Wisselkoersen en koersen van Bankpapier.
WIJ
1 IAIVP
Eenig adres Korte Zijlstraat 32rd.
iris I. van Veen
F. L van dar Breien
«HUT IS
HET PRQVmClUL ELEETIIICITEITSBEDRIIF
TEffiPELIEISTRAAT SO
E. A. CATS
Bloemistknecht
P. CHAUDRON
GEMENGD HIEHWS.
Levering schoenen Politie
net Meisje
Flinke Keukenmeid
Kippen - Konijnen
Kost en inwoning
Galvanische elementen.
Medegedeeld door de SPAARNEBANK
BERLIJN
Bankpapier
PARIJS.
Bankpapier
BRUSSEL.
Bankpapier
WEENEN.
Bankpapier
LONDEN.
Bankpapier
STOCKHOLM
KOPENHAGEN
CHRISTIAN IA
0.181*
0 23
0 22!*
0.26
19 85
19.95
19.95
20 05
1885
18.95
18.95
19.05
11.44
11 45
11.411*
11.485*
67.80
68 10
55.—
55.20
43.-
43.30
48.90
49.—
11.15
11.30
2.561/«
2.57K4"
Verdwenen en afnemende
diersoorten in Drente.
verzoeken U
beleefd bij
Het koopen
van uw artikel
de
NIEUWE HAARLEMSCHE
COURANT
te noemen
hervat 2 September
de praktijk.
HERVAT
4 SEPTEMBER zijn vioollessen.
Floraplein 4 - Tel. 2491
med. docts. arts
heeft de praktijk hervat.
jSr Pantoffels tK»
Shb. JONCKbLOEDTB
BARTELiORISSTR. 27 g|
wk met lederstool
VAN
noord-holland.
Adverteert In dit blad.
Kei Werkmeisje
Leerling-Rellner.
gevraagd- Kramer Zn.
Bloemendaal.
Ie klas D. Eng. fiets
HAARLEM
- TELEFOON 2168 -
Zonder prljsverhooglng wordt alles
thuis bezorgd.
Timmermansjongen
H. H. Banketbakkers
Bleekersknecht
Pracht Winterjas
Indian te koop
Piano f 285.-
De Kabinetscrisis.
We lezen in de Res. bode:
Sommige bladen komen met be
richten dat de Kabinetscrisis deze
week zal opgelost worden. En ze voe
gen er aan toe, dat zulks ook wel moet,
met het oog op het feit dat H.M. de
Koningin a.s. Maandag naar de
Noorsche landen vertrekt en dus is
vóór dien tijd de formateur niet ge
reed de beëediging der nieuwe mini
sters, de troonrede, enz., in gevaar zou
den komen.
We kunnen mededeelen, dat al
deze onderstellingen en beschouwin
gen er naast zijn. Vooreerst is het een
feit, dat deze week de crisis zeker niet
opgelost wordt. Van een zijde, die
het weten kan, wordt ons verzekerd,
dat er nog ten minste een volle week
over heen g#at, voor de formateur
gereed kan zijn.
De oorzaak van den langen duur
der crisis is makkelijk te raden. Voor
eerst is bekend de omstandigheid,
dat verschillende politieke groothe
den, die geraadpleegd moesten wor
den op vacantie waren. Maar dan, de
evenredige vertegenwoordiging heeft
de taak van den formateur niet verge
makkelijkt. Zooals men weet, hebben
alle partijen sinds de invoering der
E. V. uitvoerige programs. De kabi
netsformateur heeft die, bij de samen
stelling van het regeeringsprogram te
raadplegen. Heeft hij dan zijn program
voorloopig geformuleerd, dan hebben
de fracties er weer het oog over te la
ten gaan. Haar aanmerkingen ko
men dan weer bij den formateur, die
in deze dagen wei zal weten wat wer
ken is. De verschillende wenschen,
waaronder sommige tegenstrijdige, tot
één program verwerken, is geen sine
cure.
Vraagt men nu, hoe het dan zal
moeten met de beëediging derministers
enz., nu Hare Majesteit volgende week
afreist, dan lijkt ons het antwoord nog
al voor de hand liggend De nieuwe
ministers zullen niet anders dan op
termijn benoemd kunnen worden en
het demissionaire Kabinet blijft voor
lopig het werk afdoen.
Het Ministerie van L. N. en H.
Naar aanleiding van :t bericht over
OOOeen splitsing en indeeling van het
departement van landbouw, handel en
nijverheid bij eenige departementen,
verneemt de „Res.bode", dat dit veel
te positief is uitgedrukt. Wat hier
gezegd wordt, is één van de moge
lijkheden. Verder is het plan nog
heelemaal niet. Er zijn nog verschil
lende andere mogelijkheden, waartus-
schen nog niet gekozen is. Uit den
aard der ziaak zal eerst de nieuwe
regeering hierover een woordje mee
spreken.
En, voegt het blad eraan toe, wordt
de genoemde mogelijkheid gekozen,
dan is nog evenmin voldaan aan den
grooten aandrang van een afzonderlijk
ministerie van landbouw als in de af-
geloopen periode.
-cn vechtlustige automobiliste.
iïen bewoonster van de De Laires.se-
Btraat, te Amsterdam, die menigmaal
achter het stuur van haar auto Am
sterdam doorkruist en meer dan eens
door een beambte van de verkeers
politie is aangehouden, daar zij zich
niet hield aan de maximum-snelheid
in de Leidschestraat, is wéér in con
flict gekomen met de politie, Zij reed
op de Heerengracht bij den Amstel
en het viel, zegt de „Tel.", een po
litieagent op, dat zij op allesbehalve
vaste wijze het stuur hanteerde. Hij
gelastte haar te stoppen en toen bleek,
dat de vrouw in staat van dronken
schap verkeerde. Eensklaps beet zij
den agent, die wilde beletten, dal
zij wegreed, in den arm. Bij de wor
steling, welke volgde, is haar arm uit
het lid getrokken, waardoor zij ter
behandeling naar het Binnen-Gasthuis
moest worden vervoerd.
Heb het uitstekendste aan te bieden dat
Iemand wenschen kan, hoe zal de wereld
bet weten, indien gij niet adverteert.
JOHN. P. ROCKEFELIER.
Galvanische elementen hadden vroe
ger meer beteekenis dan nu. Thans
wordt bijna alle electrische stroom
geproduceerd door de zoogenaamde
dynamo's, maar vóór de uitvinding
dier machines vormden de elementen
de eenige practische bron van electrici-
teit. Dat is dan ook wel de oorzaak
van het feit, dat er zooveel verschillende
elementen bekend zijn. Vele onder
zoekers, ontevreden over de werking
van een element, over zijn lage span
ning, zijn duurte, trachtten nieuwe
combinaties te vinden, die minder
bezwaren zouden opleveren. Zoo kwa
men al die elementen van Daniell,
Grove, Bunsen, Leclanché en andere
in de wereld. Thans zijn die allemaal
weer verdwenen, begalve het laatst
genoemde, want voor onze lectrische
schellen wordt nog vaak een batterij
van elementen gebruikt, al komt het
langzamerhand meer in zwang, om
ook de schel door middel van een trans
formator op het stadsnet aan te slui
ten. Daarvoor dient nu altijd een Le-
clanché-element. Datzelfde treffen wij
ook aan in onze electrische zaklan
taarntjes hoeveel verschillende mer
ken er ook mogen zijn, zij zijn toch
alle van hetzelfde type, namelijk een
lichtelijk gewijzigd Leclanché-element.
De werking van alle galvanische
elementen berust op een scheikundig
nroces. De verschillende stoffen, die
in het element aanwezig zijn, werken
op elkaar in, onder vorming van nieu
we lichamen, en daarbij ontstaat dan
tevens een electrische stroom. Volgens
de moderne opvatting is dit de be
weging van electronen, de kleinste
hoeveelheden negatieve electriciteit
die bestaan kunnen, door een geleider.
Een electrische stroom kan arbeid
verrichten, heeft dus een zeker arbeids
vermogen, of nog anders gezegd, ver
tegenwoordigt een zekere hoeveelheid
energie. Zoo komen er twee vragen op,
namelijk waar komen die electronen
vandaan en wat is de oorsprong van
die energie
De laatste vraag het eerst beant
woordende, denken wij aan de we,
van behoud van arbeidsvermogent
die zegt, dat er geen energie wordt
geschapen, doch dat het slechts moge
lijk is, den eenen vorm van energie in
een anderen om te zetten. Wat in het
element gebeurt, is de overgang van
scheikundige in electrische energie.
Scheikundige energie is te vergelijken
met arbeidsvermogen van plaats of
potentieele energie. Wanneer een hei
blok hoog is opgeheschen, dan bezit
het arbeidsvermogen van plaats het
kan, als het valt, arbeid verrichten.
Uiterlijk is er echter niets aan te zien
het lijkt precies hetzelfde, of het be
neden op de heipaal rust, dan wel bo
ven in de stelling hangt. Zoo ziet men
ook aan de verschillende stoffen, die
scheikundig kunnen reageeren, niets
bijzonders, men heeft geen enkele
reden om te-vermoeden, dat er zoovel
enrgie in besloten ligt. Toch isd it het
geval. Zoodra wij de stoffen met elkaa-
in aanraking brengen, mits op geschik
te wijze, bijv. opgelost in water of in
fijn verdeelden toestand of nog anders,
en ze eventueel op hoogere temperatuur
brengen, werken zij op elkaar in,
en komt er energie in welken vorm
dan ook vrij. Wij moeten gelooven,
dat de atomen, die de moleculen op
bouwen, krachten op elkaar oefenen,
en dat die krachten in de verschillende
moleculen niet gelijk zijn. Het zal
dan arbeid kosten, om het verband
der atomen in de moleculen van het
eerste stel stoffen te verbreken, terwijl
de vorming van het verband in de
moleculen van het tweede stel arbeid
levert. In dit laatste deel van het
proces hebben wij het volmaakt ana-
logon van het heiblok; de atomen'
hebben potentieele energie ten op
zichte van elkaar, zooals het heiblok
in de hoogte. Schikken zij zich in eenig
verband dan wordt een deel dier ener
gie in een of anderen nieuwe vorm
omgezet, juist als bij het heiblok,
naarmate het lager valt, een grooter
deel van zijn arbeidsvermogen van
nlaats in een anderen vorm overgaat.
Het eerste deel van bet proces is te
vergelijken met het ophalen van het
heiblok. Om het beeld nog verderfe
gebruiken, moeten wij aan de mogelijk
heid denken, dat het heiblok van een
hnnfref punt af wordt opgeheschen,
dan waarop het later terugvalt. Het
is duidelijk, dat men dan minder ar
beid behoeft te geven dan men terug
krijgt, orpdat immers die arbeid wordt
gemeten door het product van gewicht
en hoogte. Kost de ontleding der
moleculen van het eerste stel stoffen
minder arbeid dan de vorming van
die van het tweede stel, dan is daarvan
de bron van de energie aangewezen,
dan is het duidelijk, dat er arbeids
vermogen in een of anderen vorm voor
den dag moet komen.
Meestal geschiedt dit als warmte,
soms als licht, soms als electriciteit.
Dit laatste brengt ons tot de elemen
ten terug, en tot de tweede vraag, de
herkomst der electronen. In de gal
vanische cellen treden altijd oplos
singen op, van zouten of zuren in
water. Nu heeft men vele redenen om
aan te nemen, dat deze verbindingen
niet als zoodanig in water oplossen,
doch als positief en negatief electrisch
geladen gedeeltes van moleculen. Deze
kunnen uit atomen of uit groepen van
atomen bestaan, en worden ionen ge
noemd. Negatieve ionen zijn dan
atomen of groepen met een electron
of meer extra, terwijl de positieve
ionen zijn te beschouwen als atomen
of groepen, die één of meer electronen
hebben verloren, en dus minder be
zitten dan in den neutralen toestand.
Het chemisch proces in het element
blijkt nu uit twee deelen te bestaan,
namelijk het overgaan vaneen atoom
in een positief ion, dus een afgifte
van electronen, en daartegenover het
opnemen van electronen door een
anders positief ion, anders gezegd het
overgaan van een ion in een neutraal
atoom. Aan de eene pool gebeurt
het eene, aan de tweede pool het
andere gedeelte van de reactie en nu
loopen de aan de eerste vrijgekomen
electronen door den geleider heen
naar de tweede, om daar door het tin
te worden opgenomen. Wij zullen
deze voorstellen toelichten aan het
element, dat, zooals reeds gezegd, het
meest gebruikte is, al is het niet het
eenvoudigste, wat de chemische reac
tie betreft.
Het Leclanché-element bestaat uit
een staaf ink (ook wel een cylinder
van blik), die de negatieve pool vormt,
een koolstaaf, bedekt met een laag
samengerperste grafiet en bruinsteen,
welke de positieve pool wordt, en een
oplossing van Salmiak (in de weten
schap ammoniumchloride genoemd).
De chemie zegt nu alleen dit: zink en
ammoniumchloride geven samen zink-
chloride, ammoniak en waterstof de
waterstof wordt door den bruinsteen tot
water geocydeerd,waarbij de bruinsteen
zelf in mangaanoxyde overgaat. Vol
gens de bovengegeven uiteenzetting
is dus de scheikundige energie der
atomen in het verband der moleculen
zink, ammoniumchloride, bruinsteen,
grooter dan die in de moleculen zink-
chloride, ammoniak, mangaanoxyde
en water. De reactie, die tusschen al
die moleculen geschiedt, valt in vele
tusschenprocessen uiteen, bij een paar
van welke de electronen een rol spelen.
Het is in dit geval het zink, waarvan
de atomen als positieve ionen in het
water oplossen, terwijl er een overeen
komstige hoeveelheid electronen in
den staaf in vrijen toestand achter
blijft. Er ontstaat dus in den staaf een
teveel aan electronen. Deze kunnen
niet in de vloeistof overgaan, m:ar
bewegen zich wel ongehinderd door
den draad. Het teveel, dat aan de eene
pool is ontwikkeld, zal zich dus over
den geheelen geleider verbreiden, en
ook tot aan de andere pool door
dringen. Daar is nu echter een gele
genheid om het teveel weder op te
heffen. Want de aangekomen electro
nen kunnen zich met de positief ge
laden waterstofionen der salmiak-
oplossing tot neutrale waterstof ver
eenigen, welke daarna zonder tusschen-
komst van electronen door den bruin
steen in water worden veranderd.
Zoo kan de stroom altijd doorgaan,
zoolang de beide polen door een draad
zijn verbonden aan de positieve pool
gaan de electronen uit den draad weg
en in de oplossing binnen door hun
verbinding met de waterstofionen
aan de negatieve daarentegen stroo
men zij voortdurend den draad in.
Verbreekt men echter de metallieke
geleiding op eenige plaats, dan houdt
het proces op, daar nu het te veel aan
de zinkpool niet meer kan wegvloeien.
Deze pool behoudt nu haar negatieve
lading en daardoor wordt het verder
in oplossing gaan van positieve zink-
ionen belet, positief en negatief geladen
lichamen trekken elkaar immers steeds
aan.
Er is dus in zoo'n element en den
geleiddraad een geheel gesloten stroom
van electronen, die alleen maar van
het eene atoon op het andere over
springen; bij het begin zijn zij in de
zinkatomen gebonden, aan het einde
zitten zij in de waterstofatomen. Hun
aantal is niet veranderd, want het is
evenmin mogelijk electronen als ato
men of eenergie te scheppen wij kun
nen hen slechts in beweging brengen
en verplaatsen. De stroom is ten slotte
te danken aan de neiging der zink
atomen, om electronen af te splitsen en
als positief geladen atoomresten in
oplossing te gaan.
Gelijk reeds opgemerkt, zijn de
zoogenaamde droge elementjes even
eens van het type Leclanché Strikt
genomen zijn zij niet droog, want dan
zou er geen werking mogelijk zijn
er wordt zelfs opzettelijk voor ge
zorgd, dat zij vochtig blijven. Bij deze
elementen laat men nl. de salmiak
oplossing opzuigen in zaagsel, infu-
soriënaarde of dergelijk fijn materiaal,
en doet er dan nog wel glycerine bij,
om te zorgen dat het mengsel niet
indroogt. De electrodes zijn dezelfde
als bij de natte elementen gewoonlijk
zijn zij concentrisch. De zinkelectroden
dienen zelf als omhulling bij de zeer
kleine cellen dient als zoodanig, nog
eenvoudiger, dik papier dat met een
flinke laag lak is overtrokken.
NIET OFFICIEEL
a
a a a
a
a a
a a a a
LATERE KOERS
BAZEL
ROME
NEW-YORK
"a—~
Drente moet oudtijds, in het begin
onzer jaartelling, een land met vele
en groote bosschen zijn geweest, ver
telt de Asser Crt. En wat zich daar in
die bosschen wel heeft opgehouden,
laat zich wellicht beter denken dan
beschrijven.
Er waren eens maar dat was dan
al vóór er menschen kwamen zeer
groote cerossen, waarvan men de
tanden en beenderen veel in 't veen
gevonden heeft, in de Exloër en Val-
thermonden vooral. Misschien zijn
ze daar in het water of in het veen
omgekomen of zijn de overblijfselen
van beenderen derwaarts gedreven op
ijsschotsen. Er hielden zich later vele
wilde varkens op, waarop de wilde
inenschenhorden jacht maakten. Er
waren herten en reeën, er was allerlei
gevogelte, dat later niet meer bekend
was. Het langzamerhand geheel uit
roeien der bosschen heeft in de fauna
der natuur een heele verandering ge
bracht. Sommige diersoorten, als ha
zen en konijnen, vossen en enkele
vogelsoorten, bleven nog in stand,
maar meer zijn verdwenen. De heer
Hofdijk geeft in zijn gedicht ,Aeddon"
een menigte van diersoorten aan,
waarop deze wilddooder jacht maakte
toen hij gevangen genomen en voor
eenige jaren in ballingschap wegge
voerd werd, die later nog terugkwam
en bij een gevecht om zijn hem be
twiste bruid de overwinning behaald
zal hebben, ongeveer ter plaatse, waar
het grootste hunnebed in Drente, te
Borger, ligt.
In de middeleeuwen, toen reeds vele
groote bosschen waren uitgeroeid, had
men hier altijd nog veel last van de
wolven, die zich nu eens meer, dan
weer minder, in sommige jaren in het
geheel niet, in Drente vertoonden, en
waarop groote jachten werden ge
maakt. Wolven hebben zich na 1800
niet meer in Drente vertoond.
Van de wilde everzwijnen kwam
zoo nu en dan nog wel eens een exem
plaar voor m Drente. Voor eenige
jaren werd er nog een op het platte
land aan de huizen vertoond, een
opgestopte, waarvan beweerd werd,
dat het in de gemeente Emmen, aan
de Duitsche grens, zou zijn gevangen.
Zij waren hier niet meer inheemsch,
en men denkt dat de zich hier ver-
toonenden vluchtelingen of verdwaal
den waren, uit andere landstreken
hierheen gekomen.
In het ruwe veen en in de lange
Drentsche heide, die in oude tijden
tot meer dan een meter hoogte op
groeide en een zeer dichten stand had,
hielden zich vele vossen en andere
roofdieren op, die door hun verniel
zucht van wild en vogels het even
wicht in de natuur bewaarden en een
al te snelie vermeetdering van sommige
diersoorten tegenhielden.
Dassen waren hier ook. Hun be
staan heet echter niet zoo lang ge-
I duurd als dat der vossen, maar toch
waren zij in de tweede helft der vorige
eeuw nog aanwezig en werden te
Schoonloo een of meer exemplaren
•gevangen en gedood.
Ook in zake het houden van tamme
dieren heeft in dit landschap een heele
verandering plaats gehad. Sommige
schrijvers meenen dat in Drente vroe
ger veel meer ossen dan paarden als
werkkrachten werden gebruikt. Ossen
trokken langzaam, maar trokken den
moeilijkst te bewerken grond om, als
men er maar werktuigen voor had die
sterk genoeg waren. Paarden werden
niet zeer veel gehouden en zij werden
meer als rijpaarden voor snelle ver
plaatsing gebruikt. Allengs namen de
paarden toe en werden de trekossen
verminderd. Ook werden zij meer tot
slachtdieren bestemd in den tijd toen
devarkenshouderij nog niet van zooveel
beteekenis was. Voor 30 a 40 jaar
zagen we op de Drentsche herfst-
jaarmarkten een 10 tot 20 een-jarige
ossen bijeen, die dan voor 20 tot 30
verkocht werden en naar de fabrie
ken werden gebracht om met afval
producten vet gemest te worden.
Ezels moeten er stellig ook meer in
Drente zijn gehouden, die wij nu nog
bij hooge uitzondering als trekdier
voor een kar zien gespannen. Toen de
eerste straatwegen in Drente werden
aangelegd en bij elk tolhuis een tol
tarief werd bevestigd aan den voor
gevelmuur, kwam daarop ook altijd
een tolbepaling voor een ezel voor,
waar meermalen om gelachen werd,
wijl er toch geen werkelijke ezels in
Drente gehouden werden.
In de nog in natuurstaat liggende
weilanden met veel gagel- en wilgen
bosch en met vele „dambeeren bosch-
jes", d.i. de jeneverbes (Juniperus
communis) hielden zich vroeger veel
gewone katten op, die in hun wilden
aard van de huiskatten verschilden,
maar overigens in alle opzichten hier
mede overeenkwamen. Zij leefden van
kleine vogels, van muizen in het land,
van kevers en van vischjes, die in de
soms uitgedroogde slooten gestorven
waren. Wij hebben wel eens het maken
van een jacht op zulke in het wild loo-
pende katten bijgewoond, wat veel
vermaak gaf.
Tot de verdwenen diersoorten in
Drente moeten vooral ook de ganzen
gerekend worden. Vooral in het Zuid-
Oosten van Drente deed men veel aan
de ganzenhouderij, en te Koevorden
bestond vroeger in den laten herfst
een ganzenmarkt, voorzoover bekend
de eenige in Drente. In alle dorpen
hield men toen ganzen, die een of
meermalen in het jaar geplukt werden,
waarbij deze dieren het uitschreeuw
den van angst en zich ongelukkig ge
voelden als zij van hun zachte vacht
ontdaan en in de eerste dagen na die
pluk gewoonlijk zeer boos op menschen
waren. Voor ongeveer 20 jaar zagen
we nog een vier- of vijftal ganzen op
een boerenerf in een Drentsch gehucht
rondloopen.
Onder de kruipende diersoorten was
vroeger opmerkelijk het in de gemeente
Rolde voorkomend aantal adders en
slangen. Te Schoonloo kwamen zij
meestal in de schapenhokken voor,
en als 't winter was, kropen ze uit hun
schuilholen en gingen op de zachte
wol der schapenruggen liggen. Kwam
het liggend schaap op de been, dan
vielen ze er af en zochten hun schuil
hoeken weer op. In de andere kleine
gehuchten dier gemeente was hun
aantal kleiner, maar toch kwamen zij
ook daar in de schapenhokken voor.
Thans zijn er nog wel schapen, maar
de slangen in de hokken der schapen
zijn reeds lang verdwenen.
Adders kwamen vroeger in de wilde
groenlanden en heidevelden veel meer
dan nu voor. 't Schijnt wel, dat deze
bij voortgaande landontginning en
grondverbetering aanmerkelijk achter
uitgegaan zijn. Wellicht komt er een
tijd, waarin geen enkele slang of adder
in Drente zal zijn overgebleven.
De Drentenaren van dezen tijd zijn
veel praktischer geworden dan hun
voorouders. Zij houden nu veel meer
van paarden en koeien en varkens,
veredeld ras, waarvan voordeelen te
behalen zijn, zelfs de duiven, in den
bijbel voorgesteld als het beeld der
oprechtheid, worden niet meer geëerd
enfaangefokt, waarvoor men vroeger
zooveel duivenhokken aan de muren
van huizen en schuren zag, bevevens
in enkele dorpen een duiventil, die
wij vele jaren in Rolde aan denweg naar
Assen en op het landgoed de Klencke
gezien hebben. Alles verandert, welke
verandering het meest wordt opge
merkt aan den bouw van woonhuizen,
het bewerken van het land, aan de
kleederdrachten, maar die ook bestaal
in het houden van huisdieren, terwijl
zelfs de natuur schijnt mede te werken
om deze evolutie tot uitvoering t«
brengen. Ook het menscheiijk ge
slacht is aan die evolutiewet onder
worpen, want waar is het nageslacht
van de sterke mannen, die drie, viei
zakken koren tegelijk droegen, en van
de twee smeden in de gemeente Beilen
of Dwingeloo, die ieder in een gehuchl
een kwartier uur gaans van elkander
af woonden, en te zamen één zwaren
smidshamer of vóórhamer hadden,
welke zij elkander toegooiden als zij
dien gebruiken moesten
UNIE-JENEVER
a f 3.30 per Liter uit de Slijterij „DEIINIE"
Heden overleed na een
kortstondig lijden, onze kleine
lieveling
HUBERTES JOHANNES
SOMERS
in den ouderdom van 6 jaar.
Zijn diepbedroefde ouders,
Broeders en Zusters.
J. A. SOMERS
M. SOMERS-v. d. Schinkel.
Haarlem, 31 Aug. 1922.
Voorzorgstraat 13,
mi
U zoudt het heusch niet zeg
gen, dat in zoo'n rustig hoekje
van Haarlem zoo'n goed adre»
is. Prima Engelsch gemaakte
Heerencostuums vanaf f 25 tot
145) Regenjassen van f 22.50
tot 147.50, De nieuwste des
sins en modellen. Ook voor
corpulente Heeren. Allen dus
een kiikje nemen.
De Directie van het Provinciaal Electriciteitsbedrijf van
Noord-Holland, vestigt er de aandacht van de stroomaf
nemers in Bloemendaal, Overveen, Aerdenhout, Bentveld en
Zandvoort op, dat in verband met werkzaamheden in het
net de stroomlevering op Zondag 3 September van 9—11 uur
v.m. GESTAAKT zal worden.
De COMMISSARIS VAN POLI
TIE te HAARLEM brengt ter ken
nis van belanghebbenden, dat be-
noodigd zijn voor het politie-perso-
neel 180 paar (of zooveel meer als
noodig mocht blijken) winterschoe-
nen, te leveren voor 1 November
a.s.
Zij, die voor de levering in aan
merking wenschen te komen kun
nen vóór 26 September a.s. hun be
monsterde offerte inzenden bij den
ondergeteekende, aan zijn bureau
Stadhuis, ingang Zijlstraat, waar ook
nadere inlichtingen te verkrijgen
zijn tot des namiddags 5 uur.
De Commissaris van Politie
E. H. TENCKINCK.
J. FORTGENS Czn.( goud, zilver
en horloges, Koningstraat 12, vraagt
voor den winkel, niet beneden 17
jaar. Brieven niet opgaaf van vo
rige werkkring en genoten salaris.
Mevrouw P- STUIJT-van Heuke-
lum vraagt voor 1 Nov., wegens hu
welijk van de tegenwoordige een
R.-K. Brieven onder No. 4009 Bur,
van dit blad.
Jonge hennen, Barneveld, Boe-
renkip en Patrijs Leghorn 2543
maanden a 2.50; 3544 maanden
a 3.4545 maanden a 3.25.
Slachtkippen 75 ct. per pond. Dui
ven alle soorten 75 ct. Jonge ko
nijnen 50 ct. DELFTSTRAAT 13.
gevraagd. Hotel DUIN EN DAAL,
Bloemendaal.
Hotel DUIN EN DAAL, Bloemen
daal vraagt een
als nieuw. Gebrek plaatsing, 70.
ZIJLSTRAAT 93.
Pruimenv. a. 10 ct. p.p.
Peren5
Appelen 5
Ananas90 p. st,
Meloenen25
Tomaten8 p.p.
'evraagd om kistjes te timmeren bi}
iebr. A. en P. NIJSSEN, te Sant
poort.
Plaatsing gezocht voor een jon*
gen van 15 jaar, om opgeleid te wor
den in de banketbakkerij. Br. fry
onder No. 3827 Bur. van dit blad.
of flinke jongen gevraagd voor d«
sorteerkamer, bij JAN KLAUWERS
en Zoon, Hoek en Vaart, Santpoort
aangeboden, voor zeer net persoon
Schoten. Brieven onder No, 4007
Bur. van dit blad.
te koop aangeboden. GED. OUDE
GRACHT 64.
5 P.K., wegens vertrek. Te bevragen
iederen dag tot 's avonds 8 uur. G,
L. DE KIEVIT, L. Molenstraat 20.
Ter overname uitstekende Pianoi
zonder gebreken. Zwarte kast. Ta
bezichtigen bij G. OTTO's Piano- en
Orgelhande', Jansstraat 51. Telef,
2515.