U
elck wat wils
Tweede Blad
23 September 1922
eïo?
Niet overdrijven.
Het sociale dwangbuis.
ONS VR00LIJK HOEKJE.
Een ander geluid.
1921
902.749 H.A.
1.224.902
94.656
1920
905.614 H.A.
1.219.084
93.700
Handelsgewassen
21.306
43.630
28.029
Knol-, wortel- en bolgewassen
300.581
289.947
286.052
Groenvoedergewassen
59.288
59.326
60.065
4.932
4.730
5.146
Totaal
902.749
905.614
908.622
CINNENLANDSCH NIEUWS.
De Roode Kruisdag op 30 Sept. a.s.
LUCHTVERKEER.
Opgeheven.
Subsidie Kon. Luchtvaart Mij.
Prijzen van
os2
aoif-5
TREKJES CCLX.
er met open mondje naar, schoof na
(Nadruk verboden).
Men vraagt mij eens te willen aan
geven, wat wel de oorzaak is van den
teruggang van het ledental onzer or-
ganisatie's en wat er te doen zou
zijn om dien teruggang te stuiten.
Nu hebben vragen altijd de eigen
schap, dat zij zich gemakkelijker laten
stellen dan beantwoorden; de zaak is
echter belangrijk genoeg om haar on
der de oogen te zien en naar midde
len ter verbetering te zoeken.
Het valt toch niet te ontkennen,
dat er vrijwel over de gansche linie
een teruggang van leden is waar te
nemen en even vast staat dus, dat
daarvoor bepaalde oorzaken moeten
Zijn.
Evenwel, zonder nu al te luchthar
tig over een beduidend ledenverlies
te willen spreken, meen ik toch dat
iwe de zaak niet tragischer moeten
voorstellen, dan zij op grond van de
feiten is. Welnu, op grond van de fei
ten is het verschil nu niet zoo bijs
ter groot of menschen, die nog niet
overtuigd zijn van de grootsche taak
onzer R. K. Arbeidersbeweging, al
dan niet tot onze beweging behoo-
ren; een geestelijke eenheid vormen
Zij daarmede tóch niet.
En hiermede ligt meteen de feite
lijke oorzaak van den teruggang bloot.
(Tienduizenden zijn in de jaren, die
achter ons liggen, als 't ware tot onze
organisaties toegestroomd, omdat zij
de directe voordeelen van die orga
nisaties konden overzien. Elk oogen-
blik moest er een actie ingezet wor
den, om de prijsstijging der goede
ren te neutraliseeren; ook op ander
terrein was voortdurende activiteit
noodzakelijk, terwijl bovendien bij
werkloosheid een betrekkelijk hooge
uitkeering kon worden verstrekt.
Het lid worden van de organisatie's
berustte hoofdzakelijk op het maken
van een rekensommetje, dat van
zelf sprekend in het voordeel van
de organisatie moest uitvallen.
De prijsstijging der goederen is
echter veranderd in een prijsdaling
en de crisis in het bedrijfsleven ver
wekt een werkloosheid als nooit te
voren, zoodiat aan de leden der kas
sen steeds zwaardere lasten worden
opgelegd en de Overheidssteun steeds
tnoeilijker en geringer wordt.
Het rekensommetje geeft een tegen
overgesteld resultaat als eenige jaren
geleden; de huismoeders, voor kor en
tüd nog warme verdedigsters zijn op
eens weer tegenvoetsters van de or
ganisatie geworden, met het gevolg
dat haar „Heer gemaal" binnen kor
ten of langen tijd zich van de leden
lijst laat afvoeren, want ook hij be
hoort niet tot hen, die uit overtuiging
Jid waren.
Hij was te kort lid van de „bewe
gingom te kunnen doorzien of aan
te voelen, dat die loonsverhoogingen
tnaar een zeer betrekkelijke waarde
hebben en dat al die offers in onze
arbeidersbeweging gebracht een hoo-
gere en diepere beteekenis hebbn.
Voor hem waren de Vakbonden
Slechts actie-machines, waarin je eeni-
ge guldens contributie kon wei-pen
en aan den anderen kant kwam ra-
een loonsverhooging of een uitkee-
ting uit.
Die tijden zijn voorbij en 't woord
is thans weer aan hèn, die doelbe
wust, stap voor stap, door vóór- en
tegenspoed heen, hun krachten wil
len inspannen, om een op andere
grondslagen rustende samenleving te
bouwen.
Het woord is weer aan hen, die
hun, al dan niet bescheiden krachten
willen geven, om met en voor elkaar
verdeeling van lasten en lusten en
tie middelen te zoeken, waardoor de
erbeidsstand een plaats in de samen
leving zal erlangen overeenkomstig
zijn nuttigheid.
De arbeidersbeweging is een cultuur
beweging en zij zal, zonder de directe
belangen van de leden te veronacht
zamen, weer als voorheen haar groot
ste aandacht hebben te wijden aan
haar cultureele, aan haar opvoedende
laak om den arbeidersstand vaardig
te maken tot het ombouwen van onze
materialistische in een op Christelijke
grondslagen rustende samenleving.
Aan die taak moet weer met vernieuwde
kracht worden gewerkt en wellicht was
de behoefte nooit dringender dan thans,
om in den warwinkel van meeningen onze
beginselen te doen doordringen; in elk ge
val iijkt het mij onjuist om te verwachten,
dat voor die taak, al die tienduizenden
arbeiders, zoo pas tot onze beweging ge
bracht, warm zouden zijn.
Elke organisatie behoudt gaarne haar
leden; maar 't is een overdreven voor
stelling wanneer wij den teruggang van het
ledental ill te ernstig zouden opvatten.
Op 31 December 1918, dus het jaar vóór
de „werkloosheidsverzekeringsnoodwet"
tot stand kwam, was het ledental van het
K -K. Vakbureau 97618; op 31 December
1921 151644 en naar mijn wijze van zien
is het eerstgenoemde cijfer als uitgangs
punt te nemen, want reeds het volgende
jaar (1 Dec. 1919) bedroeg het ledental
149050 een aanwas van ruim 50 op
circa 100.000 leden.
Wie van een dergelijke ledenaanwas, bij
een daarop aanstonds volgenden tegenslag
een gevestigde overtuiging verwacht, komt
uiteraard bedrogen uit.
Toegegeven kan worden, dat de arbei
dersbeweging haar karakter van een mas
sale beweging te zijn niet kan prijs geven:
maar de overgroote meerderheid dier be
weging moet toch bereid zijn om doelbe
wust en planmatig het groote hervor
mingswerk te ondernemen.
Intussohen, er is ledenverlies en de vraag
is urgent hoe wij dan hen die ons ver
lieten weer tot ons voeren.
Men behoeft zich nog niet te verbeelden
het alleen te weten om toch met eenige
zekerheid te kunnen aangeven, dat het
oude beproefde middel weer moet ter
hand genomen worden en plaatselijk door
huisbezoek e.d. de mannen tot overtui
ging moeten worden gebracht.
Overigens kan hetgeen en hoe het moet
geschieden moeilijk in algemeenen zin
worden vastgesteld. Daarvoor hangt te
veel af van de locale toestanden.
In elk geval zal volgens mijn inziens de
klemtoon gelegd moeten worden op de
plaatselijke propaganda.
Kort samengevat staat de zaak dus als
volgt:
Dat volgens mijn zienswijze de terug
gang van het ledental <*en logisch gevolg
is van of een reactie op den snellen groei
onzer beweging, nu de omstandigheden
zich dermate gewijzigd hebben dat de
directe voordeelen der organisaties minder
zichtbaar zijn.
Waar echter, vooral in dagen van tegen
slag, de arbeiders het meeste behoefte heb
ben aan hun organisaties, ongeacht nog
de groote cultureele taak die deze te ver
vullen hebben, is het van groot belang
dat alle krachten worden ingespannen om
bij de groote massa beter inzicht te bren
gen. A. J. L,
Onder bovenstaanden weinig vleienden
titel bespreekt de heer S. in het Patroons-
blad van 13 September het wetsontwerp
tot bevordering van de vreedzame bijleg
ging van arbeidsgeschillen. Men weet dat
dit onderwerp bij arbeidsgeschillen de be
voegdheid geeft aan den rijksbemiddelaar
om ongeroepen in te grijpen en een op
lossing te bewerken. Hij kan ook een be-
middelingsraad bij elkaar roepen en bij
geschillen, waarbij 300 of meer arbeiders
betrokken zijn, kan door den minister een
enquete worden ingesteld, waarbij de en-
quete-commissie de bevoegdheid heeft ge
tuigen op te roepen, boeken te onderzoe
ken enz
Het oordeel van den heer S. is zeer on
gunstig, wat in verband met den titel
geen bevreemding meer kan wekken.
Hij meent dat de werkgevers er niets
dan last van zullen hebben en dat het doel
n.l. de beslechting van geschillen door een
rijksbemiddelaar niets te beteekenen heeft
en een bemiddeling door partijen zelf inge
steld, méér vrucht zal dragen.
Omtrent het laatste zal wel geen meè-
ningsverschil zijn.
Als partijen zelf zoover zijn, dat ze een
bemiddeling aanvaarden, dan kan met in
grijpen door derden niets verdiend wor
den.
Maar daar zit juist de knoop. Niet zel
den toch gebeurt het dat een der partijen
geen bemiddeling wenscht op grond dat
EEN VOORNAME.
Baron (aan lager wal): Zijt gij hofleve
rancier?
Slager: Ja.
Baron: Geef mij dan voor tien cent le
verworst.
hij zich machtig genoeg gevoelt om zijn
wil aan de wederpartij op te leggen.
Men behoeft heusch geen bewonderaar
te zijn van Overheids-ingrijpen in de be-
drijfsverhoudingen, zonder nu geheel af
wijzend te staan tegen een poging die
vooral bij groote conflicten nuttig zou
kunnen zijn.
Ook in arbeiderskringen zal men niet
bepaald enthousiast zijn over dat onder
werp en de verwachtingen behoeven niet
hoog gespannen te zijn; maar toegegeven
moet toch worden dat al zouden slechts
enkele groote conflicten voorkomen wor
den de aangekondigde wet voldoende nut
tig zou zijn.
Zoolang werkgevers en werknemers er
niet toe overgaan om een bedrijfsorgani
satie te stichten die binnen het raam van
het eigen bedrijf haar eigen zaken regelt,
zoolang zal men ,om erger te voorkomen
steeds wettelijke maatregelen moet
nemen.
Daar kan niet voldoende aandacht aan
gewijd worden.
Wie de duizelingwekkende cijfers ziet,
welke aan staking en uitsluiting worden
besteed, cijfers, die dan nog verhoogd moe
ten worden met de schade welke de in
dustrie zelf lijdt, zal elke eerlijke poging
om daarin verbetering te brengen, onder
steunen.
Wat in het onderhavige geval zeer ge
makkelijk kan, omdat we geen duur ap
paraat in werking behoeven te stellen.
A. J. L.
Is het zeer onverstandig om te han
delen alsof we in ons land in econo
misch opzicht in den besten wolstand
zouden verkeeren; even verkeerd is het,
dat de laatste tijden bijna niet anders
meer gehoord worden dan beweringen die
ons moeten doen gelooven, dat we om
zoo te zeggen met ons allen reeds aan
het verdrinken zijn.
Die voorstelling welke thans de over-
heerschende is, is even nadeelig als 'n al
te luchthartige opvatting.
Daarom is het gelukkig als menschen
waarin wel vertrouwen kan worden ge
steld hun waarschuwing laten hooren te
gen een al te zwaarmoedige opvatting.
De secretaris van de Nederlandsche
Jaarbeurs de heer Graadt van Roggen,
iemand waarvan we dus mogen ver
wachten dat hij een goeden kijk op de
betrekkelijke aangelegenheid kan heb
ben, waarschuwde onlangs in de Maas
bode:
„En toch beweer ik, dat het niet
alles malaise is, wat er als zoo-
danig klinkt. Het ligt eenmaal in
den menschelijken aard om de dingen
ernstiger te maken dan zij inderdaad
al zijn, om vooral tegenspoed en
moeilijkheden door een vergrootglas te
laten zién. 't Gevaar van elke malai
se is dikwijls niet zoozeer de malaise,
zelf dan wel de vrees, die zij ver
spreidt, de onrust, welke zij wekt, de
paniek, tot welke zij aanleiding geeft.
De menschen worden zenuwachtig en
in plaats van het hoofd koel te hou
den en te trachten voet voor voet de
voortschrijdende malaise het terrein te
betwisten, raakt men zijn kalmte kwijt
doet allerlei overdreven dingen, maakt
zijn omgeving onrustig, zoodat deze
ook mede begint te doen met over
ijlde maatregelen en zoodoende werkt
men... de malaise in de hand. En in
plaats van rustig de gevaren onder
de oogen te zien en de zaken te ne
men zooals zij zijn, gaat menig een
maar luk-raak medeschreeuwen in het
algemeene koor. Wat men vreest, wordt
als reeds bestaande vertolkt en zoo is
inderdaad juist, wat het voorgestelde
spreekwoord uitdrukt: dat alles, wat
als malaise klinkt, alles wat als ma
laise wordt voorgesteld, nog geen wer
kelijke malaise is. En van deze stem
ming onder de menschen gaat een fa
tale invloed uit op de menigte; men
wordt moedeloos en verliest het ver
trouwen. Men gaat redeneeren: het
helpt toch niet®, het is toch alles wat
ik doe maar vechten tegen de bier
kaai."
Tot zoover de heer Graadt van Rog
gen. Wie ook de artikelen van Mr.
Vissering, directeur van de Nederland
sche bank, goed nagaat over de waarde
vastheid van den gulden, kan moeilijk
tot een andere conclussie komen dan
dat met inaehtname van de noodige voor
zichtigheid, voor de wanhoopsuitingen van
zoovel on nog geen reden is.
Het kan geen waarlijk kwaad, dat ter
zake kundige menschen eens een ander
geluid doen hooren.
LANDBOUW.
Heden verscheen „Verslagen en mededeelingen" van het Departement
van Landbouw, Handel en Nijverheid over 1921.
Wat de bebouwing betreft is daaraan het volgende ontleend
De verhouding tusschen bouw- en grasland wijzigde zich ook in 1921 ten
gunste van het laatste nadat in de jaren 191$ 1918 en 1919 de oppervlakte
bouwland was gestegen van 868.338 H.A. tot 908.622 H.A., kwam in 1920
een vermindering, welke zich in 1921 voortzette.
In vergelijking met de twee voorafgaande jaren was voor 1921 de opper
vlakte bouwland, grasland en tuingrond als volgt
Bouwland
Grasland
Tuingrond
1919
908.622 H.A.
1.209.743
93.692
2.222.307 H.A. 2.218.398 H.H. 2.212.057 H.A.
Het onderstaande overzicht geeft de beteling aan van het bouwland naar
de hoofdrubrieken.
1921
1920
1919
H.A.
H.A.
H.A.
460.319
450.580
457.713
56.323
57.401
71.617
Opmerking verdient in bovenstaand overzicht de afneming der met
peulvruchten beteelde oppervlakte en de sterke vermindering van den ver
bouw van handelsgewassen.
NED. R.K.BOND VAN DIENST
PLICHTIGEN „St. JORIS".
Bovengenoemde Bond heeft on
derstaande circulaire aan alle plaat
selijke besturen van R.K.Vakorga-
nisatie's gezonden.
Waarde vrienden.
„St. Joris" vraagt u te spreken.
Luistert even
Gij weet, hoe bij de demobilisatie,
toen tienduizenden militairen huistoe
kwamen, van Roomsche zijde een
krachtige actie werd op touw gezet
door den Ned. R.K. Bond van Dienst
plichtigen „St. Joris".
„Gij weet, hoe wij zorgden voor de
gedemobiliseerden, voor hun uitkee-
ringen en vergoedingen, hoe onze be
stuurders stad en land afreisden, om
de katholieke militairen en gedemo
biliseerden te organiseeren, en voor
hunne stoffelijke belangen te zorgen.
Maa gij zult het ook verstaan, als
wij u zeggen, dat onze Bond, eerst
duizenden leden sterk, de groote
massa verloor, toen eenmaal de stroom
van uitkeeringen droog lag.
Afdeeling voor afdeeling hield op
te bestaan. Contributie kwam bijna
niet meer binnen. Verschillende mid
delen werden geprobeerd. Maar „St.
Joris" stond voor een flink tekort.
En toch Er was en er is nog zoo veel
te doen.
Onze jonge mannen komen thans
op voor zeer korten tijd.
Als wij in die paar maanden, dat
zij in dienst zijn, ze allen moeten or
ganiseeren, en onze organisatie alleen
daarop finantiëel moeten doen steu
nen, staan we voor een onmogelijk
werk.
Onze jonge mannen, voor een groot
deel vóór hun diensttijd leden van
de katholieke arbeidersbeweging, moe
ten ook als militairen zich katholiek
organiseeren in onzen Bond. Hoe
gemakkelijk vallen zij anders niet in
handen van de roode organisators,
die de ontevredenheid, die bij de re-
c uten bestaat, zoo licht kunnen
uitbuiten, en aldus hen overhalen
tot het lidmaatschap van een soci
alistische organisatie.
Wij moeten daarom ons werk voort
zetten in het belang van de katho
lieke dienstplichtigen, in het belang
aller katholieke organisaties.
Wij kunnen 't, dank zij de ervaring
en het contact en de medewerking
die wij hebben, en wij zullen het ook,
als gij ons een klein beetje helpt.
Wij vragen u geen geweldige offers,
maar een paar centen om ons tekort
te dekken en onze actie met frisschen
moed te beginnen.
De besturen van Federatie en Vak
bureau steunen ons verzoek.
Wij vragen van iedere afdeeling
van stands- of vakorganisatie een
k eine gift.
Stuurt ons niet met leege handen weg.
Al is de toestand niet rooskleurig, en
al is misschien een lek in uw kas, en
al wordt er zooveel gevraagd, toe,
help „St. Joris" uit de put.
Een rijksdaalder of een gulden
maakt u niet armer, maar uw rijks
daalders en uw gulden maken onze
actie mogelijk.
Dan kunnen wij straks ook bij onze
dienstplichtigen het Roomsch be
wustzijn levend, het organisatiebesef
wakker houden.
Onze actie komt de geheele katho
lieke beweging ten goede
Het Bestuur van den
Ned. R.K. Bond van Dienstplichtigen
„St. Joris"
De Besturen van de Federatie van
R.K. Volksbonden en Werklieden-
vereenigingen in Nederland en het
Bureau voor de R.K. Vakorganisatie
dringen er bij de afdeelingsbesturen
vriendelijk op aan, wei gevolg te wil
len geven aan het verlangen van den
Ned. R.K. Bond van Dienstplich
tigen „St. Joris". Deze organisatie
verdient uwe medewerking.
Wanneer het succes der te houden
collecte beantwoordt aan de groote
voorbereiding en de vele moeite, die
daarvoor wordt genomen, kan op een
schitterend resultaat gehoopt worden.
In de meeste plaatsen in Nederland,
waar de afdeelingen van het Nederland
sche Roode Kruis niet zelf de col
lectie ter hand genomen hebben, hebben
zich commissies gevormd, die met en
ergie de voorbereidende maatregelen heb
ben genomen. In vele plaatsen hebben
zich muziekkorpsen beschikbaar gesteld,
die de collectanten zillen vergezellen, ter
wijl ook op meerdere plaatsen 's avonds
uitvoeringen gegeven zullen worden ten
bate van het goede doel.
De Ministers van Oorlog en Marine
hebben de groote welwillendheid gehad
toe te staan, dat de militaire vliegers
op hunne dienstvluchten over de ver
schillende plaatsen de daarvoor bestemde
biljetten uitstrooien, terwijl men door
de vriendelijke medewerking van de Di
rectie der Nederlandsche Spoorwegen aan
do stations de biljetten aangeplakt fcan
zien, waarop de collecte in herinnering
wordt gebracht. Een ieder kan dus voor
bereid zijn op deze collecte en er voor
zorgen op 30 September zijn gave ge
reed te hebben.
het militaire vliegkamp te Schiphol op
geheven. De bestemming van het aldaar
werkzaam zijnde personeel ongeveer
40 burger-werktuigkundigen, werklieden
enz. zal nader worden geregeld.
Voor de burger-luchtvaart blijft Schip
hol bestaan, zoodat de Koninklijke Lucht
vaart Maatschappij en andere maatschap
pijen, w.o. de Daimler Hire Go., er een
vlieghaven hebben.
Het terrein staat onder toezicht van
het departement van waterstaat, dat er
waarschijnlijk een havenmeester zal aan
stellen. (Tel.)|
Volgens de begrooting van Waterstaat
voor het dienstjaar 1923 acht de minister
lief van overwegend belang, dat nfef Kèt
geven van Staatssubsidie w de Kon.
Luchtvaart-Mij word', voortgegaan, aangv
zien zeer veel van netgcwi tbani werd ao-
reikt weder verloren zo-: gaan of «ndw*
ten goede zou komen aan bultenlandsche
maatschappijen, indien subsktteering éen
of meerdere jaren achterwege zoortè olij
ven.
Als resultaat van een voorloopige bespre
king met de maatschappij werd aanvan
kelijk een bedrag van 400.000 a's uit
te keeren subsidie aangenomen. Het be
drag zal nader kunnen worden bepaald
bij het overleg met de maatschappij om
trent een nieuwe subsidie-overeenkomst
430e NED. STAATSLOTERIJ.
Trekking van Vriidaz 22 Sent
5e Klasse 4e Lijst.
Hcoge prijzen:
1111 17762 elk 1000.
19373 19643 21394 elk ƒ400.
169
12079 14897 16667
21068
20421
2097
21081
22904 elk ƒ100.
ƒ70:
42
227
371
543
796
1025
1177
1248
1433
1462
1646
1845
22'Kt
2469
2630
2691
275S
2789
2807
3i
3213
3580
3900
3919
3956
4046
4173
4480
4496
4529
4559
4583
4888
51:.7
5191
5404
5411
5528
5547
5588
Eb 2
5777
5S52
5903
5933
6029
6031
6130
6149
6536
6679
6839
6961
7006
7J29
7179
7192
7321
7398
7543
7966
82 i 6
8332
8462
8525
8627
8657
8785
88! 7
9179
9242
9477
9589
9732
9766
I i)3E4
10705
10719
10789
10879
10883
10885
10896
11183
11440
11604
11640
11654
11710
11771
11806
12105
12142
12182
12194
12363
12438
12458
12552
12561
12682
12750
12757
12798
12866
12950
12988
13237
13262
13290
13410
13465
13467
13550
13572
13628
13739
13767
13929
14082
14158
14472
14535
14615
14618
14639
14704
15053
15!. 3
15393
15574
15758
16050
16058
16703
1693)
16994
17093
17173
17192
17219
17614
1785.3
IE 009
18014
18137
18185
1S195
18215
1<32:
18527
18648
18690
18755
18865
19010
19103
19155
19201
19211
19337
19357
19381
19519
19520
19870
19886
19913
20007
20120
20L: 3
20159
20428
20846
20895
21108
21118
212')
21364
21568
21756
21758
21840
22208
22/85
22867
22894
22942
NIETEN:
17
50
161
166
172
185
192
216
335
350
495
497
556
E-<
629
634
757
759
778
805
840
858
939
1009
1022
106)
1143
1 '3
1186
1296
1371
1377
1413
1417
1:510
1523
1584
1607
1641
1644
1719
1867
1864
2035
2111
2155
2194
2195
22 -'3
2325
2382
2400
2440
2466
2473
2 13 1
2530
2595
265S
2718
2809
2819
29 07
3015
3042
3045
3055
3104
3109
32'Xi
3248
3281
3311
3329
3412
3470
3627
3532
3555
362S
36S9
3842
3925
3953
3961
3979
4004
4130
4221
4232
4247
4303
4327
43S6
4397
4447
4497
454'»
4580
4600
4624
4842
4846
4875
4899
5041
5148
5164
5213
5223
5231
53C5
5330
5348
5440
5448
5472
5487
5637
5689
5783
5817
5946
6044
6091
6136
6153
6208
6214
6256
6286
6-1."?
6478
6514
6521
6568
6675
6706
6721
6775
6842
6917
6918
6957
6974
6'.7 7
6993
7029
7167
7268
7283
7296
75' 5
7381
7400
7404
7405
7442
7451
7474
7522
7586
7594
7619
7685
7694
7776
7871
7875
7883
7943
7992
8004
8052
8086
8130
8155
8165
8183
8286
832S
8339
8346
8420
8423
8438
8447
8523
8561
8725
8836
8891
8924
8926
8960
«963
8987
9053
9054
9143
9169
9225
922
9334
9349
9350
9399
9412
9435
94*1
9485
9526
9709
9749
9767
9874
9*7
9959
10009
10029
10073
10088
10091
10107
10151
10177
10403
10609
10611
10642
10557
10659
10678
10692
10698
10711
10752
10«= 1
10904
10945
10962
11001
11027
11051
1109 i
11113
11143
11190
11289
11461
11585
119! 1
11923
11993
12088
12099
12124
12142
12144
12195
12312
12398
12486
12546
12554
12663
12793
12709
12729
12784
12797
12879
12884
13'0?
13010
13066
13095
13096
13120
13155
131.-7
13248
13289
13329
13400
13405
13474
13515
13541
13546
13579
13620
13679
13716
1372:1
13761
13763
13769
13838
13843
13910
1396.3
14111
14167
14193
14213
14261
14366
143.'.'»
14431
14451
14456
14464
14528
14536
14589
14637
14685
14803
14859
14867
14931
1500
15110
15384
15403
15469
15538
15564
15699
15657
15671
15735
15800
15860
15906
15"' 7
15989
16039
16133
16168
16213
16335
165.57
16362
16371
16412
16553
16561
16603
1668.3
16695
16724
16737
16780
16835
16839
16990
17019
17087
17091
17136
17149
17223
17285
17319
17331
17342
17451
17557
17564
176 '3
17660
17677
17756
17762
17781
17859
17' 6.2
17943
17964
17971
17973
18010
18030
IK. 65
18071
18101
18109
18169
18178
18235
18502
18320
18350
18363
18505
18513
18515
185,5?
18610
18618
18688
18689
18704
18876
18975
18935
18952
18960
18989
19043
19060
19!
19230
19236
19310
19315
19406
19417
19-'
19446
19477
19507
19523
19536
19604
197 .3
19845
19872
19879
19885
20014
20036
20239
20248
20267
20272
20288
20312
10'. 7
20638
20687
20689
20745
20748
20776
20856
20889
20910
20921
20952
20967
20968
20981
21000
21134
21151
21202
21343
21460
21486
21590
21674
21732
21779
21839
21878
21920
21975
22037
22097
22131
22227
22? 3
22287
22350
22431
22440
22576
22611
22603
22689
22704
22735
22775
22792
22833
229 i 6
22922
5e Klasse 3e Lijst: 1598 nrns. 1597.
V
De vreemde man.
Bertje wroette in 't zand, nu eens
met de gekromde vingertjes, dan weer
met 't brok lepel, wat Cato hem had
gegeven lachte tegen elk nieuw gat,
wat ie had gegraven.
Tom, 'n bul van zes, eens zoo oud,
maar driemaal zwaarder dan z'n
broertje, vulde oude kroesjes, vorm
pjes en blikjes en maakte er 'n „straat"
van.
Echt kneuterig zaten zij te spelen
in den grooten zandbak aan 't eind
van den tuin. Drie regendagen hadden
ze in huis gezeten, hunkerend gekeken
door de kil-natte ramen naar den
nieuwen zandbak, dien vader daar
voor hen had laten maken, maar die
gedekt lag onder 'n oud brok zeil,
waarin kleine plasjes rimpelden.
Met blij gekraai hadden ze vanmor
gen de zon begroet en waren den tuin
ingehuppeld en nu zaten ze daar
reeds uren, bijna niet lettend op het
karrengerij over den straatweg vlakbij
hen.
Cato, de huishoudster, hield vanuit
de keuken 'n oogje op de kinderen,
en nu ze zag, dat de kleinen zich nog
niet verveelden en zoet bleven zitten
in hun nieuw koninkrijkje, ging ze
vlug naar boven om de slaapkamers
te doen.
Tom stapte uit den bak en overzag
trotsch de twee lange rijen zand-
vormpjes, wees ze een voor een aan
en wijsneusde tegen Bertje „Dat is
ons huis., en datte.. de kerk., en
dat de school en datte.. datte.. de
winkel van Smit...... Bertje keek
derbij en wilde de zandhoopjes grij
pen, schrok terug voor de dreigende
schreeuw van Tom.
Al 'n minuut of vijf stond er 'n
man aan 't hek, gedeeltelijk verborgen
achter de hoog opgeschoten dahlia's,
zonder dat de kinderen hem hadden
opgemerkt. Z'n grauwig misère
gezicht was tegen 't ijzeren vlecht
werk gedrukt, z'n oogen gingen van
Bertje naar Tom en glansden vochtig.
Hij trachtte nu krampig 'n hoest-
prikkel in te houden, maar 't ging
niet en toen zag Tom 'tn.
't Joggie schrok en kreeg 'n kleur
hij maakte aanstalten om weg te
loopentoch bleef ie staan en
keek aandachtig naar den vreemden
man, verlegen met z'n rechtervoet
schuivend over de kiezels.
„Jij bent Tom" zei de man
zacht., „en dat is Bert...."
Tom stond verbaasd, hield z'n
beentje stil.. Bertje keek ook., z'n
gezichtje ging vreemd van den man
naar z'n broertje.
„Je weet zeker niet wie ik ben,
hè?"
Tom deed even „neen" met z'n
hoofdje.
„Ik ben jullies oome.. ik ben oome
Jozep weet je 't niet meer?"
„Neen" deed weer schuchter
't kopje.
„Jij heb nog op m'n knieën paardje
gereeë.. Is pa thuis?"
„Nee., na kantoor toe.."
„O., ja., en Aanavond pas zeker
thuis
„Met etenom zes uurwe hebbe
g'neens 'n oome.. wel tantes" liet
Tom er meteen wantrouwig op vol
gen.
„Jawel... ik ben je oome.. maar.,
of néé., dat weet jij niet, vent..
Zeg maar an pa, dat je oome Jozep
gezien heb.dan weet ie 't wel.En.
endat ie met pa wel es wil praten
Enen als pa dan néé zegt, dan mot
je maar zeggen, dat .dat oome Jozep
honger heb., vanmiddag zal 'k
hier weer wachten., tot pa thuis
komt., dag beste jonges.. mag 'k 'n
handje van je Mag oome 'n handje
Bertje draaide zich bangelijk om.,
de andere deed 'n paar aarzel-stapjes
naar 't hekstak z'n zanderig knuist
je er door en voelde, dat de vreemde
"oome er in kneep, er nog even over
aaide met z'n andere hand.
Toen ging ie weg.
Met groote oogen keek Tom hem
na, ging toen verstrooid in de blikken
vormpjes rommelen.
„Is dat oome?" vroeg Bertje,
toen de man niet meer was te zien.
„ja., hij heb honger, zegt ie.."
„Honger Waarom eet ie dan niet
„'k Weet niet., misschien is z'n
huis heel erg ver."
,,'n Vieze oome, hè., zoo'n Ieelijke
jas an., en 'n pet op., pa heb allee-
nig hoede.."
„Ja., 'n arme oome dan zeker.."
„Wat arme oome?" vroeg Cato,
die juist beneden kwam, om nog even
naar de kinderen te kijken en den
tuin kwam inloopen.
„We hebben 'n oome gezien" zei
Tom met 'n grappig avontuur-ge-
zichtje'n Oome.. oome Jozep
heet ie., hij wil met pa praten en hij
heb me 'n handje gegeven en hij heb
honger."
Cato werd bleek..
„Wat?" stamelde ze.
die Is ie terug
„Terug Waar is ie dan na toe
geweest Waar woont die oome
Waarom komt ie nooit bij ons
Ze keken allebei Cato aan, die geen
antwoord gaf en bedrukt naar den
„Die.
weg staarde., en in zichzelf mom
pelde „Gut., is ie terug., wat moet
ie nou Onze lieve Heer gaf, dat 't.."
Ze schrok van 'r woorden., keek
naar de kinderen en nam ze mee
naar binnen. Daar gingen ze stil
plaatjes kijken, voelend, dat er iets
vreemds was gebeurd.
Toen de vader thuis kwam, begon
Tom direct: „Pa, we hebben 'n oome
gezien., daarginder bij 't hek."
„Wat? Oome? Welke? Wie?"
„Oome Jozep.. hij wil met u pra
ten."
„Wat zeg je?Cato" liep ie
snel naar de keuken„Wat is
dat? Wat vertelt die jongen daar?"
Cato zei, dat ze er ook niet meer
van wist, ze was boven geweest, 't Zou
meneer's broer wel geweest zijn,
meende ze fluisterend.
Meneer trok z'n wenkbrauwen sa
men, nam de jongens mee naar bin
nen. „Jullie hebben geen oom, hoor
Dat weet je toch wel beter Jullie
hebben geen oom, verstaan
,,Ja pa., maar hij zee toch.."
„StilNiet meer dV over praten.,
dat wil pa niet., 't is 'n vreemde
man geweest, die 't zoo maar heeft
gezegd.
„Voor de aardigheid, pa
„Ja., voor de aardigheid.. En
nou niet meer praten over 'n oom,
hoor
„Nee, paen as ie dan terug komt"
„Dan blijf je stilletjes hier.,
't is 'n Ieelijke man geweest."
„Ja" knikte Bertje wijs... ,,'n
Vieze oome.. met 'n Ieelijke jas en
'n pet., geeneens 'n hoed.."
Vader ging naar boven., verschool
zich bezijden de balcondeur en loerde
naar 't tuinhek. Hij kreeg 'n schokt
Waarachtig, daar stond ie.. Arm
zalig zag ie er uit^ Wat zou ie willen
Ondersteuning natuurlijk., en anders
schandaal maken.. Wat moest ie
doen.. Hem in huis laten? Neen.,
nooit., daar zou ie z'n heelen naam
mee weggooien., 'n gewezen dief.,
veel lui uit de stad wisten 't.. die
zouden 'm herkennen., dat werden
praatjes en., en schade in de zaak
misschien.. En als je 'm nu wat gaf,
had je 'm telkens aan huis.. Neen,
't moest maar heelemaal uit blijven
heelemaal uit't was z'n eigen schuld
hij had handen om te werken,
dusEn hij had 't aan zich zelf
te wijten...
Hij ging van de glazen deur weg,
liep heen en weer in 't vertrek, keek
toch onwillekeurig naar den man
aan 't tuinhek.. Wat zag ie er slecht
uit., veel ouder geworden in die paar
jaar., z'n haar was grijs, bijna wit
aan de slapen., z'n rug krommer..
Wat stond ie daar zielig tegen dat
hek gedrukt., keek ie naar boven?
Nee., wel naar 't huis., z'n oogen
leken wel te smeekenMaar jandori
't ging toch niet 1 Nee., nee., wel
beroerd., maar... je reputatie, je
vrienden
Weer liep ie heen en weer., keek
naar 'n klein vrouwenportret op 'n
kastje., bleef er even op staren..
„Marie, wat zou jij gedaan hebben
Jij sprak altijd nog met medelijden
over 'men 't was niet eens je eigen
broer.."
Zacht kwam Tom binnen— bleef
op 't deurkleedje dralen
„Wat is er, vent Is 't eten
„Nog niet, pa., maar., oome..
eh., 'k bedoel., die man staat er
weer
„Zoo? Hm.. En wat wou je?"
„Pa, mag ik., mag ik 'm 'n boter
ham gaan brengen.."
,,'n Boterham? Waarom?"
„Hij zee dat ie honger had
en dat.."
„Honger? Heeft ie dat heusch
gezegd
„Ja, pa., as u „nee had gezegd
dan., dan most ik zeggen, dat ie
honger had.."
„Zoo.."
„Mag ik 'm dan 'n boterham bren
gen, pa., alleen maar 'n boterham
niet met 'm praten.,"
„Ben je dan bang voor 'm
„O, nee., heelemaal niks bang.,
maar u zegt toch dat we niet met 'm
magge.. magge.."
„En waarom ben je niet bang voor
oo.. voor die man?"
„Omdat ie haast net zoo'n gezicht
heb as u, pa., noif en voor u ben'k
toch óók niet bang? Alleen dunner
en meer streepies d'r in dan u.. maar
anders haast net zoo'n gezicht-
Ja, pa Mag 't van die boterham
De Zuster op school zegt, dat we arme
menschen nooit weg magge sturen..."
„Tom, ga jij maar naarnaar dieM
naar oom Jozep.."
„Is 't dan toch 'n oome
„Ja, pa was 't heelemaal vergeten.,
hij is heel ver weg geweest in 'n ander
land, 'n heeleboel jaartjes geleden-
Vraag maar of oom Jozep binnen
wil komen."
De vreemde oome Jozep kwam
binnen— de jongens hoorden pa
met 'mpraten., ze hoorden dat oome
Jozep zacht huilde.
Oome Jozep at mee., met 'n
pak van pa aan.
Nu mocht Bertje paardje rijden
't Werd heelemaal goed met oom»
Jozep.