BUITENLAND
Kerkel. Kunst - V. OVEN, Den Haag - Vaandels, Insignes, Vlaggen, Medailles
Onschuldig veroordeeld
Derde Blad
29 Juli 1922
INDISCHE KRONIEK.
Bandoeng laat zich gaarne de stad
der toekomst noemen.
En hare inwoners willen vaak daar
naar handelen.
Wanneer de plannen slagen, zal
men daar een voorbeeld geven van
huishoudelijke organisatie, of geor
ganiseerd huishouden, alnaar men het
noemen wil. Men bereidt er de stich
ting voor van een „Verbond van
Huisvrouwen."
De stoot daartoe werd gegeven door
„de Preangerbode".
In een artikeltje, dat de opdracht
droeg: „Aan Bandoeng's schrandere
Vrouwen", had de redactie gewezen
op het feit, dat de prijzen door de
huisvrouwen „aan de deur" betaald
voor verschillende levensmiddelen,
aanmerkelijk hooger waren dan die
welke de kleinhandelaren bij hunne
inkoop besteedden. Groenten en vruch
ten werden aan huis verkocht tegen
den drie- of viervoudigen inkoops
prijs. Voor klappers werd op de pas-
sar (markt) een dubbeltje besteed,
terwijl ze in de kampong vier vijf
centen kostten. Niettegenstaande de
prijzen van rijst en mais de helft
bedroegen van die van een jaar gele
den, bleven de kippen eieren even duur
Met het oog op de plannen der Re
geering tot intrekking van den duur-
tetoeslag werden de Bandoengsche
vrouwen opgewekt om maatregelen
te nemen, ten einde de vermindering
van inkomsten te neutraliseeren door
goedkoopere voeding.
Het beroep op de schranderheid
der Bandoengsche vrouwen heeft uit
werking gehad.
Door een „Verbond van Huis
vrouwen" wil men het nu zoover bren
gen, dat de kleinhandel bij den inkoop
van voedingsmiddelen uitgeschakeld
kan worden. Het wordt dus coöpera
tief inkoopen door de huisvrouwen,
met als onmiddellijk gevolg daarvan
prijsverlaging door de kleinhandela
ren.
Ik wensch den dames volledig/wel
slagen toe.
De ambtenaren zullen deze verlich
ting der zorgen voor het onderhoud
hunner gezinnen dankbaar aanvaar-
den-
Want de tijden zijn moeilijk
Er zijn in Indië ook wel grappige
dingen te beleven.
Bijvoorbeeld op politiek gebied.
Zooals mijne lezers weten, heeft
Semaoen, een der opmerkelijkste Jn-
Undsche figuren uit de communisti
sche beweging op Java, een reis ge
maakt naar Moskou. Om besprekin
gen te houden met de leiders van het
wereld-Communisme. Zijne mede
strijders op Java hadden zich op het
resultaat dezer besprekingen bergen
van verwachtingen gebouwfd. Ook
wijl het leek alsof met zijne afwezig
heid de dood in dencommunistischen
pot was geraakt, werd er reikhalzend
uitgezien naar zijn terugkeer.
En nu is hij teruggekeerd.
Te Semarang bracht kort daaropde
vergadering van de V.S.T.P. (Ver-
eeniging van Spoor- en Tram-perso
neel) gelegenheid om Semaoen zijn
publieke rentree te doen maken in de
beweging. Er zou immers gesproken
worden over de stakingsplannen van
het spoorwegpersoneel. Mogelijk als
weerslag van de rede van het Volks
raadslid Hadje Salim, die op het
Al-Indië congres combinatie van vak
actie en politieke actie bepleit had
zou getracht worden een „grootsche"
actie voor te bereiden. En Semaoen
had wellicht instructies medegekre-
ven uit Moskou
En hij heeft gesproken.
Doch hoe
Hij begon met te vertellen, dat hij
op zijn Russische reis veel genoten
had van de Siberische kou, waardoor
hij ook nu nog koud en bekoeld was.
En voorts. Dat de menschen zelf
moesten weten wat ze wilden doen,
doch dat hij niet tot staking wilde
adviseeren, omdat hij de kans van
slagen gering achtte en vreesde voor
het vallen van slachtoffers. Dat hij
wel begreep, dat zijne kameraden hem
voor „rechtsch" geworden zouden
houden, maar dat hij niet anders meen
de te kunnen handelen. En Moskou
had geen instructies gegeven. Men
moest dat niet verwachten
Zoo sprak hij.
En ik kan me voorstellen, hoe in
de stilte, welke na deze woordenover
de vergadering viel, alle grootever
wachtingen verijlden tot vluchtige
«chimmen.
Doch de teleurstelling bracht wrok
In de harten.
„Semaoen is koud van hart gewor
den," constateerde een der kameraden
bitter. En toen de zoo vurig terug-
verbeide leider voor de tweede maal
aan het woord kwam, verlieten som
migen demonstratief de vergadering.
Om te zoeken naar een anderen leider.
Het communisme gedood door het
communisme.
Wie weet, hoever de mogelijkheid
daartoe gaat. Semaoen is niet de eer
ste, die teleurgesteld werd na eigen
aanschouwing van de verschrikkelijk
heid der bolsjewistische maatschappij-
verschikking.
Ik stel voor om op de Indische be
grooting een post te brengen voor
„bijzondere studiereizen". Er zijn
er wel meer toegestaan, waarvan het
nut in hoogere mate problematiek
was. Laar men nu eens de gelegenheid
openen, om meerdere warmbloedige
revolutionairen kennis te doen maken
met de Siberische koude.
Want, in ernst, de tijden zijn moei
lijk.
Ook voor hen, die de geestelijke
ontwikkeling van de Inlandsche be
volking in goede richting willen geleid
hebben.
De tijden zijn moeilijk. In vele op
zichten,
De lezers van deze Kronieken weten
wel, dat Indië niet meer is het land
van beloften, waarvoor het kort
geleden gold. De wereldcrisis is oor
zaak, dat het verwerven van welstand,
ook daar ginds, den allermeesten niet
gemakkelijk valt.
Doch de wereldcrisis is in wezen
er een des geestes.
Wie nu, in deze dagen naar Indië
gaat, moet twee dingen weten.
Dat hij hard, en misschien lang zal
moeten werken om voor zich en de
zijnen het dagelijksch brood in ruime
mate te verzekeren. Dat vooreerst.
Doch voorts, dat hij zich niet meer be
perken mag tot arbeid ten eigen bate,
maar dat hij mede moet werken aan
den geestelijken opbouw van de In
dische maatschappij.
Indië heeft daarom juist Katho
lieken noodig.
Wereldhervorming, dat is Katho
lieke arbeid. Ons, Nederlandschen Ka
tholieken is eene bijzondere taak toe
gewezen, omdat Indië nu Neder-
landsch is.
En, niettegenstaande alle moeilijk
heden, hoop ik nog vele Katholieke
werkers i n Indië welkom te kunnen
heeten.
Dit is een afscheidswensch.
Tot besluit. Over enkele weken
voert de boot me weer uit Nederland
weg, ga ik wederom huiswaarts.
Ik voel me gedrongen de Redactie
dank te zeggen voor de welwillendheid,
waarmede ze plaats heeft gegeven
aan deze „Indische Kronieken". Naar
den vorm niet meer dan vluchtige
niet luchtige schetsen, ontleend
aan het Indische levensbeeld, be
doelde de inhoud iets weer te geven
van wat ik zelf voel voor mijn ge
boorteland, en aldus warme belang
stelling te helpen opwekken voor land
en volk van Indië.
Ben ik daarin geslaagd De lezers
zullen dit het beste kunnen beoordee-
len.
Wat me zelf betreft, het is met
groote spijt, dat ik een einde maak
aan dit kroniekschrijverswerk, waar
aan ik gedurende mijn verblijf in
Nederland heel wat uurtjes heb be
steed. Te sterker voel ik nu dezen
tijd weer als een afgesloten periode,
en de weemoed van het afscheid
wordt er iets te dieper door.
Tot hen, voor wie mijn afscheids
wensch, hierboven geuit, in vervulling
zal kunnen komen en ik hoop, dat
zij met velen zullen zijn is mijn
groet: Tot weerziens.
Tot de andere lezers - Vaart wel.
J. A. MONOD DE FROIDEVILLE.
DE TOESTAND IN IERLAND.
Eeti betere toestand der Engelsche
steenkolcnmarkt.
De Fransche ministerraad over de
regeling der Duitsche schulden.
Het einde der staking in z'cht*
Het doorzoeken van de Britsche en
Amerikaansche schepen in ver
band met het smokkelen van
drank.
Beieren en het Rijk.
De ooffstvooruUziehten in
Duitschland.
De iinancieele toestand van
Polen.
De bestrijding van de werkloos
heid in Engeland.
Pogingen tot het bijleggen der
mijn- en spoorwegstakingen in de
Ver. Staten.
Een artikel van Prof. Cassel.
GEM. BUiTENL BERICHTE*.
Een Poolsche trein geplunderd.
De bank van Engeland.
Laconieke vragen.
Een burgemeestersfamilie.
Dood door suggestie.
FEUILLETON
s.
87
„Een gevaarlijk concurrent," zeide
Mortimer bij zichzelf, doodsbleek ge
worden. „Er is geen minuut te ver
liezen hier moet snel en doortastend
gehandeld worden."
„Staat u mij toe, geachte confrater,
u eerlijk te zeggen, wat ik denk
„Mijnheer.
„Ik meen in alle oprechtheid te
moeten zeggen, dat u eene uitvinding
hebt gedaan, welke u in korten tijd
rijk zal maken. Maar u komt in New-
IJork aan, waar u niemand kent.
U zult u op de hoogte moeten stellen
van onze zeden, onze gebruiken, de
gewoonten onzer arbeiders. U zult
een fabriek moeten oprichten, ateliers
moeten installeeren dat zal u veel
tijd kosten en.... veel geld.
.Ongetwijfeld, maar hoe anders te
handelen ?'s
„Er is een weg."
„Mij evenwel niet bekend.-
„Ik zal hem u toonen. U wordt mijn
compagnon, u neemt de leiding der
ateliers. U kunt dadelijk bij mij be
ginnen met de constructie der naai
machine, merk „Geruischloos" en
met de guillocheermachine. In New-
IJork zullen wij het contract opma
ken, waarbij ik u de helft van de wins
ten door het huis gemaakt, zal toe
wijzen. Bij wijze van premie zal ik
u een cheque van vijftigduizend dollar
geven op mijn vriend, bankier David
son ziedaar, de cheque is op vertoon
betaalbaar.
„Maar geachte confrater.." begon
Jacques Garaud, die den schijii aan
nam, alsof hij niet wilde toehappen,
hoewel hij in de wolken was over het
schitterend aanbod van Mortimer.
„Wat ik u bidden mag, mijnheer,
neem 't aan zeide Noemie op bijna
smeekenden toon. „U moogt het voor
stel van mijn vader niet afslaan.
U kunt niet weigeren een vriend van
ons te worden."
„U ziet, mijn dochter is 't geheel
met mij eens riep Mortimer lachend
uit. „Zij verbergt haar sympathie
niet voor u. Zóó voeden wij in Ameri
ka de meisjes op en ik kan u zeggen,
wij bevinden er ons niet slecht bij.
Niet waar, meisje
„Dat is waar, vader."
„U neemt dus mijn aanbod aan,
waarde confrater
„De sympathie van juffrouw Noe
mie is mij meer waard dan alle gelde
lijke overwegingen," antwoordde
Jacques, „ik neem uw aanbod aan
Mortimer drukte hem haastig en
hartelijk de hand.
Nu zijn we dus compagnons ge
worden. Tusschen haakjes, bent u
getrouwd
„Nog niet," antwoordde de gewe
zen meesterknecht glimlachend.
„Dan bied ik u eenige appartemen
ten in mijn huis aan. Ik hoop, dat
u niet zult weigeren."
„Zeer zeker nietalleen weet ik
niet, hoe ik u mijne dankbaarheid
zal bewijzen," zeide Jacques, en dacht
bij zichzelfbinnen drie maanden
ben ik de schoonzoon van James
Mortimer.
De rest van den dag werd gezellig
bij elkander gesleten. Bij het diner,
waarbij overvloedig champagne werd
geschonken, heerschte de beste stem
ming en het was laat, toen men uit
elkander ging. Toen hij weer in zijn
hut was en op zijn breed bed lag
uitgestrekt, was 't Jacques niet moge
lijk te slapen.
De ellendeling had met bewonde
renswaardige knapheid de gelegenheid,
welke hem werd geboden, tot eigen
voordeel weten aan te wenden. De
fortuin lachte hem toe. Bij zijn aan
komst in New-IJork kreeg lyj een
flinke som in handen en zou voor de
helft deelen in de winsten van de
fabriek van James Mortimer. Daarbij
rekende hij met het feit, dat hij binnen
korten tijd de schoonzoon van inge
nieur Mortimer zou worden. Het was
alles schitterend. Maar al die schitte
ring gaf toch ook schaduwOvide
Soliveau.
„Hem dank ik, dat ik heden avond
mijn rol zoo uitstekend heb gespeeld,"
dacht Jacques, „maar hij is gewaarlijk.
Zijn twijfel over mijn identiteit, voor
het geval die bestaat, kan toenemen.
Het hinderlijkste is, dat hij tegenover
mij steeds van „neef" zou spreken,
wat onaangenaam is. Ik zou hem op
de een of andere mani er van mij af
hankelijk moeten maken."
XII.
Om elf uur 's morgens waren James
Mortimer, zijn dochter en de valsche
Paul Harmant in de conversatiezaal
bijeen. Bijna den ganschen dag werd
door de beide mannen besteed om de
acte van vennootschap op te maken,
welke voorloopig werd geteekend.
Vóór zonsondergang zou men nog
even op 't dek gaan, om een luchtje
te scheppen. Er waren nog een groot
aantal passagiers. Een schip, dat in
tegenovergestelde richting voer, werd
nageoogd. Jacques slenterde op z'n
eentje rond. Hij zocht Ovide, van
wiens willendheid hij zich wilde
verzekeren, door hem enkele louis
in de hand te stoppen. Aan bakboordzij
waar een groote menigte bijeenstond,
ontdekte hij Ovide. Jacques wilde
naar hem toe gaan, maar tond plotse
ling stil. Ovide stond achter een be
jaard heer, die tegen de verschansing
leunde. In zijn rechterhand schitterde
een stalen lemmet. De houding van
Soliveau kwam Jacques zeer verdacht
voor. Hij zag, hoe hij met zijn linker
hand den mantel van den passagier
oplichtte, waardoor een tasch, aan
een riem over den schou Hangend,
te voorschijn kwam.
„Hè," mompelde hij. „Behatv.. A
canicien is hij ook zakkenroller.
heeft 't gemunt op de tasch van dien
armen man
Jacques voltooide den zin niet.
Een andere gedachte schoot hem door
't hoofd.
„Het toeval geeft mij het middel
aan de hand, dat ik dezen nacht zocht,'
zeide hij bij zich zelf. „Hij is met han
den en voeten aan mij gebonden."
Terwijl hij verder liep, bevond hij
zich weldra op slechts enkele passen
afstands van Ovide Soliveau, die niet
vermoedde dat zijn neef zoo dicht
bij hem stond. Op dat oogenblik
kruiste de Lord Maire met den stoom
boot, naar Europa terugkeerend. Ie
mand uit de aanwezigen op het dek
riep
„Het is een Fransch schip, goede
reis
Alle hoeden gingen af, armen wer
den wuivend en zwaaiend heen en weer
bewogen. De grijsaard, die de door
Ovide begeerde tasch droeg, was bui
tengewoon enthousiast en zwaaide
hevig met zijn hoed.
De ontsnapte gevangenen gepakt.
Een draadloos station ver
nield.
De vijftig uit de gevangenis te Dun-
dalk ontsnapte gevangenen zijn opnieuw
gevat. Door handlangers was een mijn
gelegd buiten de gevangenis. De ontplof
fing geschiedde clectrisch. De gevangenen
drongen door het gat, terwijl de makkers
een hevig vuur onderhielden, om aldus
het optreden der nationale troepen of
fiiirgërs Te voorKomen
De „Daily Telegrapn"* meldt, dat het
draadloos station van Clifden (West Gal-
way) door rebellen is vernield. Het werd
gebruikt voor de verzending van handels
berichten naar Canada, tevens stond het
in verbinding met de schepen ter zee.
De terugtocht der rebellen.
De berichten uit Ierland melden dat alle
rebellen uit de voornaamste plaatsen in
Connaught zijn verdreven. Westport, dat
het hoofdkwartier der rebellen en de ba
sis der operaties in het Westen was, is
door de nationalen uit zee genaderd en
bezet zonder een schot te lossen.
Een groep nationalen is Donderdag-
avondin West-Donegal in een hinderlaag
gevallen, waarbij twee nationalen werden
gedood. De leider der rebellen was als
geestelijke verkleed, ten einde de nationa
len om den tuin te leiden.
De opleving van de steenkolenmarkt te
Cardiff gaat voort onder den invloed van
de Amerikaansche vraag. Te oordeelen
naar de reeds gecharterde scheepsruimte
zijn er al bestellingen ontvangen voor ten
minste vijfhonderdduizend ton, terwijl de
dringende aanvragen voortduren. Biina
alle beschikbare steenkool is opgekocht,
Ook de vrachtmarkt leeft op.
De Fransche ministers hebben Donder
dag in de zitting te Rambouillet gecon
stateerd, dat de Duitsche regeering niets
deed om den financieelen toestand te verbe
teren. Het is onmogelijk om de recon
structie daarvan aan te moedigen door
een nieuw uitstel te geven, zonder zich
waarborgen te verschaffen en nieuwe on
derpanden.
Indien de geallieerden zich tegen deze
opvatting van Frankrijk verzetten, dan
zou Frankrijk alleen moeten handelen.
Maar tegelijkertijd begrijpt het Fran
sche Kabinet volkomen, dat snelle beta
lingen opofferingen waard zijn en dat op
de internationale finantieele markt groote
concessies moeten worden gedaan om
spoedig over de noodige fondsen te be
schikken.
In elk geval zijn deze concessies alleen
mogelijk, indien prioriteit wordt verleend
voor het hecstel der verwoeste gebieden
en aan de staten die groote bedragen
moesten voorschieten aan Duitschland
Indien de Fransche opvatting wordt aan
genomen zou een zeer groot deel der
Duitsche schuld kunnen dienen ter rege
ling van de intergeallieerde schulden.
Het Fransche programma houdt aus
zoowel rekening met de internationale
economische situatie als met zijn
wettige eischen.
Dinsdag houden de besturen van de
spoorwegen in het geheele land ecn v^
dering te New York ten einde te tTachten
In oplossing der spoorstaking te vmden.
Cuyler, de voorzitter der spoorvv e„b .stu
ren deelde mede in verband me» con
ferentie met Harding gisteravond, dat, ot-
schoon de vergadering geen bepaalde
grondslag voor een schikking kan NV"r, e_u
voorgelegd, de conferentie tusschen Har
ding en de vertegenwoordigers der arbei
ders, welke vroeger in den dag piaats
had. een plan besproken had dat voor
nader onderzoek vatbaar was.
Lewis, de leider der slakende mijnwer
kers, voorspelde dat de gemeenschappe
lijke conferentie der mijnwerkers voor alle
staten, welke binnen eenige dagen wordt
bijeengeroepen, zal besluiten het werk «i
de mijnen te hervatten.
Hughes heeft in verband met de drank-
smokkelende schepen voorgesteld, dat Brit-
tannië en Amerika wederzijds zullen toe
staan eikaars schepen te doorzoeken in be
paalde zones buiten de drie mijls grens.
Van gezaghebbende zijde wordt modegW-
deetd, dat de Amerikaansche nota dit
voorstel deed zonder het recht op te
eischen de Britsche schepen op te houden,
tenzij het zelfde recht aan Engeland wordt
toegestaan. Hughes mededeeling behandel
de het wederzijdsch doorzoekingsplau als
een maatregel buiten de internationale
wetten om, maar achtte liet wenschelijk
het als een byzondere regeling tengevolge
van de moeilijkheden bij de toepassing
der Amerikaansche drankwetten uit to
voeren.
De berichten uit Londen zeggen, dat het
voorstel geen gunstige ontvangst heeft ont
moet, doch dit veroorzaakte geen verras
sing, daar het Statedepartement verwachtte
dat 'het voorstel zou worden uitgelegd als
een schending van de beginselen der vrij
heid ter zee. Er wordt echter op gewezen,
dat het voorstel geen poging aanduidt om
het internationaal recht te wijzigen. Het
dient uitsluitend te worden boschouwd als
een uitbreiding der bijzondere maatregelen,
welke voor beide naties voordeelig konden
zijn.
Officieel is nog geen Bntscli antwoord
op het voorstel ontvangen.
In een uitvoerig artikel, waarin de
houding der Beiersche regeering wordt be
streden, omdat daardoor het aanzien van
de rijksregeering verzwakt wordt en de
radicale linkerzijde in voortdurende on
rust wordt gehouden, wijst de „Köln.
Volksz." op de schadelijke gevolgen, welke
em slechte voorbeeld van Beleren speciaal
in het bezette gebied kan hebben. Men had
in het bezette gebied wel verwacht, dat
Beieren verzet zou aanteekenen tegen de
nieuwe wetten en langs den legalen weg
alles zou doen om daaraan te ontkomen.
Nooit had men echter verwacht, dat zulk
een stap zou worden gedaan. Men behoeft
wel niet in het bijzonder erop te wijzen,
dat het Beiersche forceeren van den toe
stand noodlottige gevolgen kan hebben in
die gebieden, waar in vreemden loondienst
staande Leoprechtings op gunstige gele-
genheden loeren.
De Fransche pers wijdt het conflict na-
tuurlijk de noodige aandacht, maar toont
zich zeer voorzichtig.
De „Temps" ziet er aanleiding in om nog
maals te constateeren, dat de administra
tie van het rijk evenals zijn leger talrijke
agressieve monarchisten verbergt. Indien
de Duitsche regeering ziet wal men er op
toelegde haar openbare diensten te zuive
ren en wat minder om Frankrijk te be
strijden, dan zou zij thans niet de verdee
moediging van een nederlaag behoeven te
ondergaan.
Het „Journal des Débats" waarschuwt
tegen gevaarlijke illusies. Tegenover het
buitenland is en blijft Duitschland eensge
zind. Men kan zijn politiek niet meer
bouwen op een eventueele duurzame
scheiding tusschen Noord- en Zuid-
Duitschland.
De „Action Francaïse constateert ook,
dat tenslotte alle Duitschers eensgezind
ziin. De Berliinsche correspondent van de
„Echo de Paris" raadt om niet tusschen
beide te komen, aangezien daardoor de
Duitschers weer tot elkaar zouden worden
gebracht: de tijd zal werken tegen de
rilkseenheid.
Hoewel de verordening van de Beier
sche regeering niet geldig is voor het
Beiersche rechts-Kijnsche tcrrittoir, is toch
de daardoor in het industriegebied van de
Pfalz veroorzaakte onrust er niet minder
om. De plaatselijke pers besoreekt reeds
het politieke regime in den Pfalz. De bur
gemeesters van de voornaamste steden heb
ben een deputatie aangewezen om de
Beiersche regeering den wensch over te
brengen, dat het conflict bijgelegd wordt
door grondwettige middelen en om de be
langen van de Pfalz krachtig te verde
digen.
Men schrijft aan het „Hbl."
Over den stand der landbouwgewas
sen, enz. wordt thans door den Duif-
schen Landbouwraad officieel het vol
gende medegedeeld. Van het begin der
maand is er voortdurend veel regen ge
vallen. De vraag, of deze neerslag vol
doende kan geacht worden, werd door 68
procent der berichtgevers met ja beant
woord. Onder groote droogte liiden voor
al Oost-Pruisen, Silezië en Saksen. De
jongste regenbuien gingen vergezeld van
een aanmerkelijke verlaging der tempera
tuur, hetgeen aan den plantengroei niet
bevorderlik was. Voor do graansoorten
kwam de neerslag over 't algemeen te
Iaat; voor de bakvruebten echter zal hij
een gnnstipen invloed hebben.
Het ongunstige voorjaar heeft den
groei in het algemeen zeer vertraagd,
zoodat de oogslarhcid nog pas op enkele
plaatsen is aangevangen. Slechts 19 pro
cent der berichtgevers melden een begin
van den roggeoogst, terwijl deze om de
zen tijd ten vorige jare reeds in vollen
gang was. De zaadopbrengst is naar bet
oordeel der berichtgevers gemiddeld min
der dan in 1921, slechts 8 procent der
correspondenten melden een hoogere op
brengst dan in het vorig Jaar, terwiil 66
procent haar minder en 26 procent haar
gelijk aan die van 1921 oordeelen. Ook
de stand der wintertarwe is slechter dan
die van het vorig jaar. Terwijl in Juli
van het vorig jaar slechts 3 procent der
berichtgevers de wintertarwe als „slecht"
meldden, berichten nu 28 procent den
stand als slecht. Voor de zomertarwe ziin
de berichten: 20 proc. goed, 54 proc. mid
delmatig en 26 proc. slecht. In Juli 1921
luidden dezelfde mededeelingen resp.: 45
proc., 45 proc. en 10 procent.
De zomergranen staan over het alge
meen werkelijk slechter dan in 1921.
vooral de haver, alleen de gerst staat
beter. De vooruitzichten van den oogst
van de haver, die door de droogte meer
geleden heeft dan de gerst, ziin voor ge
heel Duitschland onbevredigend. Slechts
'2 procent der berichtgevers berichten
den stand als „goed" (tegen 36 proc. in
1921), 56 proc. (16 proc.) als „middel
matig" en 32 proc. (18 proc.) als „slecht".
Hit allerlei streken wordt vroegrijpheid
door de droogte bericht. De haver heeft
allerwcge door de schadelijke insecten
geleden. De stroo-opbrengst der zomer
granen is gering.
■De stand der voedergewassen is over
het algemeen niet bevredigend. In het bij
zonder is de stand, waar groote droogte
heerschte zeer slecht. Ook voor het twee
de snit zijn de vooruitzichten daar gering.
Eenigszins gunstiger luiden de berichten
over de bakvruchten. De jongste regen
buien ziin hier van voordeeligen invloed.
Slechts 5 procent der berichtgevers mel
den de stand der bakvruebten als slecht
(22 procent in 1921) en 53 procent als
goed, (v. j. 45 procent). Door de zeer on
gunstige weersgesteldheid in 't voorjaar is
de oogst der vroege aardappelen ver
traagd. Slechts 9 procent der berichtge
vers melden een begin van den oogst,
tegen 31 procent in 1921 in denzelfden
tijd.
Do Poolsche minister-president heeft
een uitvoerig rapport uitgebracht over
den financieelen toestand van Polen,
waaruit blijkt, dat deze allesbehalve gun
stig is.
Het in het budget op 121 milliard
geraamde deficit bedraagt volgens de
nieuwste berekeningen P.Mk. 400 mil
liard. Het is echter niet uitgesloten, dat
het, afgezien van de fluctuaties in ver
band met de valuta, nog verder zal stij
gen. Dit ontzaglijke deficit wi'.de de thans
afgetreden minister van financiën door
buitenlandsche credieten dekken, of, in
dien dezo eventueel niet te verkrijgen
zouden zijn, door de uitgifte van verdere
schatkistbiljetten en verhooging van de
Staatsschuld bij de Landsbeleeningskas.
De buitenlandsche credieten zouden op 't
tabaksmonopolj gefundeerd dorden. Wat
de exploitatie van dit monopolie door
buitenlandsch kapitaal betreft, heeft de
nieuwe regeering een bepaald project in
sehriftelijken vorm ontvangen. Haar werd
slechts medegedeeld, dat eventueel een
naamlooze vennootschap kunnen wor
den opgericht, en dat de regeering hierin
voor 50 pet., waarvan de helft aan de
tabaksfabrikanten zou worden afgegeven,
zou kunnen *participeeren. Van de bruto
winst zou 50 pet. aan den fiscus komen
als compensatie voor den thans geheven
accijns. Het probleem van overname van
het tabaksmonopolie, waarin een kapitaal
van ca. 60 milliard gestoken zal moeten
worden, moet door de regeering grondig
worden overwogen.
In elk geval is de kwestie van het
doorvoeren van een buitenlandsche lee
ning, die op het tabaksmonopolie zou
steunen, nog niet rijp voor nadere be
sprekingen. Onder deze omstandigheden
zal de verdere uitgifte van bankbiljet
ten niet te vermijden zijn. De afgetre
den minister van Financiën heeft toch
ook reeds op 26 Juni in den Minister
raad voorgesteld, nieuwe bankbiljetten tot
een bedrag van 240 milliard P.Mk. uit
te geven.
Een der voornaamste principes van het
door de regeering te ontwerpen pro
gramma bestaat daarin, dat de staats
uitgaven beslist moeten worden aange
past aan de aanwezige middelen. Een
budget, welks deficit met de hoop op
buitenlandsche credieten gedekt wordt,
wordt door de rogeering voor onmogelijk
gehouden. Alle plannen moeten uitgaan
van de eigen krachten van het land. Hoe
gering de belastingen zijn, die in Polen
betaald worden, blijkt duidelijk uit de
desbetreffende statistieken van den afge
treden minister van financiën. De in
Polen nog bestaande oud-adelijke afkeer
tegen b -last'neb t ,1'ng m:st v.o der uit
geroeid.
Do Minister voor do Spoorwegen is
gemachtigd, Je spoorweg a ie en ce m t3
te verhoogen, dat daardoor minstens 73
pet. van het exploitaiei-deficit gedekt
wordt. Bij het tegenwoordige exploitatie
verlies van ca. 600 milliard Kronen per
jaar zou dit een verhooging van meer
dan 100 pet. be teekenen. Do rest van het
deficit van 23 pet. zal door verminde
ring van het aantal beambten cn andere
besparingen gedekt worden.
Reuter verneemt in de wandelgan
gen van het Lagerhuis met betrekking
tot de KabineUconnnissie inzake de
werkloosheid, waarvan Lloyd George
Donderdagmiddag mededeeling heeft
gedaan, dat deze commissie zich zal
bezig houden met de meer algemeene
kanten van het probleem, terwijl de
oude kabinetscommissie onder Sir Al
fred Mond zich bezighield met plaatse
lijke kanten en verschillende verlich
tende middelen. De nieuwe commis
sie, waarvan Evans ondervoorzitter is,
zal de verschillende soorten van werk
loosheid onderzoeken, in het bijzon
der die, welke verband houden met
het verlies of het gemis van markten
in het buitenland, en zal ook haar
aandacht wijden aan het plan tot
emigratie naar de Britsche overzee-
sche bezittingen, dat zij zal trachten
volledig en doeltreffend, tot uitvoering
te brengen.
Vernomen wordt dat met het oog
op den aanwas der bevolking, zooals
door de jongste volkstelling aan den
dag is gekomen, en den achteruit
gang der binnenlandsche markten, de
ministers groote waarde hechten aan
de uitvoering van bovengenoemd plan,
dat het aanzijn heeft gekregen door tie
aanneming van een wet in deze zit
tingsperiode van het parlement.
In een reeks conferenties tusschen
president Harding en de leiders der
arbeiders zijn voorstellen opgesteld,
om te pogen een einde aan de mijn- en
spoorwegstaking te maken.
Een plan, welks bizonderheden nog
niet bekend zijn, is den besturen |der
spoorwegorganisaties voorgelegd.
Professor Gustaf Cassel schrijft in een
artikel over Nitti's boek: „Europa heeft
inderdaad nog enorm veel fe Tceren van
den geest van verzoening, welke in Italië
duidelijk opkomt en waarvan Nitti de
meest vooraanstaande vertegenwoordiger
is. Italië is een land, dat zeer veel geleden
heeft van den oorlog en dat bereid is de
hand te drukken van de vroegere tegen
standers, een volk, dat niet blijft vasthou-
den aan de herinnering van hetgeen ge.
weest is, doch dat de oogen stout durft
richten naar de toekomst, een volk, dat
zich afwendt van de verwoesting en ver
nietiging en zich richt naar den arbeid van
het herstel in vriendschappelijke samen
werking met andere leden der Europeesche
familie van volken. Het is nuttig schrijft
professor Cassel ons eigen te maken
met dezen geest. Het boek van Nitti leidt
den lezer in een znivere atmospheer, zeer
gezond voor allen, die zich nog niet heb
ben kunnen onttrekken aan den geinfec-
teerden sfeer van oorlogsfanatisme. Nitti
meent, dat wanneer de oorlog afgeloopen
is, hij dan geëindigd is en dan moet hij
geëindigd zijn. Voor Nitti is bij den vrede
elke poging tot revanche uitgesloten. Nitti
is iemand, die alles gedaan heeft wat hij
vermocht om de Europeesche politiek te
brengen in die banen, die leiden tot den
werkelijken vrede, een man die misschien
nog eens en dan met verhoogde kracht in
de gelegenheid zal zijn dit vredeswe-i
voort te zetten.
Uit Warchnu wordt gemeld: In de na
bijheid van de Pooische grens op Rus
sisch gebied hebben roovers een Poolschen
trein laten ontsporen en de passagiers ge
plunderd. Bij de plundering werden talrij
ke passagiers doodgeschoten.
Het tolaal aantal dooden bedraagt 100,
dat der gewonden 30,
In Canada heeft 'n aardschok een pa
niek onder de bevolking te weeg gebracht.
Er is echter geen enkel ongeval geschied.
Een brand heeft in de Aziatische
voorsteden HaMerpasja en Kadilkoel 250
huizen vernield. De schade bedraagt acht
millioen pd. str.
Op 11 Augustus, den datum, waarop
voor drie jaar in Weimar de Grondwet
der Duitsche repubSek is aangenomen,
zullen in liet gehcele Rijk grondwet-feesten
gehouden worden. Te Berlijn zal o.a. een
feestelijke bijeenkomst van den Rijksdag
plaats vinden, waarin de Staatspresident
van Baden de feeslrede zal houden.
Het oude, stijlvolle genu uw der Bank
van Engeland zal worden verbouwd. Het
is te beknopt geworden voor de zich
steeds uitbreidende diensten, en de archi
tecten Baker, Waterhouse en Troup heb
ben een plan ontworpen, dat aan de prak
tische eischen schijnt te voldoen, doch
tevens de architecturale waarde van het
gebouw niet aantast. Het thans verspreide
personeel zal worden ondergebracht in
een gebouw van vijl verdiepingen, dat
binnen de muren van het bestaande ge
bouw zal verrijzen. De donkere buiten
muren in Jonischen stijl uit de 18e eeuw,
zullen b lijven bestaan. De gebouwen vor
men echter nu reeds geen volkomen een
heid; zij zijn meer het resultaat van een
gestadigen groei, dan wel verrezen volgens
een deskundige teekening. In den loop der
jaren hebben de verschillende architecten
niet steeds in denzelfden stijl gebouwd,
herbouwd, gewijzigd of uitgebreid.
De architecten, welke thans met de ver
bouwing zijn belast, zullen blijkbaar om
zichtiger te werk gaan. Zij hebben bizon-
dere aandacht gewijd aan de karakteris
tieke binnenplaats met den ouden boom,
die de bezoekers van het gebouw zich wel
zullen herinneren. Deze binnenplaats zou,
indien de muren van het nieuwe gebouw
zouden verrijzen, haar licht, haar boom en
dus haar bekoring verliezen. Dnarom is
voorgesteld een grootere binnenplaats in
het centrum van het terrein te bouwen,
waar zij het beste bij het gebouw past, en
aan de noordzijde er van, Taylor's histo
rische Courtroom, met hetzelfde uiteri'f*-
te herbouwen.
In het Lagerhuis kunnen somtijds over
de meest ernstige feiten zeer droogko
mieke vragen worden gesteld. Nadat de
afgevaardigde Erskine eergisteren had ge
vraagd of de moordenaar, die den 29en
Mei 1921 miss Lomax in haar woning in
Jerusalem heeft vermoord en ter dood
werd veroordeeld, inderdaad is terechtge
steld, en nadat Churchill had geantwoord
dat de moordenaar den 17en December
1921 is geëxecuteerd, zeide dezelfde afge
vaardigde: Is het den minister bekend, dat
de moordenaar, of hij is opgehangen of
niet, heden levend en wel is? (Gelach).
Waarop Churchil antwoordde dat deze
verklaring hem zeer gewichtig toescheen
en hij gaarne zon weten, waarop zy g».
baseerd is.
William Smith, de tegenwoordige burge
meester van het plaatsje Ilkeston, dia des
tijds zijn vader is opgevolgd, is voorne
mens op zijn beurt zijn ambt aan zijn
broeder John Smith af te staan. Beide
broeders zijn ongehuwd en wonen met
hun vader samen, zoodat eerlang de drie
burgemeesters van Ilkeston onder één d#i
zullen hebben geleefd.
Een schoenmaker te Shareditch wilda
door ophanging een einde aan zijn leven
maken. Toen hij zijn hoofd door den strop
stak, was hij echter zóó van streek, dat hij
aan hartverlamming overleed.
Dit hebben althans de doktoren vastge
steld, die den dood van den man aaü
auto-suggestie toeschrijven.
(Wordt vervolgd.)