ZIJN SLACHTOFFER
BUITENLAND
Tweede Blad 26 Mei 1922
BMSGIE KRONIEK. 1
GEM. BUITEHL. BERICHTEN.
iet is de gewone ervaring van men-
ccii/tt, die voor het eerst in Indië ko
men, dat zij het land vinden „buiten
beschrijving", d.w.z. dat door al het
geen zij er van gehoord of gelezen
hadden, hun nog geen juist denkbeeld
gegeven was van de werkelijkheid. Dit
geldt wel voor alle vreemde dingen,
zooals ieder, wanneer hij voor de
eerste maal in een steenkolen-mijn
afdaalt, ervaart dat deze een geheel
andereu indruk maakt dan eenige be-
schrijying, hoe nauwkeurig ook, hem
had kunnen geven voor Indië geldt
nog eene bijzondere reden, waarom
zoo dikwijls onze eigen ervaring ge
heel anderwijsjuit valt danjop grond van
„veelzijdige" inlichtingen voorspeld
werd- c
Gewoonlijk zijn die inlichtingen met
geschikt onr de menschen veel wijzer
te maken, omdat ze vaak zoo tegen
strijdig zijn. Indien men aan tien
personen, die in de Oost geweest zijn,
hun opinie vraagt over|hetland en het
leven daargipds, dan zal men waar
schijnlijk tien uitcenloopende meenin
gen hooren. De toestanden zijn op
verschillende plaatsen en in verschil
lende streken zoo verschillend, en
wisselen op dezelfde plaats in enkele
jaren vaak zoo dikwijls en zoo belang
rijk, dat persoonlijke ervaringen ge
woonlijk slechts zeer eenzijdige op
vattingen doen ontstaan.
Vanzelfsprekend laat ik nog alle
verhalen, welke niet ter goeder trouw
worden gedaan, buiten bespreking.
Doch, ook zonder bij u aan te ko
men met vertelsels over tijgers, die
door de achtergalerijen der huizen ko
men loopen, of over slangen, die zich
onder uw hoofdkussen een ligplaats
zoeken, is het nog gemakkelijk u door
middel van volkomen naar waarheid
weergegeven feiten een geheel ver
keerd beeld te geven van de Indische
werkelijkheid.
Heel duidelijk kwam mij dit voor
den geest, toen ik de nieuwsberichten
doorlas, door de laatste mailbladen
aa igebracht.
Ik geef er hier eenige weerter
'eering.
Het eerste ontleen ik aan een Ban-
doengsche correspondentie in de „Lo
comotief". Het verhaal is, ondanks de
schrikwekkende gebeurtlijkheden daar
in beschreven, genoegelijk om te le
zen, vooral om de wellicht ongewilde
humor, welke wij er in te genieten
krijgen.
Men deelt mij uit Garoet mede
aldus.vangt de correspondent aan
dat het district Boengboelang, ge
legen aan de zuidkust, den laatsten
'tijd sterken overlast ondervindt van
een tijgerplaag. De beesten treden
zeer brutaal op en maakten al heel
wat slachtoffers onder den vee
stapel als anderzins, maar laten tot
nu toe de menschen met rust.
In de laatste twee maanden wer
den niet minder dan 10 karbouwen,
12 da^rden, 76 „cliapen en 18 geiten
versc' eurd, gezwegen nog van de
kippen tn norden, die door de tij
gers buti^emqakt werden.
Een üezer. roofdieren haalde de
honden onder de woning (blijkbaar
een paalwoning. S.) van den as-
tent-wedana weg.
De assistent-resident van Garoet
telde voor premies uit te loven voor
het neerleggen van de timers, doch
hierop werd van hoogerha<M» niet in
gegaan.
Een betere maatregel achtte men
het zenden van een detachement mili
tairen uit Tsjimahi naar het zwaar
oczocl te district.
Onder kapitein v. d. Berg's com
mando begaf zich het detachement,
waarbij zich ook de luitenant baron
van Hardenbroek bevond, kort ge
leden naar Boenghoelang. De troep
bestond uit vijftig man en was sa
mengesteld uit Europeesche, een
Menadonecsche en een Javaansche
brigade.
De militairen hebben in 't oer
woud niet veel kunnen uitrichten.
Wel paften ze er varkens en vo
gels neer, doch geen enkele tijger werd
geschoten, wat niet te verwonderen
is, daar deze roofdieren speciaal
FEUILLETON
na.
„We zijn hier in hare wonong. Zij
is mijne teekenonderwijzeres. Zij
heeft mij over u gesproken. Zij is't
die mij verhaald heeft, dat gij mij
bemindet."
De jonge man begreep er niets
van, Hij keek het meisje aan, alsof
hij vreesde, dat zij haar verstand
verloren had en hij wist niet of hij
waakte of droomde. Zijne moeder
hierWat voor geheimzinnige macht
had hem dan toch naar deze woning
gedreven. Hier zou ongetwijfeld over
zijn lot beslist worden.
Niet zonder schrik riep hij plotse
ling uit„Maar als zij hier is, dan heeft
«e ons ook moeten hooren
„A les," zei Christine, de deur open
werpend, „maar ik neem u niets
kwa ij*.. Ge wist niet beter."
In zjn drift gaf Mark zich geene
r«fce*»fhap van hetgeen hij deed,
maar hij strekte de armen naar haar
uit terwijl zjne lippen prevelden
Moeder 1"
.des nachts op buit uitgaan en men
bij het zenden van het detachement
verzuimd had rekening te houden
met den stand der maan.
In de donkere nachten konden
de soldaten hun eigen geweerkorrel
niet zien, laat staan een tijger neer
leggen. Deze expeditie leidde dus
tot niets en heden keerden de mili
tairen in hun garnizoen terug.
Te verwachten is, dat men thans
teneinde rasechte jagers aan te
moedigen, alsnog het premiestelsel
zal invoeren, opdat Boenboelang
worde verlost van deze ontzettende
plaag."
Het volge.'de is een uittreksel vat
de gezamenthj «e berichten van parti
culiere correspondenten aan de dag
bladen en van den Aneta-dienst.
Op April j.l. h«l een eruptie, eene
uitbarsting plaats van de Merapi, de
vulkaan welke, naast de nog iets hoo-
gere Merbaboe, met zijn spitsen kegel
en zijn biina immer aanwezigen rook
pluim het landschap van dejVorsten-
landen Zoo karakteristiek teekent.
Een zware jfpnkere wolk rustte na.
de uitbarsting boven den berg, ter
wijl gerommel weerklonk en op de
onderneming Bedojo en omstreken
een aschregen viel.
Des avonds viel er ten half zes tot
één uur een steenenregen in hetjBlon-
keng-ravijn, waarna om kwart over
een een laharstroom in de kali Badong
ontstond.
Na een vluchtig onderzoek deed
de controleur den bewoners van twee
dorpjes in de oude gevaarzöne aan
zeggen hun vee in veiligheid te bren
gen.
Het derde bericht, dat ik hier op
neem, betreft het optreden van een
gehouden „Ratoe Adil." Met dezen
naam wordt in de volksoverleveringen
de „beloofde" en -eenmaal te ver
wachten vorst aangeduid, die aan het
Javaansche volk de onafhankelijk
heid zal komen brengen.
Ditmaal verscheen er een ergens in
Kediri.
Lang heeft deze zich niet
handhaven, want al heel spoedig viel
hij onzen gezagdienaars in handen,
en werd hij voor den rechter gevoerd.
Ter terechtzitting kreeg men we
derom getuigen verklaringen te hoo
ren over „ilmoe's," welke geheim
zinnige kracht konden geven, over
dm vier-jarigen oorlog tusschcn de>
„Compenie" en de „Barikat-Islam'
welke van 1921 tot 1925 duren zou
en met behulp van Njai Lore Kidoel
de onzichtbare en toch naar volks
geloof immer aanwezige vorstin van
de Stille Zuidzee en hare geesten
uit de holen van het Zuiderstrand
door Abdoel Patah gewonnen zou
worden.
De rechter kon geen termen vin
den om op dezen Abdoel Patah art.
154 van het Wetboek van Strafrecht
toe te passen, daar hem niet kon
worden ten laste gelegd, dat hij „op
zettelijk gevoelens van haat, vijand
schap of minachting tegen de regee
ring van Nederland of Ned.-Indië"
had opgewekt, of bevorderd.
Wel werd wettig en overtuigend
bewezen geacht, dat hij zich wèder-
rechterlijk had bevoordeeld. Van
meerdere personen had hij met aller
lei listige kunstgrepen sommen gelds
weten te verkrijgen. Met de gemak
kelijk gegeven belofte van vette pos
ten in het nieuw te stichten rijk van
Kediri kon hij velen tot willig slacht
offer van zijn niet-onschuldige Strebe-
rcien te maken.
Deswege werd hij /croordeeld tot
vier jaar gevangenisstraf.
Het zou niet moeilijk vallen dit
drietal berichten met meerdere van
dien aard aan te vullen, doch ik kan
hiermede wel volstaan.
Nietwaar
Wanneer een steevast Nederl mder
deze berichten leest, tien tegen één
dat hij dan voor zich zelf al spoedig
met een conclusie gereed is, wvuin
Indië beoordeeld, en waarschij dijk
tevens veroordeeld wordt, althans ten
aanzien van de kwestie of het een
Christine snelde naar hem toe, en
langen tijd omarmden zij elkander.
Dit was de eerste erkenning der
liefde.
Zij was een gevolg van het gevoel,
niet van verstandelijke red en eering.
XXI.
TERUGGEVONDEN.
Diepe stilte volgde op de
van moeder en zoon.
Christine werd niet moede J4*rk
aan te zien. Zij verbüsde er ïich
over dat hij zoo flink en knan ws
„Wat zijt ge flink geworden,"
zei ze.
Jeanne keek den jongen man aan,
met oogen, die van verrukking
straalden.
De moeder zei nog„Hoe goed
begrijp ik, dat <n«n u lief heeft. Nu
moet ge mij niet mèer verlaten, voor
altijd zijt ge tot mij teruggekeerd
Ge begrijpt tbaas, dat ik u lief heb
en dat ik de eenige ben die u altijd
werkelijk heb bemind
Mark luisterde. Hij durf Ie nog gee
ne uiting geven aan zijne gedachten,
hoewel gehee zijn hart getrokken
werd naar de vrouw, die hem zoo
scheen te beminnen.
ïanis, gescniKt voor een ;;ratsuen-l
lijk" mensch om te bewonen.
Toch is het duidelijk, dat hij zich I
geen duidelijk beeld heeft kunnen
vornv-n.
Vooral niet uit dergelijke berichten
alleen.
Met de hand op 't hart kan ik hem
verklaren, dat ook de alhier, aller-
meesten der Europeanen, die in Indië
vertoeven, dergelijke gebeurtenissen
gewaar worden op dezelfde manier
als hij dat doet, n.m. door lezing in
de krant. Onder de duizend is er vaak
nog niet één, die ooit een tijger in
J -vrije natuur heeft zien rondioopen,
en Boengboelang is een afgelegen
streek, welke onder de Europeanen
zoo goed als onbekend is. Evenzoo
is het optreden van een „Ratoe Adil"
ook al is hij ongevaarlijk in zijn po
ging als Abdoel Patah geen verschijn
sel, dat aan de orde van den dag,
of ook maar van het jaar is.
Zeker, Indië is een vreemd, en
wonderlijk land.
Maar heusch niet te beoordeelen
naar enkle feite t, of zelfs reeksen v n
feiten.
Wie over Indië leest is wijs, wan
neer hij de gegevens, welke tot zijn
kennis komen, neemt voor wat ze
zij aals enkele kleurstipjes in een
moderne gepointilleerde schilderij
vooral zich niet laat verleiden tot
generaliseeren. Wat altijd nog te
velen doen.
En wie er heen gaat, doet goed
zich veel aanpassingsvermogen eigen
te maken, doch vooral te bedenken,
dat ook en vooral in Itidië het leven
voor hem wordt, wat hij er zelf van
maakt. S.
DE 31ste MEI.
Wie was toch eigenlijk de schuldige?
Had zij dan geene onwaarheid ge
sproken, leen zij den markies beschul
digde al de schandaden bedreven te
hebben, waarvan zij het slachtoffer
was geworden
yij' wilde 't nog niet gelooven.
Er moest hier een misverstand be
staan, een verschrikkelijk misver
stand dat hij wel zou ophelderen.
Toen Christine bemerkte, dat hij
'weder terughoudend en somber werd,
ra*dde zij wat er in hem omging.
Zij lcgJe hare hand op zijn schou
der èn hem met de diepe zachte oogen
«anziende, prevelde zij„Ge ant
woordt mij nietGe gelooft me niet
S/s ge eens wist hoezeer uw twijfel
mij doet lijden Maar 't is te begrij
pen Mem heeft ons aan elkander
ontnam u. Ge hebt ver van mij ge
leefd .1 wij kennen elkander nauwe
lijks. t Is niet verwonderlijk, dat ge
uij niet lief hebt, maar ge vervloekt
'j niet meer. Ge gelooft'niet meer
aan de last rtaal wélke men u he;ft
wijsgemaakt
„Ge zijt mijne moeder," prevelde
Mark, nog steeds eenigszins in twijfel.
„Uwe moeder, die u lief heeft en
nooit opgehouden heeft u lief te heb-
ben, geloof dat vrij. O, welk een zalig
heid, toen ik 't eerst door haar over
u hoorde spreken
Zij wees op Jeanne.
„Zij is 't die de eerste tnaal uw naam
in mijne tegenwoordigheid genoemd
heeft. Zij vertelde mij, dat gij leefdet,
dat ge hier waart, nadat ik u zoovele
jaren geroepen had, na zooveel voor
u gebeden te hebben!.,.. Zonder
haar, zonder de liefde, die in hetzelfde
oogenblik in uw beider hart ontlo
ken is, zou ik u nog niet terug hebben.
Zelfs uw bestaan zou mij nog onbe
kend zijn. Ziet ge niet in, dat wij hier
moeten denken aan een? geheime
beschikking der Voorzienigheid
„Misschien," z-ri Mark getroffen.
„God heeft gewild, dat ge elkander
zoudt beminnen en wilde dat deze
liefde tt tot uwe moeder zou terug
voeren. God heeft u beiden voor el
kander gemaakt."
Jeanne luisterde zonder te spreken
zeer ontroerd, en mevrouw d'Olne
was even getroffen als hare dochter.
Ja, 't was zoo, 't had allen schijn, of
't hier een hoogere beschikking gold.
„En toen ik u vervolgens gezien
heb," ging Christine voort, „reedt
gé met dien man te oaard. Uw paard
Mark maakte eene driftige bewe
ging.
Neen, neen, de vrouw, die zoo sprak
die zoo liefhad, was geene slechte
vrouw, geen slechte moeder.
Men had hem 'dan voorgelogen"!
Met weik doel Was 't waar, dat de
ongelukkige allejmartelingen verduurd
had, waarvan zij sprak
„Mijn groote angst," ging zij voort,
„was dat ik u voor mijnen dood niet
meer terug zou zien. Thans heb ik u ge
zien, u gesproken en ge vervloekt me
niet meer. Ge luistert naar mij.^Ik
zal gelukkig heengaan."
Zij greep hem bij de schouders en
keek hem met oneindige liefde aan.
„Mijn zoon," mompelde zij. 't V/as
haar onmogelijk meer te zeggen, „o
mijn zoon!"
Zij wees hem aan Jeanne. •••..Tl
„Want 't is mijn zoon, die groote
kanappe jongen O, wat heb ik hem
•beweend.
Zij wendde zich tot Mark:.. Ge waart
nen aan sommige sia.r xeamutcn
-aangeraden, na de bestuurlijke schei-
ding, limine medewerking niet te ooit-,
zeggen aan het activistisch bestuur.'
om de belanghebbenden met liunno
families le redden van den ondergang
of van onverdiende tuchtmaatregel
Ion?
De gouverneur van de Filippijnen ver
mist,
Lenard Wood, de gouverneur-ge
neraal van de Filippijnen, wordt se
dert een paar dagen vermist. Zijn
jacht is dco een plotselingen tyfoon
weggeslagen. De ambtenaren mee-
nen, dat het jacht in een of andere
haven een schuilplaats heeft gevon
den.
De uitsluiting onder de meiaal-
bewerkers in de streek van Frankfort
a/d. Main omvat ongeveer 50.000
arbeiders. Posten van stakers be
waken overal de ingangen der fa
brieken, waar door het geheele perso
neel gestaakt wordt. De stemming is
echter rustig, aangezien men het ver
trouwen heeft, dat men het spoedig
eens zal worden.
De directie der Duitsche spoor
wegen raadt den verzenders aan zich,
voor zoover spoorwegvervoer betreft
in de komende zomermaanden te
voorzien van grondstoffen, materia
len, meststoffen enz., ten einde te
leurstellingen in het najaar te voor
komen, wegens het in dit jaargetij
steeds heerschende gebrek aan wagens
omdat dan al het beschikbare materi
eel wordt in beslag genomen voor
verzending van den oogst.
- Men meldt dat de veemarkten
in Oostfriesland wegens het heerschen
van mond- en klauwzeer voorloopig
niet zullen plaats vinden.
In den nacht van Dinsdag op
Woensdag, heeft er naar Wolff meldt,
in de buurt van Sassnitz bij een ma
noeuvre, een botsing plaats gehad
tusschen het slagschip Hannover en
de torpedoboot S. 18. De torpedoboot
is aan den boeg beschadigd, en tien
van de opvarenden hebben daarbij
het leven gelaten.
Woensdagochtend heeft er
zoo seint Wolff een ontploffing
plaats gehad in de dynamietfabriek
te Schlebusch bij Keulen, 5 arbeiders
zijn daarbij gedood en één licht ge
wond. De oorzaak is nog niet vastge
steld.
De Evening News verneemt,
dat de leden van Lloyds een schade
post van bijna 700.000 hebben te
boeken door het verlies van het
goud aan boord van de Egypt. De totale
waarde van de specie aan boord was
vijf jaar toen men u aan mijne armen
ontrukt heeft. O, wreede "dagen en
wreede urenWelk een wanhoop 1
Hoeveel bittere tranen."
„Maar wie deed dat dan toch,"
vroeg Mark, oordeelende, dat het
oogenblik om de waarheid te leereu
kennen, eindelijk gekomen was
„Wie?die man!"
„Mijn vader
„Uw vader volgens de wet. O, wat
heb ik een ongelijk gehad met hem
te huwen, en aan uw vader, aan Paul,
die beleediging aan te doen't Is
daarom, mijn zoon, 't Is om die on
trouw aan zijne herinnering, dat ik zoo
pijnlijk gestraft ben geworden. Maar
ik" heb de kracht niet gehad om weer
stand te bieden. Ik zag u grooter wor
den zonder fortuin. Ik zag mijne moe
der ongelukkig. Ik zelf bleef achter
zonder hulpmiddelen om u een op
voeding te geven. Toen bood de mar
kies zich aan als echtgenoot. Hij was
rijk en scheen te goeder trouw. Hij
beweerde, dat 't hem gelukkig z< u
maken ons van dienst te zijn. Moeder
raadde mij aan naar hetntefuisteren.
De besprekingen van het Duitsche
rijkskabinet over de onderhandelingen
van dr. Hermes met de leden van de
commissie van herstel te Parijs zijn
voorloopig geëindigd. Men is het eens ge
worden over nieuwe opdrachten voor
Hermes, welke onmiddellijk naar Parijs
zijn gezonden om den ministers van fi
nanciën als richtsnoer te dienen voor ze-
jkere verklaringen aan de commissie van
herstel.
Hermes, de Duitsche minister van fi
nanciën, is Woensdagavond uit Parijs
vertrokken, na een laatste onderhoud te.
hebben gehad met Mauclère, den voorzit
ter van de commissie voor de waarbor
gen, over de voorwaarden voor de con
trole, waaraan Duitschlaud moet voldoen
vóór 31 Mei.
De Temps meent te welen, dat men.
zoowel op de kwesties nopens het even
wicht van de begrooting, ais die nopens
de controle, is gekomen tof een formu
leering, die door de commissie voor de
waarborgen kan worden aanvaard, als de
regeering die officieel vóór 31 Mei in
dient.
Naarmale de 31e nadert, groeit in En
geland de belangstelling in liet vraagstuk
der Duitsche schadevergoeding. Do bla
den vereenigen zich algemeen met de ver
klaring onlangs van Bonar Law, da'
Duitschland in staat was éen groot deel
van de oorlogskosten terug te betalen en
dat dit het best verkregen kon worden
door een zorgvuldig overwogen gemeen
schappelijk optreden der geallieerden in
overeenkomst mét liet verdrag van Ver
sailles. De Daily Telegraph merkt op, dat
de welingelichte openbare meening in bei
de landen inziet, dat, een onafhankelijk
optreden van Frankrijk nadeelig zou wer
ken op de internationale financieele hulp
zonder welke Duitschland niet in staat
zou zijn aan zijn verplichtingen jegens
Frankrijk te voldoen. De Telegraph
voegt er aan toe, dat zelfs als men toe
geeft, dat de letterlijke lezing van het
verdrag Frankrijk zou machtigen tot een
verdere bezetting van Duitsch gebied,
art. 248 het zou beletten daarvan profijt
te trekken, daar alle inkomsten enz. van
het rijk volgens dat artikel aan de geal
lieerden en geassocieerden gezamenlijk
toekomen, zooals zij zijn vertegenwoor
digd in de commissi' van herstel.
De redevoering van Bonar Law-
De rede van Bonar Law over d<-
Fransch-Engelschc entente heeft te Pa
rijs erg de aandacht getrokken. Ze stelt
teleur. Law gold als een overtuigd vriend
van dit land, seint de Parijschecorr. van
de N. R. Ct. Na zich uit de regeering te
hebben terug getrokken vestigde hij zich
in' Frankrijk. Twee zijner zoons sneuvel
den in den oorlog. Nu wijt men aan zijn
typisch Engelscheu aard, dat hij, aan
dringend op het behoud der entente, liet
verbreken daarvan voor Engeland met
een zeer groot ongeluk, voor Frankrijk
met een ramp gelijk stelde en dat liij dp
vernietiging der Duitsche vloot len op
zichte van Engeland zóó natuurlijk acht-
dal hij ze niet tolt, ofschoon Duitschland
ie rand niet afdoende ontwapend werd-'
Men erkent hier grif niet op volledige
vergoeding door Duitschland te kunnen
rekenen, maar wenscht niet daarvan ge
heel verstoken te blijven. Dat Law de
Duitsche koloniën, door het verdrag aan
Engeland toegewezen niet erg belangrijk
acht en wijst op de koloniën door Frank
rijk gewonnen, vindt hier geen instem
ming. Men weet wel, dat de Britten on
der belastingen gebukt gaan, maar meent,
dat Law te weinig met het verwoeste ge
bied rekening houdt, dat hij, in zoo ver
het hier werkloosheid weert, niet zoö
kwaad schijnt te vinden. Dat hij partü
kiest tegen een mogelijk zelfstandig op
treden van Frankrijk als Duitschland vrij
willig in gebreke blijft, maakt vooral een
slechten indruk.
.De Figaro meldt, dat hel betrokken ar
tikel van het vredesverdrag oorspronke
lijk bevatte, dat Duitschland in dat geval
zelfs van postverbinding zou afgesneden
en dat er op Duitsch bezit beslag gelegd
zou worden, maar dat Wilson dit belette
niet om Duitschland te sparen, maar in
tegendeel om de geallieerde regeeringen
niet te binden, wat de tegen dit land te
nemen strafmaatregelen aangaat.
Natuurlijk juichte de Humanité, dat ook
ook Law zich tegen een mogelijk onaf
hankelijk optreden van Frankrijk verzet
als Duitschland den 31en dezer zijn plicht
verwaarloost.
De Temps wijst erop, dat Poincaré
nooit heeft gestipuleerd, dat het Roer
bekken in dat geval zou bezet worden-
Dit zal pas uitgemaakt worden als de
commissie van herstel advies heeft uitge
bracht. Van eenige kanten wordt geop
perd, dat Frankrijk dan met de heffing
van een recht op de Rocrkolen, bijvoor
beeld van 50 francs, per ton zou kunnen
volstaan. Daartoe zou dal gebied niet be
hoeven bezet tc worden.
IERLAND.
De Dublinsehe correspondenten vree
zen, dat de rijksregeering opnieuw zal ko
men te staan voor den cisch van de Daïl
voor een erkenning van de souvereine
onafhankelijkheid. De gegrondheid van
die vrees kan nog niet vastgesteld wor
den, maar voldoende reden tot bezorgd
heid schijnt aanwezig nu als eerste resul
taat van de Dublinsehe coalitie de kloof
tusschen Noord en Zuid aanmerkelijk
verbreed is. De redevoeringen van Craig
en-Collins doen beseffen dat er weer een
moeilijke periode voor den boeg is.
De pers legt nadruk op de sociale an
archie waarin Ierland den laatsten tijd ge
dompeld is geweest en eischt gebiedend
herstel van het gezag in een of anderen
vorm. Indien de coalitie dit in het Zui
den kan bewerken en Craig's maatrege-*
len in het Noorden eveneens succes heb
ben, dan kan iets bereikt zijn, indien al
thans het evenwicht tusschen Noord en
Zuid kan gehandhaafd worden. In het
laatste ligt een aanwijzing voor de tol,
door de rijksregeering op de aanstaande
conferentie te vervullen, maar de bladen
zien de moeilijkheden in en hun com
mentaar op den toestand is behoedzaam.
Blijkbaar zou zij begeerig in belang van
de hangende conferentie een opwinding,
welken den toestand verergeren zou,
voorkomen.
DE ENGELSCHE „RIJKSDAG."
Woensdag vierde het Britsche rijk zijn
Empire Day met vlaggenvertoon, gods
dienstoefeningen enz.
In de overzeesche gewesten wordt die
dag feestelijker gevierd dan in Engeland
zelf. In sommige gevallen is het niet ijjeer
dan een vaste vacantiedag, terwijl in In
dië de Hindoo's, Mohammedanen en Sikhs
bijzondere godsdienstoefeningen in hun
tempels houden.
Men vestigt er de aandacht op, dat ma
joor Blake, kapitein Macmillon en kolo
nel Broome, die Woensdag op hun vlieg
tocht oin de wereld vertrokken, onder
scheidenlijk een Ier, een Schot en een En-
gelschman zijn. Het heeft veel kracht ge
kost om alle toebereidselen opdat zij hun
reis op Empire Day konden beginnen,
bijtijds klaar te krijgen.
DE CONFERENTIE IN DEN HAAG.
De Matin verneemt uit Rome, dat baron
Avezzana Italië ter conferentie in den
Haag zal vertegenwoordigen.
FRANKRIJK en ROEMENIë.
Het Journal zegt, dat Bratianu, naar
aanleiding van de bedreigingen door de
Sovjets te Genua geuit, dat zij Bessara-
bië zouden hernemen, te Parijs is komen
vragen wat Frankrijk zou doen in geval
Roemenië werd aangevallen.
Het blad zegt, dat, al is er aan Bra
tianu de raad gegeven voorzichtig te zijn,
hem tevens verzekerd is, dat Frankrijk zijn
bondgenootschappen ia het Oosten niet
vergeet.
TSJECHOiSLOWAKIJF. EN GENUA.
De Tsjechische bladen 'keuren zonder
voorbehoud Benes' uiteenzettingen over
Genua goed en erkennen het succes van
de Tsjechische politiek aldaar, welke in
overeenstemming was met de kleine en
tente en welker invloed door den steun
van Polen werd geslijfd. Met name juicht
men 't behoud van het Engelsch-Fransch-
Italiaanse!: fiondgenootscTtap ros en iic?
feit, dat Praag zijn vrijheid van handelen
jegens Moslkou heeft bewaard.
De Cas voegt hieraan toe, dat de oeco-
noinische onderhandelingen met Sovjet-
Rusland een gunsligcn uitslag beloven.
HET EUCHARISTISCH CONGRES
TE ROME.-
Woensdagmiddag is bet Eucharistisch
Congres plechtig geopend. De deken van
het HeiligeCollege heeft de congresleden
aan den Paus voorgesteld, en zeide daar
bij: Op de eerste plaats van die dingen,
die v/ij moeten afsmecken, staan de een
heid en de tijdelijke burgervrede, waar
aan dit geteisterde Europa zoozeer be
hoefte heeft, opdat de wederzijdsche
hartstochten en jaloerschheden kunnen
bedaren. Wij zullen die oendracht aanroe
pen voor alle volken, die, welke van de
katholieke gemeenschap zijn afgesneden,
inbegrepen, opdat deze eindelijk één en
kele kudde onder één enkelen herder
zullen vormen.
PATER STRACKE VEROORDEELD.
De bekende Vlaamsche Jezuietcnpater
Stracke is door het Gentsche Gerechtshof
tot 3 jaar gevangenisstraf veroordeeld.
Het katholieke Vlaamsche hoofdorgaan,
de Brusselsche Standaard, schrijft naar
aanleiding hiervan o.m.:
Deze veroordeeling gebeurde nadat men
plechtig verklaard had dat het belang van
de maatschappij wel kon overeen gebracht
worden met „matigheid," zooals men dat
te Gent heet. En die „matigheid" was
drie jaart
Dit verbluffende vonnis dat zelfs dege
nen verbaasd heeft die van nature uit ge
dreven zijn om niets zwaar te vinden wat
een Vlaamsch-gezinde treffen kan, zal
verbittering wekken, bij allen die den loop
van dit proces hebben gevolgd.
Nooit werd zoo'n misbruik gemaakt van
het procédé dat sedert den wapenstilstand
met voorliefde werd gevolgd, en dat men
het scheppen van een atmosfeer heeft ge
noemd. Daar hadden wij weer het enorme
kader van het activisme, de colletieve mis
daad, de opeischingen. En geen enkel pro
ces dat met de oorlogsomstandigheden ver
band hiel'd, stond zoo ver af van het acti
visme als de zaak van pater Stracke."
In dit kader, in die collectieve misdaad,
ging het eigenlijke wat men pater Stracke
ten laste legde verloren. Wat hij deed, de
daad waarvoor hij moest verantwoorden,
kwam onder de schaduw van het gevaarte
dat er rondom was opgetimmerd. Ander
maal werd gevraagd in pater Stracke het
activisme te veroordeelen.
i Indien Pater Stracke zich had bezon
digd aanactivisme, we zouden wellicht
voor zijn veroordeeling eeniige verklaring
hebben gevonden in de bijzondere men
taliteit dier menschen voor welke, op
Vlaamsch gebied, ieder onderscheid tus
schen een laakbare en een strafbare han
deling is le loor gegaan. Voor het Gent-
l sche gerechtshof is inderdaad ieder werk-
zaani-Vlaamschgezinde een activist, en
ieder activist een landverrader. Maar het
geval van Pater Stracke staat alleen en
zelfs vóór het Gentsche Hof achtten we
zijn veroordeeling niet mogelijk. Inder-
i daad, Pater Stracke werd niet vervolgd als
activist. Niets, in den loop van het geding,
wees op activistische propaganda, het von
nis is er ook niet op gebouwd. Wat aan
Pater Stracke werd ten laste gelegd, was,
dat hij, in den korte rede, in het kamp
van Holzminden, aan eenige werklieden
zou hebben gezegd dat het verkieslijker
was te arbeiden dan in vadsigheid ten on
der te gaan.
Men heeft dit genoemd een poging
om hulp aan mannen te verstrekken
aan den vijand en hem op dien grond
veroordeeld tot drie jaar gevangenis
straf en. de thans gebruikelijke be-
rooving van burgerrechten gedurende
vijf jaar.
Zullen wij hier opnieuw herinneren
zooals onmiddellijk vóór de uitspraak
geschiedde in de gerechtszaal, aan
die hondenden werklieden in het ar
senaal, welke op aanraden van hoog
in aanzien staande socialistische kop
stukken, aan den arbeid ging, van
die honderden baanwerkers, welke
vanwege een comiteit, waarvan een
senator voorzitter was, dezelfde woor
den le hooren kregen.
Zullen wc het geval oproepen van
de fabrieksbestuurders. die om een
belangrijke industrie van den onder
gang te redden, van de Waal sche:
koleumagnateu. die om vrede te hou
den tusschen hunne werklieden „en
aan de bevolking wat minder lijkten
te doen ondergaan, tienduizenden van
mannen aan den arbeid hebben ge
houden, ofschoon de Duitschers een
niet onaanzienlijk gedeelte van de
vóortbreugst opeischten ten eigen
bate. Door deze daad konden treinen
rijden, waarmede de Duitsche regi
menten optrokken; door deze daad
werden duizenden soldaten vrij ge
maakt voor het actieve leger.
Hebben niet hooggeplaatste perso-
heeft mij bijna omvergeworpen, maar
ik zou gelukkig geweest zijn, als ik
aan uwe voeten had mogen sterven,
mits uw blik slechts op mij viel, als uw
mond slechts een woord van mede
lijden voor mij had gehad."
Wij zouden dus heel goed kunnen
pleiten dat iemand, begaan als Patel
Stracke. met het zieleheil der krijgs*
gevangenen, in een bepaald geval la'
goeder trouw kan twijfelen of tus-;
scken den moreelen ondergang en vrij*
willigen arbeid, deze laatste voor som*
mige ongelukkigen niet te verkiezen
valt Maar zelfs dit is overbodig. De
enkele getuigen, die te later um
zijn opgedoken, nadat iaën drie jaar,
lang heel het land vruchteloos had/
afgezocht, om te bewijzen dat Pater,
Stracke den raad tot arbeid zou
hebben gegeven, bieden geen houvast
Wat is na vier jaar de verklaring
van een onontwikkeld en zelfs van
een ontwikkeld mensch nog waard
over een kor rede. als dez© door
Pater Stracke gesproken?
De getuigenis van deze getuigen'
wordt overigens formeel tegengespro
ken door andere, die meer ontwikkeld
en alvast niet minder geloofbaar zijn.
En de loochening van Pater Stracke
zelf, die we ook uit1 dit proces hcbH
ben leeren kennen als een man, die
over zijn eigen daden niet durft te'
verantwoorden is formeel.
Maar Pater Stracke veroordeelen
als een bewust werver van manschap
pen voor het- Duitsche leger! ,w£ai
zich een oogenblik indenkt wat een
afschuwelijk karakter het verraad on
der dezen vorm ver tegeuw o opdigtj
weet dat Pater Stracke van zulk ver
raad onverdenkbaar is. Zijn eer als
mensch, zijn geweten als priester,-
zijn aanwezigheid in de Congregatie/
der Jezuiten, ook thans nog, verzetten:
zich tegen zulk een smadelijke, be
schuldiging.
(Wordt vervolgd.)