TweedeBlad
X
fan wet en wetgeving.
rast en kennis,
DAMRUBRIEK.
wm m>\
IJl I
%-H li
w
ELCK WAT WILS.
trekjes ccxi
IATERDAG 8 OCTOBER 1921
MED1SCHE PRAATJES.
UIT BOEK EN BLAD.
ML
wn.
;fü
®W
SPORT EN SPEL.
VOETBAL.
aardT tod'iê de Srt
G. N.
meen;, vergrijpen tegen de publieke
veiligheid, tegen het leven, den eigen
dom of de eer zijner medemenschen
of ernstige vergrijpen tegen de goede
zeden. Onder overtreding verstaat men
over 't algemeen niet-naleving van de
bepalingen der wetten, die de staat
- in het algemeen belang heeft daarge-
DE RECHTERLIJKE MACHT.
II
Wanneer iemand zich aan een straf-
aar feit schuldig maakt dan krijgt
ij van de politie een proces-verbaal.
)it proces-verbaal wordt ingezonden
lan den burgemeester of Commissaris
!an politie, die het doet toekomen aan
.en betrokken ambtenaar van het
penbaar ministerie. Is deze laatste van
•ordeel, dat overtreding van eene
'ettelijke strafbepaling heeft plaats
jehad, dan gaat hij' tot vervolging over.
M is iets op zich zelf verkeerd, dcch
iet is niet bij de wet strafbaar gesteld
lan is dit nog geen reden om tot ver
volging over te gaan, want geen feit
s strafbaar dan uit kracht eener daar
aan voorafgegane wettelijke strafbepa
ling. In het algemeen kan men zeggen,
lat strafbaar zijn gesteld die hande
lingen, waardoor de algemeene veilig
heid in gevaar wordt gebracht of die
schade doen aan het publiek belang.
Gaat het openbaar ministerie tot ver
volging over, dan wordt men opgeroe
pen om voor den rechter te verschijnen.
Men is niet verplicht om te verschijnen
tenzij het gaat over de berechtingvan
een strafbaar feit, waartegen gevange
nisstraf is bedreigd. Is de beklaagde
niet aanwezig, dan wordt hij, ingeval
de rechter hem schuldig bevindt, bij
verstek veroordeeld. De beklaagde
heeft het recht zich voor den rechter
te verdedigen. Ook kan hij zich door
een raadsman doen bijstaan, doch al
leen door een rechtskundigen raadsman
dat is door een bij het betrokken kan- ons een geval bekend, dat een veehou
der werd veroordeeld ter zake van een
overtreding der wet op het vee-artsenij
kundig staatstoezicht. Hij had zijn vee
naar een andere weider overgebracht,
steld
Als straffen onderscheidt men hoofd
straffen en bijkomende straffen. Als
hoofdstraffen zijn aan te merken a.
gevangenisstraf, b geldboete, c hechte
nis. Gevangenisstraf is levenslang of
tijdelijk. Tijdelijke gevangenisstraf gaat
den duur van twintig jaren niet te bo
ven. Hechtenis wordt slechts tijdelijk
gegeven en wel tot een tijdvak van ten
hoogste één jaar en 4 maanden.
Vroeger stond er op elk strafbaar
feit een minimum en maximum van
straf. De rechter was dan bevoegd de
straf toe te passen die lag tusschen
dit minimum en maximum. Tegen
woordig staat op elk strafbaar feit
slechts een maximum van straf. Boven
dit maximum kan de rechter niet gaan,
doch faar beneden kan hij zoover gaan,
als hij maar wil, indien hij slechts re
kening houdt met het algemeene straf-
minimum, dat voor alle strafbare feiten,
zoowel misdrijven als overtredingen,
geldt. Dit algemeene strafminimum is
a één dag gevangenisstraf, b één dag
hechtenis, c 0.50 geldboete. Natuur
lijk kan voor 'n strafbaar feit, waartegen
hechtenis of geldboete is bedreigd,
geen gevangenisstraf opgelegd worden.
Uit het bovenstaande blijkt, dat de
rechter eene groote mate van vrijheid
bezit.
Bijkomende straffen zijn a ontzet
ting van bepaalde rechten, b plaatsing
in een rijkswerkinrichting, c verbeurd
verklaring van bepaalde voorwerpen,
d openbaarmaking van de rechterlijke
uitspraak.
Het kan voorkomen dat een bijko
mende straf zwaarder, ja aanmerkelijk
zwaarder is dan de hoofdstraf. Zoo is
te beteekenis, bij het rechtspreken in
burgerlijke zaken moet de rechter zijn
persoonlijke overtuiging uitschakelen
en alleen uitspraak doen op grond van
de hem verstrekte gegevens. Dit is
wel een zeer kenmerkend onderscheid
tusschen de burgerlijke en strafrecht
spraak.
Over de samenstelling en de meer
bijzondere taak der diverse rechter
lijke college's spreken wij in het vol
gend artikel.
tongerecht of de betrokken rechtbank
ingeschreven advocaat. De rechter
hoort zoowel het openbaar ministerie
,als de beklaagde en de verschillende
'getuigen. Men heeft getuigen a charge.
die door het openbaar ministerie zijn
opgeroepen en dienen om de schuld
Van den beklaagde aan te toonen en
getuigen a décharge, die op verzoek
Van den beklaagde worden gehoord,
opdat door hunne getuigenis zijne on
schuld aan het licht zoude treden.
De getuigen worden onder eede gehoord
de 'beklaagde staat niet onder eed.
Nadat het onderzoek der terechtzit
ting is afgeloopen, neemt het openbaar
ministerie zijn requisitoir, d.w.z. doet
den eisch. Nadat het openbaar minis
terie zijn dikwijls breed gemoti-
veerden eisch heeft gedaan,krijgen
de beklaagde of zijn verdediger nog
het woord. Daarop repliceert het open
haar ministerie niet meer, het laatste
Woord wordt immer aan beklaagde of
diens raadsman gelaten. Vervolgens
doet de rechter uitspraak. Gewoonlijk
geschiedt dit in een volgende zitting.
De rechter mag niet tot eenige straf
Veroordeelen, tenzij het wettig bewijs
geleverd is, dat het strafbaar feit
heeft plaats gehad en de beklaagde
tevens, naar de overtuiging van den
rechter, schuldig is. Ontbreekt één
Van beide, is het bewijs der schuld niet
afdoende of liever gezegd, beantwoordt
het bewijs niet aan de eischen, aie do
Wet stelt of meent de rechter in gemce-
de, dat ondanks dat alle bewijzen tegen
den beklaagde aanwezig zijn, deze toch
niet schuldig is, dan volgt vrijspraak.
Immers zonder 's rechters overtuiging
van schuld heeft geenerlei wettig bewijs
in strafzaken eenige kracht. Het is m°g®"
lijk dat zoowel het wettig bewijs ah.
's rechters overtuiging van schuld aan
wezig zijn, doch dat de rechter hetzij
het gepleegde feit, hetzij den dader niet
strafbaar acht. In zoo'n geval volgt
ontslag van rechtsvervolging.
De strafbare feiten worden inge
volge het wetboek van strafrecht -■
onderscheiden in misdrijven en overtre
dingen. Misdrijven zijn over het alge-
terwijl dit niet geoorloofd was. Hij werd
veroordeeld tot 25.- geldboete,
plus verbeurdverklaring van het vee,
zes flinke koeien. In dergelijke gevallen
levert een verzoek om gratie aan de
Koningin nog al eens succes op.
Uiteraard is de gang van zaken bij de
burgerlijke rechtspraak anders dan bij
de strafrechtspraak. Staat in de straf
rechtspraak het openbaar ministerie
als aanklager tegenover den beklaagde,
in de burgerlijke rechtspraak staat
de eene burger tegenover den andere
In strafzaken, althans terzake van
strafbare feiten waartegen gevangenis
straf is bedreigd, moet de beklaagde per
soonlijk voor het gerecht verschijnen
in burgerlijke zaken mag hij persoonlijk
niet voorkomen. Eén uitzondering
vormt hierbij het kantongerecht. Voor
het kantongerecht, mag de eischer
(degene op wiens verzoek de rechts
vordering is ingesteld), persoonlijk
voor den rechter verschijnen om zijn
eisch toe te lichten, en kan ook de ge
daagde (degene, tegen wien de rechts
vordering is ingesteld) zich persoonlek
komen verdedigen, doch bij de hoogere
rechterlijke college's is dit niet geoor
loofd. Partijen moeten zich daar doen
vertegenwoordigen door een procureur,
hetgeen steeds een rechtsgeleerde,
een Mr. in de rechten, moet zijn.
Dit is zoo sterk, dat een dagvaarding,
waarin verzuimd is een procureur aan
te wijzen, nietig is. Heeft iemand nage
laten een procureur te stellen en ver
schijnt hij zelf, dan wordt hij toch niet
gehoord. De procureurs dienen hunne
schriftelijke conclusiën (conclusiën van
eisch en van antwoord, van repliek en
dupliek) op de terechtszitting in. Deze
kunnen zij later in hun functie van
advocaat (procureurs zijn gewoonlijk
ook advocaat) op wetenschappelijke
gronden to lich'.en. Vervolgens
doet de rechter uitspraak. Is de per
soonlijke overtuiging van den rechter
bij het trafrecht 'n factor van degrno-
HERSENSCHUDDING.
II
Thans staat op ons programma de
bespreking van de zeer lichte gevallen
van hersenschudding, waarbij het uiter
lijk geweld minder hevig was, doch
krachtig genoeg om den getroffene een
oogenblik het bewustzijn te doen ver
liezen. De persoon in kwestie wordt
plotseling duizelig en draaierig, krijgt
sterretjes voor de oogen en suizingen
in de ooren, terwijl hij beeft en trilt
over al zijn leden en het koude zweet
hem uitbreekt. Meestal valt hij bij deze
verschijnselen ter aarde en is hij geheel
buiten westen. Ademhaling en bloeds
omloop ondergaan ook de gevolgen
van dit proces en zijn veel zwakker
dan in den normalen toestand. Binnen
betrekkelijk korten tijd - als gemid
delde zou ik een kwartier kunnen noe
men krijgt de patiënt zijn bewustzijn
weer terug en ziet hij ons doorgaans
zeer verwonderd aan, alsof hij jvragen
wilde aan de omstanders wat er aan
de hand is. Het merkwaardige n.l. is,
dat hij zich hoegenaamd niets meer
weet te herinneren wat er voorgevallen
is. Zooals u wellicht bekend is, geeft
dit geheugenverlies nog al eens moei
lijkheden bij het verhoor in rechtsza
ken, daar de getroffene absoluut niet
in staat is op eenigerlei wijze inlich
tingen te verschaffen. In zulke lichte
gevallen komt de patiënt er meestal
ncgal gced af, hij gevoelt zich dien dag
verder minder prettig, heeft wat hoofd
pijn en moet wat bekomen van den
schrik. Een of twee dagen later is hij
weer geheel en al de oude, alsof ér niets
gebeurd was'.
Tusschen de zeer zware en lichtere
gevallen liggen de middelzware, die
wij thans nader zullen beschouwen.
De getroffene wordt door den schok
eveneen bewusteloos. Duurde deze
toestand bij de lichtere gevallen hoog
stens .een kwartiertje, bij de middel
zware kan deze periode zich tot eenige
uren, ja zelfs tot enkele dagen zich
uitstrekken. De ademhaling en de pols
zijn zeer zwak en het hoofd doorgaans
met een koud zweet bedekt. Ook in
dit geval verontreinigt zich de patiënt,
vooral als de toestand wat lang duurt.
Evenals bij de zware gevallen reageert
de lijder op geen enkelen uitwendigen
prikkel, zoodat pijngevoel absoluut
buitengesloten is. Vaak is de patiënt
betrekkelijk korten tijd na het ongeval
v/at misselijk.
Keert de patiënt nu na korteren of
langeren tijd tot het bewustzijn terug,
dan constateeren wij ook hier het ka
rakteristieke verschijnsel van volko
men gemis aan herinnering van hetgeen
hem gepasseerd is. Voor het stellen der
diagnose is het van 't uiterste belang 't
feit dat de bewusteloosheid onmid, op 't
moment, waarop het ongeval geschiedt,
intreedt. Was de patiënt n.l. nog een
oogenblik na het accident bij bewust
zijn, dan kunnen wij een hersenschud
ding met alle zekerheid uitsluiten.
Thans rest ons nog een oogenblik
stil te staan bij hetgeen men te doen
heeft bij zulk een plotseling ongeval.
Zooals bij iedere eerste hulpverleening
staat ook hier het gulden woord ge
schreven „niet schaden." Wat hier
wil zeggen.dat wij eiken heftigen uitwen
dige prikkel hebben te vermijden.
Wij leggen, bij gebrek aan beter, den
patiënt zeer voorzichtig op een plank
en zorgt er voor dat hij zoo voor
zichtig mogelijk vervoerd wordt. In
de zeer zware gevallen, staan wij na
tuurlijk doorgaans machteloos.Wij kun
nen beproeven wat kunstmatige adem
haling vermag. Is de getroffene nog bij
tijds ineen ziekeninrichting gebracht
of onder deskundige behandeling ge
komen, dan kan een inspuiting soms
nog redding brengen, maar niet zelden
is het bij zware gevallen, waar de nood
zeer dringt, te laat, daar de gewenschte
hulp niet bij de hand is.
In de middelzware gevallen, die
gunstig verloopen, dient de patiënt
nog eenige weken rust te houden.
Langzamerhand, naar het uiterlijk ge
weld van beteekenis was, nemen, de
storingen af.
In de zeer lichte gevallen, waarbij
het bewustzijnsverlies zeer kort duur
de, is zelfs eenige voorzorg overbodig
en kan de getroffene na een paar dagen
zijn werkzaamheden- zonder bezwaar
hervatten.
MEDICUS.
Bcnzolvergiftiging. Het „Pol, Week
blad" schrijft: In de fabrieken waar ben
zol als oplossingsmiddel voor rubber ge
bruikt wordt, bestaat voor de arbeiders
gr„ot gevaar voor benzolvergiftiging,
vooral bij gebruik van benzol met laag
kookpunt en bij warm weer, waardoor
spoedige vervluchtiging optreedt.
Een goede ventilatie is daarom een
eerste vereischte. Beter is het echter benr
zol door andere stoffen te vervangen als
xylol, toluol, tetrahloortkoolstof en sol
vent nafta. Het laatste wordt als rub
beroplosmiddel veel toegepast daar het
geen benzol bevat en uit xylol en homo
logen en andere koolwaterstoffen bestaat.
De Misskkunstkalender voor 1922, uit
gegeven dóór den Priestermissiebond, is
verschenen, een pracbtkalender en een
kunststuk van meerk'leuren-kop-erdiep-
druk, werkelijk een sieraad voor ieder
huisgezin.
Het zijn zes tvveemaandelijksche car-
volgens oorspronkelijke schilderstukken
von den kunstschilder F. van Wokle te'
Groningen.
1 en II stellen onzen Heiland als Wc
reldverlosser voor, dragend in zijn han
den de aardbol (I), waarop nog 1000 mil-
lioen men.sc.hen wonen, aan wie de blijde
boodschap van Christus' verzoeningsdaad
aan het kruis (II) nog niet is gebracht.
Die Christus' 'liefde dwingt tot mede
werkers aan de missie-actie, want „de
christelijke charilas vindt haar hoogste
ideaal in het mededeeten van den kostba
ren schat des Geloofs aan zoovele mil-
'iioenen, welke diep ongelukkig zijn, om
dat zij nog altijd van d'at heerlijke licht
versloken zijn" zegt Kardinaal Van Ros
■sum.
Ill, IV, V en IV geven ons beelden
van inlandsche priesters, die het missie
werk va.11 de Europeesche missionarissen
eens'moeten overnemen. Want geen volk
mag worden uitgesloten van de priester-
kroon (IV).
Paus Benedictus heeft in zijn nieuwe
encycliek gewezen op het groote belang
van inlanders op te leiden tot het Pries
terschap. Niet ten onrechte wordt im
mers gezegd, dat een inlandsche priester
de bekeering beteekent van een geheele
landstreek (III); dat een inlandsche
priester gelijk is aan 50,000 bekeerde in
landers (Paus Iiinoc XI). Er zijn reeds
veie inlanders als priester werkzaam, en'
de seminariën vinden jongelingen ge
noeg, die tot het H. Priesterschap geroe
pen kunnen worden (V). Maar dc finan
ciën ontbreken op de meeste plaatsen.
Daarom heeft Paus Benedictus vooral
aanbevolenHet Pauselijk Liefdewerk
van den H. Petrus (VI).
In zes beelden met randschriften
wordt ons dat alles voor oogen geloond
weergegeven, de verschillende kleuren
zacht in elkaar vloeiend, zonder ook
maar eenigszins te verdoezelen. De let
ters en cijfers bijv. zijn scherp afgetee-
kend en bok op e-en afstand goed lees
baar.
'Ac twijfelen oan ook geenszins, :r al
le Katholieken willen dezen kalender in
hun huis hebben hangen. Alleen begrij
pen wi, niet. toe de Priester!» al door
middel van Ars Catholica (Joh. L. v.
Lith,) Leiden (waar de bestellingen ge
schieden; betaald wordt bij Dr. Jan
Smit, Seminarie „Rijsenburg", Drieber
gen) dezen kalender kan leveren voor
den spotprijs van 1.zegge één on-
noozele gulden. De verdiensten zullen
dan ook niet groot zijn; wel echter is
groot het heerlijke doel, dat de Priester
missiebond zich bij deze uitgave voor
oogen stelde: blijvende missiebe'Iangstel-
ling 'brengen in de huisgezinnen.
DE KATHOLIEKE ILLUSTRATIE
bevat deze week het volgende:
PLATEN: Een populair Rotterdamsch
priester. De lach dien wij het liefste
zien. De zwaan.'Het internationaal
Katholiek Jeugdcongres te Rome. De
groote automobielententoonstelling te Ber
lijn. Marinedag in het Amsterdamsche
Stadion. - De haven van Kingstown.
Een caunting-car. Dublinsche kranten
jongen. De bedevaartgangers. De
vondeling. Nog 2 foto's van Dublin.
De groote brand in de „Printemps" te Pa
rijs (3 foto's). - Het internationaal con
gres der Derde Orde van den H. Francis-
cus (2 foto's). De Iersche kwestie.
Octoberbloescm. -De begrafenis der
slachtoffers van de ramp te Oppau (2 fo
to's.) Het vierde eeuwfeest der St. An-
dreasparochie te Zevenaar. Soeur Ma
rie Saint Marcel. De Z.E. Pater Pie-
ters O.F.M. Zoekplaatje.
TEKST: In de verdrukking, historische
roman door J. R. v. d. Lans. Ode aan
Charlie Chaplin. Dublin, door Arthur
Tervooren. Na de uitspraak, door Ge
rard Nielen. Haar mooiste japon, door
Maks. Uw eigen tuin, door Philadeiphus.
Uit de blikken trommel: De Bata
vieren, met 2 teekeningen van Jan Wieg
man.
DAMRUBRIEK.
Verzoeke alle correspondentie deze ru
briek betreffende te zenden aan den
Damrcdacteur, P. J. v. Dartelen, Roos-
veldstraat 70, Haarlem.
'PROBLEEM No. 124.
Auteur: P. A. Nooy, Haarlem,
ie Publicatie.
Wit 13 schijven op: 25, 31, 32, 33, 34,
35, 36, 37, 39, 40, 41, 44, 47, 48 en 49-
Voor beide problemen geldt „Wit
speelt en wint".
Oplossingen worden gaarne binnen 8
dagen ingewacht.
Eindspel
van H. J. A. v. Gelder, Rotterdam.
(Damspel.)
Stand
Zwart 2 schijven op 26 en 31.
Wit 3 schijven op 39, 42 en 46.
Oplossing
Wit: 42-38, 39-33, 33-28, 28-22, 38-32,
46:37.
Zwart: 31-37. 26-31, 31-36, 36-41,
37:i7-
BLADPROBLEEM
uit (Het Damspel).
M.
W>.
wf
Stand
Zwart 9 schijven op: 7, 8, 9, 13, 15, 18,
19, 26 en 32.
Wit 8 schijven op: 25, 28, 29, 37, 39,
42, 43 en 47-
PROBLEEM No. 125.
AuteurP. A. Nooy, Haarlerm
ie Publicatie.
Stand
Zwart 6 schijven op 8, i2, 16, 18, 26 en
29-
Wit 4 schijven op 22, 27, 31 en 32.
P. J. V. DARTELEN.
J*®*
Stand
Zwart 15 schijven op: 7, 8, 9, 10 12,
14 17 18, 19, 20, 21, 22, 23, 24 en '2o.
INTERNATIONALE WEDSTRIJDEN.
Hieronder laten we een lijstje volgen
van de reeds vastgestelde internationale
wedstrijden voor dit seizoen.
28 October in Praag Zuid-Slavië tegen
Tsjcelio-Slow akije.
6 November in Genève Zwitserland te
gen Italië.
13 November in Praag Tsjecho-Slowa-
«kije tegen Zweden.
13 November in Parijs Frankrijk tegen
Nederland.
15 Januari in Parijs Frankrijk tegen
België.
28 Februari te Parijs Frankrijk tegei.
Engeland'.
26 Maart te Neurenberg, Duitscfliland
tegen Zwitserland.
26 Maart in Antwerpen België tegen Ne
derland.
17 April te Amsterdam Nederland tegen
Denemarken.
17 April te Bordeau Frankrijk tegen
Spanje.
6 Mei in Amsterdam Nederland' tegen
-België.
21 Mei le Milaan Italië legen België.
25 Mei Zuid-Slavië tegen Zwitserland.
25 Mei te Lausanne Zwitserland tegen
België.
Liefdes-manoeuvres.
„Hè jakkeg, daar heb je die ook
weer Wat 'n naarling van n vent
toch.... zou ie nou heusch denken,
dat ik 'm aardig vin
Dit korte, hartgrondige aaPeen-
spraakje werd gehouden door Truus
van Eikelen, die bezig v/as haar naai-
kamertje, dat uitzag op den kerkweg,
'n flinke beurt te geven.
Direct toen haar vader had verteld,
dat ie 'n nieuw huis zou laten bouwen
in het gegoede „kweekerskwartier"
van het deftige bollenstreek-dorp, had
Truus gevraagd om 'n eigen naaika-
ntertje aan den weg. En meneer van
pkelen had z'n eenigste dochter na-
i.-iijk haar zin gegeven, n'n Lief zij -
had e2rtie met 'n schattig balconnetje
ping. Ai|ekregen- °P de eerste verdie'
t Drens en*? naar rechts keek zag ze de
„+„4 rerbt0°8e schoorsteenen van de
='n SebP", »ch »i< h,d ze d,n
en links had je d uitgestrekte bosSchen
en landertje p den achtergrond
n verrukkelijk duinge2i ht
flink stuk van den watertor^ op
spitste.
Truus had het kamertje geheel naar
eigen smaak ingericht en bijna elken
hiiddag nestelde zij zich bi] de geopencje
balcondeui en, voelde zich „zalig a]s
ip- 'n eigen koninkrijkje, waar niemand
dan zij zelf iets over had te zeggen.
Maar de laatste weken was op dit
genoegen 'n domper gezet.
Die „domper" was het menschelijke
wezen, dat aan Truusje's gemoed de
ontboezeming ontloktejin den aanvang
dezes neergeschreven.
De met naarling" betitelde was een
jongmenschdat heeft iedereen
natuurlijk al begrepen, 'n Jongmensch,
dat Truusje aanbad met al de vurigheid
eens jeugdigen gemoeds. 't Was alleen
jammer voor het adoreerende jong
mensch, dat Truusje hem 'n reuze-
engert vond, wat haar niet kwalük
was te nemen. Want inde daad, v 3!
charme was <.r aan den akelig-veriiefd
zijnden jongeling niet te bekennen
misschien wel doordat de akeligheid
der verliefdheid den boventoon voer
deen voornamelijk hierin bestond,
dat hij in de vei te reeds bijzonder aap
achtig begon te grijnzen, welke gelaats
mimiek niet ophield, voordat hij weder
om uit het gezicht was verdwenen. Die
liefdes-grijns ging gepaard met allerlei
elastische bewegingen van hoofd, ar
men, lijf, beenen. oogenen lippen
(Het Hppenspel behoeft natuuilijk niet
nader te worden aangeduid.)Maar vooral
de oogballen schenen een wonderlijk
mechanisme te bevattende appels
wipten en draaiden in bewonderens
waardig temp i ('t eenige bewonderens
waardige aan het geheele jongmensch)
en moesten blijkbaar uitdrukken de
verliefde woordjes, d.ie de mond niet
kon zeggen.
Nog meer hekel had Truus aan hem
gekregen sinds den vreeselijken middag,
dat hij het had durven wagen haar aan
te spreken.
Ze moest 'n dag of drie geleden even
naar „de Wolbaai" om 'n Daar strenge
tjes Luda-zijdeZe dacht aan den
heelen jongen niet eens.... toen ie
onverwachts naast haar liep en misselijk
verliefd ging doen.
Truus had, in weerwil van haar gru-
welijken afkeer, haast gestikt van 't
lachen, om de malle praatjes en de
gekke grimassen van den smoorlijk
verliefde. Ze was vlugger gaan loopen,
om hem maar kwijt te raken.. had
gezegd, dat ze niet op zijn gezelschsp
was gesteld, dat ze hard zou s:hreeuwen
als ie niet weg ging. Maar de liefde kent
geen hinderpalen. Hij smeekte haar
met z'n lijzig-zangerige meisjesstem,
hem toch niet t; vers oot?ndan
zou hij geen gelukkige seconde meer
hebben in heel zijn volgend leven
dan zou z'n leven verwoest, vermoord
zijn.... dan zou.... ja, er zou nog
véél méér met hem zijn gebeurd..
Truus had er de helft nog niet van ver
staan, maar dat beetje was voldoende,
om direct genoeg van 'm te hebben.
Ze maakte zich met 'n verward smoesje
van hem afhij moest zelf maar
weten, wat hij er uit wilde opmaken.
Uit z'n liefde-gestamel had ze be
grepen, dat hij hier voor 'n paar maan
den en pension was, om alléén, rustig
te kunnen studeeren. Als ie zóó gek
b'eef doen zou er wel vee! van z'n studie
e/echt komen.
En nou had je 'm daar warempel
alv/éér Begreep die sufferd niet,
dat ze niks met 'm te maken wou heb
ben Kon ze 'm toch maar es goed aan
z'n verstand breigen, dat ie haar hee-
Iemaal jï aanstond.... dat ze van
'm walgde. Zou ze 't vader zeggen
Nee die was zoo driftig, die zou m
misschien direct zoo erg hard aanpak
kenen toch met gemoedelijk
heid raakte je zoo'n malle vent toch
ook niet kwijt.
Hè, bah, wat 'n vreeselijk eng gezicht
trok ie w( erafschuwelijk, wat n
snoet Om bang van te worden. En
dat gegriezel met z'n oogen J akkes
wat 'n mispunt Zag ie haar nou, of
Ze gin'-' --«rder haar kamertje in,
wou 'm nie': zienniet naar m
kijken. V,l.moest je nou met zoon
mirakel beginnn Toch vader maar
roepen
Opeens kreeg Truus van Eikelen 'n
ideejajadat zou schit
terend zijndan had ie 'n lesje, dat
hem voor goed zou genezen. Eénig,
dat ze zoo ire ns die inval kreeg. Ze
wist nog wel niet zoo direct hoe haar
plannetje moest worden uitgevoerd,
maar dat kwam wel in orde.
Haastig schreef ze iets op een stukj^e
papier wachtte tot hij vlak onder 't
balconnetje stond te ginnegappen en
gooide toen het briefje door 'n kier
van de balcondeuren naar buiten.
Fe Zominnende jongeling slaakte n
vreugdekreetHij raapte nerveus het
apapierne op en las inwendig jubelend
het volgende regeltje :,,Kom vanavond
9 uur op deze plek."
Hij kuste het papiertje, verborg
het als 'n schat secuur in z'n portefeuille
en zond ontelbare dank-gebaartjes
naar boven, waartoe bijna alle lichaams-
deelen hun medewerking verleenden.
Stralend verliet hij de plek des geluks,
keek ontelbare malen om naar het bal
connetje, maar zag niets.... begreep
toen, dat het 'n geheime liefde moest
blijven, dat ze zich niet bii dag aan hem
durfde vertoonen. Dat was dus ook de
reden geweest van haar aarzeling, van
haar terughoudendheid op dien mid
dag. O, dat zou 'n romantische liefde
worden'n romantische, interes
sante liefde 'n Lie-ie-ief-de van zoet
gedroom op eenzame schemer-plekjes
Precies op het aangegeven tijdstip
stond hij onder 't balconnetje van 't
huis dei familie v. Eikelen.
't Was donker in dat huis..leuk
geheimzinnig donkerHij snakte
als 'n hert naar 'n waterbronfloot,
zacht eerst..toen wat resoluter. Op
de balcondeuren kwam 'n smalle
lichtstreep, die direct weer verdween.
Bijna geruischloos gingen ze open en
Truusje stak haar hoofdje even naar
buiten.
„Dag lieveling.dag engel kweel
de z'n stem„Ik ben er, hoor
kom je hier? Gaan we wandelen,
snoes
„Ik kan niet uit huis" fluister-beefde
de" stem der aangebedene,ik zit
hier opgesloten."
„Ach, kindje, kindjewaarom
hoe dat zoo
„M'n vader fieeft 't gemerkt.. hij
heeft m'n kamer op slot gedaan en is
toen de deur utgegaan."
„Och, och, wat 'n wreed mensch is u
papa Blijft die ouwe heer lang weg
„Ja, minstens 'n paar uur."
„En is u daar alleen
„Waarom vraagt u dat?"
„Schatjebloempje.... rozen
knopje achachlaat me n
oogenblik bij je zijnstel me daartoe
in de gelegenheid anderso i
0 anders doe ik mezelf wat van j
wanhooop
„Als u de poort ingaat ziet u mis
schien wel 'n laddertje staan'n
ander middel om bij me tejkomen, weet
ik niet.
„O, snoesliefjedaar heb je
natuurlijk voor gezorgd. Ik ga heen op
de vleugelen der liefde en haal de ladder
hier!"
Tien tellen later stond de ladder
tegen het balcon aan en op de vleugelen
der liefde beklom hij de sporten....
stond weldra op het kleine balconnetje
....maar vond tot zijn verbazing de
glazen deuren gesloten. Misschien nam
ze nog even maatregelen om 't hem
gemakkelijk en aangenaam te maken.
Maar plots schoven de donkere gor
dijnen achter de glazen deuren vaneen
..hij staarde in de hèl-verlichte ka
mer die vol dames en heeren zat
Het'gezelschap hief 'n dreunend gelach
aan.
Toen begreep ie, dat ie er zich smerig
had laten inloopen en wilde inderhaast
en vol schaamte de terugtocht aan
vaarden. Maar met ontzetting bemerk
te hij, dat geheimzinnige handen in
middels het laddertje hadden wegge
haald.
Hij durfde niet te schreeuwen, niet
te schelden, was bang voor schandaal
....moest zich nog 'n kwartier laag
door het gezelschap laten bespotten.
Toen ontfermden dezelfde geheim
zinnige handen zich over hem en plaats
ten het laddertje weer in zijn vongen
Onder 'n luid hoera daalde hij tot de
aarde terug.
Den volgenden dag was hij ver
trokken.
(Nadruk verboden.)