14 October 1922
ELCK WAT WILS
3 als aangesloten bij den R.K. Bond
van Landarbeiders
2 als aangesloten bij den R.K. Hout-
bewerkersbond
1 als aangesloten bij den R.K. Bond
van Onderoff.
2 als aangesloten bij den R.K. Bond
van Overheidspers.
2 als aangesloten bij den R.K. Bond
van Transportarb.
1 als aangesloten bij den R.K. Bond
van Verzekenngspers.
5 als aangesloten bij den R.K. Bond
van Bouwvakarb.
5 als aangesloten bij den R.K. Bond
van Fabrieksarb.
1 als aangesloten bij den R.K. Gra-
fischen Bond
1 als aangesloten bij den R.K. Leder-
bewerkersbond
5 als aangesloten bij den R.K. Me-
taalbewerkersbond
2 als aangesloten bij den R.K. Naai
sters- en Kleerm. Bond
6 als aangesloten bij den R.K. Ta-
baksbewerkersbond -
2jals aangesloten bij den R.K. Tex-
tielbewerkersbond
2 als aangesloten bij den R.K. Dioc.
Bond Utrecht
1 als aangesloten bij den R.K. Dioc.
Bond Haarlem'
1 als aangesloten bij den R.K. Dioc.
Bond Breda.
Op 30 September waren in totaal
149 patiënten voor rekening van
„Herwonnen Levenskracht" in ver
pleging.
J. Th. v.d. LAAN
Secretaris.
slechts op een zeer klein gedeelte
daarvan.
Volgens Mr. K. zou er bij de leiders
der vakorganisatie een gevestigde
meening bestaan omtrent loonsver
laging en werktijdverlaging. Hij legt
dé leiders der arbeidersorganisatie's
zelfs in den mond „Wij bestuurders
der arbeidersorganisaties zien liever dat
er fabrieken gesloten worden, wanneer
het loonpeil in de andere fabrieken maar
gelijk blijft."
Deze voorstelling van zaken, is in
haar algemeenheid volstrekt onjuist.
Want zóó is het niet. Er zullen er zijn
met dergelijke opvattingen, maar er
zijn er ook, die op een geheel ander
standpunt staan en daaróm moet deze
voorstelling als zoowel andere, nood-
wend g verwarring stichten.
Er zijn mij heel wat leiders der ar
beidersorganisaties bekend die het
om meerdere redcn:n wenschelijker
achten, wanneer beslist tot den een
of anderen maatregel moet worden
overgegaan, dat het loon iets ver
laagd wordt, dan dat de werkloosheid
grooter wordt gemaakt.
Een algemeene gedragslijn is in
deze al zeer moeilijk vast te stellen,
omdat uit de aard der dingen in elk be
drijf afzonderlijke en geheel afwijkende
omstandigheden moeten in acht ge
nomen worden. Maar in algemeenen
zin, kan niet worden volgehouden,
dat de arbeidersorganisatie's op het
door Mr. K bedoelde standpunt staan.
Men kan niet op enkele gezegden
of feiten een algemeene conclusie
bouwen. Ware dat zoo, dan zou ook
van de werkgeversorganisatie's kun
nen gezegd worden, dat zij stelselma
tig de werkloosheid willen vergrooten.
Want bijna voortdurend kunnen we
lezen van pogingen welke aangewend
worden om, al of niet gepaard met
loonsverlaging, een verlenging van
den arbeidstijd te verkrijgen. Dat
kan in sommige gevallen noodig zijn
om grooter randement van machine's
e.d. te verkrijgen, maar zal ook in
veel gevallen een uitbreiding van
de werkloosheid beteeken n.
Bij de huidige omstandigheden en
de reeds groote werkloosheid, zal
in elk geval met de grootst mogelijke
voorzichtigheid tot dergelijke stappen
moeten besloten worden. Voor zoover
dat practisch is door te voeren, lijkt
een kortere arbeidsdag, maar dan
een voor zoo groot mogelijk aantal,
meer verkieslijk dan het omgekeerde
al is het individueel bezien voor een
deel der arbeiders schadelijk.
Waarmede ik ten slotte maar zeg
gen wil, dat het tot niets dienstig is
de meening te vestigen alsof er in de
arbeidersorganisatie's al was uitge
maakt en dientengevolge door de
leiders een bepaald standpunt zou
worden ingenomen ten aanzien van
deze lang niet eenvoudige kwestie.
En, indien Mr. K. er belang bij
heeft, kan hij zich overtuigen dat
door verschillende organisatie's, juist
het tegenovergestelde is gedaan, dan
hij van haar heeft beweerd.
A. J. LOERA KKER.
Wat zij aan de R.K. georganiseerde
arbeiders verwijten, wordt hun met
intrest er bij terugbetaald door de
uiterst linksche groepen.
Van w, t wij doen deugt niets en
elk werk wordt belachelijk gemaakt
en zij hebben jaar in, jaar uit, aan
schouwelijk onderwijs in die methode
gegevenen zij hebben zich niet te
beklagen, dat zij geen school gemaakt
hebben.
En heftiger r.->g, dan wij worden
aangevallen door de socialisten, krij
gen zij nu hun trekken thuis van de
meer linksche groepen.
Het is zeer gemakkelijk anderer
werk belachelijk voor te stellen, maar
de ervaring daarmede opgedaan, kon
de socialistische arbeiders een aan
sporing zijn, om dat spelletje te sta
ken en zich wat helderder voor oogen
te stellen dat de R.K. arbeiders hoe
zeer ook ijverend voor een betere sa
menleving, voor een betere verdee
ling van de economische goederen,
toch uit heel andere levensbeginselen
hun kracht putten als zij die slechts
van strijd en nog eens strijd alle heil
verwachten, ofs hoon zij reeds lang
hadden kunnen weten, dat ook zij
onder die strijd-maniakken al sinds
lang geen professionals meer zijn.
A. J. LOERAKKER.
Meer samenwerking.
In de Westlandsche-courant van
Wctober worden de berichten, welke
sedert den laatsten tijd in de groote
pers voorkomen besproken. Met name
wordt „de Telegraaf" genoemd, het
blad waarschuwt voor de overdrijving
welke uit die artikelen spreekt, welke
voor den tuinbouw slechts schadelijk
kunnen zijn.
Voorts wijst het blad op de z.g.
oorlogscultuurdaaronder verstaat
het dan, het tijdens de laatste jaren
'door den tuinbouw in gebruik geno
men land hetgeen veelal door jonge
tuinders, al dan niet voorheen tot de
arbeiders behoorend, is in gebruik ge
nomen.
Letterlijk zegt het: „Deze oorlogs
teelt mag niet beschermd worden tot
geen prijs van mededoogen" en even
verder „het ware zwakheid dergelijke
scheppingen te beschermen door bijzon
dere maatre elen,
Deze scherpe conclusie behoeft m.i.
niet zonder meer te worden aanvaard.
Op de eerste plaats al niet omdat ook
de overige bedrijven, zij het wat vroe
ger, op zelfde de wijze zijn ontstaan.
Daarnaast zal men nog hebben te be
denken dat als de overheid ter hulp
geroepen wordt voor de instandhou
ding van het bedrijf, dat iets anders
moet beteekenen als de instandhou
ding van een deel der ondernemers.
„Het bedrijf" is m.i. iets wijder ge
dacht daarbij zijn ook de arbeiders
betrokken en die zouden er weinig
mee gebaat zijn, als een deel der on
dernemingen werd geholpen en een
ander deel gewoon om hals werd
gebracht.
Het is mij dan ook nog lang niet
duidelijk waarom een zoodanige
scheiding moet gemaakt worden.
De regeering zal hulp bieden of zij
doet het niet., maar als zij het doet,
dan moet dat voor iedereen zijn, die
met die hulp zich staande kan hou
den.
In een ander artikel wijst het blad
op de noodzakelijkheid om door mid
del van de groote bonden Kamer en
Regeering gunstig te stemmen voor
de nooden van den tuinbouw.
Doch ook hier wordt gemist, wat
toch van zoo groot belang is, n.l. dat
men de aandacht had gevestigd op de
noodzakelijkheid om die samenwer
king ook tot de arbeidersorganisatie's
dtt te strekken.
Heel wat oordeelkundiger zijn dan
ook de werkgevers uit „de streek" die
voor hun actie samenwerking met de
arbeiders gezocht hebben en daardoor
de kans om wat te bereiken hebben
vergroot.
Als dat wat meer algemeen begre
pen werd, kon er wellicht nog veel
bereikt en voorkomen worden.
A. J. LOERAKKER.
Staking aan werkverschaffing.
De Rijksinspecteur voor steunver
lening aan werklooze arbeiders in
Drenthe bericht aan de betrokken
organisatie's, dat, volgens beslissing
van den Minister van Binnenlandsche
zaken, indien onverhoopt nogmaals
een staking onder de te werk gestelde
arbeiders uitbreekt, niet, zooals hij
de jongste staking is geschied en met
de werkzaamheden kan worden begon
nen zoodra de staking is opgeheven.
Ook voor het geval dat niet behoor
lijk wordt gewerkt zullen maatregelen
moeten getroffen worden.
De werkloosheid.
Omtrent de werkloosheid over de
week van 11 tot 16 September geeft
de Rijksdienst der werkloosheidsver
zekering de navolgende cijfers.
Van de 83 gesubs. werkloosheids-
kassen welke hun gegevens opzonden
met te zamen 313762 leden, waren
22178 leden de geheele week werkloos,
zoodat het percentage moet worden
vastgesteld op 7-1.
De week van 49 September was
het percentage 72.
Geen opgaven zijn verstrekt door
den Alg. Ned. Grondswerkersbond, de
Alg. Vereen, te Haarlem en de Land
arbeidersbonden, omdat in deze perio
de geen uitkeering wordt verstrekt.
De Chr. Zeeliedenbond en de Ned. Fed.
van arbeiders in de voedingsbedrijven
bleven in gebreke gegevens op te
.zenden.
TREKJES CCLXIII.
Winkel-idylle.
Vrouw met schort aan de beurt.
„En de juffrouw?"
„n Pet asjeblief.... zoo'n lichte met
groene plekkies.... ze hangen in de
kast.... met die groote kleppen d'r an."
„Asjeblieft, juffrou w."
Winkelier zet vier doozen op toonbank.
"Kijk u es.... daar zal uw keus wel
bij zijn. Welk nummer moet 't zijn?"
„Weet ik veel? Geef maar 'n flinke
maat, want hij het 'n reuze-harses".
Gelach van klanten, winkeljuffen, win
kelier en echtgenoote van dien.
„Nummer 59 dan, dunkt me.... kijk
u eens.... daar kan nogal 'n hoofd in.
Hoe vindt u deze kleur?"
„Nee, die heele lichte grijze mot 'k.
met die groene en rooie pukkeltjes d'r
an. Heb u daar 'n groote kop van?"
„Zeker! Kijk, hier hebben we 'm.
Dezelfde maat."
„Kost die?"
„Drie tachtig,"
„Alle-joden, da's geen kattedrelc
afijn, geef maar op. La 'k maar es gek
>p 'm weze. En as tie niet na 't zin is?"
„Mag u 'm ruilen."
„In orde, pak maar in."
„Anders nog iets, juffrouw?"
„n-Ja.... 's kijke.... zoo'n overhemd
iet zoo'n slap boordje d'r an vast. 'n
'cel."
„Dat zal wel gaan, juffrouw. Welk
immer?"
„Ach, loop rond met je nommers....
weet 'k niet, hoor. As 'k 'a poosie ge
trouwd ben zal 'k 't wel an de weet
komme. 'k Weet geen één nommer van
'm.... Geef ook maar 'n groote.hij
heb 'n nek voor twee. Hij zit op 'n bier
wagen".
Gelach als voren.
„Nummer zeventien dan maar. Als 't
niet past komt u 'r maar mee terug,"
„Best. Kost dat?"
„Drie twintig."
„Goeie morgen.... da's bijmekaar?"
„Precies zeven gulden, juffrouw."
„Noudan nog maar zoo'n stroppie
d'r bij. Ze legge vooran, met die rooie
tippies."
„Is 't voor 'n dubbele boord?"
„Voor 'n dubbelde? Weet ik veel...-
't mot bij dit overhemd."
„O, juist-ja
Winkelier zet stapels doozen op toon
bank.... smijt deksels er af.
„Asjeblieft, juffrouwalle kleuren.
Dit is die u bedoelt.negentig centjes."
„Ja, geef maar op.... 'k heb nie veel
tijd."
„Anders niet?"
„Nou, me dunkt, dat 't raak is....
mekant voor acht soof an mooiigheid.
,,'k Wou 'k ook zoo'n vrouw had"
zegt lachend 'n klant, die 'n boord koopt.
„Pas getrouwd hè" zegt 'n ander met
veel menschen-wijsheid.
Gelach als voren.
Winkelier pakt 't gekochte in.
Vrouwtje met schort kijkt er voldaan
naar.
Zaterdagavond en mooi weer.
Gezellig in de straten dus.
En druk.
Veel menschen zwermen om hel-yer-
lichte etalages met lokkende artikelen
voor uit- en inwendig genot en gebruik.
Ook veel kijkers voor in-electrisch-
licht-zwemmende-etalage van heeren-
modezaak.
Jonge vrouw, blootshoofds, schort voor,
staat er ook tusschen.
En bekijkt genietend de serie groote
spikkeltjes-petten, die aan lange stang
hangen te schitteren.
Oogen van vrouw gaan van petten naar
paarsche en lichtgroene overhemden.
En van overhemden naar gloed-kleu-
rende dassen.
Kijkt verder, haalt neus tweemaal op
en veegt er met hand-rug langs, even
eens tweemaal.
Blijft dralend kijken.
Telt geld in portemonn.aie.
Gaat winkel in waar veel koopers zijn
Winkelier druk aan 't helpen; winkc
juffrouwen en echtgenoote van winkelic
dito.
Gekraak van vloeipapieren, getink
van kassa en geldstukken.
Klanten gaan en komen.
(Nadr. verboden.)