HAARLEM Uitsluitend eigen fabrikaat Beslist billijke prijzen Speciale afdeelingen Kleeding naar Maat mmnu&m. In onze magazijnen zult U steeds naar wensch slagen,, door de bijzonder groote collection, die uitmunten door goeden pasvorm en degelijke bewerking - Steeds het nieuwste HANDEL EN NIJVERHEID. N.V, „DE TIJDGEEST"; gevestigd over de geheele eerste etage Ingang van ons magazijn alleen onder de klok De zaak-Agsteribbe. f>ek"T. vTateri. ÖoE is zeiter, tfft! cfë Groot veldts verkocht hebben aan bekl. De Chineezen-moorden voor de Rechtbank. ORDE El ARBEID. De bouwvakken In Bélgië. De melkprijs te Amsterdam. Woensdag 20 September 1922 ilMBiNHNiltbii i' <£>4i/ta 1 Naar men zich herinneren zal, had Herman Agsteribbe, destijds directeur van de Beursbank op het Damrak, aangifte gedaan, dat bij hem was ingebroken en dat uit zijn brandkast een groot bedrag aan geld was verdwenen. De politie vond deze inbraak eenigszins verdacht, en toen bij de arrestatie van de gebroeders Groot veldt, ongeveer tegelijkertijd, bleek dat Agsteribbe vroeger met hen in relatie had gestaan, achtte de justitie het oogenblik gekomen, hem te arresteeren. Verschillen de huiszoekingen werden gedaan, en boe ken zijn in beslag genomen. Tijdens de langdurige instructie viel de verdenking op hem, dat hij zich aan he ling had schuldig gemaakt. De zaak van de inbraak staat hier dus buiten. Gisteren stond hij terecht voor de Am- sterdamsche rechtbank. Aan Agsteribbe, geboren 19 April 1890, thans gedetineerd, was ten laste gelegd, dat hij in 1918 op verschillende tijdstip pen heeft gekocht van Hermanus F. L. Grootveldt, Francois F. G. Grootveldt of i van een of meer hunner de navolgende, alle doar misdrijf verkregen goederen n.I.: één of meer gouden horloges, sigaren, een bontmantel, de navolgende zilveren of op zilver gelijkende voorwerpen: een bloemvaasje, een of meer damesbeursj.es, een oud-Hollandsch theezeefje, een heng sel van een schaal, taartvorkjes in étui, verschillende soorten van lepels en schep pen als een sauslepel, een compote-lepel, een groentenlepel, een ijslepel, een gem- berlepeFmet vork, een faartschep, een as- pergeschep, een ijsschep, voorts een cou vert, bestaande uit groote vork en lepel, een dessert-couvert, bestaande uit kleine vork, lepel en mes, een fantasielepeltje met het Nederlandsche wapen, een mes en vork in étui en voorts een menigte ande re zilveren voorwerpen. Een groot aantal getuigen waren gedag vaard. Als verdedigers treden op mrs. Ko kosky en Pauwels. De zitting dezer zaak werd gehouden in "de kleine strafkamer hoewel toch te ver wachten was, dat voor de behandeling groote belangstelling was. Het was er dan ook buitengewoon vol. Voordat de dagvaarding voorgelezen werd, vroeg de verdediger mr. Kokosky dadelijk de nietigheid van de dagvaarding, omdat z.i. ook het bevel tot verwijzing nietig was. Beklaagde, noch de verdedigers wisten, of tegen beklaagde een vervolging was ingesteld op grond van artikel 417 of '416 W. v. Strafrecht. Volgens het eene artikel kan de schuldige een gevangenis straf van 6 jaar maximum krijgen (een gewoonte maken van het koopen van ge stolen goederen) en .volgens het andere artikel 3 jaar gevangenisstraf. Bekl. heeft recht, dit te weten. De officier van justite, mr. dr. Van Heynsbergen reide dat het verweer beklaagde niet zal baten. Waar ten laste is gelegd „op verschillende tijdstip pen" blijkt voldoende, «dat bekl. er een gewoonte van maakte. Na in raadkamer geweest te zijn, deelde de president jhr. rhr. Van Lewe van Nev- enstein mede, dat de rechtbank deze dag vaarding niet nietig oordeelde en tegen strijdigheden tusschen de acte van verwij zing en de dagvaarding op de zitting nog zouden blijken. Eerst werd als getuige gehoord een re chercheur, die een huiszoeking had ge daan bij Agsteribbe in de Grensstraat. Gevonden werden toen sieraden, die bij onderzoek afkomstig bleken te zijn van een oude inbraak bij een bewoner van de Alex. Boersstraat Van eenige sieraden wa ren de steenen uitgebroken, wat getuige verdacht voorkwam. Een andere rechercheur had een onder zoek ingesteld, in verband met een inbraak bij een bewoner van de Joh. Verhulst- straat. Bij dit onderzoek kwam de re chercheur destijds ook bij Agsteribbe te recht. Deze beweerde, niet geweten te heb ben, dat de voorwerpen, inmid dels al weer verkocht, van diefstal af komstig waren. Hij had ze van een on bekende gekocht, naar hij destijds be weerde. De beklaagde werd daarop aan een ver hoor onderworpen, dat lang duurde. De president: Heeft u "dat geschreven? voorwerpen in beslag zijn genomen. Hoe kwam u er aan? 1 Beklaagde: Dat zal het register uitwij zen. Verder bleek, dat Charles Grootveldt bij bekl.'s zwager woonde. In 1918 had bekl., volgens zijn opga ven, een voorschotbank in de le Jan van der Heydenstraat, twee koophuizen in de Nes en nog een kiosk op het Muntplein bij den ingang der' Vijzelstraat. Nader ondervraagd over het koopen van een partij voorwerpen van zekeren De Groot in 1918, zeide bekl. zich dat nu niet meer te herinneren, hoewel hij zulks in dat jaar wel aan den rechercheur had opgegeven. In het register stond echter wel een desbetreffende aanteekening. De president: Heeft u dat geschreven? Bekl. Neen mijn bediende. De president: Is hij hier als getuige décharge? Bekl.: Neen, hij Is dood. Een derde rechercheur, als getuige ge hoord, deelde mede, dat in 1918 o.m. In gebroken was bij een bewoner van de Jan Luykenstraat. In verband hiermede werd Charles Grootveldt gearresteerd. Deze ver klaarde, een bontmantel, van. deze in braak afkomstig, aan Agsteribbe verkocht te hebben. Uit het verdere getuigenverhoor in de zaak tegen Herman Agsteribbe, beschul digd van heling halen wij aan, dat een bewoner van de Joh. Verhulststraat, bij wien ook in 1918 werd ingebroken door de Grootveldfs, onder de bij Agsteribbe in beslag genomen voorwerpen, eenige goederen herkende, die bij hem destijds gesfolen waren. Voorts wercien gehoord verscheidene kooplieden, bij wie de gestolen voorwer pen van hand tot hand waren gegaan. De eerste koopman kocht van Agste ribbe zilveren voorwerpen. Agsteribbe had toen gezegd, da.t het panden waren uit zijn voorschotbank in de le Jan v. d. ITeydestraat, welke „verstaan" Wa ren. De koopman dacht, dat hij safe v/as. De koopman verkocht de partij daarop aan een anderen koopman op de diamantbeurs en van hem ging deze weer in andere handen. Deze laatste koopman ontdekte bij het ontvangen van de recherche-lijsten, dat de voorwerpen gestolen waren, waarop hij de politie waarschuwde.* Benige der kooplieden wisten niet dat Agsteribbe gestolen goederen kocht. Zij beschouwden hem meer als eon valuta koopman. Hij hanJ.eldo ook in gouden munten, poudjes enz. De Grootveldt's ah getuigen. Vervolgens verscheen de 26-jarige Charl©3 Grootveldt, als getuige, thans is hij boekbinder. Destijds was hij voor do serie inbraken in 1918 veroordeeld. Hij behoort niet tot de drio broers Groot veldt's, die de tweede serie inbraken in 1922 gepleegd hebben. Vandaar dat hij zich ook op vrije voeten bevindt. Charles Grootveldt had kamers bij den zwager van Agsteribbe. Getuige had gezien, dat zijn broer Herman met Agsteribbe ge sproken had. Zijn broer had toen zil veren voorwerpen hij zich, van diefstal afkomstig. De president jhr. mr. Van. Bewe van Nijenstein ondervroeg den getuige ver volgens over de inbraak in do Alexan der Boersstraat. Getuige die reeds meer malen in gezelschap van zijn broers in gebroken had, herinnerde zich niet meer precies, of hij in de straat had inge broken. (In de pauze ging deze Groot veldt, begeleid door een rechercheur, naar het bewuste huis, doch hij herkende het huis niet meer). Getuige gaf voorts op, dat hij aan verschillende inbraken had meegedaan. Gewoonlijk stond hij buiten met een rij wiel, om de gestolen goederen weg te brengen. De president tot Charles Grootveldt: Heeft u wel eens gestolen voorwerpen aan Agsteribbe verkocht? Getuige: Ja. De president: Als u aan Agsteribbe verkocht, haalde Agsteribbe dan een re gister te voorschijn? Getuige: Neen. De president: Kon. u denken, dat be klaagde wel begreep, dat de^ bewuste voorwerpen van diefstal afkomstig waren Getuige had wel den indruk, dat Ag steribbe dit wist, te meer daar hij van zijn broer Krans had gehoord, dat Ag steribbe tot hem had gezegd, dat het hem niet onaangenaam zou zijn, alia ^de Grootveldt's eens bij hem kwamen in breken. Agsteribbe beschouwde de Groot veldt's dus als inbrekers. Nog bleek, dat get.'s broer Herman aan Agsteribbe een bontmantel had ver kocht, afkomstig van een andere inbraak (in de Jan Luykenstraat). Op desbetreffende vragen van den pre sident antwoordde getuige nog, dat de Grootveldt's baast overal sigaren stalen. Deze sigaren zijn ook aan Agsteribbe verkocht, evenals verscheidene gouden en zilveren horloge3. Van een gewoonte van Agsteribbe, om van de kristallen voor werpen de zilveren hengsels af te slaan, wist getuige niets. Herman Grootveldt verkocht hel gesto len zilver soms in de kiosk op de Munt, wat den verdediger mr. Francois Pauw-els aanleiding gaf, op te merken dat men toch niet midden op Je Munt gestolen voorwerpen verhandelt. Deze voorwerpen bracht Herman daar heen in een city-bag, welke ook weer gestolen was. De president: Hoe vaak zijn door u en uw broer aan Agsteribbe goederen ver kocht? Getuige: Misschien een vijfmaal. De president: Maakte Agsteribbe met horloges dadelijk onkenbaar. Getuige: Neen. De president: Sloeg hij het zilver niet onmiddellijk in elkaar. Getuige: Neen. Voorts deelde getuige nog mede, dat toen twee rechercheurs in zijn gezelschap bij Agsteribbe een huiszoeking kwamen doen, Agsteribbe tegelijkertijd aan de re chercheurs sigaren aanbood en hem (Charles) een kjilpoogje gaf. Getuige be greep dat het knipoogje beduidde, dat hij niet te veel moest zeggen. Hij heeft dim ook den naam Agsteribbe verder niet meer genoemd. De president: Toen u aan Agsteribbe zilver verkocht, kon Agsteribbe toch wel begrijpen, dat dit zilver van inbraak af komstig was. Getuige vermoedde wel, dat Agsteribbe hem bij naam kende en daarom wel kon begrijpen, dat het zilver gestolen is. Voorts herhaalde getuige, dat Agsteribbe door zijn aansporing om bij hem in te breken blijk gaf, te weten, dat de Groot veldt's zich met inbraken bezig hielden. De verdediger mr. Pauwels vroeg, of hij dit zeide onder pressie van den recher cheur? Getuige: Neen. De verdediger, mr. Kokosky, vroeg aan getuige Grootveldt, of de gestolen goede ren niet opgeborgen werden, om aan ver schillende personen verkocht te worden, en dat de Grootveldt's zich uitgaven, voor kettinghandelaren. De getuige: Ja. De president: Breidde deze kethnghan- .del zioh niet alleen uit over levensmidde len en sigaren, dooh ook over zilveren broodmanden en eetzilver. (Geladh), Tenslotte verdaagde de president de zitting tot 's avonds. 's Avonds half 8 ving de zitting aan, thans in de groote zaal. Eerst werd gehoord Frans Grootveldt, die buitengewoon zenuwachtig deed. De verdediger, mr. Kokosky, vroeg de zen getuige niet onder eede, te hooren. In de eerste plaats, omdat tegen hem dezer dagen een gevangenisstraf van 8 jaar was geëischt, in de tweede plaats omdat ge tuige zich blootstelt aan een vervolging wegens meineed. De officier van Justitie mr. dr. Van Heynsbergen achtte de getuige wel bruik baar, om tot de waarheid in de zaak te komen. Mr. Pauwels zeide, dat de verdediging nooit met dergelijke getuigen, als de Grootveldts zou durven komen. De rechtbank besliste, dat de getuige wel onder eede gehoord zou worden. Uit het verhoor van Frans Grootveldt bleek" "dat deze wel eens zijn broer Chdr- les opgezocht had. Agsteribbe had hij er nooit ontmoet. Getuige kende Agsteribbe niet, al was hij wed eens in diens huis ge weest. Hij had daar sigaren verkocht wel ke van diefstal afkomstig waren, van welke inbraak wist hij niet meer. Ook niet hoeveel. Toen hij de sigaren verkocht was zijn broer Herman met hem meegegaan. Getuige: Herman liet Agsteribbe toen een horloge zien. De president: Dus n wist wel, dat die man Agsteribbe heette. Getuige: Nee, maar nu vermoed ilk het. De, president: Lijkt beklaagde dan op dezen man, wien u destijds de sigaren ver kocht. Getuige: Ja, wel een beetje. Maar die man zat achter zijn bureau en deze in de beklaagdenbank. Getuige heeft Agsteribbe nooit hooren zeggen: „Jullie bent haje jongens. (Deze verklaring is van Charles Grootveldt.) Agsteribbe heeft hem in 1918 niet recht streeks aangezet bij hem in te breken. Wel is er over gesproken om de brandkast bij Agsteribbe weg te halen, maar hoe die aansporing in de wereld is gekomen, wist getuige niet. Over het voorstel van het weghalen der brandkast bij Agsteribbe, door deren zelf verzocht, ontstond daarop eenige verwar ring, waarna mr. Kokosky opmerkte, dat misschien doordat een rechercheur lang en gemoedelijk met Frans glesproken had, dit verhaal van de aansporing tot inbraak in de wereld was gekomen. Herman Grootveldt was de volgende getuige. Hij kende Agsteribbe door zijn broer Charles, die deren als „een aardige man" introduceerde. Dit geschiedde op een danspartij in „Maison Boer." Ook deze getnige bezwaarde den bekl. niet. Hij herinnerde zich niet meer precies, waar hij ingebroken had, en wist ook niet precies, wat hij gestolen had. Aan Agsteribbe had hij nooit zilver verkocht, ook niet een bontmantel. Als het wel zoo was, zou hij het zeggen. Hij had geen reden Agsteribbe te verschoonen. Getuige had geen horloge aan Agsteribbe verkocht, doch wel één van hem gekocht. Van een langdurig gesprek met Agsteribbe wist hij eveneens iets. Het verhoor van dezen getnige was hier mede afgeloopen.. De beklaagde verzocht daarop betere ge tuigen tegen hem te dagvaarden, dan de gebroeders Grootveldt. Hij begreep niet, waarom hij nu al maand zat. De president: Er zijn nog betere getui gen, en ook a décharge. Mr. Pauwels zeide, dat nu de verklarin gen. van de Grootveldt's zoo falikant uit gekomen waren, de verdediging gaarne van de getuigen a décharge wilde afzien, als het O.M. ook van het hooren van zijn ge tuigen zou afzien, nu er geen zweem van bewijs in deze zaak was. De officier van justitie zeide, dat hij van de vriendelijke uitnoodrging van de verdediging geen gebruik zou kunnen ma ken. Woensdag vervolgde de zesde kamer der Amsterdamsche rechtbank de behandeling van de zaak tegen Herman Agsteribbe, den directeur van de vroegere beursbank, die terecht staat wegens heling van verschil lende voorwerpen, die door de gebroe ders Grootveldt bij hun inbraken in 1918 waren gestolen. Thans had het verhoor van de getuigen décharge plaats. Hierna werd bekl. nogmaals, onder vraagd. Bekl. bleef ontkennen. Hij kan zioh niet herinneren van de Grootveldts bont en sigaren te hebben gekocht. Nooit was hij in relatie met de Grootveldts ge weest. Daarop was het woord aan den officier van justitie mr. Van Heynsbergen, die zeide, dat zijn requisitoir kort zal zijn. Hij zal vragen deze zaak opnieuw in handen van den rechtercommissaris te stellen, in de eerste plaats omdat er twijfel gerezen is, aan de bevoegdheid van den rechter, omdat hij in 1918 in militairen dienst was. Uit dien hoofde adviseert spr. de zaak weer in handen van den rechter-commis- saris te geven. Vast staat, dat het zilveren beursje, afkomstig van de inbraak bij den heer Saalborn in de Alexander Boersstraat en vjm-hillendc voorwerpen van de In braak bij de familie Beer In het bezit van Neg niet is bekend of die inbraken door de Grootveldts bedreven zijn. Dit is als nog vast te stellen, omdat in de bewuste huizen vingerafdrukken gevonden zijn. Spr. eindigde, dat hij aan de rechtbank een nader onderzoek zal bevelen: le. om dat er twijfel gerezen is aan de bevoegd heid van den rechter, omdat hij zich in 1918 in militairen dienst bevond; 2e. om le onderzoeken of de diefstallen bij Saal born en De Beer door de Grootveldts zijn bedreven. De eerste verdediger, mr. Kokosky, be gon zijn pleidooi met een woord van pro test tegen de wijze, waarop van de zijde van justitie en politie tegen bekl. was op getreden. Hij werd verdacht van een ge fingeerde inbraak. De publieke opinie werd vergiftigd. De justitie had van het begin af ten doel gehad beklaagde te pakken we gens oplichting van een verzekeringsmaat schappij. Na de huiszoeking op 8 Mei was bekl. door de kranten op de hoogte ge bracht wat hem boven het hoofd hing. Hij had kunnen verdwijnen, maar hij bleef. Dit bewijst zijn onschuld. Het parket greep in. Bekl. werd gearresteerd, maar niet op grond van een gefingeerde inbraak, maar op grond van heling in 1918. Pleiter meende, dat de rechtbank van oordeel is, dat er geen termen bestaan om bekl, langer in hechtenis te houden. PI. meikte op, dat het bedrijf van bekl. ten gronde is gericht door zijn arrestatie, die geschied is op de verklaring van oen man als Charles Grootveldt. PI. eindigde met de verwachting uit te spreken, dat de ze man in geen geval langer in hechtenis gehouden zal worden en dadelijk op vrije voeten zal worden gesteld. De tweede verdediger mr. F. Pauwels, begon zijn pleidooi met een woord van hulde te brengen aan de leiding van den president den heer mr. jhr* Lowe van Nevenstein in deze zaak, die pleiter unique vond. PI. eindigde zijn pleidooi met vrijspraas te vragen, onmiddellijke uitspraak en jn ieder geval dadelijke invrijheidstelling van bekl. Na re- en dupliek begaf da recti2/ank zich in de raadskamer. Teruggekeerd deelde de president mede, uitspraak doende, dat de zaak weer in han den van den rechter-commissaris gesteld zal worden om te onderzoeken: le of bekl. zich in 1918, tijdens het misdrijf in militai ren dienst bevond; 2e of diefstallen in 1918 bij den heer Saalborn en den heer De Beer gepleegd zijn door de Grootveldts; 3e de nadere'herkomst van een zilveren hengsel; 4e de nadere herkomst van een bontman tel. Aan het verzoek van de verdedigers om onmiddellijke mvrijheidsslelling kon de rechtbank niet voldoen uit gegronde vrees voor ontvluchting en herhaling van het misdrijf. Den 5en October zal voor de Amster damsche Rechtbank worden behandeld de zaak tegen een aantal Ghineezen, beschul digd van moord, zware mishandeling of medeplichtigheid daaraan, gepleegd op rasgenooten. Onder het opschrift „Nederlandsche arbeiders in Brussel" gaat hot bericht door de pers, dat er in België voor Nederland sche bouwvakarbeiders nog werft genoeg voorhanden is tegen een loon van 3% fr. per uur. De directeur van den Rijksdienst der Werkloosheidsverzekering en Arbeidsbe middeling wijst nadrukkelijk op de wen- schelijkheid om, alvorens naar België te gaan, inlichtingen in te winnen bij het plaatselijk orgaan der Arbeidsbemiddeling (Arbeidsbeurs of correspondent der Ar beidsbemiddeling) Die organe» zijn in staat volledige in lichtingen te verschaffen en staan door zijn fasscSenkom'st met 3e Belgische Ar beidsbeurzen in verbinding. In de Woensdag te Amsterdam gehou den vergaderingen van den bond van melk veehouders' en van den R.K. melk vee hou- dersbond werd besloten den melkprijs voor den aanstaanden winter op 14 cent per liter "te bepalen. Trekking van 709 nummer» ten overstaan van Notaris A G. Mulifc Prijs van f 5000 18257 2000 280 1000 332 7100 16235 k w- 400 1649 5132 1C658 18320 200 3414 5256 17072 20262 100 1695 3771 4151 5102 10093 r 10446 12229 12289 15117 19654 ^rijzen van t 90.- eigen geld.i 159 2915 5220 7404 9599 11855 13S99 16267 18540 277 33 5537 93 9600 61 13S52 82 18789 531 43 5663 7568 51 11916 14015 87 18856 87 3182 6004 7868 9717 28 14158 16442 19058 614 91 28 94 9612080 83 5319236 24 3367 6135 7988 Ê944 12110 14322 16622 19305 784 3859 66 8202 10014 12275 14461 16744 19504 862 3918 88 8317 10114 12525 77 67 19688 977 4052 97 8460 92 12780 14612 16945 19731 98 54 6275 8623 10244 12801 37 90 36 1181 4147 81 44 10336 91473017016 19965 1263 4283 6336 8727 10410 1314837 30 20052 1673 4389 42 8918*10608 12933 149C8 17256 20103 2212 4401 6442 89 95 52 15177 60 49 87 4618 6560 9055 10766 95 1542S 17325 62 2377 35 97 9107 10936 13078 ti 50 69 98 89 6637 72 68 13290 15575 70 20363 2633 4876 6894 9237 11129 13373 15735 17467 20500 75 93 6920 45 11289 13569 46 17505 20646 76 4927 30 99 11515 13761 15915 17804 2863 77 79 9579 11694 80 16003 18154 68 5175 7194 80 U76513844 3618395 Later aflosbaar. 70 2314 143 2409 224 20 352 31 446 64 49 2503 51 30 74 71 515 77 29 80 38 2723 41 33 607 67 714 2833 811 90 21 2924 41 26 955 41 73 81 1041 3004 66 24 95 95 1140 3326 65 33 67 3459 1201 3572 16 3628 20 63 87 72 1343 77 48 3717 1417 32 20 62 21 86 74 90 1534 3808 1641 45 65 65 69 90 1726 3924 34 48 92 93 1903 4012 22 29 31 74 90 4182 2016 95 32 4284 65 88 2204 4307 16 63 70 4465 83 88 2305 4637 4679 6325 8975 11137 4705 53 81 78 14 94 9029 11278 76 6407 67 11302 94 12 9153 54 4801 29 74 11438 52 54 9224 71 56 57 5611528 71 69 71 55 95 90 821169b 4936 6569 931211708 61 6(538 1311806 91 6805 70 92 5006 75 7211966 67 6921 9409 80 5173 7030 54 12015 76 49 92 42 81 54 9578 75 96 86 9624 87 5209 89 74 99 19 7101 9701 12158 74 12 9806 94 5336 60 56 12224 38 7340 9921 54 73 7416 2912315 88 54 61 18 5412 90 97 52 75 97 10027 59 5526 7551 10163 07 31 55 66 74 46 7654 10217 12513 79 99 83 16 94 770910345 38 5535 49 10419 12603 51 51 40 5 77 78 47 98 5736 7830 70 12716 38 72 78 12818 88 8171 10521 23 5850 91 42 83 51 8410 4312912 55 27 57 77 80 83 10612 13014 85 97 25 64 5903 8605 10714 80 19 45 95 82 35 59 10809 13152 6011 8768 20 13216 62 81 38 54 86 94 75 83 97 8819 10S02 13346 6146 89 50 13419 6280 8906 73 59 91 55 75 93 13516 15950 18249 43 16069 18322 83 16128 18462 13611 56 63 13731 72 78 13807 98 18513 69 16234 71 19 52 18638 89 75 18718 92 16329 18810 13916 42 18 47 65 25 76 16402 18905 84 19 77 85 50 89 14024 16510 90 33 02 94 54 16602 19084 97 bu 19158 14107 16748 19252 916920 59 20 37 83 14204 56 87 14332 17139 19341 55 46 87 14454 17233 19437 8017309 62 14561 19 19535 14636 17414 41 46 3819612 47 49 17 87 73 35 14774 17523 19800 14S81 49 43 84 75 19977 94 79 20044 14934 17612 20104 33 93 20212 44 98 23 15070 17700 49 15120 8 66 43 1420379 15359 49 20403 15516 57 90528 42 17865 59 15610 68 20605 15720 95 20740 36 99. 80 51 17927 20891 15810 18052 20959 16 53 63 18171 15925 72 44 97 Vorige lijst ontbreken: 6154-694Q- 7138-8765 9791-1j135-15229-17589-18691-19/79- 19781 en 19925 alle later aflosbaar. 4512-5837-6216-7656 15729-18337-20761 m.z.met ;073Mm.z. 1073 10975" m.z. 1.914"®. 4345 m.z. 4349. 7763 m-z* 7762. 11517 m z. 11667. 19828 m.z. 19821. PEEK CLOPPENBURG OPENING Herfst- Winterseizoen o Heeren- Kinderkleeding

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1922 | | pagina 7