BUITENLA
BE OBiEMMPITEM
Vierde Blad
10 Jam 1922
£en wesrzinwakkende geschiodenis.
SEi. iUSim. BERECHTEN.
GEMENGD HIEUWS.
Bankiers-Comité en Commissie
van Herstel.
De toestand in Ierland.
rffvo*"rii<s in Par?"wtv,
Ob r°votpt!0' fa
De Zaghlollisten e» de prins van
Wales.
De financieele steun aan
Oostenrijk.
Regen.
In het naar regen snakkende Lon
den is Donderdag in den namiddag
eindelijk een flinke regenbui gevallen.
De officieele waarnemers stelden vast
dat er nog meer op komst was.
Voor Londen is dit een gelukwensch
waard maar voor het land, dat al
vele malen met vreugde in het hart
de lucht heeft zien betrekken en even
zoo vele malen met droefenis in de
ziel de lucht heeft zien opklaren, zon
der dat de aarde zelfs vochtig is ge
worden, een schrale troost. Juist als
de westenwind de regenwolken tot
boven dit land heeft gedreven en deze
zich zullen ontlasten, draait de wind
weer eri drijft ze weer terug.
De moord te Bournemouth.
De verhoeren in het proces tegen
1'hom.as Henry Allaway, den chauf
feur, die beschuldigd wordt van den
moord op miss Irene Wilkins te Bour
nemouth in den avond van 22 De
cember van het vorig jaar, duren
voort. Allaway blijft hardnekking
ontkennen. Hij verklaart dat hij op
den bewustcn avond zijn auto tegen
zes uur naar de garage reeft gebracht,
■;T.t Tdaarna met zijn vrouw thui
bee heeft gedronken, om kwart over
zevenen zün vrouw heeft weggebracht
mire oer. bioscoop, daarna naar zijn
sqJÊietcit is gegaan, tegen half acht
n-: :r zijn woning is teruggegaan, daar
8 uur is blijven lezen, daarna,
- is gekeerd naar de sociëteit,
ar hij ijn vrouw iets later dan de
d .sk tegen negenen ontmoete en
vervolgens net haar naar huis ging.
V as het rapport van een me-
isc'n deskundige moet de moord heb
ben plast gehad 's avonds tusschen
7 uur en half negen en is dc verslage-
ne bewerkt met een' motorschroèf-
sleutel.
Volgens verklaringen van Allaway
■waren de banden van zijn auto af-
eslëten, terwijl de auto, die op de
nlaats van den moord had gestaan,
eer duidelijk sporen van betrekke
lijke nieuwheid hadden nagelaten.
Volgens een getuige was de auto, die
ongeveer half negen op de plaats van
de misdaad had gestaan, niet een
gewone groote particuliere auto ge
weest, zooals die welke Allaway al
tijd bestuurde, doch een huurauto
van middelmatige grootte.
Allaway's vrouw' bevestigde de
door Allaway gegeven lezing voor-
zooveel zij den bewusten avond in
zijn gezelschap is geweest.
ZWEDEN EN SOWJET-RUSLAND.
Tsjitsjerin, de bolsjewistische mi
nister van buit. zaken, heeft in een
interview over de verwerping door
den Zweedschen Rijksdag van het
handelsverdrag met Sowjet-Rusland
gezegd dat de Sowjet-regeering de
daarin gelegen uitdaging aanneemt
cn dat de economische gevolgen
daarvan voor Zweden zeer ernstige
zullen zijn.
De Daily Telegraph meldt, dat de
bolsjevviki, wegens het verwerpen van
het ontwerp-iiandclsverdrag door
Zweden, besloten hebben alle han
delsbetrekkingen met dat land te
verbreken en de reeds gesloten con
tracten voor de levering van loco
motieven op te zeggen.
De dreigende spoorwegstaking In Ame
rika.
Uit Chicago wordt gemeld, dat on
danks de aanstalten, die de Ameri
kaansche spoorwegarbeiders maken
om tot staking over te gaan, de Rail
way Labour Board nieuwe loons
verlagingen tegen 1 Juli van 7 en 9
cent per uur heeft gelast, hetgeen
400.000 arbeiders treft en een jaar-
lijksche loonderving van 60 miliioen
dollar beteekent. De vertegenwoor
digers der spoorwegarbeidersorga
nisaties zijn naar aanleiding hiervan
te Cincinnati bijeengekomen en heb
ben besloten, een referendum uit te
schrijven waarmede een maand ge
moeid zal zijn.
De begrooting van Denemarken.
Bij de derde lezing van een sup-
pletoire begrooting voor 1921/1922
in het Deensche Folkething deelde
Neergaard, minister vzn financiën
mede, dat het tekort op de begrooting
gestegen was tot 150 miliioen kro
nen als gevolg van verminderde in
komsten, zeer zware uitgaven voor
publieke werken ter voorziening in
de werkloosheid en groote vermeer
dering in de uitgaven voor sociale
doeleinden. De toekom t zag er ech
te een gszins rooskleurig uit, de
eerste maand van het nieuwe jaar
gaf vermeerderde inkomsten te zien,
n.l. 3/4 miliioen kronen en vermin
derde uitgaven, n.l. een half miliioen
pond kronen.
Een detective van 10 jaar.
Sedert geruimen tijd maakte vrouw
Elze Bruck te Pankow (bij Berlijn)
is tar werk ervan om kinderen, die
o >r moeder werden uitgestuurd om
boodschappen te doen, op listige wijze
liet hun meegegeven geld of het ge-
.ochte afhandig te maken.
Dezer dagen is zij door de flinkheid
van een van haar slachtoffertjes in
handen der politie gevallen.
Een tienjarig knaapje was door
rijn moeder uitgezonden om voor
30.000 M. verschillende benoocügd-
hecien uit een naburigen winkel "te
hnlèii. Van deze waren wist Else zich
:eester te maken. Toen de jongen
bemerkte, dat hij bedrogen was, ging
hij niet alleen dadelijk liet geval bij
politie aangeven, maar ging het
mannetje ook zelf kordaat op stap
om de bedriegster te vinden. Twee
dagen lang liep hij op zijn kleine been
tics van 's morgens vroeg tot 's a-
v nds laat door "de straten tot hij
e gezochte ontmoette en aan de
politie kon aanwijzen.
Dit succes van een kleinen detective
had tengevolge, dat de politie nog
bovendien de hand kon leggen op een
groot deel der waren, en dit de moeder
kon teruggeven.
De dood van de Bellefeullle.
Het lijk van den jongen Canadees,
Lefevre de BellefeuilleT doie zooals
men zich herinnert plotseling is over
leden, nadat hij had ontbeten met
de Russische prinses Wisnijewska en
volgens een attest van een dokter die
eveneens aan het ontbijt had aange
zeten aan tetanus was gestorven,
is Woensdag in tegenwoordigheid van
de betrokkenen en enkele autoritei
ten opgegraven voor een onderzoek.
Er waren geen verwondingen, die
den dood veroorzaakt konden hebben,
op het lichaam te ontdekken. Van
111e organen werden deelen afgenomen
die in het toxicologisch laboratorium
zullen worden onderzocht om vast
te stellen of vergif de oorzaak van
den dood was. Het lelletje van het
linkeroor, waar de dokter die tetanus
heeft geconstateerd, een schram zou
hebben ontdekt, die op de ziekte
wees, werd eveneens van het lichaam
verwijderd. Met het onderzoek zullen
een dag of veertien heengaan.
Het proces In zake den moord op
Erzberger.
In het proces tegen von Killinger
is nog door de verklaringen van ge
tuigen vastgesteld dat Schulz ert Til-
1 essen hun slachtoffer reeds eenige
dagen voor den moord vervolgden en
gadesloegen. Eiken ochtend tegen 9
uur wandelden zij voorbij het hotel
waar Erzberger te Griesbach woonde.
Verscheidene getuigen hebben gezien
hoe Erzberger in de dagen die zijn
dood vooraf gingen op zijn wande
lingen door twee jongelieden werd
achtervolgd.
De inspecteur van politie Schu
macher uit Kar|"| he is in November
1921 naar Boedapest gereisd, toen
men daar een spoor van de beide
daders had ontdekt. Hij is Schulz en
Tillessen daar op het spoor gekomen
zonder in den beginne eerst te ver
moeden dat het de moordenaars van
Erzberger konden zijn. Een andere
Duitscher uit de Hongaarsche hoofd
stad, die op straat Schulz en Tilessen
toevallig ontmoette, herkend beiden
aan de door de politie verspreide
foto's. Deze Duitscher volgde hen
en constateerde dat de bijzondere
kenteekenen, die door de politie wa
ren opgegeven bij het tweetal aanwe
zig waren. Op een postkantoor gaf
een van beiden een telegram op aan
advocaat Adolf Muller 'te Munchen.
Deze werd naar aanleiding van dit
telegram in de Beiersche "hoofdstad
gearresteerd. Uit het onderzoek is
verder gebleken dat Schulz en Til
lessen van midden November tot 22
December in Hongarije in zeer goede
hotels hebben vertoefd en onder ver
schillende valsche namen. De begin
letters dezer namen stemden echter
steeds met hun eigen initialen over
een. Zij beweerden vluchtelingen uit
Rusland te zijn en op doorreis naar
Duitschland in Boedapest te vertoe
ven. Zij waren in het bezit van Hon
gaarsche passen, die tot den 31 De
cember 1921 geldig waren. In hun
hotels hebben zij bezoek van Hon
gaarsche politieagenten gehad, daar
de politie vernomen had dat zij in het
bezit van revolvers waren.
De Vereeniging voor de belangen
der Rijnsche bruinkoolindustrie en
het Rijnsche bruinkoolsyndicaa heb
ben bij den Gezantenraad geprotes
teerd tegen de geëischte vernieling
van spoorwegen in het bezette gebied
clie tot een vernietiging van produc
tieve waarden en een belemmering
de ontwikkeling van het ekonomi-
sche leven in het "Rijnland moet leiden.
Bij de betooging te Kassei,
tegen den aanslag óp Scheidemann,
heeft deze van het bordes van het
raadhuis een toespraak tot de betoo-
gers gehouden, waarin hij o. a. zeide
steeds en voorstander van vol
strekte persvrijheid te zijn geweest.
Na de omwenteling is deze ook in allen
omvang gehandhaafd, maar doo de
reactie zoo schaamteloos misbruikt,
dat de republiek, als 't zoo doorgaat,
zich zal moeten afvrag n of zij een
dergelijk misbruik kan blijven dulden.
De stokerijen tegen zijn persoon zijn
hem onverschillig, doch het gaat niet
om personen, doch om de Duitsche
republiek, die z. i. in gevaar is. Verder
herinnerde hij aan zijn woorden van
1919: „de vijand van de republiek
staat rechts." Hij herhaalde die thans
en wekte de arbeiders op, eensgezind
front te maken voor de republiek en
tegen de reactie.
Te Mainz is een militair gerechts
hof van het Fransche Rijnleger voor
politieke misdrijven gesticht.
Een staking met gevolgen.
Het was een stikdonkere nacht.
Zwaar stoo.tend rolde de trotsche
Duitsche driemaster „Ontario" door
de zware deining van het zuidelijk
gedeelte van den Stillen Oceaan. Zijn
groene en roode zijlichten dansten
spookachtig in de vochtige lucht.
Vanuit het Westen kwam een zwaar
onweder opzetten, en reeds flitsten
met tusschenpoozen blauwachtige blik
semstralen door het donkere, laag han
gende wolkengevaarte. Steeds sneller
volgden de lichtstralen elkander op,
*telkens de manschappen een oogenblik
verblindend, en de ratelende, onafge
broken donder deed de „Ontario" van
den kiel tot de spits zijner masten
sidderen. Urenlang stroomde de regen
neder het geleek op een wolkenbreuk
zooals men die alleen in de tropen
kent. In de volkomen windstilte sloe
gen de zeilen bij het telkens overhellen
van het schip kletterend en klapperend
tegen de stengen met eentonig ge
luid en steeds met gelijkmatige tusschen
poozen.
Het prachtige schip bevond zich op
dat oogenblik, tijdens de reis van
Shanghai naar Melbourne ten zuid-
Westen van de Salomo-eilanden, en
zeilde juist door dat gedeelte van den
oceaan waar van April of Mei tot Oc
tober of November de natte m usson
heersqht met regen, onweer en nevel
a^s ziin gevolg. Reeds in de eerstvol
gende dagen kon men de zone van den
zonnigen, drogen zuidoost-passaat be
reiken nochthans was in dien nacht
de hoop gering dat men uit dien hek
senketel spoedig verlost zou zijn. Ka
pitein Peter Jansen staarde mismoedig
in den donkeren nachtdaar vóór
hem, lag de zoogenaamde koralenzee,
berucht om de talrijke onderzeesche
klippen die zich daar bevonden. Als
een zwart, bodemloos gat gaapte de
duisternis den sleurenden oogen der
menschen tegen.
Toen het dof grommel van den laat-
sten donderslag was weggestorven,
hield het op met regenen en klaarde
de lucht wat op hier en daar flonkerde
reeds een enkele ster. En nu vulde
ook weder een zwakke bries de zeilen.
Voor den steven spatte het water om
hoog door de vrij snelle vaarthet
witte, lichtende schuim gleed suizend
langs de stalen flanken van de „Onta
rio".
Plotseling verschenen mat schijnen
de, groenachtige lichtjes aan de spit
sen der masten en de uiteinden der
ra's onrustig flikkerend sprongen zij
heen en weer, geluidloos en geheim
zinnig.
„St. Elmsvuur ging het fluisterend
van mond tot mond.
De kapitein echter sloeg het water
uit den druipenden zuidwester en
zeide tot den eersten officier„Nu
zullen we spoedig beter weer hebben.
God zij dank 1"
Plotseling weerklonk over het dek
de alarmkreet van den man op den
uitkijk. „Schip aan stuurboord nabij
Pas op, een aanvaring
Een schok ging door de gansche be
zetting. Vijftig oogen, aan de zee ge
wend, boorden hun blikken in den don
keren nacht
Daar, aan stuurboordzijde, maakte
iets grauwachtigs, een groot lichaam,
zich los van den inktzwarten achter
grond. Zeilen werden reeds zichtbaar,
nog niet te onderscheiden van de mas
ten en stengen. Lager bemerkte men
een witte streep het schuim van het
tegen den boeg van het vreemde schip
opspattende water. Het schip kwam
regelrecht op de „Ontario" afgeen
enkel licht, noch in den grooten
mast, noch aan bakboord of stuurboord
kondigde zijn nadering aan.
Steeds duidelijker werden de groote
zeilen in het donker bemerkbaar en
bij het nader komen schenen zij zich
als tot dreigende reuzen te vergrooten.
„De kerel ramt ons schreeuwde
de kapitein. „Scherp bakboord het
roer Klaar bij de stuurboordbrassen
In een ondeelbaar oogenblik was
iedereen op zijn post. De eerste officier
legde de handen om den mond en
schreeuwde „Schip ahoi 1"
Het eenige antwoord was een korte
wilde kreet uit een menschelijke keel
hij verstomde plotseling, alsof hij ge
smoord werd. Toen klonk een heftig
geklapper van zeilen en een verward,
door den wind verspreid geluid van
menschelijke stemmen
Eenige secon en bemerkten de man
nen van de „Ontario" de breedzijde
eener bark in volle vaart. Terstond
daarop was het gevaarte in de duis
ternis van den nacht verdwenen en
het geluid weggestorven, alles was op
geslokt door de schaduwen van den
nacht. Matrozen en officieren luister
den met ingehouden adem, maar niets
werd meer gehoord dan het gorgelen
en schuren van het water tegen de
wanden van den driemaster en het holle
gesuis van den wind in het takelwerk.
„Wat was dat vroeg iemand met
angstige stem.
„Dat was de kreet van een mensch
die in gevaar verkeerde," mompelde
Jan Freers. Den ouden matroos ging
een koude rilling over den rughij
keek schuw omhoog naar het St.
Elmsvuur. Dat was uitgedoofd en de
nacht leek nog zwaarder dan eerst.
Kapitein Jansen's krachtige com
mando-stem verbrak het drukkend
zwijgen en verjoeg de beklemming
die allen gevangen gehouden had.
Opperstuurman Brandes schudde
het hoofd en zei„Dat is een merk
waardige geschiedenis, kapitein Wat
denkt u ervan? Die kreet
klonk ontstellend," volein
digde de aangesprokene. „Zou daar
aan boord van die bark een man
verongelukt, misschien over boord
geslagen zijn
Men gaf nog eenigen tijd over en
weer zijn meening te kennen over het
geheimzinnige, spookachtige gebeu
ren kapitein Jansen maakte er ten
slotte een einde aan door de bakboord-
wacht naar kooi te zenden.
Tegen vijf uur 's morgens ging het
reeds zwakke windje geheel liggen,
en de „Ontario" dreef met slap han
gende zeilen in de lange deining. Een
tonig klapten de zeilen heen en weer
een dichte nevel kwam opzetten en
hulde het geheele schip in een grijze,
natte sluier.
„Als men te voorbarig is met goed
weer te voorspellen, komt het altijd
anders uit," bromde Peter Jensen
grimmig.
De morgenschemering wierp een
vaal licht op de jagende wolken, en
een loodkleurige schijn streek lang
zaam over de zee. Plotseling klonk een
zacht geruisch in de lucht. De tweede
officier luisterde opmerkzaam en zeide
halfluid in zichzelven„Dat is toch
geen wind...." En dadelijk liet hij
er met een verbaasden uitroep op
volgen „Waarachtig, een ooievaar!"
Lachend liep de manschap te koop.
Vadertje Langbeen beschreef op ta
melijke hoogte enkele statige kringen
om de masten der „Ontario." en liet
zich toen, vergenoegd klapperend, op
de groote ra neer.
„Wel heb ik van mijn leven," riep
Jan Freers verbaasd uit, „nu heb ik
toch al veel meegemaakt, maar dat
er in den Stillen Oceaan ook nog ooie
vaars rondvliegen wist ik toch niet!"
„Hij heeft een briefje aan den hals,"
riep de scheepsjongen uit.
Zoo was het, en nu begon iedereen
te lokken en te roepende groote
vogel keek opmerkzaam naar bene
den, verdraaide met een potsierlijke
beweging den kop, klapperde, en bleef
rustig zitten. Toen kwam de kok met
een paar stukken spek in de hand...
Met spek vangt men muizen, waarom
zou men er ook niet een ooievaar mee
kunnen vangen meende hij lachend.
Nadat hier en daar een stuk spek op
het dek was neergelegd en de manschap
pen zich zooveel mogelijk hadden
teruggetrokken, spreidde Langbeen
statig de vleugels uit, omkringde nog
eenige malen het schip, en liet zich
tenslotte, handig het touwwerk ver
mijdend, op de reeling neer. Een zwe
vende sprong bracht hem aan dek,
waar hij de stukken spek oppikte en
gretig verslond.
„Ik wil om alles wedden, dat het
beest op de bark thuis hoort die ons
vannacht bijna geramd had," zeide
Jan Freers.
Inmiddels was de kok voorzichtig
den vogel steeds dichter genaderd
hij wierp hem stukken spek toe, tot
dat het dier zelfs uit zijn hand at. Een
vlugge snede met het gereed gehouden
mes scheidde het in een stuk geoliede
doek gewikkelde briefje van zijn hals.
Dit nam Vader Langbeen blijkbaar
zeer klwaijk, want hij wipte, heftig
klapperend, op de reeling en verhief
zich in de lucht. Toen beschreef hij
een wijden kring, en verwijderde zich
daarna in noordelijke richting.
Onder algemeene spanning ont
vouwde de kapitein het bijeengebon
den papier; het was aan de binen-
zijde in het Engelsch, dicht, en blijk
baar in groote haast geschreven.
„Daar hebben wij het," riep kapi
tein Jensen. „Luister. „Aan boord
van den „Seabird." Mijne manschap
is aan het muiten geslagen en heeft
mij in mijn kajuit opgesloten. Wij
hebben goud- en koperstaven aan
boord. De eerste officier is in den
afgeloopen nacht bij een gevecht ge
wond. Zendt spoedig hulpDaar
achter volgt een opgave van de lengte
en breedte waarop het schip zich on
geveer bevindt. Volgens die opgave
is de „Seabird" op een afstand van
slechts ongeveer twintig k dertig mij
len van ons verwijderd."
Allen hingen als het ware aan de
lippen van den gezagvoerder. Deze
ging na een oogenblik stilzwijgen voort:
„Mannen, het is onze plicht, te helpen.
Dat zijn wij de Duitsche vlag alleen
reeds schuldig. Ik zal dus den „Sea
bird" achtervolgen, en zoo noodig
de muitende manschap aanvallen. Mis
schien zal het daarbij bloedig toegaan,
en daarom „Vrijwilligers voor
Geen man bleef achter, en ook de
matrozen die de nachtwacht hadden
waargenomen waren zonder de min
ste aarzeling bereid. Over het gebrons
de, verweerde gelaat van den com
mandant gleed een koud lachje.
„Bravo mannen
Een luid hoera dankte den beminden
gezagvoerder voor de korte maar
kernachtige lofprijzing. Jan Freers
spuwde zich in de handen en zeide
met een vergenoegde uitdrukking op
het gelaat„Jongen, jongen, nu wordt
het aanpakken. Dat is tenminste nog
eens wat anders dan dat eeuwige zei
len
Menig krachtig zeemanswoord werd
gewisseldde vechtlust was den ver-
metelen mannen in de leden gevaren.
„Konden wij maar zeilen," bromde
een jonge matroos, „maar het is blaii-
stil. En dan die verwenschte nevel!"
Reeds lang had de schemering voor
het helle daglicht plaats gemaakt
het dunne wolkgordijn werd weldra
vaneengescheurd, en de nevel smolt
weg onder de gloeiende stralen van
de tropenzon. Eerst flauw, maar met
de toenemende warmte allengs fris-
scher, vulde een bries uit het westen
de zeilen. De „Ontario" wendde, hulde
zich door rappe handen van den spits
zijner masten tot aan de reeling in
grijs-wit zeildoek en vloog met steeds
sneller vaart voorwaarts. Donker
blauw strekte zich de Oceaan uit,
zoover het oog reikte. Vruchteloos
zochten de beide mannen op den uit
kijk den wijden plas af er was geen
spoor van eenig schip te ontdekken.
Intusschen werden twaalf Mauser
geweren en een half dozijn revolvers
met de noodige munitie onder de man
schappen verdeeldalleen zij die
reeds bij de marine gediend hadden,
ontvingen vuurwapenen, de overigen
voorzagen zich van bijlen, handspa
ken en knuppels. Het eene uur verstreek
na het andere, maar nog steeds viel
noch een stoomschip of een zeiler te
ontdekken. Ongeduldig wachtte de
matrozen op de komende dingen,
ongeduldig zocht kapitein Jensen m«fc
zijn kijker den horizon af.
Bij de verschillende zaken welke door
machisuithuiting zijn verkregen, .hoort
ook de laatste hulp-verleening door dc Re
geering ingesteld, om werkverschaffing te
verstrekken aan Nederlandsche verklooze
sigarenmakers.
Wij zijn vanaf den aanvang rechtstreeks
en niet-rcchtstreeks in deze zaak betrok
ken geweest en zijn daardoor in de gele
genheid gesteld vóór en achter de scher
men te zien. is juist die kennis van
zaken, welke ons doet spreken van weer
zinwekkende geschiedenis.
Wij stellen ons daarom voor ook iets
van deze geschiedenis nubliek te maken,
opdat een ieder, die gevoel voor eerlijk
heid bezit, kan concludeeren, -velke waar
de is te hechten aan kwajongenspraatjes
door blageur- e: herrieschoppers als Sten
huis e. a. beroepsdemagogen gelanceerd.
Wij houden het er nog altijd voor, dat
zeifs onder de rood-stemmende arbeiders
personen zullen worden gevonden, die ken
nen zij eenmaal de situatie, een hartgron
dig „bah!" zullen uiten over zooveel weer
zinwekkend gedoe.
Het was begin Maart van dit jaar, toen
de Bossche sigarenfabrikanten Goulmy
Baar zich tot het Bossche gemeentebestuur
wendden met de vraag of dit bestuur in
beginsel bereid was, geldelijken steun te
verleenen om een beduidende order siga
ren voor de Nederlandsche industrie te
bemachtigen.
Dit gemeentebestuur verklaarde zich in
beginsel bereid, onder de conditie:
le. dat ook de Rijksoverheid tot hulp
bereid zou worden eevonden;
2de dat de eerst-belanpbebbende groepen
tot het brengen van offers te vinden zou
den ziin.
Dit laatste vooral, omdat zonder offers
Van werkgevers en werknemers de bijdra
gen van de Overheid beslist te machtig
zouden worden.
Het gemeentebestuur van 's-Hertogen-
hoscb wendde zichtoen tot 'f' 11 F.v\ den
Minister van Landbouw, Handel en Nijver
heid. bij welke conferentie rwee zeer be-
langriike zaken bekend werden.
Eerstens, dat Zijn Exc. niet per sé afwij
zend stond fecenover een aarr"0 :;i,- 111
maar vooralsnog deze zaak in den Minister
raad moest bespreken om vast te tellen
de manier, waarop en de voorwaarde
waaronder hulp zou wórden verleend:
tweedons, dat ook de N. V. Vereeniede Si
garenfabrieken fook bekend als Dresseï-
huisl Ziin Exc. eerder over een dusdnmgen
steun had gespro!.en. maar d t Zijn Exc.
daarvan niet meer bad geboord.
Enkele dacen na die conferentie erca-
'derden wij met vertegenwoordigers van de
Hoofdbesturen der werHicdenowrdsoi'"*
iri de Sigaren-industrie, alsmede met ceni-
ge betrokken fabrikanten, te 's-Hertagen-
Wij hoorden daar hetzelfde bevestigen.
n.l. dat eerder over de order Dresselhuis
was geconfereerd, zonder resultaat.
Wij deelden echter aan -woor-
digers van oren—ïcnitop i
nu wij in deze zaak waren betrokken, en
kennende het schrijnende leed van den
eerlijken werklooze, alles zouden doen
om de uitvoering van deze o"*'"rS 0ok oor
onze plaats mogelijk te maken.
Wij wezen er bii d*rt nu rlen be
langhebbenden on, lettende op de mede-
dfpHntt 7 Ta-.'„:rt T-. -,i-ic"n
en kennende den kostprijs-calculatie, dat
slagen van den onzet niet mogelijk zou
zijn, indien ook niet van hun zijde offers
werden gebracht.
Dit standpunt werd door de vertegen
woordigers geenszins weersnroken en bij
het slot van de conferentie werd zelfs
uiting gegeven van hun hoop dat de tot
standkoming zou gelukken. Daprna schijnt
in den ministerraad te zijn uitgemaakt, dat
deze werkverschaffing resorteerde onder
Arbeid en dat dus minister Aalberse de
zaken had te regelen.
Er kwam een commissie-Zaalberg, waar
in naast de vertegenwoordigers van bet de
partement van Arbeid vertegenwoordigers
van de departementen van Binnenlandsehe
Zaken en Financiën een woord hadden
mede gesproken.
Die commissie beeft toen met de verte
genwoordigers van de patroons- en werk
liedenorganisaties onderhandeld.
Voor de werkliedenorganisalies was er
steeds een zekere heer v. d. Water, secr.
van bet Verbond, terwijl de Katholieke
Werkgeversverecniging fvoor schrijver de
zes nog altijd een onverklaarbare zaakj bij
de onderhandelingen niet tegenwoordig
was.
Men heeft, zooals dat in Nederland fe
doen gebruikelijk is, gepraat en nog eens ge
praat.
Men is bii de commissie-Zaalberg ge
komen en van de commissie-Zaalberg ge
gaan.
De organisaties zullen daarna clliebt
weer samen zijn gekomen en natuurlijk
anart ziin gaan overwegen.
In één woord: „Zooals wij dat in Neder
land doen!"
Wij hebben echter niet nagelaten brief
op brief, zoowel naar den Haag als naar
de organisatie te zendon.
Voor ons was de zaak urgent.
Dagelüks zagen wij hoe dc eerlijke werk-
looren achteruit gingen.
Niet alleen uit gebrek aan geld, maar
ook en vooral, omdat velen als het ware
naar arbeid bunkerden.
Eindoliik dan wij hebben er ook sterk
on aangedrongen is er een beslissing ge
komen.
Daarover in een volgend artikel.
-B.
M. K.
Volgens het Journal is na een lange en
moeilijke gedachtenwisselmg een ver
mindering van de Duitsche schuld door
het comité van bankiers in overweging
genomen. De Fransche gedelegeerde heelt
krachtig geprotesteerd. De bijeenkomst is
vervolgens tot gisteren verdaagd, opdat
een ieder kan nadenken.
De Parijsche correspondent van het
„Hbld." seint daaromtrent nader: De ban
kiers zijn het niet eens. Vandaar dat zij
nog niet tot een conclusie zijn gekomen
en heden opnieuw vergaderen. Er bestaan
stroomingen. Sommigen wilden uiteengaan
omdat, gegeven de Fransche opvatting
omtrent het handhaven van het totaalcij
fer der Duitsche schuld, toch niets te be
reiken zou zijn. Anderen wilden een plan
uitwerken, waarin dit eindcijfer geredu
ceerd werd, waartoe immers het antwoord
van de Commissie van Herstel hen for
meel gemachtigd had. Weer anderen wil
den het plan van een groote liquidatie-
leening dan maar voorloopig laten varen
en een kleine leening uitwerken voor de
onmiddellijke behoeften. Omdat men het
over dit alles niet eens worden kon, werd
na een, naar het schijnt, vrij heftige dis
cussie de vergadering tot heden verdaagd.
Mag men zekere berichten gelooven,
dan zou het comité niettemin reeds het
plan hebben, om, erkennende de moei
lijkheden. die op het oogenblik een lee
ring verhinderen, niettemin eenige pract-
sche regels vast te steilen, die op een gun
stiger oogenblik van nut kunnen zijn. Het
zou vooral Morgan geweest zijn, die niet
wilde hooren van een uitspraak die slechts
een échec van de beraadslagingen zou
constateeren en die op deze wijze althans
nuttig werk wil doen; of dit lukken zal,
zal weldra blijken.
Dc pers, vooral de rechtsehe, gaat in-
tusschen voort de regeering en de com
missie van herstel te critiseeren en aan
te toonen wat Poincaré en Dubois had
den moeten doen om te voorkomen dat
Frankrijk aldus geïsoleerd werd. Dit alles
heeft zeer weinig waarde meer, behalve
uit een binnenlandsch politiek oogpunt.
Te signaleeren valt een artikel van de
Jouvenel in „l'Oeuvre", waarin deze den
draak steekt met de Fransche neiging
om het totaal van 132 milliard absoluut
onaangetast te willen laten, al is het ge
volg daarvan dan ook, dat Frankrijk
niets betaald krijgt. Er zijn twee soorten
van politiek mogelijk schrijft de Jouvenel
of Duitschland de schadevergoedingen zoo
gauw mogelijk te doen betalen, of vast
te houden aan het totaal van 132 milliard.
Wetende dat het niet betaald zal worden
en misschien zelfs wel wcnschende dat
dit niet gebeuren zal, maar zich daardoor
een permanente gelegenheid openhoudend
om zich te mengen in de Duitsche zaken
en zelfs op Duitseh gebied te komen en
aldus den wereldvrede In onzekerheid te
houden. Wij betwisten niemand het recht
deze laatste politiek te volgen, maar men
moet dan ook weten aan welken kant
degenen zich bevinden die niet willen, dat
Duitschland betaalt.
Men kan hierbij aanmerken, dat de
hoop, dat Duitschland gelegenheid tot in
terventie zal blijven geven, misschien wel
bestaat bij sommige rechtsehe politici,
maar dat het onbillijk is aan te nemen,
dat Poincaré zelf er zoo over denken zou,
omdat hijzelf bij de onderhandelingen
tusschen de commissie van herstel en
Hcfmes, die aan 31 Mei zijn voorafgegaan
heeft getoond een regeling te wenschen,
die militaire sancties onnoodig maken
zou.
(Zie verder Telegrammen.)
Een verdediging.
In de Donderdagavond gehouden zitting
van het Dail Eireann ontkende Erskine
Childers, De Valera's voornamste partij
genoot, dien president Griffith onlangs be
schuldigde een Engelsch agent-provocateur
te zijn, dat hij in Engelands belang han
delde door zich tegen het verdrag te ver
zetten. Hij gaf uiting aan zijn bedroefdheid
over het feit, Engeland in de Euroneesche
en Zuid-Afrikaansche oorlogen gediend te
hebben en verklaarde dat hij thans repu
blikein is met hart en ziel.
Aan de grens van Ulster.
Een regeerings-communique behelst dat
nu de driehoek aan de grens van Ulster
bij Pettigo en Belleek gezuiverd is, de troe
pen, tenzij zij in hun tegenwoordige stel
lingen worden aangevallen, niet verder
zullen oprukken en dat er geen reden is,
waarom nieuwe gevechten zouden gele
verd worden.
Teneinde bloedvergieten te voorkomen
zijn bij deze operaties troepen gebruikt in
een sterkte, die in het geheel niet in er-
houding stond tot het verwachte verzet
en de betrekkelijke bloedelooze afloop
heeft deze verhouding gerechtvaardigd.
Het voornemen van de regeering is, de
Britsche troepen binnen Ulslersch gebied
terug te trekken, zoodra zij voldoende ver
zekerd is, dat zich waarschijnlijk geen her
haling van de invallen en strooptochten
zal voordoen en mededeelingen van die
strekking en tot herstel van orde en rust
in dat deel van het grensgebi"d zijn nu
de voorlnopige regeering gericht.
Intnsschen worden de technische confe
renties, waarvan gisteren sprake was,
over verschillende punten van de interpre
tatie van het Engelsch-Tersehe tractaat op
bevvedieende wiize voortgezet.
Griffith en de Britsche ministers bera
men ook methoden om een botsing aan de
grens van Ulster te verhinderen.
De correspondent van de „Times" te
Buenos-Ayres meldt eenice nadere bijzon
derheden over de revolutie in Paraguay,
waarvan wii dezer daue-. melding mankt-u.
Er staan ongeveer 8100 man troepen te
genover elkaar, mor het meercndcel on
geoefend en slecht uitgerust en gevreesd
wordt dat de striid lang zal duren.
De revolutie grijpt sterk in he' eeonornj.
sche leven des lands in, mede tengevolge
van het feit. dat het spoorwegverkeer met
Argentinië is gestaakt.
In October vao het vorig innr trad 8i>nor
MnourI Gorïdra die io Augustus 1820 vaar
4 iaar tol president van Paraguay werd ge
kozen, af ten gunste van dr. Fclv Pawp.
den viee-nres'deot, en wel als gevolg van
een revolu'lonnaire beweging, d'e de vol
gellogen van ex-preridén! 2rbacrer oo louw
hadden geret en welke werd eo'!nnud 'oer
de troepen en de politie der h-e'd-'ad
Dr. Pawn trad kemp November af. opdat,
zoals werd geze-ol teen hcerseh-nv'-
politieke foes'and t-np opklaren, waarp^
8"nor Fnsehio \nnlr> door de revo' dian-
nniren tot ures'.-Vnt werd ni."'cror>
T.,n!~?r werd uit Asune'qn de boofdsJed
van Paragons-, gemeld, dd Avnln e-
was geslaa.geen .kabinet te vormen en
dat de "o"stand normaal scheen.
Fan Yw,', et van Tsianv*!so-!in nm oen
wanens'üs' 'O:! bean'v. riord:si. 'V
ocl-foo, dn! ile boeeen Feng-Hon to'
".teel. d n - TTsin M'n-Fne moeien terug
trekken hr' sooonnnterinal overgeven
eo zie': niet lam-er hrroonion moven met
bet verkeer on dan spoorweg Peking
iMoekd-n van de troepen uit Rjihti. Hij
voegt hi"rann to", dat Tvin-Mxn-lïu's
[roenen Shnn-hn" Toom piet /oU-m pns-
j s"errn er dat de
"hen'iggende distric-
i er.t onzijdig zullen blijven.
oeejau-' rio#-
cRprel-end over de onlnsten
i 'er TV,ud"!7" artrn. ze'de dat alle leiders
die gevlucht waren, svp "en eevroeon ge
nomen met honde-dvöftig narf;;gnngers-
en Iwee hoofden der opstandelingen wa
ren gedood.
De „CnoeTimes" zeef in een artikel-
getiteld „De blunder in 7,. W. Afrika", dat
de opstand der Hntteofottcn van den be
ginne' af aan slecht behandeld is. Hei
blad is er niet van overtuigd, dat de troe
belen een willekeur" ontreden noodzake
lijk maakten. In plaats dat de getroffen
maatregelen de opstandelingen isoleeren
en vernietigen, verspreiden zii de besmet
ting verder. Ofschoon de Hottentotten
zwaar hebben geleden, is de bestraffing-
die aan velen hnnner is opgelegd, er
niet oo berekend de rest aan te moedigen
om zich over te geven. Ofschoon het blad
er niet aan twiifelt, of de Unie is in
staat den toestand te onderdrukken, trekt
het toch in twijfel of het noodzakelijk
was zoo forsch op te treden. De regee
ring had liever moeien onderzoeken wat
de oorzaak was van den opstand, en in
dien er grieven waren geweest, die zon
der bommen en kogels dienen weg tP
nemen.
Het Zaghloelistischc dagblad „Liberté"
verwelkomt den Prins van Wales iz>
Egypte. Het zegt, dat de Prins evenals do
Koning staat btiileu het stelsel der kort
stondige regecringen en het symbool is
van eeuwig Engeland. De Egyptenaren
moeten hem met sympathieke geestdrift
welkom heeten als vertegenwoordiger van
hun tockomstigen bondgenoot en als de
beste en beminnelijkste afgezant van he»
vriendschappelijke Britsche volk.
Officieel wordt medegedeeld, dat do
Engelsche financieele gedelegeerde Young
weder te Weenen is teruggekeerd ter be
spreking van den financieelen toestand,
waarover hij reeds een langdurige confe
rentie voerde met de ministers van fi
nanciën en buitenlandsche zaken. Young
is voorloopig gekomen als eenige verte
genwoordiger van de Britsch-Amerikaan-
sche financieele groep, waarmede de on
derhandelingen gevoerd worden. Naar
gelang van het voortschrijden der bespre
kingen zullen de overige gedeleerden vol
gen. De bondskanselier heeft over een
en ander mededeeling gedaan in de zit
ting van de centrale commissie van den
nationalen raad. Voor vanavond is een
buitengewonen minsterraad bijeen geroe
pen. De besprekingen worden heden
voortgezet
Vrijdagmorgen legden te Leiden aan bet
bouwwerk Tuin Staadwijk een 70 tal ar
beiders het weq[c neer. De machinist van
het smalspoor die door de stakers geinti-
miteerd werd viel van schrik van de ma
chine en werd in bewustcloozen toestand
van het werk vervoerd.
Het bedoelde conflict tusschen den aan
nemer van den bouw van 208 woningen
van de vereeniging Tuin Stadwijk en on
geveer 50 metselaars en opperlieden loopt
over de uitlegging van het contract van
een door de werklieden aangenomen werk
ten gevolge waarvan de aonmemer dezq
werklieden gedaan heeft gegeven.
Vrijdagmorgen is er met een der be
stuursleden van de werkliedenorganisaties
en den aannemer onderhandeld.