BUITENLAND.
Tweede 8!ad - I Juni 1922
INDISCHE KRONIEK,
KUNST ËN KENNIS.
KERK EN SCHOOL.
A CHT0 FFÈR
De malaise, und kein Ende.
In enkele mijner vorige kronieken
s er reeds op gewezen, hoe de Re-
;eering in Indië er op uit is om op
dies en nog wat te bezuinigen. Ik
tad hier willen schrijven om de ge-
leele staatshuishouding te vereen
voudigen, doch dit zou niet juist
jeweest zijn.
De overheidstaak spant zich in
indië niet over zoo een groot gebied
5*at we van overbodige bemoeienissen
spreken kunnen. Beperking in onder-
jeelen, die is mogelijk, zooals de over
dracht van de grootscheeps geëx
ploiteerde Staatsspoor-hotels aan
particuliere vennootschappen, waar
van een Aneta-telegram deze week
melding maakte.
Even weinig is van een vereen
voudiging van de inwendige organisa
tie sprake.
Een bezuiniging in grooten stijl
zou bijv. zijn de afschaffing van de
Algemeene Secretarie te Buitenzorg,
doch een maatregel als deze zullen
we maar op den Griekschen Kalender
noteeren. Ik durf heusch niet te voor
spellen, hoeveel liters inkt er zullen
moeten vloeien, alvorens deze on
neembare burcht der grootmachtige
bureaucratie, tegen welke men eenige
malen getracht heeft storm te loo-
pen doch zonder een schijn van
succes, verdwijnen zal.
Inmiddels houdt men zich bezig
met het beknibbelen der ambtenaars
salarissen. Na het terzijde schuiven
van de nivelleeringsvoorstellen door
den Minister, zal nu volgen de intrek
king van den duurtetoeslag. Een
Indisch telegram van 26 Mei heeft
ons bericht, dat ten aanzien van het
stelsel, waarop deze duurtetoeslag
geleidelijk zal worden ingekrompen,
overeenstemming is bereikt in een
gecombineerde vergadering van land
voogd, Departementshoofden en le
den van den Raad van Indië.
Dat wil dus zeggen, we behoeven
niet meer te vreezen, de sinds lang
dreigende maatregel komt er vast
en zeker.
De geest van het ambtenaren
corps? Wel, die schijnt men nog
slechter te kunnen laten worden,
2 sprekers*5 op de laatstel vergadering
van het Verbond van Landsdienaren
werd bereids door de politie het woord
ontnomen.
Het vraagstuk der personeels
voorziening Inderdaad, dat schijnt
'nderdaad niet meer te bestaan.
Versterking der geldmiddelen, dat
i vanzelfsprekend ook iets, waaraan
stevig wordt gewerkt. Ook de Neder-
landsche burger weet zonder verdere
uitleg, wat dat beteekent.
Behalve de algemeen bekende me^
thoden, zouden natuurlijk ook wel
andere in den smaak vallen. „De
Locomotief" bepleit de invoering van
de staatsloterij in Indië, zooals we
die in Nederland kennen.
Waarom niet
Ondanks de ethische bezwaren,
welke men er van sommige zijden te
gen aanvoert, is me dit middel toch
sympathieker dan men in sommige
gouvernementsbedrijven toepast om
de gevolgen van de algemeene ma
laise te ontgaan. Bij een staatsloterij
behoeven zij, die dat willen of niet
kunnen, niet bij te dragen tot een
dergelijke geldinzameling ten behoeve
van de schatkist, en kunnen er toch
zeker van zijn, dat er genoeg anderen
zich beijveren zullen in dezen vorm
meerdere belasting op te brengen.
Daarentegen worden allen, hétzij
minder of meer, getroffen door de
immer nog niet tot stilstand gekomen
verhooging der tarieven voor perso
nen- en goederenvervoer, welke de
Staatsspoordirectie meent te moeten
toepassen. Nog kort geleden kwam
een verhooging van 25% los voor het
reizigers-tarief. De goederen-vrach
ten worden berekend naar prijzen,
welke soms het viervoudige bedragen
van wat het enkele jaren geleden
kostte.
In enkele gevallen is de directie
op coulante wijze tegemoet gekomen
aan de bezwaren, welke tegen deze
verhooging werden ingebracht, zoo
wat betreft het bloemenvervoer. Dat
laatste is van meer beteekenis dan
men hier wellicnt denken zou. De'
groote steden aan de kust, zooals
'Batavia, Soerabaja en Semarang
krijgen hun bloemen allen aangevoerd
uit de bergstreken, waar het kwee
ken door de koelte van het klimaat
veel gemakkelijker wordt gemaakt.
En waar de gewoonte om bouqetten
en kransen te geven bij verschillende
gelegenheden in Indië nog drukker
wordt beoefend dan hier te lande,
kan men zich wel voorstellen hoe de
bloemisten gedupeerd werden door
een verhooging voor het vervoer van
bloemen tot het vierdubbele van
1914. In dit bijzondere geval werd
op verzoek der belanghebbenden de
verhooging weer ingetrokken.
Doch in 't algemeen denkt men
daar natuurlijk niet aan.
En terwijl eenerzijds verkondigd
wordt, dat men door het drukken der
salarissen de levensstandaard helpt
verlagen, werkt men anderzijds krach
tig mede om de levenskosten steeds
hooger op te drijven.
De tarieven-politiek der Staats
spoor doet des te zonderlinger aan,
nu de directie van een particuliere
tramwegmaatschappij met zoo een
belangrijk vervoerscapaciteit als de
Semarang-Jouna-Stoomtrain en de
daarmede verbonden zustermaat
schappijen een tariefver/ögmg over
wegen van 15%.
Deze directies schijnen een andere
opvatting te hebben van de wijze,
waarop de gevolgen van de malaise
zooveel mogelijk kunnen worden ge
neutraliseerd.
Er moet onmiddellijk aan worden
toegevoegd, dat niet in alle parti
culiere transportbedrijven dezelfde
houding wordt aangenomen.
Gelijk gerechte critiek als tot de
Staatspoor werd gericht, is ook uit
gelokt door de Koninklijke Paket
vaart Maatschappij.
De K. P. M. neemt in onzen In-
dischen archipel eene bijzondere po
sitie in, door haar wordt vrijwel het
geheele inter-insulaire verkeer be
diend. Tusschen Merauke op Nieuw-
Guinea en Sabang boven de noord
westelijke punt van Sumatra en de
daartusschen gelegen eilanden doet
zij hare booten varen. In dat uitge
strekte watergebied is zij vrijwel
monopoliehoudster. Deze bevoor
rechte positie heeft de directie, waar
het haar veroorloofd was door con-
currentie-looze vaart, er toe verleid
de vrachtprijzen van 1914 geleidelijk
aan te verdrie- ja zelfs te vervier
voudigen. Zoodat, bijv. voor een
artikel als copra het vervoer binnen
de grenzen van Ned. Indië nog meer
kost clan naar het buitenland.
De K. P. M. berekent namelijk f 5
per picol voor het vervoer van Nieuw
Guinea naar Makassar, terwijl de
vrachtprijs per picol van Makassar,
naar Nederland f 1.75 bedraagt, en
die van Makassar naar Amerika 1.25.
Terecht is het „Soerabajasch Han
delsblad" in een hoofdartikel daar
krachtig tegen opgekomen.
„De K. P. M.-tarieven werken thans
moordend op den handel in ver
schillende producten."
„De vrachten-politiek van de K.
P. M. is een verkeerde. Zij slaat den
importhandel en den exporthandel
vrijwel lam, en leidt tot verarming
der bevolking van een groot deel der
Archipel. De nadeelige gevolgen daar
van zullen, in 't eind, ook door de
K. P. M. worden gevoeld."
Aldus oordeelt genoemd blad.
Het treft voor de Indische burgers
wel heel ongelukkig, dat de leiders
in het staatsspoorbedrijf met die van
de genoemde scheepvaartmaatschap
pij ten aanzien van de opdrijving der
vervoerkosten als het ware in combi
natie optreden.
Want nu overheid en grootbedrijf
particulier dezelfde lijn trekken, hoe
zal het dan mogelijk zijn te zorgen,
dat naar beteren koers gevaren wordt?
Juist om de malaise-toestand, welke
in zoo hooge mate nadeelig is ook voor
beider belangen, niet langer dan noo-
dig is te bestendigen. S.
Het Duitsche antwoord aan de
Commissie van Herstel.
De Iersche kwestei.
GEM. BUITENL. BERICHTEN.
Eenige minuien vemepen in onge
stoord geluk. Plotseling echter, sprong
Mark op en men las op zijn gelaat, dat
hij een vast besluit genomen had.
„Waar gaat ge heen," vroeg Chris
tine die dadelijk ongerust werd, vooral
toen zij opmerkte, welke een harde
uitdrukking er in zijne oogen lag.
„Ik ga nijn vader wreken, en den
dokter en u," zei hij.
Maar toen hij bij de deur kwam, te
gengehouden door zijne moeder, die
hem wilde verhinderen te vertrekken,
werd er zoo luid aan de schel getrok
ken, dat 't in liet geheel vertrek weer
klonk en te zelfdertijd riep een stem,
welke Christine zoowel als Mark her
kenden :„Doet open ellendelingen
doet open
„De Markies," zei Mark.
„Hij is 't," fluisterde Christine.
„Ha," riep de jonge man, „'t is de
li el welke hem thans hier zendt."
En hij opende de deur.
XXIV.
HET GEHEIM ONTHULD.
De markies stormde in de hevigste
woede binnen.
Gewaarschuwd door den heer de
Saint-Elme, die Mark gevolgd was,
dat zijn zoon op een eenigszins geheim
zinnige manier binnengegaan was bij
eene zekere mevrouw d'Ormessan,
had de heer d'Arbois dadelijk aan
Christine gedacht.
Zijn zoon was bij die vrouw
De portierster, die hij ondervraagd
had, voor hij naar boven ging, had
hem gezegd, dat de beide jonge dames
en de jonge man zich nog steeds bij
mevrouw d'Ormessan bevonden. Met
enkele sprongen was hij boven aan
de trap, met de grootste moeite,
gevolgd door den heer de Saint-Elme,
die een en al verbazing was over de
vlugheid van den grijsaard.
Toen hij verscheen, overzag zijn
oog dadelijk het geheele vertrek. Hij
zag Mark met strengen blik en ge
fronst voorhoofd, Christine over het
geheele lichaam bevend, mevrouw
d'Olne en hare dochter, die eenigszins
verborgen waren gaan zitten in een
hoek van de kamer. Zii waren doods
bleek en hunne harten klopten, alsof
ze zouden breken.
Hij begreep alles. Christine had ge
sproken. Die gedachte deed hem sidde
ren van de verschrikkelijkste woede.
Zijne oogen schoten vonken, en de
blik dien hij haar toewierp, was zoo
ontzettend, dat de arme vrouw zich
van angst had willen verbergen.
Tot haar wendde hij zich, op haar
deed hij al zijne woede neerkomen.
„Wel, wel, mevrouw," zei hij met
eene bijtende stent, eene stem snijdend
als het scherp van een dolk, „ik zie,
dat gij er met de jaren op vooruit zijt
gegaan."
Christine keek vragend in het rond,
zij begreep niet wat hij bedoelde.
Mark daarentegen begreep hem zeer
goed, en brullend van wöede, trad
hij op den man toe, dien hij tot heden
als zijn vader beschouwd had.
„Ik verbied u, aldus te spreken,"
donderde hij hem toe.
De markies lachte spottend i „Ha
zoo ventie, verbiedt ge mij dat, dat
is prachtig en wat verbiedt ge mij nu
eigenlijk wel
„Ik verbied u die vrouw, mijne moe
der, te beleedigen."-
Hij hief de hand op, alsof hij wilde
slaan.
De markies keek hem spottend
aan en boog zelfs niet het hoofd.
,Zoudt ge mij, uw vader, iets wil
len verbieden
„Gij ziit mijn vader niet. Ge hebt
geen enkëi recht op mij, en daarvoor
dank ik den hemel uit den diepsten
grond mijns harten."
„Het verbaast mij niet, op die wij
ze voor mijne opofferingen en mijne
zorgen beloond te worden, maar vol
gens de wet ben ik uw vader. Ik heb
het recht te bevelen en 't is uw plicht
te gehoorzamen."
„Men gehoorzaamt geen moorde
naars, 't is onmogelijk naar mensche-
lijke wangedrochten te luisteren."
„Dat wordt prachtig. Ik zie, dat die
vrouw haren tijd goed benut heeft om
u van mij los te maken en het gewone
lijstje beschuldigingen en lasterpraat
jes uit te kramen. Ik ben een monster
achtig schepsel, bezoedeld met bloed
en vreeselijk misdadig. Het verbaast
mij, dat ge mij nog geen rekenschap
gevraagd hebt over het bloed van
uwen vader."
Terwijl hij deze woorden spottend
uitriep, was de ma. kies het toonbeeld
van koelbloedigheid en onbeschaamd
heid.
Tegenover zooveel vermete he d was
Christine geene meesteresse mee over
de verontwaardiging welke haar ver
vulde. Krankzinnig van woede, snelde
zij op den el endeling toe.
„Ge zijt het, schurk," kreet zij, „die
rekenschap vraagt van het bloed van
mijn eersten gemaal, die ge aan mijne
zijde hebt vermoord. Mijn hart s nog
geheel vol van hem. Hij en d zoon,
dien hij mij naüet. ziedaar alles, wat
ik op aard bemind heb. En gij zijt
het die hem lafhartig vermoord hebt,
door van achteren uit een schuilhoek
op hem te schieten. Nooit zoudt gij 't
gewaagd hebben, hem openlijk aan
te vallen.'
En terwijl zij sprak waren de oogen
van de ongelukkige afgedwaald naar
Ma k en zij keek hem aan met eene
oneindige liefde.
De markies had opgemerkt, welk
en geluk er uit hare oogen s raaide
en hij was er jaloersch op.
„Uw zoon zei hij met een snijden
de, scherpe stem. „bedenk wel, dat
ge hem nog niet terug hebt I"
Ge kunt hem mij niet m er ont'
rooven. Thans is 't onmogelijk om
hem nog door el' ndige huurlingen
te doen oplichten. Thans is 't een man.
Hij zal zich verdedigen, hij zal ook
zijne moeder weten te verdedigen."
„Hij is mijn zoon, „gij zijt mijne
vrouw en beiden zijt gij in mijne
macht."
„Ik zal nooit erkennen, dat de man,
die mijn vader vermoord heeft, eenige
macht op mij kan doen gelden."
„Bewijs da' eens
„De man, die mijne moeder gemar
teld heeft."
„Toon dat eens aan
„Het zal voldoende zijn," zei Chris
tine, „als ik mijnen levensloop wereld
kundig maak."
„Ik ben 't," zei de markies, „die
alles zal vertellen. Ik zal bewijzen,
hoe gij eene onwaardige moeder wérdt.'
Christine slaakte een vreeselijken
kreet.
„O, Mark, Mark, sluit dien man
den mond 1"
Mark sprong op den markies toe,
knarsetandend en met gebalde vuisten.
Omtrent den inhoud van het Duitsche
antwoord aan de Commissie van Herstel
wordt nog het volgende gemeld:
Van groot belang zijn de' mededeelingen
over de. vlottende schuld en de bereidver
klaring van de Duitsche regeering om het
aangroeien daarvan te voorkomen, waarbij
zij evenwel betoogt dat zulks onmogelijk
zal zijn zonder een buitenlandsche leening
die binnen redelijken tijd beschikbaar zou
moeten zijn.
Als normaal maximum-bedrag van de
vlottende schuld wordt de stand op 31
Maart 1.1. aangenomen. De overschrijding
daarvan tot einde Juni zal binnen de eerst
volgende drie maanden worden terugbe
taald met behulp van de overschotten op
de inkomsten, die de uitgaven overtreffen
en door opneming van bizondere kredieten.
Indien na deze drie maanden het norma
le maximum-bedrag nog steeds wordt over
troffen, zal de Duitsche regeering ontwer
pen indienen tot belastingverhooging, wel
ker opbrengst binnen zes maanden de vlot
tende schuld tot het normale maximum-be
drag moet hebben teruggebracht.
De Duitsche regeering verleent de com
missie van herstel het recht haar finan-
cicele gestie na te gaan, onder voorwaarde
dat Duitscliland's souvereiniteit onaange
tast blijft en de geregelde gang van het be
stuur niet wordt gestoord.
Ter bestrijding van de kapitaal-vlucht
belooft Duitschland alle noodige maatrege
len te treffen.
De autonomie van de Reichsbank is reeds
bij de wet van 26 Mei gewaarborgd.
Verder deelt het antwoord mede, dat de
statistieken weder op den grondslag van
voor den oorlog zullen worden ingericht.
Als bijlage is aan de nota toegevoegd een
gewijzigd begrootingsplan 1922..
De ripksregeering merkt ten slotte op dat
zij deze verklaringen aflegt in de verwach
ting dat de commissie van herstel aan de
in haar beslissing van 21 Maart ontworpen
regeling der schadevergoeding voor 1922
een duurzaam karakter zal willen geven-
De Fransche pers.
De meeste Fransche bladen ontvan
gen het antwoord van Duitschland gun
stig, al meenen zij, dat het document op
bepaalde punten aanleiding tot kritiek
en voorbehoud geeft. Zij meenen voorts,
dat het antwoord elk ongunstig vooruit
zicht voor den 31en dezer heeft wegge
nomen.
Het „Petit Journal" wijst er op, dat
het Duitsche Rijk het toezicht op zijn
uitgaven niet aanvaardt. Het blad vreest,
dat de toekomst nog teleurstellingen en
onaangename ondervindingen zal mee
brengen.
De „Matin" acht het nooiig tegenover
de onvaste politiek van Duitschland niet
in flinkheid te verslappen.
De „Echo de Paris" acht de mogelijk
heid, om nog tot sancties toevlucht te
moeten nemen, van de baan.
Volgens de „Matin" heeft het ant
woord een goeden indruk gemaakt bij
de buitenlandsche bankiers, die giste
ren hun beraadslagingen zouden hervat
ten.
HET DEBAT IN DEN DUITSOHEN
RIJKSDAG.
In de Rijksdagvergadering van Dins
dag heeft de democratische afgevaardig
de Dernburg nog gezegd, dat de motie
van wantrouwen der uiterste rechterzij
de niemand kan verbazen daar derge
lijke motie3 tot de gewoonten der
Duitsck-nationalen behooren. Wat de
conferentie van Genua betreft, de de
mocraten staan op hetzelfde standpunt
als de sociaal-democra'ie en het centrum.
Wij moeten de Italianen hartelijk dan
ken voor hun grco':e tegemoetkoming te
genover het Duitsche volk.
Sprekend over het verdrag van Ra-
pallo zegt spreker, dat elk mensch met
gezond verstand inziet, dat dit verdrag
geen politiek doel beoogt, zooals wel eens
wordt beweerd. Het is to h wel duidelijk,
dat een tusschen Frankrijk en Polen in
geklemd Duitschland met zijn 100.000
soldaten geen miltaristis-he politiek met
sowjet-Rusland kan of wil voeren.
Spreker deelt het pessimisme van den
Rijkskanselier inzake de richtsnoeren die
te Genua in de commissie-vergaderingen
werden opgesteld. Wat de Parijsche lee-
ningonderhandelingen aangaat, de be
slissing zal hier worden toevertrouwd aan
dezolfde personen, die reeds te Brus
sel over de basis voor de financioele
ontwikkeling van Europa hebben be
slist. Het zullen natuurlijk alleen de
geldschieters zijn die de voorwaarden van
de leening zullen stellen. Deze voor
waarden zullen steunen op de beslui
ten van Brussel en Genua en het geld
zal niet worden gegeven indien Duitsch
land niet voldoende waarborgen voor zijn
financieele ontwikkeling biedt.
Bij deze gelegenheid zal een groot onder
zoek naar het prestatievermogen van
Duitschland noodig blijken. Dit onderzoek
zal niet moeten worden gevoerd door per
sonen, die deel uitmaken van de commis
sie van herstel, maar door personen, die
ons het geld willen verstrekken. Indien de
geldschieters dit onderzoek zelfstandig
voeren, zal onvermijdelijk ook hel geheele
vragstuk van het herstel ter sprake ko
men. Een leening op korten termijn is to
taal nutteloos. Duitschland heeft een lee
ning op langen termijn noodig, maar ook
vraagstuk van het herstel ter sprake ko
men .zoolang Frankrijk zich het recht
voorbehoudt het Roergebied te bezetten.
Spreker zegt verder, dat de Rijksdag
zich niet gebonden kan voelen om, zooals
te Parijs wordt verlangd, de vlottende
schuld op een bepaalden dag vast te
leggen.
Wat de oneenigheden in het Rijkskabinet
aangaan, in naam der democraten ver
klaart Dernburg in den Rijksdag alleen en
uitsluitend den Rijkskanselier als verant
woordelijke leider van de politiek van het
rijk te erkennen. Indien verschil van mee
ning heerscht, moet men het kabinet maar
wijzigen.
Van den geest van verzoening die Lloyd
George door zijn godsvrede heeft willen
tot stand brengen, kan weinig terecht ko
men zoolang de infame leugen van Duitsch-
lands schuld aan den oorlog blijft bestaan.
Het overwonnen volk moet in elk geval be
talen, maar een dergelijke lage behande
ling is overbodig. Wij kunnen alles ver
dragen, eventueel zelfs nieuwe belastin
gen, maar niet dat onze regeering ons is
deze kwestie in den steek laat. Het feit, dat
wij steeds tevergeefs een beroep op haar
doen, zou ons wel eens tot het vatten van
een zeer ernstige beslissing kunnen dwin
gen.
Zoolang de schuldvraag niet in haar ge
heel is uitgevochten zal van een duurzame
vrede geen sprake kunnen zijn.
Boehm, van de Beiersche Volkspartij be
groet het sluiten van het verdrag van Ra-
pallo. Spreker is het eens met den Rijks-
kanseier, waar deze het einde van de
politiek der termijnen verlangt. In het
buitenland worden sprookjes over den
rijkdom van Duitschland gecolporteerd.
Weldra zal echter moeten blijken, hoe het
economische leven in Duitschland er in
werkelijkheid uitziet.
Froehlich, communist, zegt, dat de in
houd van de door minister Hermes te Pa
rijs gedane voorstellen de communisten
verplicht de regeering hun vertrouwen te
weigeren, door deze politiek het Duitsche
proletariaat geheel aan het buitenlandsch
kapitaal uitlevert.
Tenslotte protesteert de sociaal-demo
cratische afgevaardigde Jackh uit naam
van de bevolking van het gebied, dat
sinds 8 Maart 1921 is bezet, tegen de mili
taire sancties, die, ondanks de endertee-
kening van Londen, blijven bestaan. Deze
sancties steunen op geen enkel recht en
zijn alleen veroorzaakt door geweld en
militaire willekeur.
ENGELSCHE KOLEN VOOR DE BER-
LIJNSCHE GASFABRIEKEN.
De gemeente-gasfabrieken te Berlijn heb
ben voor het eerst sedert den oorlog beslo
ten Engelsche kolen te koopen. In het ge
heel heeft men contracten voor de leve
ring van 100.000 ton kolen met import
firma's te Berlijn, Stettin en Hamburg afge
sloten, tegen prijzen tusschen de 25 en 28
sh. per Engelsche ton, vrij station Ham
burg; leveringstijd binnen 3 maanden. De
daarvoor benoodigde 250.000 4 300.000 p.
sterling zijn roods gedekt. De geheele trans
actie loopt over ongeveer 400 millioen
mark. („Hbld.")
Op het doode punt.
De „Daily Chronicle" meldt, dat de on
derhandelingen tusschen de regeering en
de leiders van den Ierschen Vrijstaat be
treffende de overeenkomst tusschen Col
lins en De Valera op het doode punt zijn
gekomen. De regeering houdt vast aan
het Iersche verdrag, terwijl de leiders
van den Vrijstaat beweren, dat het ver
drag door de overeenkomst mot De Vale
ra niet wordt geschonden. Er wordt op
gewezen, dat de Iersche verkiezingen, die
de volgende maand gehouden zullen
worden, niet in overeenstemming zijn met
het verdrag en dat de crisis niet langer
dan Juni kan voortduren, tenzij de lei
ders van den Vrijstaat een geest van in
schikkelijkheid betoonen.
De door Churchill aan liet Lagerhuis
beloofde mededeeling vandaag wordt met
de grootste belangstelling tegemoet ge
zien.
De gevechten op de grens van Ulster.
Uit de berichten in de Engelsche bla
den blijkt, dat de toestand in het grens
gebied van Ulster ernstiger is dan uit de
desbetreffende telegrammen valt op te
maken. De troepen van Sinn Fein hebben
op de grens van Fermanagh de Ulsteri-
aansclie politie gedwongen, een sector
tot een uitgestrektheid van tien mijlen te
ontruimen, terwijl de Sinn Feiners de
politie dicht op de hielen volgen. De re-
publikeinsche troepen requireeren alle
groote huizen in hel ontruimde gebied.
Enniskillen. in Fermanagh, is vol met
protestantsche uitgewekenen uit alle ste
den in het graafschap Donegall bij de
grens en ook uit het graafschap Sligo-
waar de vervolging van de loyalisten een
zoo dreigend karakter aanneemt, dat fa
milies, die er van geslacht op geslacht
woonden, een goed heenkomen zoeken.
Te Londonderry blijkt groote vrees te
bestaan voor een gewapenden inval in de
stad uit het graafschap Donegal, waartoe
naar men meent te weten voorbereidse
len worden getroffen. Een opmerkelijk
verschijnsel is, dat de republikeinen te
Londonderry geleidelijkerwijs naar het
graafschap Donegal zijn vertrokken om
zich daar bij het republikeinsche leger
aan te sluiten. De nationalistische burge
meester der stad O'Doherty, heeft in een
gemeenteraadsvergadering zelfs de spoe
dige verwoesting van de stad aangekon
digd.
In verband met een en ander is aan
Churchill in het Lagerhuis san verschil
lende zijden gevraagd, welke maatregelen
hij heeft getroffen, of denkt te treffen
om aan het optraden der republikeinen
paal en perk te stellen en Ulster te be
schermen.
Churchill, aldus blijkt uit de Engelsche
pers. stelde de ongeruste Lagerhuisleden
gerust met de mededeeling dat zich op
het oogenblik in Noord-Ierland negen
tien Britsehe bataljons troepen bevinden
en dat Sir James Craig in voortdurend
contact staat met den commandeerenden
generaal, die alle maatregelen kan tref-
fe".' we,ke hij noodig oordeelt. Voorts
blijkt uit de bladen, dat de Engelsche re
geering een sloot gereed houdt om die
ter bescherming van Ulster uit te zenden.
EEN VERGISSING VAN BIJNA ZE
VEN MILLIARD!
Het ministerie van financiën heeft
naar verschillende bladen onlangs meld
den zich voor meer dan 6 milliard ver
gist bij de schatting van het aantal in
omloop zijnde bons der nationale ver
dediging. Men schijnt eenvoudig de fac
turen der drukkerij te hebben nagegaan
en aldus iedere gedrukte bon als uit
gegeven te hebben beschouwd!
De „Echo National", het blad van Cle-
menceau en Tardieu, komt nu op deze
zaak terug na tevergeefs op een offici-
eele verklaring gewacht te hebben. Het
citeert thans wat hieromtrent in de me
morie van toelichting der begrooting voor
1923 wordt gezegd. Minister de Las-
tevrie deelt daarin mede, dat uit een
onderzoek van de algemeene inspectie
der financiën gebleken is, dat het aan
tal bons in handen van het publiek,/
op 31 December 1921 ongeveer 58.500
millioen bedroeg, inplaata van 65.420.
De chef van welk handelshuis ook, zoo
merkt do „Echo National" naar aanlei
ding hiervan op, die een dergelijke ern-
stige fout in zijn boeken zou ontdek
ken, zou zich haasten zijn boekhouder
uit te noodigen zijn talenten elders te
beproeven.
Maar de minister van financiën doet
niets van dat al. Integendeel, hij haast
zich de schuldigen te dekken. Do on
zekerheid omtrent het aantal in omloop
zijnde bons aldus de minister -
wordt verklaard door de haast waarmee
een emissie moest worden georganiseerd,
tot een ongekenden omvang. De noodige
maatregelen zijn genomen om hierin ver
betering te brengen door een nauwkeu
rige boekhouding en een doeltreffende
controle der emissies te organiseeren.
Het blad concludeert hieruit, dat er
acht jaar na de invoering dezer bons
nog geen enkel nauwkeurige boekhou
ding of doeltreffende contröle over be
staat.
In de eerste klasse hotels van
Frankrijk en het buitenland werd tot
voor kort burggraaf Romero, volgens zijn
zeggen grande van Spanje, ontvangen
met al de onderscheiding aan zijn ver
onderstelden rang verbonden. Nauwelijks
echter had de hidalgo in een of ander
hotel zijn intrek genomen of het werd
door een ware epidemie van diefstallen
bezocht. En men zou don edelman, nog
niet verdacht hebben, als men niet had
opgemerkt, dat hij 's avonds zijn ka
mer verliet op schoenen met gummi
zolen.
De eigenaar van een Parijsch höfcel,
waar hij vertoefde, waarschuwde de po
litie, dio den hidalgo op heeterdaad
wist te betrappen. Hij verklaarde een
voudig Jose Terol te heeten. In zijn
correspondentie vond men het bewijs, dat
hij het hoofd was eener bende inter
nationale dieven.
Heden zal voor hot Assizenhof der
Seine een proses behandeld worden, waar
bij waarschijnlijk de vraag aan de orde
zal komen wat hét verschil is tusschen
een duel tusschen heeren en tusschetf
apachen. Als het eerste, in de practijk,
door de wet wordt door de vingers ge
zien, waarom zou het laatste dan niet
het reoht hebben op oen dergelijk pri
vilege
Het gaat om een duel in den afge-
loopen zomer tusschen twee beruchte apa
chen, luisterend naar de namen van
Chariot l'Assassin en Maurice la Ter
reur. De „vrouw in het spel" was La
Belle Loulou de Bellevillezij had Char-
Iott voor Mauice in den steek gelaten.
Besloten werd de zaak „4 la loyalaa" op
het veld van eer uit te vechten.
Chariot stelde vuisten als wapens voor,
doch Maurice wenschte doodelijker wa
pens. „Een van ons weeën moet verdwij
nen" verklaarde hij. „Kruis op munt" zou
beslssen tusschen degen en revolver. En
besliste ten gunste van revolvers. Maurice
scheen ondanks zijn geduchten bijnaam
bang te worden en krabbelde terug, aan
voerend, dat hij geen „rigolo" (revolver)
had, waarop Charlotte hem een maand tijd
gaf zich er een aan te schaffen. De bijeen
komst werd vastgesteld op 2Seplcmber in
een café van Belleville en er werden vier
secondanten met schilderachtige namen
aangewezen zooals Riri le Béquillard en
Jojo des Quatre Chemins. Op den aan
gewezen dag verscheen Maurice, luisterend
naar de smeekbeden van Loulou, niet;
Chariot zocht hem op en dreigde hem te
zullen doodschieten als hij weigerde te
vechten.
„Ik heb geen revolver", betoogde Mau
rice. Waarop Chariot een der secondanten
100 francs gaf om twee precies dezelfde
messen te koopen.
In een droge gracht van de versterkin
gen van Parijs had het duel plaats, dat
hiermede eindigde, dat Chariot een doode-
lijke messteek in de long kreeg. Maurice
en drie der secondanten de vierde wist
zich cliuil te houden moeten heden te
recht slaan.
Zij voeren te hunner verdediging aan,
dal zij slechts gedan hebben wat „les mes
sieurs chics" doen en hebben al getuigen 4
décharge Parijzenaars opgeroepen, die
deelgenomen hebben aan duels.
Dinsdagmorgen vond een politie
dienaar op den drempel van het ministerie
van Kunsen en Wetenschappen le Brussel,
een langwerpige bom, gewikkeld in papier.
Het geheimzinnige werktuig, een gra
naat is in beslag genomen.
Drie hoofdleiders van de spoorweg
staking in Midden-Duilschland hebben li
Magdeburg terecht gestaan. Zij verklaarde;
geloofd te hebben dat voor beambten hei
stakingsrecht bestond.
Een hunner wordt zonder recht op pen
sioen ontslagen, de beide anderen kregen
hooge boeten.
Uit verschillende deelen van Duitsch.
land komen berichten over geweldigen re
genval en wolkbreuken, waardoor ernstigs
schade wordt aangericht door overstroo
mingen.
Te Meinheim (Baden) hebben ver
schillende slagers en kappers hun zaken
gesloen bij gebrek aan klanten tengevolge
van de hooge prijzen.
WILLEM MENGELBERG.
.Woensdagochtend zijn met het}
s.s* „Rijndam" Willem Mengelberg,
nievr. Mengelberg—Wubbe. Erna Ru
binstein en haar moeder en de heer
en mevr. Botbenheim uit Amerika!
teruggekeerd.
Uit Amsterdam waren verschillen
de autoriteiten en vrienden ter be
groeting gekomen.
Onze dirigent voelde zich over 't
tweede seizoen in Amerika nog be
ier voldaan dan over het eerste, was
iet uitgepraat over de kracht, den,
durf, de oderemigsgeest va de Ame
rika©.
Voor een goed doel is er aan
boord, gedurende de zeereis, ook nojj
een concert gegeven; dab kan wan
neer er passagiers zijn als Willem
Mengelberg er Erna Rubinstein, en
Coenraad Bos, die vroolijk en jeugdij
als steeds, meteen weer de reis naar
zijn woonplaats Berlijn aanvaarden
ging.
Mengelberg had voorls een te New-
York uit Nederlandsche ouders gebo
ren zangeres in het gezelschap, een
dio hij hóóg prijst, mej. Van Enj/Ien,
een leerlinge van Marcella Iembiich.
Ook Erna Rubinstein was bijzon
der tevreden; zóóveel engagementen
heeft zij voor het volgend seizoen
in de Ver. Staten, dat zij in het eind
van October alweer de reis aanvaar»
den zal.
Met den trein van 11.51 is het
gezelschap, door de Rotterdamscha
vrienden uitgeleide gedaan, naar Am
sterdam vertrokken.
RETRAITE VOOR NEET-KATHOLIE
KEN.
De katholieke retraite voor andersden
kende dames is 15 Juli tot 22 Juli in
Huize Overvoorde, Rijswijk bij Den
Leidersl<r. Jac. van Ginneken S. J.
en flater W. Kemper S. J.
Aanmeldingen en inlichtingen bij mej.
Julie Alsma, Sweelinckstraat 185, Den
Haag. Leiders: dr. Jao. van Ginneken
S. J. en dr. L, de Jonge 8. J.
Aanmeldingen en inlichtingen bjj den
heer J. F. de Vilder, J. W. Brouwers
plein 5, Amsterdam.
98.
(Wordt voortÉezet.l