TweedeBlad X fan wet en wetgeving. rast en kennis, DAMRUBRIEK. wm m>\ IJl I %-H li w ELCK WAT WILS. trekjes ccxi IATERDAG 8 OCTOBER 1921 MED1SCHE PRAATJES. UIT BOEK EN BLAD. ML wn. ;fü ®W SPORT EN SPEL. VOETBAL. aardT tod'iê de Srt G. N. meen;, vergrijpen tegen de publieke veiligheid, tegen het leven, den eigen dom of de eer zijner medemenschen of ernstige vergrijpen tegen de goede zeden. Onder overtreding verstaat men over 't algemeen niet-naleving van de bepalingen der wetten, die de staat - in het algemeen belang heeft daarge- DE RECHTERLIJKE MACHT. II Wanneer iemand zich aan een straf- aar feit schuldig maakt dan krijgt ij van de politie een proces-verbaal. )it proces-verbaal wordt ingezonden lan den burgemeester of Commissaris !an politie, die het doet toekomen aan .en betrokken ambtenaar van het penbaar ministerie. Is deze laatste van •ordeel, dat overtreding van eene 'ettelijke strafbepaling heeft plaats jehad, dan gaat hij' tot vervolging over. M is iets op zich zelf verkeerd, dcch iet is niet bij de wet strafbaar gesteld lan is dit nog geen reden om tot ver volging over te gaan, want geen feit s strafbaar dan uit kracht eener daar aan voorafgegane wettelijke strafbepa ling. In het algemeen kan men zeggen, lat strafbaar zijn gesteld die hande lingen, waardoor de algemeene veilig heid in gevaar wordt gebracht of die schade doen aan het publiek belang. Gaat het openbaar ministerie tot ver volging over, dan wordt men opgeroe pen om voor den rechter te verschijnen. Men is niet verplicht om te verschijnen tenzij het gaat over de berechtingvan een strafbaar feit, waartegen gevange nisstraf is bedreigd. Is de beklaagde niet aanwezig, dan wordt hij, ingeval de rechter hem schuldig bevindt, bij verstek veroordeeld. De beklaagde heeft het recht zich voor den rechter te verdedigen. Ook kan hij zich door een raadsman doen bijstaan, doch al leen door een rechtskundigen raadsman dat is door een bij het betrokken kan- ons een geval bekend, dat een veehou der werd veroordeeld ter zake van een overtreding der wet op het vee-artsenij kundig staatstoezicht. Hij had zijn vee naar een andere weider overgebracht, steld Als straffen onderscheidt men hoofd straffen en bijkomende straffen. Als hoofdstraffen zijn aan te merken a. gevangenisstraf, b geldboete, c hechte nis. Gevangenisstraf is levenslang of tijdelijk. Tijdelijke gevangenisstraf gaat den duur van twintig jaren niet te bo ven. Hechtenis wordt slechts tijdelijk gegeven en wel tot een tijdvak van ten hoogste één jaar en 4 maanden. Vroeger stond er op elk strafbaar feit een minimum en maximum van straf. De rechter was dan bevoegd de straf toe te passen die lag tusschen dit minimum en maximum. Tegen woordig staat op elk strafbaar feit slechts een maximum van straf. Boven dit maximum kan de rechter niet gaan, doch faar beneden kan hij zoover gaan, als hij maar wil, indien hij slechts re kening houdt met het algemeene straf- minimum, dat voor alle strafbare feiten, zoowel misdrijven als overtredingen, geldt. Dit algemeene strafminimum is a één dag gevangenisstraf, b één dag hechtenis, c 0.50 geldboete. Natuur lijk kan voor 'n strafbaar feit, waartegen hechtenis of geldboete is bedreigd, geen gevangenisstraf opgelegd worden. Uit het bovenstaande blijkt, dat de rechter eene groote mate van vrijheid bezit. Bijkomende straffen zijn a ontzet ting van bepaalde rechten, b plaatsing in een rijkswerkinrichting, c verbeurd verklaring van bepaalde voorwerpen, d openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak. Het kan voorkomen dat een bijko mende straf zwaarder, ja aanmerkelijk zwaarder is dan de hoofdstraf. Zoo is te beteekenis, bij het rechtspreken in burgerlijke zaken moet de rechter zijn persoonlijke overtuiging uitschakelen en alleen uitspraak doen op grond van de hem verstrekte gegevens. Dit is wel een zeer kenmerkend onderscheid tusschen de burgerlijke en strafrecht spraak. Over de samenstelling en de meer bijzondere taak der diverse rechter lijke college's spreken wij in het vol gend artikel. tongerecht of de betrokken rechtbank ingeschreven advocaat. De rechter hoort zoowel het openbaar ministerie ,als de beklaagde en de verschillende 'getuigen. Men heeft getuigen a charge. die door het openbaar ministerie zijn opgeroepen en dienen om de schuld Van den beklaagde aan te toonen en getuigen a décharge, die op verzoek Van den beklaagde worden gehoord, opdat door hunne getuigenis zijne on schuld aan het licht zoude treden. De getuigen worden onder eede gehoord de 'beklaagde staat niet onder eed. Nadat het onderzoek der terechtzit ting is afgeloopen, neemt het openbaar ministerie zijn requisitoir, d.w.z. doet den eisch. Nadat het openbaar minis terie zijn dikwijls breed gemoti- veerden eisch heeft gedaan,krijgen de beklaagde of zijn verdediger nog het woord. Daarop repliceert het open haar ministerie niet meer, het laatste Woord wordt immer aan beklaagde of diens raadsman gelaten. Vervolgens doet de rechter uitspraak. Gewoonlijk geschiedt dit in een volgende zitting. De rechter mag niet tot eenige straf Veroordeelen, tenzij het wettig bewijs geleverd is, dat het strafbaar feit heeft plaats gehad en de beklaagde tevens, naar de overtuiging van den rechter, schuldig is. Ontbreekt één Van beide, is het bewijs der schuld niet afdoende of liever gezegd, beantwoordt het bewijs niet aan de eischen, aie do Wet stelt of meent de rechter in gemce- de, dat ondanks dat alle bewijzen tegen den beklaagde aanwezig zijn, deze toch niet schuldig is, dan volgt vrijspraak. Immers zonder 's rechters overtuiging van schuld heeft geenerlei wettig bewijs in strafzaken eenige kracht. Het is m°g®" lijk dat zoowel het wettig bewijs ah. 's rechters overtuiging van schuld aan wezig zijn, doch dat de rechter hetzij het gepleegde feit, hetzij den dader niet strafbaar acht. In zoo'n geval volgt ontslag van rechtsvervolging. De strafbare feiten worden inge volge het wetboek van strafrecht -■ onderscheiden in misdrijven en overtre dingen. Misdrijven zijn over het alge- terwijl dit niet geoorloofd was. Hij werd veroordeeld tot 25.- geldboete, plus verbeurdverklaring van het vee, zes flinke koeien. In dergelijke gevallen levert een verzoek om gratie aan de Koningin nog al eens succes op. Uiteraard is de gang van zaken bij de burgerlijke rechtspraak anders dan bij de strafrechtspraak. Staat in de straf rechtspraak het openbaar ministerie als aanklager tegenover den beklaagde, in de burgerlijke rechtspraak staat de eene burger tegenover den andere In strafzaken, althans terzake van strafbare feiten waartegen gevangenis straf is bedreigd, moet de beklaagde per soonlijk voor het gerecht verschijnen in burgerlijke zaken mag hij persoonlijk niet voorkomen. Eén uitzondering vormt hierbij het kantongerecht. Voor het kantongerecht, mag de eischer (degene op wiens verzoek de rechts vordering is ingesteld), persoonlijk voor den rechter verschijnen om zijn eisch toe te lichten, en kan ook de ge daagde (degene, tegen wien de rechts vordering is ingesteld) zich persoonlek komen verdedigen, doch bij de hoogere rechterlijke college's is dit niet geoor loofd. Partijen moeten zich daar doen vertegenwoordigen door een procureur, hetgeen steeds een rechtsgeleerde, een Mr. in de rechten, moet zijn. Dit is zoo sterk, dat een dagvaarding, waarin verzuimd is een procureur aan te wijzen, nietig is. Heeft iemand nage laten een procureur te stellen en ver schijnt hij zelf, dan wordt hij toch niet gehoord. De procureurs dienen hunne schriftelijke conclusiën (conclusiën van eisch en van antwoord, van repliek en dupliek) op de terechtszitting in. Deze kunnen zij later in hun functie van advocaat (procureurs zijn gewoonlijk ook advocaat) op wetenschappelijke gronden to lich'.en. Vervolgens doet de rechter uitspraak. Is de per soonlijke overtuiging van den rechter bij het trafrecht 'n factor van degrno- HERSENSCHUDDING. II Thans staat op ons programma de bespreking van de zeer lichte gevallen van hersenschudding, waarbij het uiter lijk geweld minder hevig was, doch krachtig genoeg om den getroffene een oogenblik het bewustzijn te doen ver liezen. De persoon in kwestie wordt plotseling duizelig en draaierig, krijgt sterretjes voor de oogen en suizingen in de ooren, terwijl hij beeft en trilt over al zijn leden en het koude zweet hem uitbreekt. Meestal valt hij bij deze verschijnselen ter aarde en is hij geheel buiten westen. Ademhaling en bloeds omloop ondergaan ook de gevolgen van dit proces en zijn veel zwakker dan in den normalen toestand. Binnen betrekkelijk korten tijd - als gemid delde zou ik een kwartier kunnen noe men krijgt de patiënt zijn bewustzijn weer terug en ziet hij ons doorgaans zeer verwonderd aan, alsof hij jvragen wilde aan de omstanders wat er aan de hand is. Het merkwaardige n.l. is, dat hij zich hoegenaamd niets meer weet te herinneren wat er voorgevallen is. Zooals u wellicht bekend is, geeft dit geheugenverlies nog al eens moei lijkheden bij het verhoor in rechtsza ken, daar de getroffene absoluut niet in staat is op eenigerlei wijze inlich tingen te verschaffen. In zulke lichte gevallen komt de patiënt er meestal ncgal gced af, hij gevoelt zich dien dag verder minder prettig, heeft wat hoofd pijn en moet wat bekomen van den schrik. Een of twee dagen later is hij weer geheel en al de oude, alsof ér niets gebeurd was'. Tusschen de zeer zware en lichtere gevallen liggen de middelzware, die wij thans nader zullen beschouwen. De getroffene wordt door den schok eveneen bewusteloos. Duurde deze toestand bij de lichtere gevallen hoog stens .een kwartiertje, bij de middel zware kan deze periode zich tot eenige uren, ja zelfs tot enkele dagen zich uitstrekken. De ademhaling en de pols zijn zeer zwak en het hoofd doorgaans met een koud zweet bedekt. Ook in dit geval verontreinigt zich de patiënt, vooral als de toestand wat lang duurt. Evenals bij de zware gevallen reageert de lijder op geen enkelen uitwendigen prikkel, zoodat pijngevoel absoluut buitengesloten is. Vaak is de patiënt betrekkelijk korten tijd na het ongeval v/at misselijk. Keert de patiënt nu na korteren of langeren tijd tot het bewustzijn terug, dan constateeren wij ook hier het ka rakteristieke verschijnsel van volko men gemis aan herinnering van hetgeen hem gepasseerd is. Voor het stellen der diagnose is het van 't uiterste belang 't feit dat de bewusteloosheid onmid, op 't moment, waarop het ongeval geschiedt, intreedt. Was de patiënt n.l. nog een oogenblik na het accident bij bewust zijn, dan kunnen wij een hersenschud ding met alle zekerheid uitsluiten. Thans rest ons nog een oogenblik stil te staan bij hetgeen men te doen heeft bij zulk een plotseling ongeval. Zooals bij iedere eerste hulpverleening staat ook hier het gulden woord ge schreven „niet schaden." Wat hier wil zeggen.dat wij eiken heftigen uitwen dige prikkel hebben te vermijden. Wij leggen, bij gebrek aan beter, den patiënt zeer voorzichtig op een plank en zorgt er voor dat hij zoo voor zichtig mogelijk vervoerd wordt. In de zeer zware gevallen, staan wij na tuurlijk doorgaans machteloos.Wij kun nen beproeven wat kunstmatige adem haling vermag. Is de getroffene nog bij tijds ineen ziekeninrichting gebracht of onder deskundige behandeling ge komen, dan kan een inspuiting soms nog redding brengen, maar niet zelden is het bij zware gevallen, waar de nood zeer dringt, te laat, daar de gewenschte hulp niet bij de hand is. In de middelzware gevallen, die gunstig verloopen, dient de patiënt nog eenige weken rust te houden. Langzamerhand, naar het uiterlijk ge weld van beteekenis was, nemen, de storingen af. In de zeer lichte gevallen, waarbij het bewustzijnsverlies zeer kort duur de, is zelfs eenige voorzorg overbodig en kan de getroffene na een paar dagen zijn werkzaamheden- zonder bezwaar hervatten. MEDICUS. Bcnzolvergiftiging. Het „Pol, Week blad" schrijft: In de fabrieken waar ben zol als oplossingsmiddel voor rubber ge bruikt wordt, bestaat voor de arbeiders gr„ot gevaar voor benzolvergiftiging, vooral bij gebruik van benzol met laag kookpunt en bij warm weer, waardoor spoedige vervluchtiging optreedt. Een goede ventilatie is daarom een eerste vereischte. Beter is het echter benr zol door andere stoffen te vervangen als xylol, toluol, tetrahloortkoolstof en sol vent nafta. Het laatste wordt als rub beroplosmiddel veel toegepast daar het geen benzol bevat en uit xylol en homo logen en andere koolwaterstoffen bestaat. De Misskkunstkalender voor 1922, uit gegeven dóór den Priestermissiebond, is verschenen, een pracbtkalender en een kunststuk van meerk'leuren-kop-erdiep- druk, werkelijk een sieraad voor ieder huisgezin. Het zijn zes tvveemaandelijksche car- volgens oorspronkelijke schilderstukken von den kunstschilder F. van Wokle te' Groningen. 1 en II stellen onzen Heiland als Wc reldverlosser voor, dragend in zijn han den de aardbol (I), waarop nog 1000 mil- lioen men.sc.hen wonen, aan wie de blijde boodschap van Christus' verzoeningsdaad aan het kruis (II) nog niet is gebracht. Die Christus' 'liefde dwingt tot mede werkers aan de missie-actie, want „de christelijke charilas vindt haar hoogste ideaal in het mededeeten van den kostba ren schat des Geloofs aan zoovele mil- 'iioenen, welke diep ongelukkig zijn, om dat zij nog altijd van d'at heerlijke licht versloken zijn" zegt Kardinaal Van Ros ■sum. Ill, IV, V en IV geven ons beelden van inlandsche priesters, die het missie werk va.11 de Europeesche missionarissen eens'moeten overnemen. Want geen volk mag worden uitgesloten van de priester- kroon (IV). Paus Benedictus heeft in zijn nieuwe encycliek gewezen op het groote belang van inlanders op te leiden tot het Pries terschap. Niet ten onrechte wordt im mers gezegd, dat een inlandsche priester de bekeering beteekent van een geheele landstreek (III); dat een inlandsche priester gelijk is aan 50,000 bekeerde in landers (Paus Iiinoc XI). Er zijn reeds veie inlanders als priester werkzaam, en' de seminariën vinden jongelingen ge noeg, die tot het H. Priesterschap geroe pen kunnen worden (V). Maar dc finan ciën ontbreken op de meeste plaatsen. Daarom heeft Paus Benedictus vooral aanbevolenHet Pauselijk Liefdewerk van den H. Petrus (VI). In zes beelden met randschriften wordt ons dat alles voor oogen geloond weergegeven, de verschillende kleuren zacht in elkaar vloeiend, zonder ook maar eenigszins te verdoezelen. De let ters en cijfers bijv. zijn scherp afgetee- kend en bok op e-en afstand goed lees baar. 'Ac twijfelen oan ook geenszins, :r al le Katholieken willen dezen kalender in hun huis hebben hangen. Alleen begrij pen wi, niet. toe de Priester!» al door middel van Ars Catholica (Joh. L. v. Lith,) Leiden (waar de bestellingen ge schieden; betaald wordt bij Dr. Jan Smit, Seminarie „Rijsenburg", Drieber gen) dezen kalender kan leveren voor den spotprijs van 1.zegge één on- noozele gulden. De verdiensten zullen dan ook niet groot zijn; wel echter is groot het heerlijke doel, dat de Priester missiebond zich bij deze uitgave voor oogen stelde: blijvende missiebe'Iangstel- ling 'brengen in de huisgezinnen. DE KATHOLIEKE ILLUSTRATIE bevat deze week het volgende: PLATEN: Een populair Rotterdamsch priester. De lach dien wij het liefste zien. De zwaan.'Het internationaal Katholiek Jeugdcongres te Rome. De groote automobielententoonstelling te Ber lijn. Marinedag in het Amsterdamsche Stadion. - De haven van Kingstown. Een caunting-car. Dublinsche kranten jongen. De bedevaartgangers. De vondeling. Nog 2 foto's van Dublin. De groote brand in de „Printemps" te Pa rijs (3 foto's). - Het internationaal con gres der Derde Orde van den H. Francis- cus (2 foto's). De Iersche kwestie. Octoberbloescm. -De begrafenis der slachtoffers van de ramp te Oppau (2 fo to's.) Het vierde eeuwfeest der St. An- dreasparochie te Zevenaar. Soeur Ma rie Saint Marcel. De Z.E. Pater Pie- ters O.F.M. Zoekplaatje. TEKST: In de verdrukking, historische roman door J. R. v. d. Lans. Ode aan Charlie Chaplin. Dublin, door Arthur Tervooren. Na de uitspraak, door Ge rard Nielen. Haar mooiste japon, door Maks. Uw eigen tuin, door Philadeiphus. Uit de blikken trommel: De Bata vieren, met 2 teekeningen van Jan Wieg man. DAMRUBRIEK. Verzoeke alle correspondentie deze ru briek betreffende te zenden aan den Damrcdacteur, P. J. v. Dartelen, Roos- veldstraat 70, Haarlem. 'PROBLEEM No. 124. Auteur: P. A. Nooy, Haarlem, ie Publicatie. Wit 13 schijven op: 25, 31, 32, 33, 34, 35, 36, 37, 39, 40, 41, 44, 47, 48 en 49- Voor beide problemen geldt „Wit speelt en wint". Oplossingen worden gaarne binnen 8 dagen ingewacht. Eindspel van H. J. A. v. Gelder, Rotterdam. (Damspel.) Stand Zwart 2 schijven op 26 en 31. Wit 3 schijven op 39, 42 en 46. Oplossing Wit: 42-38, 39-33, 33-28, 28-22, 38-32, 46:37. Zwart: 31-37. 26-31, 31-36, 36-41, 37:i7- BLADPROBLEEM uit (Het Damspel). M. W>. wf Stand Zwart 9 schijven op: 7, 8, 9, 13, 15, 18, 19, 26 en 32. Wit 8 schijven op: 25, 28, 29, 37, 39, 42, 43 en 47- PROBLEEM No. 125. AuteurP. A. Nooy, Haarlerm ie Publicatie. Stand Zwart 6 schijven op 8, i2, 16, 18, 26 en 29- Wit 4 schijven op 22, 27, 31 en 32. P. J. V. DARTELEN. J*®* Stand Zwart 15 schijven op: 7, 8, 9, 10 12, 14 17 18, 19, 20, 21, 22, 23, 24 en '2o. INTERNATIONALE WEDSTRIJDEN. Hieronder laten we een lijstje volgen van de reeds vastgestelde internationale wedstrijden voor dit seizoen. 28 October in Praag Zuid-Slavië tegen Tsjcelio-Slow akije. 6 November in Genève Zwitserland te gen Italië. 13 November in Praag Tsjecho-Slowa- «kije tegen Zweden. 13 November in Parijs Frankrijk tegen Nederland. 15 Januari in Parijs Frankrijk tegen België. 28 Februari te Parijs Frankrijk tegei. Engeland'. 26 Maart te Neurenberg, Duitscfliland tegen Zwitserland. 26 Maart in Antwerpen België tegen Ne derland. 17 April te Amsterdam Nederland tegen Denemarken. 17 April te Bordeau Frankrijk tegen Spanje. 6 Mei in Amsterdam Nederland' tegen -België. 21 Mei le Milaan Italië legen België. 25 Mei Zuid-Slavië tegen Zwitserland. 25 Mei te Lausanne Zwitserland tegen België. Liefdes-manoeuvres. „Hè jakkeg, daar heb je die ook weer Wat 'n naarling van n vent toch.... zou ie nou heusch denken, dat ik 'm aardig vin Dit korte, hartgrondige aaPeen- spraakje werd gehouden door Truus van Eikelen, die bezig v/as haar naai- kamertje, dat uitzag op den kerkweg, 'n flinke beurt te geven. Direct toen haar vader had verteld, dat ie 'n nieuw huis zou laten bouwen in het gegoede „kweekerskwartier" van het deftige bollenstreek-dorp, had Truus gevraagd om 'n eigen naaika- ntertje aan den weg. En meneer van pkelen had z'n eenigste dochter na- i.-iijk haar zin gegeven, n'n Lief zij - had e2rtie met 'n schattig balconnetje ping. Ai|ekregen- °P de eerste verdie' t Drens en*? naar rechts keek zag ze de „+„4 rerbt0°8e schoorsteenen van de ='n SebP", »ch »i< h,d ze d,n en links had je d uitgestrekte bosSchen en landertje p den achtergrond n verrukkelijk duinge2i ht flink stuk van den watertor^ op spitste. Truus had het kamertje geheel naar eigen smaak ingericht en bijna elken hiiddag nestelde zij zich bi] de geopencje balcondeui en, voelde zich „zalig a]s ip- 'n eigen koninkrijkje, waar niemand dan zij zelf iets over had te zeggen. Maar de laatste weken was op dit genoegen 'n domper gezet. Die „domper" was het menschelijke wezen, dat aan Truusje's gemoed de ontboezeming ontloktejin den aanvang dezes neergeschreven. De met naarling" betitelde was een jongmenschdat heeft iedereen natuurlijk al begrepen, 'n Jongmensch, dat Truusje aanbad met al de vurigheid eens jeugdigen gemoeds. 't Was alleen jammer voor het adoreerende jong mensch, dat Truusje hem 'n reuze- engert vond, wat haar niet kwalük was te nemen. Want inde daad, v 3! charme was <.r aan den akelig-veriiefd zijnden jongeling niet te bekennen misschien wel doordat de akeligheid der verliefdheid den boventoon voer deen voornamelijk hierin bestond, dat hij in de vei te reeds bijzonder aap achtig begon te grijnzen, welke gelaats mimiek niet ophield, voordat hij weder om uit het gezicht was verdwenen. Die liefdes-grijns ging gepaard met allerlei elastische bewegingen van hoofd, ar men, lijf, beenen. oogenen lippen (Het Hppenspel behoeft natuuilijk niet nader te worden aangeduid.)Maar vooral de oogballen schenen een wonderlijk mechanisme te bevattende appels wipten en draaiden in bewonderens waardig temp i ('t eenige bewonderens waardige aan het geheele jongmensch) en moesten blijkbaar uitdrukken de verliefde woordjes, d.ie de mond niet kon zeggen. Nog meer hekel had Truus aan hem gekregen sinds den vreeselijken middag, dat hij het had durven wagen haar aan te spreken. Ze moest 'n dag of drie geleden even naar „de Wolbaai" om 'n Daar strenge tjes Luda-zijdeZe dacht aan den heelen jongen niet eens.... toen ie onverwachts naast haar liep en misselijk verliefd ging doen. Truus had, in weerwil van haar gru- welijken afkeer, haast gestikt van 't lachen, om de malle praatjes en de gekke grimassen van den smoorlijk verliefde. Ze was vlugger gaan loopen, om hem maar kwijt te raken.. had gezegd, dat ze niet op zijn gezelschsp was gesteld, dat ze hard zou s:hreeuwen als ie niet weg ging. Maar de liefde kent geen hinderpalen. Hij smeekte haar met z'n lijzig-zangerige meisjesstem, hem toch niet t; vers oot?ndan zou hij geen gelukkige seconde meer hebben in heel zijn volgend leven dan zou z'n leven verwoest, vermoord zijn.... dan zou.... ja, er zou nog véél méér met hem zijn gebeurd.. Truus had er de helft nog niet van ver staan, maar dat beetje was voldoende, om direct genoeg van 'm te hebben. Ze maakte zich met 'n verward smoesje van hem afhij moest zelf maar weten, wat hij er uit wilde opmaken. Uit z'n liefde-gestamel had ze be grepen, dat hij hier voor 'n paar maan den en pension was, om alléén, rustig te kunnen studeeren. Als ie zóó gek b'eef doen zou er wel vee! van z'n studie e/echt komen. En nou had je 'm daar warempel alv/éér Begreep die sufferd niet, dat ze niks met 'm te maken wou heb ben Kon ze 'm toch maar es goed aan z'n verstand breigen, dat ie haar hee- Iemaal jï aanstond.... dat ze van 'm walgde. Zou ze 't vader zeggen Nee die was zoo driftig, die zou m misschien direct zoo erg hard aanpak kenen toch met gemoedelijk heid raakte je zoo'n malle vent toch ook niet kwijt. Hè, bah, wat 'n vreeselijk eng gezicht trok ie w( erafschuwelijk, wat n snoet Om bang van te worden. En dat gegriezel met z'n oogen J akkes wat 'n mispunt Zag ie haar nou, of Ze gin'-' --«rder haar kamertje in, wou 'm nie': zienniet naar m kijken. V,l.moest je nou met zoon mirakel beginnn Toch vader maar roepen Opeens kreeg Truus van Eikelen 'n ideejajadat zou schit terend zijndan had ie 'n lesje, dat hem voor goed zou genezen. Eénig, dat ze zoo ire ns die inval kreeg. Ze wist nog wel niet zoo direct hoe haar plannetje moest worden uitgevoerd, maar dat kwam wel in orde. Haastig schreef ze iets op een stukj^e papier wachtte tot hij vlak onder 't balconnetje stond te ginnegappen en gooide toen het briefje door 'n kier van de balcondeuren naar buiten. Fe Zominnende jongeling slaakte n vreugdekreetHij raapte nerveus het apapierne op en las inwendig jubelend het volgende regeltje :,,Kom vanavond 9 uur op deze plek." Hij kuste het papiertje, verborg het als 'n schat secuur in z'n portefeuille en zond ontelbare dank-gebaartjes naar boven, waartoe bijna alle lichaams- deelen hun medewerking verleenden. Stralend verliet hij de plek des geluks, keek ontelbare malen om naar het bal connetje, maar zag niets.... begreep toen, dat het 'n geheime liefde moest blijven, dat ze zich niet bii dag aan hem durfde vertoonen. Dat was dus ook de reden geweest van haar aarzeling, van haar terughoudendheid op dien mid dag. O, dat zou 'n romantische liefde worden'n romantische, interes sante liefde 'n Lie-ie-ief-de van zoet gedroom op eenzame schemer-plekjes Precies op het aangegeven tijdstip stond hij onder 't balconnetje van 't huis dei familie v. Eikelen. 't Was donker in dat huis..leuk geheimzinnig donkerHij snakte als 'n hert naar 'n waterbronfloot, zacht eerst..toen wat resoluter. Op de balcondeuren kwam 'n smalle lichtstreep, die direct weer verdween. Bijna geruischloos gingen ze open en Truusje stak haar hoofdje even naar buiten. „Dag lieveling.dag engel kweel de z'n stem„Ik ben er, hoor kom je hier? Gaan we wandelen, snoes „Ik kan niet uit huis" fluister-beefde de" stem der aangebedene,ik zit hier opgesloten." „Ach, kindje, kindjewaarom hoe dat zoo „M'n vader fieeft 't gemerkt.. hij heeft m'n kamer op slot gedaan en is toen de deur utgegaan." „Och, och, wat 'n wreed mensch is u papa Blijft die ouwe heer lang weg „Ja, minstens 'n paar uur." „En is u daar alleen „Waarom vraagt u dat?" „Schatjebloempje.... rozen knopje achachlaat me n oogenblik bij je zijnstel me daartoe in de gelegenheid anderso i 0 anders doe ik mezelf wat van j wanhooop „Als u de poort ingaat ziet u mis schien wel 'n laddertje staan'n ander middel om bij me tejkomen, weet ik niet. „O, snoesliefjedaar heb je natuurlijk voor gezorgd. Ik ga heen op de vleugelen der liefde en haal de ladder hier!" Tien tellen later stond de ladder tegen het balcon aan en op de vleugelen der liefde beklom hij de sporten.... stond weldra op het kleine balconnetje ....maar vond tot zijn verbazing de glazen deuren gesloten. Misschien nam ze nog even maatregelen om 't hem gemakkelijk en aangenaam te maken. Maar plots schoven de donkere gor dijnen achter de glazen deuren vaneen ..hij staarde in de hèl-verlichte ka mer die vol dames en heeren zat Het'gezelschap hief 'n dreunend gelach aan. Toen begreep ie, dat ie er zich smerig had laten inloopen en wilde inderhaast en vol schaamte de terugtocht aan vaarden. Maar met ontzetting bemerk te hij, dat geheimzinnige handen in middels het laddertje hadden wegge haald. Hij durfde niet te schreeuwen, niet te schelden, was bang voor schandaal ....moest zich nog 'n kwartier laag door het gezelschap laten bespotten. Toen ontfermden dezelfde geheim zinnige handen zich over hem en plaats ten het laddertje weer in zijn vongen Onder 'n luid hoera daalde hij tot de aarde terug. Den volgenden dag was hij ver trokken. (Nadruk verboden.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1921 | | pagina 5