a en In den auto meegenomen politie- veel beter uitzicht naar beneden had- Daar kwam hun op oen weg een winnaar bleef. Zij vlogen door het hone, lucht. Na een rit van een uur den. groote auto tegemoet snorren. onweer heen, zij snelden voorwaarts, v/aren zij aan den hoek van het bosch. Een paar roode beuken gaven het plek je een gezellig aanzieft. „Ha, de roode hoek," riep John. En nu begon de eigenlijke nachte- „Er zitten twee chique heeren in," en eindelijk, eindelijk zagen zij bene- lijke tocht eerst voor goed. Het kwam berichtte John, die door den kijker den zich ook weer den auto, die zich er nu op aan, de insnijding van het scherp naar beneden tuurde. moeizaam door de hagelsteenen en de ,Dat kunnen ze zijn, want volgens gele waterplassen heenwerkte. Alleghany-gebergte e vinden, waar De hond zoch' het poor'en'bracht de Delaware ontspringt; daar wilden mijn vroegere ervaring met Langneus Maar wat was dat? De twee hen snel en zekv- langs smalle bosch- zij over de bergen vliegen, omdat zij heeft deze er slag van zich voornaam ren" zaten er niet meer in. paadjes dwars di >r het woud tot dicht dan niet zoo hoog behoefden te stij "«-u— -! ,hee- te kleeden," antwoordde James. Hij bij de houtvesterswoning St.-Estèphe. gen. Het was een ontzettend moeilij- draaide weer bij en daalde tot op veer „Wij moeten ze zoeken," riep John en nu lieten zij zich zoover omlaag zak- Nu begon hij te bla fen. Terwijl de ke taak, enkel met het kompas, tig meter hoogte en vloog nu ken, dat zij bijna de toppen der boo- detectives het huis binnentraden, be- zich des nachts zoo goed teoriëntee- waakten de beide meegenomen poli- ren, dat men het rivierdal trof. tieagenten de ingangen der woning. John zat aan het roer en bediende steeds den auto bijhoudend, dicht bo- men raakten. Zij noodzaakten den ven den vrachtauto. Opeens greep nu een der chauffeur met hun wapens, stil te .heeren" houden, zelf daalden zij nu op hun ge- In het huis vonden zij een ouden, met ijzige kalmte het toestel; het die in den auto zaten, naar een kleinen mak neer en onderzochten het voertuig, gebrekkigen houtvester, die bij hoog oog was strak op het vóór hem han- veldkijker, tuurde scherp naar boven Het was een huurauto, en de chauf- en bij laag zwoer dat in den loop van gende kompas gericht, dat door een en greep daarop bliksemsnel een ge- feur zelf scheen er niets van te weten, den dag nog niemand in de nabijheid klein eléctrisch vlammetje verlicht reed gehouden revolver. Het vuurwa- wie hij gereden had. Eerst het schie- van zijn huis geweest was. Terwijl hij werd. pen flikkerde in zijn hand, drie, vier- ten der in den auto zittenden en de zijn onschuld betuigde, sloeg de hond De motor knetterde met een geluid, maal en in het volgende oogenblik aeroplane had hem doen vermoe- aan en begon tegen een linoleumzeil dat alle andere geluiden overstemde, voelde men in het vliegtuig een lichte den, dat hij een paar misdadigers ver te blaffen dat den vloer der kamer be- Gaandeweg werden de kleederen voch- trilling, en een paar glassplinters van voerde en hii durfde niet weigeren hen dekte. Het zeil werd opgelich een tig, zoo ook de blanke deelen van het den beschadigden barometer vlogen verder te rijden. De chauffeur vertel- valluik werd zichtbaar, de houtvester vliegtuig, waarvan weldra het water de detectives in het gelaat. de nu aan de detectives, dat de twee verbleekte en zijn knieën knikten, neerdroop. Zij waren in een van het „Die schelmen," bulderde James, heeren een grooten, platten koffer Hij moest het valluik openen, er ver- gebergte afgeschoven mistbank te- „ze zijn het, ze hebben zich zelf ver- bij zich hadden gehad. In de ergste toonde zich een steile, smalle trap, recht gekomen. Doch onvermoeid raden." woede van het onweer was hun een die naar een vrij bewoonbaar inge- voorwaarts! Geen geluid in de lucht, Maar tegelijk flikkerde het weer reusachtige automobiel van minstens richte kelderruimte leidde. En daar enkel het razende geratel van den daar beneden, en één der kogels drong honderd en twintig paardekrachten zat, in een donkeren hoek, een mensch motor. door den eenen vleugel van den een- tegengekomen, wier chauffeur hun ge- neergehurkt de Duitscher Lenk! Thans stak er een tamelijk voelbare dekker, natuurlijk zonder schade te last had halt te houden. Zij hadden Van hem venamen zij, dat hij, toen tegenwind op. De eendekker begon doen, de ander raakte heel even John's toen dadelijk hun kleeren uitgetrok- hij de houtvesterij was binnengetre- zijn vaart te verminderen, de honderd arm, zoodat hij op de tanden beet en ken en waren in licht sportcostuum, dèn, door den houtvester en zijn beide en twintig kilometers daalden tot binnensmonds een verwensching deed dat zij onder de vermomming ge- metgezellen in den auto waarschijn lijk Roodkop en Langneus met ge weld in den kelder was opgesloten. honderd, vervolgens tot negentig. hooren. dragen hadden, in den anderen auto „Wel verduiveld," bromde John. Intusschen liet James de schroef gestapt om in vliegende vaart de rich- Maar James schreeuwde hem in van het vliegtuig in enge spiralen om- ting van Buffalo in te slaan. Onderweg, zoo deelde hij verder mede, het oor„Laat den motor loopen wat hoogwerken. Het was een meester- De detectives waren woedend. Het hadden de twee schavuiten in 't Rus- hij_ kan sisch met elkander gesproken en Lenk, stuk van stuurmanskunst. In minder onweer had hun voorloopig het suc- Doch een reusachtigen grooten auto, die maar iets op het door den chauf feur beschreven voertuig kon gelijken, 'En al hooger en hooger steeg de dan twee minuten was hij tot een hoog- Ces van hun moeite en arbeid doen ver- die vijf" jaren "als* agënt'dër Bank Tn omwentelings-snelheid van de schroef, te van vijfhonderd meter gestegen en liezen. Maar daarom niet geaarzeld Petersburg was geweest, verstond de Nu werd het helderder. De nevel trok aldus buiten het bereik van de revol- vlug ging het weer in den eendekker Russische taal zeer goed en had aldus op, en onder hen strekte zich in het vers der misdadigers gekomen. voorwaarts, al maar voorwaarts, met het grootste gedeelte van het gesprek zachte licht der maan het dal van de Het zou nu zeer gemakkelijk zijn aiie kracht waarover de motor beschik- mee aangehoord. Het volgende had Delaware uit, waafover zij nu, 1700 geweest de vluchtelingen van boven ken kon. hii onthoudenden grijzen auto—die, M. hoog, heenvlogen. De goede rich- af met hun pistolen onschadelijk te waarmee de dieven hun weg dachten ting hadden zij prachtig behouden, maken, maar dat wilden James en voort te zetten 1wilden zij veiligheids- Zoo verstreek het eene uur na het an- John niet, zij wilden de heeren onge- halve In New-Haven verruilen voor dere, en gelijk een vraatzuchtige roof- deerd in handen krijgen. Het kwam er ontwaarden zij nergens. De schurken een huurauto waarmee zij dan tot vogel zat John, met zijn strakken nu op aan, hen bij de eerstvolgende schenen ontsnapt te zijn. Buffalo zouden rijden. Daar konden blik naar voren gericht, aan het stuur plaats voor te komen en hun den weg Buffalo was bereikt, maar nog was zii dan met de cassette het meer Erie en liet zijn toestel voortsnorren. te laten versperren. Met razende snel- de auto niet te zien. Het Erie-meer ™."o. vandaar «er Md. »k«- Wel honderd dertig kilo- la'g »66r hen. Wat to doen? Zn met den auto van oom Ormskirk, dien Tegen vier uur ging de zon op. Acht meter in het uur, vloog nu het toestel vlogen verder, kruisten eemgen tijd hii hun te gemoet zou zenden, naar uren lang waren zij onafgebroken vlie- voorwaarts. Het was een dolle tocht, boven.de watervlakte en beraadslaag- St.-Louis en vandaar stroomop tot Kansas en schenbSd" duchüg'eroïe^uftgevaren^ men^irrijnbe'sTo'te'n""een tusschentijd- ven "en overdekten het geheel® land- j„ licht sportcostuum gezeten waren dat zii de Juweelen in de cassette moes- sche landing te beproeven. Op een zwak schap met huiveringwekkende donke- en een machinist, in een blauwe kiel ten overbrengen. Maar oom Ormskirk, glooiende bergweide daalden zij zon- re schaduwen ze hingen nu dicht bo- gehuld, die de machine bediende. dien zii een wantrouwenden hond noem- der eenig ongeval neder. James be- ven hen en schenen een wedren met „John, schreeuwde James zijn den stond eroo de cassette oneeschon- reidde een ontbijt, terwijl John het het moderne vliegtuig te willen onder- vriend toe, die nu het vliegtuig be- dïl?tarinto kS^fflïSS. toestel onderzocht, hel opnieuw nemen Het apparaat lag rustig op stuurde, „wij hebben ze en nu zullen d«n niet het minste vermoeden dat oliede en hier en daar een schroef de wolken, enkel aan den luchtdruk zij ons niet weer ontglippen. hu" RuMisch verstond eS hadden' der- aandraaide. Daarna wikkelden zij zich bespeurde men de razende vaart. En toen de misdadigers met razende halve op hun grootste gemak over den in hun pelzen en strekten zich uit om Daar brak de storm los. Als wide snelheid een kleinen bocht trachtten peoleepden diefstal en over hun plan twee uren te slapen. Maar toen Ja- de dondergod wraak nemen, dat de te bereiken, schoot James van boven tot ontvluchting gesproken verder mes hij was de eerste ontwaakte, mensch hem in de heerschappij der af eenvoudig met zijn revolver in hadden rij nog bepaald, dat hij drie was het zeven uur. Zij hadden dus bijna -e cht overtroffen had, zoo brak het de boot en reeds bij het tweede schot Sn kl T, j«r kont drie uu- geslapen. onweer met waanzinnig gehuil boven zonk een der roovers ineen, en de ander vesterij zou opgesloten blijven, tot Nu weer in het toestel t Thans nam hen uithet viel hun dappere aeroplane stak de handen oPt ten teeken dat hg -'ii vniilrtmAn :n vMlfoh^id rotidftn ziin Tames dö rol van bestuurde over. als met reuzenvuist aan en stortte 2ich overgaf. De poUtiemannen nameS nu den En nu recht vooruitHet was een dol- zijn hagel en regen over hen neer als- En zoo landden zij, steeds in de lucht *lnt«n «n ver- le vaart Na eenigen tijd ontwaarden of zij in het hevigste vuur van machine- door den blauwen John begeleid, aan ta rii beneden zichden grooten wegnaar gewiren stonden. Zij vlogen nu mid- de kade van een klein, havenstadje iln n! r ïln ?utoterufenmS BuffZ Zouden de sfhurken al voor- den door een van ijs verzadigde on- en werden daar door de politie, die Tw Yark bij zijn? Als zij onafgebroken hadden weerswolk. Daarbij spookachtige duis- inmiddels van de op een weide in de laat in Hen na doorgereden dan moesten zij voorbij ternis, het huilen van den storm, het nabijheid neergedaalde detectives hun Intusschen was het laat in den na- aoorgereaen, aan van het onweer. rtu« ontvangen had. in hechte- niddag geworden werd gereed gen twee detectives, 5C1JI» ëeHden'hadden "dan konden zij" on- geraas van den motor! Nu ontbrak de Langneus naar het cachot vervoerd, van dit verhaal geschetst werd, west- geledenwattenaan wno j s slechts het geringste aarzelen der De cassette had Langneus kort waarts, ofschoon, zooals weten. mo2f^ ^er vioog nu op de gerin- machine, slechts een enkele verkeer- vóór de landing in het meer laten zin- de dieven met hun ^no°HwaaH,5 De eendelkkerv»og «m OP c 8 bewe' yan den bestuurder k Maar dat hadden de vileg„, waren gereden. De detectives wezen ge hoogtmet ra! en zij waren veroordeeld 1 Als een lek- reeds na drie de0°han°dP:gwaS Sh'deT- JiffU&dïï.Thtinf van Buf- geJpen schip-homrnelde de^endek fa\n ker op en neer. Het kwikzilver in den ten overwinning leressante en stoutmoedige c - t den prisma. bol van den schuintemeter ging vlie- 0p menschelijke sluwheid! waarbii zii de roovers hoopten te ont- ..John overzag mei uci. r heel goed gezien, en reeds na drie uren was de schat boven gehaald. Een overwinning van het vliegtuig waarbij zij de roovers hoopten vangen, niet door de politie laten^ be derven. De afstand van New-York vóór' en'ïcht^zS»? Zij" X" wrJjJ^JsSeïd wwdTheTfeiêwYuJ, ]*»*-*•AAA- 6e6eï dïfti vlff-olf- d^tfJ ad^ stlf' I GOU D EN AD E LDO M t over New-Haven tot Topeka bedroeg hooger, tot °UU wi., maarnoonvw., ruim 9900 K. M En ofschoonde die- Sf wïdra3 vijftig, AS zestig gra ven een ontzaglijken voorsprong nf,.anii de oünsterende watervlakte den naar voren overboog en de draag- bijna acht uren hadden hoopten ag afstand de glinsterende .atervi.lt |s op ISj'km per uC maakte f.ïhetaiS "ze kunTen miins inziens nog niet neer geslingerd werden 120 K.M. per uur -maakte, üe scneimen !nhn ziin Maar James zat met ijzige kalmte, VIII „Maar uw beginselen zijn ook de mij ne,' Jolibois. De laatste misstappen van toch nog ie pakken. Eerst vlogen zij voorbij zijn," schreeuwde John zijn Maar ames zatlij «gj J SI^hebben mijn oogën voor enkel tot Galveston, een stadje pre- metgezel toe en beduidde hem met een schier als een ^ic, ^ijn «uuroan*^. #nd-Hoe geiukkig zijt ge zoo cies 100 K. M. ten V/esten van New- gebaar dat hij "oest: b draa en. hij een man van ijzer de republiek te mogen dienen Welke York. Daar verwisselden zij hun Tau- Zij vlogen met eenjsier ly ken bocht stuurman was mj emman^ u £n hoe benijd ik u<» be voor een albatros-eendekker van terug en nu in Iangza t P b zoodat hii ten slotte in Ja, ge wildet een markies tot schoon- hun vriend. Berger e, vhe; oostwaarts, steeds den grooten weg 20oi hfbben. en hebt een beproefd va- ger, daar zij van diens toestel uit, eer 'n net o0®1 nouaent,B- derlander afgewezen. nauwkeurig voor alles wat ge noodig Ge oogst wat ge gezaaag *jqeq hebt En begint ge hier al een beetje klaag u niet en wees blij, dat ge het onder mijn dak te wennen hoofd nog op de schouders draagt. Het „Binnen enkele dagen hoop ik geheel volk is edelmoedig, maar er zijn oogen- blikken dat het zijn kuren bot viert, maak vooral geen misbruik van zijn ge duld. Overigens kunt ge mij nog steeds als een trouw vriend beschouwen. Ik vertrek binnen een paar dagen en wanneer ik u van dienst kan zijn, kunt ge me komen opzoeken. Hier is mijn adres." Meteen nam Jolibois afscheid. Le- hersteld te zijn," antwoordde Solon barsch. „Dan zal ik uw huis. dat heele- maal niet voor mij past, verlaten. Men heeft mij hier uitstekend ver pleegd, doch Solon wil niet onder het zelfde dak als een markies slapen." „Maar ge weet toch evengoed als ik, dat er geen markiezen meer zijn, beste vriend. Op het stadhuis heeft men alle adelbrieven verbrand. Overigens, vrault keerde met gebroken hart naar waarom zooveel ophef over m'n schoon huis, zoon maken Ge zijt hier immers bij De twee mannen, die hij afgewezen Guillaume Levrault, lakenwever, werk- had, bekleedden hooge posten, de man man evenals gij. dien hij uitverkoren had, was thans ..Voor een werkman is uw huis toch niets anders dan een hinderpaai om een beetje te weelderig ingericht ooit hoogerop te komen. Dienzelfden avond gaf hij in het bij- Uw patroon moet u een aanzienlijk deel in de winst gegeven hebben. Hebt zijn van de markiezin. Gaston en Laura uw sPaarcenten dit prachtige lucht aan zijn slechte gehumeurdheid. „Ik heb daar straks," zoo begon hij, als een slecht ongelikte beer in zijn salon hotel kunnen koopen Kom, kom, aan Solon kan men zooiets niet wijsmaken. Ik weet best bij wien op ik het oogenblik fortuin en zqn ieven te redden. De ont moeting met de Montflanquin en Jo libois had zijn eerzucht weer gaande ge maakt. In zijn eerzucht lag zijn eenig heil. Er was maar één weg voor hem open en die weg was de dienst der repu bliek. Hij nam het besluit, zich naar Jo- libois, die hem zijn diensten had aange boden, te begeven. De zon was nauwelijks aan den he mel verschenen, of Levrault was reeds op weg naar Jolibois. De wachtkamer en het salon waren stampvol baantjes jagers. Een bediende kwam hem zijn naam vragen en na een uur wachten werd hij toegelaten. „Mijn beste mijnheer Levrault," zei hem de commissaris-generaal, „ik heb zeer weinig tijd, zeg me in twee woorden wat er van uw dienst is." „Ik heb heel den nacht aan ons on derhoud van gisteren gedacht. Ik ben vastbesloten mijn diensten aan de republiek aan te bieden en ik kom u beleefd verzoeken een goed woordje voor mij te doen. Zooals ge weet, heb rondwandelende, „Gaspard de Mont- 8e'°§eerd oen. Gij zijt een burger en uw ik nooit iets van de vorige regeering flanquin ontmoet, die naar uw zeggen schoonzoon is een aristocraat. Wanneer een man van niets was. Hij is thans ge- mgn wonde geheel genezen zal zijn, roepen om de hoogste ambten te beklee- zaljH ter.u8 +naar kameraden gaan. - Mijn plaats us hier niet. Ik haat den den. Binnen een jaar zal hij misschien ,J p gezant in Londen, ofWeenen zijn. Om ^jkdom, maar ik ben geen ondankbarq. te beginnen is hij tot consul-generaal ™Jn erkentelijkheid te bewijzen, van Oceanië benoemd. En Jolibois, "J**6" ZJ naar «J hott ve{??ten- dien ge voor sans-culotte uitschold, is die f!llelen ^ier bllJ}:en algemeen commissaris voor de weste- schap te houden, zullen lijk® provincies. Ik wist wel, dat het teSeb£. vertrekken, een rondborstig vaderlander v^as en ik ".Vertrekken En waarom dat Er hield van hem.Gij hebt er voor gezorgd, dat ik twist met hem kreeg en v/anneer we naar Bretagne durven terugkeeren, is onze vrijheid en ons leven in zijn han den. Zijn macht is onbegrensd. Hij be schikt over leger en magistratuur, hij is de levende wet." „Waarlijk," antwoordde de markie zin, wanneer vicomte de Montflanquin tot consul-generaal benoemd is, dan heeft de regeering een gelukkige keuze gedaan. Ik moet haar hartelijk fe- liciteeren." „Of de keuze nu goed of slecht is, doet er niet toe, de Montflanquin is er niet te minder consul-generaal om. Dat is in elk geval beter dan de armen over .de borst te kunnen kruisen." „Ge vergist u, mijnheer," antwoord de Gaston. „Het is beter de armen te kruisen dan baantjes na te jagen, het is beter in ledigheid zijn leven te slijten dan zich tegen den prijs van 'n lafheid, een voor name rol te koopen. De weg dien we te volgen hebben, is duidelijk aangewezen. Om het land te dienen behoeft men geen aanhanger van de republiek te zijn." „Mijn beste schoonzoon," hernam Levrault, „de republiek en Frankrijk zijn één en dezelfde zaak." „Weet wel, mijnheer," zei de markie zin op haar beurt, „dat 't Frankrijk van den H. Lodewijk niet het land van Robespierre is." Ik eerbiedig uw vooroordeelen, me vrouw." zeide Levrault, „maar ik deel ze niet." Toen 't twistgesprek in vollen gang was, trok Gaston zich, als gewoonlijk, terug. Toen konden de markiezin en Levrault den vrijen loop lan hun woorden geven, Laura trachtte tevergeefs hen tot kalmte e brengen. De twist steeg hooger en ïooger. Ze slingerden elkaar allerlei verwijten naar het hoofd, toen er plot- eling een gewapende bende op straat oorbijtrok. Het rossig licht der toort- en verlichtte de heele binnenplaats. Voeste stemmen begonnen de Mar- eillaise te zingen. De markiezin en Le- rault verbleekten, keken vol angst el- ander aan en zwegen: de angst had en verzoend. Vóór zich in zijn vertrekken terug te ekken. wilde Levrault nog een bezoek m Solon gaan brengen, dien hij den telen dag nog niet gezien had. Hij vond sn ge. onde bij het haardvuur neer- tten. groote wolken uit een pijp iimpe ..de. „Ho gaat het vanavond," vroeg hij vri«nd«liilceo toon. „Zorgt men moeten hebben en heb ik de vroegere regeeringspolitiek nooit goedgekeurd. Wanneer ge op het oogenblik mijn schoonzon niet zijt, dan is alleen mijn dochter daarvan de schuld. Het zou voor mij een onuitsprekelijk geluk ge weest zijn u mijn schoonzoon te kun nen noemen. In u vond ik mijn Timo- ieon terug. Uw politieke ideeën zijn ook de mijne. De republiek heeft mijn volle- .-„..«v. „in. ,1CU dige sympathie, zij beantwoordt aan al vanmorgen uw -naam in den Moniteuj ontbreekt u immers hier niets. Ge zijt mijn verwachtingen. Het zal voor mij gelezen, ge hebt u waarlijk als een groot hier immers zoo goed als thuis. Ik ben een geluk zijn de republiek te mogen vaderlander gedragen. De reDubliefc- toch uw broeder." dienen." 1 - -=-*■ - een royale gift te storten voor de marte laren der vrijheid. Kom dan morgen eens bij mij terug, ge kunt op me reke nen. De voorloopige regeering kan mij niets weigeren. Wellicht zal ik u een belangrijken administratieven of diplo- matieken post kunnen bezorgen." Het gelaat van Levrault helderde op. „Ik heb mijn keus gemaakt, beste Jolibois. Ik ben als geboren voor de diploma tie." „Welnu, antwoordde Jolibois, „naar uw wensch zal geschieden." Dienzelfden dag bracht Levrault twintig duizend francs naar de kas der gewonden en den volgenden dag stond het in gespatieerde letters in den „Monb teur" te lezen, XV, Levrault ging dus eindelijk een rol spelende politieke loopbaan stond eindelijk voor hem open. Het was niet zonder reden, dat hij de voorkeur aan de diplomatie gegeven had. Zonder veel kennis van het volkenrecht ta hebben,wist hij toch, dat een diplomaat overal geëerbiedigd werd. Hij hoopta thans ook gelegenheid te vinden, zijn galacostuum aan de vreemde hoven te kunnen dragen. Op het aangeduide uur ging hij het huis van Jolibois bin nen. „Mijn gelukwenschen," zei Jolibois hem de hand toestekende. „Ik heb Denkt ge misschien, dat ik doof en olind ben Gelooft ge waarlijk dat ik niet zie wat er rond mij gebeurt en dat ik niet hoor wat er gezegd wordt. Beschouwen uw dochter, uw schoonzoon en uw moe der mij ook als een broeder Ze zien met vetlangen naar mijn vertrek uit." Levrault trachtte hem door allerlei mooie woordjes van het tegenoverge stelde té overtuigen, maar Solon gaf telkens een brommend antwoord en blies den rook van zijn pijp vlak in Le- vrault's gezicht. Aanvankelijk had Levrault zich goed weten te houden, doch eindelijk was het vertrek zoo vol rook. dat hij er van moest hoesten en zich verplicht zag heen te gaan. Toen hij alleen was, liet hij zijn ge dachten nog eens over de gebeurtenis sen van dien dag gaan. Solon, die hem moest beschermen en redden, boezemde hem hoe langer hoe meer angst in, een vreeselijke droom kwam 's nachts zijn rust verstoren. Een woeste bende met brandende toortsen kwam op het hotel aangevallen. In plaats van hem te hel pen stelde Solon zich aan het hoofd der „Ik moet bekennen, mijnheer Le vrault, dat de gevoelens die ge er op na houdt mij wel aanstaan. Maar welke titels kunt ge doen gelden om in dienst van de republiek te komen Laat ons even zien Hebt ge misschien in de ge vangenis gezeten Hebt ge deel aan de samenzweringen gehad Stond ge misr schien op vriendschappelijken voet met de sergeanten van La Rochelle Hebt ge meegevochten bij het klooster Saint- Merry Hebt ge op den punt van een dolk den dood van alle koningen ge zworen Levrault stond als verdwaasd onder dezen stroom van vragen. „Ge begrijpt wel," ging Jolibois voort die er vermaak in begon te krijgen, „dat de republiek waarborgen moet hebben voordat ze iemand in dienst neemt. Hebt ge misschien ook geleden voor de heilige zaak „Helaas," antwoordde Levrault nede rig, „ik heb nooit gevochten, of geleden voor de republiek, maar ik ben vast be sloten haar te dienen." „Ik weet hoe ge u tijdens den val van den tyran gedragen hebt. Ge hebt een woestelingen en wees hun den weg naargekwetste in uw huis opgenomen en van de verschillende vertrekken van het ho tel, spoorde hen aan om alles te plun deren, roofde zelf, dat het een aard had en stak het huis aan de vier hoeken in brand. Laura en de markiezin liepen met losse haren in wanhoop de branden de trappen af. Gaston, tot de tanden toe gewapend, liep voor hen uit. Plotseling veranderde de vrijheids boom te midden op de binnenplaats in een reusachtige galg. Boven erop stond Solon met een kdürd in de hand. De lichamen van de markiezin, Laura en Caston bengelden reeds in de ruimte, térwijl de woestelin gen als echte kannibalen een rondedans rond de galg maakten. Thans was hij zelf aan de beurt. Solon legde den strop rond zijn hals. Op hetzelfde oogenblik schoot Le vrault badend in zijn zweet wakker. Hij bracht de hand aan zijn hals en dankte God dat hij nog levend in zijn bed lag. Nochtans was zijn kalmte niet zoo spoedig teruggekeerd. Hij stond op, nam een kaars, liep door het hotel, opende een venster, dat uitzicht op de binnenplaats gaf, luisterde aan dachtig en ging pas weer naar binnen, nadat hij er zeker van was dat alles rustig was. Wat beteekende die droom? Was het geen waarschuwing van Ben hemel Levrault kon den slaap niet meer vatten, hij begon over zijn lot na te denken. Wat moest hii doen om zijn hem verzorgd, maar dat is niet genoeg. Ik heb uw naam nog niet op de lijst der donateurs gezien. Hebt ge inderdaad nog niets voor de gewonden van Febru ari gegeven „Nog niet," antwoordde Levrault vol schaamte. „Als ge er op staat, dat ik een goed woord voor u doe, dan is het absoluut noodzakelijk dat uw naam morgen in de Moniteur vermeld staat, dat hij bo venaan op de lijst der giften staat. Ver geet niet, dat men u ontzaggelijk veel vergeven moet. Gij v/oont in Saint-Ger main, ge zijt verwant aan de Rochelan- diers en rijk geworden door het zweet van uw bedienden. Ge voelt wel dat het hoog tijd is, dat ge aan 't volk een deel van hetgeen ge aan datzelfde volk ver diend hebt, teruggeeft." „Ik heb het volk in niets bestolen." antwoordde Levrault „maar om het volk bij te staan zal ik voor niets terug schrikken." „Mijnheer de Rothschild heeft inge schreven voor tien duizend francs," zal u niet ondankbaar zijn en zal u op waardige wijze beloonen. Ik heb gister avond den chef van het kabinet vaa Buitenlandsche Zaken gesproken, hij wacht u. Kom laat ons geen oogenblik verliezen. Laat ons het ijzer smeden zoolang het heet is." Levrault was buiten zich felf van blijdschap en putte zich uit in dank betuigingen. Een uur later werden beiden in het hotel des Capucines toegelaten. Het hart van Levrault klopte onstuimig. Zoodi^a de bediende Jolibois zag, werd de deur van het kabinet geopend. Eep man van ongeveer dertig jaar mei scherpzinnige oogen en breeden. mond zat voor een met stapels papieren be laden lessenaar. „Beste vriend," zei Jolibois, „il breng u hier den candidaat, waarover ik u gisterenavond gesproken heb." „Welkom, mijnheer," antwoordde da aangesprokene, zich tot Levrault wen dende, „welkom en laat ons even pra ten.' Levrault liet zich ln een fauteuil neer vallen. „Etienne heeft mij een en ander uw inzichten medegedeeld. Uw naam is mij reeds lang bekend. Het omver geworpen gouvernement heeft de groote fout begaan mannen als u, op den achtergrond te houden. Wanneer de familie van Orleans haar vertrou- wen gesteld had in mannen als u, dan zou ze vandaag niet te Clairemont zitten. Levrault maakte een buiging en kon geen woorden vinden, om te ant woorden. „Het is waarlijk niet te gelooven, dat de monarchie geen gebruik var uw talenten heeft weten te maken. De minister heeft zich gisteren zeei vleiend over u uitgelaten. „De monarchie, antwoordde Le vrault, „heeft mij nooit iets aangebo den, maar ik zou ook nooit iets van haar hebben willen aannemen. Getrouw aan mijn beginselen, steeds handelende naar mijn vaste overtuiging, heb ik op het uur der vergelding gewacht." „Ik had het u wel gezegd," riep Joli bois, „burger Levrault is een beproefd republikein. Wat hij thans denkt en zei Jolibois. „En zooals ge weet is dit wil heeft hij altijd gedacht en gewild een vreemdeling en alleen maar baron. „Maar ik ben heelemaal niets, her nam Levrault vol fierheid, .ik heb steeds alle adellijke titels veracht." Maar was uw schoonzoon dan geen markies? Ik herhaal het, mijnheer Le vrault, er moet u veel vergeven wor den. Het eerste wat ge te doen hebt i* Hij is geen windwijzer, die zich naar alle richtingen keert." „De republiek is gelukkig zoo blind niet als de monarchie," hernam de zoogenaamde chef van 't kabinet. „De republiek weet, wat. burger Levrault waard is en zal hem vandaag een schit terend bewijs pevan van het vertrouwen mm m mm 1 1 L i. 11 1 1 1 m - .1 m. m m m W Af A M flll f A J a mm* J 111 1. i. L ^1,» Q ".iljjiUimpS'Tipn uijpif "^0 J hrifp Inmnon Irnnrcn j irnm aio Dii/vuk viigviiniu ii - w o - 1 crnArtn?ftAn teen nviVfnnvonl \I1Lii i i i oon llfoo m <-J o 1 f m /-r am ollnan troni' Ko vrtrt I_T<« m1

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1921 | | pagina 12