mm DAMES- en HEEREN- KLEEDING NAAR MAAT Verrijzenis» i DAMIAATJES ZATERDAG is' APRIL 1923 45ste JAARGANG No. 14118 DE ABONNEMENTSPRIJS BEDRAAGT VOOR HAARLEM EN AGENTSCHAPPEN: PER KWARTAAL T 3.25 PER WEEK f0 25 FRANCO PER POST PER K WART. BSJ VOORUITBETALING f 3'.57'/, NASSAULAAN 49, HAARLEM. TELEFOON 1426, 2741 EN 1748, POSTREKENING No. 5970. ADVERTENTIÊN 35 CENTS PER REGEL. DIJ CONTRACT BELANGRIJKE KORTING. EEftSTE BUD Dit nummer bestaat uit vier bla den, waaronder het Geïllustreerd Zondagsblad in acht bladzijden. Overweldigend is de vreugde der Kerk bij Christus' zegepraal over den dood, wanneer zij in de diep ont roerende liturgie van den Paasch- Zaterdag het licht wederom binnen draagt in het uitgestorven kerkgebouw en daarmee de overwinning van liet Goddelijk Licht over de helsche duis ternis, de opstanding van Christus uit den doode, weergeeft. Zij eischt bij monde van hare dienaren het he- melsche koor der Engelen op om op te springen van blijdschap en de ba zuinen te doen weerschatten bij de victorie van zoo groot een Koning. Zij beveelt de aarde, bestraald door zooveel heerlijk licht, zich te verheu gen en wenscht, dat heel de wereld een zalig gevoel doortrille nu de duister nis verdwenen is. En dan stijgt de jubel op inde uit storting ook van eigen blijdschap Dat ook onze Moeder de Kerk zich verheuge, nu zij versierd is met de stralen van zoo groot een Licht Koninklijk is de wijze, waarop de Paaschvreugde in de Katholieke Kerk tot uiting komt. Als een machtige orkaan barst zij los in de orgeltonen van Paasch-Zaterdag om weken lang na te trillen in het blijde Alleluja refrein. Met de macht van deze vreugde is geen weergave van overstelpende blijd schap op°deze wereld te vergelijken de onovertreffelijke Roomsche litur gie viert hier haar krachten uit. En geen wonder want Christus' verrij zenis is de hoeksteen der Kerk. Ware Christus niet verrezen, ons geloof zou ijdel zijn. Vandaar de eeuwen oude strijd van het ongeloof tegen de historie der Christus-opstanding uit het graf, maar vandaar dan ook het beste der Voorzienfgheid om in voorafbeelding en overlevering der historische waarheid niets boven allen twijfel zóó zeker vast te leggen als Jezus' Verrijzenis. In dien overstelpenden rijkdom van liturgische schoonheid is één leidende idee voortdurend te onder kennen, is één gedachte de alles over- heerschende, n.m. die van de over winning de zegepraal van het licht over de duisternis, van het leven over den dood de hulde aan den Christus, triomfator. Op die gedachte der overwinning na strijd en lijden is heel de rijkQ. li turgie van voorbereiding tot het Paaschfeest en van den Paaschtijd zelf gebouwd. Wij zien den Christus in zijn omgang met zijn nog aardsch gezinde leerlingen, met het Joodsche volk, dat Hem nu eens als Wonder doener verheerlijkt en dan weer ver guist, al naar'mate zijn weldaden aantrekken of zijn gestrenge woorden de verharde gemoederen verbitteren wij zien Hem in zijn leeringen en voorbeelden voortdurend heenwijzen naar den grooten dag, waarop Hij zijn aardsche leven zal beëindigen en bezit zal nemen van zijn Rijk. Door zijn dood en verrijzenis zal Hij het Koninkrijk Gods, zijn Kerk, op aarde stichten, welke een veilige door gang zal v/orden naar het eeuwige Godsrijk. Maar voor die verlossing van het menschdom uit het land der slavernij en het doorbreken van het licht was een ongehoord, een onbe schrijfelijk, een goddelijk lijden noo dig, dat de Christus alleenfkon door staan, omdat Hem een goddelijke liefde bezielde. Dat de Kerk op deze overwinnings gedachte van de stralende Christus figuur, op den blanken Paaschmorgen verrijzend boven het donkere graf, met alle reden den nadruk legt, blijkt uit de woorden van den Zaligmaker zelf, waarmee Hij weinige uren na zijn Opstanding de leerlingen van Emaüs toesprak. Zij waren verward door al de vreemde dingen, welke de laatste dagen rondom hen hadden plaats gegrepen. Zij hadden evenals de andere leerlingen de stichting van een aardsch koninkrijk door Christus verwacht en nu was hij smadelijk gestorven aan een kruis, begraven in een verzegeld graf. Wel werd er verteld, dat Hij weer was opgestaan, maar, wanneer dat waar was, dan zou Hij toch bij zijn leerlingen zijn. En om de verwarring van deze tragen in het geloof weg te nemen, verscheen hun Christus als een vreemdeling en toonde hun aan de hand van de Schrif ten en van al de profeten, dat de Chris tus aldus moest Itjden om in zijn Heer lijkheid in te gaan. En dit voorbeeld van haaf Godde- lijken Stichter blijft de Kerk nog steeds volgen. Aan al haar kinderen en aan heel de wereld blijft zij voorhouden zonder oponthoud, dat Hij dpor zijn R.K. Kies^ereemging Vergadesistg ©p Vrsfdag 21 April bitter'lijden en sterven heeft getriom feerd over den dood, de duisternis van liet rijk der zonden voor ons heeft verdreven en de poorten van het lich tende hemelrijk voor ons heeft ge opend maar ook, dat de Christus dat Rijk van glorie door zijn dood heeft verdiend en dat ookwij die heer lijkheid* der lichtende eeuwigheid slechts kunnen verwerven, door het aardsche leven .al» een doorgangshuis van smarten en tranen, als een oefen school voor eigen vervolmaking te beschouwen; dat Christus van zijn naamdragers en medegerechtigden in de Hemelsche glorie, zelfverlooche ning en versterving eischt, volgens zijn eigen woorden Wie mij lief heeft, die neme zijn kruis op en volge Mij. In Christus' verrijzenis is heei ons gigen levensprobleem begrepen. En daarom keeren zoovelen de Kerk den rug toe en noemen hare woorden hard en onverdraagzaam, wanneer zij Christus' verrijzenis in den waren zin verklaart en óp ons eigen leven en het doel van ons bestaan toepast. Hoe in 't bijzonder geldt deze klacht voor onzen materialistischen tijd, die met de apostelen van voor Christus' Verrijzenis zoeken naar een geluks land hier op aarde. De Kerk" moge schoon zijn in haar liturgie, in haar zinrijken eeredienst, in haar orgelto nen, wierookgeuren en kleurige ge waden, maar zij moet aflaten om de verbeelding door middel van die .uiterlijkheden te boeien en te trekken op inwendige beschouwing en te eischen navolging van Christus' ver heven voorbeeld in eigen levenswan del. Want dan'vraagt zij verachting van aardsch genot, onthechting van stoffelijk bezit, tevredenheid met eigen staat en stand. En die woorden klinken te hard om aan te hooren. Want niettegenstaande de Dood rond om ons heen"dagelijks zijn zeis zwaait, niettegenstaande een alles vernielende wereldoorlog, een epidemische ziekte millioeneft menschenlevens ontijdig vernietigde, niettegenstaande het jach tende verkeer langs de wegen her haaldelijk het bloeiende leven voor onze oogen den adem afsnijdt, blijven wij hechten aan ons bezit en haken naar al maar meer stoffelijke voor spoed alsof wij hier een blijvend be staan hadden en ons doel niet hooger lag. Liberale beginselen en socialistische leerstellingen hebben om strijd de gedachte van ons geslacht getrokken op de begeerte naar vergankelijk goed en hebben in alle rangen en standen den christelijken geest van zelfver loochening en onthechting uitge bannen. De wereldsche geest is ook aan de kinderen van God's Kerk niet vreemd gebleven. Vandaar de voortdurende strijd der Kerk om dien geest te overwinnen, wat niet anders is dan de Paasch-gedachte onder het Christenvolk levendig te houden. Als Christus heeft gezegd, dat het gemakkelijker is voor een kameel om te gaan door het oog van eer. naald dan voor een rijke om in den hémel te komen, dan heeft de Kerk volkomen recht en plicht om tegen het onregelmatig streven naar altijd meer bezit, dat leidt tot meerdere weelde en genot, te waarschuwèn. Want al die dingen trekken af van ons einddoel, onze eindbestemming. Geen betere tijd om ons te verheffen boven het aardsche stof en de ziel te ontworstelen aan de wereldsche enietingen dan de Paaschtijd, waarin Ihristus voor ons oprijst, met een gelaat, dat blinkt als de zon en in kleedereu wit als sneeuw. Zal voor ons eens de eeuwige aanschou wing van den stralenden Christus- Koning de bekroning zijn van ons aardsche leven, dan zal geen moeite of opoffering ons te groot mogen zijn om ons te vormen naar zijn zelf- verloochend leven. Wanneer dit be sluit het gevolg is van onze Paasch- stemming, dan zal de gedachtenis van 's fieeren Verrijzenis voor ons zijn In den vollen Roomschen zin een Zalig Paaschfeest. Bolierakweekers, Tuin» - tiers, landbouwers, - veehouders. S. J. A. KEESOM Alkmaar - Beverwijk STADSNIEUWS* 17 APRIL AGENDA AGENDA 18 APRIL De St. Vincentlus-Bibliotheken zijn geopend: ANTON. J. KOOIJ leder die het goed geproefd ■heeft, eet Franken's Melkbooé BROEKMANS is de man die de kleeren maakt. De Woonwagenkwestie. NASSAUSTR. 18 >!JI Tweede Kamerverkiezingen^ Rijkskieskring Helder. De PostchèQue en Girodienst J. J. WEBER ZOON. Koningstraat 10 Haarlem. Opticiens Fabrikanten. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT BUREAUX: a.s. des avonds 8 uur in het gebouw St. BAVO. AGENDA Voortzetting behandeling Ont werp R.-K. Staatsprogram en agenda ASgem. Bond. Wegens te korte voorbereiding geen convocatie, HET BESTUUR Wij voeren uwe boekhouding en behandelen uwe belastingzaken. Prins Varkenshoc- Stadsschouwburg. der, 2 uur. Sociëteit „Vëreeniging"Populair na middagconcert, half 3. Sociëteit St. Bavo". Feestvergadering Bakkers, S uur. Reddingsbrigade, 8 uur. Rechtskundig Bureau van half 9 tot half 10. Slagers, 8 uur. Kleer makers; 8 uur. Grossiers, 8 uur. Groote Kerk Orgelbespeling van 23 uur door den heer George Robert. Bisschoppelijk Museum. Jansstraat, Da gelijks, uitgenomen Zaterdag, Zon- en feestdagen, toegankelijk. R K. Leeszaal en uitleenbibliotlitck. Jansstraat 49. Dagelijks geopend van 10 uur tot half 1, van 25 en ran 710 uur, behalve des Maandagsochtends en Zon- en feestdagen. R. K. Arbeidsbeurs voor mannen. Gad. Oude Gracht 39. Alle werkdagen voorm. van 912 uur, nam. van 25 uur. Zaterdags alleen van 912 uur. R. K. Arbeidsbeurs voor vrouwen. Klei- ne Hout*veg 13. Alle werkdagen voonn. van 1012 uur, nam. van 24 en van 89 uur. De Zondags- en nachtdienst der apotheken wordt deze week waargenomen, len Paaschdag door de firma Grijsseels en Van Hees, Lange Veerstraat 14 en L. Schoorl, Frans Halsplein 1, vanaf des avond 8 uur van den len Paaschdag door Duijm en Keur, Keizerstraat 6 en Rem mers en Zoon, Kruisstraat 20. NIEUWE GROENMARKT: Woensdag en Vrijdag van 7y29 uur. ANTHONIÈSTRAAT: Woensdag en Vrijdag van 7814 KLARENBEEKSTRAAT: Woensdag van 7449 uur. GEN. DE LA REYSTRAAT 2, Scholer- kwartier. Dinsdag en Vrijdag van 89 uur. De kleeren maken den man Koningsplein Amsterdam Zooals men weet. is in de vorige raadsvergadering door den heer Poppe een motie ingediend, waarin B. en W, uitgenoodigd werden, voorstellen bij den raad in te dienen lot het be hoorlijk gereedmaken van een ter rein, waarop de in de gemeente aan wezige woonwagens moeten worden geplaatst en tot liet vaststellen van eene verordening als bedoeld hij art. 31 der Wet op Woonwagens en woon schepen 1918, St.bl. no. 492. B. en W. schrijven nu den raad: De heer Poppe gaat blijkbaar uit van de veronderstelling, dat art. 31 van de wet van 23 Juli 1918 Sbb no. 492, houdende regeling betreffende woonwagens en woonschepen reeds van kracht is. Intusschen is zulks niet het geval. De invoering van art. 31 is uitgesteld.! aanvankelijk tot 1 Februari 1921, laat stelijk bij de wet van 2 April 1921 Stbl. 661 tot 1 Februari 1923. Eene verordening als in de motie bedoeld, kan derhalve niet steunen op art 31 .der Woonwagenwet. De Raad heeft inmiddels in deze materie reeds de noodige verordenin gen gemaakt. In de eerste plaats is bij besluit van 22 October 1920- art. 98 van de Algemeeme Politieverordening zooda* nig gewijzigd, dat het aan houders van woonwagens of woonschepen ver boden is een andere plaats bannen de gemeente in te nemen, dan daartoe aangewezen door Burgemeester en Wethouders. In de tweede plaats is in aanslui ting met het bovenvermelde besluit' de zoogenaamde precarioverordening op de woonwagens en woonschepen toepasselijk verklaard indien zij lan ger dan 14 dagen achtereen ter plaatse vertoeven, waardoor het mogelijk is eene billijke vergoeding in te vorderen als staangeld. Op bovenstaande gronden zijn wij van oordeel, dat de mol ie van den heer Poppe wettelijken grondslag mist en derhalve dient te worden verwor pen. Ten aanzien van het vraagstuk der woonwagens deelen wij u voorts inede, dat wij den Raad te zijner tijd moftv deelïng zullen doen, welk terrein bin- ngn deze gemeente definitief als stand- plaats voor woonwagens door ons is aangewezen. Voorloopig hebben wij den Ter Spijtweg doen ontruimen en de woon wagens tijdelijk bij wijze van proef doen overbrengen naar een terrein aan den Ouden "Wieg, grenzende aan de Spoorbaan, alwaar bereids eenige noodvoorzieningen zijn getroffen. Naar -wij reeds gemeld hebben, is die overplaatsing der woonwagens naar den Ouden Weg Donderdag geschied. Door omwonenden in de allernaaste omgeving van den Ouden Weg i3 een adres aan den Raad gericht, waarin ge zegd wordt, dat gij uit de mededeelin- gen van B. en W. in de laatstgehouden Raadsvergadering den indruk hebben ge kregen, dat het voornemen bestaat, de woonwagens van den Ter Spijtweg Je verplaatsen naar den Ouden Weg, óp het terrein van het voormalig brand- stoffenbureau, doch den Raad ernstig verzoeken daartoe niet over te gaan en wel: op grond van de veiligheid der omwonenden en uit hygiënische overwe gingen. Zii schrijven hierbij: Het mag n.l. oogenschijnlijk goed zijn, de woonwagens naar den „Zelfkant" der gemeente te verplaatsen, het valt o.i. niet te ontsennen, dat de openbare vei ligheid voor een dergelijk geïsoleerd kwartier, vrij ernstig in het gedrang komt, wanneer de woonwagen-bewoners zich daar permanent- mogen vestigen. In de -tweede plaats vestigen wij de aandacht van den Raad op de omstan digheid, dat de bewoners aan den Oudeu Weg met bepaalde wesrsgeStelihe'd reeds hinder hebben van de verzamelde faec- caliën enz. op het aangrenzend terrein van de Gemeentereiniging. Wanneer op het hier aangrenzend ter rein bovendien de bedoelde woonwagens, met alles, wat dat met zich meebrengt;, worden gevestigd, zal het voor de om wonenden spoedig niet meer om uit te houden zijn. Verder hebben een aantal dezer om wonenden hun uitzicht ©enerzijds op meergenoemd terrein en kunnen zij in ieder geval nimmer beletten, dat hun kinderen de walgelijke tooneelen der woonwegen-bewoner3 bij voortduring heb ben te aanschouwen. Door degenen, die 12 April 1.1. een adres bij den Raad indienden omtrent het plaatsen van woonwagens aan den Ouden Weg, is thans een adres ingezon den, waarin gezegd wordt,' dat zij dat adres hadden opgesteld, mede naar aan leiding van de bespreking over deze zaak in de laatstgehouden Raadsvergadering- in deze vergadering werd n.l. bij monde van den heer JVEr. Slingenberg, wethou der, medegedeeld, dat hierover vóór de e.v. Raadsvergadering .geen be dissing zou worden genomen, zoodat de omwo nenden van het beoogde terrein aan dan Ouden Weg alsnog in de gelegenheid zouden zijn, hlin bezwaren kenbaar te maken; dat zij met niet geringe verba zing moeten constateeren dat reeds vóór dat eenige besprekingen in een (of) bui ten den Raad mogelijk was, woonwagens op meer genoemd terrein werden ge plaatst en wel pp Donderdag 13 April 1922, en dat zij hierover hun ernstig misnoegen uitspreken, als zijnde een der gelijke handeling strijdig 'met alle reëele opvatting over het beslissingsrecht van het Dagelijksch Bestuur der gemeente. 's-GRAVENHAGE, 14 April. De definitieve candi latcnlijsten waarmede door den Vrijzinnig-Democratisehen Bond aan de Kamerverkiezingen zal worden deel genomen, zijn thans samengesteld als volgt Voor wat betreft: Kieskringen Haarlem, Leiden, Dord recht, Den Haag, Rotterdam en Middel burg: 1. Mr. H. P. Marchanft, 2. mevr. Mr. B. BakkerNort, 3. Mr. P. J. Oui, 4. Th. M. Ketelaar, 5. F. E. H. Ebels, 6. P. Nol'ting, 7. Jac. Welleman, 8. Mr. Dr. A. M. Jockos, 9. Mevr. Th. Thiol Wehrbeia, 10. Mr. S. J. L. v. Aalten. Kieskringen Amsterdam, Den Helder en Utrecht: 1. Mr. H. P. Marchant, 2. mevr. Mr. B. BakkerNort, 3. Mr. P. J. Oud, 4. Th. M. Ketelaar, 5 F. E. H. Ebels, 6. P. Nolting, 7. D. Kooiman, 8. H. B. Berg huis, 9. J. J. T. Spaargaren, 10. J. Kooi- De jaaarvergadering van de Eijkskies- kringorganisatie „Helderwordt Zater dag 29 April gehouden te Alkmaar. Mr. J. B. Bomans zal een rede honden over „Do geestelijke grondslagen onzer poli tiek". Het bestuur der Rijkskieskringorgani- satie heeft het ontverp-staats program be handeld en besloten aan de bondsver gadering te Utrecht vóór te stellen art. 2 van hoofdstuk IV (financiën) te schrap pen en art. 6 van hoofdstuk X (arbeid) te splitsen in: a. Krachtigen. steun aan het particu lier initiatief tot bescherming van het moederschap. 6. Moederschapsverzekering in te gaan bij heft sluiten van het huwelijk. De Bloemenvelden. Men schrijft onu Stond het er Woensdag nog voor dat met Paschen de bloembollenvelden een doodsch aanzien zouden hebben, thans, na een paar zachtere mooie dagen staan zelfs de vaklui er van verstomd hoe reusachtig de velden zich hebben ontwikkeld. Zoo bijv. gisteren, Vrijdag, kon men pis 't ware bij 't uur zien dat de bloem trossen zich ontplooien. Zeker de Paasch- dagen zullen van 't jaar niet d e bloemen dagen zijn, maar toch geven de Hyacin- tenvelden reeds een prachtigen aanblik en een kijkje overwaard! Van andere zijde schrijft men ons: Het mooie weer der laatste dagen en de verkwikkende regen lieten zich wel dra gevoelen op onze bloemenvelden, waar eenige dagen terug alles nog in knop stond, deed de lieve lentezon met de koelte van den zuidenwind gepaard, de bloemen hare knoppen openbarsten en zoo vertoont hier en daar de bollenstreek weer haar ouden roem in geur en kleu renpracht. De bollenstreek verwacht dan ook met de Paaschdagen vele bezoekers en hoe wel alles nog niet in bloei staat, zal het toch de moeite loonen een bezoek te brengen aan deze voor ons land van be lang op export aangewezen bolleneultuur. En waar de export vele moeilijkheden in den weg wordt gelegd, doet het den kweeker en exporteur genoegen bij een druk bezoek, dat Nederland ook belang stelle in hun bestaansvak, n.l. de cultuur van bloembollen. Programma. voor de Orgelbespeling in de Groote of St. Bavokerk te Haarlem, op Dinsdag 18 April 1922, des namiddags van 2—3 u. door den heer George Robert. 1. Praeludium et Fuga akl.t., J. S. Bach; 2. Can zona, Alex Guilmant; 3. Troia Méditations, J. Guy Ropartz; 4. Rhapsodie UI sur dos Oantiques bre- tons, O. Saint Saëns: 5. Lobet den Her ren, a meine Seele, Sigfried Karl Elert. Kunstzaal De Bois. Tentoonstelling van schilderijen en aquarellen door H. F. Boos, Bois is vooral voor de Haarlemmers geen onbekende. Op de tentoonstellingen van K.Z.O.D. zien we steeds eenige zijner werken en hij is daar wel de primus inter pares. Ook hield hij voor eenige jaren terug een eigen expdsi- tie in het Waaggebouw, waarmede hij veel succes en waardeering oogstte. Nu bij De Bois zien we zijn werk van den laatsten tijd en enkele bekende werken en het moest ons dadelijk van het hart, dat onze stoutste verwach tingen zijn overtroffen. Dit is het werk van een schilder in den waren zin van het woerd, een die het métier door en door kent en daarbij „artiest" is. Boot heeft iets te zeggen en hij doet dat met meesterschap. Dat hij „schil der" is, we behoeven slechts het ka pitale stilleven „Intérieur van m'n ate lier" te zien om hiervan volkomen door drongen te zijn. Wat is dat heerlijk! geschilderd, wat lekker in de verf en tochzoo goed uit de verf. „Con tradictio in terminis" schijnbaar, maar voor wie iets meer van schilderkunst af weet, is de bedoeling duidelijk. Welk een diepte is er in dit werk, wat klem» en stofuitdrukking en sïhoone werking van het licht. Wat een pracht-geheel van toch allemaal hijol gewone dingen, een koperen pot en een Kenlsche pot, een stoel, een tafel en een schilders-* ezel. en rijk kunstwerk! En dan de aquarellen, de techniek waarin Boot een uitblinker is. We schre ven daarover reeds meermalen, vooral naar aanleiding van het stillevens, maar ook het portret in Waterverf gaat hem goed af. Men zie b.v. het portret van den heer W. V., Wat zijn kop en han den mooi gewasschen en wat is de sche del goed van bouw. Daarbij is dit een portret met veel uitdrukking. Het por tret van dezen kunstenaar is voornaam, nu eens is de kleur ingetogen (in de stillevens), een andermaal bijna uitbun dig (Toreador, Japansche poppen) maar steeds voornaam. Wat kunnen we genieten van z'nkleur- tegenstellingen, besohouwen we b.v. den prachtig-bronzen kop van den neger te gen hét mooie geel' van de lap die hem om de schouders is geslagen. Ook als grafische kunstenaar heeft Boot zijn verdiénsten, daarvan getuigen de hier geëxposeerde etsen die 'n gemakkelijk en gevoelig hanteeren. van de naald verraden en hot gel.thograveer- de landschap dat aan de beste s.peoimina van oude prentkunst herinnert. Boot is zich zelve gebleven ondanks de stroomingen die velen uit den koers brachten, hij is gichzelve gebleven omdat hij een persoonlijkheid is. Zijn kunst is echt en oprecht en zal daarom nog van zich doen spreken als het werk van de mode-schilders, wier kunstmatig ge kweekte roem maar heel tijdelijk ie, reeds lang is vergeten. M. v. d. w- <9 Een ontevreden abonné onzer cou rant, tevens rekeninghouder van deu Postchèque- en girodienst, klaagt ons zijn nood. Ik ontving juist een dezer dagen be richt hoeveel rente ik over het jaar 1921 (iet wel: we schrijven haif April 1922) hoeveel rente ik over 1921 heb verdien op mijn rekening bij den Postchèque- en girodienst. Maanden heb ik er op ge wacht, zonder dat ik mijn boeken defini tief over 1921 kon afsluiten. Het is waarlijk geen reclame voor deze toch al niet populaire staatsinstelling dat het zoo laat is met deze bijschrijving. Het zal r!e aantrekkelijkheid er van niet verlioogen en thans geldt het nog een nieuwen dienst, die er „in" moet, een dienst, waar bij het werk nog, dunkt me, niet over stelpend zwaar is, maar wat moet het worden, als het straks een dienst wordt •met tientallen jaren dienst en een inge burgerd bestaansrecht-. Gaat het dan den weg op van onze belastinginstellingen en zal men feitelijk blij moeten zijn te mo gen meedoen, laat staan zich veroorloven --■>ie maken dat een staats dienst op lompe wijze in het particuliere bedrijf ingrijpt P M. de Redacteur, zet dit mijn ingezonden stuk, onder de in 't oog vallende „Damiaatjes". Het zal me be nieuwen of het marmeren beeld dat Staatsambtenaar en Staatsdienst heet er op reageeren zal. We gaven bovenstaande klacht ter in- zage aan den chef van den Haarlemschea Postchèque- en Girodienst, die ons mele- deelde dat zijnerzijds daaraan niets toe te voegen is. De opgaven voor rentebijschrijvingen zijn eerst dezer dagen uit Den Haag ontvan gen en worden zoo spoedig mogelijk bij geschreven. Heft is toch te begrijpen dat van 68ÖOO rekeninghouders, de rente niet in enkele dagen kan worden berekend, schrijft hij ons. Tot zoover de chef van den Haarlem- schen dienst. lioewei we ons geen partij stellen in dezen, moet ons de opmerking van het hart, dat het antwoord van den Staata- diensft wel wat èrg naïef is. Dat de op gaven eerst een dozer dagen uit Den Haag zijn ontvangen, is een excuus voor het kantoor Haarlem de inzender zal dan de accuratesse en welwillendheid van onze Haarlomsche ambtenaren wel nooit getwijfeld hebben lmaar geen excuus voor den Postchèque- en Girodienst als zoodanig. „Het is te begrijpen dat van 68000 re keninghouders de rente niet ia enk-Ie dagen kan worden berekend," zegt de Haarlems che ambtenaar. Dat begrijpen wij nu juist niet. Wij begrijpen niet waarom die opga ven uit Den Haag moeten komen en waar om de administratie niet zoo ingericht kan worden dat elk kantoor de rente bere- rekent voor zijn eigen rekeninghouders, evenals elk bijkantoor van een bankin stelling dat doet voor zijn eigen cliënten. Wat meer zelfstandigheid van de bij kantoren dan ze nu hebben zou den dienst trouwens in 't algemeen ten goede ko men, dunkt ons. Barometerstand 753. Neiging vooruit. OPGAVE VAN: Het georganiseerd overleg. Door de heeren Klein en Castricum wordt het Volgende voorstel gedaan: Ondergeteekenden instemmende met het ontwerp-besluit vervat in raadsstuk 431 (1921) stelten, voor de volgende motie: De Raad der gemeente Haarlem, Gehoord de besprekingen omtrent het Georganiseerd Overleg; Gelet op de redactie van het betrekke lijk reglement en deszelfs toepassing; Spreekt de wenschelijkheid uit het regle ment zoodanig te wijzigen a. dat de vertegenwoordigde organisa- tiën de bevoegdheid krijgen, punten van behandeling bij den voorzitter van het G. O. iu te dienen ter bespreking op eene der eerstvolgende vergaderingen; en b. 4at de Commissie van Overleg desge- wenscht via het College van B. en W. den Raad van advies kan dienen. Voorts de volgende moaie: De Raad der gemeente Haarlem,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1922 | | pagina 1