Uit het Sociale Leven. BINNENLAND. Derde Blad- 1 <3um i$22" AALBERSE ONDER DE ZWEEP DER KEACÏIË >(In het rechtsche Ministerie, „dat in 1918 aan het bewinu 1,'kwam, was Aalberse de „sociale „Minister" de vertrouwensman „der arbeiders." Verkiezingsblad No. 5 van de S.D. A.P. Juist. In 1918 was Aalberse de „so ciale Minister" in 1922 is hij méér dan dat. In 1922 heeft hij een vier jarige periode achter zich, waarin hij aan gansch de wereld getoond heeft, wat er in 4 jaar tijd kan ver richt worden, wanneer maar een krachtmensch als Aalberse het bewind voert. Het is waarlijk geen aanbeveling ^jor onze hedendaagsche beschaving, «at men om politieke redenen niet Schroomt, groote mannen als Aal berse aan te vallen, terwijl juist hij s5*o machtig veel deed om onze volks kracht op peil te houden, om de so ciale nooden te lenigen, om de ar beiders datgene te geven wat h<yi toe kwam, doch wat zij door eigen kracht niet of niet voldoende konden vero veren, ofwel dit door zwaren strijd moesten verkrijgen. Zonderling of eigenlijk weer 'niet zonderling dat we in de be strijders van dezen grooten socialen Minister, alle reactionairen in gezel schap vinden van de S. D. A. P. De Vrijheidsbonders het over- gedoopte restant van de eertijds zoo oppermachtige liberale partij, de par tij wier beginselen noodwendig tot verdrukking van de economisch zwak kere moesten leiden stellen het voor, alsof eenige sociale wetten in ons kleine landje de oorzaak van de geweldige economische crisis zijn, wel ke ons werelddeel teistert. Zooiets zou indien het oprecht gemeend was een zoo volslagen onkunde verraden, dat er bijkans g£eu andere uitweg overblijft, dan aan te nemen, dat we niet met on kunde maar met speculatie op de onkunde te doen hebben. Want heel handig wordt ook de inderdaad zware belastingdruk aan die sociale wetten geweten. De milliarden, verslonden door cri sis-maatregelen van allerlei aard, wor den niet geteld of hadden ook die achterwege moeten blijven doch eenige millioenen besteed voor sociale maatregelen zijn het waartegen men storm loopt. Dat ook de S. D. A. P. meent tegen Minister Aalberse te moeten optornen toont opnieuw de weinig verheffende strijdmethode van die partij. j Ik kan mij begrijpen, dat de Dres- selhuizen, van Dorpen, van Houtens te.d. op hun achterste beenen staan, fwijl in de ideëen van die menschen Inu eenmaal geen ruimte is voor so- 'ciale politiek; behoudens een enkele bevlieging bij revolutiegevaar kennen die slechts de behartiging van het enge klassen-belang, van de klasse der bezitters, waaraan in hun ver beelding de meest vitale volksbe langen ondergeordend zijn. Intusschen, is het geen smaad voor Minister Aalberse, dat de S.D.A.P. hem even fel bestookt als de Vrij heidsbond, hierin ligt het beste be wijs, dat de sociale wetten en voor zieningen toch niet bepaald socialis tisch waren en dat Z.Exc. heel goed het midden heeft kunnen houden tus- schen de liberale en socialistische |deëen. Wanneer de S.D.A.P. "dus meent Minister Aalberse te moeten bevech ten, omdat hij niet overeenkomstig de socialistische gedachte verschil lende maatregelen heeft getroffen, dan is dat volmaakt logisch maar [als diezelfde partijdie zich warempel nog wel als de arbeiderspartij aan dient het doet voorkomen alsof [Aalberse met de reactionairen heult, althans hun richting kiest, dan lijkt mij dat wel het meest onhoudbare jyan wat zij ooit colporteerde, f Zélfs van de S.D.A.P. mag een weinig meer eerlijkheid in de be strijding van tegenstanders gevraagd Worden. Op gevaar af, dat mijn artikel wat lang uitvalt, meen iktoch wel op eenige van de belangrijkste maat regelen te mogen wijzen tijdens het bewind van Minister Aalberse ge troffen, en wie niet door de verkie zingskoorts zoodanig verhit is, dat hij de zaken niet meer kan zien zooals zij zijn, zal moeten toege ven, dat het werk van dezen grooten Nederlander hoewel misschien niet vrij van gebreken noch de ont wikkeling, van onze industrie hin dert, noch den middenstand, noch den landbouw treffen, doch slechts de toekenning: is van te lang onthouden In Engeland werd de Prins van Oranje door overwegende belangen opgehouden, zoo luidde zijn verklaring. Thans trad hij met den Engelschen minister in bespreking omtrent Hol land's herstel binnen de grenzen van 1792 als onafhankelijken staat, met Maastricht en Venlo er onder begre pen. De Britsche politiek wenschte tot hieerderen waarborg voor de onaf hankelijkheid van ons Vaderland, dat Antwerpen binnen ons grondgebied zou getrokken worden. Hiermede ging, zooals licht te begrijpen valt, de Prins van Oranje volkomen accoord, maar hij wees bovendien op de noodzakelijk heid, om <je grenzen van zijn toekom stig rijk uit te breiden tot aan de Moe zel en de grenzen van Luxemburg. Om dit doel te bereiken, had de Prins zijn agent in Duitschland, baron von Gagern opgedragen, om de groots (mogendheden te overtuigen van de rechten aan de arbeiders, ofwel voor zieningen oetreffen, die men niei ongestraft kan achterwege laten. Ik wil mij hoofdzakelijk bepalen iij de drie grootste en meest aange vochten maatregelen n.l. de woning- oouw, de voorziening bij werkloos- ïeid en de 8 urenwet. De woningbouw heeft schatten verslonden zeggen de bezuinigings- naniakken de woningbouw is totaal onvoldoende zegt de S.D.A.P. Natuurlijk heeft de woningbouw schatten verslonden, en zooals bij alle noodmaatregelen zullen er ook aan ie wijze waarop die bouw plaats vond voldoende aanmerkingen misschien wel zeer gegronde te maken zijn maar wie zou er zijn, die noodmaatregelen nemen kan zonder gebreken. Èn had men die tiendui zenden gezinnen maar op straat moe ten laten smakken Als Aalberse d&t eens gedaan had, ja waarlijk dan was zijn politiek een onchristelijke politiek geweest. Bo vendien welke Vrijheidsbonder of geestverwant had dat aangedurfd Er zijn dus schatten besteed, on getwijfeld maar volgens de S.D.A.P. nog niet genoeg want over het ver minderen van den woningbouw is in „het Volk" heel wat te doen geweest. En toch zou het wel aardig zijn van de S.D.A.P. als zij daarnaast eens plubliceerde, in welk land méér eedaan is in dit opzicht als in ons land. En wanneer thans de woningbouw minder vlot gaat dan een paar jaar terug, dan mogen we dat voor zoover de woningnood op verschillende plaat sen nog niet voldoende bestreden is, betreuren, maar daarmede is zeker nog niet het bewijs geleverd, dat we met de sneltreinvaart 19191920 voort konden gaan. Wanneer we zien dat in 1919 13652 woningen werden gebouwd welke totaal ruim 92 mil lioen kostten en in het eerste half jaar van 1920 13841 die in totaal ruim 90 millioen kostten, dan kan toch niet met een ernstig gezicht worden volge houden, dat zulks een peulschilletje is. In elk geval rust op de S.D.A.P. de taak om ons eens te vertellen in welk land in dit opzicht meer gepresteerd is. Daarnaast kan toch ook moeilijk worden ontkend dat er behalve het kostenbezwaar nog ver schillende misbruiken ontstonden, die de geforceerde woningbouw verhin derde en tot matiging drong. Wat dus Vrijheidsbond c.s. en S.D. A.P. tot de min edele bestrijding van Minister Aalberse drong op dit ter rein, is voor ons 'n reden te meer om hem de hulde te brengen die hem op- richtens deze zaak toekomt. Volgt de werkloosheidsbestrijding. Ook daaraan kleven gebreken en nie mand zal dat volmondiger bekennen als de kasbesturen zelf, maar wat zegt dat alweer tegen de maatregel als zoodanig De werkloozenuitkee- ring is noodzakelijk. De bezuini gingsmenschen mogen beweren dat ve op een dergelijke wijze te gronde gaan, zij hebben te bedenken dat er van de uitkeeringen al reeds heel wat af is, maar wie zich inbeeldt dat de overheid tijdens een zoo geweldige crisis de werkloozen maar aan hun lot kan overlaten en toch de rust in het land bewaren, snapt van heel het maatschappelijk leven niets. In elk geval mogen we van een christelijk minister verwachten dat hij er tegen waakt dat niet een bepaald deel van ons volk dat zelf groote offers bracht voor de verzekering tot on dergang wordt gebracht. Wie zoo weinig Christelijk gevoel heeft, dat hem dat niet duidelijk is inderdaad zoo iemand vindt in mej. van Dorp een waardige gezellin. Maar er is te kort gedaan, zeggen weer de socialisten en natuurlijk ook de z.g. „vrijen." Het gaat er alweer niet om of er wenschen onvervuld bleven, maar zoolang deze bestrijders niet kunnen aantoonen in welk land beter voor de werkloozen is gezorgd, zoolang is er ook aan deze bewering een iet wat verdacht luchtje. Ten slotte de 8 urendag. Ik kan mij indenken dat voor de S.D.A.P., die met de zucht om voor het groote publiek „de mooie man" wil men de mooie vrouw wil zijn, niet gemakkelijk is de grootheid van een handeling als door Minister Aalberse vlak voor de verkiezing verricht, te begrijpen. Het is zeer wel mogelijk dat zij niet begrijpt wat het zeggen wil, vlük voor de verkie zing eigen werk, waarvoor men hard heeft gewerkt en waarvoor men zoo veel smaad heeft ondergaan, te cor- rigeeren en van gebleken fouten te ontdoen, vooral als vooraf reeds vast staat, dat door het wegnemen dier fouten men aan weerszijden ontstein- •nThg~trm {T v cf\ve>*Trfn7TTé~iVerkg ev er~ wilden in dezen crisistijd gaarne meer dere vrijheden de arbeiders wilden aarne behouden wat zij reeds hadden. En afgezien van de vraag of Aal berse precies het juiste punt heeft evonden wat wel en wat niet moest worden prijsgegeven, kan toch geen sterveling volhouden, dat die wijzi- ingen in een reactionair teeken staan. En de huidige Arbeidswet is al thans nog een hemeltje vergeleken bij de hel die het kamerlid Duys voor de arbeiders bereiden wil wan neer we het socialisme eens over oris hebben neergehaald. Wie daarom trent iets meer wil weten doet ver standig de handelingen van de tweede Kamer maar eens na te slaan waaruit voor ieder die lezen wil duidelijk wordt, dat het de heer Duys is die in de Afdeelingen verkondigde dat in een socialistische maatschappij 12 of 16 uur per dag zal worden gewerkt als dat noodig is. De socialisten konden dus waarlijk met hun critiek wel wat spaarzamer zijn. In elk geval zal hun critiek op de katholieke arbeiders een andere uit werking hebben, dan zij zich voor stellen. Wij blijven Aalberse vereeren als een gróót man wij zouden niets lie ver willen dan dat de stembusstrijd voor zijn aanblijven zou getuigen. Wij vreezen geen Christelijk bewind en behoeven dat niet te vreezen, om dat verreweg de meeste sociale maat regelen onder Christelijk bewind tot stand kwamen. En daarom hebben dan ook de tegenstanders van Minister Aalberse geen kans, dat zij Roomsche arbei ders met hun zeurpraatjes van streek zullen brengen. Zij stemmen Roomsch, zij stem men vóór ons Christelijk bewind, zij stemmen vóór Aalberse, de groote sociale Minister. En mocht het ons niet beschoren zijn de overwinnig te bevechten dan zal het ons een voldoening zijn te kunnen getuigen, dat althans de Roomsche arbeiders getoond hebben, voor een groote zaak, voor een groot man in het strijdperk te zijn getreden. Het gaat. zoo 't gaatmaar Aal berse blijft onze groote sociale werker, die zooveel vermocht om de Christe lijke gedachte ook in het maatschap pelijk leven te doen doordringen voor en tijdens zijn Ministerschap. A. J. LOERAKKER. BEDR1JFSRADERIJ. Volgens Bartjes van de S.D.A.P. hebben de R. K. arbeiders zich vier jaar lang laten bedriegen met „de Bedrijfsraderij en toebehooren". Nu kan worden toegegeven dat deze tijd van malaise nu juist niet de gunstigste tijd is om hervormingen in te voeren. Maar we zijn er toch iets verder mee, dan de S.D.A.P. met haar socia lisatie. En ik kan de gedachte niet van mij afzetten, dat er niemand min der om treurt dan de S.D.A.P. zelf. Daargelaten nog, dat als het gros van de arbeiders wist wat socialisa tie voor hen beteekende, zij zich nog wel eens een keer bedenken zouden, voor zij daarvoor te vinden waren. Bepaald aanmoedigend is b.v. de Russische proef niet en ook het socia- lisatierapport is niet v-an dien aard dat we ons daarop nu moeten lekker maken. En al komt het woord „Bedrijfs- raad" op ons Staatsprogram niet voor, het is toch niet te ontkennen, dat het geen we ten dien aanzien nastreven, er wèl op voorkomt. De scherpslijters aan weerszijden kunnen wel veel kwaad doen, maar willen we op sociaal economisch ter rein wat bereiken, dan zullen zoowel de conservatieve werkgevers, als de politiekers in de S.D.A.P. moeten doen, wat wij met ons autonoom be drijfsleven voorstaan, n.l. de handen in één slaan. En de klassenstrijd bij de andere afgedankte leuzen. Misschien is daar nog een plaatsje voor de socialisatie en „geen man en geen cent" te vinden. A. J. L. DRANKBESTRIJDING. De Kruisbanier maakt van de ver- kiezingsdrukte gebruik door daar mede overeenstemmende propaganda te maken. Zij beveelt de Sobriëtas biljetten aan die werkelijk voor dat doel heel goed getroffen zijn KIEZERS Geen drank! dat zij uw leus, Dan doet gij uw beste keus. ofwel KIEZERS Neemt geen glas of borrel aan, Nuchter moet ge stemmen gaan. KIEZERS, STEMT RECHTS. Jenever Likeur Wijn Bier Melk Koffie Thee Cacao ALS ALLE BESTUURDERS VAN PATROONSORGANISATIES ER EENS ZOO OVER DACHTEN.. De Nederl. Banketbakkersvereeni- ging hield onlangs hare jaarvergade ring en, zooals gebruikelijk is, sprak de voorzitter, de heer van Breda, bij die elegenheid de openingsrede uit. Daar aan ontleenen wij het volgende „De werkzaamheden van het hoofd bestuur hebben zich behalve tot de gewone vereenigingszaken, nog meer speciaal moeten bepalen tot de ver schillende sociale wetten. Aangezien de voorontwerpen op de wet van winkelsluiting, die op het werktijdenbesluit voor winkels en kantoren en de Zondagswet nog geen verdere behandeling hebben gehad, heeft 't H.B. zich uitsluitend moeten bepalen tot het voorstel wijziging der Arbeidswet. Het verkregen succes, dat door ons optreden bij de behandeling dier wet is verkregen, n.l. in de eerste dagen van December, drie dagen, waarin 16 uren per dag gearbeid mag worden, zal zeker, daar twijfel ik niet aan, door U allen met genoegen zijn ver nomen. Ik wil er echter direct aan toevoegen, dat wij deze gunstige be palingen niet zouden hebben gekre gen, wanneer de werknemers-organi saties, waarmede wij collectief con tractant zijn, niet mede ons verzoek hadden geteekend. Was dit niet gebeurd, dan wil ik hier wel verklaren, dat succes op ons beroep bij den minister van Arbeid en de Tweede Kamer en de overige autoriteiten tot de vrome wenschen had behoord. Dank aan den minister voor de wijze, waarop hij aan onze wenschen is tegemoet gekomen. Wij zitten nu eenmaal met deze so ciale wetgeving in een overgangstijd perk, waaraan wij ons moeten aan passen. De sociale wetten kunnen verdwij nen, zoodra de sociaal-economische politiek zooals die op de verschillende programma's is vastgesteld, zal zijn verwezenlijkt. Laten wij dus als werkgevers, die de leiding in deze sociale, economische aangelegenheden hebben, vooral toch zorgen, dat die leiding zoo is, dat ze niet alleen tot tevredenheid van ons, maar ook tot overtuigende tevredenheid der werknemers zal zijn. Dit is eene verantwoordelijkheid, die elke werkgever op zich móet ne men, hetzij individueel, hetzij in ver- eeniging en aangezien wij indenN.V.B. goed zijn georganiseerd, zal het ons gemakkelijker en dankbaarder zijn, mede te kunen werken aan de op lossing der sociale economische vraag stukken". ONS VAKBLAD. GEEN ZWARTGALLIG HEID. ~DE~DWERGPARTIJTJES. 8IMPPMI PIF.UWS* De lijst Arts-Arts. De reis der Koninkl. familie. Herziening wet L. O. VERKEER EN POSTERIJEN. Rljwielvervoer. 0RBE EN AR8EID. Uit de Bouwvakken. Bureau voor de R.-K. Vakorganisatie. GEMENGD NIEUWS. De verduistering bij de Oranjebank. De malversaties bij de Haagscha Coöp. Voorschotvereeniging. BOKSEN. noodzakelijkheid, Holland in staat te stellen tot de rust en handhaving van het staatkundig evenwicht in Europa, op afdoende wijze bij te dragen. Zulks was slechts mogelijk door den nieuw te vormen staat machtig genoeg te maken, om zóó lang tegenweer aan Frankrijk te bieden, totdat de Ver bondenen zonder overhaasting hadden gemobiliseerd. De voldoening, waarmee Prins Wil lem, de uit het opgestane Holland aan gekomen missie ontving, laat zich dus eerder denken dan beschrijven. Reeds den 22sten November scheep te kolonel Robert Fagel zich in voor den overtocht naar Holland. Hij was in het bezit van een uitvoe rig schrijven van den Oranje-vorst aan den graaf Van Hogendorp. Door stormweder werd de kolonel in het gezicht der kust, gedurende twee da gen verhinderd om te landen, ben stoutmoedig visscher aanvaardde de opdracht, den brief aan de voorloopige regeering in Den Haag ter hand te stel len. En aldus geschiedde. De brief van den Prins van Oranje aan den voornaamsten promotor der onafhankelijkheidsbeweging in ons vaderland, was in de Fransche taal gesteld t Wij vertalen „Mijnheer, ofschoon kolonel Fagel U meerdere inlichtingen namens mij mondeling zal geven, zoo wil ik hem toch niet laten vertrekken, zonder schriftelijk mijn vreugde te uiten over de verblijdende gebeurtenis waardoor mijn Vaderland opnieuw den hem toekomenden rang onder de lan den van Europa gaat innemen. De wijze, waarop dat Vaderland zijn wensch te mijnen opzichte heeft te kennen gegeven, vervult mij met dankbaarheid en vermeerdert, zoo mogelijk, nog de verplichtingen die op mij rusten om te arbeiden.aan de verwachtingen, die van mij worden gekoesterd, als ook om mij aan het ge luk en de welvaart van Holland te wijden. Fagel zal u zeggen, welke gunstige uitwerking het gedrag der Hollanders hier heeft veroorzaakt. De Prins-Regent (van Engeland) en de ministers hebben al de noodige maatregelen genomen, om ons in on ze onderneming te steunen. Daarvan zult gij, op uwe beurt, de gelukkige, gevolgen ondervinden. Zelf hoop ik binnen enkele dagen te komen, want ik verlang vurig mijn landgenooten weder te zien na een scheiding van 19 jaren. De uitnoodigingjyan de heeren Fagel en de Perponcher heeft mij dan ook geen geringe vreugde veroorzaakt. De wijze waarop alles in zijn werk ge- gaanis, alsook het voorloopig landsbe stuur, keur ik volkomen goed. Daar van kunt gij, mijnheer, alsook zij die met U onder zoo moeilijke omstandig heden hebben samengewerkt, verze kerd zijn. Gij allen hebt u een onver vreemdbaar recht op mijn dankbaar heid verworven 1" Deze missive was te Londen geschre ven en gedateerd op den 22 sten November 1813. Op den zelfden dag schreef de Vorst aan Baron von Gagern „Gisteren ontvingen wij de tij ding van de tegen-revolutie in Hol land. Ge zult U kunnen voorstellen, wat ik daarbij gevoelde. Fagel ver trekt nog vandaag om mijn komst te melden. Ik vertrek na twee dagen op uitnoodiging van mijn volk. Hier in Engeland is men vol vreugde, i roe pen "wapens, munitie en geld zullen ons worden verstrekt, om het werk der bevrijding tc voltooien, De Prins- Regent en het ministerie zijn zeer op mijn hand. Onze Willem is uit Spanje teruggeroepen." Deze Willem, de oudste zoon van den Prins van Oranje, die opJiet Pyreneesche Schiereiland met roem tegen de Franschen had gestreden, was onze latere, ridderlijke koning Willem II, de grootvader onzer Ko ningin. Een der eerste maatregelen, die het Voorloopig Bewind in ons Vaderland noodig oordeelde, was, zich in verbin ding te stellen met de bevelhebbers der verbonden legers. Aan generaal van der Plaat werd de opdracht gegeven, om over Arnhem, von Billow op te zoeken, terwijl een ander vaderlander, van der Hoeven, zich met het zelfde doel dwars door de Veluwe naar Zwolle en van daar uit over de grenzen begaf. De Franschen hadden den 23 sten November, Arnhem bij verrassing ge nomen en wanneer zij beter op de hoog te waren geweest van de positie der Geallieerden, dan zouden zij aan de Hollanders, hun opstand duur heb ben laten betalen. Immers, op den zelfden dag dat Arnhem hun in handen viel, bevond von Bülow zich nog te Munster. Op aandringen van van der Plaat, rukte de Pruisische generaal nu snel in de richting van Arnhem op. Ook van der Boeven, die aan gene zijde van den KERK EN SCHOOL Bisschopswijding van Mgr. Dr. J!, Smit. 'k. IJsel, slechts op een 200 300 Koza ken onder majoor Marklay was gestoo* ten, slaagde er in, den Rus te bewegen onverwijld voorwaarts te trekken. Met de wegen in ons land vertrouw* de gidsen, geleidden de Kozakken dooi Gelderland en Utrecht. Vervolgens slaagden deze er in, door een omtreke- kende beweging, de vesting Naarden, die nog door de Franschen bezet was, te vermijden. Reeds in den ochtend van den 24sten November, reden de krijgslieden van keizer Alexander I op hun kleine, magere maar sterke paarden, Amsterdam, binnen. Onmiddellijk na hun aankomst, lieten Melchior Kemper en Fannius Scholten, van de tinnen van het Stad huis, de proclamatie afkondigen, waar door de voorloopige regeering was ingesteld, en de vaderlandsche drie kleur ontplooien. Drie dagen daarna was de Fransche generaal Molitor, die de gelegenheid, om zich opnieuw van de hoofdstad des Rijks meester te maken, had laten ontglippen, met zijn troepen op den terugtocht naar Gorcum. De Fransche garnizoen nen van Deventer en Naarden waren nu voor goed aan eigen krachten over gelaten.^ VMMUWl&Jhl TIEN JAREN UIT ONZE VADER- LANDSCHE GESCHIEDENIS. (1806—1815) door Jos. P. H. Hamers. 25. Is er werkelijk zulk een groote apa thie, zulk een onverschilligheid eener zij ds, zulk een ontevredenheid ander zijds bij ons kiezersvolk als wel eens wordt beweerd? Het „Centr." ontkent dit. „Natuurlijk heeft de malaise, de teruggang en slapte in zaken met de daarmee gepaard gaande werkloosheid een ernstig gevoel van gedruktheid veroorzaakt. En hoog opgevoerde belastingen zijn ook niet het aangewezen middel, om de stemming blijder te maken. Maar steeds duidelijker begint men in te zien, hoe ongegrond en onre delijk het is daarvan de Rechtsche Regeering een verwijt te maken, en ook hoe men de paarden achter den wagen zou spannen, door aan het zit tend Kabinet de voortzetting van zijn taak onmogelijk te maken. Wel verre van onverschilligheid en ontevredenheid is er dan ook ijver en toenemende belangstelling voor het be houd van het ministerie. Nederlanders plegen niet uitbundig te zijn, en de mopperaars en critici spreken by ons doorgaans nog het luidst." Maar de klachten, die zij tot uiting brengen, gaan nagenoeg alle langs het Kabinet heen, en bij de stembus van 5 Juli zal ongetwijfeld blijken, hoezeer in de breede kringen van ons volk de on der zoo moeilijke omstandigheden ver richte arbeid onzer ministers wordt ge waardeerd. De teekenen zijn er reeds, en berich ten uit alle deelen en uit alle kringen des lands stemmen tot vertrouwen en logenstraffen bij voorbaat sommiger pes simisme. Maar.er moet gewerkt worden, en hard gewerkt worden, zoolang het dag Over de dwergpartijtjes is in den laat- sten tijd veel gcsctireven en aan waarschu wingen tegen de verbrokkeling en ver snippering, welke zij met zich brengen, heelt het niet ontbroken. Men slaat hier voor een schaduwzijde van het stelsel der evenredige vertegen woordiging, waardoor het ste,sel als zoo danig natuurlijk niet veroordeeld wordt, maar aie het wellicht nog geruimen tijd zal bijblijven. De „Brov. Gron. Crt." zet nog eens dui delijk uiteen, welke eigenaardige begrip pen er op dit punt bestaan en welke be zwaren en gevaren de partijversplintering voor het staatkundig leven met zich brengt. Het blad schrijft: j Wie meent zoo even een, twee, drie een partij uit den grond te kunnen stampen, vergist zich, zijn moed is Overmoed, zijn strijdlust een vergissing. En de kiezers, die hem volgen, zullen in 99 van de 100 gevallen (te laat) merken, dat zij op dood spoor zijn, dat hun stem geen invloed heeft bij de bepaling van dc richting der. politiek in dc eerstvolgende wetgevende periode. Bij dit alles komt nu nog een ander be zwaar tegen de kleine partijen, dat wij ook elders al hebben hooren noemen, dat ons niet het grootste lijkt maar toch stellig wel overweging verdient: hel bezwaar van de een- of twee-man partijtjes. Stel, zoo zegt men tegen de oprich ters der kleine partijtjes, dat gij onver wacht succes hebt, dat een of twee uwer in de Kamer komen, wat hebt gij dan nog? Tenslotte is toch het einddoel van den kiezer te bepalen, hoe het land gere geerd zal worden. Zeker kan de kiezer met zijn partij in de minderheid blijven. Doch ook een krachtige minderheid re geert indirect mee, terwijl er 'och een redelijke kans is, dat de kiezer in de meerderheid komt. de regeeringsmannen kiest en daarmee direct den hem toeko menden invloed op het staatsbestuur uit oefent. Bij de kleine partijtjes bestaat de rede lijke kans niet. Daar werkt men in 99 van de 100 gevallen mee aan het vormen van een „slem eens roependen in de woestijn". En gelukt het den vertegenwoordigers der kleine partijtjes in een of andere combi natie te komen, dan moeien daarbij ge woonlijk zooveel concessies gedaan wor den, dat er in die combinatie van de stemmen van den kiezer gewoonlijk niets meer te vinden zal zijn. i Er valf op deze redeneering niet veel af te dingen en ook is het waar, dat, zoo als het blad zegt, de kleine partijtjes de stem der kiezers niet in de regeering bren gen. Gelukkig toont men dit alles ter Rech terzijde beter te hegrijpen dan Links. En met name zullen de katholieken straks het bewijs leveren, dat zij niet slechts in het belang hunner partij, maar ook in dat des lands hartgrondig afkeerig zijn van eene verbrokkeling en versplin tering, welke aan de stem der kiezers geen recht doet wedervaren en aan de vorming van een goede regeeringsmeer- derheid vierkant in den weg staat. Het Bestuur van de R. K. KiesvereenA- ging in den Rijkskieskring „Tilburg" heeft het volgende schrijven gericht tot den heer A. H. Arts: „Uw besluit om tegen de lijst der Katho lieke Staatspartij van anderen eene eandi- dafuur te moeten aanvaarden, betreuren wij ten zeerste, omdat gijzelf u schuldig maakt aan het ingaan tegen eene schrifte lijke door u afgelegde verklaring, maar vooral ook omdat daardoor aan de een heid der Katholieke Partij schade, berok kend wordt en stemmen voor ons verloren kunnen gaan. „De verantwoordelijkheid hiervan moet u zwaar drukken, vooral nadat het Door luchtig Episcopaat van Nederland onlangs op den Katholiekendag te Nijmegen ver klaard heeft dat eene scheuring in de Ka tholieke Pnrtii niet mocht plaats hebben. „Hoewel deze woorden zeer zeker ge bruikt zijn in verband met het optreden der Nieuwe Katholieke Partij, bestaat er bij ons geen twijfel aan, of, ook de scheu ring in -de Partij, door de indiening van eene liist Arts is door die woorden ver oordeeld. „We durven dan ook het vertrouwen uitspreken dat door u in deze het voor beeld der Nieuwe Katholieke Partij zal worden gevolgd en eene verklaring afge legd, dat alle actie uwerzijds zal worden stopgezet en eene benoeming niet zal wor den aanvaard." De Koninklijke familie wordt Zaterdag ochtend van haar reis naar Noorwegen te Rotterdam terugverwacht. NaaT wij uit Den Haag vernemen, is de volgende week de indiening te verwachten van het ontwerp inzake technische her ziening der Lagere Onderwijswet. De Nederlandsche spoorwegen hebben, evenals het vorige jaar, ook voor dit zo- merzeizoen 100 gesloten goederenwagens ingericht om uitsluitend voor rijwielver- voer te worden gebruikt. Naar wij vernemen, zijn dc onderhande lingen tusschen de patroons- en wcikne- j mersorganisatics in de bouwbedrijven zoo- ter gevorderd, dat ïussefien de hoofdbe- sturen overeenstemming is verkregen. D< organisaties zelf zullen aan het overeen, getkomene hun sanctie nog moeten verlce- nen. Hetgeen men verwacht dat uiterlijk de volgende week geschieden zal. Den 10- den Juli stelt men zich dan voor, zal het nieuwe contract ingaan. De looncijfers var» dit contract zullen in de verschillende plaatsen 2 4 5 cent per uur minder be dra* gen dan in 't vorige. Het 12e jaarverslag van het Bureau voor de R.K. Vakorganisatie is verschenen. Het ledenaantal bedroeg op 31 Decem ber 1920 158,052 (28 vakbonden) en op 31 December 1921 151,644 (29 vakbonden.) Wat de financiën betreft, de inkomsten en uitgaven van het Bureau bedroegen f 453.595.33. De inkomsten der Werikloozenkassen zijn vrijwel gelijk gebleven, terwijl de uitgaven mei 1 millioen toenamen. In totaal werd door aangesloten verbonden het beteeke- nendc bedrag van f 4.039.046.39 uitge keerd. Uit het weerstandsfonds werd bij de op richting In 1910 f 11,267,75 uitgekeerd ett in 1921 f 144,083.58. Naar de „Resb." verneemt, zou uit hel voorloopige onderzoek in de bescheiden wan de Oranjebank te 's-Gravenhage zijn gebleken, dal de verduisteringen reeds een bedrag van twee nvillioen zouden te boven gaan, terwijl niet uitgesloten is, dat dit b«» drag nog overtroffen wordt. De directeur die reeds vier welken voort» vluchtig is, zou in Amerika verloeren. Het bestuur van de Haagsche Coöpera tieve Voorschotvereeniging heeft tot de le den en spaarders een circulaire gericht, waarin verschillende mededeelingen wor den gedaan in verband met de gepleegd® malversaties door den penningmeester Z. Behalve hetgeen te dezer zake reeoa vroeger is medegedeeld, vermeldt de circu laire, dat terstond na het ontdekken vaat de fraude maatregelen genomen zijn om het roerend en onroerend goed, op naam van Z. staande, ten voordeele van de ver. eeniging te veikoopen. Daartoe is reeds Zaterdag 17 dezer ten overstaan van notaris Loder een acte ge passeerd. Keeds thans rijn ter uitvoering hiervan te Hilversum ten opzichte van Z.'s bezit tingen aldaar de noodige maatregelen ge troffen. Met den meeslen spoed zal het zelfde worden gedaan te Leiden, Loosduï- nen, Woubrugge, Gouda, Laren bij Lo- chem en te 's-Gravenhage, waar Z. ver schillende onroerende goederen ten zijnen name heeft. Het spreekt vanzelf dat verkoop met het noodige beleid dient te geschieden. 'tengevolge van de malversaties had da rereenuging den laatsten tijd voortdurend gebrek aan contanten. Z. was er in geslaagd het toestuur te doen gclooren, dat dit ge brek aan contanten een noodzakelijk ge volg was van de thans heerschende moei lijke omstandigheden en het daarmede ge paard swande terugvragen van spaargel den. Hij heelt verscheidenen van het be stuur welen te bewegen tot het afstaan van gelden, waaronder zeer aanzienlijke, om opgevraagde gelden te kunnen terug betalen. Het onderzoek, dat niet ten einde kan worden gebracht, vóór de door de Justitie in beslag genomen boeken weder kunnen worden geraadpleegd, heeft reeds doen blijken dat Z. op buitengewoon slunme wijze gelden, aan de spaarbank toebehoo- rende, ten eigen bate heeft aangewend en zulks tot een zeer aanzienlijk bedrag. Teneinde de controle afdoende te maken, verzoekt het bestuur aan de spaarders, die hun saldo te goed op hun spaarbankboek je nog niet lieten verifiëeren dit alsnog te doen door spoedig op te geven het thans op r.un boekje voorkomende sa Ho mei vermelding van naam en adres. Het be stuur verzoekt daarom de boekjes te wil len komen vertonnen voor zoover dit nog r.iet Is geschied. Het bestuur kan, zooals uit het voor gaande blijkt, niet meer positieve mede lee- lingen doen, doch stelt zich voor deze ZOO spoedig mogelijk te laten volgen. BATTLING SIKI-NILLES. Zoooals over het algemeen werd ver wacht heeft da bekende Senegalees Batte ling Siki den Franschen zwaargewicht- kampioen Marcel Nilles na 20 ronden op punten overwonnen. Donderdag is te Deventer Mgr. Dr. Jan, Smit, benoemd tot Apostolisoh Vicaris van. Noorwegen en Spitsbergen, door Z. D. H. Mgr. H. van de Wetering tot bisschop gewijd. Assisteerende bisschoppen waren Z. D. H. Mgr. A. J. Callier en Z. D. H. Mgr. A. F. Diepen. Op de receptie, welke te Deventer in het St. Josephgebouw plaats had, heeft geheel Katholiek Deventer mgr. dr. Jan Smit bij gelegenheid van zijn bisschops-, wijding gehuldigd. De feestvergadering in de groote concertzaal der Buitensociëteil is schitterend geslaagd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1922 | | pagina 9