zij dien da? aan had en e, ro smal-
Ier en tenger uitziende dan g j
de oude Tita in haar wagentje snei
delijk de bediende, die haar reed,
wiens breed gelaat als de volle maan
over de leuning van t ouderwetsch
voertuig keek.
Guthbridge fronste de wenkbrauwen,
de vriendschap zijner dochter v°
vrouw, die hij haatte uit het J® P
zijns harten, was voor hem altij
steen des aanstoots geweestmaar nij
zag geen middel om er een emde a
te maken, ten minste geen enKe
dat hij waagde te gebruiken.
Dwars over de met heesters en klein
perken beplante grasvlakte stappend,
stond hij weinige minuten later voor
het kleine gezelschap.
„Marion 1"
„Papa riep deze verrast en, naar
het scheen, meer nog verschrik
„Waarom hebt gij geen rijtuig ge
zonden om mij af te halen
„Ik heb volstrekt niet gedacht, dat
u vandaag terug zoudt komen."
„Hebt gij mijn telegram dan niet
ontvangen
„Neen, papa 1"
Guthbridge zweegzijn blik bleef
gevestigd op het rimpelige gelaat der
oude Tita. Een zeker iets, dat hij daar
op ontdekte, scheen zijn oplettendheid
te trekken. Zijn oog wendde zich nu
weer terug op zijn dochter, die onder
zijn onderzoekenden blik zichtbaar
van kleur veranderde.
„Waar zijt gij geweest?"
„In 't boschje."
„In 't boschje Wat beteekent dat j
Is 't park niet groot genoeg? Mijn
bedienden hebben meer te doen, dan
Tita uren ver rond te rijden."
Niemand antwoordde, Guthbridge
keek met toenemend wantrouwen van
de een op de andere. Wilde men hem
iets verbergen? Was het mogelijk, dat
de een of andere gelukzoeker met zijn
dochter gesproken had? Maar neen,
daarvoor kende hij haar te goed. Ach
Die Wallagen
Een stroom bloed steeg plotseling
in zijn gezicht om in het. volgend oogen
blik met een benauwend geweld tot
het hart terug te stroomen.
„Papariep Marion en trad on
willekeurig een stap nader, terwijl zij
haar hand uitstak om hem te onder
steunen, „ik vrees, dat u niet wel is.
„Zwijg 1" bulderde hij. „Ik moet met
u spreken, en wel ocgenblikkelijk.
Kom mee."
Zonder een antwoord af te wachten,
wendde hij zich om, en begaf zich naar
huis.
„Wat is in 't boschje gebeurd
Guthbridge was midden in de kamer
blijven staan, en tegenover hem stond
Marion, bleek, bevend, het beeld
dor grootste verslagenheid.
„Doe maar geen moeite leugens te
bedenken of te ontkennen. Nu, komt
het haast
„Papa," smeekte Marton met zwakke
Guthbridge stampte driftig met den
voet. „Kunt gij niet spreken? Die
verwenschte schurk was daar,diespion.
Loochen het, indien gij het waagt."
„Ik weet niet van vien gij spreek
„O, gij verstaat mij heel goed.
Was de jonge Wallhagep. daar ginder,
ja of neen
„Ja!"
Een lange pauze volgde, gedurende
welke Guthbridge in de kamer met
groote stappen heen cn weer liep.
Eindelijk bleef hij voor zijn dochter
staan. „Wat was dat voor een mensch
dat bij hem was. K< t gij ze?"
„Het was zijn zuster."
„Wat willen die nschen van u
Waarom hebt gij ze gesproken Ant
woord
,,!k.... ik v *t het niet," stamelde
Marion.
Guthbridge vatte met ruwe hand
den arm zijner dochter zoo vast, dat
zij een smartkreet niet kon onder
drukken. „Zijt gij gek, of gelooft 0],
dat gij mij voor den gek kunt houden
siste hij.
O, papa, laat mij los, steunde zij.
„Ik kan het u niet zeggen mijnheer
Wallhagen en zijn zuster hebben met
Tita gesproken, maar ik was er niet
bij. Elfriede en ik...." zij hield plot
seling op, verschrikt over hare onvoor
zichtigheid.
„Elfriede Wie is dat vroeg
Guthbridhe driftig.
„Elfriede Rankhorst. Zij woont se
dert eenige jaren met haar moeder in
het huis van den ouden Ostlander.
„Maar wat heeft zij met u en met de
anderen te meken
Een oogenblik draalde Marion, ter
wijl zij hare hersenen /olterde met de
vergeefsche poging om een uitweg te
vinden."
„Wei J
„Zij is een achternichtje van Tita,"
zeide zij eindelijk.
„Ho langer hoe mooier 1" riep Guth
bridge met heesche stem. „En hoe dik
wijls hebben deze samenkomsten
plaats?"
„Elfriede spreekt van tijd tot tijd
een paar woorden met haar tante,
papa, en mijnheer en juffrouw Wall
hagen
„Verder," bulderde Guthbridge.
"Tita heeft in het geheel tweemaal
met hen gesproken, papaden eersten
keer een paar weken geleden en nu
weer."
„En gij zijt de handlangster van deze
doortrapte spionnen Gij opent hun
de poort, dat zij met dat oude wijf
leugens tegen mij uitvinden en samen
zweringen smeden Gij, ontaard schep
sel 1" Hij had zijn dochter met ijzeren
hand bij den schouder gegrepen en
schudde haar met wilde woede.
„Papa papa
Guthbridge hoorde haar niet. Met
een vloek stiet hij, haar van zich af
eu was in het volgende oogenblik ver-
dweoeu.
Tweede Blad.
Naar Reuier verneemt is liet Engelsch-
Franseh geschil veel verbeterd; de ver
schillende misverstanden tusschen beide
regeeringen zijn thans op geheel voldoende
wijze opgehelderd. Het schijnt, dat de Op-
prste Raad thans dan ook op 4 Augustus
bijeen zal komen.
De bladen behelzen een medededing,
waarin gezegd wordt, dat de door Enge
land tot Frankrijk gerichte nota
gevolgd is door een aceoord, dat officieel
verklaard wordt bevredigend voor de En-
gelsche en de Fransclie regeering te zijn.
Onder deze omstandigheden is er geen
kwestie van de bewoordingen der nota te
publiceeren. De vrees, dat de solidariteit
in de actie der bondgen ooien belemmerd
zou worden, is verdwenen. Men heeft
elkaar zóó snel volkomen verstaan, dat
de conferentie te Parijs den 4d.en Augus
tus gehouden zal worden, gelijk besloten
was. Curzon en Balfour zullen Woensdag
naar Parijs vertrekken. Lloyd George
zal niet bij de openingsvergadering van
den Oppersten Raad tegenwoordig zijn
wegens reeds vroeger op zich genomen
verplichtingen, maar het is mogelijk, dat
hij het vervolg der beraadslagingen bij
woont.
De Westminster Gazette zegt, dat de
Engelsche nota aan Frankrijk gevolgd is
door een overeenkomst tusschen beide
landen, welke officieel geheel bevredigend
wordt genoemd voor beide partijen. Cur
zon gaat 15 Augustus naar Parijs met Bat-
four, terwijl de mogelijkheid, dat Lloyd
George de bijeenkomst bij zal wonen niet
is uitgesloten.
Volgens de Temps zou Donderdag de
Duitsche regeering aan den F ran schen
gezant te Berlijn een nieuwe nota hebben
overhandigd, waarin de Duitsche regee
ring mededeelde, dat zij het vraagstuk van
het zenden van trocpenversterkingen naar
Opper-Silezië wiet uitsluitend van een juri
disch standpunt wenscht te beschouwen,
doch voornemens is het bed!uit van den
oppersten raad, die weldra bijeen zal
komen, aan te nemen. Het Parijsche blad
voegde er aan toe. dat deze Duitsche nota,
die zeer hoffelijk was opgesteld, er toe
zou bijdragen de taak van den oppersten-
raad bij het nemen van een besluit te ver
gemakkelijken. Officieel wordt te B<ml,jn
thans medegedeeld, dat hi
tweede Duitsche nota in deze kwestmgeen
sprake is. Er is slechts een nota
died en wel als antwoord op de Fransclie
van 16 Juli. Dit antwoord ging ge
paard met den bekenden brief van minis
ter dr. Rosen aan den Franschen gezant
Laurent. In dezen brief werd de vraag ge
steld of het transport van troepenverster
kingen naar Opper-Silezië door alle drie
de geallieerde mogendheden werd ver
langd. Later is toen nog een tweeden brief
langd. Later is toen een tweede brief
eveneens betrekking op de kwestie der
troepentransporten had.
Vermoedelijk js het deze brief, dien de
Temps als tweede nola bestempelt. Het
blad publiceert tien inhoud van den brief,
die daarop neerkom!, dat Duitschland
verklaart het besluit van den oppersten
Taad te zullen erkennen. Dit zegt natuur
lijk niet dat Duitschland zijn in den
eersten brief uiteengezette jurdisch stand
punt opgeeft. Integendeel wordt in den
tweeden brief het sland-punt, dat reeds
in den eersten brief lol uiting kwam, her
haald en onderlijnd.
De hitte Ie New-Yorkjieeft Donderdag
vijf slachtoffers gevraagd. Zeventien men-
schen zijn verder op straat ineengezakt en
naar het ziekenhuis gebracht. Sinds een
week wordt New-York geplaagd door een
nieuwe hittegolf, gepaard met een groolen
vochtigheidstoestand van de lucht, welke
een kwelling is voor de tienduizenden, die
hun werk vinden in de binnenstad. Woens
dag, Donderdag en Vrijdag bedroeg de tem
peratuur op straat Jn de schaduw om en
bij 102 gr. F., al was de officieele maxi
mum-temperatuur slechts 88 gr., doch de
ze wordt opgenomen op het dak van het
gebouw Whitehall, waar men nog een
zuchtje van den zeewind opvangt.
Donderdag is een stille diender, die een
inval moest doen in een proeflokaal, dat
men verdacht van heimelijken drankver
koop, van de hitte krankzinnig geworden
en heeft een dertigtal menschen, onder wie
vrouwen en kinderen met den gummistok
gevoelige klappen toegebracht. Hij dreef
hen le hoop in een kamer achter in het
drankhuis en ging toen de straat op om
nieuwe slachtoffers te zoeken.
Te Berlijn was het Zaterdag aanmerkelijk
koeler dan de vorige dagen. De thermo
meter stond des ochtends op 22 gr. C., ter
wijl te Berlijn de temperatuur de laatste
dagen gemiddeld 34,7 bedroeg en te Dres
den zelfs 37 gr. Deze temperatuur heerschfe
aldaar Vrijdag zelfs nog om 7 uur in den
avond. Het ergste heeft men echter te
Straatsburg in den Elzas te doorstaan ge
had, waar de temperatuur gemiddeld 39
bedroeg. Dit is vrijwel de hoogste, die in
Duitschland en omringende landen werd
opgeleekend. Slechts in 1911 en in 1892
was het op sommige dagen enkele decigra-
den warmer.
De verslaggever van de „Temps", die te
Rijssel het door de hitte geteisterde congres
van het Algemeen Verbond van den Ar
beid bijwoont, begint zijn beschrijving van
de vergadering van Donderdag aldus; „De
ze dag is somber geweest, gelijk past aan
een begrafenisdag: de congressisten hebben
inderdaad het lijk van Kieffer, den Parij-
schen gedelegeerde, die, loen hij zijn re
devoering hield, door een beroerte getrof
fen is, naar het station uitgeleide gedaan.
Daarna zijn zij teruggekeerd en hebben
berustend en onderworpen hun plaats on
der het glazen koepeldak weer ingenomen.
De hitte is er zóó groot, dat, zoo men er
in plaals van menschen, eenige zaden ge
plaatst had, men reeds een oogst zou
hebben. Men slaat versteld over een uit
houdingsvermogen, waaruit een waarlijk
bewonderenswaardige geestkracht en een
bewonderenswaardige opofferingsgezind
heid spreken en men begint te begrijpen,
waarom het syndicalisme niet onherroepe
lijk aan zijn inwendigen strijd gestorven is.
Passie is inderdaad een machtige molor;
want zij, zij alleen, houdt in dit moordda
dige zweetbad de gedelegeerden bijeen, die
geen aandacht meer schenken aan de be
weringen der sprekers. Men mag zeggen,
alles wat men maar wil, maar zij ruimen
voor geen enkel argument het veld en zij
ruimen evenmin hun plaals. Uit vrees,
dat de tegenstander van hun afwezigheid'
gebruik mocht maken om iels te onderne
men, een slem te winnen, blijven zij stoisch
en transpircerend, zonder jas, zonder vest,
zonder boord, zonder alles wat men uit
kan trekken en toch decent blijven.
In deze gioeidende atmosfeer raken de
hersens versuft, maar de zenuwen uiterst
gevoelig, zoodat sensaties een belangrijker
rol spelen dan verstandelijke overwegingen.
En ik hen er vast van overtuigd, dal de
extremist, die, toen hij voor dit, door de
warmte-tyrannie overstelpte congres uiting
wou geven aan zijn grooïe bewondering
voor de russische revolutie, slechts dit beeld
vond: „Moskou is een stralende zon!" zeer
onvoorzichtig is geweest. Zijn vergelijking
heeft stellig aan Moskou meer kwaad ge
daan dan alle waarschuwingen, die op
bestudeering van de sovjet-instellingen be
rusten.
HULP AAN RUSLAND.
Het Duitsche Roode Kruis heeft ter le
niging van den nood in Rusland zijn hulp
aangeboden aan het Russische Roode
Kruis. Binnenkort zullen geneeskundigen
niet geneesmiddelen en instrumenten naar
Rusland gaan. Men heeft in de eerste
plaaLs een stelselmatige bestrijding van
veeziekten en epidemieën op het oog.
De laatste officieele berichten uit Ma-
rok'ko melden, dat de kolonne van San
Jurgo versterkingen heeft opgeworpen ter
versteviging van het front Ala'.aion-Si-
dridah. Bij deze verrichtingen leden de
Spanjaarden eenige verliezen door vrjan-
delijk milraiHeurvuur. De stellingen van
Zeloean, Nador en Mont Arroeit houden
hun tegenstand vol. Van de overige stel
lingen valt geen wijziging in den toestand
te melden.
Kolonel Sanjurjo heeft de stelling bij Si-
dihamed el Hoeh bezet; het vreemde-in-
gen-legioen Nador.
Stille dienders hebben Vrijdagnacht een
kamp bij Dublin overvallen en vijf gewa
pende mannen, die daar lagen te s.apen,
opgepakt en naar den politierechter ge
bracht onder aanklacht, dat zu schuldig
zijn aan de met geweld gepaarde hcr°o-
ving van twee filialen van de Ulsterbank,
welke onlangs heeft plaats gehad.
Voor de assisen te Belfast zijn Zaieidag
de deelnemers verschenen aan de onlangs
plaats geliad hebbende onlusten. De ver
dediger vroeg den rechter de gevangenen
te behandelen in den geest van den wapen
stilstand. Deze veroordeelde hen echter tot
straffen van tusschen de drie en zes
maanden.
DE .WERKELOOSHEID IN DUITSCH
LAND.
Gedurende de maand Juni is het aan
tal werkloozen, dat door het Rijk wordt
gesteund van 358.161 tot 316.970 of met
lil/a pet. gedaald. Einde Juni genoten
nog 245.713 mannelijke en 71.257 vrou
welijke werkloozen ondersteuning. Boven
dien werd nog aan 339.863 familieleden
der werkloozen extra ondersteuning be
taald. 1
De verbetering is voornamelijk het ge
volg van het steeds grooter wordende
gebrek aan arbeidskrachten in den land
bouw en van het herleven van sommige
industrieën, alsmede van het bouwbe
drijf.
DE FRANSCHE TRjBIN-BA NDIETEN.
De Parijsche politie heeft een der in
dividuen gearresteerd, welke de rezigers
geplunderd hebben in den trein Parijs—
Marseille op 25 Juli en is de beide
andoren op het spoor.
Een der bandieten van den P. L. M.-
trein werd Zaterdagmorgen gearresteerd.
De twee andere bandieten, die gevlucht
waren naar een café in de Avenue Wa-
gram, werden door de politie-inspecteurs
opgewacht. Zij verlieten het om 11 uur
30, schietend op de inspecteurs. Deze
echoten terug en doodden de bandieten.
Inspecteur Pumier werd ernstig in den
buik gewond.
KENTERING IN RUSLAND.
De ommekeer in do economische poli
tiek der Sow jet-regeering, die, zooals
men weet, door Lenin verdedigt wordt
met de uitlegging, dat de nieuwe rich
ting geen gewoon kapitalisme, maar
„staatskapitalisme" is komt ook we
der duidelijk uit in de nieuwste belas
tingplannen van het volkscommissariaat
voor financiën.
Volgens deze plannen zal het spoorweg
verkeer niet meer gratis zijn en ook
voor het gebruik van post-, en telegraaf-
en telefoondienst, zal weder betaling ge-
eischt worden. Dan zal ook het wonen,
electrisch licht, gas- en waterleiding we
der betaal moeten worden, al heet dat
dan ook belasting. Zelfs gaat het „staats
kapitalisme" reeds zoover, dat men ook
weer indirecte belastingen wil invoeren,
op zout, suiker, petroleum, tabak, mine
raalwater en wijn. Tevens wordt voor
gesteld van het geheelo verzekerings
wezen een staatsmonopolie te maken.
Of de post-, telegraaf- en telefoon-
„belasting" veel zal opbrengen is twij
felachtig. Er zal wel hoofdzakelijk ge
bruik van gemaakt worden door het ont
zaglijk groot aantal staatsambtenaren.
Ook reeds thans is het particulier gebruik
er van zeer gering geworden.
To Olmiitz is het mat veel artil
lerie-munitie, benzine, kruit en hand
granaten gevulde arsenaal onder groote
ontploffingen afgebrand. Men denkt aan
kwaadwilligheid.
Het Tsjecho-Slowakscho persbureau
meldt, dat de ministers van seeiale voor
zorg en van landbouw besloten hebben
werkgevers en verkeersdiensten ten plat
ten lande toe te staan den dagelijkschen
arbeidstijd in de periode van 29 Juli
tot 15 Sept., met twee uren te verlen
te lande toe te staan den dagelijkschen
oogst to vergemakkelijken.
Iïet Assisenhof te Milaan heeft
Malatesta en eenige andere anarchisten,
die vervolgd werden wegens overtredin
gen van do perswet en anarchistische
samenzwering, vrijgesproken.
De Italiaanseke Kamer heeft met
205 tegen 74 stemmen de eerste vijf
voorioopige twaalfden goedgekeurd.
DE VLKESCHKEUR1NGSWET.
Do Minister van Arbeid heeft aan de
Colleges van Gedeputeerde Staten verzocht
eenige wenken en opmerkingen betreffende
do aanslaande uitvoering van de Vieesch-
kenringswet Ier kennis van de gemeente
besturen le brengen, die opmerkingen be
treffen om. het vormen van gemeenschap
pelijke diensten, ter besparing van kosten.
Ook zijn aan Gedeputeerden gezonden ter
voorlichting van de gemeenten een ont
werp van een verordening en ontwerpen
van instructies, die voor de uitvoering van
de wet noodig zullen zijn. Het ligt in de
bedoeling, dat de wet tegen 1 Februari 1922
in werking zal treden. Er zijn door de
Rijkscursnssen voor hulpkeurmeester 109
gediplomeerde hulpkeurmeesters afgele
verd. In September vangen dc laatste cur
sussen aan. De gemeentebesturen zullen
van voldoend personeel om de keurings
diensten voor vee en vleesch in le richten
verzekerd zijn.
SUPPLETOIRE ONDERWIJS-
BEGROOTING 1920.
In zijn memorie van antwoord op het
Voorloopig 'Verslag nopens het wetsont
werp tot verhooging en wijziging van
Hoofdstuk V der Staats begrooting voor
1920, zegt de Minister van Onderwijs o.a.,
dat het eenigszins minder waardeerend
oordeel, hetwelk sommige leden omtrent
de van den Onderwijsraad afkomstige ad
viezen meenden te mogen uitspreken,
slechts hieruit kan verklaard worden, dat
deze leden den door dien raad gepraes-
teerden arbeid niet vermogen te overzien.
De Minister, die hiertoe natuurlijk beter
in staat is, stelt er prijs op te verklaren,
dat het oordeel dezer leden volkomen on
gegrond moet worden geacht, en dat inte
gendeel bij den wetgevenden en organi-
seerenden arbeid op onderwijsgebied der
Jaalstverloopen jaren (Lager Onderwijs met
uitvoeringsmaatregelen, wijziging der Hoo-
ger Onderwijswet met het nieuwe Acade
misch Statuut, de eerlang in te dienen nieu
we Middelbaar Onderwijswet enz.) de zeer
waardevolle adviezen van den raad zijn
taak op bijzondere wijze vergemakkelijkt
hebben.
Dat hij niettemin niet altijd de adviezen
van den raad of van deze of gene zijner
afdeelingen geheel ongewijzigd overnam,
doet natuurlijk aan dit gunstig oordeel in
geen enkel opzicht te kort. Er kunnen
zich altijd omstandigheden voordoen, die
het voor de regeering wenschelijk maken,
een bepaald advies niet, of aithans niet on
gewijzigd op te volgen.
De minister zegt ten aanzien van ge
maakte andere opmerkingen, dat hij er bij
den aankoop of huur en de inrichting van
bureaulocatiteit voor het nieuwe Rijks-
schooltoezicht ernstig naar gestreefd heeft,
dc uitgaven zoo laag mogelijk te houden.
Dat een bedrag van ongeveer f 600.000 in
totaal voor dit doel te hoog zou zijn, moet
hij dan ook weerspreken en hij meent,
dat dit afdoende blijkt uit een gespecifi
ceerde opgave, die hij ter voldoening aan
den in het Voorloopig Verslag kenbaar ge-
maakten wensch, achter de memorie hecfl
doen afdrukken.
De vraag of het geen aanbeveling zou
verdienen den leden van het schooltoezicht
een toelage le verstrekken, waarvoor zij
dan in hunne woning de noodige bureau-
vertrekken zouden hebben in te richten,
moet de Minister ontkennend beantwoor
den.
INTREKKING VAN ONDERWIJS-
WETSO NT WERPEN.
De Minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen heeft ingetrokken dc bij
de Tweede Kamer ingediende en sedert
aanhangig gebleven wetsontwerpen betref
fende: de regeling van het voorbereidend
hooger onderwijs; de wijziging en aanvul
ling van de hooger onderwijswet; de rege
ling van het middelbaar onderwijs; en de
wijziging en aanvulling van de wet lot
regeling van het iager onderwijs.
DE REGELING VAN DEN DIENST
PLICHT.
De Minister van Binneniandsohe Zaken,
heeft aan den Voorzitter van de Tweede
Kamer meegedeeld, dat het in verband
met dc verwerping van artikel 27 van het
wetsontwerp tot nieuwe regeling van den
dienstplicht gevraagde beraad, om de ver
dere behandeling van aangelegenheden,
bij welke de aanwezigheid van een of meer
leden van het Kabinet gevorderd werd,
te schorsen, thans is geëindigd en het Ka
binet gereconstrueerd. Er zijn nu geen
redenen voor het gedane verzoek meer
aanwezig.
DE BATAAFSCHE EN HAAP« VERLOFS-
PERSONEEL.
Door de directie van de Balaafsche
Petroleum-Mpij. is aan haar hier te lande
met verlof vertoevend personeel een circu
laire gericht, waarin zij mededeelt, dat de
sinds Mei j.l. in Nedeilandseh-Indië ge
heven uitvoerrechten op petroleumproiuc-
tcu haar voor de noodzakelijkheid hebben
gesteld om tot inkrimping van haar bedrijf
in Nederlandseh-Indië over te gaan door
beperking van de werkzaamheden op die
terreinen, waar de productiekosten van de
gewonnen olie het hoogst zijn. Verlofgan
gers, aldus heet het -erder in deze cir
culaire, behooren er rekening mede te
houden, dat de mogelijkheid niet is uitge
sloten, dat zij na ommekomst van hun
verlof niet onmiddellijk naar Indië zullen
worden teruggezonden. Huil zal In dit geval
vanaf den datum, waarop hun buiten-
landsch vertof- eindigt voorsbands een
wachtgeld worden uitgekeerd, gelijk slaan
de met de gebruikelijke gezinsloelage op
dat wachtgeld.
Naar aanleiding van deze circulaire
heeft één hier te lande met verlof zijnde
employé der maatschappij aan zijn mede
belanghebbenden een rondschrijven gezon
den, waarin o.m. het plan geopperd wordt
aan den Minister van Koloniën een request
te zenden, houdende het verzoek om de
verhoogde uitvoerrechten op petroleum-
produclen in te trekken. Steller van dit
rondschrijven hoopt daarbij „in de eerste
piaats op den onmisbaren steun van de
Maatschappij en in de tweede plau.s op
de medewerking van alle verlofgangers,
die met hem thans de dune zijn van de
dwaze petroleumpoKliek der Indische re
geering." Hij wekt derhalve zijn medever
lofgangers op hun bewijzen van Instem
ming te zenden en mede te werken tot de
vorming van een commissie, die de ver-
dere propaganda voor het verwezenlijken
dezer plannen kan Ier hand nemen en
eventueel den Minister van Koloniën hel
request overhandigen en toelichten kan.
LANDVERHUIZING ÜTT EN DOOR
NEDERLAND.
De Nederi. Vereeniging ..Landverhui
zing" .schrijft:
De landverhuizing uit Nederland ken
merkt zich in de laatste maanden door
een opmerkelijke vermindering in het aan
tal pasaanvragers voor het buitenland
buiten Europa (naar niet NedertamHdh'
gebied) en door een daarmede overeen
stemmend bijzonder klein aantal aanvra
gen om inlichtingen aan het bureau der-
Nedcrlantrfcchc Vereeniging ..Landverhui
zing."
Ten opzichte der transmigratie valt een
zelfde daling vast te stellenhet verfkeer
over Oldenzaal werd zóó gering, dat er
aanleiding bestond om een groot deel van
liet personeel, werkzaam aan de desiin
fectie-Inrichtingen aüidaaT, te ontdaan.
Waaraan is het toe te schrijven, dat de
in Nederland bestaande lust om naar het
buitenland le trekken zoo zeer is afgeno
men?
Waaraan moet de daling in liet door-
voervorkeer van landverhuizers geweten
worden?
Het wil ons voorkomen, dat de oorzaak
van beide verschijnselen in de eerste
plaats gezocht moet worden in de wereld
crisis.
Het is vóór «len ooriog gebleken, dat de
toe- en afneming van emigratie in sterke
mate verband liield met de economische
toestanden, zoowel in het eigen land,
maar vooral in de immigratielanden.
En de berichten uit de landen, die voor
heen lot vestiging uitlokten en dat in de
toekomst ongetwijfeld wel weer zullen
doen, zijn alle verre van gunstig, overal
doet de wereld-crisis zich in vrij ernstige
mate gevoelen, van alle kanten hoort men
van werkeloosheid, slapte in den handel,
onverkoopbaarheid van producten, obnor»
male prijzen, onzekerheid wat dc loc-
komst zal brengen.
Dit maakt ongetwijfeld de menschen
huiverig om thans naar den vreemde U
trekken, om te trachten aldaar een beter
bestaan le veroveren.
Wat de transmigranten betreft, is het
niet onmogelijk, en zelfs zeer waarschijn
lijk, dat de daling, van hot aantal door-
trekkenden ook moet worden toegeschre
ven ami de verplichte desinfecUe aan
onze grens, met de daaraan verbanden
kosten, in verband voorts met den, van
Amorikaanschc zijde gestald en eisch tot
het ondergaan van een tweede strengere
desinfectie in de havens van inscheping.
Waar andere landen, zoaals Italië,
Frankrijk en België, die mede groot i e-
lang hebben bij den doorvoer van trans
migranten, gecne dcsinfeclie aan de grens
hebben ingesteld, daar is het begrijpelijk,
dat de landverhuizers uit Oost- en Znid-
Oost-Europa, de voorceur geven aan hc-ti
vervoer door die landen, waar hun min
der overfast wordt aangedaan en dat min
der kosten meebrengt.
Of werkelijk het vervoer der transmi
granten dal voorhoen over Nederiamlschc
havens ging. ais gevolg van liet vermelde,
reeds in belangrijke mate werd afgeleid
naar vreemde havens, is niet met zeker
heid ie zeggen, maar 't is wei opmerkelijk,
dat lerwijl het aantal doortrekkende land
verhuizers hie r te lande afnam, in ;!e
haven van Antwerpen over het tweede
kwartaal 1921 een belangrijke stijging
daarvan kon worden vastgrieUJ.
Een blijvende vermindering van hel aan
tal transmigranten door ons land zou ter»
zeerste moeten worden betreurd, niet al
leen voor onze scheepvaartmaatschap
pijen, die uit dat vervoer benngrijfce win-
sten behaalden, maar ook uit een oog
punt van algemeen belang.
Behalve dat de bloei van onze scheep
vaart aan zeer velen, ook builen de
maatschappijen, ten goede komt. was hef,
vóór den oorlog belangrijke vervoer van
transmigranten door ons land en hun tij
delijk verblijf in de havenplaatsen, uiter
aard voor onze spoorwegen en handel van
niet te onderschatten waarde.
Voor onze scheepvaartmaatschappijen
zou bet dubbel te betreuren zijn, omdat
de concurrentie met dc buiten]andschc
vervoerondemeiningen voor hen toch al
zwaar is, waar laatsbedoelde, voorzoover
<Ke in Italië, Frankrijk en België betreft,
toch reeds in het voordeel zijn door de va-
lnta. (Lagere arbeidsloonen, havenkosten
en dergelijke).
Nog aan een andere oorzaak zou de
stille in de emigratie (transmigratie) kun
nen worden toegeschreven, n.l. aan de
nieuwe wettelijke beperking, ook door
hare, naar verluidt, eigenaardige en cnaar.
gename wijze van toepassing, welke nic-
nog altijd voornaamste ent-g raliel and Ie
begeven.
Het wil ons voorkomen, dat de Amen-
kaansobe Regeering met hare zoogenaamde
drie procentswet niet het doei bereikt, dat
zij daarmede in hoofdzaak beoogt we
ring van de minder gewensebte elementen,
in 't bijzonder van de niet vakkundige ar
beiders (unskilled lalxaren dat net
daarom waarschijnlijk is, dat deze_1ijdv!:j-
ke wet I Juf 1922 vervalt 01 althans be
langrijk" wordt gewijzigd.
Atle in vorenstaande beschouwingen ver
melde aangelegenheden hebben de volU
aandacht van de Nederland-setje Vereeni
ging Landveriiuiring en zijn door liaar
voor zoover noodig en mogelijk, ook bij
de betrokken autoriteiten voorgebracht.