Brieven uit Duitschland.
kZHN SLACHTOFFER
BUITENLAND.
Tweede Blad - 23 Mel 1922
GEM. BUITENL. BERICHTE*
ORDE EN ARBEID.
i DE VERVOERMIDDELEN.
Hier stapten de meer genoemde
dames uit. Toen ze, daar staande
midden in de hoofdstraat, nog een
paar woorden wisselden met den
conducteur, kwam deze tot de ont
dekking, dat de dames eigenlijk
bij 'n ander punt hadden moeten.
Uitstappen, idies noodigde hij ze
vriendelijk uit, dan maar weer in
!te stappen.... En zóó vriendelijk
zóó landelijk gemoedelijk was al
les, dat ons conducteurtje zelfs
vermaande, zoo op dien bekenden
half-zingcnden toon: „Kalletnpies
an, kallempies an maar! We hebbe
de tijd!"
't is 'lang geleden en de vriende
lijke conducteur is reeds overleden
en alles bij die Tram-Mij.is naliuur-
Bjk thans modern dus kan haar
fee» „verwijt" van gemoedelijk-
cid meer treffen. Een verwijt!...
Verwijten? Spotten? Ik denk er
niet aan!!
Het zaï wel niet verwonderen,
als ik zeg, dat ik aan deze uiter-
Ite gemoedelijkheid wel eens denk,
wanneer ik op den Berlijnschen
'.ram den modernen Pruisischen
ïrainbeambte gadesla: een toon
beeld van de alleruiterste onge-
moedelijkheid. Er zijn natuurlijk
uitzonderingen, maar dan toch
.heel weinige. Een zeer gematigd
oordeel zou kunnen luiden: De
Beriijnsche tramconducteur op z'n
Pest is niet bepaald vlegelachtig en
nok niet direct grof, luj snauwt U
wel toe, als ge hem om inlichtin-
{tcn vraagt, maar hij geeft ze U
och.
Hij is communist en zooals zijn
voorgangers in den Gemeente
raad, in Lands- en Rijksdag zich
Ui een en te moeten gedragen, zoo
(wit hij zich gedragen op zijn ter-
te UI.
Onlangs bood een passagier den
conducteur zijn „Sammelkarte" (ze
venrittenkaart) aan, otm te knip
pen. Omdat de kaart dubbelgevou
wen was, wilde de conducteur ze
niet aannemen, maar eischte op al-
loronhebbelijkste wijze, dat de pas
sagier hem ""de kaart opengevou
wen zou aanbieden. Toen aan de
zen eisch niet werd voldaan, on
derhandelde de conducteur met de
Wagenvoerder en de vol-bezette
wagen werd op een zijlijn gebracht
en tot stilstand, totdat de „onwil
lige" passagier zou zijn uitgestapt
of onder excuses zijn kaart open
gevouwen zou hebben aangebo
den.
-Sociaal voelt zoo'n ultra-radi-
caaT-sotialist absoluut niet, dat be
wijzen de veelvuldige dolle stakin
gen, waarvan duizenden, die voor
hun dagelijksch bestaan zwoegen
de dupe zijn. Door nog andere oor
zaken steekt de Gross-Berliner
Strassenbahn ongunstig af hij de
Hollandsche trams, o.a. .en vooral
hii de Amsterdamsche, waar de
conducteur in den regel voorko
mend is en beschaafd in zijn optre
den en waar de wagens een lust
zijn om te zien. Het materiaal in
Berlijn is oud, de wagens zien er
verwaarloosd uit en slingeren ge
weldig. Beter is 't gesteld met de
andere middelen van vervoer, die
bewondering afdwingen, hoewel
Ook hier evenals bij den tram het
rollend materiaal niet talrijk ge
noeg is. K
"^FEUILLET ON
Hij durfde hen niet op straat aan
spreken, vreczende dat hij zijn ont
roering zou doen blijken.
Voor de woning gekomen, waar
Jeanne en hare moeder waren bin
nengegaan, liep hij gedurende eenigen
tijd langs het huis op en neer, maar
niemand vertoonde zich en hij be
gon bang te worden, dat de dames
misschien waren uitgegaan.
Hij ging op den portier af, die
hem reeds geruimen tijd nieuws
gierig aankeek, en den man een
frank In de hand stoppend, vroeg
hij of hij niet twee darnès, eene me
vrouw met hare dochter, had bin
ten zien gaan.
„Zeker, mijnheer."
„Zijn zij reeds vertrokken
„Ik weet 't niet, mijnheer. Ik
heb mij even moeten verwijderen,
en 't is mogelijk, dat zij juist in dien
Mjd zijn weg gegaan. Als mijnheer
goed vindt, Ml Ik miina vrouw
De ..Hoeh un'd Hntergrundbalfn!
Hier maakt alles een uitstekenden
indruk.. Men Idaalt van ide straat
de breede trappen af eti vindt be
neden rechts de 'loketten voor den
kaartjesverkoop. Dpor de controle
betreedt men de ruime perrons,
die goed verlicht zijn en prettig
gestoffeerd 'met enkele kiosken
voor couranten-, sigaren- en bloe
menverkoop en verschillende auto
maten.
De wanden der tunnels zijn bii
de stations met witte tegels be
kleed en eenvoudig, fraai versierd.
Kotot een trein uit de duisternis
schieten, dan staan de passagiers
reeds op de juiste plaats van het
perron, waar ze weten, dat moet
worden ingestapt. Rookcoupé's
steeds voor, niet-rooken achter. In-
en uitstappen zóó Vlug, dat de
trein hoogstens 1 minuut opont
houd heeft en dat, terwijl telkens
drommen van menschen in- en uit
stappen. 1
De wagens glijden in vliegens
vluggen vaart door den tunnel, om
op een gegeven oogenblik in het
daglicht op te duiken. Men stijgt
tot op circa 10 meter hoogte en de
Untergrundbahn is Hochbahn ge
worden, eveneens met stations en
perrons op die hoogte.
Gaat ge in een bepaalde richting
verder, dan voert de trein U op
nog grooter hoogte over het sta
tionsemplacement van Potsdam
mer Bahnhof naar station Gleis-
dreieck, een kruispunt waar voor
ongeveer. 15 jaren een ontzettend
ongeluk plaats greep door botsing
welk gevaar nu uitgesloten is,
doordat men „eenvoudig" de krui
sende lijn nog een tiental meters
hooger heeft gebracht; zoodat
men daar nu heeft de lijn Gleiss-
dreieck-Leipziger platz, onder de
lijn Gleisdreieck-Hallesches Tor en
boven den spoorweg Berlijn—
Potsdam. 1
Vele duizenden worden door
den Hoch und Untergrundbahn
dagelijks vervoerd, steeds zijn de
Wagens overvuld en toch neemt
men nergens een hinderiijk ge
drang waar, ook niet op de sta
tions der spoorlijnen: Stadtbahn,
Ringbahn en Wannsee-bahn, die
een regelmatig verkeer miet de
voorsteden onderhouden en waar
hét vervoer nog beduidend groo
ter j's.
In de ochtenduren tot 10 uur,
alle 3 minuten een trein, steeds
van een lengte, zooals men die bij
Hollandsche treinen alteen op bij
zonder drukke dagein ziet. Meerma
len zijn coupé's mei de tiradition&e1-
le 10 zitplaatsen, bezet door een
twintigtal menschen. Later op den
dag bestaat er on deze lijnen een
10 minuten-dienst.
De treinen worden niet begeleid
door conducteurs; de passagiers
openen en sluiten zelf de portieren
en toch ook hier weer aan elk sta
tion een oponthoud van hoogstens
1 minuut. Vóór aan eiken loeomo-
is een groot wit bord aangebracht
waarop het eindstation staat aan
gegeven.
Practisch is, dat onveranderlijk
de 3e klaswagens zich voor en
achter in den trein bevinden, de
2 e klas wagens in het midden.
Op elk perron staat langs de lijn
op een gegeven punt eèn bord
waarop vermeld staat „Hier halten
die wagen 2e klasse", een maatre
gel, die veel heen en weer gédraaf
en gedrang voorkomt.
Een vlug £n goed middel van
vervoer zijn ook de auto-omnibus
sen, mooie wagens met zitplaatsen
ook bovenop, die evenwel' niet tal
rijk genoeg zijn, om 'den tram be
duidend te ontlasten.
Het publiek gedraagt zich over
het algemeen zeer beschaafd. Zoo
dra in tram of trein een oorlogs
invalide komt, wordt voor hem een
zitplaats ingeruimd.
Voor oude menschen en dames
heb ik meestal dezelfde voorko
mendheid waargenomen. Toch
schijnen hierover klachten verno
men te zijn, waardoor het noodig
wordt geacht, in alle middelen van
vervoer als trams en treinen op
vallende plakkaten aan te bren
gen, met de volgende woorden,
die wel overal verdienen ter har
te genomen te worden:
„Vor einem grauen Haupte
solist du aufstehen."
H. L.
even laten zien, of zij er nog zijn."
„Neen. ik wil hen niet lastig val
len. Zij zullen zelfs niets vermoeden.
Ik weet bij wie zij zijn."
„Bij wie dan?"
Bij een zekere mevrouw d'Ormes-
san, die aan de jongste dame teeken-
les geeft. Wij kunnen 't aan mevrouw
vragen."
Laat haar dan gauw gaan."
Mark wachtte, niet wetende of
hij al dan niet moest wenschen,
dat Jeanne er nog was.
Na een oogenblik kwam de vrouw
terug.
Zij was de trappen afgehold, ge
heel buiten adem en scheen erg in
haar schik.
„De dames zijn er nog," zei ze.
O, zei de graaf eenigzins in de war.
„Of mijnheer maar boven wil ko
men."
„Boven komen," zei Mark, er niets
van begrijpende.
„De dames zullen zeer gelukkig
zijn mijnheer te ontvangen."
De jonge man keek de vrouw aan,
alsof hij 't te Keulen hoorde don
deren.
Hij vatte er niets van. „Hebben
NA DE CONFERENTIE TE
GENUA.
De toestand In Ierland.
Uit de Fransche Politiek.
zij u dat zelf gezegd
„Neen, mevrouw d'Ortnessan is t
haar gaan vragen."
„Maar zij kennen toch mijn naam
niet," zei Mark tneer en meer ver
baasd.
„Zij zullen 't misschien wel zoo'n
beetje begrijpen," zei de portierster
met een leuk gezicht. „Maar 'f is,
dunkt me, nogal schoon, dat ze mijn
heer hier willen zien
Mark aarzelde.
Mocht hij Of mocht hij niet
Hij had slechts enkele stappen te
doen, en nooit zou zich een derge
lijke gelegenheid meer voordoen.
Hij nam snel een besluit en rende
de trap op.
„Derde verdieping, de deur rechts,"
riep de portierster nog, die glimlach
te en bij zich, zelf dacht: „Ik wist
wel wat "hij doen zou
XXI.
DE TWEE VERLIEFDEN.
Toen de graaf gescheld had, ging
mevrouw d'Olne de deur openen.
Mark was in haar gezelschao niet
op zijn gemak. Hij groette eerbiedig
en stotterde eenige nauwelijks ver
staanbare verontschuldigingen.
„Ik bied u mijne verontschuldi
gingen aan, mevrouw. Ik wist niet,
dat die vrouw, de portierster....als
ik had kunnen voorzien..."
Hij volgde de moeder van Jeanne
werktuiglijk, en in het achterver
trek tredende, zag hij plotseling het
meisje, blozend als een pioenroos.
Op zijne beurt, werd hij vuurrood
en zijne verwarring nam toe.
„Mejuffrouw, vergeef me," stot
terde hij.
Jeanne boog het hoofd om te groe
ten, niet in staat een woord uit te
brengen, en als in verrukking bleef
hij zonder een woord te zeggen, voor
haar staan. Wat was zij lief!
Mevrouw d'Olne, die hem gevolgd
was, zeide om een einde te maken
aan het pijnlijke tooneel„Ge hebt
gevraagd, ons te spreken, mijnheer."
„Werkelijk," antwoordde Mark.
Ik wilde u mijn eerbiedige groeten
brengen, u zeggen... maar ik was er
niet op voorbereid, u thans te ont
moeten'?
„Gij verwachttet niet, hier ont
vangen te worden."
„Het is zoo."
„Wij zijn hier even goed als thuis,
bij de teekenonderwijzeres mijner
dochter," zei mevrouw. „Gij kunt
spreken zonder eenige vrees."
De graaf keek rond in de kamer
waar hij zich bevond. Het vertrek
was eenvoudig gemeubeld, terwijl
aan den muur eenige teekeningen
en schilderijtjes hingen.
Maar zijn blik keerde voortdu
rend naar Jeanne terug, hij kon
zijne oogen niet aan haar verzadigen.
Nog nimmer had hij haar zoo
betooverend gezien, over geheel hare
persoonlijkheid lag een overweldi
gende bevalligheid, en als hij bedacht,
dat hetgeen hij haar te zeggen had,
hare droefheid zou doen toenemen,
dan kromp zijn hart ineen van wee
moed en hij miste den moed om te
spreken.
En toch het moest. Hij mocht
het meisje niet langer in dien toe
stand van onzekerheid laten, dat
was onkiesch, bijna oneerlijk. Hij
zei„Mevrouw, ik heb u eene mede-
deeling te doen. welke ik ten koste
van mijn leven wel had willen ver
zwijgen."
feanne legde de hand op haar hart.
Zij had kunnen schreien van smart,
't Was, alsof zij van verdriet moest
sterven.
„Spreek vrij," zei mevrouw d'Olne.
„Staat ge mij toe openhartig tt
zeggen, wat mij op 't hart ligt, zon
der omwegen
„Zeker, mijnheer, want ik bca.
overtuigd, dat ge niets zult te zeggen
hebben, wat wij niet kunnen aan-
hooren."
„ik beminde mejuffrouw uwe doch
ter."
Jeanne werd bleek als een doode.
„Ik bemin haar nog. Ik zal haat
altijd beminnen. Mijn hart zai eeuwig
van haar beeld vervuld zijn."
Jeanne was op het punt in zwijm
te vallen.
Zij legde haar arm om den hn!s
harer moeder, om niet te vallen c
prevelde„Moeder," met zulk ec ir
droevige uitdrukking in hare stem,,
dat het hart van mevrouw d'Olm;
snK'.t.
Toen Ik eens op 'n rog en a chili
gcii dag ia 'fc stadej A. bij het staltion!
du de train stapte, werd het ge
fuifd van paard en koetsier buiten
gewoon op de proef gesteld door
net lange uitblijven van den con
ducteur. De koetsier uitte zijn on
geduld door driftig bellen, het
paard door herhaaldelijk omkijken
lenviji de 6 a 7 passagiers rustig
dc dingen afwachten. Het bleek,
dat de conducteur nog eenige pas
sagiers op het perron had aange
worven; een drietal oudere dames,
«net wie hij dan eindelijk druk ge-
sticuleerend kwam opdagen. Va
derlijk vriendelijk hielp de goede
•man de dames bij het instijgen. Hii
blies op zijn fluitje en als een pijl
uit den boog (bij wijze van spre
ken!) vlogen paard en tram voor-
uiit, totdat hetzelfde signaal bij een,
andere halte het zaakje tot sitilsltind
bracht.
0;
De houding der Ver. Staten tegen
over de Europeesche conferentie
De deelneming van de Ver. Staten aan
de besprekingen der economische raden
in Europa, onder voorwaarde, dat de
Europeesche mogendheden bereid zouden
zijn om de politieke kwesties van de be
raadslagingen buiten te sluiten is Zon
dagavond in officieele kringen overwogen.
Ambtenaren, die nauwe voeling met de
regeering houden, beweren dat de Ame-
rikaansche regeering geneigd is zich bij
andere naties aan te sluiten tot het uit
werken van plannen voor het herstel, in
dien de Amerikaansche vertegenwoordi
gers de zekerheid zouden erlangen, dat
politieke onderwerpen zijn buitengeslo
ten. Sommige hooggeplaatste ambtenaren
spreken als hun oordeel uit dat, indien
de Europeesche regeeringen Amerika zou
den tiitnoodigen tot een conferentie, wel
ke zich definitief binnen het kader der
voorgestelde besprekingen tot oplossing
van het economisch probleem houdt, de
uitnoodiging stellig een hartelijker ont
vangst zou krijgen dan die, welke de
reeks van uitnoodigingen der laatste- drie
jaren ten deel gevallen is.
Het accoord.
Over de overeenstemming, welke tus-
schen de voorloopige regeering van den
Ierschen Vrijstaat en De Valera is be
reikt, wordt draadloos uit Londen gemeld,
dat de algemeene verkiezingen in Juni
worden gehouden. Na de verkiezingen zal
een coalitie-regeering worden samenge
steld, bestaande uit den president van
Dail Eireann, den minister van oorlog als
vertegenwoordiger van het leger, en negen
andere ministers, vijf der meerderheids-
en vier der minderheidspartij.
Een parlementslid gedood.
Twedel, een der leden voor West-Bel
fast in het Noord-Iersche parlement, is
gisteren op straat te Belfast door twee
mannen, die zes revolverschoten op hem
losten, gedood.
32 dooden in een week.
Sinds Zaterdagmorgen zijn er te Bel-
fast tien menschen gedood, In de afge-
loopen week zijn er in het geheel 32 ge-
De verwoesting der kasteelen.
Behalve het kasteel Shanes bij Rans-
dalstown (graafschap Antrim) hebben de
Sinn Feiners ook het Old Court Castle
van barones de Ross te Strangford, en
het kasteel Galgorm te Ballymena, de be
zitting van het parlementslid Young, ver-
woest.
De aanval op het kasteel Shanes, het
eigendom van den tachtigjarigen Lord
O'Neill begon om half vijf 's ochtends,
toen Lord en Lady O'Neill nog ter ruste
lagen. De oude, ziekelijke man kon ter
nauwernood worden gered. Temidden van
de vlammen werd hij door de buren weg
gedragen en in het huisje van zijn rent
meester onder gebracht. Van het kasteel
is niet veel meer over.
De uitslag der departe
mentale verkiezingen.
De uitslag der verkiezing van de con
suls genénaux is aldus: Van de 164 zetels,
verdeeld over 63 departementen, kregen
de conservatieven en de Action Liberale 4,
er 8 verliezend, de republikeinen 48, er 8
verliezend, de republikeinen 48, er 12 ver
liezend, de radicalen, de radicaal-socialis
ten #i de republ. social. 54, er 2 winnend,
de social, en de geunif. social. 41, er 13
winnend, de communisten 13, er 5 win
nend. Vier uitslagen ontbreken nog.
Na een tweede stemming bleek net
definitieve resultaat aldus te zijn:
Er werden 155 conservatieven gekomen,
634 gematigde republikeinen, 581 radicaal
socialisten, 90 geunif. socialisten, 31 com
munisten, op een totaal van 1492. De
conservatieven en gematigde republikeinen
verloren 35 zetels, die over de radicalen,
de socialisten en communisten werden
verdeeld.
Bij de Zondag gehouden herstemming
voor de departementale raden is de ver
plaatsing van de meerderheid naar links
aanzienlijk sterker tot uiting gekomen dan
bij de eerste stemming. Volgens de statis
tiek van Havas, die ,chter nog niet de vol
ledige uitslagen omvat, doch slechts geldt
als indicatie, verliezen de uiterst-rechtsche
partijen enkele tientallen zetels, terwijl de
socialisten en de communisten cenige
winst boeken. De totale verplaatsing is
als zoodanig niet zeer belangrijk, wat ver
band houdt met het feit, dat de departe
mentale raden groo'endeels plaatselijk®
lichamen zijn, die landelijke bciangen
behartigen. en slechts op |,ct
oogenblik der Senaatsverkiezingen cenige
politieke beleekenis krijgen.
Men ziet echler in het verloop dezer
verkiezingen een aanwijzing voor de rich
ting, die de Kamerverkiezingen het vol
gend jaar zullen aannemen, en als zoo
danig schijnt men in kringen der tegen
woordige meerderheid de vooruitzichten
terecht als niet gunstig 4e beschouwen.
Het wegblijven van de
stembus.
And ré Tardieu tracht naar aanleiding
van de departementale verkiezingen, in dc
„Echo National" een verklaring le geven
hoe l.cl koml, dal hoe langer hoe meer
meruelicn i iu stemplicht niet vervullen.
In 1914 was het percentage 24, in 1919
23.75 en thans bijna 50. Dit gebrek aan
belangstelling heeft zijn oorzaak in het
feit, zegt Tardieu, dat zoo goed als niets
tot stand komt, vau wat de kiezers ver
wacht hadden, en dat gebleven of terug
gekomen is, hetgeen zij voorgoed als afge
daan beschouwden.
Doer oude staatslieden, die weer opge
staan zijn, wordt een zuiver negatieve po
litiek gevoerd; zij geven aan Frankrijk het
aanzien van een humeurige overwonnene,
die zich over alles beklaagt en niels doet.
In het binnenland hebben de prefecten de
oude methode van vóór den oorlog behou
den. Dit alles heeft de meerderheid der
Kamers getolereerd en zij is, door hun
passieve houding hiertegenover, er voor
aansprakelijk geworden.
Dit absentëisme, bij de stembus, schrijft
ook de „Temps", is een kwaad, dat bijna
epidemisch wordt. Het resultaat is, dat de
helft van Frankrijk haar oordeel niet
uitspreekt. Daar deze helft juist naar
alle waarschijnlijkheid, de wijze, en orde
lijke elementen bevat, zijn het juist de
uiterste partijen, die naar de stembus
gaan. Het beeld, dat van Frankrijk op
deze wijze door de gekozenen gegeven
wordt, is dus hoogst waarschijnlijk niet
de trouwe weergave van zijn trekken.
Dat iedere kiezer toch inzie, dat hij
door weg te blijven van dc stembus, de
door hem afgekeurde richting bevestigt, in
plaats van bestrijdt. Niet dikwijls genoeg
kan juist tot de kalme elementen gezegd
worden: „Op naar de stembus!"
Een rede van Poincaré te
Straatsburg over den Elzas
en het herstel.
Te Straatsburg is een congres gehouden
van oud-strijders, waar de minister van
oorlog en Poincaré het woord hebben ge
voerd.
De premier wees erop, naar Havas
meldt, dat degenen, die de overwinning
hebben bevochten, oplettende bewakers
van den zoo duur gekochten vrede blijven,
welken zij niet verstoord willen zien, ter
wijl zij evenmin wenschen, dat deze tegen
de overwinnaar wordt gekeerd en dat zijn
essentieele voorwaarden ongestraft wor
den gesehonden. Geen enkel oud-strijder
koestert imperialistische plajinen, waarvan
belanghebbend! lasteraars hem beschuldi
gen. Geen hunner wenscht, dat de betrek
kingen tot Duitschland ten eeuwigen dage
vergiftigd blijven door de herinnering aan
den bloedigen strijd. Maar indien wij de
oogen zouden willen sluiten voor de wer
kelijkheid, zouden de Elzassers, de grens
bewoners, ons wel dwingen ze weer te
openen, want zij kennen de Alduitschers
en zullen nimmer de legende aanvaarden
van de ontwapening van Duitschland,
waar dagelijks wapentuig wordt gevonden.
Dc Elzassers gelooven niet in de moreete
ontwapening van Duitschland tegenover
de vele uitingen aldaar, zooals bij de plech
tige viering te Frankfort van het 50-jarig
beslaan van de univeristeit te Straatsburg.
Poincaré herinnerde vervolgens aan de
campagne van Duitschland, inzonderheid
in Amerika, voor de autonomie en de
neutraliteit van Elzas Lotharingen, ter
wijl Duitschland in den loop van den
oorlog zich onthield van het uitroepen
van de onafhankelijkheid van Elzas-Lo-
tharingen. Volgens authentieke dokumen-
ten, aldus de Fransche premier, hebben
de rijkskanselier en de stadhouder er
kend, dat een referendum de annexatie
zou hebben veroordeeld.
Maar thans eischen de pangermanisten
de neutraliteit, doch elke raadpleging van
het volk zooals onlangs bij de kan
tonnale verkiezingen weer brengt de
wil van den Elzas aan het licht, dat dit
land Fransch wenscht te zijn en geen en
kele machinatie zou het kunnen win
nen van dezen eensgezinden wensch.
De Elzas weet zeer goed, waar de ver
antwoordelijkheid voor den oorlog be
rust. Want 48'jaar lang heeft het ge
vraagd wanneer toch de bevrijding zou
komen, maar Frankrijk antwoordde niet
of wel verklaarde dat het niet de ver
antwoording op zich kon laden voor een
revancheoorlog. Nooit heeft Frankrijk
tets gedaan of eenig woord gesproken,
dat den gang van zaken kon verhaasten.
De bevrijding van den Elzas heeft
Frankrijk dan oak vreugde gebracht zon
der eenige wroeging. Maar nu de lang
durige onbillijke toestand beëindigd is.
zal Frankrijk een terugkeer van het ver
leden niet dulden.
Rondom den Elzas houden de oud-
strijders scherp de wacht, evenals voor dc
rechten op herstel van de verwoeste de
partementen, want, aldus eindigde Poin
caré, het overwonnen Duitschland heeft
de verplichting aanvaard de schade te
herstellen, welke het Frankrijk berok
kend heeft. En dq oud-strijders zouden
een schending van de belofte niet dulden.
Verdeelde meeningen
Naarmate de vervaldag van 31 Mei na
dert, worden de polemieken over de hou
ding, die Frankrijk heeft aan te nemen
In geval Duitschland dan nog geert be
vredigende voorstellen gedaan mocht
hebben, heftiger.
In zijn rede te Straatsburg gehouden,
heeft Poincaré, zou men zoo oppervlak
kig zeggen, met voldoende flinkheid uit
eengezet wat men le Parijs denkt van de
Duitsclie „quasi-oritwapeniug" en wat
men van plan is ai of niet te verdragen,
maar voor de „Action Francaïse" Is dit
alles nog vee! le slap, en Maurras be
toogt dat Poincaré volstrekt niet zoo den
nadruk behoefde te leggen op het feit dal
Frankrijk in 1914 den Duitsehen aanval
heeft afgewacht om den Elzas te bevrij
den in plaats van, zooals hei al lang te
voren had moeten doen, zelf het geschïk-
sle oogenblik voor den oorlog uit te kie
zen. Dien loon van apologie, van expli
catie, n.I. dat Frankrijk niet gewild heeft
en niet begonnen is, acht hij uit den boo
ze, maar bovendien beweert hij dat Poin
caré door zijn medewerkers slecht ge
diend wordt.
Zondag zou er in den tuin der Tuile-
rieën een betooging gehouden worden
door den „Bond van talrijke families te
gen den oorlog". Dit had dc regecrins
verboden omdat ook de C. G. T. te ken
nen had gegeven zich erbij te willen aan
sluiten. De voorzitter van den bond. ka
pitein Maire, wilde toch betoogen en had
toen een gesprek met den prefect van de
politie, die hem met een zoet liintje
trachtte weg te krijgen. „Maar ik wil den
oorlog verhinderen", antwoordde Mairs
op zijn opmerkingen. „Jawel, door
Duitschland binnen te trekken en hem
dus zelf te beginnen!", riposteerde de
prefect Lcullier.Met die opvatting bleek
de minister van binnenlandsche zaken
Maunoury, het eens, en daarom is Maur
ras verontwaardigd onder de hoogere
medewerkers van Poincaré zullen resten
aan te treffen van de zwakte van Briand.
en hij betoogt dat Leuliier en Maunoury
ten spoedigste vervangen dienen te wor
den.
Daartegenover kou men vanmorgen in
de „Populaire", het orgaan der parlemen
taire socialisten een artikel lezen van
Blum, getiteld: „Halte IA", en waarin
deze op den grondslag eener resolutie, die
op -de conferentie tussclien Fransche. En-
gelsche en Belgische socialisten te Brus
sel werd aangenomen, betoogt dat hij het
geheel oneens is met de opvatting van
Poincaré over de bezetting van het Ruhr-
gebied. zooals dit blijkt uit het antwoord
aan Klotz. Het kan ons niets scheien-
schrijft Blum, of Poincaré thans Al dan
niet gebonden is door verklaringen, die
Millerand twee jaar geleden heeft afge
legd en ook niet hoe zekere artikelen
van het verdrag Versailles moeten wor
den geïnterpreteerd. Wat wij alleen wen
schen oo te merken is, dat het beginsel
der militaire sancties in flagranten strijd
is met het moderne recht, dat het een
permanente bedreiging van den wereld
vrede vormt, en dat dit gevaar nog veel
grooter is indien er sancties genomen
worden door een mogendheid afzonder
lijk, tegen den zin van anderen. En Blum
besluit met te vertrouwen dat Poincaré
toch ook in zijn hart wenscht dat geen
militair optreden noodig zijn zal en daar
voor alles zal aanwenden.
Deze beide absoluut tegengestelde uit
spraken kunnen er een denkbeeld van ge
ven, hoe hier over de plannen tegen 31
Mei wordt gedacht en geschreven, en hoe
ernstig men ook hier de gebeurtenissen
acht, die we tegemoet gaan indien men
niet vóór dien tijd tot overeenstemming
gekomen is.
D UITSCHEP S EN OOSTENRIJKERS.
De Weensche Mannenzangvereeniginp
die een reis door Duitschland maakt,
is Zondagmiddag met een extra-trein van
Leipzig te Berlijn aangqjeomen, waarbit
zii buitengewoon hartelijk werd ontvan
gen, zoodat deze ontvangst een demon
stratie van beteekenis werd. Duizenden
Berlijners waren gekomen om de leden
van de Weensche Mannenzangvereeniging
welkom te heeten. Aan het station wer
den zii door vertegenwoordigers van de
Duitsche zangvereenigingen en den eer
sten burgemeester van de rijkshoofdstad
begroet. Avonds was er een officieele
ontvangst in den Rijksdag. waarin de
Duitsche regeering en de Duitsch-Ocsteu-
rijksche Volksbond de Weensche gasten
begroetten. Namens de Duitsche regee
ring sorak minister Köstèr, die o.a. zeide:
Ik wil geen politieke rede houden, maar
dit moet de geheele wereld telkens weer-
hooren: waar Oostenrijkers en Duitsehers
samenkomen, daar staat tusschen hen een
verkracht recht en een gebroken belofte.)
Gii weet wat ik bedoel. Wii hebben wa
penstilstand gesloten op een zeer be
paald program, waarin duidelijk het
recht van zelfbeschikking was opgeno
men. Daarna eerst werden de vijande
lijkheden gestaakt. Gii weet wat er la
ter van dit program geworden is. Alle
latere schadevergoedingseischen van de
vroegere berusten op het belriegelijke
van dit program. Als gij geheel pre
cies wilt weten, wat van het u zwart op
wit beloofde zelfbeschikkingsrecht is ge
worden, dan hebt gij slechts te kijken
naar Silezië, naar den Zuid-Oo3thoek van
on3 vaderland. Waarvan Dui'sch'and i h
juist in deze dagep gereed -naakt eon al
te smartelijk ale chcid te nemen. Tusschen
u en ons is nauwelijks nog een wedcr-
zijdsche toenadering noodig* wii zijn door
oorlog on nederlnaa door ecu gemeen
schappelijk iot verbor.don. Hot verdrag
van Versailles hooft ons gescheiden, maai
de smart om ons mei vosten getreden
recht heeft de solidariteit in onze harten
slechts vaster gemaakt. Laat ons dit
recht niet laf on vergaan, laten wij aaa
dit recht, vasthouden tot aan dien dag
ik zeg vorder niets *an hem, maar
moge hii spoedig komen.
GEEN VERDRAG TUSSCHEN ITALIË
EN ENGELAND».
De „Matin" vernoemt uit Rome, dat
goen enkel verdrag tusschen Engeland
en Italië is gesloten. Alleen werden be
sprekingen gehouden over dc redactie
van vier ontworpen var. economische en
commercieele overeenkomsten.
1
NANSEN OER DEN RTJSSTSOHEN
HONGERSNOOD.
Een draadloos N. T. A. tologram uit
Londeu meldt, dat dr. Kansen het noo
dig heeft geacht te proterieeren tegen
de verklaringen van de Sovjetdelogatia
te Londen omtrent het gunstiger aan
zien van de hongersnoodallende in Rus
land. Hij zegt dat de bewering als zonde
de ergste periolo vau de hongersnood
voorbij zijn, onjuist is. Hij kon dan ook
iu hot optimisme van het bolsjowistisch
communiqué niet deelen. Het was ge
rechtvaardigd voor dat deel van hot Wol-
gagebied waar dc Amerikanen werken,
maar alleen daar had men den honger
snood meer of minder „bewogen". lil
het oostelijk deel van het Wolgagebied
is de toestand wanhopig, want. daar wordt
vrijwel niets gedaan. Bovendien teistert
de hongersnood nu ook Oekrajine en
Krim, waar de menschen „als vliegen"
sterven. Hier begint de hulpverleening
nog maar pas. Nansen vreest dat er dit
jaar zeer onvoldoende gezaaid is en hij
vreest dit najaar een nieuwen hangers-
nood.
DE TOESTAND IN CHINA.
De „Times" vernoemt van zijn cor
respondent te Peking dat Tsjang-tso-lin-
de algemeene executie van zijn officie
ren heeft gelast. Zijn leger is gedemo
raliseerd en vlucht noordwaarts.
Sun-Yat-Sen zoskt overeenstemming
met Woe-Poe-Eoe.
Wang-tsj-sje, oud-minister van oorlog
heeft de vorming van een kabinet te Pe
king aanvaard.
DE RAMP VAN DE „EGYPTE."
De berichten over de ramp van ds
„Egypte" wijzen er op dat de aanvaring
plaats had tijdens het diner uur. Bei: la.
schepen lieten blijkbaar den misthoorn
klinken. De „Egypte" lag stil, terwijl
de „Seine" zeven knoopen liep. De aan
varing was onvermijdelijk. Passagiers bic
ven volkomen kalm. Eenige berichten
achter gewagen van wanordelijkheden on-,
der een deel der Indis bemanning,,
zoodat de kapitein on de officieren h u
met revolvers moesten dreigen. Alle boa-,
ten aan bakboordzijde waren onder wat ei
vóór het gebruik mogelijk was, maar d«.
booten aan stuurboordzijde konden worv
den gestreken, waarin zich eerst de vrou-.
wen en kinderen begaven. De berichten,
prijzen den kapitein van de „Seine," die,
ondanks het gevaar voor zijn schip en
den dichten mist op de plaats van d*
ramp bleef, de menschen uit de booten,
en zij, die vastgeklampt waren aan wraks»
stukken, redde.
INBRAAK MET BEHULP VAN BE
DWELMENDE GASSEN.
Een inbraak met behulp van bedwe -
mende gassen schijnt het nieuwste te
zijn op dit den laatsten tijd zoo levendig
bewerkte technische gebied. Dezer dag u
zijn eenige Beriijnsche dieven veroordeeld,
die in een herberg hadden ingebroken.
Zij hadden een gat geboord in de deur
van de slaapkamer der bewoners en daar
door etherdampen in 't vertrek gedreven,
zoodat de bewoners in hun slaap be
dwelmd werden, waarna de heeren rustij
hun gang konden gaan.
DE STAKING IN DE BOUWVAKKEN
Een conflict met de politie.
Vrijdagavond kwam het tusschen de po
litie en de stakers tot een conflict. Eea
der burgers die zich verzette, werd dooi
de politie gewond. Per auto werd hij
laar zijn woning vervoerd.
ordt vervolgd).