ZIJN SLACHTOFFER BUITENLAND. BINNENLAND. fweede Biad - 16 Maart S922 IMDISCHEKR0M5EK. FEUILL ET O N Christine was liet vertrek binnen getreden op den voet gevolgd door den dokter en Mark. De ruimte was voldoende voor haar en haar zoon. Zij keek uit de vensters. Men zag in de verte de 'kruinen van eenigc boomen, die door den wind heen en weer gezwierd werden. Dat was ten rr i iste iets groens en dat groen deed de hoop in de toekomst bij haar her leven. Daarop kwam een gevoel van rust over haar. Op deze hoogte, bij deze opeenhooping van huizen, die zij om zich heen zag, hoe ver haar oog reikte, gevoelde zij zich volkomen veilig. Wie zou haar hier komen zoe ken Zij zei tot den dokter :„Hij schijnt mij toe, dat ik 't hier heel goed zal hebben Men huurde fle woning en den vol genden ochtend deed dokter Bernau er de noodige meubeltjes brengen. Daaroo nam hii afscheid van ziine s. De Conferentie van Genua. De toestand in Ierland, DE SCHULD AAN DEN OORLOG. GEIü. BÜ8TEML BERSSMTIM. VERSTANDIGE BEZUINIGERS GEVRAAGD. gSMMEMLÜNBSCH MiEUWS, HET UITVOERVERBOD VAN AARD APPELEN. vriendin, kuste den kleinen Mark wel twintig maal en verliet hem met tra nen in de oogen, ondanks zich zelf voor hem sidderend. Christine was alleen te Parijs, alleen met Mark. DE DOODSTIJDING. V. De eerste dagen van haar verblijf te Parijs waren voor Christine uiterst moeilijk. De jonge vrouw had hare moeder nooit verlaten, uitgezon derd de weinige maanden die zij bij haren eersten echtgenoot geweest was Welk eene verandering, toen zij al leen met haar zoon leefde in de twee kamertjes, gelegen op eene vierde verdieping. Het licht drong binnen door kleine vensters.: en als uitzicht ad zij|niets anders dan schoorsteenen e.: daken, en nog eens schoorsteenen en daken! Bovendien werd in al de gewoonten van de arme moeder plotse ling eene algeheele omwenteling ge bracht. Geregeld eens per week ontving zij een brief van dokter Bernau, geadres seerd aan mevrouw Leblond, poste- restantewant voor het vertrek van den dokter was afgesproken," dat zij op die wijze de briefwisseling met hem zou onderhouden. Aan hem alleen mocht zij schrijven. Onder geen voorwendsel moest zij zich tot hare moeder wenden., Den dag, dat de troostrijke brieven van den dokter kwamen, was zij steeds het opgeruimdst. De heer Bernau hield haar op de hoogte van het proces, dat afliep zon der naar tegenwoordigheid, en hij deed haar glimlachen, toen hij vertelde hoe leelijk markies d' Arbois en de heer Lantin op hun neus keken, toen zij vernamen, dat Christine en haar zoon verdwenen waren. Zij waren er niet op voorbereid geweest en hadden die bittere pil nog niet kunnen verte ren. O, d?f was een uitmlntende grap geweest 1 Ei' de sokter eindigde steeds on veranderlijk met de woorden „Voor al geen enkele onvoorzichtigheid Verberg u goed." Men heeft niet het minste vermoeden, waar ge u be vindt, en hier zai men niets vernemen! Christine keerde dan gerust gesteld naar hare woning terug. Op xekeren dag ontving zij den brief, die haar den dood aankondigde van hare moeder. Alsof zij er een voor gevoel van had, dat deze brief een droevige tijding behelsde, had zij hem niet geopend aan het postkantoor, zoo als zij gewoonlijk deed het regende dien dag ontzettend. Zij had zich ge haast naar haar woning terug te keeren en eerst, toen zij boven was, ver scheurde zij de enveloppe. Bij de eerste woorden begreep zij alles. Zij slaakte een vreeselijken smart kreet, sloeg de handen boven het hoofd samen en viel bewusteloos voor de deur neer, den geopenden brief nog in de hand. Mark had 't gehood. Hij snelde toe. De deur van den buurman werd geopend. Een nog zeer jong man, hoog-blond, met groote blauwe oogen, trad naar buiten, en kon een uitroep niet weer houden, toen hij een vrouw op den grond zag liggen. Hij snelde naar haar toe, trachtte de onbekende op te nemen, terwijl hij haar toeriep „Mevrouw mevrouw wat hebt ge? Hij bemerkte het weenende kind en zeide: „Kent ge die dame?" „Het is mijne moeder H „Mijne buurvrouw 1" prevelde de man, die zeer ontroerd scheen. Hij vroeg „Wat heeft zij „Ik weet 't niet, mijnheer." Daarop begon de kleine te weenen en te snikken „Zij is dood, mijn moe dertje, zij is dood 1" De schilder had Christine thans onder zocht en hij zeide„Zij is niet dood, maar slechts bewusteloos." Mark wierp zich naast haar neer. „Moedeitje moedertje weende hij, zie mij aan spreek eens tegen mij!" „Laat mij haar nu eerst helpen," zei de buurman, de jonge vrouw in haar kamer dragende. Hij legde haar op bed. „Het zal niet zoo erg zijn," zei hij tot het kind. „Hebt ge hier wat bij de hand „Ja mijnheer, ja." En de kleine ging de karaf halen. De schilder bemerkte den brief, in de krampachtig saamgeknepen vin gers van Christine. „Uwe moeder heeft zeker eene droevige tijding ontvan gen," zei hij tot het kind. „Ik weet 't niet, mijnheer." „Zij zal spoedig weder bij kennis komen.". „Als zij dood is, zal ik ook sterven," zei de kleine „Zij zal niet sterven," antwoordde de schilder, zij beweegt zich alweder. De jonge vrouw sloeg werkelijk dc oogen op/nadat de buurman haar slag pen bevochtigd had. Zij zag Mark, heinnerde zich alles en zei: „Bid, mijn kind, uwe groot moeder is dood Nu eerst zag zij den buurman, die eerbiedig eenigszins ter zijde was gaan staan. Zij begreep alles. Die "nan was haar ter hulp gekomen. Zij rich c zich op. „O mijnheerzei ze, „ih dank u. ,,'t Heeft" niets te beduiden, me vrouw. Ik hoorde een kreet. Ik waak u wel mijne verontschuldiging. Jat ik misschien een weinig onl,«scheid, ben gev/eest, maar toen ik niemand tr ders zag dan het kind,achtte ik het noo dig hulp te bieden." De jonge man was blijkbaar verlegen en streek zenuw achtig met de handen door de lokken, tegelijkertijd achteruit naar de deur gaande. Christine dankte hem nog maals in warme bewoordingen, niette genstaande de droefheid, die hare ziel vervulde,. Woröt vervolgd Autonomie! He groote leuze, welke nu ook in Ne- derlandsch Indië wordt aangeheven. De groote leuze, waarmede de „voor uitstreven den" klaarheid willen brengen in de politieke gedachte, en daarmede scheiding tusschen hen eenerzijds en de „behoudzuchligen" anderzijds. Ik laat nu voor een oogenblik daar in hoeverre ze daarin gelijk hebben, ik breng deze be doeling alleen naar voren, om te verkla ren hoe er als het ware een juichkreet is opgegaan in het kamp dier vooruit- strevenden, toen de P. E. B. (Politiek- Economische Bond), zoolang reeds als een verkapt aarts-conservatieve organi satie aangekeken, kortelings geleden wcigerd om deel te nemen aan de pro paganda voor de autonomie-idee. fk zeg hier met opzet niet: de actie voor autonomie van Indië, omdat laten we beginnen met dit te zeggen kans op spoedige verwezenlijking van de wen-- schen der voorstanders vooralsnog met ^Intusschen, laat men ik Nederland niet de gedachte behouden, dat dit rd is een „leuze" zonder meer, laat men zich hier niet in slaap sussen met de gerust stellende bewering: Nu ja, dat loopt wel met een sisser af, en Gouverneur-Gene raal Fock heeft er al het zijne toe ge zegd en gedaan. Wie het wereldgebeuren en de ontwik keling der nationalistische gedachte ook in ons Indië heeft gade geslagen, be- grijpt vanzelf, dat het hier wat anders, wat meer geldt dan eene leuze alleen. M.i. wordt er van weerszijden ge werkt met gedeeltelijk onzuivere argu menten, waardoor de smaak, waarom het nu reeds zou kunnen gaan, wordt vertroebeld. Wat te betreuren is. Laat ik daarom trachten, zoo goed als in een klein bestek mogelijk is, de kwes tie zoo zuiver mogelijk te stellen. Medio December van het vorige jaar werd te Batavia een comité gevormd voor de autonomie van Indië, bestaande uit een viertal Europeanen, onder wie de voorzitter van den „Vrijzinnigen Bond' en de bekende Burgemeester van Sema- rang, Ir. A. C. de Jongh, en daarnaast uit drie regenten, hooggeplaatste Indische ambtenaren dus, onder wie de ook in de ze Kronieken reeds meer genoemde re- gent van Serang A. A. Achmacl Dja- jadiningrat. Dc be.docling was tijdig voor de ver kiezingen van de Tweede Kamer in Ne derland de Nederlandsche kiezers de oogen te openen voor de Indische belan gen, te dien einde zou getracht worden geld bijeen te zamelen voor de propagan da, welke vanuit Indië zou worden ge leid. Tot de eerste stappen, welke werden gedaan, behoorde de voorbereiding van openbare vergaderingen door geheel Nc- dcrlandsch-Indië nu bereids op 29 Ja nuari j.l. gehouden waarvoor ter be handeling de volgende motie was opge steld: „Overwegende, dat de voorstellen, ge daan door de Commissie tot herziening van de staatsinrichting van Nederlandsch- Indië, ingesteld bij gouvernementsbesluit van 17 December 1918, de z.g. Herzic- ningscommissie, onder voorzitterschap van Mr. J. H. Carpentier Alting, in zeer gematigden vorm uitdrukking geven aan diep gevoelde verlangens der bevolking van Indië, uiting gevende aan hare groote teleur stelling, dat ondanks de hoopvolle toezeg gingen, herhaaldelijk door de regeering gedaan, bij de herziening van de Grond wet met die voorstellen slechts in uiterst geringe mate is rekening gehouden, spreekt met aandrang den wensch uit dat de beginselen, neergelegd ,in de voor stellen der genoemde commissie, alsnog ten spoedigste zullen worden verwezen lijkt als eerste stap ter tegemoetkoming aan de verlangens der bevolking, verzoekt het comité voor de autonomie van Indië hiertoe, zoo hier te lande als in Nederland de noodige stappen te doen, en onder meer bij de aanstaande verkiezin gen in Nederland alles in het werk te stellen, opdat in de Staten-Generaal door de bevoegde personen kan wor den opgekomen voor dc vervulling van den hier uitgedrukten wensch in de eerst volgende wetgevende periode." Het comité blijkt dus ten aanzien van den goeden wil van het kiezersvolk in Nederland om het Indische belang te die nen nogal optimistisch te zijn. Ik wil, wat dat optimisme betreft, niet achterblijven. Ten gerieve van den in deze kwestie niet-georiënteerden lezer, wil ik daar om de hoofdpunten van de zaak wat dui delijker aangeven dan in bovengenoemde motie voor hen geschiedt. De regeering over Nederlandsch- Oost-Indië wordt, overeenkomstig het regeeringsreglement, uitgeoefend door den Gouverneur-Generaal, die door den Koning wordt benoemd en ontslagen. *8. Hij is opperbevelhebber van de in Ne- derlandsch-Indië aanwezige land- en zee macht. Hij heeft het oppertoezicht op de verschillende takken van algemeen be stuur. Hij stelt algemeene verordeningen vast omtrent alle onderwerpen, waarvan de regeling niet bij wet of Koninklijk be sluit is geschied of moet geschieden. On der zijne verdere bevoegdheden ressor teert o.m. de benoeming, de bevordering en het ontslaan van de burgerlijke en mi litaire ambtenaren, behoudens de uitzon deringen bij het Regeeringsreglement be paald, waarvan zoo dadelijk een enkele zal worden aangegeven. Naast zich heeft hij den Raad van Ne- derlandsch-Indië, bestaande uit een vice- president en vier leden. Deze worden door den Koning benoemd, eene bijzon derheid, waarop ik hier terloops de aan dacht vestig, omdat het tijd wordt, dat bij dc benoeming van deze „Edelheeren" de Katholieken niet immer v/orden voorbij gegaan Deze Raad van Indië is ten aanzien van de uitvoerende macht een adviseerend lichaam, welks advies ten allen tijde door den Gouverneur-Generaal kan worden gevraagd. Het Regeeringsreglement noemt eenige onderwerpen, waarover het ad vies moet wörden ingewonnen, o.m. alle instructiën en reglementen het algemeen gewestelijk bestuur betreffende, buiten gewoon gewichtige maatregelen, benoe mingen tot gewichtige ambten. In de uit oefening der wetgevende macht en in sommige bepaalde gevallen moet de Gou verneur-Generaal in overeenstemming met den Raad handelen, of wanneer hij zich daa»mede niet vereenigt, de uit spraak van den Koning inroepen. Naast dit aloude instituut is bij de wet van 16 December 1916 een vertegenwoor digend lichaam ingesteld, hoofdzakelijk om aan de Nederlandsche onderdanen, in gezetenen van Nederlandsch-Indië, gele genheid te geven tot medewerking aan de behartiging van de belangen van dat gebied. Het tiende hoofdstuk van het Regee ringsreglement vangt aan met deze een voudige woorden: „Er is een Volksraad". Men make zich vooral geen overdreven voorstelling van de macht van dit verte genwoordigend lichaam, deze benaming is feitelijk een geheel verkeerde. Vooreerst door de wijze van samenstel ling. De Volksraad bestaat uit 49 leden. De voorzitter, tevens lid, wordt door den Ko ning, dus hier in Nederland, benoemd. Van de overigen worden er 24 door den Gouverneur-Generaal benoemd, waarvan er 8 moeten behooren tot de Inlanders en 16 tot de Europeanen en vreemde Ooster lingen (Arabieren, Chineezen). De andere 24, 12 inlanders en 12 Europeanen, dat is dus de minderheid, worden gekozen door de zoogenaamde lokale raden, dat zijn ra den van west en gemeente. Indien men nu hierbij bedenkt, dat de leden van de gewestelijke raden door den G. G. worden benoemd, dan kan men zich een denk beeld vormen van het „vertegenwoordi gend" karakter van dit college. Ook wat zijne bevoegdheden betreft, is de Volksraad pas een volksvertegenwoor diging in embryo. Art. 131 zegt te dien opzichte voor eerst: De Gouverneur-Generaal raadpleegt den Volksraad over alle zoodanige on derwerpen als waarover hij het oordeel van den Volksraad wenscht té vernemen. Voorts worden in datzelfde artikel eeni ge onderwerpen opgenoemd, ter welker aanzien hij verplicht is tot raadpleging, o.m.: De begrooting; het aangaan van geld- leeningen ten laste van Nederlandsch-In dië; ontwerpen van algemeene verorde ningen, welke aan de ingezetenen per soonlijke militaire lasten opleggen. Ook kan de Volksraad de belangen van Ned.-Indië en zijne ingezetenen voorstaan bij den Koning, bij de Staten-Generaal en bij den Gouverneur-Generaal. In het kort geschetst is dit zoogenaamd vertegenwoordigend lichaam een college van advies en openbare controle. Meer niet. Om een enkel voorbeeld te noemen; de Indische begrooting wordt door den Volksraad in een langdurige zitting nauwgezet behandeld, over deze begroo ting en de afzonderlijke artikelen wordt alsof het „echt" was gestemd, amen dementen worden door de leden inge diend, bediscussieerd en na aanneming toegevoegd, doch de Minister van Ko loniën behoeft zich van dat alles niet veel aan te trekken. Herhaalde malen zijn dan ook door dezen bewindsman, die in 's Konings naam het opperbestuur uit oefent, amendementen, welke door den Volksraad met groote meerderheid wa ren aangenomen, zonder meer ter zijde geschoven. Dat velen in Indië met een dergelijke mogelijkheid van „medewerking" aan de behartiging van de Indische belangen niet tevreden zijn, is begrijpelijk. Hoe nu de Commissie-Carpentier Al ting, waarover in de hierboven aange haalde autonomie-actie sprake is, zich in hoofdzaken de herziening van de Indi sche staatsinrichting denkt, zal ik in een volgend artikel in 't kort uiteenzetten. De „Petit Parisien" verklaart d®t de Frawsdhc regeering geen enlkele Russisdhe draadll'oaz>e med-edieeiinig 'heeft ontvainigen, waarin de deelneming der Sovjet aan de conferentie van des-k'imdüigeni wordt ge- ivraaigd. Italië alleen, heeft de Ijevoegdheiid hder op te antwoorden. Het is niet zeer waarschijnlijk dat het (Russische verzoeik izal worden ingewiliiigid. GEEN CONFERENTIE OVER H.ET NABIJE OOSTEN? Men verwacht te Parijs, akiuiis wordt aan het „Hfbil." geseind, dat het incktent- Moii'taigu ten gevolge zal hebhen, dat de Parij'Sche conferentie van ministers van Builerolttiiidscfoe Zaiken betreffende het nijhije Oosten., d'ie 22 Maart geopend zou worden, niet zal plaats hebben. Hoe men ook over het initiatief van Montagu den ken moge, z-elkcr is, dat door zijn optreden de Oosiersche politiek van Ihellenophilie en turcophobie, diie Lloyd George en Gurzon met zooveel hardnekkigheid voorstonden, een leelijke klap gekregen heeft. Onder dieze omstandigheden oordeelt men, dat Gurzon wel de overtuiging zal hebben, dat het hem thans moeilijk zou vallen die poli tiek nog tegen de Frainsclhe opvattingen' te verdedigen en verwacht men, dat hijzelf uS total van de conferentie zal vragen. AMERIK A E!N DE BiEZETTIN'GSiKOSTEN Een telegram uit Parijs aah de ,,Ncw York Times" verklaart, dat de Amcrikaan- sche nota aan die Gommiss ie van Herstel, welike van die geallieerden terugbetaling eisciht van de 'kosten vain het Ameriikaan- sche bezetting.steger, den GealHeerdien tot twee. voorstellen aanleiding geeft. Het eerste is dat erkenning door de geallieer den van de Amerikaanscihe rechten op grond van het verdrag van Berlijn, erken ning door Amerika insluit van die rechten der geallieerden krachtens het Verdrag van Versailles. De geallieerden zijn her-eid, door een nolawisseling, dit wederzijds te bevestigen. Het tweede voorstel houdt in, dlat wanneer Amerika deelt in de voordee. len, die de maatregelen der geallieerden tot het doorvoeren* van het Verdrag van Versailles opleveren, zooals het binnen halen van -die kosten van het bezettings leger, het van zijn ikant verplicht is er toe mede te werken, 'dat deze maatregelen zich ook reaiiseenendoor er b.v. voor te zor gen, -diat Buitschland1 betaalt wat het ver schuldigd is. Vrijlating van James Larkin Uil New-York wordt gemeKl, ;dat in Ier. sdhe klingen aldaar opwinding is veroor zaakt door esn beriohi, waarvan de ju;st- foeid nog niet bevestigd is, dlat de gouver neur van den staal New-York de vrijlating overweegt van den Iersohen agitator James Larkin, die straf ondergaat wegens crinri- neste siffiardlvie. Het iheat dat Lajtón na zijn ifwrijheidsstelling naar Ierldnd zal terugtke^Ten. De toestand te Belfast. In een Sinn "Fein-wijtk van Belfast, waar. omheen in Ihooftlzaaik unionisten wonen, is .Maandagavond een laaghartige bomaanslag gepleegd. Br werd een bóm gewonpten te midden van een menigte menschen, waar door 13 personen worden gewond emitter wie verscheiden kinderen. Naar de „Times"-correspondent te Belfast meldt, was er opzettelijk gepoogd oen menigte bijeen te brengen, door eert brandschel aan rien openharen weg in werking te stelten. Bij ihet verschijnen dier brandweer, verza melden zich een groot aantal nieuwsgieri gen. Toen ihet loos alarm bleek le zijn, ging de brandweer hoen en werd uit een naburig groepje mannen een 'bom ondier die menigte geworpen. DB TOESTAND AAN DEN RAND. De correspondent van de „Daily Tele graph" te Kaapstad meldt, 'dat de revolu tionairen Fordsburg hebben overgegeven, nadat zij gedurende 75 minuien aan een bombardement waren blootgesteld. Ben vluchteling uit ForcSsburg deelde mede. hoe hij zag dat een revolutionaire poster drie inboorlingen beschoot, een doodtend, twee wondend. Benige personen, die door geweerschoten gewond waren, lagen op straat, om water roepend. Menr sehen in naburige huizen;, dlie hen helpen wilden, werden door de rootten beschoten. 'Een ooggetuige te Rodettenivii'le zag d'e revolutionjKvinen schieten op inboorlingen en hen daarna voortsleepen langs de straat. GURZON BLIJFT. De „Daily News" heeft op verzoek van Curzon het bericht teruggenomen over een mogelijk aanstaand aftreden van dezen bewindsman. Curzon deelde aan het blad mede, dat hij geenszins voorne mens is af te treden. EFjN BORSTBEELD VAN MONTAGU. De leden der Democratische fractie in de Wetgevende Vergadering te Delhi heb ben alle leden der Vergadering uitgenoo- digd om mede te werken ten behoeve van ae oprichting van een Dorstbeeld van Montagu, den afgetreden minister van In dië, in de Vergaderzaal als een bewijs van waardeering van de diensten, die hij heeft bewezen aan de zaak van de Grondwetsherziening. De fondsen, noodig voor de oprichting van het borstbeeld, zijn reeds bijeengebracht. DE AMERIKAANSCHE SENAAT EN HET ZUIDZEEVERDRAG. Bij het debat in den Senaat over het Zuidzeeverdrag citeerde Mr. Cumber het verkiezingsprogram, waarmee de republi keinen bij de jongste presidentsverkiezing in zee gingen en hetwelk aandrong op het vormen van een vereeniging van volken ten behoeve van den wereldvrede, en diende een wetsvoorstel in, strekkende tot het aangaan van verdragen voor de vor ming van een zoodanige vereeniging, die Briltannië, de Vereenigde Staten, Italië, Duitschland, Oostenrijk, Spanje Japan en Rusland omvat, al welke landen zullen overeenkomen met elkaar overleg te ple gen inzake alle kwesties, waaruit een oor log dreigt te ontstaan, en tot het vaststel len van een tijdvak van zes maanden voor het instellen van een onderzoek, wanneer vijandelijkheden dreigen uit te breken. Mc Cumber kenschetste het vier- mogendhedenverdrag eenvoudig als een beperkte vereeniging van volken voor het handhaven van den vréde in de Zuid zee. Hij stelde voor, deze vereeniging uit te breiden. Mc Cumber heeft in zijn voorstel in zake een vereeniging van volken wel Frankrijk, doch niet België opgenomen. Men neemt te Washington aan, dat Mc Cumber de bedoeling had, alleen de groo te mogendheden, of de mogendheden met uitgebreide koloniale bezittingen, in de vereeniging op te nemen. DE IN NOOD VERKEERENDE DUIT- SCHE KRANTEN. Maandagavond hebben de Duitsche uit gevers van dagbladen vergaderd om den noodtoestand van de Duitsche pers te be spreken. Er werd een motie aangenomen, waarin de uitgevers van dagbladen de tijksregeering, den Rijksdag, de parlemen ten van de bondsstaten verzoeken, in plaats van met betuigingen omtrent de hooge meening, die zij van de Duitsche pers hebben en het platonisch inzicht in de zaken, met daden te komen. Wij ei- schen, aldus wordt in de motie gezegd, strenge maatregelen, opdat niet de Duit sche pers aan handen en voeten gebon den wordt, overgeleverd aan een gren- zenlooze prijsopdrijverij en monopolie op bet gebied van hout, koten en alle ande re grondstoffen voor het vervaardigen van papieF noodig. Wij eisciien een uit voerverbod op papier, zoolang de Duit sche pers niet van voldoende papier voor zien Is. Wij eischen verder de opheffing en het achterwege blijven van elke bij zondere belasting van de pers. De Duit sche uitgevers verzoeken wij, met ons in verbinding te blijven en indien de stop zetting der dagbladen door gebrek aan (maatregelen der rege'ering onafwendbaar mocht worden, gemeenschappelijk te han delen volgens de besluiten, waarvoor wij nog een gemeenschappelijke uitgevers vergadering zullen bijeenroepen. Naar een Berlijnsch correspondentiebu reau verneemt, zal de commissie van on derzoek van den Rijksdag naar de schuld aan'den wereldoorlog, waarvan de afge vaardigde dr. Breitscheidt voorzitter is, zich Zaterdag naar München begeven 0111 daar den Duitschen gezant bij het Vati- caan, dr. von Bergen, die .hiertoe van Rome naar München komt, over de vrc- desactie van den Paus te hooren. TEGEN DE MODERNE DANSEN. Bij de Wetgevende Vergadering van New-York as thans een wetsontwerp aan hangig, dat, ter beteugeling van de euvelen der moderne dansen, met zware boeten dreigt tegen personen, die, meer dan 66 passen per minuut bij het dansen van een one-step en meer dan 40 bij het dansen van fox-trot doen. Het wetsontwerp be paalt, hoe de dansers hun handen moeten houden en stelt vast dat de bewegingen zoodanig moeten zijn, dat „te groote ge meenzaamheid wordt verhinderd". Wordt het wetsontwerp aangenomen;, dan zal ook geen jazz-rouziok meer worden gemaakt, omdat naar de wetgevers meenen, van deze soort muziek een immoreele invloed uit gaat. Dezer dagen werd melding gemaakt van het plan van eenige New-Yorkers om buiten de driemijlsgrens een schip te sta- tionneeren, dat als drijvend' drankpaleis zou kunnen dienst doen "voor dranklustige lieden, die er een uitstapje buitengaats voor over zouden hebben. Thans is van over heidswege te verstaan gegeven, dat een dergelijke ontduiking van den geest der drankwet niet zal worden geduld. De pro motors van het plan schijnen niettemin voornemens het door te zetten. Do actie der douane-autoriteiten om de dranksmokkelarij aan de zeekust te fnui ken wordt intusschen steeds krachtiger. Thans zullen ook zeevliegmachines aan de beteugeling van de smokkelarij deelnemen en wel door liet uitwerpen van bommen. Wij hebben onlangs iets medegedeeld omtrent een boerderij, waar het spookte, injiet district Antigonish van Nicuw-Schot- land. Het American Institute of Psychologi cal Research zond er een expeditie heen, die verscheidene dagen in de boerderij ver toefde zonder iets'bijzonders op te mer ken. Deze expeditie is nu op den terugweg, doch laat zich over de resultaten van haar onderzoek niet uit. Intusschen heelt een geleerde uit Boston, Edward O'Brien, een oplossing aan de hand gsdaen. Volgens hem zouden de geheimzinnige branden in de boerderij te wijten zijn aan draadlooze vonken tusschen' twee krachtige radio-sta tions aan de Atlantische kust. De spook- boerderij ligt op een rechte lijn tusschen die twee stations en er zijn al meer geheim zinnige branden op deze route geconsta teerd. - Men zal zich herinneren, dat dc 1ste luitenant Hans Hiller, die in den winter van 1915 door allerlei barbaarsche mis handelingen, o.a. door het vastbinden bij strenge vorst, het onthouden van voedsel, enz. den dood van den soldaat Helmhake, dien hij voor een simulant hield, veroor- zaakte, door den krijgsraad lot zeven we ken vestingstraf werd veroordeeld, een vonnis dat door zijn mildheid in de geheele pers, van de „Freiheit" tot de „Deutsche Tagesztg." bevreemding wekte. Daarna werd de zaak in hooger beroep opnieuw (behandeld en Hiller werd tot twee jaar •.vestingstraf veroordeeld. Ten gevolge van jeen fout in den vorm werd dit vonnis op geheven, en daar intusschen de militaire rechtspraak was afgeschaft, werd dc zaak voor de burgerlijke rechtbank opnieuw be handeld, en de beklaagde veroordeeld tot zes maanden vestingstraf. Ook van dit vonnis ging Hiller in hooger beroep. Giste ren heeft nu de Hooge Raad te Leipzig dit beroep verworpen. Het blijft dus bij de zes maanden vestingstraf. Dinsdag is van Stettin het vierde ihulpstoomschip van het Berlijnsclie comité voor de 'hongerlijdenden in Rusland ver trokken. Dit transport is het grootste, dat van eenige Europeesche haven voor het hulpwerk is vertrokken. Het omvat o.a. een geheele uitrusting voor een kinderte huis in het hongergebied. Het transport wordt o.a. ook door twee Nederlandsche ziekenverpleegsters begeleid. Alle leerlingen van de hoogste klasse van het Gymnasium te Lichte rfelde, een voorstad van Berlijn, zijn vanl school ge jaagd wegens wangedrag. Deze heertjes hadden op alle mogelijke manieren, soms zéér onbehoorlijke, getuigenis afgelegd van hun monarchistische gevoelens. In het postkantoor te Reval as een reeks ambtenaren, werkzaam bij de post- paketdiienst aangetast dooi' vlektyphus. Uit een geneeskundig onderzoek is gebleken, dat zij geïnfecteerd werden door besmette paketlen. Om deze besmetting in de toe komst te vermijden, zullen voortaan alle postzeralingen gedesinfecteerd worden. Hel Duitsche s.s. „Otranto" van Ham burg, is in de haven van Patras in beslag genomen, onder verdentriüg van het ver voer van ooriogscontrahande. Het schip is naar het arsenaal gebracht om de lading te lossen. De „millioenenrit van mr. Dresselhuys" heeft aan een ieder duidelijk gemaakt, hoe de leider van den Vrijheidsbond met een nonchalance, die haar weerga in de parle mentaire geschiedenis niet vindt, tiental len van millioenen uit de schatkist voor allerhande jfraaie dingen wilde beschik baar stellen. Het is natuurlijk niet uitgesloten, dat mr, Dresselhuys zich bij 't ontwerpen van zijn millioenen-plannen heeft vergist, dat hij nu van de dwalingen zijns weegs terugkeert en als een oprechte bekeerling, den kiezers-belastingbetalers belooft in de toekomst wat minder lichtzinnig met de millioenen te zullen omspringen. Het yerkiezingsprogram van den Vrij heidsbond spreekt dan aok van een krachtig en onvermoeid streven naar ver mindering van de overheidsuitgaven. Dat is de vlag. Maar nu de lading. Wat wordt verder in het program in verband met de bezuiniging al niet ge- ëischt! Het „Kath. Soc. Weekblad" noemt eenige punten: Onder 3: krachtige bestrijding van den woningnood met behoud van .een vol doend woningpeill Onder 4: een goed gesalarieerd ambte narenkorps! Onder 7: premie-vrij staatspensioen op 56-jarigen leeftijd (zal de uitgaven met eenige tientallen millioenen doen stijgen!) Onder 10: tegengaan van de verlaging van het onderwijspeil, verbetering van de lichamelijke opvoeding. Onder 11: ontginning van woeste gron den. Onder 12: hulp aan de visscherijen. Op richting van een voorlichtingsdienst. Steun aan vereenigingen. Onder 13: Aanmoediging van Midden stands tentoonstellingen. Onder 15: Moederschapszorg. Onder 16:, steun aan instellingen van volksontwikkeling. Onder 17: steun aan geleerden en kun stenaars. Maar dat kost allemaal tientallen mil lioenen! Dat beteekent, dat de belastingen nog hooger zullen moeten worden opge voerd dan thans reeds het geval is. En zoo'n partij durft met de vlag van bezuiniging voorop den verkiezingsstrijd ingaan. Hkst Kamer ill Weitkamp vraagt m-jtiJier'mg. Het Kamerlid Weitkamp heeft tot den Minister van L., N. en H. de vol gende schriftelijke vragen gericht: 1. Op welke gronden acht de Mi nister zicji verantwoord thans door uitvoerbeperking prijsdrukkend op te treden, zooals b.v. ten aanzien van kleiaardappelen geschiedt 2. Acht de Minister zulks verde digbaar, Au de levensmiddelen voorzie ning door den vrijen invoer van al lerlei producten volkomen gewaar borgd is 3. Is de Minister niet van meening dat door een dergelijk incidenteel in grijpen een toestand van rechtsonze kerheid wordt geschapen, die, bij het in deze tijden toch reeds groote be drijfsrisico in den landbouw, tot groo te en rechtmatige ontevredenheid aan leiding geeft DE PENSIOENREGELING VOOR Dï AMBTENAREN EN HUN WE DUWEN EN WEEZEN. Hlaf vxrlooplg verslag. Volgens het voorloopig verslag over bovengenoemd wetsontwerp waren verscheidene leden onaangenaam ge troffen door het feit', dat de minis ter van financiën bij zijn verdedi ging van het oorspronkelijke ontwerp in de Eerste Kamer een minder vaste houding heeft aangenomen. Deze le den konden zich niet onttrekken aan den indruk, dat het den minister niet onwelgevallig was de wet vflt-woxpen te zien. Eenigc leden gaven te kennen als htm meening, dat de kosten van le vensonderhoud niet met 16 0jo zoo als de minister zei doch hoog stens met 7 a 9 0/0 gedaald zijn. Een lid gaf als zijn meening te leemten, dat het ontwerp niet, op nieuw had mogen worden ingediend. Z.i. is de verwerping zeer terecht' geschied. De voorgestelde regeling be- vatte een schandelijke bevoorrecht-ma der ambtenaren boven de burgers. Zeer vele leden hoopten, dat de beschouwingen zich in de Kamer zou- den beperken tot de wijziging, ten einde de wet zoo spoedig mogelijk tot stand, te brengen. Dat de mogelijkheid zal worden ge opend de als pensioenspremie ver schuldigde bijdrage op de betrokken ambtenaren te verhalen, vond hij vele leden ernstige bedenking. JUSTITIE, POLITIE EN PERS. De algemeene vergadering van den Ne- derlandschen Journalistenkring, die a.s. Zondag gehouden wordt ter verdere be handeling van het onderwerp: „Justitie, Politie en Pers", zal wederom worden bijgewoond door mr, P. R. Blok, als ver tegenwoordiger van den Minister van Justitie. DE TONGBLAAR. Op do vragen van het Kamerlid den heer Braat betreffende het sluiten van de grenzen voor den invoer van paar den uit Engeland, in verband mot de aldaar heerschende tongblaarziekto, heeft minister van IJsselsteijn geantwoord dal het overbrengen van smetstof door uit Engeland ingevoelde paarden, hoofdzake lijk uit de mijnstreken ou de steden af komstig, althans practisch, geacht moet worden te zijn uitgesloten, zoodat er geen aanleiding bestaat om, uit vrees daar-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1922 | | pagina 5