feuiij.rtunt
gem. bbstenl. berichten.
Brieven uit Frankrijk
BUITENLAND
BINNENLAND
Onder Valsche Vlag
VRIJDAG 9 SEPTEMBER 1921
De toestand in Ierland.
De toestand in Duitschland.
kansberekening.
B!MN£HLANDS6H Nl*t?WS.1
UITVOERRECHTEN OP PETROLEUM.
Tweede Blad.
„MONTMARTRE."
Meer en meer verdwijnt het oude
Montmartre, om plaats te maken voor
nieuwe gebouwen die niet bijdragen de
schoonheid van dit historische Parijs
te verhocgen. Ieder huisje had
herinnering aan vervlogen tijden, aan
beroemde kunstenaars die er gewerkt,
aan bekende persoonlijkheden die er
gewoond h»-bbsn. Een van die gebou
wen, waaraan meer nog dan aan vele
andere de geschiedenis is verbonden,
gaat verdwijnen. Niets doet thans meer
vermoeden dat deze ruine, een tem
pel was, waar des Zondags de H. Mis
werd gelezen. De tand des tijds, die
aan alles knaagt, zeker als het niet
onderhouden wordt, heeft hier zijn
werk volbracht, en het is begrijpelijk
dat sloopershanden de muren omver
zullen halen.
Ziehier in het kort de geschiedenis
van deze kapel, die de laatste jaren,
zoo geheel in strijd met het oorspronke
lijke doel, diende voor cabaret artis-
tique en zelfs een tijdlang als ver-
eenigingslokaal voor revolutionnairen
jverd gebruikt. Waardiger dan deze
beiden was in ieder geval nog de vod
denkoopman die er eveneens tijdelijk
heeft gehuisd. Deze kapel, waar de
pastoor van Montmartre op Zon- en
feestdagen geregeld de H. Mis kwam
lezen, werd in 1579 gebouwd door
Jacques Ligier die heer van Montmartre
was en tevens schatbewaarder van den
kardinaal de Bourbon. De Bisschop
van Parijs had hem deze groote gunst
toegestaan, met het oog op zijn slechte
gezondheid, die hem belette geregeld
in de parochiekerk van Montmartre
de H. Mi bij te wonen. Deze gunst gold
echter speciaal hem en zijn gezin,
want uitdrukkelijk was er bij vermeld
dat het bijwonen van de H. Mis in deze
kapel van de H. Drievuldigheid de
bewoners van Montmartre niet vrij
stelde van het verplichte bijwonen
der diensten in hun eigen parochiekerk.
In 1581 is Jacques Ligier overleden en
te Saint-Severin begraven. Zijn zoon,
die hem opvolgde, verzocht en ver
kreeg dat dagelijks de H. Mis in die ka
pel zou worden opgedragen. Gedu
rende twee eeuweh gold deze kapel
eveneens als rustplaats voor de pro
cessie van St. Denis die eens in de zeven
jaren Montmartre bezocht. De revo
lutie van 1792 maakte een einde aan
de daar gehouden godsdienstige plech
tigheden en sedert dien tijd ging het
oude gebouw een zekeren ondergang
tegemoet, al bewees het in die aller
eerste jaren nog goede diensten als
onderdak van de brandweer. Dit
gebouw nu gaat verdwijnen om plaats
te maken voor de steeds meer terrein
winnende cinema. Deze heilige plek
waar eens de heer van Montmartre in
stille devotie neerknielde, zal nu ont
wijd worden, door een van die smake-
looze bioscoop-paleizen, die niet alleen
van binnen, maar ook uiterlijk vaak,
zoo weinig goeden smaak vertooneri.
Het is in ieder geval te wenschen dat
de leider van deze nieuwe instelling,
niet de grofheid zal hebben, zijn bios
coop een naam te geven die aan 't zoo
schoone verleden van deze kapel her
innert. Het is beter aan de vergetelheid
te worden prijs gegeven dan op deze
wijze voort te leven bij het tegenwoor
dige en komende geslacht. Gelukkig
was deze kapel maar een van de ge
heiligde plaatsen op Montmartre, ge
lukkiger nog is het dat zich thans de
basilique van het H. Hart, hoog boven
Parijs, op Montmartre verheft. Meer
ian de roem der kunstenaars, de oude
re herinneringen aan zooveel plekjes
verbonden, zal in de toekomst dit
grootsche kerkgebouw de roem en de
trotsch van dit stadsgedeelte uitma
ken. Heerlijk rijst dit Romaansch
Byzantijnsche kunstwerk in 1875 be
gonnen, voor ons op. Aanschouwen
wij het op menige plaats in de beneden
stad. Te midden van het gewemel en
rumoer der wereldstad, voert ons een
blik naar die tempel Gods, omhoog
naar de stille rust, waar ter eeuwig
durende aanbidding het Allerheiligste
Is uitgesteld. Nog niet geheel gereed
is dit kerkgebouw, dat- als 't ware, als
een waarschuwend teeken boven alles
uitstekend en den wereidling ver
maant het oog omhoog te richten.
Meer dan 30 millioen is reeds aan dit
grootsche werk ten koste gelegd, maar
nog steeds gaat men voort het in en uit
wendig te verfraaien, terrassen aan te
leggen en het geheel te voltooien.
Een wijdsche koepel, van 80 meter
hoogte, kroont het gebouw en de gevel
is rijk aan bceldhouw-werk. In 1891
werd voor het eerst dit Godshuis voor
den dienst opengesteld en van af dat
oogenblik hebben de geloovigen niet
opgehouden bij dag en bij nacht hun
hulde aan den verborgen God der al
taren te brengen. Eere-wachten heb
ben zich gevormd om in de stille uren,
als het duister over Parijs is gevallen,
daar neer te knielen en te waken bij
het heilig Sacrament. Geen nacht is
voorbijgegaan of minstens een tiental
geloovigen offerden de rust op om van
hun liefde te doen blijken, maar ook
de nachten dat er honderden neer
knielden waren niet zeldzaam. Men
moet er zelfs in die uren geweest zijn
om te weten, welk een diepen indruk
zulk,een bezoek teweeg brengt; hoe
men er doordrongen wordt van de groot
heid Gods en de vreugde dat deze tem
pel steeds openstaat om eerbiedige hul
de te kunnen betuigen. Zoo dikwijls
voert mijn weg naar deze basilique
op de meest verschillende uren en tel
kens tref ik velen aan die er eenige
oogenblikken komen vertoeven, de
groote afstand is geen beletsel, de vele
treden die zij moeten opklimmen,
weerhoudt hen niet, een oefening bij te
wonen of in alle stilte gebeden te stor
ten. Schooner van architectuur, be
langrijker door historisch verleden, zijn
vele kerken in het oude Parijs, maar
geen die zoo tot ons spreekt als de
„Basilique du Sacré Coeur", die op
den troon van Montmartre geheel Pa
rijs aan haar voeten ziet en tot zich
roept. En geheel in overeenstemming
met het doorleefde daarbinnen, is het
panorama dat zich in alle grootheid
aan onze oogen vertoont als wij het
kerkgebouw verlaten. Ook in de schep
pingen Gods ontwaren wij Zijn groot
heid en diep doordrongen van Zijn Ai-
macht dalen wij langs de trappen die
ons terugvoeren in het rumoer van het
dagelijksche leven.
Parijs, 31 Augustus 1921.
Mr. P. v. S.
Sinn Fein tot een conferentie
met het Britsche kabinet uil-
noodigd.
De Engelsche binden melden, dat Sinn
Fein is uitger.oodigd vertegenwoordigers
te zenden voor een conferentie met leden
van het Britsohe kabinet in Inverness, 20
September a.s., op voorwaarde, dat de re-
publikeinscbe eisch volledig wordt prijs
gegeven, en dat Ierland een deel van het
Britsche rijk blijft.
De „Daily News" zegt, dat indien de Sinn
Feiners het denkbeeld eener republiek
prijs geven, de ministers bun vertegen
woordigers zullen ontmoeten in de vaste
overtuiging dat overeenstemming kan wor
den bereikt. Het vredesverlangen in het
kabinet is groot, en er is geen oorlogspartij
aanwezig. De ontsteltenis onder de vredes-
vrienden en het groeiend ongeduld onder
de vijanden van den Iersche vrede hebben
het kabinet overtuigd, dat de nota-wisse
ling, welke nergens toe leidt, vervangen
moet worden door een beter middel van
onderhandelingen: n.l. „round-table" be
sprekingen.
De kabinetsraad te Inverness.
De „Manchester Guardian", die vertelt
dat het rustige stadje Inverness een inva
sie van de Londensche Whitehall (de wijk
der ministeries) te verduren heeft, herin
nert er aan, dat het niet de eerste keer is
dat het Britsche kabinet in Schotland over
Iersche aangelegenheden beraadslaagt. In
1913 kwamen Asquith, destijds premier,
Lloyd George, Churchill en andere leden
van hel kabinet in Brodich Castle, op een
eilandje nu de Firth of Clyde samen om
over Ierland te spreken.
Een interview met dr. Wirth.
De Berlijnsche correspondent van de
„Daily Mail" heeft den rijkskanselier, dr.
Wirth op zijn 42sten verjaardag geinter-
viewd. De rijkskanselier verklaarde, op
het oogenblik geen monarchistisohen coup
d'état te vreezen, maar, zeide hij, wij moe
ten steeds op onze hoede zijn. Het Duitsche
volk past zich geleidelijk aan de beginse-
„Wees gerust, ik zal u in de eerste
weken nog niet tot den bedelstaf bren
gen," hernam Muller op spottenden
toon. „Sedert ik hier op Guruguh die
mooie geldbron heb ontdekt, waaruit
ik naar gelieven kan scheppen, le;f ik
natuurlijk niet meer gelijk een armen
drommel, maar een ve kwister ben ik
toch niet. Indien u nieuwsgierig is,
waarvoor ik het geld noodig heb, zal ik
het u zeggen. Mijn zwager, die mij vroe
ger, zoo te spreken de deur wees, heeft
van de groote erfenis gehoord, die mij
ten deel is gevallen ha ha ha
en wenscht er natuurlijk ook een beetje
van te hebben. Hij kwam gisteren in
eigen persoon bij mij en verzocht mij,
hem vijftien duizend gulden te leenen.
Ik beloofde het hem, waarom zou ik het
ook niet doen Ik wist immers, dat u
zich zou haasten mij die som uit te be
talen."
„Ik kan u die som niet geven."
„Mijn lieve juffrouw Holt, u gek
scheert maar. Ik houd u voor te ver
standig om te kunnen veronderstellen,
dat u dwaasheden zou begaan."
„Ik be it zooveel baar geld niet en,
indien ik het bezat..
„Zou u het mii dadelijk ter hand stel
len, dat is te begrijpen."
„Neen," riep zij hartstochtelijk. „Ik
vrees u niet. Wie is er mij borg voor,
dat hetgeen gij hebt verteld, waarheid
is
En zelfs indien het oo ware, geftoft
gy. dat uw woord alleen als bewijs zou
gelden
„De geldige bewijzen kunnen, in
dien het noodig is, zonder moeilijkheid
worden bijgebracht, mevrouw ik raad u
echter als vriend het niet zoover te la
ten komen."
..Ik heb op het oogenblik niet zoo
veel geld."
„Geef mij dan een briefje op uw ban
kier, dat is voldoende."
„Opdat gij de volgende week weer
hier kunt verschijnen om een nog groo-
tere som voor een tweeden zwager te
eischen."
..Misschien wel," hernam Muller op
kalmen toon.
„Houdt gij mijn kas voor onuitput
telijk Mevrouw Guthbridge bee de
van opgewondenheid en drift.
„Mijn lieve dame, op deze wijze ko
men wij niet verder.
Wil u mijn voorwaarden aannemen
of niet
„Neen gij zijt een bedrieger, een af
zetter
Muller stond op. „Vaarwel, mevrouw
tot wederziens 1"
„Wat gaat gij doen
Tevergeefs trachtte Augusta eenige
vastheid aan haar stem te geven.
„O niets bijzonders. Ik denk, dat ik
de familie Walhagen eens een bezoek ga
brengen."
„H is van plan, daar die, onge-
loofelijke geschiedenis te vertellen
„Waarschijnlijk. U wil mijn zwijgen
niet betalen, misschien gelukt het mij,
een behoorlijken prijs voor mijn spre
ken te krijgen."
„Max Wallhagen is er de man niet
naar om naar u te luisterendoor een
dusdanigen stap zult gij niets winnen."
„Laat dat aan mijn zorg over, lieve
juffrouw Holt."
„Wacht even," riep Augusta, toen
Muller zich na een spotachtige buiging
naar de deur begaf, „ik wil over uw voor
stel nadenken."
„Nu goed, ik geef u tijd tot dezen
avond, niet langer. Wanneer mag ik
terugkomen om uw definitief besluit te
vernemen
„Niet dezen avond. Het zou te zeer in,
t oog loopen bij de bedienden, indien i
hier tweemaal op een dag wilde ver
schijnen, en wij moeten in ieder geva
alles vermijden, wat opzien baren kan.'
„Daarin heeft u niet geheel ongelijk
Maar ik moet toch heden nog uw ant
woord hebben. Wil u liever ergens bui
ten het kasteel met mij samen komen,
zoo vind ik dat ook goed."
„Gij moet mij tijd geven. In den loo|
der vlolgende week...."
„Vandaag moet ik nog antwoorl
hebben," viel Muller haar in de reden
„Mijn zwager wil morgen weer vertrek
kenkrijg ik het geld niet van u, dat
moet ik het mij van de anderen ver
schaffen."
„De familie Wallhagen is arm."
Muller haalde de schouders op
„Waar kan ik u dezen avond zien Zaï
ik hier komen, of treffen wij ons op di
een of andere plaats in het park
„Niet hier."
„In 't park dan
Augusta draalde.
„Indien u bang voor mij is, breng dar
maar een paar flinke bedienden mee.'
Hij lachte.
•vordt vervolgd.
van Naar HEt DUits
tweede deeu
Muller schrok. Was zij k-anxzinnig
geworden
Haar oogen staarden hem wezenloos
aan.
„Stel u gerust, ju frouw Holt, of ik
wil iever mevrouw Guthbridge zeggen,'
sprak hij op bedaarden toon. „Van
die geheele ongelukkige geschiedenis
behoeft geen mensch iets te weten
indien u niet wil. Het spijt mij wel
voor de familie Wallhagen, maar eigen
lijk is iede- rich ze f de naaste."
„Ja, ja." zeide Augusta, nog altijd
als bedwe md.
„Wij moeten fyet met elkander eens
worden," ging Muller voort. „Ik moet
natuurlijk mijn aandeel hebben."
„Wat> verlangt gij
„Hm," zeide Muller dralend, ,,u ziet,
ik zou groote sommen neens kunnen
vragen, een half of wel een geheel
**»i!lineu maar ik ben bescheiden en
lcr. dér democratie aan, iu.de toekomst zal
het zichzelf moeten regeeren en de vraag
stukken zijner verantwoordelijkheid onder
de oogen moeten zien, in plaats van enkel
„ja" en „neen" te zeggen, zooals onder de
monarchie. Het is mogelijk, zoo vervolgde
de rijkskanselier, dat wij steeds een monar
chistische agitatie zullen hehben. Zij kan
zelfs een nuttige rol spelen in de oppositie
door de andere partijen van het republi-
keinsche bloc bijeen te brengen. Frankrijk
heeft lang na de stichting der derde repu
bliek een monarchistische partij gehad.
Thans heeft de monarchistisch-milita-
ristische beweging haar centrum in Beie
ren, maar niet alle Beieren zijn monar
chisten en niet alle monarchisten zijn Beie
ren. Ik ben vast besloten geen ruzie te ma
ken met Beieren. Ilct is ©en land, dal
steeds een sterken geest van plaatselijke
onafhankelijkheid heeft gehad, maar ik
geloof, dat het met ons tot overeenstem
ming zal komen, zooals het ten slotte ook
deed in zake de ontwapening en de Ein-
wohnerwehren.
Over de schadevergoeding sprekende,
zeide dr. Wirth, dat het heel moeilijk was
geweest aan de bepalingen te voldoen. De
aankoop van buitenlandsche fondsen de-
precieerde de Duitsche Mark nog meer,
hetgeen weer salarisverhooging noodig
maakte voor het personeel in rijksdienst.
Daardoor zijn de landsuitgaven met 10
milliard Mark gestegen.
Bovendien werkten speculanten op de
effectenbeurs, die wisten dat wij tegen 1
September moesten betalen, ons tegen door
fondsen, met het oog op een stijging, ach
ter te houden. Als de mark nog meer daalt,
zal er ten slotte een tijd komen, dat de we
reld erkent, dat de grens onzer betalings-,
capaciteit is bereikt.
Maar wij zullen doorgaan met betalen
lot aan de grenzen van het mogelijke,
zelfs al moeten wij daaronder lijden. Wij
zullen geen protesten meer indienen in
den vom van nola's of memoranda
niemand leest ze maar wij zullen door
gaan tot ten slotte, als 'het moet, die feiten
voor zichzelf zullen Sipreken.
Sohier alles, zoo besloot d'r. Wirth,
hangt af van de oplossing van het Opper-
Silezisdhe vraagstuk. Daaraan en aan de
opheffing der strafmaatregelen aan den
Rijn hechten wij het hoogste gewicht. Wij
kunnen in het geheel niet begrijpen, wat
het doel is van het denkbeeld, dat de
economische sancties zouden worden op
geheven, terwijl de militaire blijven.
Stegerwald over den toestand.
De Pruisische minister-president Sleger-
wald heeft over dc.n politieken toestand
in liet rijk en in Pruisen aan oen vertegen
woordiger van het ohr. vakvereenigings-
blad „Der Deutsche" een belangrijke uit
eenzetting gegeven. Hij zeide o.a.:
Waarom het op het oogenhlilc gaat is de
vraag, of reeds thans in Duitschland het
beslissend uur tussehen rechts en links ge
komen. is. Stegerwald meent, dat dit uur
nog niet is gekomen. Hij verwacht voor
de volgende tien jaar ©en sterke midden
partij. Duitschland heeft rust en stabiliteit
noodig in zijn politiek, die slechts door
een compact midden, met inbegrip van
een sterken arbeidcrsvleugcl, te bereiken
zijn. Dat er binnen afzienbaren lijd in
Duitschland niet aan een monarchie ge
dacht kan worden, is, zeide Stegerwald,
gemeengoed van minstens 80 van het
Duitsche volk. Het is op het oogenblik,
naar de meening van Stegerwald, niet
moeilijk in 't rijk en in Pruisen een sterk
coalitieblok te vormen, dat geneigd is de
tegenwoordige grondwet met alle machts
middelen van den staat naar alle zijden
te verdedigen.
Een onthulling
De „Rote Fahne," het orgaan der com
munisten, heeft een brief in handen ge
kregen, dien het blad reproduceert, door
graaf Moltke begin Augustus uit hot Huis
Doorn geschreven aan den Duitsch-natao-
nalen hoogleeraar dT. R. Oosterreioh te
Berlijn.
In dit schrijven aangenomen dat het
echt is kondigt graaf Mol'fcke aan, dat
hij C September naar Berlijn terugkeert,
doch reeds thans „vertrouwelijk" wenscht
mede te deelen, dat de labellen van Z. M„
geheel opnieuw opgesteld, verbeterd en
aangevuld in den herfst zullen uitkomen.
De „oude" zijn dus niet onvoorwaardelijk
betrouwbaar meer op alle punten, voegt
de briefsohrijver eraan toe, die voorts
mededeelt, dat de overbrenger van den
brief de „hoogverrader" Nissen is, „mijn
uitstekende secretaris en strijdgenoot voor
onzen keizer". De briefschrijver spreekt
de hoop uit, dat de geadresseerde pens
met dezen overbrenger zal spreken ook
in politieke richting en vertelt dat bij,
Moltke. razend veel te doen heeft.
Mag men de „Rote Fahne" geloovcn,
dan zouden de „talbellen**, waarover in
den brief wordt gesproken, alle belang
rijke data en feiten uit het leven vajn den
keizer bevatlen.
Er blijkt volgens het communistische
blad uit het schrijven, welke draden er
tussehen het Huis Doom en het politieke
centrum van Duitschland loopen.
wil daarom voor heden met vijftien
duizend gulden tevreden zijn."
Het leven scheen langzamerhand in
de oogen der jonge weduwe terug te
keeren ook haar wangen, die eerst
zoo bleek waren, kregen weer iets, dat
od een kleur geleek.
„Nu vroeg hij, toen zij niet ant
woordde.
„Gij hebt van mijn man, weinige
gehad 8eleden* no8 duizend gulden
rieP Muller verrast.
„Uw man heeft u dus in het vertrou
wen genomen Waarom deed u dan
alsof u volstrekt niets van de zaak
wist r
„Mijn man heeft mij niets gezegd
maar ik was bij uw laatste onderhoud
met hem tegenwoo dig."
„U was tegenwoordig vroeg Mul
ler ongeloovig.
„Ik zat toevallig in een der venster
nissen, toen men u in de bibliotheek
bracht. Ik verstond niet alles wat ge
sproken werd, maar genoeg om mij te
overtuigen, dat mijn man zich van u
geld liet afpersen."
„Juist, vijfduizend gulden."
„Hebt gii dan nu al die som verkwist?
De „Oberprasideul" van Hannover, de
bekende oud-minister No,ske, heeft binnen
de provincie Hannover alle betoogingen,
waarbij, zooals de Nederiamdsdhe vakterm
luidt, .getrotkken" wordt, van de eene
plaats naar de andere, verboden op grond
van de verordening van <len rijkspresi-
dent, daar ia den laats ten tijd daarbij ge
welddaden tegen personen en goederen
zijn gepleegd en voor de toekomst moe
ten gevreesd worden.
Het ministerie van Baden heeft vier re-
gimentsfeesten, die te Rastatt zouden ge
houden worden, verboden, omdat vol
gens de ervaringen bij dergelijke feesten
opgedaan, de gegronde vrees bestaat, dat
dieze bijeenkomsten kunnen worden mis
bruikt voor uitlatingen, waartegen de
rijksverordening van 29 Augustus zicli
richt.
De Duitsche officiersbond, het natio
nale verbond van Duitsche officieren en
de „Reichsoffiziersbund 1920" hebben bij
den ijhsp resident met nadruk geprotes
teerd tegen het verbod tot het dragen van
uniformen door ontslagen officieren, dat
volgens lr«n in strijd is met de grondwet.
De arbeiders van alle grootbedrijven
in de metaalindustrie te Maagdenburg en
eenige andere bedrijven hehben besloten
na gehouden referendum den arbeid neer
te leggen. Er zijn 30 40.000 arbeiders
bij betrokken. Geëischt wordt een looma-
verliooging van 2 mark per uur.
DE CONFERENTIE TE WASHINGTON.
De „Times" zegt dat, ondanks de te
genovergestelde verwachtingen, de beraad
slagingen,, welke aan de conferentie te
Washington vooraf gaan, onverwijld in
Londen zullen warden gehouden. Het
werk van het opstellen der agenda Is nu
zoo ver gevorderd, dat het mogelijk ts
niet-forrneeie besprekingen aan te van
gen tussehen de vertegenwoordigde mo
gendheden aangaande de nauwkeurige
vaststelling der te bespreken punten.
HET VREDESVERDRAG TUSSCHEN
DUITSCHLAND EN AMERIKA,
De Amerikaanshe regcering heeft stap
pen ge<Iann om de geallieerde mogend
heden niet-formeel er van in kennis te
stellen, dat er onderhandelingen gaande
zijn over de uitwerking van het vredes
verdrag tussehen Dmtschlamd en de Ver-
Stalen. De nadruk wordt gelegd op den
niet-fomieelen aard dezer mededeeling,
welke als een daad van hoffelijkheid ge
daan wordt.
Vóór de publicatie van den tekst van
bet Duitsche verdrag hadden Amerilkaan-
sche ambtenaren reden te gelooven, dat
het verdrag bij de geallieerden niet op
verzet zou stuiten.
ZWENDELARIJ MET „LIEBES-
GABEN".
Voor de woekerrechtbank te Ber
lijn wordt sedert eenige dagen een straf
proces gevoerd tegen de Duitsch-Ameri-
kaarische Virginia Moll, die indertijd we
gens een reusachtige zwendelarij met
„Liebesgaben" gearresteerd werd. De be
klaagde 'had een „Wirtschaftshilfe, Ame-
rikaansche steunverleening te Berlijn" ge
sticht, een organisatie, die in werkelijkheid
slechts tot dekmantel moet gediend hebben
voor een buitengewoon omvangrijke sluik
handel, die de beklaagde met hulp van
eenige anderen bedreef. Zij moet den in-
voerautoriteiten van het rijk hebben voor
gespiegeld, dat haar van Amerikaansche
zijde reusachtige geldmiddelen ter beschik
king waren gesteld om levensmiddelen in
het buitenland aan te koopen en ze koste
loos aan Duitsche liefdadigheidsinstellin
gen en de behoeftige bevolking te ver
strekken. De vrij van rechten ingevoerde
waren werden intusschen met groote winst
verkocht. Via de „Wirtschaftshilfe" van
miss Moll moet het aan een koopman te
Keulen gelukt zijn, invoervergunning te
verkrijgen voor 18 wagons Kentuckytabak,
die bestemd zouden zijn voor Opper-Sile-
zie, doch in beslag werden genomen. Tot
zelfs de rijkspresident schijnt erin geloo-
pen te zijn en niet begrepen te hebben, dat
de geheele „Wirtschaftshilfe" zwendel
was.
DE CHEMISCHE WETENSCHAP EN
DE OORLOG.
Router's bijz. dienst meldt uit New-
iork dat de American Chemical Society
in haar openingszitting een resolutie heeft
aangenomen, waarin er op wordt aange
drongen dat op de a.s. ontwapenings-con-
f eren tie ernstige overweging zal worden
geschonken aan de kwestie der chemische
ontwapening.
Er werd een brief voorgelezen van pre
sident Harding, waarin de hoop wordt
uitgesproken dat „de wetenschap, zoo vol
goede mogelijkheden, door de wijsheid der
naties aangewend zal worden tot heil en
vooruitgang der menschheid".
/Uit Edinburg meldt Reuter's bijz.
dienst^ dat in de vergadering der British
Association, die werd bijgewoond door
■neer dan tweeduizend geleerden, in een
presidentieel adres werd geprotesteerd te-
gen de dreigende voortzetting van het ge
bruik' vangifgas In den oorlog als een
onteering der wetenschap en een ontken
ning der beschaving. De president deed 'n
beroep op de vergadering, haar invloed
aan te wenden tot verhindering van dit
kwaad.
EEN GEVAARLIJKE BENDE.
De correspondent der „Daily Tel." te
New-York meldt, dat de gevreesde ge
heime Ku Klux Klan, een organisatie, te
gen de negers, met een lidmaatschap van
650.000 leden, en met bezittingen en
„Klans" in iedcren staat der Unie, zich
weder doet gelden. De „New York World"
schetst dit lidhaam als een organisatie, die
rassen- en godsdiensthaat predikt tegen
Joden, Roomsch-Katholiek'en, negers,
vreemdelingen en wier leden zich door een
vreeselijken eed binden tot blinde gehoor
zaamheid jegens hun „keizer". De Klan,
destijds opgericht onder het motto „Blanke
opperheerschappij", heeft de neger-kwes
tie op zijde geschoven is thans allereerst
een anti-Jooasch, anti-Katholieke, anti
vreemdelingen-organisatie, die zich steeds
naar alle richtingen uitbreidt en verkon
digt dat elke vijand bezocht wordt door ge
maskerde mannen, gewapend met zweep,
teer en veeren. De Klan werkt in het ge
heim en verkoopt het lidmaatschap voor
tien dollars, waarvan 50 procent komt in
de kas van den „onzichtbaren keizer".
Kolonel William Simmons, tot voor en
kele jaren een obscuur professor van zui
delijke geschiedenis is de „keizerlijke too-
venaar" of „keizer". Edward Clarke, de
„kanselier der schatkist", is een doorkneed
propagandist. Deze beide mannen met mrs.
Elizabeth Tyler, eigenaresse van het or
gaan „Searchlight", vormen het „drieman
schap", dat het geheime lichaam bestiert.
De „New York World" heeft die ontbullin
gen van een vroeger „hooge autoriteit",
die de geheime eeden afzwoer, op grond
dat de Klan bleek te zijn „een onpatriot
tische, zich aan geen wetten storende ver-
eeniging gericht tegen orde en rust in de
Vereenigde Staten". Hij verklaart, dat de
Klan niet anders is dan een lichaam uit
tijden, toen schrik-verspreiden, in plaats
van wet en recht, het leven der burgers
beheerschte.
Te Berlijn staat thans een oplicnter'
terecht, „kapitein" (hij is echter slechts
eerste luitenant) von Ketteler, die zich
wegens een groot aantal gevallen van be
drog heeft te verantwoorden. Hij heeft een
zeer bewogen leven achter zich. Als offi
cier was hij gehuwd met de dochter van
een vermogend Nederlander, die hij in
den steek liet door naar Amerika te ver
trekken. In het begin van den oorlog
werd hij weer officier in actieven dienst en
na een lichte verwonding als eerste luite
nant gepensioneerd. Kort daarop dook hij
als viiegerkapitein met het ijzeren kruis
weer op, ofschoon hij noch op den titel
noch op de onderscheiding recht had. Van
toen af ging 't van kwaad tot erger wegens
onbetaalde schulden. Met 'n vrouw-voerde
hij allerlei flesschentrekkers-practijken uit
als „baron en barones von Ketteler....
De vorderingen tegen het paar loopen
in de honderdduizenden.
De beklaagde beriep zich voor den rech
ter op zijn credietwaardigheid, daar hij 'n
erfenis van 680.000 Mark uit Amerika in
het vooruitzicht had.
Een eigenaardig ongeiwc is maan
dagavond in den sneltrein, die 7.30 van
Brighton naar Londen was vertrokken,
gebeurd. Ter hoogte van het station Hay-
wards Heath, vloog opeens een stut ijzer
■ioor het raam van een derde klasserijfuig
en verwondde een der passagiers deerlijk
aan het hoofd. De trein werd te Haywards
Heath tot stilstand gebracht en de ver
wonde passagier van daar naar een zieken
huis gebracht, waar hij spoedig daarna
overleed.
H-rst veronderstelde men dat baldadige
handen het stuk ijzer naar den voorbij
rennenden trein hadden geworpen, doch
bij onderzoek bleek dat een stuk steunijzer
onder de ijzeren trede van de locomotief
was losgeraakt en door de vaart van den
trein door het raam van den coupé was ge
slingerd. De spoorweg-deskundigen herin
neren zich niet dat een dergelijk ongeval
ooit heeft plaats gehad.
Uit Alexandrië wordt gemeld, dat 3
Egyptenaren, die ter dood veroordeeld wa
ren wegens moord op Europeanen tijdens
de Mei-onlusten, Woensdagochtend opge
hangen zün. Vier anderen volgden giste-
Vier bandieten, die voornemens wa
ren het postrijtuig van een trein in Teta-
ranka (Ver.-St.) te plunderen, wierpen,
toen de beambten hun den toegang belet
ten, een gasbommetje naar binnen. Het
oersoneel werd bewusteloos, waardoor de
bandieten het plan gemakkelijk konden
uitvoeren.
De volgende week vergadert het be
stuur van den Alg. Bond van Kieskring-
besturen en vangen de voorbereidende
werkzaamheden aan voor de verkiezings
actie in 1922. Alsdan zal ook de taotiek ter
sprake komen, die gevolgd moet worden
om uit onze verkiezingscijfers zooveel te
halen, ais cr uit te halen is. In 1918 heb
ben we met 402.962 stemmen 30 zetels
verkregen. Toen waren alle kieskringen
verbonden tot één en hebben we de over
schotten gecombineerd. Wij konden toen
niet anders, omdat we niet wisten over
hoeveel stemmen wij in eiken kieskring
konden beschikken. Nu is dat anders.
Want al is het aantal mannelijke kiezers
weer uitgebreid en zijn er de vrouwen in
iets grooter getale bijgekomen, wij kun
nen aannemen, dat de verhouding weinig
gewijzigd is, al zullen de kleurlooze mid-
denstemmers, die in 1918 ons bijvielen,
thans onze partij wel den rug toekeeren.
Onder deze omstandigheden, zegt dé
„Residentiebode", kan het van belang zijn,
dat er een andere tactiek gevolgd wordt bij
het eombineeren. Als voorbeeld geeft het
blad het volgende lijstje, waarbij, gerekend
met de cijfers van 1918, de katholieke par
tij 33 in plaats van 30 zetels zou hebben
gekregen.
Kiesdee- Ze-
Kieskringen. Stemmen, ier. Rest tela
HaarL-Helder 37244 2X13418+10408 3
A'dam-Leiden 37003 2X13418+ 9187 3
Tilburg-Utrecht-
Drente 76298 5X13418+ 9208 6
Arnhem 10667 10667 1
Jijmegen35175 2X13418+ 8338 3
R'dam-D»n Haag
Dordrcuit 38211 2X13418+11375 3
Zeeland 9554 9554 I
Friesl.-Gron. 9°S9 9°59 1
Limburg 63782 4X13418+10110 5
Den Bosch 68506 4X13418+ 9834 S
Overijsel 23464 1X13418+10046 1
33
Bij deze becijfering zegt het Katholie
ke Haagsche orgaan, is er geen rekening
mee gehouden, dat zulk een indeeling eeni
ge wijziging zou gebracht hebben in dé
restenrekening, zoodat 5567 stemmen wel
licht geen zetel meer gekregen zouden
hebben. We kunnen dat echter verwaar-
loozen, omdat de laagste rest in onze be
cijfering daar nog bijna 3000 stemmen
boven is. Zoodat we maar zeggen willen,
dat deze becijfering ons niet minder dan
3 zetels belooft.
„Deze groepeering wil niet meer zijn
dan ze is: een proeve, een voorbeeld. Wel
licht kon een statisticus er nog een betere
samenstellen. Men ziet er in elk geval uit,
dat er kans is op wrnst, als we com
binaties van Kieskringen maken, die hun
lijst eenvoudig verhinden".
Een gelijkluidende lijst Is daarbij niet
noodig.
De ambtenaarssalarissen. De R.-K. Cen
trale van Burgerlijk Overheidspersoneel
besloot inzake salarisherzienIng niet mei
andere centrales samen te werken.
Standbeeld van Stadhouder Willem II
Het standbeeld van den Stadhouder Ko
rring Willem III, dat op 8 October U
Breda onthuld zal worden, is aldaai
Woensdagmiddag uit BrusseS aangekomen
Het èid der Tweede Kamer Dresselhnyi
heeft den Minister van Landbouw vragen
gesteld n. a. v. het door de Bataefsche
Petroleum Mij., in verband met het staken
van alle voorgenomen uitbreidingen in
Ned.-Indië, zooveel mogelijk aanideeren
van bestellingen van materialen in Ne
derland, bij welke bestellingen, naar ver
luidt, tot ©en bedrag van meer dan 15
mathoen gulden, ©en veertigtal Noderiand-
sche fabrieken en handelaars zonden ziin
betrokken.
Is het aldus vraagt de heer Drcssel-
huys den Minister bekend, dat dit be
sluit der genoemde maatschappij steunt
op haar inzicht van de omnogetHjfcheid
eener loonende concurrentie op de wereld
markt ten gevolge van de in Ned.-Indri
op haar product geheven uitvoerrechten,
waarbij geen rekening wordt gehouden
met de uitkomsten van het bedrijf?
Kan de Minister in de groote schade,
die voor den Nederiandsdhen handel,
nijverheid en scheepvaart in dezen tijd
van goote depressie uit het genoemde feil
voortvloeit, aanleiding vinden, met rijn
ambtgenoot van Koloniën overieg t«
plegen of bedoelde heffingen zondel
dadelijke söhade voor de Ned. Indische
schatkist, niet waren te vervangen dooi
een meer rationeele belasting en is de
Minister bereid eventueel de uitkomsten
van dit overleg mede te deelen?
Verkiezing leden Tweede Kamer.
In de Woensdag gehouden zitting van
het Centraal Stembureau voor da v r-
kiezing van Le ien van da Tweeda Ka
mer der Staten-Generaal zijn tot leden
van die Kamer, ter voorziening ia d<
vacatures, ontstaan door het ovoilijdei
van den heer W. P, G. Uelsdingen
en door het bedanken van den heel
D. J. de Geer, banoemd verklaard resp
de hoeren P. Hie ras tra ta Leeuwardei
en mr. J. Ankerman te 's-Gravenhage
WIJZIGING KIESWET.
De Tweeda Kamer hoeft hedenmiddag
met 89 tegen 41 stommen verworppl
het amendement-Snoeck Henkemans on
het maximum-aantal namen, dat mat
xvoorkomen op de candidatenüjsten bi
de Tweede Kamerverkiezingen, van li
op 20 te brengen.