BINNENLAND
Ingezonden."*
Derde SÊad - iO Maart
DRIEVEN m FRANKRIJK.
HOE EEN VRIJDENKER OVER
„ROME" OORDEELT.
De ontroering in alle kringen over
geheel de wereld, gewekt door den
dood van Z. H. Benedictus XV; de
ontzaggelijke aandacht waarmede de
publieke opinie, het conclaaf heeft ge
volgd; de algemeen eerbiedige wel-
komsgroet den nieuwen Paus XI ge
bracht, bewijzen den invloed, grooter
dan ooit, van de rol door het Paus
schap in deze tijden te vervullen.
De oorlog heeft die rol in beteeke-
nis doen toenemen. Temidden van den
bitteren strijd die de mensehheid heeft
verduld gedurende meer dan 4 jaren,
heeft men béter leeren begrijpen, welk
een macht van éénheid en vrede, het
katholicisme vertegenwoordigt.
Bekend is het woord van een
Franschman. die zeide, hoewel zelf
ver van de katholieke kerk afstaande:
„De kerk heeft gedurende den oorlog
getoond de eenige internationale te
zijn, die stand houdt."
Te merkwaardiger, waar onder den
invloed van leerstellingen, een mate
rialistische politiek predikend, het den
schijn had of voor goed de internatio
nale en binnenlandsche politiek van
een groot aantal staten was verwereld
lijkt.
De deuren van de Haagsche Vredes
conferentie waren gesloten gebleven
voor den Roomschen Opperpriester.
Ieder contact scheen verbroken en
was dit helaas op het gebied van de
politiek in Frankrijk en ook elders,
waar politiek en godsdienst geschei
den waren.
Tusschen de verschillende volkeren
gold slechts de macht, de materiale en
de militaire, de moreele was ver te
zoeken.
In zooverre kon dus de internatio
nale politiek den Paus belang inboeze
men, waar deze een zuivere moreele
en godsdienstige macht vertegenwoor
digt
Eugene Lantier, de vrijdenker, wiens
artikel in de „l'Homme libre" het door
Clemenceau gestichte blad, mij het bo
venstaande in de pen gaf, geeft in het
verdere gedeelte het antwoord.
„Dat tusschen de volkeren aan den
vooravond van het wereldconflict,
slechts de machtskwestie gold, hebben
wij slechts al te wreed en al te lang
ondervonden. Het materialisme had
zich meester gemaakt van de interna
tionale politiek en het moest uitloopen
op een bloedige offering van zooveel
menschenlevens.
Staatslieden, diplomaten en ^politie
ke personen beweerden dat zij alleen
voldoende waren om het groote vraag
stuk van den wereldvrede te regelen.
Zij zijn er niet in geslaagd dien bloedi-
gen strijd van millioenen. tegen millioe
nen tegen te houden. Groot was hun
onmacht, groot was de angst van een
mensehheid die haakte naar den duur-
zamen vrede, zonder hem te vinden.
En instinctmatig, Lantier is nog steeds
Aan het woord, heeft de menigte zich
gericht naar de eeuwige stad en is neer
geknield voor den souverein zonder
Rijk op deze aarde en zonder leger.
Waarom? Omdat de mensehheid
meer en meer wordt doordrongen van
het gevoel, dat het huidige wereldpro
bleem dat om oplossing vraagt van
een andeye orde is, van een hoogere
orde dan die van een eenvoudige rea-
liteitspolitiek."
Mogen de staatslieden en de volke
ren in de moeilijke jaren die nog ko
men gaan; luisteren naar die woorden
van waren vrede die niet zullen op
houden te vloeien van de lippen van
Hem, die den dag zelf van zijn uitver
kiezing tot het Pausschap in de bui
ten-loggia van den „Sint Pieter" ver
schijnend, zijn zegen schonk aan Ro
me en over de zeven heuvelen heen,
die de heilige stad omringen, a&n de
geheele wereld. Laat ook buiten Frank
rijk gehoord worden de meeniug van
een vrijdenker als Lantier, die erkent
dat de 'wereld hulp gaat zoeken te Ro
me, in het geloof, omdat z(j inziet dat
materieele welvaart, niet den vrede
heeft weten te geven.
Zijn erkenning van de macht van het
Pausschap, van den invloed die van
Rome uitgaat, steekt wel sterk af bij
de kleinzielige houding door sommige
n iet-Katholieken in Holland aangeno
men, waar het geldt de vertegenwoor
diging bij den Heiligen Stoel. Zij wil
den niet erkennen dat Rome het mid
delpunt. is, waar hun millioenen op sta
ren, zij willen niet begrijpen dat de
invloed des Pausen, steeds toeneemt
ondanks de tegenwerking en de be
strijding.
Willen zij niet luisteren naar de mee
ning van de Katholieken zelf, laten zij
dan de stem hooren, die een ongeloo-
vige, eerlijk laat weerklinken.
Heel de Fransche pers, op een en
kele kleine uitzondering na, heeft de
komst van Pius XI met vreugde be
groet, heel het Fransche volk, ook het
niet Katholieke gedeelte, houdt de
blikken op Rome gericht, omdat het
weet en erkent dat daar een macht ze
telt, ver uitgaande boven alle aard-
sche, voor wie „vrede op aarde", in
werkelijkheid het hoogste verlan
gen is.
Steeds meer zocht men naar het
eeuwige licht dat wel de eeuwen door
heeft geschenen, maar dat men niet
heeft willen aanschouwen. Een wereld
oorlog is noodig geweest, om velen die
ziende blind waren, de oogen te ope
nen.
Parijs, 26 Februari 1922.
Mr. P. v. S.
DE LENTEMAAND»
UIT HET LEVEN VAN EEN
GROOT MAN.
De mentaliteit bij de Bouw
arbeiders.
VRAGENBUS.
Voor dea inbond dezer rubriek stelt
ftedaetl# zloh niet aansprakelijk.
HONGERSNOOD IN SOVJET-RUSLAND.
DE DURE AARDAPPELEN EN HAAR
OORZAAK.
Ofschoon de reputatie van Maart on
gunstig is, zoo kan het toch een schit
terende maand zijn, zooals in do laatste
heide jaren. In 1920 hadden we 117V»
uur zon en i n 1921 zolf3 152 nur te
gen ongeveer 90 uur normaal. Natuurlijk
ook veel warmte en weinig regen. De
peren bloeiden in 1920 reeds op 28
Maart! Verleden jaar was gemiddeld over
de geheele maand de temperatuur over
slag 2 it 3 g r., het dagelijksche maximum
'3 i 4 gr. en het minimum ruim 1 gr.
boven normaal; tusschen den lOden en
20sten waren de afwijkingen bijzonder
groot. De neerslag was vrij gelijkmatig
over het land verdeeld en bedroeg slechts
ruim 20 m.M. tegen 48 m.M. normale
maandsom.
Maart was verleden jaar alzoo een
schitterende maand.
Natuurlijk kuaucn we over de nieuwe
maand nog niots zoggen, want een ge
lijkmatige maand is Maart nog lang niet.
Veel regen, wind, vorst, 't kan alles
nog voor de deur staan, en er zal ook
nog wel wat van komen. Herinneren we
ons nog, hoe zelfs April 1917 een vries-
maand was? 1 Mei stond toen nog geen
vruchtboom in bloei! Enkele dagen daar
na kwam alles tegelijk.
In Maart wast vaak 't water sterk,
gevolgd door doorbraken, zooals o.a, nog
in 1914. Onweer ontbreekt zelden, al
komt 't in Maart niet veel voor.
Voor de vallkisgezomdihei'd is Maart geen
gunstige mand. Menige kranke wordt ge
troost met de woorden:
„Ais Maart maar eenmaal voorbij is..".
21 Maart begint de lente; dan zijn dag
en nadut „even lang''; 't is de voorjaars-
nacht-evewing.
1 Maart kom t de zon op 6.40 en gaat 5.36
onder; 31 Maart om 5,40 en 6.29; de dag is
bij 't einde dus bijna 2 uur langer dan bij
t 'begin van de maand. De buitenman ziet
Maart liefst droog, April malt.
Zoogdieren. Egels, eekhoornsmollen,
wezels, muizen en ratten paren; bazen, ko
nijnen en marters werpen jongen. De 'Smal-
vtleuigeliige vleermuizen fladderen nu, de
vliegende insectenwereld begint te ontwa
ken. Door de vorst in Februari zijn veel
mnfuzen gedood; ook is 't aantal mollen
sterk gedund, wel niet door de vorst, dodh
door 'het wegvangen met H oog op dte ver
koopwaarde van de huid jes.
Vogels. Nu komen veel vogels terug.
Maart is de ooiavaarsmaand. Gewoonlijk
komen de voorvliegers al in Februari.
Kwikstaart, leeuwerik, reiger, rood
borstje, komen in groote getale. Ons ver
laten en trekken naar het Noorden: bonte
kraaien, sijsjes en wilde eenden. Door ons
land naar het Noorden trekken ook pestvo
gels, kramsvogels en rietgamzen. Wilde
eendien en kieviten hebben eieren; het eier-
aoeken begint. De eieren van kieviten mag
men rapen tot en met 28 April, en ze
mogen worden verkocht tot en mét 30
April, en zoo diie dag op een Zondag valt,
wat dit jaar 't geval is, tot en met 1 Mei.
De geelgors en het kmleutje zingen; de kuif.
leeuwerik doet mee. Kwikstaartje en1 eksiter
bouwen nesten.
Het wordt gewoonlijk wel de laatste
week van Maart voor de eerste kievits
eieren gevonden worden; dat hangt na
tuurlijk ook veel van 'f Weer af. Zoo
gaat 't ook met de hoenders, die nu in
den voorjaarsleg komen. De eierprijzen
dalen nu geregeld.
Amphibieën. Padden, kikkers en wa
tersalamanders ontwaken uit hun winter
slaap en komen voor den dag. De bruine
kikker legt eieren en spoedig zien wij
kikkerdril. De groene kwaken. De jon
gens gaan salamanders in de sloot van
gen. De aquariums worden in gereed
heid gebracht.
Reptielen. Slangen, hagedissen en ha-
zelwormen verlaten de winterverblijven en
koesteren zich lekker in het zonnetje.
iWie zijn terrarium wil vullen, kan ge
woonlijk half Maart op jacht gaan, doch
alleen als er zon is.
Insecten. Het groote insectenleger komt
in beweging. De insecten, die als vol
wassen dier overwinteren: sommige vlin
ders (Atalanta,kleine vo3, 't citroentje),
hommels, kevers en wespen beginnen te
vliegen en zijn te vinden op de eerste
bloemen, o.a. op bloeiende wilgen. Vooral
veel hommels, die aanvangen met don
nestbouw. De Overwinterde exemplaren
zijn wijfjes, die kolonies gaan stichten.
De eerste Onze-Lieve-Heersbeestjes za
gen we al in 't laatste van Februari.
Zij komen onder de ruigte uit, waar ze
den winter doorbrachten.
's Nachts vliegt de uil van de gestreepte
dennenrups. De rups van den gevreesdem
kleinen wintervlinder komt uit het ei
en begint de knoppen te bewerken. De
roode mier vertoont zich in de dennen-
bosschen en de bijen beginnen te ver
zamelen. De Amsterdamsche imkers van
do Volkstuinen zien hun bijtjes met stuif
meel t erngkomen, dat ze uit de bloemen
vergaren, die langs de straat worden ver
kocht. In huis beginnen wij al last te
krijgen van steekmuggen, die in de kel
ders en op andere koele plaatsen hebben
overwinterd. Men make ze dood; het zijn
allen wijfjes, die straks eieren gaan log
gen en daardoor een nieuw leger van
lastige dieren te voorschijn roepen. Ook
komen er meer hoisvliegen voor den dag.
Men make ook daar jacht op. In huis
kunnen we ^goen insecten gebruiken.
In de vrije natuur of in de parieen.
Door de Februari-vor3t is de bloei sterk
teruggehouden, Els, populier, wilgen, öhi-
neesch bloeihout, Japansche kwee, taxus
en peperboompje bloeien in deze maand.
Iep en gele kornoelje, sneeuwklokje,
winteraeoniet, Maartsch viooltje, speen
kruid, klein en groot hoefblad, eereprijs,
purperen doovonstel, crocus, kruiskruid,
madeliefje, vrocgeling en herdertaschje
komen nu ook in bloei.
Er komt nu al veel werking in de na
tuur. Als 't weer zacht blijft, wordt Maart
oen mooie maand met bloemen, want veel,
wat in Februari werd teruggehouden, hot
nu uit.
De „Gelderlander" geeft de volgende
aardige trekjes uit het leven van Pater
Prof. J: V. de Groot O. P.:
„Minder bekend >8 't, dat Z. H. Bene
dictus XV aan Prof. De Groot op diens
jjeventigsten verjaardag een bijzonder
hartelijk telegram heeft gestuurd en
waar denkt ge dat dit draadbericht hem
heeft bereikt.
Te Goorn een dorpje in de buurt van
Hoorn waar een heeroom van den hoog
leeraar woont; daar had hij zich ver
borgen om den gewichtigcn datum van
zijn ieven (waarop andere hoogleeraren
hun taak neerleggen) in alle stilte te
herdenken met God. Toen het te
legram van den Paus kwam, vond men
pater De Groot in de eenvoudige dorps
kerk, biddende zijn kruisweg.
Zulke kleinigheden teekenen den een
voud van dezen grooten man, eenvoudig
jegens God en de menschen. Indien
hij maar even gekikt had, zou Roomsch
Nederland hem op zijn zeventigsten ver
jaardag een grootsch feest hebben be
reid; hij zwijgt en brengt den dag door
in eenzaamheid met God en een hoog
bejaard familielid, den pastoor van een
dorpsparochie.
Toen hij voor 't eerst naar 't college
ging in 1860, had zijn vrome moeder
hem een klein plaatje in lijst meegegeven
van den heiligen Aloysius; dat plaatje
in hetzelfde eenvoudige lijstje heeft al
tijd op z'n lessenaar gestaan ook in Am
sterdam, ook toen de engelen van fra
Angelico aan den wand kwamen hangen
en tal van andere kunstgewrochten, veelal
geschenken van leerlingen en vereerders
de werkkamer van den professor een al
voornamer aanzien gaven. Het plaatje
van z'n moeder bleef altijd voor hem
staan.
Eens ging hij van Nijmegen uit, een
missie prediken bij deken Poppe te Am
sterdam. Hij vond zich daar heel dicht
bij zijn moeder in Schiedam en uitte in
dien geest een wensch. Ga dan na de
missie, 'n dagje naar Schiedam, ried de
Deken.
Maar de Overste.
De Deken zond een telegram en toen
spoedig daarop het verlof kwam, was
deze Magister Sanctae Theologiae zoo blij
als 'n kind, dat van een kostschool naar
huis mag. De Deken heeft 't later aan
honderden verteld zoo had die echte
kinderlijke hartevreugde hem getroffen.
Eens kwam Prof. de Groot te Schie
dam voor een lezing: men haalde hem
af met 'n rijtuig, bespannen met twee
paarden. Hij liet het leeg teruggaan, want
hij kon voor de lezing nog net even bij
z'n moeder aanloopen.
Toen Pater de Groot nog professor In
Nijmegen was voor de fraters van het
klooster had hij ook èen biechtstoel in de
Broerskerk en bezocht dikwijls de armste
buurten der stad.
Dr. Berends z.g. wist daar in z'n tijd
in aardige geschiedenis van te vertellen.
Op 'n avond was de bloem van katho
liek Gelderland te Arnhem voor een of
ander groot feit. Tal van autoriteiten
Waren er bij, o.a. de Commissaris der
Koningin. Pater de Groot trad op als
spreker. Hij was in zijn besten tijd; hij
bouwde zinnen als monumenten; de let
terkundige kunstenaar wedijverde roet
den geleerde. Het gehoor was zeer onder
den indruk; als ik een decoratie van wel
sprekendheid kon uitreiken, zeide de
commissaris der Koningin dan schonk ik
de hoogste onderscheiding dezen avond
aan U. Het was een schitterende avond
en trotsch op zijn broemden stadgenoot,
reisde Dr. Berends met hem terug.
Den volgenden dag moest hij in de
Steenstraat zijn, twee hoog, bij een oude
vrouw.
Er was daar iemand bezig de kachel
aan te maken. Hij zat met z'n knieën
op den grond, den rug naar de deurope
ning gekeerd en wroette in de asch van
den vorigen dag.
Goeden morgen, zei Dr. Berends.
De ander draaide lachend het hoofd
om: het was pater de Groot.
Dezelfde die den origen avond met roem
beladen uit Arnhem was weergekeerrd.'
Mr. Korteiuhorst klaagt in de „Maasbode
over de mentaliteit bij de bouwvakarbei-1
ders, die oYerleg eischen inzake de nr"
beidsvoorwaarden ©er z ijin een loonsver
laging zullen toestemmen. Doch zij weige
ren nog, wanneer volledig overleg is ge"
scblied en de noodzaak van de loonsverla
ging met cijfers is aangetoond.
Als voorbeeld wordt aangehaald hei
feit, dat wethouder Krijgsman te 's-Herto-
genbosoh een beroep heeft gedaan op de
bouwvakarbeiders om wegens den wo
ningnood vrijwillig af te wijken van het
bepaald» in de Arbeidswet en 10 uren per
dag en 65 uren per week te gaan arbeddem
De heer Krijgsman heeft niet meer dan
een botte weigering op zijn spreken en
overleggen gekregen.
Mr. Kortenhorst schrijft naar aanleiding
van dit geval:
„Is hel wonder, dat met zulke ervaring
voor oogen, zelfs de bcst-willemie pa
troons, het hoofd laten zinken en hen den
zucht doen slaken, dat er met de arbeiders
niet meer te praten valt.
Het Bossche gevalleert bovendien nog
meer. Uit den treure wordt gezegd, dat de
arbeldcrsleiders wel verslechtering van ar
beidsvoorwaarden zouden willen overwe
gen, wanneer de werkgevers hun inzage
zouden willen geven in de resultaten van
het bedrijf.
Ik heb in dit blad en elders over deze
kwestie mijne meening duidelijk gezegd en
kangezien eigen ervaring in hot metaal-
conflict en gezien het typografengeval en
de Bossche kwestie dit argument on
mogelijk meer en sérieux nemen. Ronduit
gezegd: ik geloof niet da.t de schoen
wrinat od de Dlaats. waar van arbeiderszii-
de gezegd wordt dat de kneep zit
De font schuilt ml. in de allereerste plaats
in de egoïstische mentaliteit der groote
massa van arbeiders, die tegen geen prijs
anders dan gedwongen afstand
wenacht te doen van eenmaal verkregen
voorrechten, onverschillig welke belangen
van anderen daardoor worden geschaad."
Vr, 1. Op welken grond wordt het too-
neelstuk „Allerzielen", toch zoo dikwijls
verboden door de overheid? 2 Wat is voor
Roomschen daarin, dat aanstootelijk is?
Ik voor mij heb het nooit gezien,
Antw. 1. De overheid, in dit geval
de burgemeester, verbiedt in verschil
lende gemeenten de opvoering van „Al
lerzielen" op grond van de bevoegdheid,
hem door de gemeentew. gegeven. 2. In 'n
opvoering van „Allerzielen" is voor de
Roomschen allereerst aanstootelijk het
feit, dat dit stuk nog maar aldoor opge
voerd wordt, hoewel door de jarenlange
actie, die er tegen gevoerd is, iedereen
kan weten en langzamerhand ook wel
weet, dat elke opvoering een recht-
streeksche en gewilde beleediging van
de Roomsch-katholiekea- is. De Room
schen hebben gezegd, nu al jaren lang: Als
je dat stuk „Allerzielen" opvoert, voelen
we ons gegriefd. Welke uitspraak voor elk
fatsoenlijk mensch voldoende is om de
aanleiding die een ander grieft, weg te
nemen en dus die opvoering niet meer te
herhalen. Opzettelijk gaat Heyermans
door het stuk tóch op te voeren en die
opzettelijke beleediging vinden we wel
den grievendsten kaakslag, dien men
den R.-K. geven kan. Immers Heyermans
weet, dat hij de katholieken er door be-
leedigt, toch gaat hij er mee door. Wat
nu zaak zelf betreft wordt in het stuk
„Allerzielen", om niet te spreken van
andere grofheden, een indruk over onze
Roomsche priesters gewekt, die behalve
beneden alle critiek, ook door en door
leugenachtig is. De R.-K. achten de wijze,
waarop R.-K. priesters in dit stuk ten
tooneele gevoerd worden beleedigend
voor den Roomschen priesterstand en
verzetten zich er tegen, dat hun priesters
op deze wijze beleedigd worden.
Wij eeren onze priesters en houden ze
hoog. Als Heyermans iemand neer wil
halen, blijve hij in alle geval met zijn vin
gers van onze priesters af.
Vr. Is de Nederlandsche Bank ver
plicht bij aanbieding van Nederlandsche
postzegels de aangegeven waarde van de
zegels uit te keeren in geld?
Antw. Neen.
Vr. Een mijner kippen heeft een ge
zwel aan den kop, tusschen het oog en
het oor. Zij eet flink maar is er toch ziek
van. Kunt u mij ook zeggen wat ik daar
aan doen kan? Het gezwel is niet open.
Antw. Penseel de puist dagelijks met
gezuiverde bruine teer. De ziekte is waar
schijnlijk een afwijkende vorm van
dlphtheritis. Het zieke dier apart houden.
Vr. 1. Mag ik als eigenaar en bewoner
van het benedenhuis (winkel) waar te
weinig behuizing is, het bovenhuis, wat
binnenkort leeg komt, bewonen? 2. Moet
ik zulks nog a/mvragen? Zoo ja, waar?
3. Mag ik zonder aanvragen kamers ge
meubileerd verhuren en is de huurprijs
daarvoor vrijgelaten? Dit is op hetzelfde
bovenhuis bedoeld.
Antw, 1. Wij veronderstellen, dat de
toestand, zooals hij nu is, al zoo was op
1 Juni 1920. U moogt dan het bovenhuis
niet in gebruik gaan nemen, zonder daar
voor toestemming te hebben gekregen
van B. en W. van Haarlem. 2, U moet aan
Burgemeester en Wethouders van Haar
lem ontheffing vragen van de Noodwo-
gwet. Men zal dan wel een onderzoek
instellen naar de wenschelijkheid of nood
zakelijkheid om uw verzoek in te willi
gen. 3. U moet aan de Huurcommissie
aanvragen den huurprijs vast te stellen. U
moogt anders wel kamers verhuren, maar
geen huurprijs ontvangen.
Vr. Bestaat te Haarlem ook gelegen
heid om kosteloos levensmiddelen te
laten onderzoeken wanneer vermoed
wordt, dat deze andere ingrediënten ver-
mengd zijn?
Antw. Bij den Gem. Keuringsdienst
van Voedingsmiddelen, Kampersingel 4,
Haarlem.
Vr. Mag ik katten, die schade in mijn
'ain aanrichten vangen en afmaken?
Antw. De eigenaar van de schadetoe-
brengde kat is verplicht u schadeloos te
stellen. Recht tot vangen hebt gij op eigen
terrein zeer zeker. Voor"'t afmaken als
daad van eigen rechting, zoudt gij door
den eigenaar kunnen worden aangespro
ken tot schadevergoeding.
Vr. Is het strafbaar wanneer men een
schoolplichtig kind thuis houdt?
Antw. Als men het zonder weftige
redenen thuis houdt, wel.
Vr. Een ruit wordt ingeworpen. Voor
wiens rekening moet die worden gerepa
reerd, voor die van den verhuurder of
van den huurder?
Antw. Voor rekening van den huurder.
Vr. Tot nu toe zorgde ik alleen voor
mijn moeder. Nu wil ik trouwen. Moeten
nu mijn andere broers en zusters ook niet
bijdragen in het onderhoud van mijn
moeder?
Antw. Als uwe moeder behoeftig is,
moeten alle kinderen en aanbehuwde kin
deren tezamen en naar hunne inkomsten
bijdragen om in haar levensonderhoud te
voorzien, U kunt zich daartoe als 't moet,
tot den kantonrechter wenden.
(•Er is geen ander Rusland dan Sovjet-
Rusland, hoewel er nog steeds menschen
zijn die meen en dat dit wel het geval is).
Hedenochtend vervoegde zich ten rny-
nent iemand die een bedrag op de steun-
lijst wilde afdragen en bij die gelegenheid
vertelde hij mij dat men hier in Holland,
in tegenstelling met den hongertoestand
daarginds, zóó weelderig is, dat de slagers
met hun vet spek etc. blijven zitten. Hij
vond het jammer, dat hij zijn overtollig
vet spek (hij was zelf slachter) niet aan
die stakkerds kon voeren! Hieruit bleek
mij duidelijk, dat ons comité nog lang
niet genoeg bekendheid heeft gegeven
aan het feit, dat giften in natura nog
moer wolkom zijn dan in geld (voor zoo
ver zij niet aan bederf onderhevig zijnt)
Daarom deel ik hier nog eens mede, dat
de beer J. W. Kruyt, secretaris van het Al
gemeen Comité voor steun aan de honge
renden in Sovjet-Rusland een opslag
ruimte heeft ingericht tot het opzamelen
van giften in natura die weer verzonden
worden zoodra er genoeg is om een wa
gen te vullen. Wij zenden daarheen ook
alle door ons comité genaaide en verstel
de onder- en bovenkleeren, waaraan in
Rusland eveneens groote behoefte is. Ie
der die iets te missen heeft als vet spek,
vet, meel, boonen, erwten, suiker, klee-
ren, schoenen of medicamenten, zende
dit aan het adres van den heer J. W.
Kruyt, Rusland-Comité, Breedstraat 19, te
Utrecht, tegelijkertijd per briefkaart de
afzending met inhoudsopgave, vermelden
de aan den heer J. W. Kruyt, School
straat 26, Utrecht.
Namens het Sub-Com. Haarlem voor
steun aan de hongerenden in Sovjet-Rus
land:
S. BAKHUIZEN VAN DEN BRINK
OZINGE, Secr.
HET POLITIEK ADVIES VOOR DE
RIJIvSK IESKRINGEN HAARLEM-
HELDER.
De oproepingiskaarlen en stemWiljetten,
welke voor de R.-K. georganiseerde kie-
,zers in 'déze kieskringen gemaakt zijn,
trekken bizoiuder de aandadh't.
Op die oproepdiiigiikaarlen staat gedrukt:
Wij dringen op 'het politiek advies aan.
Wie zijn die wij?
Zijn dat de !tien bestuursleden ('de an
deren uit Haarlem immers iwerdtem weg
gezonden) die de grosilijst van cand'idaten
HaarlemHelder in elkander zetten, Bon
der vooraf overleg te plegen 5n de Kamer-
Centrale Haarlem?
Wait nu de -Stembiljetten betreft.
Het stemvakje voor ihen, die voor het
politiek advies wiililen s'temmien, is op
vallend groot, terwijl de stemvakjes voor
hen, dlie (hét politiek advies niet willen
volgen boo opzicht'dijk klein zijn, dat er
mei den bestien wil bijna geen cijfening in
kan worden gedaan.
Wat is nu de bedoeling toch van deze
handelwijze?
Moeten de honderden georganiseerde
kiezers, waarvoor het politiek advies, zeer
zacht uitgedrukt, een teleurstelling was
hierdoor nog meer worden verbitterd?
Indien dit de bedoeling der ontwerpers
fa, zijn zij volkomen gedaagd.
Of schieten ide plaatselijke R.-K. Kies-
vereenigingen soms in1 (haar plichten te
kort oin haar kiezers naar tbeihoonen in
(te lichten, ook dlaze zullen er niet van ge
diend zijn, daar in de laatst gehouden
vergadering der Kamer Centrale Haarlem
volstrekt over een bizondere aanbieding
of andere kleine middelen niet is gespro
ken-
Is de actie van notaris van Craineriburgh
cjs. al niet erg genoeg?
Moeten de arbeiders-kiezers dér kies
kringen Haarlem—Heüider op zulk een
wijze worden gedwongen en gedwongen
op de conservatieve élementen van het
politiek advies hun 'stem uit Ite hrengen,
om straks misschien gewaar te worden,
diait de hoeren van Gramenburgh ca. met
eigen (heeren) canldddatenlijslten uitkomen,
welke alsdan om zg. tactische en prac-
tdische redenen met de andere Roomsche
lijsten worden verbanden?
Deswege moet men een ieder hot redh'i
ontzeggen op die op roepingskaar ten de
woorden te gebruiken: „Wij dringen et bij
u krachtig op aan n aan dit advies te
houden I"
Laat ieder georganiseerd kiezer thans
die woorden gedenken, welke Mr. Bomans
op Id'e laatst gehouden vergadering der
Kamer Central!» isprak als voorzitter: Het
politiek advies is een advies zonder meer,
wij wachten lühans op de uitspraak van de
kiezers in onzen kieskring.
U Mijnheer de Redacteur, dankend voor
de verleende plaatsruimte.
Een R.-K. georganiseerd
kiezer van Velsenl
Velsen, 8 Maart 1922.
WAT IS DAT TOCH?
Met deze vraag wordt mij 'n advertentie
voorgelegd „Voort onze arme nieuwe pa
rochiën".
Ik zet groote oogen op en een ietwat
kregel antwoord komt me op die lippen.
Maar gelukkig herinner ik me juist bij
tijds, dat men nooit iets wint met krege
lige antwooalden. Ik ben toen maar rustig
aan 't uitleggen gegaan en heb getracht
m'n ondervrager duidelijk te maken:
le. dat er jaarlijks in ons bisdom 3 tot
5 nieuwe parochiën wordlen opgericht, en
dat dit in de toekomst zeker geregeld zal
voort blijven gaan;
2e. dat deze om te beginnen eenige
tonnen gouds tegen een percent of 0 moe
ten leenen;
3e. dat dus alle nieuwe parochiën op
zware zorgen zitten, en dat zij al kun
nen zij dan niet het medelijden opwekken
door een sohamete schuurkenk of door
eenig|e parochianen in lompen te demon-
streeren, toch werkelijk arm zijn: U
weet wel, van die armen, welke de wereld
medelijdend bespreekt .alls „fatsoenlijke'
armen;
4e. dat deze „fatsoenlijke" armen wel
veel hulp vindenj zoolang de parochiekerk
in yo orbeividiug is (dan maken zich vele
beurzen gemakkelijk open); maar als de
kerk er eenmaal staat, dan gaat het als
met andere „fatsoenlijke" armen; men be
klaagt ze om hun zorgen, maarvergeet
ze 4e helpen I Alsof die kerken niet moeten
woxdien onderhoudénl En alsof dit met
oen paar woorden wordt klaargespeeld!
Ik legède mijn ondervrager dan Verder
uit:
5e. dat, om die „fatsoenlijke arinen m
hun nood (want het is bij vélen een echte
noodtoestand') te steunen Mgr. Callier het
„Liefdewerk der arme nieuwe parochiën"
heert opgericht;
&c. dat dit liefdewerk na in de voor
gaande jaren die en gene te hebben ge-
stennd in 1920 ©enige der allerarmste
armen ©en belangrijke} jaarli)ksclw| subsi
die heeft kunnen toekennen;
7e. dat in 1921 het aantal ondersteun
den gelukkig kon worden uitgebreid;
8e. dat het in 1922 noodzakelijk nog
meer moei worden uitgebreid!;
9e. dat dit alleen gebeuren kan bij aan
merkelijke verhoogiing van linkoiristen, wel
ke wij ófwel door kleinere jaarlijksche (of
hntfjaai'üjksche, of driemaandelijkscli© of
maandelijkse,he) bijdragen hopen te ver
krijgen;
10e. dat wij daarom voortdurend op
allerlei wijzen bedelen voor onze arme
nieuwe parochiën.
Toen ik dit alles haarfijn (en lang met
zoo droog als ik het hier neerschrijf) had
i uitgelegd, meende ik', dat mijn ondervragen
na wel was ingelicht,
En daarom stelde ik tegenover zijn
vraag mjjn vraag die ik ook st«4 aan ab
le lezers van dit Wad:
„En nu zult U zeker aan zulk een nood
zakelijk liefdewerk edelmoedig meedoen?"
Wat mijn ondervrager antwoordde, ine
teresseert natuurlijk mijne lezers niet})
maar mij interesseert wel het antwoord,
dat m'n lezers mij zullen geven.
Dat dit een groote vrmeerdering vaq.
inkomsten zal breng|en hoopt en verwacht
Rector TH. M. P. BEKKERS*
Voorschoten,
Postrekening 8725.
N. B. Over toegeze^e giften en perio
dieke bijdragen zal zonder mankeeren
trouw worden gedisponeerd.
Ofschoon wij, landbouwers en tuinders,
beter gewend zijn met den schop dan met
de pen om te gaan, gevoel ik mij toch
gedrongen den heer Mebius „den kam
pioen voor goedkoope aardappelen" even
van antwoord te dienen.
Eén der onaangenaamste van alle be
roepen is zeker wel dat van landman. Van
hitte en koude, van regen en sneeuw krijgt
hij op het vrije veld steeds de volle laag.
Zijn geheele bestaan is afhankelijk van
weer en wind en ook van werken krijgt
hij ruimschoots zijn deel, want als de ste
deling zich 's morgens naar zijn fabriek
of kantoor begeeft, om daar 8, 7 of 5
uur zwaar en hard(?) te werken, ontmoet
hij reeds den boer mejt zijn melkbussen,
welke reeds 4 uur werkens achter den
rug heeft en als men soms uit de stad
eens een kijkje in de aardappelstreken
ging nemen in den zomer, zou men kun
nen constaeeren, dat de tuinder van den
hooggeprezen 8 urendag nog niets moet
hebben. Hij verlaat 's morgens om drie
uur (zegge drie uur) zijn woning en keert
om 7 uur (en van de veiling soms om 9
en 10 uur) pas huiswaarts.
Zelfs Zaterdagsmiddags, wanneer de
„bewuste" arbeider van welks zweetf?)
de kapitalist zich vetmest, loopt te wan
delen op de buitenwegen, kan hij den
tuinder nog zien ploeteren, welks zweet
lang zoo duur niet schijnt te zijn. En waar
om werkt de landman zoo lang en zoo
zwaar? Zeker niet voor zijn pleizier. Het
gemak past immers ieder mensch en als
men soms denkt, dat de landman rijk
wordt van de dure melk en de dure aard
appelen, dan begrijp ik niet, dat er nog
geen kapitalisten zijn, die een groot land
bouwbedrijf oprichten in de plaats van
hun fabriek of werkplaats. Ook heb ik
nog nooit gezien dat een onderwijzer,
ambtenaar of Kamerlid hun zoons land
bouwer of tuinder liet worden, wel an
dersom en mochten er weer eens vette
oorlogsjaren komen, dan hoop ik, dat men
mij directeur of inspecteur van het één of
andere crisisbureau maakt (welk, maakt
niet uit), daar vakkennis geen vereischte
isl En dan hoop ik, dat de heer Mebius
a ardappels gaat bouwen cn er r ij k
mee wordt en ah de vakarbeiders eens
een paar vrijgestelden een jaar op het
land lieten werken, konden ze een juist
inzicht krijgen omtrent het werk en de
winsten van den landman.
Ja, ik durf beweren, en ik tart iedereen
om het tegendeel te bewijzen, dat het ge
middeld inkomen van den kleinen land
bouwer of tuinder heel wat lager is
dan dat der ambtenaren en arbeiders,
welke bij iedere duurte maar op den
landbouwer schelden. Eigenaardig is het,
dat de klachten steeds komen uit do
grootste steden, waar het meest verdiend
wordt, terwijl men van kleine plaatsen
weinig hoort, alhoewel daar ook heel wat
verbruikers zijn. Dit komt natuurlijk door
dat in de kleinere steden bijna iedereen
in den herfst tegen matige prijzen zijn
eigen wintervoorraad opdoet, zoodat men
daar vaak blijde is, als de boer goede
zaken maakt, want is de boer arm, dan
gaat het den burger ook niet best.
En wat het buitenland betaald, wordt
in het binnenland verteerd. Wil men dus
in de grootere steden goedkooperc aard
appels eten, dan zal men wijs doen a.s,
herfst wintervoorraad op te doen,
maar als ik dezen raad durf geven, dan
zal men zeggen, ik heb er geen goede
plaats voor en men doet het weer niet.
Heusch, de woningen in de kleinere ste
den zijn ook niet speciaal ingericht tot
aardappelenbergplaats. Maar gebrek aan
ruimte is het niet, dat zoovelen geen
goedkoope aardappelen op zolder hebben.
Neen, de oorzaak ed de hoofdoorzaak der
geheele aardappelen-misère is, het gebrek
aan spaarzaamheid. Dus het gebrek aan
geld bij zoovelen. Verleden herfst konden
de allerbeste Bravo's hier op de veiling
nog geen 8 cent per kilo opbrengen. Ver
langend zagen de tuinders uit naar be
tere prijzen, doch dat bleef uit, de groote
steden betrokken niet genoeg en het bleef
mis. Degenen die om geld verlegen waren
of bang waren dat het nog erger zou
worden, ruimden ze op voor 7 7Yi cent,
een prijs welke zoowat uitkomt op 35 ct.
uurloon voor den verbouwer, een reuzen
loon voorwaar.
Anderen kuilden ze op en ondervonden
rfeze winter veel schade van vorst,
de veldmuizen enz. en nu zou mijnheel
M. willen, dat ook deze tuinders die all«
risico hebben gedragen, ze voor een prikje
verkochten, en waarom? Zeker omdat zoo
menig stedeling in plaats van winter
voorraad op te doen, zijn geld verbraste
in bioscoop en tingeltangel. En als som
migen nu werkelijk een klein buitenkansje
hebben, zoo zal u als deskundige, zeker
toch wel weten, dat we, o zoo vaak een
strop hebben en dat wc werken moeten
tot onzen dood, daar ons nooit geen pen
sioen zooals u en anderen verleend
wordt. Over de groenten zal ik maar
zwijgen, men kon het immers in alle
couranten lezen, dat de koolakkers door
de droogte en de koolluis nagenoeg ver
woest waren. Van harte hoop ik, dat de
bond door den heer M. bedoeld, tot stand
komt en hij dan op onze veiling voor zijn
duizenden? medeleden komt koopen a
contant s. v. p., dan kan hij eens persoon
lijk de tuinders en kooplieden leeren ken.
nen en bemerken, dat t lang met zulke
'woekeraars zijn als hij wel denkt. Ook
dc handel is met de hooge prijzen mei
gebaat, daar er nu veel en duur bedrijfs-
kapitaal noodig is, doch ook dit schijnt
mijnheer M. niet te weten. Nogmaals
mijnheer M., komt en overtuig u, er valt
hier voor u nog heel wat te leercr, al
meent u deskundige op land- en tuin-
bouwgebied te zijn.
N. BAKKER, tuinder,
Veiling St. Joseph, Medembi'e
P.S. Andere bladen welke het stuk
van den heer Mebius opnamen, worden
verzocht ook dit stuk over te nemen.