Tweede Blad.
Van wet en wetgeving
landbouw m vissgheru.
ELCK WAT WILS.
ZATERDAG 24 SEPTEMBER
SPORT m SPEL.
TREKJES CC!X
S¥f£DI$eME PRAATJES.
DE REKENKAMER.
De Algemeene Rekenkamer is eene
instelling, die door de grondwet wordt
geëischt, en wel in art. 179 dat zegt
,,Er is eene algemeene Rekenkamer,
welker samenstelling en taak worden
geregeld door de wet.
„Bij het openvallen eener plaats in
deze Kamer zendt de Tweede Kamer
eene voordracht van drie personen
aan den Koning, die daaruit benoemt
„De leden der Rekenkamer worden
voor hun leven aangesteld.
„Zij kunnen worden afgezet en ont
slagen door uitspraak van den Hoogen
Raad, in de gevallen bij de wet aan
gewezen.
„Op eigen verzoek kunnen zij door
den Koning worden ontslagen.''
Voorts zegt de Grondwet ter andere
plaatse nog, dat de bezoldiging der
leden van de Rekenkamer bij de wet
wordt geregeld en dat de rekening,
houdende verantwoording van de Riiks-
ontvangsten en uitgaven over elk
dienstjaar, door de Rekenkamer moet
worden goedgekeurd vooraleer zij aan
het Parlement wordt overgelegd.
Uit het woord Rekenkamer, zoowel
als-aan den eisch der grondwet, dat de
rekening van het Rijk door de Reken
kamer moet worden goedgekeurd, valt
voldoende af te leiden, dat de grond
wetgever zich de Rekenkamer heeft
gedacht als een College, belast met de
controle der geldmiddelen.
De wijze, waarop de geldmiddelen
van het Rijk door de Rekenkamer wor
den gecontroleerd is nader uitgewerkt
in de Instructie voor de Algemeene Re
kenkamer, vastgesteld bij de wet van
5 October 1841 Stbl. No. 40-en sinds
dien meermalen gewijzigd.
Ten aanzien van de controle der
publieke geldmiddelen onderscheidt
men tweeërlei stelsel, n. l.de preventieve
en de repressieve controle. Preventieve
contróle wil zeggen, dat het doen eener
uitgaaf wordt goedgekeurd, vooral er
zij wordt gedaan. Men spfeekt van re
pressieve controle, wanneer de uitgaaf,
nadat deze is geschied, aan goedkeuring
is onderworpen. De instructie voor de
algemeene Rekenkamer huldigt het
stelsel van preventieve controle; alle
betalingen, die het Rijk heeft te doen,
moeten dus door de Rekenkamer wor
den goedgekeurd, vooraleer zij kunnen
geschieden. Als men van het Rijk
gelden te vorderen heeft, krijgt men
een mandaat of bevelschrift van be
taling van het Departement, waaronder
de uitgaaf ressorteert. Dit mandaat of
bevelschrift van betaling moet voor
zien zijn van het visum der algemeene
Rekenkamer, waaruit blijkt, dat de
Rekenkamer in de uitgaaf bewilligt.
Vervolgens gaat men naar een der
Rijksbetaalmeesters, die in alle plaatsen
van beteekenis zijn gevestigd, alwaar
men zijn mandaat tegen contanten in
kan wisselen.
Zooals wij daareven zagen is de
controle van de Rekenkamer preven
tief. Op dezen regel is echter eene uit-
zondereing en wel eene uitzondering
zoo groot, dat het geheele stelsel van
preventieve controle er feitelijk mede
overboord wordt geworpen. Art. 26
der Instructie van de Algemeene Re
kenkamer zegt n. 1. dat er, met voor
kennis der Rekenkamer, crediet-openin-
gen en voorbetalingen kunnen plaats
hebben, terwijl de Rekenkamer ver
plicht is de gevraagde crediet-openingen
en vóórbetalingen zonder verwijl te
verleenen, ten behoeve en ter verant
woording van hét hoofd van het depar
tement van algemeen bestuur, wien
zulks aangaat. Dat wil dus in eenvou
diger bewoording zeggen, dat, als een
minister vraagt om ter zake van een
of meer bepaalde posten uitgaven te
mogen doen, vooraleer de Rekenkamer
deze heeft goedgekeurd, de Rekenka
mer verplicht is dit aan den Minister
toe te staan. De uitgave wordt dan
gecontroleerd volgens het repressieve
stelsel, d. w. z. als zij geschied is.
Bij hare controle heeft de Reken
kamer slechts rekening te houden met
de rechtmatigheid der uitgaven, d. w. z.
zij gaat na of tegenover de uitgaaf een
behoorlijke vordering staat, of de uit
gaaf op den juisten begrootingspost is
geboekt, of de betrekkkelijke be
grootingspost toereikend is om daaruit
de uitgaaf te voldoen, of de bescheiden,
die ingevolge de wettelijke voorschrif
ten als bewijsstukken moeten worden
overgelegd, inderdaad aanwezig zijn.
De doelmatigheid der uitgaaf valt buiten
de beoordeeling der Rekenkamer. Met
de vraag, of het geld, dat de Minister
doet uitgeven, op andere wijze niet
beter had kunnen besteed worden,
heeft zij zich derhalve niet in te laten.
De Rekenkamer heeft niet alleen
de contróle voor alle uitgaven des Rijks,
zij heeft ook de contróle over alle ont
vangsten. Daartoe worden aan haar
maandelijks staten van de ontvangsten
overgelegd.
De rekening van het Rijk loopt over
een dienstjaar, dat parallel loopt met
een kalenderjaar.
Het dienstjaar 1921 loopt b. v. van
1 Jan. t/m 31 December 1921. Uitbe
talingen op een dienstjaar kunnen
echter nog geschieden tot 12 maanden
na afloop van het dienstjaar. Op het
dienstjaar 1921 kunnen derhalve nog
tot 31 December 1922 uitbetalingen
plaats hebben. Daarna wordt de dienst
gesloten en controleert de rekenkamer
de rekening, die van de ontvangsten
en uitgaven van den dienst wordt op
gemaakt. Geeft deze aanleiding tot
opmerkingen, dan brengt de Reken
kamer deze ter kennis van den Minister,
die aan de opmerkingen zooveel mo
gelijk tegemoet komt.
Het komt voor, dat de Rekenkamer,
ook nk gepleegd overleg met het be
trokken ministerie, meent een post niet
te kunnen goedkeuren.
Deze niet-goedkeuring kan uiteraard
alleen voorkomen, ten aanzien van
een post, waaromtrent een voorbetaling
is geschied, die de Minister dus op eigen
verantwoordelijkheid in afwachting der
goedkeuring van de Rekenkamer heeft
gedaan.
Tegelijk met de inzending der reke
ning aan de 2e kamer, geeft de Reken
kamer kennis van de posten, die zij
meent niet te kunnen goedkeuren. Ter
zake dezer posten, zal de Minister zich
tot het Parlement hebben te wenden,
en 'n papier in je zak hebben van die
smerige fladderdas, die jouw kop op
hol brengt. Kom er dan rond voor uit
en durf er met je vrouw over te pra
ten."
„Nou.... nou.... zoo bedoel ik
't niet, Trees.. hierzoo, as je 't nog
zoo graag wil zien
Meteen schoof ie haar 'n papier toe,
waarop met greote letters en veel
lawaai 'n vergadering werd aangekon
digd waar mevrouw Holand Rolst en
nog 'n paar maatschappij-redsters het
woord zouden voeren.
Trees las he papier aandach tig.
Koos begon, om z'n houding wat te
rechtvaardigen, gewichtig te boomen
over anti-militairisme, mcederschaps-
zorg, Groenendaal-kwestie en nog meer
wat er in die oproep stond aangekon
digd. Trees ging daar niet op in. Alleen
vroeg ze, of hij wel eens 'n vergadering
van „z'n eigen kant" had bijgewoond.
„Vroeger wel esmaar de laatste
jaren niet meer.."
„En wou je hier naar toe gaan
„Ja, Zaterdagavond is 't.... hij
komt me afhalen."
„Kijk, da's aardig van 'm je zou
zeggen.... 'n man met zulke mooie
idealen, die iedereen vanzelf moet vol
gen, dat staat hier immers, dat die nog
zooveel moeite doet...."
„Je weet niks van die man.'t is
'n eerlijke vent, die mooi en overtuigend
kan sprekende heele maatschappij
mot anders worden...."
„Maar als jij nou eerlijk wil zijn,
Koosen met alle geweld naar die
vergadering wildan most je toch
ook en in de eerste plaats es 'n ver
gadering van je eigen kant bijwonen.
Dan hoor je 't van weerszijeEn
dat komt nou toevallig erg mooi uit.
D'r is morgenavond 'n vergadering
van de kiesvereeniging met twee spre
kers 'n pater en 'n kamerlid men-
schen die 'n heeleboel meer verstand
hebben als wij. Ik ga mee, want de
vrouwen komme nou ook 'n woordje
meespreken bij de stembus. Afgespro
ken, Koos
„Nou, mijn 'n zorg, maar ik vin
anders
„Nee, nou nog niks vinden.. eerst
luisteren.... Jij bent 'n heele goeie
man, Koos, maar omdat je van je
eigen beweging te weinig afweet kun
nen ze jou van alles op je mouw spel
den
Trees bracht het gesprek toen weer
op andere zaken en de avond verliep
heel kalm.
De enthousiaste vergadering was
afgeloopende redenaars werden
geroemd en er werd druk en gezellig
nagepraat door de naar huis keerende
troepjes.
Trees en Koos zwegen samen. Met
opzet begon zij er niet het eerst over
liet hem rustig nadenken.
Het duurde 'n kwartier eer Koos,
na 'n kort keelschraapje zei :,,'t Was
vol hè
„Nou, stikvol."
Weer 'n poosje stil.
„'n Paar goeie sprekers, hè
„O, dat dacht 'k ook" zei Treès
glimlachend. „Had je ze nog nooit
gehoord
„Nee.... nog nooit.... 't viel me
erg meeniet zoo preekerig zie je
„Heelemaal niet.... en dingen, die
allemaal waar zijnof niet soms
„Tenminste, ik kan me niet voor
stellen, dat zulke menschen de boel
voor 't lapje houwen."
„Juist, Koos.... en als jij nou
Zaterdagavond die andere menschen
hoort, dan denk je precies 't zelfde
dan denk je óók dat zijn allemaal
waarheden als 'n koe. Dat komt, omdat
jij niet vast genoeg in je schoenen
staat, Koos.... je plichten zijn zoo'n
beetje in de slof geraakt. Je bemoeide
je heelemaal niet met 't Roomsche ver-
eenigingslevenje ging nooit es
naar "zoo'n flinke spreker luisteren.
Zoo'n avond als deze geeft je weer 'n
veel betere kijk op die dingen
waar of niet
„Daar kan 'k niks op zeggen."
Meer zei Trees nieten ook thuis
werd de avond gepasseerd zooals alle
andere.
't Was Zaterdagmiddag. Koos liep
wat onrustig te draaienpakte
telkens iets anders aan en schoot ner-,
gens mee op.
Trees zei niets. Die dachtdraai jij
maar, da's geen slecht' teeken.
Tegen half acht zei ze :„Je mag wel
opschieten."
„Hm'k heb er niks geen zin in,
maar 'k vin 't toch beroerd om 't 'm
te zeggen, 't Is eenmaal afgesproken."
„Wil ik 't 'm zeveen
kunnen oeaweimen, waardoor deze
loslaat en op deze wijze onzen darm ver
laat. In sommige gevallen echter biedt
hij een zoodanigen weerstand dat wij
eerst den patient op dieet moeten stel
len, alvorens deze middelen toe te pas
sen.
Al deze ellende en narigheden kan
men zich besparen als men weigert on
gaar rundvleesch en varkensvleesch te
nuttigen.
Hiermede heb ik, naar ik meen, een
en ander voldoende over dit onderwerp
toegelicht.
MEDICUS.
OOGSTBERICHTEN VAN BOOM
ZADEN.
De verwachting van -den jaarlijkschen
boomizadenoogst werd tot nu toe voor
ons land niet officieel samengesteld en ge
publiceerd. Het is de bedoeling dit in ver
volg omstreeks midden September van
wege het Rijksschouw-proefstation te
Amersfoort te doen.
In verschillende streken van ons land
wordt de verwachte zaadoogst van de be
langrijkste boomsoorten door medewer
kers vastgesteld en deze gegevens worden
ingezonden bij het rijksboschbouw-proe f-
station. Hier worden deze gegevens voor
het geheele land beiwerkt en aan diverse
dag en weekbladen ter puibliceering aange
boden. Belanghebbenden kan het oogstbe-
richt op hun verzoek worden toegezonden.
De oogslverwachting wordt uitgedrukt in
cijfers; daarbij beteek'ent:
het cijfer 100 een zeer goede oogst;
het cijfer 25 een matige oogst;
het cijfer 0 een misoogst*
Begin September zijn de volgende oogst-
cijfers aangegeven;
Boomsoort:
Oogslverwachting
1921 j22 1922,123
Grove Den
25 25
(0—30) (050)
Spar -
25
(0ïoo)
Bergden
25—50 25—50
Zc-eden
50 25—50
(25—50)
Groene Douglas
10
(0—50)
Zomereik
50
(25100)
Winterei'k
25
(0—50)
Amerik. Eik
25
(0—50)
Beuk
25
(0—50)
Hieronder moge nog een en ander ter
toelichting volgen. De tusschen haakjes ge
plaatste cijfers geven de grenzen aan,
waartusschen de oogstcijfers zich bevv-egen.
1. Grove Den (Pinus sylvestris). Bijna
algemeen wordt een matige oogst ver
wacht, alleen op de Noord-Veluwe wordt'n
goede oogst, elders b.v. Midden-Veluiwe,
wordt misoogst geconstateerd.
Vele kegels worden door eekhoorntjes op
gegeten. De kegels zijn op vele plaatsen
slecht ontwikkeld door de droogte, zoodat
in verband met het gering aantal kegels de
winning van grove dennenzaad in het a.s.
seizoen moeilijk zal zijin. De oogstver-
wachting van grove dennenzaad 1922/23 is
gebaseerd op de i-jarige kegeltjes, die ge
vonden zijn. Hetzelfde geldt voor de ver
wachting 1922/23 betreffende zeeden en
bergden.
2. Spar. (Pdcea excelsa). In de omge
ving van Arnhem moet op een misoogst
worden gerekend, terwijl voor den Ach
terhoek, Utrecht, de Duinstbeek, Noorde-
„Jij?"
„Ja, waarom niet.... ik kan, me
best ^voorstellen, dat 't \o r jou zoo'n
pretje niet is.... naaernand zal je
wel flinker van je afspreken.... dat
komt wel. Nou, je heb 't maar voor 't
zeggen."
„Goed, zeg jij 't'm dan maar."
Kwartier voor achten werd er ge
beld. „Daar is ie" riep Koos 'n beetje
zenuwachtig.... „Denk er om, Trees,
geen herrie."
„Herrie? Waarvoor? Als hij netjes
blijft zal ik 't ook zijn."
Ze deed de voordeur wijd open. Op
de stoep stond iekeek even ver
bluft
„Ah.... juffrouw.... is uw man
thuis
„Zeker, meneerheelemaal."
„Ik kom 'm halen.... hij weet er
van
„Ik weet er ook van, want man en
vrouw is één, ziet uMaar uit
naam van m'n man kan ik u wel mede-
deelen, dat ie geen idee heb om mee
te gaan.
„Zoozooen moet u me dat
vertellen
„Nou meneer, dat zal toch wel 't
zelfde blijven, niet
„Ja, jaik begrijp 't alhij
mag niet van de vrouw".
„Dat heb u edele toch an 't verkeerde
end, maar afijn, dat zal u misschien
toch wel niet gelooven."
,,'t Is wat mooi's.... tegenwerking
van 'n vrouwmaar 't is goed,
help jij je man maar dom houwen,
hoorhou 'm maar thuiswacht
maar.. d'r zullen nog wel es andere
tijden komen."
,,'t Is te hopen, meneer, want zóó
is 't óók niks gedaan
„Ach, mensch, wat weet jij d'r eigen
lijk vanwat weet jij van ons stre
ven af
„Gelukkig niet veelmaar als 'k
dat papiertje zoo es nakijk, dan zijn
we 't in 'n heeleboel dingen toch al
aardig met mekaar eens. Of dacht u,
dat de Roomsche moeders 't zoo lollig
vinden, om hun jongens naar die sme
rige kazerne te sturenniks hoor
maar 'n paar flinke soldaatjes zoo'n
beetje inhouwen kan toch geen kwaad
je kan nooit weten of er niet es zoo'n
stelletje bolsjewieken de boel overhoop
willen gooien'k wil best geloovei
lijk Limburg "en Oostelijk Noord-(Brabant
slechts een matige oogst wordt verwacht.
Alleen de oogstberichten uit Assen, Ug-
chelen, Oisterwijk en Rijabergen zijn goed.
Het zal dus in tegenstelling met veel an
dere jaren mogelijk zijn eenig sparrenzaad
ie winnen.
3- Bergden. (Pinus Montana). De be
richten hebben in hoofdzaak betrekking
op de duinen. z.ooals gewoonlijk is de ver
wachting dit jaar vrij goed.»
4- Zeeden (Pinus maritima). Voor deze
houtsoort werden bijna uitsluitend oogst
berichten ontvangen uit de duinen, Noord<
Brabant en Limburg.
5. Groene Douglas (Fseudotsuga Dou-
glasü). De weinige berichten over den groe
nen Douglas hebben in hoofdzaak betrek
king op Gelderland. De verwachting loopt
zeer uiteeen, doch is in de meeste opga
ven een misoogst.
6. Zomereik. (Quercüs pcducculata).
rij-wej ov eral in het land is de verwach
ting maLig tot goed. De berichtgevers wij
zen echter op het vroege afvallen der
eikels.
7. V intereik. (Quercus sessiliflora).
Zooals te verwachten was kwamen van
deze boomsoort slechts een bepe-kt aantal
berichten in en deze hebben uitsluitend b -
trekking op Gelderland en Oostelijk
Noord-Brabant en Limburg. De matige
oogst, die vrii algemeen verwacht wordt,
zal toch stellig belangstelling wekken bij
hen, die deze vrij zeldzame, doch goede
houtsoort zoo gaarne verder aanplanten.
De wintereik kwam hier vroeger in veel
grooter aantal voor.
8. Amerik. eik. (Quercus rubra). De ver
wachting is matig te meer omdat reeds
vele vruchten afvallen. In de omgeving
van Arnhem, Ede. Woudenberg, Breda en
de Duinstreek wordt een misoogst gecon
stateerd.
9. Beuk (Fagus sylvatica). De beuken
bloeiden dit voorjaar sterk. De oogslver
wachting is echter matig door de droogte,
het vroeg afvallen der vruchten en eek-
hoornschade. In verband met het boven
staande zij er op gewezen, dat 'de langdu
rige droogte in het algemeen een zeer
schade]ijlen invloed op de vruchtontwik-
keling heeft gehad.
Aan de medewerkers is verzocht be
langrijke wijzigingen in den te verwachten
oogst mee te deelen, opdat ook daarvan
publicatie kan plaats hebben
ZWEMSPORT.
NIEUWE WERELDRECORDS.
Na beëindiging van de wedstrijden om
de Engelsche kampioenschappen h:e'd a
Belgische zwemmer Gerard Blitz ee i ra
demonstraties te Ex eter (Engelandk Tea
overstaan van vijf Engelsche of'fic'a s
zwom hij een 400 meter rugbaaa in 5
min. 591/5 sec., waardoor hij een nieuw
wereldrecord op zijn naam vestigde, aan
gezien hij het bestaande record van
Pentz 19X4 (Magdeburg) 6 min. 6 sec.
mot 0 4/5 sec. verbeterde. De nieuwa
wereldrecordhouder zwom de gekee'e baan
met zijn bekenden rugcrawl.
De bekende Amerikaanscbe snelzwem-
ster, Miss Ethelda Leybtrey, zwom in
Brighton Beach.de 2X0 Yards vrije slag
fn 2 Ie. in. 3&1/5 sec. Zij verbeterde daar
mede het wereldrecord, dat op naam
van Miss Fanny Dura k (Australië) stond
gemaakt op de Stockhohnsche Olympia
de (2 min. 37 sec.) met 4/5 sec.
In Honolulu werd een nieuw were'd-
record gemaakt op de dames-estafette-
baan 4 maal 100 meter in 4 min. 45 sec.
dit jullie in je vuisie zoüe lachen als
er geen een gewapende man meer was.."
„Juffrouw, je beleedigt meje
weet er geen snars vanwat be-
teekent dan voor jullie 't gebod „Gij
zult diet dooden
„Dat zou u niet vragen ais u goed
wist wat dat beteekende. Maar bij ons
zijn er nog negen andere geboden óók,
en als die door iedereen waren onder
houwen zou er nooit geen oorlog ge
weest zijn. 't Is heel gemakkelijk om
er zoo'n paar dingetjes tusschenuit
te pikken, om er mee op te scheppen.
En dat gebod wat u bedoelt verbiedt
ook zelfmoord, waar je vriend Groenen-
daal nou mee bezig is. En voor moeder-
schapszorg zijn wij óók te vinden,
meneermaar alleen voor moeders,
die nog zoo „achterlijk" zijn, om er 'n
wettige man op na te houdenniet
voor sletten, die hun naam van vrouw
in de modder smijten. Zooiets vindt u
weer in een van die andere negen gebcje
als u 't de moeite waard vindt, om
die eerst even te bestudeeren, kom
dan nog maar es praten.... u zal
trouwens nou niet veel tijd meer heb
ben
,,'k Ben gek, dat 'k nog naar je
luister."
„Me goeie man, ik hou je toch niet
vast 'k Wil je geen ocgenblik van je
mooie idealen afhouwen.... maar die
hebben wij ook.... en we hebben d'r
nog 'n héél mooi ideaal bij, dat zal ik u
later nog wel es zeggen, als 't gelegen
komt."
„Stik, kreng!"
„Hè, da's nou niet netjes van u, om
uwes overledene grootmoeder d'r in
te betrekken.... had 'k niet gedacht
van zoo'n nette meneer met 'n fluwee-
len jassie en 'n das van twee el lang.
Ik zal maar gauw naar binnen gaan,
want ik heb geen opvoeding genoeg
gehad om me woordjes zoo te kiezen
als u."
De meneer ging vloekend heen
hij moest zich 'n weg banen door 'n
dichte groep omstanders, die belang
stellend hadden geluisterd en Trees
lachend toeknikten.
Ze deed de buren 'n zacht en vrien
delijk verzoek, waarop van de andere
zijde 'n belofte volgde.
Koos had het gesprek met den ide-
alistischen „vriend" bovenaan de trap
afgeluisterd. Toen ze bij hem kwam
deed ook hij 'n belofte.
't Is 'n best huwelijk geworden.
G. N.
Openbaar debat.
Men had Trees gewaarschuwd 't Zal
er bij Koos „niet erg dik op". Nou ja,
hij ging wel naar de kerk, maar dat
was misschien in hoofdzaak om haar
vroeger zag ie er niks in, om es over te
slaan en ais Trees niet met 'm gean-
gageerd was, nou.... zou je 's zien!
Trees moest 't zelf weten, maar als ze
eenmaal getrouwd waren zou ie heel
gauw z'n plichten d'r heelemaal aan
geveb. Dat ging doorgaans zoohij
was van jongen af al an de rooierige
kant geweest.
En Trees wist 't zelf.
Ze liet de wijze raadgevers en geef
sters rustig babbelen, en als 't haar
verveelde zei ze Jullie weten d'r niks
van. Koos is 'n goeie knul, maar hij
mot 'n beetje geleid worden.... hij
laat z'n eigen gauw bepraten voor 't
verkeerde, maar óók wel voor 't goeie
en die taak is voor mij als we getrouwd
zijn.. daar hoeft 'n ander zich niet
mee te bemoeien.
Menschen, die Trees meer van nabij
kenden, geloofden dan ook, dat die
taak haar wel was toevertrouwd.
Toen ze gehuwd waren ging 't best
in de wittebroodsweken, 's Avonds zat
Koos de krant te lezen of prutste aan
een of ander liefhebberijwerkje. Trees
zorgde, 'dat'de kamer er gezellig uitzag
en er ''n flinke kan koffie disponibel
was.
Wat haar niet beviel was, dat Koos
wat stiller werd, soms verstrooide
antwoorden gaf en soms moeite deed
om opgewekt te zijn.
Op 'n avond kwam ie wat later dan
gewoonlijk van karwei. Trees hoorde
hem beneden met iemand praten, die
erg vriendschappelijk afscheid nam.
„Had je 'n kennis bij je?" vroeg
Trees, toen ze hadden gegeten.
,,Ja, die werkt op 't zelfde karwei
*t is 'n schilder.aardige knul."
„Zoo'n getrouwde man
„Nee, vrijgezel.... hij is hier ergens
in de kost."
„Nouals 't 'n nette jongen is..
maar dat spreekt-van zelf.... anders
liep jij niet met 'm op.... 'k Zou
•teggen, neem 'm dan es mee.... die
jongen heb hier misschien niet veel
gezelligheid. Kan ie es 'n potje met je
dammen of zoo
„Wat Hem meenemen Hier in
h'Ms Nee, daar is hij de man niet
naar. Die jongen gaat heelegaar op in
le propaganda. Die knul heb mooie
ideëen, hoorecht mooie ideëen
'k mag 'm graag hooren pratenhee
lemaal nie dat schijnheilige, dat huichel
achtige wat je bij ons soort menschen
vindt."
Trees begreep, dat ze nu heel voor
zichtig moést zijn. Ze begon ineens
over andere dingen te praten en stelde
voor nog es 'n straatje om te gaan.
Dat gebeurde.
Maar den volgenden avond, tegen
het uur waarop Koos moest thuis
komen, zat Trees bij het raam uit te
kijken. Het duurde niet lang, of ze zag
hem aankomen met 'n bleeke jongeman,
die 'n fluweelen jasje droeg en 'n das
tot aan de middelste knoop van dat
jasje.... en 'n breede, slappe hoed.
Hij had 'n tasch onder z'n arm
daaruit nam hij 'n papier, wat hij Koos
in z'n hand stopte.
Trees bleef weer heel gewoon doen
Eerst 'n paar uur later vroeg ze ver
trouwelijk :„Zeg, Koos, mag ik dat
biljetje ook es zien
„Welk biljetje schrok hij op van
z'n krant.
„Heb je vriend je dan geen papier
gegeven
„Hoe kom je daar nou bij
„Omdat ik 't zag."
„Oo...-. dat was niks..., 'n
dingetje van 'n vergadering of zoo
iets
„Noula's kijken..., of heb je
't al weggegooid
„Ach, da's niks voor jou, da's geen
vrouwenkost
„Zoo, Koos.... maar als 't geen
kost is voor mij, dan is 't dat voor jou
net zoo min. En als 't wat goeds was,
dan liet je 't me direct wel zien, of dan
dorst je 't toch tenminsH wel uit je zak
te halen waar ik bij ben."
„Nou, hou je gemak maar...."
„Gemak Ik praat toch heel gewoon
met je, Koos Of niet
„Nou ja
„Stil es effeje had 't gisteravond
over de schijnheiligheid en de huiche
larij onder ons soort menschendaar
bedoelde je natuurlijk onze eigen gc-
loofsgenooten mee.... maar weet je
wat óók huichelarij is? 'n Roomsche
krant zitten lezen waar je vrouw bij is
ten einde te verkrijgen, dat ondanks'
de weigering der Rekenkamer om de
betrekkelijke posten te vereffenen,
deze toch bij de wet worden goedge
keurd. Zoude een der beide Kamers
der Staten-Generaal weigeren hiertoe
mede te werken, (wat, voor zoover ons
bekend is, nog nimmer is geschied)
dan blijft de Minister voor de gedane
uitgaaf persoonlijk aansprakelijk.''/
Niet alleen is de Rekenkamer belast
met de controle op de Rijksgelden, ook
de rekeningen van de provinciale be
sturen worden aan haar ter finale slui
ting, zooals de instructie der Reken
kamer het uitdrukt, opgezonden. Hier
geschiedt echter de contróle eerst,
nadat de rekening door de Provinciale
Staten is goedgekeurd.
Ook oefent de Rekenkamer contróle
uit op de rekeningen der Gemeente
besturen. Niet echter op die van alle
gemeentebesturen het nazien van de
rekeningen van circa 1100 gemeenten
zoude ook voor de Rekenkamer een
te omvangrijke arbeid zijnhet is
trouwens overbodig, want de rekenin
gen der gemeentebesturen worden op
de provinciale griffiën nagezien. Uit
elke provincie kiest echter de Reken
kamer enkele gemeenten uit, wier be
reids door Gedeputeerde Staten goed
gekeurde rekening, door haar (de Re
kenkamer) aan een nader onderzoek
wordt onderworpen.
De Algemeene Rekenkamer bestaat
uit zeven leden. Uit de leden wordt de
voorzitter door de Koningin benoemd.
Zooals boven vermeld, geschiedt de
benoeming der leden door de Koningin
uit een voordracht van drie personen,
opgemaakt door de 2e Kamer. Aan
deze voordracht is de Koningin ge
bonden.
Benoeming voor het leven en af
zetting alleen bij uitspraak van den
Hoogen Raad, heeft de grondwet voor
geschreven om de leden van de Reken
kamer absolute onafhankelijkheid te
waa'bo gen opdat nimmer een minister
in hei reit, dat een lid der Rekenkamer
hem naar zijn meening te scherp con
troleert, aanleiding zou kunnen vin
den, om zich van diens titularis te
ontdoen.
De Voorzitter der Rekenkamer geniet
eene bezoldiging van 8000.die der
overige leden van 7000.'s jaars
Aan de Rekenkamer is een secretaris
toegezegd, die door de Kroon wordt
benoemd. Tevens heeft zij een staf van
ambtenaren, bestaande uit referenda
rissen, hoofdcommiezen, commiezen
en adjunct-commiezen te harer dispo
sitie.
LINTWORM.
II
Den vorigen keer hebben wij gezien
welk een groote rol de vrouw speelt bij
de bereiding voor het varkensvleesch,
doch daarmede mag zij met de handen
in de schoot blijven zitten. Waar de
overwinning behaald is op net berei
den van het varkensvleesch, zij het dan
ook maar ten deele, zoo moet deze ook
volgen op die van het rundvleesch en
ik ben er van overtuigd, dat ik bij mijn
lezeressen hier niet te vergeefs aanklop.
Zonder uw kookkunst gering te schat
ten, neem ik toch de vrijheid te ver
onderstellen dat de meesten uwer uit
onwetendheid handelen.
Welnu verhit uw rundvleesch voor
taan tot een temperatuur van 50
graden Celsius gedurende 1 minuut
dan is het voorstadium voor de Toenia
Saginata zeker dood. Alleen zult gij
vragen hoe weet ik dat het stukje
vleesch aan een temperatuur van 50
C. blootgesteld is geweest, want ik kan
toch moeilijk altijd een thermometer
naast mijn biefstukje in de pan leggen.
Dit is niet noodig, geachte lezeres. Men
laat het stukje vleesch zoo lang braden
dat wanneer men het uit de pan haalt,
het bloed dat er uitdruipt donkerrood
.gekleurd is. In dit geval kan men er van
Verzekerd zijn,dat de huisgenooten ge-
'spaard zullen blijven voor infectie met
lintworm.Meestal wordt nu een besmet
ting zeer gering geacht, ja er wordt niet
zelden min of meer mede gespot.
Het valt niet te ontkennen, dat som
migen weinig of geen last hebben van
een lintworm, die in hun maagdarm
kanaal vertoeft, terwijl wij toch zijn
aanwezigheid kunnen vertoonen uit de
eieren, die in de faeces van den patient
voorkomen. In vele gevallen echter ver
oorzaakt de aanwezigheid van den
Toenia velerlei bezwaren. Soms uiten de
lijders uitsluitend vage klachten,zoodat
alleen de aandacht-van den opmerkza-
men onderzoeker gevestigd wordt op
een lintworm.
Men klaagt sinds geruimen tijd door
gaans over wat misselijkheid, moeheid
en matheid. Men heeft geen werklust
en is wat kieskeuriger dan anders.
Slechts het onderzoek der faecalien van
onzen patient kan bij zulke vage klach
ten uitsluitsel geven op de vraag of mo
gelijk ook een lintworm hiervan de oor
zaak is. Niet altijd wordt het ons echter
zoo moeilijk gemaakt, doch klaagt de
patient vaak over vrij heftige buik
pijnen, terwijl de ontlasting zeer onge
regeld is. De eetlust is soms buitenge
woon groot, doordat de lintworm veel
voedsel aan het lichaam onttrekt.
Naast deze bezwaren, die onze aan
dacht op het maagdarmkwaal plegen
te vestigen, hebben wij dikwijls de ty
pische lintworm symptonen, waarvan
ik U enkele wil noemen. Allereerst
hebben wij het kietelend gevoel in de
neus, alsof of er met een veertje in ge
peuterd wordt, verder klaagt onze
patient over hartkloppingen, hetgeen
bij nerveuse personen aanleiding geeft
tot angst voor een hartgebrek. Voorts
wordt de lijder door heftige hoofdpijnen
gekweld (Migraine aanvallen)
Wat zoo de allerbelangrijkste ver
schijnselen zijn. Langen tijd heeft men
gemeend, dat al deze z. g. lintworm
symptomen reflectorische verschijnse
len waren. Tegenwoordig hechten de
meesten meer aan een vergiftiging. De
in ons darmkanaal vertoevende lint
worm scheidt waarschijnlijk onder be
paalde omstandigheden vergiftige stof
fen af en deze laatste zouden de bo
vengenoemde verschijnselen te weeg
brengen.
Het meest voor de hand ligt om den
ongenooden gast met een laxeermiddel
te verdrijven. Dit lijkt eenvoudig. Al
leen komen wij daarmede niet altijd
klaar, daar de lintworm zich soms zeer
stevig in onzen darmwand door middel
van zijn zuignappen en kaken, vast
hecht. Wij beschikken echter nog over
andere middelen n. 1. die de lintworm