Derde Blad.
Indische Kroniek.
Gemengd Nieuws.
feuilleton.
DE VIOOL.
VRIJDAG 7 OCTOBER 1921
Vertaald uit het Engelsch door Her.
riëtte v. d. Waarden.
water aan ae Nassaukade te Amster
dam, door een vrij hevigen schok op
geschrikt en toen men zich naar boord
begaf om te zien wat er gebeurd was,
stroomde het water reeds naar binnen.
Vermoedelijk heeft een der passeerende
booten de woonschuit aangevaren, waar
door dit lek is geraakt. De familie
kon bijtijds den wal bereiken, doch het
meubilair ging nagenoeg geheel in het
water verloren. Door het inslaan van
een der ruiten wist men den hond nog
te redden.
'1' KAN KERKLEREN.
De stemming ging voorbij en zij
verdiepte zich in haar kostbare herin
neringen. Mnemosyne, de bewaar
engel, scheidt voor immer het kaf van
het koren, de vreugde van de droef-
*d- Met eene aanraking van hare
in het2!6 vingeren daalt er kalmte
minder ,6© hart, kalmte, die niet
smart geb0°°n is- omdat z« uit de
nu geen viooi11 werd- Lynn speelde
boven de rijk4 zachtjes klonk van
De uren, lief het, meisje :,V
Als paarlen ïgt doorgeleefd,
Ik tel ze als
:en zegen
7., i. tt r°zenkrans,
Terwijl kUm .gedachten z
Iris zong, °mdat ze ge,ukkig was>
teaar toch klonk er in d e volle, diep-
Jrillende stem, een ondertoon van droef
heid, het groote menschenleed, dat
'©der kent, en dat zij van hare voor
raderen geerfd had.
Margaret's gedachten kwamen te-
f Jg op haar eigen meisjestijd, toen ze
oud was als de kleine zangeres.
°©n was de liefdebeker aan haar lip
pen geweest, maar was weggerukt
door een meedoogenlooze hand.
Herinnering blij, die smart en kwelt
O droeve winst bij wreede pijn
Ik kus mijn krans en dwing mijn mond
Het kruis te kussen, stil te zijn
,,Het kruis te kussen, mompelde
Margaret, toen kwamen de tranen in
een verblinden vloed. Moeder, moeder
snikte zij. Hoe kon U
Onmerkbaar had er een verandering
in haar gemoed plaats, en voor den
eersten keer verzachtte zich iets in
haar hart voor de vrouw, die zonder
vergiffenis grafwaarts was gedaald
het scheen geen onmogelijkheid meer
te vergeven.
(KORTE BERECHTEN.
AMBTEN AREN-MISÉRE
Die kent-men in Indië, in tweeledigen
zin.
Van de eene zijde is het de Gouver-
aements-werkgever, die sinds tal van ja
ren sukkelt met een toenemend te kort
aan ambtenaren vcor de verschillende
diensten, van de andere zijde zijn het
de ambtenaren zelve, die steen en been
klagen over de misèriën van het amb
tenaarschap.
Het Nei.-Indisch Gouvernement heeft
vele ambtenaren ncodig, en zal er in de
■naaste toekomst steeds méér noodig heb
ben. Vooreerst is dat oen gevolg van de
uitbreiding der beduars-temoeienisscn
over groote streken, waar vroeger het
Nederlandsche gezag nog maar uiterst
zwak geveeld werd. Voorts e.scht de ont
wikkeling van Indië met een verscheiden
heid van inheemscho volkeren, zich groe-
peerend tu scben de meest primitieve
menschenmassa's en volksgemeenschappen
die reeds een oude' beschavings-geschie-
denis achter den rug hebben, maar die
toch allen bij hunne verdere ontwikkeling
leiding ncodig hebben, een meer dan
normale werkzaamheid van de overheid.
Daar bestaat in Indië eëne poging
overigens zeer verklaarbaar omdat zij uit
eene feitelijk opgedrongen gewoonte is
gegroeid óm bij alle voorzieningen in
maatschappelijke tekorten bet Gouverne
ment, dé overheid, er bij te balen.
Ik zal me niet verder verdiepen in de
uitwendige corzaken, die bijgedragen heb
ben tot het versterken van deze nei
ging, het feit ligt er nu eenmaal. En
aldus zien wij de taak van de Indische
Overheid, in al zijne geledingen, steeds
zwaarder worden, en daarmede de be
hoefte aan ambtenaren toenemen, zon
der dat daarin op behoorlijke wijze wordt
Voorzien.
Ik zeg hier nadrukkelijk slechts: wordt
voorzien. Of het zou kunnen, dat een
vraag, aan wier beantwoording ik me
in deze Kroniek niet wagen wil. Maar
cr is tekort, een geweldig tekort aan
ambtenaren. Zelfs al zou men op door
tastende wijze het legioen van ambte
naren, dat op verschillende bureau's te
veel is, omdat ze te weinig doen, in
krimpen, dan nög zou er een groot te
kort blijven. En dat tekort groeit aan
bij de meeste diensten, met den dag en
op eene wijze, die pessimisten aanleiding
geeft om een spoedige débacle te voor
spellen.
En nu duikt hier onmiddellijk de
ichuldvraag op.
Blijven werkelijk Nederland's zonen lie
ver bij moeders pappot zitten in stede van
trachten in tropisch Nederland een
betere kost te vermenen, oef ip het waar
heid dat de misère met de ambtenaren
sen gevolg is van de misère van ide
ambtenaren
Ik meen, dat deze vraag dubbel be
vestigend meet beantwoord worden, ter
wijl het wcordje of zou vervangen moeten
worden door het koppelwoord en.
Daar bestaat bij velen een tegenzin
voor een werkkring in Indië, die of zijn
oersprong vindt in gevoels-overwegingen,
of voortspruit uit onbekendheid met In
dische toestanden. Deze tegenzin is niet
met enkele korte beschouwingen te over
winnen, eene poging daartoe laat ik in
deze Kroniek dus na.
Meer hoewel heel vluchtig kan
ik schrijven over de kwade zijde van het
ambtenaarschap.
Daar is dan vooreerst de bezoldigings
kwestie, waarover heel veel zou te be
schrijven zijn, doch waaromtrent in 't
kort dit kan gezegd worden, dat de In
dische Regeering door de stelselloosheid
van hare bezoldigings-politiek de schuld
er van draagt, dat er bij verschillende
ambtenaren-groepen gerechtvaardigde
grieven bestaan.
Evenwel is 't niet uitsluitend en zelfs
niet voornamelijk de bezoldigingsrege-
ling, die ontevredenheid onder de amb
tenaren kweekt. Want van de finantieele
positie van den Indischen ambtenaar te
genover die van zijn Nederlandschen col
lega geplaatst, kan gezegd worden dat
de eerste over 't algemeen ontegenzeg
gelijk 'n ruimer bestaan heeft. Daar zijn
nog velerlei klachten van anderen aard,
waarover ik nu niet kan uitwijden, daar
is bij vele ambtenaren een betreurens
waardige moedeloosheid ontstaan door de
wijze waarop hunne pogingen om goed
werk te verrichten worden „gewaar
deerd". Keeds is bet moeilijk voor het In
dische Gouvernement om de testen voor
haar dienst te werven, en zoo zij ze
eenmaal heeft deze te behouden; de
goede ambtenaren, die zij in dienst heeft,
worden maar al te vaak door hunne
dienst-ervaring genivelleerd tot een mid
delmatig ambtenaar, of nog minder
Het is een droeve ervaring voor hen,
die in 't belang van Indië trach
ten de dienstname vcor den Indischen
dienst le bevorderen, te bemerken boe
al deze omstandigheden hen het werk
moeilijk maken.
En toch heeft Iniië ze zoo noolig, de
werkers.
Niet in de eerste plaats hen, die daar
heen gaan uitsluitend met het doel om
er het materieel beter te hebben. Immers
dezen zijn het vooral, die wanneer
zij teleurgesteld worden in hunne „gou
den" verwachtingen bet corps moppe-
raars-van-bercep gaan versterken. Veel
eer zijn het de „idealisten", die begrij
pen hoe icler het zijne moot'doen om
de taak to helpen vervullen, die Neder
land neg altijd ten aanzien van Indië
te vervullen heelt; die. taak, waarover
velen wel sproken, maar. waarvoor zoo
weinigen iets ovcr hebben. Dit ideële
doel geeft hun de-kracht zich over vele
teleurstellingen heen tc zetten, en 'te
blijven zcoals G. G. van Limburg
Stirum het uitdrukte lljjmoedige
werkers.
Tot Katholieken sprekend zou ik wil
len zeggenindien ge in U liebt ©en
enkel sprankje van het vuur, dat in den
Missionaris gloeit wanneer hij zijn le
ven van ontbering en zei: opoffering gaat
beginnen, kómt, want Indië heeft U
ncodig.
Wij kunnen niet doen, wat door de
rcode propagandisten in Indië wordt go-
daan, steels aanlringen op meerdere
werkzaamheid ten bate van de Indische
volkeren, en de ambtenaren-werving boy
cotten ten nadeele van deze volkeren,
wanneer aan hun eischen om hooger trak
tement niet wordt voldaan. Voor ons
allen, Katholieken, is er in Indië nog
een hooger doel, dat is om met alle
beschikbare krachten enze missionarissen
bij te staan in hun werk om daar het
Kijk van Christus te bevestigen en uit
te breiden.
1 i
Ik ben begonnen eerlijkheidshalve
te wijzen op de schaduwzijde van het
ambtenaarschap, en ben geëindigd met
de opwekking om ideëele motieven aan
te geven bij het zoeken van oen werk
kring in ons Indië.
Die ideëele motieven moeten ons niet
weèrhouden om practisch te blijven. En
zoo hoop ik, dat de Redactie van dit
blad me de ruimte toe zal staan om
de lijst over te nemen van de betrek
kingen, waarvoor gegadigden door het
Ministerie van Koloniën worden opgeroe
pen. Deze zijn:
Ambtenaar bij de rechterlijke macht
(Doctoren in de rechtswetenschap, die
geslaagd zijn in het examen bedoeld bij
art. 141 2de lid der Hooger-onderwijs-
wet).
Ambtenaar bij den bureauiienst (Doc
toren in de rechtswetenschap).
Leeraar in de plant- en dierkunde.
Leeraren in de Neierlandsche taal.
Leeraren in het Duitsch.
Leeraren in het Eransch.
Leeraren in de wis- en natuurkunde.
Leeraren in het teekenen (akte M e
en g).
Leeraren in de Staatswetenschappen.
Leeraren in de scheikunde, allen vol
ledig bevoegd.
Oiviel- of bouwkundige ingenieurs bij
het middelb. iochn. onderwijs.
Werktuigkundige ingenieurs bij het
middelb. teclin onderwijs.
Gepensionneerde genie-officieren als
leeraren in de bouwkundige vakkon bij
het middelbaar technisch onderwijs.
Leeraar met K2 bevoegdheid.
Gouvernementsarte bij dea burgerlijken
geneeskundigen dienst (voor vasten of
tijdelijken dienst).
Tijdelijk gouvernements-art8 bij den
dienst der pestbestrijding.
Vrouwelijk gcuvernemente-arte bij den
burgerlijken geneeskundigen dienst
(schoolarts).
Psychiater bij het krankzinnigenwezen.
Apothekersassistenten (ongehuwd)'.
Analysten.
Verpleegster 1ste klasse bij den bur
gerlijken geneeskundigen dienst.
Verpleegster 1ste klasse bij het krank
zinnigenwezen-
Verpleegster 1ste klasse voor de mili
taire hospitalen.
Verpleger 1ste klasse vcor de militaire
hospitalen.
Veearts bij den burgerlijken veearfsenij-
kundigen dienst.
Oandidaat-notaris bij de Wees- en Boe-
dolkamers.
Waterbouwkundig ingenieur voor Wa
terkracht en Electriciteit.
Electrotechnisch ingenieur vo:r Water
kracht en Electriciteit.
Werktuigkundig ingenieur voor het
baggerwezen.
Oiviel-ingenieur die z'ch gespeciiksoerd
heeft op het gebied van r.oleering en
waterzuivering.
Vakkundige die zich gespecialiseerd
heeft op het gebied van rioleering en
waterzuivering.
Opzichter bij den waterstaat cn 's lands
burgerlijke openbare werken.
Opzichter vcor de landsgebouwen.
Teekenaar bij dea waterstaat en 's lands
burgerlijkeopenbare werken.
Geologen bij 's lands mijndiensten in
tijdo'ijken dienst.
Bij den dienst der Staatsspoorwegen:
Oiviel-ingenieur. u
Werktuigkundig ingenieur.
Gegradueerde ambtenaren.
Opzichter werkplaats voor afd. rijtuig
bouw, smederij, instrumentmakerij, voer-
tuiglichterij.
Bij den dienst der Staatsspoorwegen
(in tijdelijken dienst):
Machinisten.
Technicus vcor e'.ectro-zwakstroom.
Scheikundig ingenieur ten behoeve van
's lands mijndiensten.
Scheepsbouwkundig ingenieur bij het
marine-etablissement te Soerabaia.
Bij den post-, telegraaf eu telefoon
dienst
Electro-technisch ingenieur.
Electro-technisch ambtenaar ls'.e kl.
Electro-technisch ambtenaar 2de kl.
Adsp.-electro-technisch ambtenaar.
Telegraafopzicbters ls'.e en 2de kl.
Radio-technisch ambtenaar 2de klasse.
Adsp.-electro-technisch ambtenaair.
Radio-telegrafisten.
Onderwijs bij het openbaar lager on
derwijs.
Onderwijzer met de hoofdakte cn la
gere akte wiskunde vcor het zeer uit
gebreid lager onderwijs.
Onderwijzer lij het landbouwonderwijs.
Inspecteur en ambtenaar bij den be
lastingdienst.
Belastingaeoountan(.
Zij, die vcor uitzondering tot een de
zer betrekkingen in Nederlandsch Oost-
Indiö in aanmerking wenschen te komen,
kunnen zich tot het verkrijgen van in
lichtingen wenden tot de 9de Afdeeling
B. van het Ministerie van Koloniën.
Ten slotte geef ik ieder, die vast
staande plannen hoort gevormd om naar
Indië te gaan, in overweging zich in
verbinding te stellen met het Katholiek
Koloniaal Bureau van de „Vereeniging
van Oost- cn West-Indische Katholieken
in Nederland", gevestigd van Brakel-
straat 111, 's-Gravenhage.
S.
ERNSTIG ONGELUK.
De arbeider ,H. de Man te Simonsha-
ven bij Brielle en zijn i6-jarige zoon re
den op een boerenwagen van den land
bouwer Troost, toen opeens door een tot
op 'heden nog niet opgehelderde oorzaak,
•de paarden op hol gingen. Al dadelijk
viel de jongen van den wagen met hel
ongelukkig gevolg dat een der wielen hem
over den buik ging. De vader die dit
ongeluk zag er^er inmiddels afsprong, be
zeerde een been. De toestand van zijn
zoon is ernstig. Onmiddellijk werd hij per
auto naar een der Rolterdamsche zieken
huizen vervoerd, waar een ernstige be
schadiging der ingewanden werd gecon
stateerd. Hoewel niet hopeloos is zijn toe
stand gevaarlijk. De vader kwam er beter
af, hoewel leze niet geschikt is om zijn ar
beid te verrichten. De paarden, die te
Biert in een sloot terecht waren gekomen,
werden gered.
GEVAAR VAN WOONSCHEPEN.
Omstreeks 4 uur Maandagnacht, werd
het gezin Van Voorthuijzen, man, vrouw
en 3 kinderen, hetwelk een schip be
woont, dat zijn ligplaats heeft in het
Roman door MYRTLE REED.
De woonschuit bevindt zich in zinken
den toestand.
De bewoner, die tegen schade verze
kerd was, heeft zich beklaagd over de
ligplaats aan de drukke Nassaukade, waar
's nachts talrijke booten naar de groen-
tenmarkt varen. In de Leidschekade en
in de Da Costakade, waar nagenoeg geen
vaart is, mocht zijn schip niet blijven
liggen.
DE OPLICHTING VAN f 23X03.
De inspecteur van politie," do" heer
Modderman, die naar Leipzig was ge
gaan in verband met de aanhouding van
de twee mannen, die verdacht worden de
Amsterdamsche Bank voor f 26.C03 te
hebben opgelicht, is helen teruggekeerd.
Er zijn nog niet voldoende bewijzen
verkregen, om de uitlevering der man
nen te vragen. Zij blijven voorloopïg
in Leipzig in hechtenis.
BEKLEMD EN GEDOOD.
Dinsdagnamiddag is op de steenfabriek
van den heer Jurgens in de Havikker-
waart te De Steeg (Geld.), de 45-jarige
arbeider J. A. Dalduk, uit Didam, die
bezig was met het vervoer van klei naar
de opslagplaats, hij de stortplaats tus-
sehen een muur en een kipkar beklemd
geraakt, met het gevolg, dat de schedel
werd ingedrukt en de dood onmiddellijk
volgde. De ongelukkige laat een vrouw
en negen kinderen achter. Het lijk werd
naar de woning te Didam overgebracht.
EEN DROEVE HERINNERING.
Het „Hbld." herinnert aan den 5den
October 1881.
Dat was de datum van het ontzettend
gebeuren, dat zich afspeelde in den In
dischen Oceaan: De schipbreuk van de
„Koning der Nederlanden," het fraaiste
sdhip, destijds, van de nog jonge Stoom
vaart Maatschappij „Nederland!"
In een boekje uit 1882 door „Sama-
naca," een ooggetuige, vinden wij een vol
ledige beschrijving van de ramp.
In den nacht van 4 op 5 October voer
het schip op 5 gr 49' Z B. en 64 gr. 42'
34" O.L. Het weer was heer ijk, dc op
varenden dachten niet aan gevaar. Op
eens, in den avond van 4 October, tegen
negen uur sdhrikte geraas, gekraak en
gesloot de passagiers op. De machine
sloeg snel door, doch werd onmiddellijk
gestopt.
Wat was gebeurd? De tioofdmachinist
bracht de tijding: „De schroefas gebro
ken. de walerdicl te schotten ontzet, het
water stroomt naar binnen." De gezag
voerder. de' heer A G. de Bruijn, wist
dpor zijn kalm optreden een paniek te
voorkomen Er wend. gepoogd bet. vaar
tuig leeg' te pompen. Te vergeefsl
Het schip moest worden prijsgegeven
en legen middernacht werden de opvaren
den, totaal 213. in de booten ingescheept.
Zes sloepen en de giek werden-bemand,
alles geschiedde in de beste orde. Lang
zaam zonik de „Koning der Nederlanden";
in den middag van 5 October verdween
het schip in de diepte.
Nu begon de moeilijke omzwerving der
booten. Het weer werd al engs slechter.
Aan den moed en het uithoudingsvermo
gen der opvarenden werden de hoogste
eischen gesteld. De stuurboordsloep I,
onder commando van den eersten of/i
cier. C. Droogleever Fortuyn heeft ze
ven dagen rondgezworven en is opgepikt
door de „Wyberlon.'' een Engelsch vaar
tuig. De stuurboordsloep III, onder be
vel van den bootsman G. Keizer, is na
32 dagen geland bij Dondra op de Zuid
kust van Ceylon. De kapiteinsloep is op
gepikt door de „Madura" van de „Ne
derland," de giek. onder commando van
den kabelgast J. Schout, is gered door
het Enge sche stoomschip „Delconyn."
Het boekje van ..Samanaca" schildert
in schrille kleuren de ellende, welke de
schipbreukelingen hebben doorslaan en
brengt speciaal hulde aan den boolsman
G. Keizer, die 32 dagen lang den opva
renden moed wist in te spreken. Keizer,
die later uit erkentelijkheid voor zijn ge
drag de Orde van den Nederlandschen
Leeuw kreeg, is nu een week geleden
in den ouderdom van 80 jaren, over
leden.
Van de andere drié sloepen is nooit
meer iets gehoord. De Engelsche kanon
neerboot „Ready" en het gouvernements
vaartuig „Atjeh" hebben dagen lang den
Ocaan doorkruist. Helaas zonder resul
taat!
De ramp is een van de meest droeve
bladzijden uit de geschiedenis van de
„Nederland". Zulke ongeval en zijn haar
verder gespaard gebleven. De Maatschap
pij heeft alle overlevenden der bemanning
een exlra-bedrng uilgekeerd en een groot
gedcclle van de zorg voor de achterge
blevenen op zich genomen.
De jóngste opvarende, de heer J. W.
Porlon, locnlijd's koksjongen, is nog steeds
in speeialen dienst bij de „Nederland",
VLUGGE TELEGRAAFDIENST.
Het „Utr. Dgbld." schrijft:
Maandag bood onze correspondent le
Baarn aan het telegraafkantoor in de
plaals zijner inwoning een telegram aan,
geadresseerd aan onze redactie te Utrecht,
een telegrafisch verslag van de begrafenis
van den heer De Joncheere, oud-rlirec-
teur van de Nederland Ie Amsterdam.
Dit telegram, volstrekt niet buitensporig
grool. een 1550 ivoorden. heeft.... 3 uur
cn 18 minuien noodig gehad om van
Baarn overgeseind le worden naar
Utrecht.
Zegge en schrijve 3' uur en 18 minuien!!
Het telegraaf-kanloor le Baarn heeft
blijkens de aanteckening op het lejegram-
blad het telegram aangenomen Ie 2.10, het
telegraafkantoor te Utrecht ontving het,
eveneens volgens de. officicete aanlepke-
ning, te 5,28. De Dom speelde juist kwart
over 6. toen de besteller van bet tele
graafkantoor ons bureau aan .de Oude
Gracht binnenstapte At zoo van 2 uur 10
lot 6 uur 15. Dat is „maar" vier uur.
Als onze Baarnsohe correspondent ge
weten had, wat het bcteekent om in den
jare 1921 een telegram te zenden van
Baarn naar Utrecht, dan had de man
even z'n jas kunnen aantrekken en het
al loopende naar Utrecht kunnen brén
gen. Dan hadden wij tiet zoo ongeveer
een uur eerder in ons ltez.it gehad.
Per trein had bij 3 X gelegenheid ge-
bad om zijn verslag sneller over te bren
gen.
Uit Winterswijk wordt aan het „Ilbl."
geschreven
Verleden jaar Juni en Juli verrezen
er in enkele grensgemeenten bandels-
eentra vlak bij de giens op Nelertandsch
gebied, waar Duitschors van a'le rangen
on standen bun inkoopen kwamen doen.
Een lang bestaan hebben die wink<Ta
gelijk beke d is, nie' gihab E.en vlug
als ze gekomen waren, zijn ze verdwe
nen.
Thans ziet men het omgekeerde ge
beuren. De Vederlanders gaan nu bij
de Duitschers hun inkoopen doen.
Te Winterswijk gaat hot aldus:
's-Woensdags is er gelegenheid om een
binnenlandschea pas te halen voor f 0.30.
Als er gevraag! vvordit ter secretarie met
welk deel men naar Borken (de eerste
grensplaats aan de spoorlijn) gaan wil,
is het stereotiepe antwoord: Naar den
tandarts. De commandant dor marechaus
see waarmerkt zoo'n pa3 en aldus toe
gerust kan men de grensplaats Borken
per trein bereiken-Wil men per fiete
gaan, dan. wordt men aan 't grenskan-
ton te Oeiing teruggestuurd.
Dank zij de lage valuta kan men
dagelijks licele scharen Wintorswijkers
naar Borken zien trekken, zoowel elite,
ais wa- nu niet direct tot <le elite ge
rekend wordt.
Behalve vcor een goeikoopo tandheel
kundige behando'irg gaat men ex heen
voer sell eren, c stune mantete, hoxlen,
ameublementen, ja zelfs voor vleesoh.
Waar het plaatsje voor korlen tijd wei
nig praktijk bcol voor een tandarts, zijn
er thans minstens drie gevestigd. Zelfs
adverteeren zij, evenals neringdoenden,
hier in de plaat olijko bladen.
Honderden schoenen worden er ge
haald welke daar over de grens met
6 7 gulden per paar betaald wor- 1
den. Er zijn zelfs personen, die, nu de
verbinding yan 15 Sept. af beter is ge-
worden, tweo maal per dag de reis naar t
Duitschland maken. Op oude schoenen
gaat men been, met nieuwe staupers
komt men terug, zonder mantel, bloots
hoofds de reis begonnen, chic gekleed
terug. Het koopen over de grens hoeft
zulke afmetingen aangenomen, dat de
neringdoenden er reeds erg over gaan
klagen. In het kalme Borken wordt het
stil, als de trein naar Nederland weg
is. Als van zelf zijn de prijzen wat
opgeloopen nu er zoo'n kooplustig pu
bliek is en „die Hollander Gold haben
wie Dreck", gelijk ©en winkelier zich
uitliet. Maar de Nederlander is vin
dingrijk als z'n portemonnaie er mee
Ix-
Rozemarijn en Reseda.
„Jonkvrouw van mijne droomen,
het is niet mogelijk, dat gij boos zijt,
als het zoo was, zou ik het weten,
maar vraag me niet hoe 1"
„lederen dag verlangen mijne oogen
je te zien iederen nacht denk ik aan
•je, want het beeld dat ik in mijn hart
draag, verdwijnt niet met de zon.
Zonder het te weten, heb je mij een
kostbare gave geschonken, want waar
ik mij bevind, draag ik jou met me
mee met al je bekoorlijkheid, al
je schoonheid en al je lieftalligheid.
„Maar geloof niet, dat ik altijd aan
je denk, want dat is niet waar. In het
alle dag leven heb jij geen plaats. Jij
b h ort tot de sprookjeslanden, die
aan de grenzen der aarde liggen, en
die bijna de poorten van den hemel
raken."
„Ik werk niet altijd, maar, soms,
als ik bezig ben, kom je op eens voor
mijn oogen getrippeld, zoo sierlijk,
zoo uitgelezen schoon, dat ik niet
meer weet, wat ik doe, en dan moet ik
je terzijde zetten. Maar als de dag voor
bij is, en millioenen sterren des avonds
hun fel-flikkerende lichtjes ontsteken
in het strakke hemelzwart, dan kan
ik aan je denken, zoo schitterend en
zoo schoon, en zoo ver boven mij ver
heven als die sterren zelf.
„Zonder het te weten ben je het licht
van mijn dagen. Al omringt de nacht
mij overal-; jouw oogen kunnen het
helderen middag voor mij maken. Hoe
stijl 'en doornig mijn pad ook is, met
jouw hand'in de'mijne zou het een zon
nige weide gelijk zijn, met fladderende
vogeltjes waar de witte en roode
klaver bloeit.
„Je maakt het leven schoon voor
mij.... De'vogels zingen mooier, de
rozen zijn geuriger, het maanlicht
witter. Je hebt bekoring gegeven aan
de alle-daagsche dingen van het leven
je hebt de vreugde der goden in het
hart van een man gelegd.
„Ben je verwonderd, dat ik, die je
zóó lief heb, mijzelf niet bekend maak
Lieveling, het is omdat ik bevreesd
ben. Ik heb reeds meer dan ik ver
dien/ door cc wetenschap, dat ie r.'et
boos op mij bent en sedert den eersten
keer, dat ik je schreef, heb ik vorde
ringen gemaakt. Ik weet ook waar
je woont
,,In mijn verbeelding zie ik je nu
met een kleurtje op je wangen. Iris,
ik zal me nooit bij je opdringen. Het
is aan jou mij te zeggen of ik je in
stilte en op een afstand moet bemin
nen, of dicht bij je, zooals ik het mij
droom.
„Ik heb je noodig, lieveling, mijn hee
le hart roept naar je. Van al de vrou
wen op aarde heeft God jou voor mij
bestemd. Waarom zou Hij mij anders
tot je gebracht hebben
„Sedert den eersten dag dat ik je
gezien heb, ben ik aan je voeten ge
weest. Geen oogenblik ben je uit mijn
gedachten zoo vrouwelijk, zoo zacht,-
en zoo schoon als een bloem. Zoo zal
het altijd blijven, of ik leef of sterf.
In mijn graf zal ik jouw herinnering
met mij mee nemen.
„Van avond kan ik mij niet veel
herinneren, maar mijn droomen zijn
zoo talrijk, dat ik je ze onmogelijk alle
zou kunnen vertellen. Maar één er
van moet je weten.. dat ik je eens
zal mogen vertellen, hoezeer ik je lief
heb, en dat je mij zult beloven, dat
ik je voor de rest van je leven bescher
men mag.
„Als ik het kon verhoeden, zou de
wind je nooit koud maken, zou de
son ie nooit te fel. beschijnen, en dc
storm zou .je nooit angst aanjagen,
„Iris, mag ik komen Mag ik je
leeren van mij te houden Ik ben zoo
zeker van mijn liefde, dat ik slechts
de kans vraag haar te toonen.
„Leg een bloem bij je tuinhekje
van avond als de maan opkomt, als
je wilt, dat ik komen zal. Als ik nu
nog niet mag komen, maar later wel,
leg dan twee bloemen, er neer. Als
dan je naam-bloem op de ■moerassen
bloeit, zul je weten wie je liefhebt,
wie je aanbidt, wie je zijn alles aanbiedt
Dien avond, toen de maan als een
gouden schaal tegen den diep-blauwen
hemel aanhing, liep Iris op haar tee-
non door den tuin met den brief -
als iets levends, menschelijks dicht
tegen haar hart gedrukt. Zóó voelde
zo zijn tegenwoordigheid, d&t het haar
toescheen, alsof ze hem voor zich uit
droeg, voor iedereen te lezen.
De avonddauw had het gras vochtig -r -j+-i>k»
gemaakt, maar Iris bemerkte het niet, recht. Toen plukte ze eenu
de zilveren maan-stralen verspreidden reseda en rozemarijn. -
gemoeid is. Iets voorbij Borken ligt
Bocholt en nog verder Essen enz. Welnu,
dan gaat men daarheen.
Hier geen drukte met dure passen en
pas-visa. Voor 30 centen bereist men 't
grosse Vaterland in alle ichtingen. De
zaak is heel eenvoudig. Men gaat te Bor
ken door de pascontrole, koopt een niethv.
plaatsbewijs en stapt desnoods in den
zelfden trein waar men uitgestapt is. Zoo
zijn tientallen personen Duitschland in
gereisd, die Berlijn, Leipzig, Hamburg en
andere plaatsen bezocht hebben. Wil
n:en absolute zekerheid hebben dat men
niet uit den trein wordt gehaald, dan
gaat men per auto of fiets naar een vol
gend slation.
Toch schijnt binnenkort dit gaatje ge
stopt te zullen worden, want de nieuw-
aangevraagde passen worden niet meet
door den commandant der marechaussees
ge teekend.
Ter illustratie, welke afmeting dal
reizen naar Duitschland heeft aangeno
men, wan dienen, dat er op één dag 60c
dergelijke passen zijn aangevraagd.
EEN FORTUINTJE.
Een ingezeten© van Bussum kocht de
vorige week op oen veiling al laar twee
oude vazen voor f 3. Thuis maakte hij
ze flink schcon, waarna de meening bij
hem post vatte, dat hij voor een prijsje
in liet bezit was gekomen van cehto
antieke Japanscke vazen. Hij raadpleeg
de een deskundige, die zijn meening
bevestigde. Er is hem thans roedsflö 0
voor de vazen geboden.
EEN STAKING VAN FIGURANTEN.
- De figuranten, die thans in Ca'ré to
Amsterdam optreden, hadden aan de d -
rectie verhooging van hun honorarium
gevraagd. De verheoging werd tecgestaan,
doch ter compensatie van do diontongo-
volge vermeerderde uitga en, verminder
de de directie het aantal figuranten,
waanr-oJe dezen evenwel geen genoegn
namen en.een stakir4«- proclameer
den.
De directie heeft inmiddels nieuwo
figuranten, die er blijkbaar b j duizend
tallen in de 'stad beschikbaar zijn, f« 'o-
gageerd.
EEN KWEEKEKIJ VAN
ZEEHONDEN.
In oen bijdrage van dr. J. Metze-
laar in do „Levende Natuur" over het
voedsel van don zeehond, lezen wij d'.t
er nog steels voor eiken gevangen zee-
bond ©en premie van f 3 wordt uitge
loofd, op grond dat dit dier tct do
meest roofzuchtige zeebewoners zou be-
hooren. Bij verschillende personen, zoo
wel in Zeeland als in het Waddengobio
dio uit de vangst van zeehonden een bij-
vordionste maken, heeft de schrijver gc-
Lnformeord naar 't voedsel dezer dieren.
Uit de ingekomen antwoorden is geble
ken, dat de bot hét hoofdbestanddeel
hiervan uitmaakt, voornamelijk det zo
mers, terwijl de dieren ook haring, pa
ling, zalm, schol en andere platvisschon
niet versmaden, 't Is intusschen voor
al vanwege de verwoosting onder de bot
dat de Zuiderzeevisschers de zeehonden
als hun .ernstige concurrenten beschou-
■trfenf •'T i"
Behalve de premie van f3 per stak,
ontvangen de robte '.slagers de opbrengst
van de huid, welke, indien verkoopbaa-,
in prijs varieert van f 0.45 tot f 3.50
al naar de kwaliteit.
Tct welke misbruiken dit premie-st 1-
sel aanleiding geeft, moge blijken iut
de mededeelingen van iemand u t St.
Eilipsland. Deze pe s ran houdt zich be
zig met het kweeken van zeehonden :n
een oesterput. Ter bestemder tij 1 wor
den zij ges! ar lit, traan en huid verkoc-.t
en de premie als oen zoet extra winst
je opgestreken! De goede man weiger
de dan ook elke mededeeling omtrent
hét voedsel zijner kweekellngen, daar h j
dit als een beroepsgeheim beschouwt.
Wordt het geen tijd om te breken
met dit verderfelijk stelsel dat jaarlijks
aan het Rijk nog f 3000 kortvraagt
de schrijver in de „Levende Katuur
Inbraak te Delft. Er is Maandag
nacht ingebroken in d.e villa van den
heer W. II. van Leeuwen, directeur der
Ned. Gist- en Spiritusfabriek te Delft. De
dieven zijn na alles overhoop gehaald te
hebben met medeneming van het tafelzil
ver verdwenen. De waker die in de wo
ning sliep, heeft niets gehoord.
De schade is niet te bepalen craar <-c
familie in Noorwegen vertoeft..
Net geschil te Neede. Van de zij-zc
vaa dien Alg. Ned. Textielarbeidersbond
„De Eendracht", wordt aan „Het olk
medegedeeld, dat de geruchten omtrent
pluisje, en ze lachte, omdat het zoo
veel op een kus geleek. -
Ze ging naar haar hoekje tuin. en
hield haar japon gracieus op. Hpt maan
licht speelde in een sprnneweb boven
een rozenstruikje, en maakte een re
genboog er van.
Een verdwaald reganboogje, dacht
Iris, alleen in den nacht buiten, zoo-
Ze bukte zich en plukte een takje
reseda, toen rozemarijn uit mevrouw
Irving's tuin.
Ze zou hét niet erg vinden, zei Iris
tót zichzelf, ze had lang gel-feden ie
mand lief.
Ze bond de beide bloemen met een
sprietje gras tezamen, en kuste ze
vluchtig impulsief wilde ze het teen
weer afwisschentcch meest er iets
van die aanraking blijven, en
wilde niet te veel geven, daarom wier?
ze het bouquetje weg en toevallig
kwam het op Lynns lapje- gr-.n.) te-
een zacht licht, en deden hier en daar
een dauwdrop glinsteren, als een dia
mant tusschen duizenden paarlen.
Droomerigs geluiden kwamen uit de
ahorn-boe men, waar vogeltjes in hun
nestjes sliepen, cn droomden van de
tochtjes, cie zc bij het ochtendgloren
zouden ondernemen.
Een groote witte, mot vloog
iris' ce'iaat. zoo zacht als c-cr. ute...-
samen, en hiéld ze een eind va
af, buiten bereik van^de bekoring.--^
ging ze naar hét hekje, haar - *-
de heftig tegen den brief, 0- 51 c_
rustte. In de schaduw v..n het htua
bleef ze een oogenblik staan. De groo
te, witte mot was haar gevolgd, cn
weer raakte zij liefkoozend het meis
jesgelaat aan, als iemand haar teen
Mini, am 7fp.n I V/.'rdt vefveigd.