Tweede Blad
1 October 1922
Gil5 VRQQLIJK HOEKJE.
ELCK WAT WILS
De uitersten vinden elkaar. J
Bezuiniging.
„Herwonnen Levenskracht".
Leerboek der R.-K. Vakbeweging.
Een nieuwe koers?
SfftKEKLAHDSGH MIEÜWS.
Zal 't Zegelsplakken verdwijnen?
Reizen door de Kamerleden.
Arbeidersconferentie te Genève.
LUCHTVERKEER.
De uitsluiting van Fokker.
GEMENGD NIEUWS.
Rumoerige uitzetting.
Handige dievegge
Een valsch bankbiljet van f 1000.
Hoe kan dat?
De Bennekomsche auto.
KORTE BERICHTEN.
De bruid verdwenen.
KERK EN SCHOOL
Inspecteur R.-K. Lager Onderwijs
in de Dekenaten Leiden en Zoe-
terwoude.
R.-K. Universiteitsstad.
De plaat van het Eucharistisch
Congres.
RECHTSZAKEN.
Geen poesje maar een kat
TREKJES CCLXI.
Dc vorige week had ik reeds gelegen
heid een paar opmerkingen te plaatsen
naar aanleiding van de onjuiste conclusie
door mej. v. Dorp getrokken in een arti
kel over het spoorwegconflict", voor
komende in het Handelsblad van 22 Sept.
Ik meende en meen dat nog dat
de spoorwegmannen om eenigszins an
dere redenen dan door de schrijfster zijn
gesteld, de aangekondigde loonsverla
ging hebben afgewezen.
Het wil mij voorkomen, dat ook de ar
gumenten door mej. v. Dorp aangevoerd,
niet onbesproken behoeven te blijven,
vooral niet omdat er m.i. een niet gering
gevaar in gelegen is wanneer in dezen
tijd van malaise, meeningen worden ge
lanceerd, die, zouden zij ingang vinden,
ons in nog grootere ellende zouden bren
gen.
In bijna eiken zin valt te beluisteren
hoe weinig vriendelijk deze economiste
tegenover de arbeidersbeweging staat
en hoe moeilijk het haar valt een heel
klein beetje inzicht te veroveren omtrent
het doen en laten dier beweging.
Welke waarde heeft de bewering dat
iedereen den arbeider zijn 8 uur daags
en hoog geldloon „gunt" wanneer het
eenigste lichaam dat in staat is om te
zorgen dat hetzelve behouden blijft, of
niet meer wordt aangetast dan door de
omstandigheden wordt geboden, n.l. de
(Vakbeweging, door haar in karikatuur
beeld wordt geteekend.
Is het werkelijk vol te houden, dat men
in vakvereenigingskringen de eenvoudige
waarheid niet erkent, dat er verband
moet zijn tusschen loon en de resultaten
.van den arbeid? Tegen die waarheid
zal, zooals tegen elke andere wel eens
gezondigd worden, maar er is in alge-
meenen zin geen enkele redelijke grond
voor die bewering. Maar wie beoordeelt
de resultaten van den arbeid? En is het
redelijk om van de arbeiders te verlan
gen, dat zij zonder meer madr elke uit
spraak dienaangaande zullen gelooven?
Het is absoluut onjuist, dat de arbei
der zich onder de leiding van het bedrijf
stelt omdat hij daardoor kans ziet een
hoogere opbrengst van zijn arbeid te
ontvangen dan bij een onafhankelijk be
staan. Dat is de' zaak finaal onderst
boven zetten want de eenigste reden
waarom de arbeider zijn onafhankelijk
bestaan prijs geeft, is gelegen in het feit,
dat hij niet de bezitter is van de noodige
productiemiddelen en 't is dus door den
drang der feiten, dat hij daartoe in alge-
meenen zin overgaat.
Even onjuist is mej. v. Dorp waar zij
beweert dat wanneer een bedrijf met
groote tekorten werkt, dit op de aller
eerste plaats aan de loonen is te wijten
wanneer deze hooger zijn dan in andere
bedrijven. Dat kan wel zoo zijn, maar
behoeft niet zoo te zijn, omdat er
veel meer factoren zijn die het resul
taat van een onderneming beïnvloeden
en de slechtste arbeidsvoorwaarden heb
ben lang niet altijd het gunstigst arbeids-
resultaat ten gevolge.
Binnen bepaalde grenzen kan met veel
meer recht het tegenovergestelde ge
zegd worden.
De vraag is ook gewettigd, waarop de
bewering steunt, dat blijkens d e
groote werkloosheid ook in
andere bedrijven de loonen te hoog zijn
opgedreven.
Zoo oppervlakkig bezien, zou men ge
neigd ■zijn althans deze bewering te
accepteeren, want streng theoretisch ge
redeneerd kan men er toe komen om
dat vol te houden; wie echter even ver
der wil zien dan zijn boekenkast en even
de moeite wil doen om die theorie aan de
practijk te toetsen, ziet oogenblikkelijk
dat zij er naast is.
Om één greep te doen; De loonen van
de veldarbeiders, door Mej. v. Dorp voor
j 20.a 18.aangegeven, zijn op
verschillende plaatsen nog minstens een
derde minder dan door haar genoteerd
en toch zal er in weinig bedrijven een
zóó groote werkloosheid heerschen als
juist in het landbouwbedrijf.
Maar dat alles daargelaten: de min of
meer bedekte aanval op de vakorgani- 1
satie, noch die onjuiste argumenten zullen
ook maar iemand verontrusten; de or
ganisaties hebben heftiger aanvallen door
staan, dan die van Mej. v. Dorp, wier
opvattingen genoegzaam bekend zijn om
er eenig gevaar van te verwachten, in-
dien.... wij eenigszins normale verhou- I
dingen hadden.
Zóó is het echter niet. Het bedrijfsleven
ondervindt de grootst mogelijke moei
lijkheden en met voorbijzien van de fei
telijke oorzaak is men over het algemeen
zoo spoedig geneigd een zondebok voor
die moeilijkheden te zoeken in de naaste
omgeving.
En het is juist die geestesgesteldheid
waarvan Mej, v. Dorp zeer klaarblijkelijk
gebruik wil maken om haar liberale the-
oriën aan den man te brengen.
Het geheele artikel heeft de tendenz,
de meening te vestigen alsof de arbeids-
loonen, de arbeidsduur en vooral de vak
beweging zooal niet de onmiddellijke, dan
toch wel de middellijke oorzaak zijn van
de moeilijkheden die wij thans beleven.
Niet de on-, of liever anti-christelijke
politiek van de wereldheerschers, die
millioenenvolken in economische slaver
nij brengen en ons geheele werelddeel in
wendig verbrokkeld en verscheurd in on-
derhoorigheid aan den dollar-bezitter
zullen ketenen, is het, die zij bestrijdt;
niet dengene die den steen werpt, maar
den steen zelf bijt zij en de reeds zoo
zwaar getroffen arbeidersstand is het die
op grond van een reeds lang onhoudbaar
gebleken economische opvatting door
haar als waanzinnig wordt tentoongesteld.
Wie kan nu in ernst volhouden, dat als
we maar lang genoeg werkten en maar
sober genoeg leefden dat we dan van de
wereldmalaise af waren.
En a(s voorbeeld neem ik alweer het
zwaar getroffen landbouwbedrijf, dat geen
hooge loonen en geen korte arbeidsdagen
kent, doch een ongekende werkloosheid
heeft en zijn producten niet op de we
reldmarkt kan afzetten, omdat millioe
nenvolken niet meer als koopers op die
markt kunnen optreden.
We kennen zoo ongeveer de gevoelens
van Mej. v. Dorp en we weten, mede uit
reeds vroegere geschriften, dat zij den
werkloozensteun en alles wat 't vrije ge
beuren kan belemmeren uit den booze acht
en het is ook deze gedachte, die- feitelijk
de grondtoon van haar gansche redenee
ring vormt, wat dus zooveel beteekent
als: laat de arbeiders vrijwillig op zich
nemen of dwing ze te doen hetgeen aan
naburige volken onder militairen dwang
wordt opgelegd en zij zullen weer met
die verdrukte menschen op de wereld
markt kunnen concurreeren.
Dat daardoor in geen enkel opzicht de
koopkracht wordt verhoogd en talloos ve
len hun arbeidskracht toch niet produc
tief zouden kunnen maken; dat er ook
geen enkele rechtsgrond is om de arbei
ders anders dan in uiterste noodzaak tot
een dergelijken toestand te brengen en
ten slotte dat er bij de arbeiders ook niet
de minste geneigdheid bestaat om daar
aan te beginnen wie kan het hun
kwalijk nemen? blijkt haar te ont
gaan.
Men kan wel spottend schrijven over
Sovjet Rusland, men kan zelfs Wijnkoop
en allen die de toestanden aldaar nog
verheerlijken, dwazen noemen: maar wie
is gevaarlijker: Wijnkoop, dié zelfs Sov
jet Rusland nog durft verheerlijken of
Mej. v. Dorp c.s., die ideeën ontwikkelen
welke practisch toegepast het volk
tot wanhoop zouden brengen en dus het
propagandamateriaal voor de revolutie
leveren.
De toestand lijkt mij te ernstig om niet
tegen zulke ideeën op te komen. Wat on
vermijdelijk is, zal moeten gedragen wor
den, maar we zijn niet gehouden om aan
Wijnkoop bouwstoffen te leveren voor
een Sovjet-Nederland.
Als er iets uit den huldigen toestand
te leeren valt, dan is het wel deze waar
heid, dat het starre conservatisme en het
ultra-radicalisme in wezen één begrip
vormen en dat alleen door toepassing van
de Christelijke beginselen verbetering is
te verwachten.
Toepassing daarvan zou zich niet ver
dragen met de economische slavernij
thans aan verschillende volkeren opge
legd; zij zouden zich ook niet verdragen
met een dictatuur van welke zijde ook op
gelegd, doch zij voeren, consequent toe
gepast, tot een behoorlijke samenwerking
tusschen de verschillende maatschappelij
ke groepen.
Als deze leering uit de huidige malaise
getrokken wordt, dan zal zij, ondanks veel
leed, toch nog tot zegen van ons volk
zijn doorleefd; maar als we het ongeluk
mochten hebben dat we in algemeenen
zin, weer tot de on-Christelijke liberale
economie mochten afzakken, dan halen
we daarmede het paard van Troje bin
nen.
Want de theorieën, van Wijnkoop en
Mej. v. Dorp voeren tot één en hetzelfde
resultaat. A. J. L.
Het Nederlandsch organisatiewezen is
duur en oneconomisch klaagde onlangs
prof. v. Aken, de voorzitter van de K.
S. A.; de WelEenv. heer J. H. Ilooijman
gaat daarop in de „Volkskrant" verder
door en gêeft uit het jaarverslag van het
R. K. Vakbureau eenige cijfers, die wel
in staat zijn om een zekere bezorgdheid te
verwekken.
'ntusschen zijn deze cijfers in het zelfde
blad weer in hun ware verban 1 geplaalst
door den penningmeester van het vakbu
reau, waardoor althans een groot deel der
b u'org theid kan weggezet worden.
Wat niet wegneemt, dat toch wel ge
streefd kan worden, om de kosten onzer
organisatie tot een uiterst minimum terug
te brengen.
Het meest doeltreffend en het meest in
overeenstemming met onze beginselen zou
het zijn de militaire lasten zooveel moge
lijk te verminderen; dat wil dus zeggen:
een middel te accepteeren waardoor het
aantal stakingen en uitsluitingen tot het
kleinst denkbare getal werden terugge
bracht.
We streven ongetwijfeld naar een alge-
heelen vrede ook op sociaal terrein, maar
wie rekening houdt met de menschelijke
onvolmaaktheden zal erg verstandig han
delen zich toch' niet gehcd fc Snïwapeiseti
zooals dat ook op politiek terrein wel
steeds het geval zal zijn.
Maar verminderd zouden die lasten on
getwijfeld kunnen worden wanneer de
goede wil er maar is.
De secretaris van het R.-K. Vakbureau
had stellig een zelfde beeld voor oogen,
toen hij in zijn jaarverslag 1921 zoo kern
achtig juist de positie van onze beweging
voor de toekomst schetste: „De taak van
üe Vakbeweging behoort in de toekomst
een gansch andere te zijn dan in het ver
leden en hel heden; zij zal noodzakelijk
moeten worden een meer de productie en
samenleving dienend instituut.''
Maar dat kunnen we wel zoo neerschrij
ven, üoeh daarom is het nog geen werke
lijkheid. Dat te bereiken ligt ook niet in
de macht van de arbeidersorganisatie'*
alleen.
Daarvoor zal de hulp en de goede wil
van de werkgeversorganisatie'* evenzeer
benoodigd zijn, als die der arbeiders.
Want door wettelijken dwang kunnen
wel eenige conflicten voorkomdn worden,
maar wordt toch in algemeenen zin niet
de geestesgesteldheid geschapen die er
noodig is om elkaar te leeren verstaan en
begrijpen.
En omdat het als een paal boven water
staat dat beide groepen daarvan groote
voordeelen zouden hebben, moet het be
vreemden, dat niet met méér kracht naar
reëel overleg wordt gestreefd.
Van wèlgemeend overleg naar samen
werking is maar één stap en hieruit moet
ten slotte toch de bedrijfsorganisatie met
tot zekere hoogte vrij beschikkings
recht geboren worden.
Geen vermeerdering van wetgeving dus,
maar zelfbestuur van de bedrijfsgroepen
onder Controle van de Overheid.
Het is toch tenslotte maar een kwestie
van elkaar willen verstaan en willen be
grijpen, doch welk een groot finantieel
voordeel zou daardoor niet behaald wor
den, afgezien van de moreele waarde die
we daaraan moeten toekennen.
Als de goede wil er zou zijn, om alvast
een breed overleg tusschen de organisa-
tie's van werkgevers en werknemers te
doen plaats vinden; als de beide groepen
zich eens met elkaar verstonden om maat
regelen te bevorderen welke er noodig
zijn om het bedrijf vooruit te helpen,
waren we al een heel eind op den goeden
weg. Maar als de partij die zich in de
sterkste positie waant van geen toenade
ring wil weten, zijn we veroordeeld om te
strijden en wetten te maken, tot het bittere
einde toe.
Wij hebben in onze bedrijfsraden er
reeds de lichamen voor: als we nu eens
niet over den vorm en nog minder over
het hoever gingen debatteeren, maar eens
als practische menschen erkenden dat er
tegen reëel overleg en samenwerking toch
geen enkel bezwaar is aan te voeren, dan
hadden we de mooiste bezuiniging die we
ons denken konden en we zouden heel wat
gemakkelijker de crisis het hoofd bieden.
Maar of we prachlisch menschen zijn?
We zullen het hopen.
A. J. L.
Maandbericht over September 1922.
.Voor rekening van „Herwonnen Le
venskracht" werden uitgezonden naar
„Berg en Bosch", te Apeldoorn:
4 Sept. een kind uit Amsterdam; 6
Sept. een kind uit Amsterdam; 7 Sept.
een kind uit Rotterdam; 18 Sept. een
kind uit Amersfoort en een vrouw van
een lid uit Boskoop; 22 Sept. een
vrouw van een lid uit Nieuwstadt;
25 Sept. een kind uit Leiden en een
uit Alkmaar; 26 Sept. een kind uit
Rotterdam; 28 Sept. een kind uit,
Amsterdam; 30 Sept. een vrouw uit
Cothen, in totaal 11 patiënten.
Naar het R. K. Herstellingsoord
„Maria Auxilialrix", te Venlo, werden
voor rekening van „Herwonnen Le
venskracht" de volgende kinderen ge
zonden
18 Sept. 2 kinderen uit Alkmaar;
19 Sept. 3 kinderen uit Amsterdam;
20 Sept. 1 kind uit Achthuizen en
1 uit Den Haag; 21 Sept. 1 kind uit
Gouda en 1 uit Waddinxveen; 22 Sept.
3 kinderen, resp. uit Gemert, Loon op
Zand en Kampen; 23 Sept. 2 kinde
ren uit Velseroord; 25 Sept. 3 kin
deren uit Tilburg en 1 uit Kampen;
26 Sept. 1 kind uit Utrecht en 2
uit Amsterdam; 27 Sept. 3 kinderen
uit Cuyk a.d. Maas en 1 uit Den Haag;
28 Sept. 3 kinderen, resp. uit Nijme
gen, Ginneken en Etten „(N.Br.); 29
Sept. 1 kind uit Rijswijk en 1 uit
Rotterdam; 30 Sept. 4 kinderen, resp.
uit Deventer, Herkenbosch, Honseler-
dijk en Delft, in totaal 34 patiënten.
Deze 45 patiënten ontleenden hun
rechten als volgt: 3 als aangesloten bii
den R. K. Bond van Bakkers, enz.;
3 als aangesloten bij den R. K. Bond
van Landarbeiders; 2 als aangesloten
bij den R. K. Houtbewerkersbond; 1
als aangesloten bij den R. K. Bond van
Onderofficieren; 2 als aangesloten bij
den R. K. Bond van Overheidsperso
neel; 2 als aangesloten bij den R. K.
Bond van Transportarbeiders; 1 als
aangesloten bij den R. K. Bond van
Verzekeringspersoneel; 5 als aangeslo
ten bij den R. K. Bond van Bouwvak
arbeiders; 5 als aangesloten bij den
R. K. Bond van Fabrieksarbeiders;
1 als aangesloten bij den R. K. Grafi-
schen Bond; 1 als aangesloten bij den
R. K. Lederbewerkersbond5 als aan
gesloten bij den R. K. Metaalbewer-
kersbond; 2 als aangesloten bij den R.
K. Naaisters- en Kleermakersbond6
als aangesloten bij den R. K. Tabaks-
bewerkersbond; 2 als aangesloten bij
£en R. K. Textielbewerkel-sbond; 2
als aangesloten bij den Dioc. Bond
Utrecht; 1 als aangesloten bij den
Dioc.. Bond Haarlem; 1 als aangeslo
ten bij den Dioc. Bond Breda.
Op 30 September waren in totaal
140 patiënten voor rekening van ..Her
wonnen Levenskracht" in verpleging.
Doar den heer P. J. .J. Haazevost zal
een leerboek der R.-K. Vakbeweging
geschreven worden dat in afgeronde af
leveringen zal worden uitgegeven,
üe eerste aflevering is thans versche
nen en bevat een algemeene inleiding
benevens een aandui ling oo welke wijze
de schrijver de verschillende onderdeden
zal behandelen.
Onder bovenstaand opschrift verscheen
een persbericht, dat Minister Aalborse
die nu ook „Handel en Nijverheid" on
der zijn beheer heeft, een bespreking
heeft gehouden met dé besturen van
de werkgever - en werknemersorganisa-
tie's uit de schoen- en leder-industrio
teneinde maatregelen te hespreken in
het belang va.n het bedrijf.
Ook de vertegenwoordigers van de
landelijke Vakcentralen waren uitgenoo-
digd waardoor het gevaar voor eenzij
dige belichting is weggenomen.
Het zou dan ook in de bodoeling lig
gen voor verschillende takken van in
dustrie dergelijke besprekingen te hou
den, iets wat op zijn allerminst toch
zeer nuttig moet worden genoemd.
En eenzelfde methole zij ook Minis
ter Ruys, als hoofd van het Departe
ment van Landbouw, ten zeerste aanbe
volen want onze land- en tuinbouw
heeft zeker wel eenige hulp van de
Overheid noodig.
Onlangs werd meegedeeld, dat de Mi-
ter van Arbeid bezig is, een ander stel
sel van ouderdomsrente-verzekering te
vervaardigen, waardoor wellicht het zegel
tjes plakken overbodig zou worden.
Naar het „Vad." meedeelt, maken de
werkzaamheden goeden voortgang.
De anti-revolutionnairen zijn, naar men
weet, niet erg ingenomen met de ver
hooging van het salaris der Kamerleden
tot f 5000. De „Standaard" bespreekt
nu een artikeltje van het orgaan der
Vereeniging van Handelsreizigers, waar
in wordt gepleit voor een afschaffing
van het vrije abonnement op de Spoor-
(wager^ voor de leden van de Tweede
Kamer der Sta ten-Generaal, nu deze
waarschijnlijk hun schadeloosstelling ver
hoogd zullen zien met niet minder dan
f 2000 per jaar.
Precies zooals men het in het ons
toegezonden stuk uiteenzet, zal het wel
niet kunnen, zegt het blad, maar dat
in die richting iets gedaan moet wor
den, is ook ons oordeel.
Het staat toch o.i. vast dat de ver
hooging der sohadeloosstelKng op zich
zelf geen meerderheid zou hebben gevon
den. De verklaringen der heeren van
Gijn, Schokking en Oolijn wijzen dit
duidelijk uit. De meerderheid kwam er
alleen, omdat de zaak onafscheidelijk
vastgekoppeld zat aan andere dingen,.
Indien er dus een practische uitweg te
vinden is om te rectificeeren, bebooren
de tegenstanders van de verhooging der
schadeloosstelling daartoe saam te wer
ken.
Van den steun van ons blad kan men
daarbij verzekerd zijn.
In de vierde zitting der Intern. Ar-
beidsconf eren tie, die op ,18 Oct. a.s.
te Genève gehouden wordt, zijn be
noemd bij K. B.:
a. tot afgevaardigde der Nederland
sche regeering, tevens voorzitter der
afvaardiging, dr. W. H. Nolens, lid
van de Tweede Kamer der Sta toni-
Generaalhoogleeraar in de arbeids
wetgeving aan de Gemeentelijke Uni
versiteit, te Amsterdam:
b. tot afgevaardigde der Nederland
sche Regeering jhr. J. C. C. Sandberg,
directeur van „de Nederlandsche Ver
eeniging Landverhuizing"
c. tot afgevaardigde, vertegenwoor
digende de Nederlandsche werkgevers,
J. A. E. Verkade, industrieel, te Zaan
dam, voorzitter van de afdeeling „Ne
derland" der Internationale Organisa
tie van Industrieele Werkgevers;
d. tot afgevaardigde, vertegenwoor
digende de Nederlandsche arbeiders,
E. Kupers, secretaris van het bestuur
van het Nederlandsch Verbond van
Vakvereenigingen
e. tot secretaris der delegatie dr.
A. M. Joekes, referendaris aan het
Departement van Arbeid. t
De „Tel." verneemt, dat het bestuur
van de 8e Internationale Luchtvaart-
tentoonstelling te Parijs inderdaad aan
de Nederlandsche A liegtuigenfabriek
„Fokker" geweigerd heeft een inzen
ding toe te laten. In het schrijven van
het ten to o nste 11 i tl gsbe st u ur werd mee
gedeeld, dat men in de onmogelijkheid
was Fokker loe te staan te exposeeren,
na de incidenten, die zich bij ide vorige
tentoonstelling hebben voorgedaan.
Het blad verneemt verder, dat de
N.V. Nederlandsche Vüegtuigenfabriek
„Fokker" zich niet zonder meer hij
de beslissing van hel tentoon Mlingls-
Toen in de Binnen-Visserstraat te Am-
terdam de daarvoer aangewezen ambte
naren het bevel van den kantonrechter
om een woning te ontruimen, ten uitvoer
wilden brengen, stieten zij op grooten
tegenstand van de buren der bij het
geval betrokken bewoners.
Leden van de buurtvereeniging Sovjet-
Jordaan probeerden het door de ambte
naren op straat gezette huisraad weder
naar binnen te dragen. Een en ander
ging natuurlijk van het noodige rumoer
vergezeld.
Bereden politie zag zich ten slotte
genoodzaakt de straat af te zetten.
Pas geruimen tijd nadat de ambtena
ren hun werk hadden verricht, keerde
de kalmte in de straat terug.
(Hbld.)
Een tweetal bewoonsters van een der
op de Ossenmarkt te Weesp, in verband
met de gehouden naj aars-paardenmarkt,
staande woonwagens, trok Woensdagavond
het stadje in om inkoopen te doen.
Bij een winkelier in de Nieuwstraat
wisten zij door een truc met een op
den grond gevallen kwartje, een trui
van de toonbank te ontvreemden, zonder
dat de winkelier het merkte. Een te
gelijkertijd in den winkel vertoevende
koopster maakte den winkelier op den
diefstal attent, doch toen waren de beide
vrouwen al verdwenen. Zij werden ech
ter achterhaald en teruggebracht naar
den winkel, waar de politie in de zaak
gemengd werd. Beide vrouwen, die
Duitsch spraken en. blijkbaar het Hol-
landsch slecht verstonden, ontkenden iets
weggenomen te hebben. Degene, die de
trui in werkelijkheid ontvreemd had,
dreigde te zullen slaan, indien zij ge
fouilleerd werd. Wel wilde zij toonen,
dat zij niets onder haar rokken ver
borgen hield. Toen het onderzoek vruch
teloos bleef, liet men de beide vrouwen
weer heengaan, doch juist toen zij den
winkel verlieten, viel van onder de rok
ken van een harer de trui op de vloer
mat Later bleek, dat de verschillende
banen, welke in de onderrok waren aan
gebracht, even zoovele zakken bevatten,
bestemd om de eventueele buit te ver
bergen.
Een vingerwijzing voor winkeliers om
op hun hoede te zijn.
In het Alg. Politieblad verzoekt de
commissaris van politie in de eerste af
deeling te 's-Gravenhage de aanhouding
ven zekeren Geertsema of Geertema on
geveer 34 jaar oud, die op 18 Sept. '22
in gezelschap van een ongeveer 20-jarig
meisje zich vervoegde in den winkel
van de firma L. aan de Spuistraat om
een bontmantel te koopen. Op 25 Sep
tember heeft bedoelde persoon 'n bont
mantel gekocht voor f 225 en in betaling
gegeven een bankbiljet van f 1000. La
ter, nadat het biljet geaccepteerd was,
bleek het valsch te zijn.
Op het Friesche platteland werden in de
laatste dagen aan sigarenwinkeliers sigaren
te koop aangeboden tegen 65 gfjd. de 1000
met een bande rolletje van 10 ct. er om.
(Hbld.)
Naar het „Hbld." verneemt, had de
hotelhouder te Bennekom, die in staat van
faillissement verkeerde, de auto, welke
Zondagmiddag door een heer en een dame
op zoo verrassende manier in bezit werd
genomen, in huurkoop. De leverander
achtte het gewenscht om de auto weder in
bezit te krijgen, waartoe hij den autodief
stal ensceneerde.
De zaak zal geen strafrechtelijke gevol
gen hebben.
Woensdagmorgen zou een paartje te
Deventer in het huwelijk treden, maar
op het allerlaatste oogenblik kwam de
bruidegom tot de onaangename ontdek
king, dat zijn bruid spoorloos verdwenen
was. De bruidegom is ijlings naar el
ders vèrtrokken om de voortvluchtige zoo
mogelijk nog op te sporen.
VERKEERD BEGREPEN.
Toen de beroemde Fransche generanJ
Moreau eens in Engeland was, woonde
hij een concert bij, waarop in het stuk
door het koor gezongen werd het
refrein: To morrow, to morrow. (Morgen,
morgen).
Moreau, die maar zeer weinig En-
gelsch kende, dacht dat men een cantate
ter zijner eer zong en meende dat het
refrein was: To Moreau, to Moreau.
(Aan Moreau).
lederen keer dat het refrein gezongen
werd, rees Moreau deftig van zijn zetel
op en boog naar alle zijden van de zaal,
tot groote verbazing van het publiek,
dat niet begreep, wat die buigingen van
den Franschman te beteekenen hadden
ZIJN EIGEN SCHULD.
Meester: Hoe kwam het dat zijne groote
ontwekking eerst op hare waarde geschat
werd lang na Columbus' dood?
Leerling: Omdat hij haar niet adverteer
de."
Postkas tekort. Het blijkt dat het
tekort in kas van ruim f 50.000 van den
voortvluchtigen directeur van het post
kantoor te Kollum, het gevolg is van
mislukte speculatie.
Z. D. H. de Bisschop van Haarlem, heeft
eervol ontslag als Inspecteur van het R. K.
Lager Onderwijs in de dekenaten Leiden en
Zoeterwoude verleend aan den WeJeerw.
Heer Th. M. P. Bekkers, rector te Voor
scholen (Huize Bijdorp) en in diens plaats
benoemd den Weleerw. Heer P. J. Kleijn-
tjes, rector te Oegstgeest (Huize Duin
zicht). „St. Bavo.''
f
Het Centrum schrijft:
Een onzer bladen heeft weer een bericht
gelanceerd over de stad van vestiging der
R. K. Universiteit.
Bij informaties te bevoegder plaatse
deelde men ons echter mede, dat dit weer
een dezer berichten is, welke geen ander
gevolg kunnen hebben dan onjuiste mee-
ningen ingang te doen vinden en verwar
ring te stichten.
In den tekst van het bericht komt o.a.
voor, dat aan de daarin genoemde stad
(Nijmegen) zou zijn gemeld, dat het on-
nooddg is met andere steden te concur-
reenen. Hieruit blijkt voldoende, hoe ab
surd dit persbericht is.
De Congresplaat, het werk van Dorus
Hermsen, voldoet ten zeerste. Op de
eerste plaats is zij duidelijk. Zoowel da
kunstminnende als de eenvoudig geloo-
vige voelt zich aangetrokken door de
figuren van priester en misdienaar mtet
een wierookvat voor het altaar, waarop
tusschen kaarsen en lelies de gouden
Ciborie troont Onder de Ciborie draagt
het altaarkleed het wapen van Amster.
3am met de keizerskroon. Ook de kleur
combinaties welke op de .plaat werden
aangewend, stempelen haar tot 'n voor.
naam geheel.
Voor de Rechtbank te Maastricht had
zich Woensdag te verantwoorden een
ruim 40-jarige gehuwde vrouw uit Kerk-
rade. die overal in haar omgeving ala
een zeer twistziek wezen bekend staat
Zij was nu beklaagd een poging tot dood
slag op haar buurvrouw PI. die zij nu
éénmaal niet zetten kan.
Zwaar, breed en zelfbewust met harde
gelaatstrekken, min of meer scheel, treedt
zij voor de rechters. Uit de getuigenverkla
ringen van vrouw PI. en nog twee an
dere buurvrouwen valt op te maken, dat
zij op één der laatste dagen van Augus
tus weer als gewoonlijk begonnen was,
met vrouw Pl. alleriei liefelijks toe te
voegen. Toen deze daar niet op inging
was zij nog harder beginnen te schreeu
wen en in het plaatselijke, half-Duitsche
dialect had zij haar buurvrouw toegeroe
pen: „Doe schwartze hoor, doe voeloor,
doe auw sau, voel heks, enz. Vrouw PI.
had enkel geantwoord: „Dat bist doe al-
lemaol veur mich gewest."
*t Scheen dat bek!, slechts daarop had
gewacht om nu eens recht los te komen.
Met een ijzeren hark in de hand Was zij
op haar tegenstandster losgestormd en
onder de woorden: „Ao, doe schwartze
hoor, noe slaon ich dich kapot!" had zij
met de van scherpe pennen voorziene
hark, meermalen naar het hoofd van
vrouw PI. geslagen, welke die slagen
slechts door achteruit te springen kon
ontwijken.
Beklaagde ontkende alles, geen oogen
blik hield ze haar mond, telkens moest
de president haar tot kalmte aanmanen.
Het O. M. eischte wegens poging lot
doodslag, een jaar gevangenisstraf.
Toen vrouw Pl. en de getuigen de
rechtzaal wilden verlaten stond bekl. in
dreigende houding achter de deur, zoodat
een marechaussee moest worden aange
wezen, om de vrouwen veilig buiten het
gerechtsgebouw te brengen en nog verder
een wakend oog op haar te houden. Bn-
nenkort zal zij zich voor meer dergelijke
feiten te verantwoorden hebben.
Schrikt
Martelaars.
niet, getrouwe en geduldige le
zeressen en lezers.
't Wordt geen gruwelen-drama uit mid
deleeuwen of eerste Christentijden.
Ook met uit 't Armenië van thans of
waar er dan oolk nog meer wordt gegru
weld.
t Wordt zelfs heelemaail niet griezelig;
U leest al genoeg narigheid.
'n Tragi-comedie zou je 't kunnen noe
men.
'n Haarlemsche tragi-comedie, met dien
verstande, dat het met 'n soort comedie
begint en tamelijk tragisch eindigt.
Misschien ga ik weer erg ondeugende
iingen zeggen diie me ZS#£ kwalijk worden
genomen, zooals JMÉQt jfcalen hiervóór,
maar dat is noa^ÉMMp 'n onhebbelijk
heid van nMf.iVhr VOgGttjt enzoo
voorts; etf. Ée.fwb *a gottj Aellalje
dagers aan jn% intiem» kennissen,
ten, dat
ik zegt 't «r VooruM bf£ JïtUtt
maar weejjjï
ik wo.» amd» giwoi wi
het gedc«fa*éwamr 4*mtée, trouwe simt-
Steenen XK arkrld
te verrichten en worden vervangen door 'n
grintweg.
Die grintwegis al ettelijke jaren een
doorn in de deftige oogen der deftige be
woners.
En ik moet direct toegeven, dat die
„oogen-doomerij" rechtmatig is.
Bi] droog weder namelijk, blijkt die weg
„ontzaglijke" capaciteiten te bezitten voor
het produceeren van eltendig-groote hoe
veelheden stof.
Bij nat weder zie je geen grintweg, maar
wel n^ praohtcolleclie riviertjes en vijver
tjes, die door glibberige slik-eilandjes van
elkaar zijn gescheiden en waaraan menige
dorstige hond of paard zich laaft.
Is die weg dus 'n „rechtmatige oogen-
doom" of niet?
Ik vergis me; ik moet schrijven: „Was
die wegenz."
Want er is verandering gekomen.
Er is ingegrepenen duchtig ook.
Op 'n goeien morgen de zon wrong
zich met hardnekkige ijver door de grijze
wolken-bergen wallen we gewekt door
ongewoon rupMp^pIk-.„stemmen,
0£WTÜMMSHiig) 'n gordijn
en ge-
U Wonden onder commando tmétv
fisem, dfe sweat U dOt»
A.t' Aus zo ader»
Er werd gewezen, gemelen en gecom
mandeerd, 't laatste 't meest.
Toen gingen de mannen, plus de bezems,
in werking.
Er werd geveegd dat 't 'n lust was....
en de weg werd zoo kaal als m'n hand
de neervallende boomblaren werden tel
kens weer verwijderd.
Dat was iets bijzonder; dies bleven we
kijken naar de vegende mannen en de ge
wichtige heeren, die mot elke bezem-streek
„méé keken."
Er kwam 'n sproeiwagen (model 1870)
aanhobbelen.
De voerman en het paard keiken ook al
gewichtig, misschien wel omdat de gewich
tige heeren er zoo gewichtig bij kwamen
staan.
De laatste blaadjes werden verwijderd of
opgevangen.
Toen ging langzaam en gewichtig de
sproeiwagen over den geschoren grintweg
sproeide geen water, doch teer.
Aha! De weg werd geteerd't be
kende stofbestrijdiingsmiddel.
We waren blij, al vonden we 't jammer,
dat de zomer reeds voorbij was.
AHizoo werd aan de veel gesmade grint
weg overdekt met 'n strooperige teer-mas-
sa, die door de bezems, onder heit drie
voudige toezicht, behoorlijk over de op
pervlakte werd verdeeld.
De mannen zwoegdeg, en zweetten, want
hun klompen zogen vast in de kleverig
heid.
Er was veel bekijks van menschen, die
het eT gloeiend mee eens waren, dat ein
delijk de weg eens terdege moest worden
onderhanden genomen.
Het geteerde stuk weg werd met paal
tjes en ijzerdraad afgezet en de voerlui
mopperden, dat ze 'n hailven kilometer
moesten omrijden, 't Is ook nooit goed.
'n Oud heertje vroeg aan een der ge-
blauwe-kielde mannen of 't nou goed kwam
■roet den weg.
„Ja, meneer" zeidiedat komt
'tOver 'n paar dagen is die teer zoo
hard als 'n bikkelen de weg is voor
minstens 'n half jaar stofvrij, 't Werd tijd!"
„Dat werd 't zei 't oude heertje en
gaf 'm 'n sigaar.
Er kwam regenveel regenen
mèt dien regen veel meer riviertjes en vij
vertjes dan voorheen, want de teer nam
geen water aan en alles bleef er bovenop
liggen.
De honden wilden weer als van ouds
hun dorst gaan lesschien, doch trokken 'n
vieze snuit en keerden den weg verachte
lijk hum achterlijf toe.
De voorbijgangers bleven eens aan dc
ijzerdraad-afsluiting staan en vroege^ zich
af wat er i>^ -<war «wMtfe pil recht-
komen,
De gewichtige heeren kwamen ook eens
kijken, nu eens om de beurt, dan weer ge
zamenlijk, bestudeerden de vele kuilen, die
vol water waren geloopen.... en gingen
weer weg, gewichtig pratend.
't Weer knapte op.
De plassen verdwenen en maakten plaats
vcor 'n zwarte pap-massa.
En op 'n middag kwamen weer de ge-
blauwe-kidden, thans gewapend meit schop
pen en in hun midden een wagen met
grof zand t kunnen ook gemakkelijk kiezels
of schelpen geweest zijn.
Het geheel stond wederom onder aan
voering van de drie.
De pap werd bestrooid met des wagens
inhoud.
De paaltjes en ijzerdraden werden ver
wijderd en de wagens, handkarren, rijtui
gen en fietsen kregen gelegenheid het ge
strooide er-in te rijden.
En 't scheen werkelijk goed te worden
met den weg.
Er kwam regen.... veel regen
En de weg werd een onbegaanbare brei-
mnssa, hier een, ginds twee vuisten dik.
En we aanschouwen er nu en dan vele
martelaars.... trekhonden, paarden en
menschen.
Ze bezwoegen den wegde voeten
verdwijnen in de yuil-zwarle rijst, glijden
uit, of blijven er in vastgezogende
wielen blijven steken in de pap-kuilen.
er wordt gemopperd en gevloekt
De grintweg is inderdaad 'n lijdensweg
geworden.
'n Man die 't wel kan weten zei me,
dat 't heelemaal verkeerd was aangepakt.
„Ze hadden eerst de kuilen en geulen
moeten stoppen met fijn puin.... en daar
had de teer heet op moeten komen, dan
had 't direct 'n gelijke harde weg gewor
den."
Ik gaf 'm gelijk, want ik had er geen
verstand van.
Ik heb geprobeerd uit te rekenen wat 't
stofvrij maken van den weg heeft gekost.
Tk Ben er mee uitgescheeë't begon
me te duizelen.
Maar dat ie nu werkelijk stofvrij is zal
niemand durven ontkennen.
Wie rekent er ook op nog meer regen
ais 't den heden zomer al heeft geregend?