ZIJN SLACHTOFFER
BUITENLAND.
BINNENLAND.
fweede Biad - 16 Maart S922
IMDISCHEKR0M5EK.
FEUILL ET O N
Christine was liet vertrek binnen
getreden op den voet gevolgd door
den dokter en Mark. De ruimte was
voldoende voor haar en haar zoon.
Zij keek uit de vensters. Men zag
in de verte de 'kruinen van eenigc
boomen, die door den wind heen en
weer gezwierd werden. Dat was ten
rr i iste iets groens en dat groen deed
de hoop in de toekomst bij haar her
leven. Daarop kwam een gevoel van
rust over haar. Op deze hoogte, bij
deze opeenhooping van huizen, die
zij om zich heen zag, hoe ver haar oog
reikte, gevoelde zij zich volkomen
veilig. Wie zou haar hier komen zoe
ken
Zij zei tot den dokter :„Hij schijnt
mij toe, dat ik 't hier heel goed zal
hebben
Men huurde fle woning en den vol
genden ochtend deed dokter Bernau
er de noodige meubeltjes brengen.
Daaroo nam hii afscheid van ziine
s.
De Conferentie van Genua.
De toestand in Ierland,
DE SCHULD AAN DEN OORLOG.
GEIü. BÜ8TEML BERSSMTIM.
VERSTANDIGE BEZUINIGERS
GEVRAAGD.
gSMMEMLÜNBSCH MiEUWS,
HET UITVOERVERBOD VAN AARD
APPELEN.
vriendin, kuste den kleinen Mark wel
twintig maal en verliet hem met tra
nen in de oogen, ondanks zich zelf
voor hem sidderend.
Christine was alleen te Parijs, alleen
met Mark.
DE DOODSTIJDING.
V.
De eerste dagen van haar verblijf
te Parijs waren voor Christine
uiterst moeilijk. De jonge vrouw had
hare moeder nooit verlaten, uitgezon
derd de weinige maanden die zij bij
haren eersten echtgenoot geweest was
Welk eene verandering, toen zij al
leen met haar zoon leefde in de twee
kamertjes, gelegen op eene vierde
verdieping. Het licht drong binnen
door kleine vensters.: en als uitzicht
ad zij|niets anders dan schoorsteenen
e.: daken, en nog eens schoorsteenen
en daken! Bovendien werd in al de
gewoonten van de arme moeder plotse
ling eene algeheele omwenteling ge
bracht.
Geregeld eens per week ontving zij
een brief van dokter Bernau, geadres
seerd aan mevrouw Leblond, poste-
restantewant voor het vertrek van
den dokter was afgesproken," dat zij
op die wijze de briefwisseling met hem
zou onderhouden. Aan hem alleen
mocht zij schrijven.
Onder geen voorwendsel moest zij
zich tot hare moeder wenden., Den
dag, dat de troostrijke brieven van
den dokter kwamen, was zij steeds
het opgeruimdst.
De heer Bernau hield haar op de
hoogte van het proces, dat afliep zon
der naar tegenwoordigheid, en hij deed
haar glimlachen, toen hij vertelde
hoe leelijk markies d' Arbois en de
heer Lantin op hun neus keken, toen
zij vernamen, dat Christine en haar
zoon verdwenen waren. Zij waren er
niet op voorbereid geweest en hadden
die bittere pil nog niet kunnen verte
ren. O, d?f was een uitmlntende grap
geweest 1
Ei' de sokter eindigde steeds on
veranderlijk met de woorden „Voor
al geen enkele onvoorzichtigheid
Verberg u goed." Men heeft niet het
minste vermoeden, waar ge u be
vindt, en hier zai men niets vernemen!
Christine keerde dan gerust gesteld
naar hare woning terug.
Op xekeren dag ontving zij den
brief, die haar den dood aankondigde
van hare moeder. Alsof zij er een voor
gevoel van had, dat deze brief een
droevige tijding behelsde, had zij hem
niet geopend aan het postkantoor, zoo
als zij gewoonlijk deed het regende
dien dag ontzettend. Zij had zich ge
haast naar haar woning terug te keeren
en eerst, toen zij boven was, ver
scheurde zij de enveloppe. Bij de eerste
woorden begreep zij alles.
Zij slaakte een vreeselijken smart
kreet, sloeg de handen boven het
hoofd samen en viel bewusteloos voor
de deur neer, den geopenden brief nog
in de hand. Mark had 't gehood. Hij
snelde toe. De deur van den buurman
werd geopend.
Een nog zeer jong man, hoog-blond,
met groote blauwe oogen, trad naar
buiten, en kon een uitroep niet weer
houden, toen hij een vrouw op den
grond zag liggen.
Hij snelde naar haar toe, trachtte
de onbekende op te nemen, terwijl hij
haar toeriep
„Mevrouw mevrouw wat hebt ge?
Hij bemerkte het weenende kind
en zeide: „Kent ge die dame?"
„Het is mijne moeder H
„Mijne buurvrouw 1" prevelde de
man, die zeer ontroerd scheen. Hij
vroeg „Wat heeft zij
„Ik weet 't niet, mijnheer."
Daarop begon de kleine te weenen
en te snikken „Zij is dood, mijn moe
dertje, zij is dood 1"
De schilder had Christine thans onder
zocht en hij zeide„Zij is niet dood,
maar slechts bewusteloos."
Mark wierp zich naast haar neer.
„Moedeitje moedertje weende
hij, zie mij aan spreek eens tegen mij!"
„Laat mij haar nu eerst helpen,"
zei de buurman, de jonge vrouw in
haar kamer dragende. Hij legde haar
op bed.
„Het zal niet zoo erg zijn," zei hij
tot het kind. „Hebt ge hier wat bij
de hand
„Ja mijnheer, ja." En de kleine ging
de karaf halen.
De schilder bemerkte den brief,
in de krampachtig saamgeknepen vin
gers van Christine. „Uwe moeder heeft
zeker eene droevige tijding ontvan
gen," zei hij tot het kind.
„Ik weet 't niet, mijnheer."
„Zij zal spoedig weder bij kennis
komen.".
„Als zij dood is, zal ik ook sterven,"
zei de kleine
„Zij zal niet sterven," antwoordde
de schilder, zij beweegt zich alweder.
De jonge vrouw sloeg werkelijk dc
oogen op/nadat de buurman haar slag
pen bevochtigd had.
Zij zag Mark, heinnerde zich alles
en zei: „Bid, mijn kind, uwe groot
moeder is dood
Nu eerst zag zij den buurman, die
eerbiedig eenigszins ter zijde was
gaan staan. Zij begreep alles. Die "nan
was haar ter hulp gekomen. Zij rich c
zich op.
„O mijnheerzei ze, „ih dank u.
,,'t Heeft" niets te beduiden, me
vrouw. Ik hoorde een kreet. Ik waak u
wel mijne verontschuldiging. Jat ik
misschien een weinig onl,«scheid,
ben gev/eest, maar toen ik niemand tr
ders zag dan het kind,achtte ik het noo
dig hulp te bieden." De jonge man
was blijkbaar verlegen en streek zenuw
achtig met de handen door de lokken,
tegelijkertijd achteruit naar de deur
gaande. Christine dankte hem nog
maals in warme bewoordingen, niette
genstaande de droefheid, die hare
ziel vervulde,. Woröt vervolgd
Autonomie!
He groote leuze, welke nu ook in Ne-
derlandsch Indië wordt aangeheven.
De groote leuze, waarmede de „voor
uitstreven den" klaarheid willen brengen
in de politieke gedachte, en daarmede
scheiding tusschen hen eenerzijds en de
„behoudzuchligen" anderzijds. Ik laat nu
voor een oogenblik daar in hoeverre ze
daarin gelijk hebben, ik breng deze be
doeling alleen naar voren, om te verkla
ren hoe er als het ware een juichkreet
is opgegaan in het kamp dier vooruit-
strevenden, toen de P. E. B. (Politiek-
Economische Bond), zoolang reeds als
een verkapt aarts-conservatieve organi
satie aangekeken, kortelings geleden
wcigerd om deel te nemen aan de pro
paganda voor de autonomie-idee.
fk zeg hier met opzet niet: de actie
voor autonomie van Indië, omdat laten
we beginnen met dit te zeggen kans op
spoedige verwezenlijking van de wen--
schen der voorstanders vooralsnog met
^Intusschen, laat men ik Nederland niet
de gedachte behouden, dat dit rd is
een „leuze" zonder meer, laat men zich
hier niet in slaap sussen met de gerust
stellende bewering: Nu ja, dat loopt wel
met een sisser af, en Gouverneur-Gene
raal Fock heeft er al het zijne toe ge
zegd en gedaan.
Wie het wereldgebeuren en de ontwik
keling der nationalistische gedachte ook
in ons Indië heeft gade geslagen, be-
grijpt vanzelf, dat het hier wat anders,
wat meer geldt dan eene leuze alleen.
M.i. wordt er van weerszijden ge
werkt met gedeeltelijk onzuivere argu
menten, waardoor de smaak, waarom het
nu reeds zou kunnen gaan, wordt
vertroebeld. Wat te betreuren is.
Laat ik daarom trachten, zoo goed als
in een klein bestek mogelijk is, de kwes
tie zoo zuiver mogelijk te stellen.
Medio December van het vorige jaar
werd te Batavia een comité gevormd voor
de autonomie van Indië, bestaande uit
een viertal Europeanen, onder wie de
voorzitter van den „Vrijzinnigen Bond'
en de bekende Burgemeester van Sema-
rang, Ir. A. C. de Jongh, en daarnaast uit
drie regenten, hooggeplaatste Indische
ambtenaren dus, onder wie de ook in de
ze Kronieken reeds meer genoemde re-
gent van Serang A. A. Achmacl Dja-
jadiningrat.
Dc be.docling was tijdig voor de ver
kiezingen van de Tweede Kamer in Ne
derland de Nederlandsche kiezers de
oogen te openen voor de Indische belan
gen, te dien einde zou getracht worden
geld bijeen te zamelen voor de propagan
da, welke vanuit Indië zou worden ge
leid.
Tot de eerste stappen, welke werden
gedaan, behoorde de voorbereiding van
openbare vergaderingen door geheel Nc-
dcrlandsch-Indië nu bereids op 29 Ja
nuari j.l. gehouden waarvoor ter be
handeling de volgende motie was opge
steld:
„Overwegende, dat de voorstellen, ge
daan door de Commissie tot herziening
van de staatsinrichting van Nederlandsch-
Indië, ingesteld bij gouvernementsbesluit
van 17 December 1918, de z.g. Herzic-
ningscommissie, onder voorzitterschap
van Mr. J. H. Carpentier Alting, in zeer
gematigden vorm uitdrukking geven aan
diep gevoelde verlangens der bevolking
van Indië,
uiting gevende aan hare groote teleur
stelling, dat ondanks de hoopvolle toezeg
gingen, herhaaldelijk door de regeering
gedaan, bij de herziening van de Grond
wet met die voorstellen slechts in uiterst
geringe mate is rekening gehouden,
spreekt met aandrang den wensch uit
dat de beginselen, neergelegd ,in de voor
stellen der genoemde commissie, alsnog
ten spoedigste zullen worden verwezen
lijkt als eerste stap ter tegemoetkoming
aan de verlangens der bevolking,
verzoekt het comité voor de autonomie
van Indië hiertoe, zoo hier te lande als in
Nederland de noodige stappen te doen, en
onder meer bij de aanstaande verkiezin
gen in Nederland alles in het werk te
stellen, opdat in de Staten-Generaal
door de bevoegde personen kan wor
den opgekomen voor dc vervulling van
den hier uitgedrukten wensch in de eerst
volgende wetgevende periode."
Het comité blijkt dus ten aanzien van
den goeden wil van het kiezersvolk in
Nederland om het Indische belang te die
nen nogal optimistisch te zijn.
Ik wil, wat dat optimisme betreft, niet
achterblijven.
Ten gerieve van den in deze kwestie
niet-georiënteerden lezer, wil ik daar
om de hoofdpunten van de zaak wat dui
delijker aangeven dan in bovengenoemde
motie voor hen geschiedt.
De regeering over Nederlandsch-
Oost-Indië wordt, overeenkomstig het
regeeringsreglement, uitgeoefend door
den Gouverneur-Generaal, die door den
Koning wordt benoemd en ontslagen.
*8.
Hij is opperbevelhebber van de in Ne-
derlandsch-Indië aanwezige land- en zee
macht. Hij heeft het oppertoezicht op de
verschillende takken van algemeen be
stuur. Hij stelt algemeene verordeningen
vast omtrent alle onderwerpen, waarvan
de regeling niet bij wet of Koninklijk be
sluit is geschied of moet geschieden. On
der zijne verdere bevoegdheden ressor
teert o.m. de benoeming, de bevordering
en het ontslaan van de burgerlijke en mi
litaire ambtenaren, behoudens de uitzon
deringen bij het Regeeringsreglement be
paald, waarvan zoo dadelijk een enkele
zal worden aangegeven.
Naast zich heeft hij den Raad van Ne-
derlandsch-Indië, bestaande uit een vice-
president en vier leden. Deze worden
door den Koning benoemd, eene bijzon
derheid, waarop ik hier terloops de aan
dacht vestig, omdat het tijd wordt, dat bij
dc benoeming van deze „Edelheeren" de
Katholieken niet immer v/orden voorbij
gegaan
Deze Raad van Indië is ten aanzien van
de uitvoerende macht een adviseerend
lichaam, welks advies ten allen tijde door
den Gouverneur-Generaal kan worden
gevraagd. Het Regeeringsreglement noemt
eenige onderwerpen, waarover het ad
vies moet wörden ingewonnen, o.m. alle
instructiën en reglementen het algemeen
gewestelijk bestuur betreffende, buiten
gewoon gewichtige maatregelen, benoe
mingen tot gewichtige ambten. In de uit
oefening der wetgevende macht en in
sommige bepaalde gevallen moet de Gou
verneur-Generaal in overeenstemming
met den Raad handelen, of wanneer hij
zich daa»mede niet vereenigt, de uit
spraak van den Koning inroepen.
Naast dit aloude instituut is bij de wet
van 16 December 1916 een vertegenwoor
digend lichaam ingesteld, hoofdzakelijk
om aan de Nederlandsche onderdanen, in
gezetenen van Nederlandsch-Indië, gele
genheid te geven tot medewerking aan
de behartiging van de belangen van dat
gebied.
Het tiende hoofdstuk van het Regee
ringsreglement vangt aan met deze een
voudige woorden:
„Er is een Volksraad".
Men make zich vooral geen overdreven
voorstelling van de macht van dit verte
genwoordigend lichaam, deze benaming is
feitelijk een geheel verkeerde.
Vooreerst door de wijze van samenstel
ling.
De Volksraad bestaat uit 49 leden. De
voorzitter, tevens lid, wordt door den Ko
ning, dus hier in Nederland, benoemd.
Van de overigen worden er 24 door den
Gouverneur-Generaal benoemd, waarvan
er 8 moeten behooren tot de Inlanders en
16 tot de Europeanen en vreemde Ooster
lingen (Arabieren, Chineezen). De andere
24, 12 inlanders en 12 Europeanen, dat is
dus de minderheid, worden gekozen door
de zoogenaamde lokale raden, dat zijn ra
den van west en gemeente. Indien men
nu hierbij bedenkt, dat de leden van de
gewestelijke raden door den G. G. worden
benoemd, dan kan men zich een denk
beeld vormen van het „vertegenwoordi
gend" karakter van dit college.
Ook wat zijne bevoegdheden betreft, is
de Volksraad pas een volksvertegenwoor
diging in embryo.
Art. 131 zegt te dien opzichte voor
eerst:
De Gouverneur-Generaal raadpleegt
den Volksraad over alle zoodanige on
derwerpen als waarover hij het oordeel
van den Volksraad wenscht té vernemen.
Voorts worden in datzelfde artikel eeni
ge onderwerpen opgenoemd, ter welker
aanzien hij verplicht is tot raadpleging,
o.m.:
De begrooting; het aangaan van geld-
leeningen ten laste van Nederlandsch-In
dië; ontwerpen van algemeene verorde
ningen, welke aan de ingezetenen per
soonlijke militaire lasten opleggen.
Ook kan de Volksraad de belangen van
Ned.-Indië en zijne ingezetenen voorstaan
bij den Koning, bij de Staten-Generaal en
bij den Gouverneur-Generaal.
In het kort geschetst is dit zoogenaamd
vertegenwoordigend lichaam een college
van advies en openbare controle. Meer
niet. Om een enkel voorbeeld te noemen;
de Indische begrooting wordt door den
Volksraad in een langdurige zitting
nauwgezet behandeld, over deze begroo
ting en de afzonderlijke artikelen wordt
alsof het „echt" was gestemd, amen
dementen worden door de leden inge
diend, bediscussieerd en na aanneming
toegevoegd, doch de Minister van Ko
loniën behoeft zich van dat alles niet veel
aan te trekken. Herhaalde malen zijn dan
ook door dezen bewindsman, die in
's Konings naam het opperbestuur uit
oefent, amendementen, welke door den
Volksraad met groote meerderheid wa
ren aangenomen, zonder meer ter zijde
geschoven.
Dat velen in Indië met een dergelijke
mogelijkheid van „medewerking" aan de
behartiging van de Indische belangen niet
tevreden zijn, is begrijpelijk.
Hoe nu de Commissie-Carpentier Al
ting, waarover in de hierboven aange
haalde autonomie-actie sprake is, zich in
hoofdzaken de herziening van de Indi
sche staatsinrichting denkt, zal ik in een
volgend artikel in 't kort uiteenzetten.
De „Petit Parisien" verklaart d®t de
Frawsdhc regeering geen enlkele Russisdhe
draadll'oaz>e med-edieeiinig 'heeft ontvainigen,
waarin de deelneming der Sovjet aan de
conferentie van des-k'imdüigeni wordt ge-
ivraaigd. Italië alleen, heeft de Ijevoegdheiid
hder op te antwoorden. Het is niet zeer
waarschijnlijk dat het (Russische verzoeik
izal worden ingewiliiigid.
GEEN CONFERENTIE OVER H.ET
NABIJE OOSTEN?
Men verwacht te Parijs, akiuiis wordt
aan het „Hfbil." geseind, dat het incktent-
Moii'taigu ten gevolge zal hebhen, dat de
Parij'Sche conferentie van ministers van
Builerolttiiidscfoe Zaiken betreffende het
nijhije Oosten., d'ie 22 Maart geopend zou
worden, niet zal plaats hebben. Hoe men
ook over het initiatief van Montagu den
ken moge, z-elkcr is, dat door zijn optreden
de Oosiersche politiek van Ihellenophilie en
turcophobie, diie Lloyd George en Gurzon
met zooveel hardnekkigheid voorstonden,
een leelijke klap gekregen heeft. Onder
dieze omstandigheden oordeelt men, dat
Gurzon wel de overtuiging zal hebben, dat
het hem thans moeilijk zou vallen die poli
tiek nog tegen de Frainsclhe opvattingen' te
verdedigen en verwacht men, dat hijzelf
uS total van de conferentie zal vragen.
AMERIK A E!N DE BiEZETTIN'GSiKOSTEN
Een telegram uit Parijs aah de ,,Ncw
York Times" verklaart, dat de Amcrikaan-
sche nota aan die Gommiss ie van Herstel,
welike van die geallieerden terugbetaling
eisciht van de 'kosten vain het Ameriikaan-
sche bezetting.steger, den GealHeerdien tot
twee. voorstellen aanleiding geeft. Het
eerste is dat erkenning door de geallieer
den van de Amerikaanscihe rechten op
grond van het verdrag van Berlijn, erken
ning door Amerika insluit van die rechten
der geallieerden krachtens het Verdrag
van Versailles. De geallieerden zijn her-eid,
door een nolawisseling, dit wederzijds te
bevestigen. Het tweede voorstel houdt in,
dlat wanneer Amerika deelt in de voordee.
len, die de maatregelen der geallieerden
tot het doorvoeren* van het Verdrag van
Versailles opleveren, zooals het binnen
halen van -die kosten van het bezettings
leger, het van zijn ikant verplicht is er toe
mede te werken, 'dat deze maatregelen zich
ook reaiiseenendoor er b.v. voor te zor
gen, -diat Buitschland1 betaalt wat het ver
schuldigd is.
Vrijlating van James Larkin
Uil New-York wordt gemeKl, ;dat in Ier.
sdhe klingen aldaar opwinding is veroor
zaakt door esn beriohi, waarvan de ju;st-
foeid nog niet bevestigd is, dlat de gouver
neur van den staal New-York de vrijlating
overweegt van den Iersohen agitator James
Larkin, die straf ondergaat wegens crinri-
neste siffiardlvie. Het iheat dat Lajtón na
zijn ifwrijheidsstelling naar Ierldnd zal
terugtke^Ten.
De toestand te Belfast.
In een Sinn "Fein-wijtk van Belfast, waar.
omheen in Ihooftlzaaik unionisten wonen, is
.Maandagavond een laaghartige bomaanslag
gepleegd. Br werd een bóm gewonpten te
midden van een menigte menschen, waar
door 13 personen worden gewond emitter
wie verscheiden kinderen. Naar de
„Times"-correspondent te Belfast meldt,
was er opzettelijk gepoogd oen menigte
bijeen te brengen, door eert brandschel aan
rien openharen weg in werking te stelten.
Bij ihet verschijnen dier brandweer, verza
melden zich een groot aantal nieuwsgieri
gen. Toen ihet loos alarm bleek le zijn,
ging de brandweer hoen en werd uit een
naburig groepje mannen een 'bom ondier
die menigte geworpen.
DB TOESTAND AAN DEN RAND.
De correspondent van de „Daily Tele
graph" te Kaapstad meldt, 'dat de revolu
tionairen Fordsburg hebben overgegeven,
nadat zij gedurende 75 minuien aan een
bombardement waren blootgesteld.
Ben vluchteling uit ForcSsburg deelde
mede. hoe hij zag dat een revolutionaire
poster drie inboorlingen beschoot, een
doodtend, twee wondend. Benige personen,
die door geweerschoten gewond waren,
lagen op straat, om water roepend. Menr
sehen in naburige huizen;, dlie hen helpen
wilden, werden door de rootten beschoten.
'Een ooggetuige te Rodettenivii'le zag d'e
revolutionjKvinen schieten op inboorlingen
en hen daarna voortsleepen langs de
straat.
GURZON BLIJFT.
De „Daily News" heeft op verzoek van
Curzon het bericht teruggenomen over
een mogelijk aanstaand aftreden van
dezen bewindsman. Curzon deelde aan
het blad mede, dat hij geenszins voorne
mens is af te treden.
EFjN BORSTBEELD VAN MONTAGU.
De leden der Democratische fractie in
de Wetgevende Vergadering te Delhi heb
ben alle leden der Vergadering uitgenoo-
digd om mede te werken ten behoeve van
ae oprichting van een Dorstbeeld van
Montagu, den afgetreden minister van In
dië, in de Vergaderzaal als een bewijs
van waardeering van de diensten, die hij
heeft bewezen aan de zaak van de
Grondwetsherziening. De fondsen, noodig
voor de oprichting van het borstbeeld,
zijn reeds bijeengebracht.
DE AMERIKAANSCHE SENAAT EN
HET ZUIDZEEVERDRAG.
Bij het debat in den Senaat over het
Zuidzeeverdrag citeerde Mr. Cumber het
verkiezingsprogram, waarmee de republi
keinen bij de jongste presidentsverkiezing
in zee gingen en hetwelk aandrong op het
vormen van een vereeniging van volken
ten behoeve van den wereldvrede, en
diende een wetsvoorstel in, strekkende tot
het aangaan van verdragen voor de vor
ming van een zoodanige vereeniging, die
Briltannië, de Vereenigde Staten, Italië,
Duitschland, Oostenrijk, Spanje Japan en
Rusland omvat, al welke landen zullen
overeenkomen met elkaar overleg te ple
gen inzake alle kwesties, waaruit een oor
log dreigt te ontstaan, en tot het vaststel
len van een tijdvak van zes maanden
voor het instellen van een onderzoek,
wanneer vijandelijkheden dreigen uit te
breken. Mc Cumber kenschetste het vier-
mogendhedenverdrag eenvoudig als een
beperkte vereeniging van volken voor het
handhaven van den vréde in de Zuid
zee. Hij stelde voor, deze vereeniging uit
te breiden.
Mc Cumber heeft in zijn voorstel in
zake een vereeniging van volken wel
Frankrijk, doch niet België opgenomen.
Men neemt te Washington aan, dat Mc
Cumber de bedoeling had, alleen de groo
te mogendheden, of de mogendheden met
uitgebreide koloniale bezittingen, in de
vereeniging op te nemen.
DE IN NOOD VERKEERENDE DUIT-
SCHE KRANTEN.
Maandagavond hebben de Duitsche uit
gevers van dagbladen vergaderd om den
noodtoestand van de Duitsche pers te be
spreken. Er werd een motie aangenomen,
waarin de uitgevers van dagbladen de
tijksregeering, den Rijksdag, de parlemen
ten van de bondsstaten verzoeken, in
plaats van met betuigingen omtrent de
hooge meening, die zij van de Duitsche
pers hebben en het platonisch inzicht in
de zaken, met daden te komen. Wij ei-
schen, aldus wordt in de motie gezegd,
strenge maatregelen, opdat niet de Duit
sche pers aan handen en voeten gebon
den wordt, overgeleverd aan een gren-
zenlooze prijsopdrijverij en monopolie op
bet gebied van hout, koten en alle ande
re grondstoffen voor het vervaardigen
van papieF noodig. Wij eisciien een uit
voerverbod op papier, zoolang de Duit
sche pers niet van voldoende papier voor
zien Is. Wij eischen verder de opheffing
en het achterwege blijven van elke bij
zondere belasting van de pers. De Duit
sche uitgevers verzoeken wij, met ons in
verbinding te blijven en indien de stop
zetting der dagbladen door gebrek aan
(maatregelen der rege'ering onafwendbaar
mocht worden, gemeenschappelijk te han
delen volgens de besluiten, waarvoor wij
nog een gemeenschappelijke uitgevers
vergadering zullen bijeenroepen.
Naar een Berlijnsch correspondentiebu
reau verneemt, zal de commissie van on
derzoek van den Rijksdag naar de schuld
aan'den wereldoorlog, waarvan de afge
vaardigde dr. Breitscheidt voorzitter is,
zich Zaterdag naar München begeven 0111
daar den Duitschen gezant bij het Vati-
caan, dr. von Bergen, die .hiertoe van
Rome naar München komt, over de vrc-
desactie van den Paus te hooren.
TEGEN DE MODERNE DANSEN.
Bij de Wetgevende Vergadering van
New-York as thans een wetsontwerp aan
hangig, dat, ter beteugeling van de euvelen
der moderne dansen, met zware boeten
dreigt tegen personen, die, meer dan 66
passen per minuut bij het dansen van een
one-step en meer dan 40 bij het dansen
van fox-trot doen. Het wetsontwerp be
paalt, hoe de dansers hun handen moeten
houden en stelt vast dat de bewegingen
zoodanig moeten zijn, dat „te groote ge
meenzaamheid wordt verhinderd". Wordt
het wetsontwerp aangenomen;, dan zal ook
geen jazz-rouziok meer worden gemaakt,
omdat naar de wetgevers meenen, van deze
soort muziek een immoreele invloed uit
gaat.
Dezer dagen werd melding gemaakt
van het plan van eenige New-Yorkers om
buiten de driemijlsgrens een schip te sta-
tionneeren, dat als drijvend' drankpaleis
zou kunnen dienst doen "voor dranklustige
lieden, die er een uitstapje buitengaats voor
over zouden hebben. Thans is van over
heidswege te verstaan gegeven, dat een
dergelijke ontduiking van den geest der
drankwet niet zal worden geduld. De pro
motors van het plan schijnen niettemin
voornemens het door te zetten.
Do actie der douane-autoriteiten om de
dranksmokkelarij aan de zeekust te fnui
ken wordt intusschen steeds krachtiger.
Thans zullen ook zeevliegmachines aan de
beteugeling van de smokkelarij deelnemen
en wel door liet uitwerpen van bommen.
Wij hebben onlangs iets medegedeeld
omtrent een boerderij, waar het spookte,
injiet district Antigonish van Nicuw-Schot-
land. Het American Institute of Psychologi
cal Research zond er een expeditie heen,
die verscheidene dagen in de boerderij ver
toefde zonder iets'bijzonders op te mer
ken. Deze expeditie is nu op den terugweg,
doch laat zich over de resultaten van haar
onderzoek niet uit. Intusschen heelt een
geleerde uit Boston, Edward O'Brien, een
oplossing aan de hand gsdaen. Volgens
hem zouden de geheimzinnige branden in
de boerderij te wijten zijn aan draadlooze
vonken tusschen' twee krachtige radio-sta
tions aan de Atlantische kust. De spook-
boerderij ligt op een rechte lijn tusschen
die twee stations en er zijn al meer geheim
zinnige branden op deze route geconsta
teerd.
- Men zal zich herinneren, dat dc 1ste
luitenant Hans Hiller, die in den winter
van 1915 door allerlei barbaarsche mis
handelingen, o.a. door het vastbinden bij
strenge vorst, het onthouden van voedsel,
enz. den dood van den soldaat Helmhake,
dien hij voor een simulant hield, veroor-
zaakte, door den krijgsraad lot zeven we
ken vestingstraf werd veroordeeld, een
vonnis dat door zijn mildheid in de geheele
pers, van de „Freiheit" tot de „Deutsche
Tagesztg." bevreemding wekte. Daarna
werd de zaak in hooger beroep opnieuw
(behandeld en Hiller werd tot twee jaar
•.vestingstraf veroordeeld. Ten gevolge van
jeen fout in den vorm werd dit vonnis op
geheven, en daar intusschen de militaire
rechtspraak was afgeschaft, werd dc zaak
voor de burgerlijke rechtbank opnieuw be
handeld, en de beklaagde veroordeeld tot
zes maanden vestingstraf. Ook van dit
vonnis ging Hiller in hooger beroep. Giste
ren heeft nu de Hooge Raad te Leipzig dit
beroep verworpen. Het blijft dus bij de zes
maanden vestingstraf.
Dinsdag is van Stettin het vierde
ihulpstoomschip van het Berlijnsclie comité
voor de 'hongerlijdenden in Rusland ver
trokken. Dit transport is het grootste, dat
van eenige Europeesche haven voor het
hulpwerk is vertrokken. Het omvat o.a.
een geheele uitrusting voor een kinderte
huis in het hongergebied. Het transport
wordt o.a. ook door twee Nederlandsche
ziekenverpleegsters begeleid.
Alle leerlingen van de hoogste klasse
van het Gymnasium te Lichte rfelde, een
voorstad van Berlijn, zijn vanl school ge
jaagd wegens wangedrag. Deze heertjes
hadden op alle mogelijke manieren, soms
zéér onbehoorlijke, getuigenis afgelegd van
hun monarchistische gevoelens.
In het postkantoor te Reval as een
reeks ambtenaren, werkzaam bij de post-
paketdiienst aangetast dooi' vlektyphus. Uit
een geneeskundig onderzoek is gebleken,
dat zij geïnfecteerd werden door besmette
paketlen. Om deze besmetting in de toe
komst te vermijden, zullen voortaan alle
postzeralingen gedesinfecteerd worden.
Hel Duitsche s.s. „Otranto" van Ham
burg, is in de haven van Patras in beslag
genomen, onder verdentriüg van het ver
voer van ooriogscontrahande. Het schip is
naar het arsenaal gebracht om de lading te
lossen.
De „millioenenrit van mr. Dresselhuys"
heeft aan een ieder duidelijk gemaakt, hoe
de leider van den Vrijheidsbond met een
nonchalance, die haar weerga in de parle
mentaire geschiedenis niet vindt, tiental
len van millioenen uit de schatkist voor
allerhande jfraaie dingen wilde beschik
baar stellen.
Het is natuurlijk niet uitgesloten, dat
mr, Dresselhuys zich bij 't ontwerpen van
zijn millioenen-plannen heeft vergist, dat
hij nu van de dwalingen zijns weegs
terugkeert en als een oprechte bekeerling,
den kiezers-belastingbetalers belooft in
de toekomst wat minder lichtzinnig met
de millioenen te zullen omspringen.
Het yerkiezingsprogram van den Vrij
heidsbond spreekt dan aok van een
krachtig en onvermoeid streven naar ver
mindering van de overheidsuitgaven.
Dat is de vlag.
Maar nu de lading.
Wat wordt verder in het program in
verband met de bezuiniging al niet ge-
ëischt! Het „Kath. Soc. Weekblad" noemt
eenige punten:
Onder 3: krachtige bestrijding van den
woningnood met behoud van .een vol
doend woningpeill
Onder 4: een goed gesalarieerd ambte
narenkorps!
Onder 7: premie-vrij staatspensioen op
56-jarigen leeftijd (zal de uitgaven met
eenige tientallen millioenen doen stijgen!)
Onder 10: tegengaan van de verlaging
van het onderwijspeil, verbetering van
de lichamelijke opvoeding.
Onder 11: ontginning van woeste gron
den.
Onder 12: hulp aan de visscherijen. Op
richting van een voorlichtingsdienst.
Steun aan vereenigingen.
Onder 13: Aanmoediging van Midden
stands tentoonstellingen.
Onder 15: Moederschapszorg.
Onder 16:, steun aan instellingen van
volksontwikkeling.
Onder 17: steun aan geleerden en kun
stenaars.
Maar dat kost allemaal tientallen mil
lioenen! Dat beteekent, dat de belastingen
nog hooger zullen moeten worden opge
voerd dan thans reeds het geval is.
En zoo'n partij durft met de vlag van
bezuiniging voorop den verkiezingsstrijd
ingaan.
Hkst Kamer ill Weitkamp vraagt
m-jtiJier'mg.
Het Kamerlid Weitkamp heeft tot
den Minister van L., N. en H. de vol
gende schriftelijke vragen gericht:
1. Op welke gronden acht de Mi
nister zicji verantwoord thans door
uitvoerbeperking prijsdrukkend op te
treden, zooals b.v. ten aanzien van
kleiaardappelen geschiedt
2. Acht de Minister zulks verde
digbaar, Au de levensmiddelen voorzie
ning door den vrijen invoer van al
lerlei producten volkomen gewaar
borgd is
3. Is de Minister niet van meening
dat door een dergelijk incidenteel in
grijpen een toestand van rechtsonze
kerheid wordt geschapen, die, bij het
in deze tijden toch reeds groote be
drijfsrisico in den landbouw, tot groo
te en rechtmatige ontevredenheid aan
leiding geeft
DE PENSIOENREGELING VOOR Dï
AMBTENAREN EN HUN WE
DUWEN EN WEEZEN.
Hlaf vxrlooplg verslag.
Volgens het voorloopig verslag over
bovengenoemd wetsontwerp waren
verscheidene leden onaangenaam ge
troffen door het feit', dat de minis
ter van financiën bij zijn verdedi
ging van het oorspronkelijke ontwerp
in de Eerste Kamer een minder vaste
houding heeft aangenomen. Deze le
den konden zich niet onttrekken aan
den indruk, dat het den minister niet
onwelgevallig was de wet vflt-woxpen
te zien.
Eenigc leden gaven te kennen als
htm meening, dat de kosten van le
vensonderhoud niet met 16 0jo zoo
als de minister zei doch hoog
stens met 7 a 9 0/0 gedaald zijn.
Een lid gaf als zijn meening te
leemten, dat het ontwerp niet, op
nieuw had mogen worden ingediend.
Z.i. is de verwerping zeer terecht'
geschied. De voorgestelde regeling be-
vatte een schandelijke bevoorrecht-ma
der ambtenaren boven de burgers.
Zeer vele leden hoopten, dat de
beschouwingen zich in de Kamer zou-
den beperken tot de wijziging, ten
einde de wet zoo spoedig mogelijk
tot stand, te brengen.
Dat de mogelijkheid zal worden ge
opend de als pensioenspremie ver
schuldigde bijdrage op de betrokken
ambtenaren te verhalen, vond hij vele
leden ernstige bedenking.
JUSTITIE, POLITIE EN PERS.
De algemeene vergadering van den Ne-
derlandschen Journalistenkring, die a.s.
Zondag gehouden wordt ter verdere be
handeling van het onderwerp: „Justitie,
Politie en Pers", zal wederom worden
bijgewoond door mr, P. R. Blok, als ver
tegenwoordiger van den Minister van
Justitie.
DE TONGBLAAR.
Op do vragen van het Kamerlid den
heer Braat betreffende het sluiten van
de grenzen voor den invoer van paar
den uit Engeland, in verband mot de
aldaar heerschende tongblaarziekto, heeft
minister van IJsselsteijn geantwoord dal
het overbrengen van smetstof door uit
Engeland ingevoelde paarden, hoofdzake
lijk uit de mijnstreken ou de steden af
komstig, althans practisch, geacht moet
worden te zijn uitgesloten, zoodat er geen
aanleiding bestaat om, uit vrees daar-