Brieven uit Duitschland. kZHN SLACHTOFFER BUITENLAND. Tweede Blad - 23 Mel 1922 GEM. BUITENL. BERICHTE* ORDE EN ARBEID. i DE VERVOERMIDDELEN. Hier stapten de meer genoemde dames uit. Toen ze, daar staande midden in de hoofdstraat, nog een paar woorden wisselden met den conducteur, kwam deze tot de ont dekking, dat de dames eigenlijk bij 'n ander punt hadden moeten. Uitstappen, idies noodigde hij ze vriendelijk uit, dan maar weer in !te stappen.... En zóó vriendelijk zóó landelijk gemoedelijk was al les, dat ons conducteurtje zelfs vermaande, zoo op dien bekenden half-zingcnden toon: „Kalletnpies an, kallempies an maar! We hebbe de tijd!" 't is 'lang geleden en de vriende lijke conducteur is reeds overleden en alles bij die Tram-Mij.is naliuur- Bjk thans modern dus kan haar fee» „verwijt" van gemoedelijk- cid meer treffen. Een verwijt!... Verwijten? Spotten? Ik denk er niet aan!! Het zaï wel niet verwonderen, als ik zeg, dat ik aan deze uiter- Ite gemoedelijkheid wel eens denk, wanneer ik op den Berlijnschen '.ram den modernen Pruisischen ïrainbeambte gadesla: een toon beeld van de alleruiterste onge- moedelijkheid. Er zijn natuurlijk uitzonderingen, maar dan toch .heel weinige. Een zeer gematigd oordeel zou kunnen luiden: De Beriijnsche tramconducteur op z'n Pest is niet bepaald vlegelachtig en nok niet direct grof, luj snauwt U wel toe, als ge hem om inlichtin- {tcn vraagt, maar hij geeft ze U och. Hij is communist en zooals zijn voorgangers in den Gemeente raad, in Lands- en Rijksdag zich Ui een en te moeten gedragen, zoo (wit hij zich gedragen op zijn ter- te UI. Onlangs bood een passagier den conducteur zijn „Sammelkarte" (ze venrittenkaart) aan, otm te knip pen. Omdat de kaart dubbelgevou wen was, wilde de conducteur ze niet aannemen, maar eischte op al- loronhebbelijkste wijze, dat de pas sagier hem ""de kaart opengevou wen zou aanbieden. Toen aan de zen eisch niet werd voldaan, on derhandelde de conducteur met de Wagenvoerder en de vol-bezette wagen werd op een zijlijn gebracht en tot stilstand, totdat de „onwil lige" passagier zou zijn uitgestapt of onder excuses zijn kaart open gevouwen zou hebben aangebo den. -Sociaal voelt zoo'n ultra-radi- caaT-sotialist absoluut niet, dat be wijzen de veelvuldige dolle stakin gen, waarvan duizenden, die voor hun dagelijksch bestaan zwoegen de dupe zijn. Door nog andere oor zaken steekt de Gross-Berliner Strassenbahn ongunstig af hij de Hollandsche trams, o.a. .en vooral hii de Amsterdamsche, waar de conducteur in den regel voorko mend is en beschaafd in zijn optre den en waar de wagens een lust zijn om te zien. Het materiaal in Berlijn is oud, de wagens zien er verwaarloosd uit en slingeren ge weldig. Beter is 't gesteld met de andere middelen van vervoer, die bewondering afdwingen, hoewel Ook hier evenals bij den tram het rollend materiaal niet talrijk ge noeg is. K "^FEUILLET ON Hij durfde hen niet op straat aan spreken, vreczende dat hij zijn ont roering zou doen blijken. Voor de woning gekomen, waar Jeanne en hare moeder waren bin nengegaan, liep hij gedurende eenigen tijd langs het huis op en neer, maar niemand vertoonde zich en hij be gon bang te worden, dat de dames misschien waren uitgegaan. Hij ging op den portier af, die hem reeds geruimen tijd nieuws gierig aankeek, en den man een frank In de hand stoppend, vroeg hij of hij niet twee darnès, eene me vrouw met hare dochter, had bin ten zien gaan. „Zeker, mijnheer." „Zijn zij reeds vertrokken „Ik weet 't niet, mijnheer. Ik heb mij even moeten verwijderen, en 't is mogelijk, dat zij juist in dien Mjd zijn weg gegaan. Als mijnheer goed vindt, Ml Ik miina vrouw De ..Hoeh un'd Hntergrundbalfn! Hier maakt alles een uitstekenden indruk.. Men Idaalt van ide straat de breede trappen af eti vindt be neden rechts de 'loketten voor den kaartjesverkoop. Dpor de controle betreedt men de ruime perrons, die goed verlicht zijn en prettig gestoffeerd 'met enkele kiosken voor couranten-, sigaren- en bloe menverkoop en verschillende auto maten. De wanden der tunnels zijn bii de stations met witte tegels be kleed en eenvoudig, fraai versierd. Kotot een trein uit de duisternis schieten, dan staan de passagiers reeds op de juiste plaats van het perron, waar ze weten, dat moet worden ingestapt. Rookcoupé's steeds voor, niet-rooken achter. In- en uitstappen zóó Vlug, dat de trein hoogstens 1 minuut opont houd heeft en dat, terwijl telkens drommen van menschen in- en uit stappen. 1 De wagens glijden in vliegens vluggen vaart door den tunnel, om op een gegeven oogenblik in het daglicht op te duiken. Men stijgt tot op circa 10 meter hoogte en de Untergrundbahn is Hochbahn ge worden, eveneens met stations en perrons op die hoogte. Gaat ge in een bepaalde richting verder, dan voert de trein U op nog grooter hoogte over het sta tionsemplacement van Potsdam mer Bahnhof naar station Gleis- dreieck, een kruispunt waar voor ongeveer. 15 jaren een ontzettend ongeluk plaats greep door botsing welk gevaar nu uitgesloten is, doordat men „eenvoudig" de krui sende lijn nog een tiental meters hooger heeft gebracht; zoodat men daar nu heeft de lijn Gleiss- dreieck-Leipziger platz, onder de lijn Gleisdreieck-Hallesches Tor en boven den spoorweg Berlijn— Potsdam. 1 Vele duizenden worden door den Hoch und Untergrundbahn dagelijks vervoerd, steeds zijn de Wagens overvuld en toch neemt men nergens een hinderiijk ge drang waar, ook niet op de sta tions der spoorlijnen: Stadtbahn, Ringbahn en Wannsee-bahn, die een regelmatig verkeer miet de voorsteden onderhouden en waar hét vervoer nog beduidend groo ter j's. In de ochtenduren tot 10 uur, alle 3 minuten een trein, steeds van een lengte, zooals men die bij Hollandsche treinen alteen op bij zonder drukke dagein ziet. Meerma len zijn coupé's mei de tiradition&e1- le 10 zitplaatsen, bezet door een twintigtal menschen. Later op den dag bestaat er on deze lijnen een 10 minuten-dienst. De treinen worden niet begeleid door conducteurs; de passagiers openen en sluiten zelf de portieren en toch ook hier weer aan elk sta tion een oponthoud van hoogstens 1 minuut. Vóór aan eiken loeomo- is een groot wit bord aangebracht waarop het eindstation staat aan gegeven. Practisch is, dat onveranderlijk de 3e klaswagens zich voor en achter in den trein bevinden, de 2 e klas wagens in het midden. Op elk perron staat langs de lijn op een gegeven punt eèn bord waarop vermeld staat „Hier halten die wagen 2e klasse", een maatre gel, die veel heen en weer gédraaf en gedrang voorkomt. Een vlug £n goed middel van vervoer zijn ook de auto-omnibus sen, mooie wagens met zitplaatsen ook bovenop, die evenwel' niet tal rijk genoeg zijn, om 'den tram be duidend te ontlasten. Het publiek gedraagt zich over het algemeen zeer beschaafd. Zoo dra in tram of trein een oorlogs invalide komt, wordt voor hem een zitplaats ingeruimd. Voor oude menschen en dames heb ik meestal dezelfde voorko mendheid waargenomen. Toch schijnen hierover klachten verno men te zijn, waardoor het noodig wordt geacht, in alle middelen van vervoer als trams en treinen op vallende plakkaten aan te bren gen, met de volgende woorden, die wel overal verdienen ter har te genomen te worden: „Vor einem grauen Haupte solist du aufstehen." H. L. even laten zien, of zij er nog zijn." „Neen. ik wil hen niet lastig val len. Zij zullen zelfs niets vermoeden. Ik weet bij wie zij zijn." „Bij wie dan?" Bij een zekere mevrouw d'Ormes- san, die aan de jongste dame teeken- les geeft. Wij kunnen 't aan mevrouw vragen." Laat haar dan gauw gaan." Mark wachtte, niet wetende of hij al dan niet moest wenschen, dat Jeanne er nog was. Na een oogenblik kwam de vrouw terug. Zij was de trappen afgehold, ge heel buiten adem en scheen erg in haar schik. „De dames zijn er nog," zei ze. O, zei de graaf eenigzins in de war. „Of mijnheer maar boven wil ko men." „Boven komen," zei Mark, er niets van begrijpende. „De dames zullen zeer gelukkig zijn mijnheer te ontvangen." De jonge man keek de vrouw aan, alsof hij 't te Keulen hoorde don deren. Hij vatte er niets van. „Hebben NA DE CONFERENTIE TE GENUA. De toestand In Ierland. Uit de Fransche Politiek. zij u dat zelf gezegd „Neen, mevrouw d'Ortnessan is t haar gaan vragen." „Maar zij kennen toch mijn naam niet," zei Mark tneer en meer ver baasd. „Zij zullen 't misschien wel zoo'n beetje begrijpen," zei de portierster met een leuk gezicht. „Maar 'f is, dunkt me, nogal schoon, dat ze mijn heer hier willen zien Mark aarzelde. Mocht hij Of mocht hij niet Hij had slechts enkele stappen te doen, en nooit zou zich een derge lijke gelegenheid meer voordoen. Hij nam snel een besluit en rende de trap op. „Derde verdieping, de deur rechts," riep de portierster nog, die glimlach te en bij zich, zelf dacht: „Ik wist wel wat "hij doen zou XXI. DE TWEE VERLIEFDEN. Toen de graaf gescheld had, ging mevrouw d'Olne de deur openen. Mark was in haar gezelschao niet op zijn gemak. Hij groette eerbiedig en stotterde eenige nauwelijks ver staanbare verontschuldigingen. „Ik bied u mijne verontschuldi gingen aan, mevrouw. Ik wist niet, dat die vrouw, de portierster....als ik had kunnen voorzien..." Hij volgde de moeder van Jeanne werktuiglijk, en in het achterver trek tredende, zag hij plotseling het meisje, blozend als een pioenroos. Op zijne beurt, werd hij vuurrood en zijne verwarring nam toe. „Mejuffrouw, vergeef me," stot terde hij. Jeanne boog het hoofd om te groe ten, niet in staat een woord uit te brengen, en als in verrukking bleef hij zonder een woord te zeggen, voor haar staan. Wat was zij lief! Mevrouw d'Olne, die hem gevolgd was, zeide om een einde te maken aan het pijnlijke tooneel„Ge hebt gevraagd, ons te spreken, mijnheer." „Werkelijk," antwoordde Mark. Ik wilde u mijn eerbiedige groeten brengen, u zeggen... maar ik was er niet op voorbereid, u thans te ont moeten'? „Gij verwachttet niet, hier ont vangen te worden." „Het is zoo." „Wij zijn hier even goed als thuis, bij de teekenonderwijzeres mijner dochter," zei mevrouw. „Gij kunt spreken zonder eenige vrees." De graaf keek rond in de kamer waar hij zich bevond. Het vertrek was eenvoudig gemeubeld, terwijl aan den muur eenige teekeningen en schilderijtjes hingen. Maar zijn blik keerde voortdu rend naar Jeanne terug, hij kon zijne oogen niet aan haar verzadigen. Nog nimmer had hij haar zoo betooverend gezien, over geheel hare persoonlijkheid lag een overweldi gende bevalligheid, en als hij bedacht, dat hetgeen hij haar te zeggen had, hare droefheid zou doen toenemen, dan kromp zijn hart ineen van wee moed en hij miste den moed om te spreken. En toch het moest. Hij mocht het meisje niet langer in dien toe stand van onzekerheid laten, dat was onkiesch, bijna oneerlijk. Hij zei„Mevrouw, ik heb u eene mede- deeling te doen. welke ik ten koste van mijn leven wel had willen ver zwijgen." feanne legde de hand op haar hart. Zij had kunnen schreien van smart, 't Was, alsof zij van verdriet moest sterven. „Spreek vrij," zei mevrouw d'Olne. „Staat ge mij toe openhartig tt zeggen, wat mij op 't hart ligt, zon der omwegen „Zeker, mijnheer, want ik bca. overtuigd, dat ge niets zult te zeggen hebben, wat wij niet kunnen aan- hooren." „ik beminde mejuffrouw uwe doch ter." Jeanne werd bleek als een doode. „Ik bemin haar nog. Ik zal haat altijd beminnen. Mijn hart zai eeuwig van haar beeld vervuld zijn." Jeanne was op het punt in zwijm te vallen. Zij legde haar arm om den hn!s harer moeder, om niet te vallen c prevelde„Moeder," met zulk ec ir droevige uitdrukking in hare stem,, dat het hart van mevrouw d'Olm; snK'.t. Toen Ik eens op 'n rog en a chili gcii dag ia 'fc stadej A. bij het staltion! du de train stapte, werd het ge fuifd van paard en koetsier buiten gewoon op de proef gesteld door net lange uitblijven van den con ducteur. De koetsier uitte zijn on geduld door driftig bellen, het paard door herhaaldelijk omkijken lenviji de 6 a 7 passagiers rustig dc dingen afwachten. Het bleek, dat de conducteur nog eenige pas sagiers op het perron had aange worven; een drietal oudere dames, «net wie hij dan eindelijk druk ge- sticuleerend kwam opdagen. Va derlijk vriendelijk hielp de goede •man de dames bij het instijgen. Hii blies op zijn fluitje en als een pijl uit den boog (bij wijze van spre ken!) vlogen paard en tram voor- uiit, totdat hetzelfde signaal bij een, andere halte het zaakje tot sitilsltind bracht. 0; De houding der Ver. Staten tegen over de Europeesche conferentie De deelneming van de Ver. Staten aan de besprekingen der economische raden in Europa, onder voorwaarde, dat de Europeesche mogendheden bereid zouden zijn om de politieke kwesties van de be raadslagingen buiten te sluiten is Zon dagavond in officieele kringen overwogen. Ambtenaren, die nauwe voeling met de regeering houden, beweren dat de Ame- rikaansche regeering geneigd is zich bij andere naties aan te sluiten tot het uit werken van plannen voor het herstel, in dien de Amerikaansche vertegenwoordi gers de zekerheid zouden erlangen, dat politieke onderwerpen zijn buitengeslo ten. Sommige hooggeplaatste ambtenaren spreken als hun oordeel uit dat, indien de Europeesche regeeringen Amerika zou den tiitnoodigen tot een conferentie, wel ke zich definitief binnen het kader der voorgestelde besprekingen tot oplossing van het economisch probleem houdt, de uitnoodiging stellig een hartelijker ont vangst zou krijgen dan die, welke de reeks van uitnoodigingen der laatste- drie jaren ten deel gevallen is. Het accoord. Over de overeenstemming, welke tus- schen de voorloopige regeering van den Ierschen Vrijstaat en De Valera is be reikt, wordt draadloos uit Londen gemeld, dat de algemeene verkiezingen in Juni worden gehouden. Na de verkiezingen zal een coalitie-regeering worden samenge steld, bestaande uit den president van Dail Eireann, den minister van oorlog als vertegenwoordiger van het leger, en negen andere ministers, vijf der meerderheids- en vier der minderheidspartij. Een parlementslid gedood. Twedel, een der leden voor West-Bel fast in het Noord-Iersche parlement, is gisteren op straat te Belfast door twee mannen, die zes revolverschoten op hem losten, gedood. 32 dooden in een week. Sinds Zaterdagmorgen zijn er te Bel- fast tien menschen gedood, In de afge- loopen week zijn er in het geheel 32 ge- De verwoesting der kasteelen. Behalve het kasteel Shanes bij Rans- dalstown (graafschap Antrim) hebben de Sinn Feiners ook het Old Court Castle van barones de Ross te Strangford, en het kasteel Galgorm te Ballymena, de be zitting van het parlementslid Young, ver- woest. De aanval op het kasteel Shanes, het eigendom van den tachtigjarigen Lord O'Neill begon om half vijf 's ochtends, toen Lord en Lady O'Neill nog ter ruste lagen. De oude, ziekelijke man kon ter nauwernood worden gered. Temidden van de vlammen werd hij door de buren weg gedragen en in het huisje van zijn rent meester onder gebracht. Van het kasteel is niet veel meer over. De uitslag der departe mentale verkiezingen. De uitslag der verkiezing van de con suls genénaux is aldus: Van de 164 zetels, verdeeld over 63 departementen, kregen de conservatieven en de Action Liberale 4, er 8 verliezend, de republikeinen 48, er 8 verliezend, de republikeinen 48, er 12 ver liezend, de radicalen, de radicaal-socialis ten #i de republ. social. 54, er 2 winnend, de social, en de geunif. social. 41, er 13 winnend, de communisten 13, er 5 win nend. Vier uitslagen ontbreken nog. Na een tweede stemming bleek net definitieve resultaat aldus te zijn: Er werden 155 conservatieven gekomen, 634 gematigde republikeinen, 581 radicaal socialisten, 90 geunif. socialisten, 31 com munisten, op een totaal van 1492. De conservatieven en gematigde republikeinen verloren 35 zetels, die over de radicalen, de socialisten en communisten werden verdeeld. Bij de Zondag gehouden herstemming voor de departementale raden is de ver plaatsing van de meerderheid naar links aanzienlijk sterker tot uiting gekomen dan bij de eerste stemming. Volgens de statis tiek van Havas, die ,chter nog niet de vol ledige uitslagen omvat, doch slechts geldt als indicatie, verliezen de uiterst-rechtsche partijen enkele tientallen zetels, terwijl de socialisten en de communisten cenige winst boeken. De totale verplaatsing is als zoodanig niet zeer belangrijk, wat ver band houdt met het feit, dat de departe mentale raden groo'endeels plaatselijk® lichamen zijn, die landelijke bciangen behartigen. en slechts op |,ct oogenblik der Senaatsverkiezingen cenige politieke beleekenis krijgen. Men ziet echler in het verloop dezer verkiezingen een aanwijzing voor de rich ting, die de Kamerverkiezingen het vol gend jaar zullen aannemen, en als zoo danig schijnt men in kringen der tegen woordige meerderheid de vooruitzichten terecht als niet gunstig 4e beschouwen. Het wegblijven van de stembus. And ré Tardieu tracht naar aanleiding van de departementale verkiezingen, in dc „Echo National" een verklaring le geven hoe l.cl koml, dal hoe langer hoe meer meruelicn i iu stemplicht niet vervullen. In 1914 was het percentage 24, in 1919 23.75 en thans bijna 50. Dit gebrek aan belangstelling heeft zijn oorzaak in het feit, zegt Tardieu, dat zoo goed als niets tot stand komt, vau wat de kiezers ver wacht hadden, en dat gebleven of terug gekomen is, hetgeen zij voorgoed als afge daan beschouwden. Doer oude staatslieden, die weer opge staan zijn, wordt een zuiver negatieve po litiek gevoerd; zij geven aan Frankrijk het aanzien van een humeurige overwonnene, die zich over alles beklaagt en niels doet. In het binnenland hebben de prefecten de oude methode van vóór den oorlog behou den. Dit alles heeft de meerderheid der Kamers getolereerd en zij is, door hun passieve houding hiertegenover, er voor aansprakelijk geworden. Dit absentëisme, bij de stembus, schrijft ook de „Temps", is een kwaad, dat bijna epidemisch wordt. Het resultaat is, dat de helft van Frankrijk haar oordeel niet uitspreekt. Daar deze helft juist naar alle waarschijnlijkheid, de wijze, en orde lijke elementen bevat, zijn het juist de uiterste partijen, die naar de stembus gaan. Het beeld, dat van Frankrijk op deze wijze door de gekozenen gegeven wordt, is dus hoogst waarschijnlijk niet de trouwe weergave van zijn trekken. Dat iedere kiezer toch inzie, dat hij door weg te blijven van dc stembus, de door hem afgekeurde richting bevestigt, in plaats van bestrijdt. Niet dikwijls genoeg kan juist tot de kalme elementen gezegd worden: „Op naar de stembus!" Een rede van Poincaré te Straatsburg over den Elzas en het herstel. Te Straatsburg is een congres gehouden van oud-strijders, waar de minister van oorlog en Poincaré het woord hebben ge voerd. De premier wees erop, naar Havas meldt, dat degenen, die de overwinning hebben bevochten, oplettende bewakers van den zoo duur gekochten vrede blijven, welken zij niet verstoord willen zien, ter wijl zij evenmin wenschen, dat deze tegen de overwinnaar wordt gekeerd en dat zijn essentieele voorwaarden ongestraft wor den gesehonden. Geen enkel oud-strijder koestert imperialistische plajinen, waarvan belanghebbend! lasteraars hem beschuldi gen. Geen hunner wenscht, dat de betrek kingen tot Duitschland ten eeuwigen dage vergiftigd blijven door de herinnering aan den bloedigen strijd. Maar indien wij de oogen zouden willen sluiten voor de wer kelijkheid, zouden de Elzassers, de grens bewoners, ons wel dwingen ze weer te openen, want zij kennen de Alduitschers en zullen nimmer de legende aanvaarden van de ontwapening van Duitschland, waar dagelijks wapentuig wordt gevonden. Dc Elzassers gelooven niet in de moreete ontwapening van Duitschland tegenover de vele uitingen aldaar, zooals bij de plech tige viering te Frankfort van het 50-jarig beslaan van de univeristeit te Straatsburg. Poincaré herinnerde vervolgens aan de campagne van Duitschland, inzonderheid in Amerika, voor de autonomie en de neutraliteit van Elzas Lotharingen, ter wijl Duitschland in den loop van den oorlog zich onthield van het uitroepen van de onafhankelijkheid van Elzas-Lo- tharingen. Volgens authentieke dokumen- ten, aldus de Fransche premier, hebben de rijkskanselier en de stadhouder er kend, dat een referendum de annexatie zou hebben veroordeeld. Maar thans eischen de pangermanisten de neutraliteit, doch elke raadpleging van het volk zooals onlangs bij de kan tonnale verkiezingen weer brengt de wil van den Elzas aan het licht, dat dit land Fransch wenscht te zijn en geen en kele machinatie zou het kunnen win nen van dezen eensgezinden wensch. De Elzas weet zeer goed, waar de ver antwoordelijkheid voor den oorlog be rust. Want 48'jaar lang heeft het ge vraagd wanneer toch de bevrijding zou komen, maar Frankrijk antwoordde niet of wel verklaarde dat het niet de ver antwoording op zich kon laden voor een revancheoorlog. Nooit heeft Frankrijk tets gedaan of eenig woord gesproken, dat den gang van zaken kon verhaasten. De bevrijding van den Elzas heeft Frankrijk dan oak vreugde gebracht zon der eenige wroeging. Maar nu de lang durige onbillijke toestand beëindigd is. zal Frankrijk een terugkeer van het ver leden niet dulden. Rondom den Elzas houden de oud- strijders scherp de wacht, evenals voor dc rechten op herstel van de verwoeste de partementen, want, aldus eindigde Poin caré, het overwonnen Duitschland heeft de verplichting aanvaard de schade te herstellen, welke het Frankrijk berok kend heeft. En dq oud-strijders zouden een schending van de belofte niet dulden. Verdeelde meeningen Naarmate de vervaldag van 31 Mei na dert, worden de polemieken over de hou ding, die Frankrijk heeft aan te nemen In geval Duitschland dan nog geert be vredigende voorstellen gedaan mocht hebben, heftiger. In zijn rede te Straatsburg gehouden, heeft Poincaré, zou men zoo oppervlak kig zeggen, met voldoende flinkheid uit eengezet wat men le Parijs denkt van de Duitsclie „quasi-oritwapeniug" en wat men van plan is ai of niet te verdragen, maar voor de „Action Francaïse" Is dit alles nog vee! le slap, en Maurras be toogt dat Poincaré volstrekt niet zoo den nadruk behoefde te leggen op het feit dal Frankrijk in 1914 den Duitsehen aanval heeft afgewacht om den Elzas te bevrij den in plaats van, zooals hei al lang te voren had moeten doen, zelf het geschïk- sle oogenblik voor den oorlog uit te kie zen. Dien loon van apologie, van expli catie, n.I. dat Frankrijk niet gewild heeft en niet begonnen is, acht hij uit den boo ze, maar bovendien beweert hij dat Poin caré door zijn medewerkers slecht ge diend wordt. Zondag zou er in den tuin der Tuile- rieën een betooging gehouden worden door den „Bond van talrijke families te gen den oorlog". Dit had dc regecrins verboden omdat ook de C. G. T. te ken nen had gegeven zich erbij te willen aan sluiten. De voorzitter van den bond. ka pitein Maire, wilde toch betoogen en had toen een gesprek met den prefect van de politie, die hem met een zoet liintje trachtte weg te krijgen. „Maar ik wil den oorlog verhinderen", antwoordde Mairs op zijn opmerkingen. „Jawel, door Duitschland binnen te trekken en hem dus zelf te beginnen!", riposteerde de prefect Lcullier.Met die opvatting bleek de minister van binnenlandsche zaken Maunoury, het eens, en daarom is Maur ras verontwaardigd onder de hoogere medewerkers van Poincaré zullen resten aan te treffen van de zwakte van Briand. en hij betoogt dat Leuliier en Maunoury ten spoedigste vervangen dienen te wor den. Daartegenover kou men vanmorgen in de „Populaire", het orgaan der parlemen taire socialisten een artikel lezen van Blum, getiteld: „Halte IA", en waarin deze op den grondslag eener resolutie, die op -de conferentie tussclien Fransche. En- gelsche en Belgische socialisten te Brus sel werd aangenomen, betoogt dat hij het geheel oneens is met de opvatting van Poincaré over de bezetting van het Ruhr- gebied. zooals dit blijkt uit het antwoord aan Klotz. Het kan ons niets scheien- schrijft Blum, of Poincaré thans Al dan niet gebonden is door verklaringen, die Millerand twee jaar geleden heeft afge legd en ook niet hoe zekere artikelen van het verdrag Versailles moeten wor den geïnterpreteerd. Wat wij alleen wen schen oo te merken is, dat het beginsel der militaire sancties in flagranten strijd is met het moderne recht, dat het een permanente bedreiging van den wereld vrede vormt, en dat dit gevaar nog veel grooter is indien er sancties genomen worden door een mogendheid afzonder lijk, tegen den zin van anderen. En Blum besluit met te vertrouwen dat Poincaré toch ook in zijn hart wenscht dat geen militair optreden noodig zijn zal en daar voor alles zal aanwenden. Deze beide absoluut tegengestelde uit spraken kunnen er een denkbeeld van ge ven, hoe hier over de plannen tegen 31 Mei wordt gedacht en geschreven, en hoe ernstig men ook hier de gebeurtenissen acht, die we tegemoet gaan indien men niet vóór dien tijd tot overeenstemming gekomen is. D UITSCHEP S EN OOSTENRIJKERS. De Weensche Mannenzangvereeniginp die een reis door Duitschland maakt, is Zondagmiddag met een extra-trein van Leipzig te Berlijn aangqjeomen, waarbit zii buitengewoon hartelijk werd ontvan gen, zoodat deze ontvangst een demon stratie van beteekenis werd. Duizenden Berlijners waren gekomen om de leden van de Weensche Mannenzangvereeniging welkom te heeten. Aan het station wer den zii door vertegenwoordigers van de Duitsche zangvereenigingen en den eer sten burgemeester van de rijkshoofdstad begroet. Avonds was er een officieele ontvangst in den Rijksdag. waarin de Duitsche regeering en de Duitsch-Ocsteu- rijksche Volksbond de Weensche gasten begroetten. Namens de Duitsche regee ring sorak minister Köstèr, die o.a. zeide: Ik wil geen politieke rede houden, maar dit moet de geheele wereld telkens weer- hooren: waar Oostenrijkers en Duitsehers samenkomen, daar staat tusschen hen een verkracht recht en een gebroken belofte.) Gii weet wat ik bedoel. Wii hebben wa penstilstand gesloten op een zeer be paald program, waarin duidelijk het recht van zelfbeschikking was opgeno men. Daarna eerst werden de vijande lijkheden gestaakt. Gii weet wat er la ter van dit program geworden is. Alle latere schadevergoedingseischen van de vroegere berusten op het belriegelijke van dit program. Als gij geheel pre cies wilt weten, wat van het u zwart op wit beloofde zelfbeschikkingsrecht is ge worden, dan hebt gij slechts te kijken naar Silezië, naar den Zuid-Oo3thoek van on3 vaderland. Waarvan Dui'sch'and i h juist in deze dagep gereed -naakt eon al te smartelijk ale chcid te nemen. Tusschen u en ons is nauwelijks nog een wedcr- zijdsche toenadering noodig* wii zijn door oorlog on nederlnaa door ecu gemeen schappelijk iot verbor.don. Hot verdrag van Versailles hooft ons gescheiden, maai de smart om ons mei vosten getreden recht heeft de solidariteit in onze harten slechts vaster gemaakt. Laat ons dit recht niet laf on vergaan, laten wij aaa dit recht, vasthouden tot aan dien dag ik zeg vorder niets *an hem, maar moge hii spoedig komen. GEEN VERDRAG TUSSCHEN ITALIË EN ENGELAND». De „Matin" vernoemt uit Rome, dat goen enkel verdrag tusschen Engeland en Italië is gesloten. Alleen werden be sprekingen gehouden over dc redactie van vier ontworpen var. economische en commercieele overeenkomsten. 1 NANSEN OER DEN RTJSSTSOHEN HONGERSNOOD. Een draadloos N. T. A. tologram uit Londeu meldt, dat dr. Kansen het noo dig heeft geacht te proterieeren tegen de verklaringen van de Sovjetdelogatia te Londen omtrent het gunstiger aan zien van de hongersnoodallende in Rus land. Hij zegt dat de bewering als zonde de ergste periolo vau de hongersnood voorbij zijn, onjuist is. Hij kon dan ook iu hot optimisme van het bolsjowistisch communiqué niet deelen. Het was ge rechtvaardigd voor dat deel van hot Wol- gagebied waar dc Amerikanen werken, maar alleen daar had men den honger snood meer of minder „bewogen". lil het oostelijk deel van het Wolgagebied is de toestand wanhopig, want. daar wordt vrijwel niets gedaan. Bovendien teistert de hongersnood nu ook Oekrajine en Krim, waar de menschen „als vliegen" sterven. Hier begint de hulpverleening nog maar pas. Nansen vreest dat er dit jaar zeer onvoldoende gezaaid is en hij vreest dit najaar een nieuwen hangers- nood. DE TOESTAND IN CHINA. De „Times" vernoemt van zijn cor respondent te Peking dat Tsjang-tso-lin- de algemeene executie van zijn officie ren heeft gelast. Zijn leger is gedemo raliseerd en vlucht noordwaarts. Sun-Yat-Sen zoskt overeenstemming met Woe-Poe-Eoe. Wang-tsj-sje, oud-minister van oorlog heeft de vorming van een kabinet te Pe king aanvaard. DE RAMP VAN DE „EGYPTE." De berichten over de ramp van ds „Egypte" wijzen er op dat de aanvaring plaats had tijdens het diner uur. Bei: la. schepen lieten blijkbaar den misthoorn klinken. De „Egypte" lag stil, terwijl de „Seine" zeven knoopen liep. De aan varing was onvermijdelijk. Passagiers bic ven volkomen kalm. Eenige berichten achter gewagen van wanordelijkheden on-, der een deel der Indis bemanning,, zoodat de kapitein on de officieren h u met revolvers moesten dreigen. Alle boa-, ten aan bakboordzijde waren onder wat ei vóór het gebruik mogelijk was, maar d«. booten aan stuurboordzijde konden worv den gestreken, waarin zich eerst de vrou-. wen en kinderen begaven. De berichten, prijzen den kapitein van de „Seine," die, ondanks het gevaar voor zijn schip en den dichten mist op de plaats van d* ramp bleef, de menschen uit de booten, en zij, die vastgeklampt waren aan wraks» stukken, redde. INBRAAK MET BEHULP VAN BE DWELMENDE GASSEN. Een inbraak met behulp van bedwe - mende gassen schijnt het nieuwste te zijn op dit den laatsten tijd zoo levendig bewerkte technische gebied. Dezer dag u zijn eenige Beriijnsche dieven veroordeeld, die in een herberg hadden ingebroken. Zij hadden een gat geboord in de deur van de slaapkamer der bewoners en daar door etherdampen in 't vertrek gedreven, zoodat de bewoners in hun slaap be dwelmd werden, waarna de heeren rustij hun gang konden gaan. DE STAKING IN DE BOUWVAKKEN Een conflict met de politie. Vrijdagavond kwam het tusschen de po litie en de stakers tot een conflict. Eea der burgers die zich verzette, werd dooi de politie gewond. Per auto werd hij laar zijn woning vervoerd. ordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1922 | | pagina 5