BUITENLAND Onschuldig veroordeeld Tweede Blad 15 November 1922 De factoren van het bankroet der woningpolitiek, HANDEL BI NIJVERHEID. GEM. BUITENL BERICHTE Wij moeten nog nader aangeven waar om de rem tot afwering van het financieel economisch niet-mogelijke, is komen te vervallen. Om niet te worden misverstaan, moe ten wij vooraf eenige noodzakelijke be merkingen maken. Wij zijn er van overtuigd, dat debe trokkenen die bij de tot standkoming van den woningbouw medewerken, een onbetwistbaar recht hebben op een re delijke honoreering van den door hen verrichten arbeid. Men legge hierbij den klemtoon op het begrip „redelijk", omdat ook daarbij dient te worden rekening gehouden met het financieel economisch mogelijke. Dat deze honoreering altijd binnen de gren zen van het redelijke en financieel eco nomisch mogelijke is gebleven, zal wel niemand durven beweren. Laat ons categorie voor categorie gaan bespreken. Wij vangen dan aan met een bespre king van de architecten-honoraria. De architecten zijn in Nederland zooals trouwens de meeste belangen groepen georganiseerd in een ver- eeniging. Deze vereeniging heeft een soort tabel opgesteld en naar de cijfers van deze tabel, verhoogd met een percen tage voor de duurdere tijden, vragen en vroegen deze heeren betaling voor hun arbeid. Daar is een periode geweest, waarin een toeslag-percentage van 45% oirbaar werd geacht, in dezen tijd is en wordt dit percentage tot 25% terug gebracht. Nu is het voor bijzondere ge vallen en omstandigheden denkbaar en mogelijk dat deze tabel en het daarop gelegde percentage de grenzen van de redelijkheid niet overschrijdt. Maar in het algemeen is deze tabel en de daarop gezette percentages voor volkswoningbouw zeker veel te hoog. Men mag toch geenszins over het hoofd zien, dat bij veel woningcomplexen de eene woning slechts een copie is van de andere, en dat alleen hoekoplossingen voor den betrokkene eenige intellectueele zorgen medebrengen. Zeker, het is ons bekend, dat de be trokkenen eenigszins met die omstandig heid rekening hebben gehouden. Maar zelfs ondanks dat, was de hono reering te veel aan den hoogen kant. Een zeer ter zake kundige persoon lijkheid verzekerde ons dan ook herhaal delijk, dat architecten die in den z.g. gouden tijd zich op den volkswoning bouw toelegden, een O. W.-ers positie hebben gekend. Sonmmigen sloeg het half in den kop en zoo werd bij hen de gedachte gewekt, dat een dusdanige goudadermijn maar altijd door kon blijven vloeien. Men deelde ons meerdere gevallen mede, waarvan wij er slechts één zullen noemen, hetwelk wel aangeeft op welke wijze de volkswoningbouw in dien tijd werd geëxploiteerd. Eén architect zag kans bij zijn gewonen arbeid in één jaar zooveel plannen voor volkswoningbouw gereed te krijgen, dat, waren deze uit gevoerd en gehonoreerd, hij in dat ééne jaar de slordige duit van 45.000 alleen aan volkswoningbouw had ontvangen. Men zal allicht opmerken, dat dit alles geen zuivere verdiensten zouden zijn geweest en dat deze man ook zijn per soneel had te betalen. Men houde dan echter in het oog, dat bovendien op elke kostenrekening voor dezen bouw een post voor opzichters- loonen voorkomt. Wij hebben nooit bemerkt ook op grond van practische waarnemingen dat deze post onvoldoende moest wor den geacht. Eerlijk gezegd, hebben wij de over tuiging, dat èn teekenaars-arbeid èn opzicht daarin meer dan redelijk zijn verdisconteerd. Uit het vorengaande zal men begrijpen, dat wij, eerlijk gezegd, van me ning zijn, dat deze factoren spoedig en be langrijk worden herzien. Daarbij mogen dit soort vakvereeni- gingen bedenken, dat het maatschap pelijk ontoelaatbaar is dat hun groeps belang wordt gesteld boven het algemeen belang. De regeering zal meten zoo het niet zou gaan, zonder deze vakverenigin gen uit overwegingen van algemeen be lang paal en perk moeten stellen aan dergelijke uitwassen. Tot de tweede categorie, welke be duidend en onredelijk heeft geprofiteerd van den volkswoningbouw behooren de aannemers. Wij erkennen, dat het niet gemakkelijk is met concrete feiten een en ander vast te leggen en evenzeer dat er gelukkignog vele goede uitzonde ringen zijn geweest. Maar in het rapport, hetwelk indertijd door een achtbare commissie ingesteld, op verzoek van het gemeentebestuur van Leiden, werd uitgebracht, werden ontstellende feiten medegedeeld. Dit rapport werpt zeker een eigen aardig licht op de gesteldheid van dien tijd. Wij zijn stellig in de verleiding om uit dat rapport aanhalingen of mededeeiingen te doen. Echter het bestek van eenige couran tenartikelen leent zich hiervoor uiterst moeilijk. Wij volstaan dus met het constateeren van de algemeen bekende positie. Trou wens buiten het gebeurde in Leiden zou een minutieus onderzoek wel aan het licht brengen dat het op meerdere plaatsen ver en ver boven de grenzen van het redelijke is gegaan. Een derde categorie welke veel schade aan de verdere uitvoering van den wo ningbouw heeft bedreven, wordt ge- vor d door de politici die getracht hebben op den rug van den woningbouw dierbare experimenten uit te voeren. Al zal er in het Utrechtsche geval ook wel eenige overdrijving schuilen, wij voor ons hebben de stellige overtuiging dat de socialistische wethouder v. Dijk, juist door zijn experimenten, veel schade aan den woningbouw, vooral voor wat den financieel economischen kant be treft, heeft toegebracht. En dit geval staat niet alleen. De klaagtoon van den heer de Miranda in zijn eerder genoemd artikel (welk artikel, 'het zij herhaal', getuigt van groote eerlijkheid en goed inzicht), demonstreert wel terdege dat de woningbouw hopeloos was vastge- loopen. Wij houden het er voor dat zelfs de heer de Miranda niet zal tegenspreken, dat, hadden de plaatselijke Overheden op dit terrein eerder en krachtiger ingegre pen, althans dergelijke uitwassen niet waren gegroeid. De laatste categorie welke ongetwij feld ook schuld heeft aan de buiten gewone moeilijkheden waarin wij met den woningbouw zijn geraakt, bestaat uit meerdere groepen uit de bouwvak arbeiderswereld. Het moge waar zijn, dat hier en daar, bij de besprekingen over dezen factor, wel ietwat is overdreven, het kon niet temin toch niet worden ontkend dat ook hier uitwassen zijn geweest welke den woningbouw in financieelen zin schro melijk hebben geschaad. Dat arbeiders 70, 80 en meer verdienen in een vijf en veertig-urige werkweek voor het bouwen van woningen waarin straks arbeiders met een inkomen van 30 per week moe ten wonen, is in financieel economischen zin niet meer of minder dan een dwaas heid. Immers mede daardoor werd de kost prijs ongemotiveerd verhoogd en net gevolg hiervan was wederom dat de ex ploitatiekosten boven de grenzen van het mogelijke kwamen. Het was bij zulk een positie dat de Overheid het huurbedrag moest bepalen en het ontbrekende uit de Overheids kassen bijpassen moest. Het Rijk droeg dan drie vierde van den last, de betrokken gemeente een vierde. Naar de mate, dat de bouwkosten hooger werden, stegen de bijdragen en het gevolg is geworden, dat èn het Rijk èn vele gemeenten de eerste 50 jaren een beduidend bedrag onder hunne uitgaven vinden, waarmee zij de ver huring van bestaande woningen mogelijk moeten maken. Te veel werd door onderscheidene gemeenten en woningbouwverenigin gen gelet op het uit idieele motieven wenschelijkete weinig werd gelet op het financieel economisch mogelijke. Het kreeg soms den schijn dat men dacht, als er maar woningen worden gebouwd, ongeacht wat ook de gevolgen zijn, dan is het goed. Ware dit niet zoo, dan is het in finan cieel economischen zin toch een dwaas heid, dat men zelfs woningen tot prijzen van 8000.—, 9000.—, soms 10.000, durfde bouwen. Men moest toch hebben berekend, dat hierdoor de financieele positie hopeloos werd ontwricht en dat de reflectanten nooit de huren, voort spruitende uit de exploitatiekosten, zou den kunnen betalen. Dit alles en er is nog meer heeft het schip van den woningbouw op een klip doen loopen. Er is slechts één ding waarover wij ons thans verbazen, en dat is dat niet eerder algemeen is gezien dat het mis ging. Thans is dat voor het gros volkomen duidelijk. Laat ons thans geen verwijten gaan richten wij hebben immers allen schuld. Maar laat ons eendrachtig de handen ineenslaan om uit de moeilijkheden te komen. Daarover willen wij onze meening ten beste geven in een volgend artikel. 's-B. m. K. De wrijving tusschen Londen en Parijs. Verklaringen van Ismed pasja. De Commissie van Herstel vergadert officieus. Prof. Cassel over de schadevergoedingen. De berichten over de aardbeving in Chili luiden steeds ernstiger. Onder de Telegrammen: Ontspanning tusschen Londen en Parijs. De voorbereiding der Conferentie te Lausanne. Amerika benoemt twee waarnemers. De Duitsche regeering afgetreden. De inhoud der nieuwe Duitsche nota aan de Commisie van Herstel. De spanning tusschen Frankrijk en Engeland. Gisteren-ochtend waren, zooals een Havas-telegram reeds meldde, de be richten over de spanning met Engeland over de Levant-kwestie beter, al zijn er geen feiten om dit te rechtvaardigen. Van weerskanten spant men zich echter in om tot een oplossing te komen. Deze zal waarschijnlijk daarin bestaan, dat de diplomatie verder met de besprekingen tusschen Poincaré en Curzon belast wordt. Naar het heet, verzocht deze een Fransch tusschenpersoon naar Londen te zenden. Daartoe komt Barrère in de eerste plaats in aanmerking. Curzon blijft, volgens de Fransche correspon denten te Londen, van meening, dat, indien er deze week geen overeenstem ming bereikt wordt, de conferentie nog eens moet uitgesteld worden. In het andere geval komt hij te Parijs om daar, te Nice, Genève of Lausanne voorbe reidende besprekingen te houden. Naar luid van een telegram uit Lau sanne in de Echo de Paris, wil Ismet Pasja niets weten van een groep beslis singen, door de groote geallieerden te treffen, die de Turken en bloc zouden moeten aannemen. Zij zijn, aldus Ismet, gekomen om over voorwaarden te onder handelen. Op voorbeeld van de Belgische re geering, die op haar verzoek ten ant woord kreeg, dat haar gedelegeerden ter conferentie over alle België rakende kwesties zullen gehoord worden, hebben, naar men zegt, Zweden, Spanje en De nemarken verzocht in die gevallen daar aan te mogen deelnemen. Te Parijs hoopt men vooral op een goeden uitslag van de besprekingen tusschen Londen en Parijs, daar beide de overeenkomst van Moe- dania en de vrijheid van de Engten, met beveiliging van Konstantinopel gewaar borgd wenschen. De Londensche draadlooze dienst geeft als volgt de Engelsche meening weer De Britsche regeering blijft wat Lau sanne betreft op het standpunt staan, dat het hoogst gewenscht is, dat er voor de opening van de conferentie een per soonlijke gedachtenwisseling plaats vindt tusschen de geallieerde ministers. Er zijn nu teekenen, dat de Fransche opvat ting over deze aangelegenheid de Engel sche een heel eind genaderd is en dat het zeer waarschijnlijk is, dat de bijeenkomst zal plaats hebben. De opvatting te Londen is, dat zulke gesprekken onvermijdelijk zijn, niet om dat verdeeldheid waarschijnlijk is de houding van de Turken in de Levant, zooals reeds in Jiet licht is gesteld, er aanzienlijk toe bijgedragen heeft de een heid der geallieerden te versterken - maar omdat deze Iaatsten te Lausanne moeten komen met opvattingen, die uit gedrukt zijn in een gemeenschappelijke en samenhangende politiek. De bladen hechten beteekënis aan de verzekering, die de Fransche regeering in een officieuze mededeeling gegeven heeft, volgens welke indien de Turken de conventie van Moedania schenden en de geallieerde troepen in de neutrale zones aanvallen, de Fransche regeering dat niet zou dulden. De Times neemt aan, dat dit beteekent, dat indien de Kemalisten te Konstantinopel geweld mochten willen gebruiken tegen de ge allieerde troepen te Konstantinopel of op een ander punt, dat in de overeen komst van Moedania erkend wordt, een geallieerde bezetting te hebben, Frankrijk gemeene zaak met Engeland zal maken bij het keeren van de Turken met ge weld. De Times ac'.t d it de hachelijke toestand, die kortgeleuen tusschen Lon den en Parijs ontstaan was, ontspannen zal zijn door deze verzekering en dat de weg nu mogelijk geopend is voor een de finitieve en stellige overeenkomst over de politiek van de geallieerden te Lau sanne. De Daily News schrijftDe diploma tieke kant van den toestand in de Levant is nu aanmerkelijk helderder geworden. Poincaré en Mussolini, schijnen nu ten slotte te deelen in de algemeene opvat ting van Curzon over de noodzakelijkheid van een eensgezind front der geallieerden. De Morning Post vreest, dat de con ferentie te Lausanne bij het ontbreken van een gemeenschappelijk en vast plan van de geallieerden geen definitieven uitslag zou opleveren. Op de basis van de overeenkomst van Moedania is het zeker mogelijk voor de geallieerden met een eensgezin,i front op de aanstaande conferentie te verschijnen. Te Genua had men de verrassing van Rapallo, te Lausanne mag er geen bom ontplof en. De Manchester Guardian Iaat uitko men, dat Frankrijk van alle mogendhe den het meest te verliezen heeft. Niet alleen zijn zijne financieele en handelsbe langen in Turkije veel grooter dan de Britsche of die van eenige andere mo- genheid maar het heeft bijzondere ver plichtingen tegenover de mogenheden van de Kleine Entente. De toestand in Konstanti nopel. De Fransche consuls te Mersina en Adana zijn te Konstantinopel aange komen. Zij zijn door de kemalistische autoriteiten verdreven. Zij waren aan gesteld onder het verdrag, door Frank- Ïin-Bouillon indertijd gesloten, ter be scherming van de christelijke minder heden. De Fransche consul te Broessa is een week geleden verdreven. Op een groote bijeenkomst van lei dende Fransche kooplieden is een krach tig gestelde memorie opgesteld, gericht aan de Fransche regeering, waarin ge zegd wordt, dat de Fransche economi sche belangen te Konstantinopel met ondergang bedreigd worden, indien men de Turken ongehinderd hun huidige politiek laat bedrijven. Uit betrouwbare bron wordt uit Char- poet gemeld, dat de Kemalisten alle mannen onder 45 jaar die in aanmerking komen voor militairen dienst oproepen en naar Mossoel zenden. De Turksche douane-administratie heeft besloten de volle invoerrechten te heffen op goederen, die op verscheping wachten. Verklaringen van Ismed pasja. Ismed pasja heeft in een intervieuw gezegd De Turksche delegatie is hier met vredelievende bedoelingen aange komen. Hij ontkende dat Turkije vij andig tegenover vreemdelingen gestemd is. Er zijn geen aanslagen op het leven van vreemdelingen gedaan. Ismed noem de de scheiding van chalifaat en sulta naat een voordeel voor den godsdienst. De gedelegeerden zouden het Turksche vaderland, gegrondvest op vrijheid en onafhankelijkheid, verdedigen. De Commissie van Herstel. De Petit Parisien schrijftDe leden van de commissie van herstel, die uit Berlijn zijn teruggekeerd, deelen met de opvatting van hen, die meenen, dat Duitschland niets betalen zal of van hen, die zeggen, dat men Duitschland niet tegen moet houden op de helling naar het failliet. Uit een nauwkeurig onderzoek van Duitschlands toestand blijken twee waarheden: le. Duitschland is solvent. Dat is de gegronde overtuiging van de Commissie van herstel. 2e. Duitschland zal slechts betalen wanneer het niet an ders doen kan. Om hun landgenooten te overtuigen geven Duitschers van goeden wil of zij, die eenvoudig belang hebben bij de opleving van Duitschland, te verstaan, dat zij behoefte hebben aan pressie van buitenaf. Deze kan hun dan als beslissend argument dienen. De nieuwe Duitsche nota. De Duitsche rijksregeering heeft be sloten een nieuwe nota aan de C. v. H. te zenden, zulks naar aanleiding van een brief, door Havenstein aan den rijks kanselier gericht, waarin wordt uiteen gezet onder welke voorwaarden de Rijks bank voor de helft (500 millioen goud mark) wil deelnemen aan de stichting van een mark-stabiliseeringsfonds van 1 milliard. Naar Duitsche bladen melden zal de nieuwe nota aan de C. v. H. ook plannen der rijksregeering aankondigen tot be perking van het gebruik van weelde artikelen en van het alcoholverbruik, alsmede tot regeling van den werktijd. Deze regeling zal, bij principieele hand having van den achtuurschen werkdag, gericht zijn op vermeerdering der pro ductie. Overigens zal de rijksregeering be- toogen dat de verleening van een lang durig moratorium een snelle en afdoende vaststelling der Duitsche verplichtingen, vermindering van de bezettingskosten, geleidelijke opheffing van de anti-dum- pings-invoerrechten in het buitenland en toekenning van het recht van meest- begunstiging aan den Duitschen handel, noodig zijn voor het welslagen van de mark-stabiliseering. DE CRISIS IN DE DUITSCHE POLI TIEK. Over de onderhandelingen, Maandag tusschen de politieke partijen gehouden, kan nog worden gemeld De groepsvergadering van het centrum werd door Wirth en Hermes bijgewoond. Beiden hebben in uitvoerige betoogen hun standpunt uiteengezet. De brief van de Duitsche volkspartij werd in de groepsvergadering dezer partij opgesteld en na afloop der vergadering door enkele vertegenwoordigers dezer par tij aan den rijkskanselier overhandigd. Er wordt o. a. nog in verklaard dat de Duitsche volkspartij steeds bereid is geweest haar krachten in dienst te stellen van elke positieve samenwerking mits er een gemeenschappelijke basis voor de buitenlandsche politiek, voor de noodige economische maatregelen en voor de binnenlandsche vraagstukken werd ge vonden. De Duitsche volkspartij verlangt dat de partijen die op haar steun willen rekenen uitdrukkelijk verklaren bereid te zijn met de Duitsche volkspartij mede te wer ken opdat een einde kome aan den on gezonden tegenwoordigen toestand. De Duitsche volkspartij kan niet verantwoor delijk zijn voor het tot stand komen van een kabinet dat niet aan deze vereischten beantwoordt. Een afschrift van den brief is aan alle parlementaire groepen gestuurd. Rijkskanselier Wirth verklaar de na er kennis van te hebben genomen, dat hij deze houding van de volkspartij verwacht had. De rijkskanselier ontving dan nog de vertegenwoordigers van het centrum en van de democratische partij die hun meening over de brief uiteen kwamen zetten. Beide partijen gaven duidelijk te kennen dat zij voorstanders van een officieele toetreding der Duitsche volkspartij tot de regeeringscoalitie wa ren. Dr. Wirth richtte zich daarop met toestemming van deze partij tot de sociaal democraten en verzocht hun hem zoo spoedig mogelijk het oordeel hunner partij over Hen brief van deDuitsche volks partij te wi !en mededeelen. De sociaal democraten namen daarop na lang durige besorekingen 't reeds medegedeel de besluit, dat onmi Idellijk ter kennis van rijkskanselier dr. Wirth werd gebracht. In parlementaire kringen meent men dat de mogelijl he'd tot'vermijding van een crisis nog bestaat. Men wijst in dit verband op de werk zaamheden der tweede commissie waar in alle partijen van de sociaal-democrat e tot deDuitsche volkspartij vertegenwoor digd zijn, en waarin men het o. a. ook over de kwestie der stabilisatie van de mark vrijwel eens is geworden. De be slissing zou vermoedelijk gisteren wor den geveld, Wordt men het eens dan komt de rijkskanselier heden in den Rijks dag aan het woord wellicht zal hij dan tevens zijn nieuwe ministers reeds aan het parlement kunnen voorstellen. PROF. CASSEL OVER SCHADEVER GOEDING EN MARK-STABILISEE RING. Prof. Gustaf Cassel te Stockholm schrijft over mark-stabiliseering en inter nationale kredieten De financieele toestand waarinDuitsch- land verkeert maakt het volstrekt doel loos te rekenen op schadevergoedings- leeningen, d. w. z. leeningen ten laste van Duitschland, wier opbrengst aan de Geallieerden zou komen. Poincaré, die niet in staat lijkt zich de meest eenvou dige ekonomische inzichten eigen te ma ken, eischt dat Duitschland internationa le leeningen zal sluiten, op wier opbrengst Frankrijk een recht van voorkeur zal hebben. Hij vergeet echter ten eenen male dat niemand de internationale geldmarkt kan bewegen, voor dat doel geld ter be schikking te stellen. Indien Poincaré weigert toe te stemmen in de voorwaarden, waaronder Duitsch land met buitenlandschen steun tot stabiliseering van de mark zou kunnen overgaan, dan zal Duitschland in het ge heel geen leening kunnen sluiten en zal elke kans op latere schadevergoeding verkeken 'zijn. Zonder mark-stabilisee ring kunnen de Duitsche rijksfinanciën niet in evenwicht komen en zonder dat evenwicht kan er geen sprake zijn van eenige schadevergoeding van beteekenis. De verantwoordelijkheid voor zulk een gang van zaken zou vallen op de politiek, die verhindert dat het internationale kre diet, 't welk noodig is voor de stabili seering van de mark, tot stand komt. Rusland en Roemenie. Aan de Times wordt uit Riga gemeld In een nota aan de regeering te Moskou heeft Roemenië zich bereid verklaard onderhandelingen met Rusland te be ginnen ten aanzien van Bessarabië, in dien Rusland de Djnester als Russisch- Roemeensche grens erkent. Tsjitsjerin heeft geantwoord dat Rusland de Proeth als Russisch-Roemeensche grens be schouwt. Hij eischt ontruiming van Bes sarabië door Roemenië. Rusland, zeide hij, zou nimmer toestemmen in annexatie dier provincie door Roemenië. Alle over eenkomsten tusschen Roemenië en an dere landen ten aanzien van Bessarabië zijn volgens Tsjitsjerin van nul en van geener waarde. :aj Bulgarije en zijn buren. In Sofia wordt groote voldoening uit gesproken over de^vriendelijke ontvangst door Roemenië en Zuid-Slavië aan den Bulgaarschen premier Stamboeliiski ge geven op zijn reis naar Lausanne. De goede verstandhouding tusschen B< garije en zijn buren, na tien jaar wrijvin vernieuwd, zal naar men hier vertrouw! waarborgen verschaffen voor een over* eenstemming tusschen de Balkanstatea waarin de animositeit zal verdwijnen e( Bulgarije's rechtmatige aanspraken zu Ien worden erkend. De aardbeving in Chili. De Times verneemt via Buenos Ay» dat in Chili nieuwe aardbevingen hèi reddingswerk verhinderen. Het aantal dakloozen als gevolg van de aardbeving wordt op 35.000 geschat. Uit Santiago wordt gemeld, da indien de vertraagde berichten, die tha* aldaar binnenkomen, niet overdrevt zijn, het aantal slachtoffers van de aard beving op Zaterdag te Coquimbo en A tacama aanzienlijk hooger zal weze» dan duizend. De berichten uit Valenar leeren, dai daar slechts drie huizen overeind zijn gebleven, terwijl er 600 dooden zijn ge teld. Bovendien gelooft men daar, dal er nog vele lijken onder het puin liggen Het aantal dooden in Valenar zou daat wel tot duizend klimmen. Uit tal var. dorpen is nog in het geheel geen berichi ontvangen. Op vele plaatsen is er gebrek aan medische hulp. Tal van vluchtelinger. blijven vertoeven in het gebergte, daat zij vreezen voor een herhaling der aard schokken. De laatste maanden zijn in dt buitenlandsche pers herhaaldelijk ge ruchten verspreid over een aanstaandt bijeenkomst te Kopenhagen van Rus sische grootvorsten met de keizerin moeder van Rusland. Een bericht van recenten datum stelde de bijeenkomst op Kerstmis en gewaagde van uitnoodi- gingen aan tal van bekende Russische monarchisten. Te Kopenhagen wordt thans van be voegde zijde verklaard dat al deze ge- ruchten verzinsels zijn. Te Beaune, de oude stad van Bour- gondië, heeft Zondag de verkooping plaats gehad van de beroemde wijnen, die er groeien in het gebied van het kloos ter, dat er meer dan vier en een halve eeuw geleden door Nikolaas Rollin, kan selier van Bourgondië en Gu onne de Salins, zijn vrouw, gesticht is. Deze ver kooping, die elk jaar eenigermate een feestelijke plechtigheid is ditmaal was minister Dior er voor overgekomen had wederom een groot aantal wijnlief hebbers naar de kleine provinciestad ge lokt. In een der oude kloosterzalen, waar de beroemde vaten op rijen liggen, wordt 's ochtends de wijn geproefd dit proeven geschiedt uit oude koppen van gedre e zilver. In den namiddag heeft de ver kooping plaats gehad. Dit jaar zijn er verkocht 450 hectoliter roode en 176 hectoliter witte wijn, verder nog 6 hec toliter brandewijn. De opbrengst was 341,448 frank. Zuid-Frankrijk heeft nog steeds zijn stieren-gevechten, al is er sinds lang een beweging gaande om een eind aan dit wreede en schilderachtige vermaak te maken. Zondag heeft er te Arles een groote betooging vóór het instandhouden van het stierengevecht plaats gehad. Twintig duizend menschen uit vele stre ken van de Midi hebben er aan deel ge nomen. De Ekonomitsjeskaja Sijsn maakt zich ernstig ongerust over den achteruit gang van de medische hulp in Rusland In vergelijking met 1921 is het aantal ziekenhuizen in de steden gedaald tot 92 procent en in de dorpen tot 86 pro cent. Ook de door de ziekenfondsen verleende geneeskundige hulp is met 38 procent verminderd, hetgeen in hoofd zaak is toe te schrijven aan de armoede der bevolking, die niet in staat is het fondsengeld te vol oen. In verscheidene ziekenhuizen is het aantal bedden te ruggebracht tot 74 procentsommige, voorheen rijke, zijn geheel verdwenen. Het aantal sanatoria is van 144 tot 13P gedaald. Men weet dat ten behoeve van OJd-strijders enz. in Engelsche steden zoogenaamde Klaproosdagen (een herin nering aan de klaprozen op de slagvelden van Vlaanderenland) worden gehouden. Vrouwen en jonge meisjes gaan dan rond om klaprozen te verkoopen en met bus sen geld op te halen. Te Glasgow was het Zaterdag Klaproosdag, en toen de ver koopsters'savonds hare bussen in kwamen leveren, werden er veertien in hechtenis genomen. Het bleek dat de politie arg waan had opgevat ten aanzien van de eerlijkheid van sommige meisjes die ook aan vroegere inzamelingen vrijwillig hadden deelgenomen. Zaterdag werd daarom het oog gehouden op vele ver koopsters. Men beweert dat, ofschoon de politie vele zilverstukken in bussen heeft zien doen, deze later bijkans uit sluitend koperstukken bleken te bevatr ten. De New Yorksche bankier E. P. gjutton heeft bij de scheepsbouwwerf van Burmeister en Wain te Kopenhagen een zeil-motorjacht van 800 ton besteld. Het jacht dat binnen zes maanden klaar moet zijn zal een zeil-snelheid van 14 en een motor-snelheid van 12 knoopen moeten bereiken. De zeilen, ter opper. FEUILLETON. De gewezen agent der openbare vei ligheid bewoonde een net huisje bij den ingang van het dorp aan den oever der Seine. Aan de deur dier woning leverde de dokter den tachtigjarige aan de zorgen zijner dochter en kleindochter over. Daar nam hij afscheid. Hij volgde den weg langs de Seine en ging het hotel voorbij, waar Ovide ka mers besproken had. De waardin stond op den drempel. Zij groette den dokter en vroeg „Mijnheer, hoe is het met mevrouw uwe zuster 1" „Veel beter, goede madame. Ze is Vijna hersteld." „Dan zult gij ons spoedig verlaten." „Binnen enkele dagen zal ik mijne werkzaamheden te Parijs gaan voort zetten." De dokter groette en zette zijn weg voort. Ovide was op zijn stappen terugge keerd. Nog steeds dacht hij er over "na wie toch wel de beide personen mochten zijn, die hij aan den voet van den ouden eik ontmoet had. Toen hij langs hetzelfde plekje terugkeerde waren zij verdwenen. Een langgerekt en scherp gefluit ver kondigde hem, dat de trein Bois-le-Roi naderde. Ovide liep wat sneller. De coupeuse van Madame Augustine stapte uit een coupé eerste klasse, bij zonder koket gekleed. De aangekomene had een vrij groot koffer bij zich, dat in het bagagebureau werd gedeponeerd. „Hebt gij iets geschikts gevonden zoö vroeg zij aan den gewaanden baron de Reiss. „Een oogenblik Dan kunt gij er zelve over oordee'en." Het diner "Wacht ons." "Het bootje?" "Het hotel heeft er zes. Gij hebt slechts te "kiezen." Na eenige minuten kwamen Ovide en zijne gezellin in het Rendez-vous der Jagers aan. De tafel was gedekt. Ovide liet een knecht roepen, die de koffer van Amanda aan het station moest halen. Hoe vindt madame hare kamers?" vroeg de waardin. „Goed, zeer goed." „Dat dacht ik wel. Gij hebt een vroo- lijk uitzicht. Geen buren dan aan de achterzijde, waar een zieke dame woont, de zuster van dokter Richard." „Een dokter," hernam Amanda la chend. „Als ik ziek word, dan roep ik maar even over het muurtje heen." „Hij zou u niet hooren. Het is een zeer groote tuin en de woning staat aan de overzijde." Ovide luisterde aandachtig en prentte zich alles goed in het geheugen. „Kunnen wij dineeren vroeg Aman da. „Wij wachten slechts op madame," hernam de waardin. „Wel laat ons dan opdienen." De tafel was gedekt in het kokette zaaltje van het paviljoen dat Amanda reeds besloten had geheel en al voor eigen gebruik in te richten. Er 'werd eer gedaan aan de keuken van het Rendez-vous der Jagers. Wij zullen dag voor dag niet nagaan, hoe de twee hun tijd doorbrachten, maar ons alleen bepalen bij het beschouwen der feiten, die in eenig verband staan met de geschiedenis, die wij onzen lezers verhalen. Amanda verheugde zich zeer in de landelijke genoegens, die de streek haar bood. Wel wantrouwde zij nog steeds baron Arnold de Reiss. Wat kon Ovide toch wel geleid hebben om haar voorstel aan te nemen en naar buiten te gaan. Wellicht hebben onze lezers zich reeds deze vraag gesteld. Reeds vier dagen waren de gewaande baron en Amanda te Bois-le-Roi. De tochtjes te water, de wandelingen in het bosch, de bezoeken aan schilder achtige plaatsjes volgd n elkan ier ge regeld op en waren vol afwisst.ing. En vaak kwam men aan zeer vermoeid thuis om aan den voorzienen disch weer nieuwe krachten op te doen. Des avonds had Amanda, vermoeid door dit afmattend leven, de gewoonte zich reeds vroeg in hare kamer terug te trekken, doch Ovide zocht zijne vertrek ken gewoonlijk veel later op. Wel vroeg Amanda, wanneer zij al leen op hare kamer was, zich nieuws gierig af, of zij den baron niet zeer slecht beoordeelde. Hij was steeds zooveel mogelijk aan hare zijde, gereed aan al hare wenschen te voldoen, en zefbegon zelfs te gelooven, dat hij er niet aan dacht van de declaratie gebruik te maken die hij te Joigny had weten meester te worden. Ovide dacht dat het tijd was te han delen. Amanda stelde na het tweede ontbijt een tochtje te water voor. Ovide, die een bijzonder plan had opgevat klaagde over hoofdpijn en ver ontschuldigde zich. „Ik wil geen misbruik maken van uwe goedheid, beste baron," zeide zij. „Ik ga dan alleen, met mijn vischtuig ge wapend. een uurtje varen. Rust gij ïn- tusschen wat uit. Een paar uur slapens zullen u wel weer herstellen." Ovide begaf zich naar zijne kamer, ter wijl Amanda haar hengelroede greep, met al hetgeen zij overigens noodig had. Op den oever der Seine gekomen, sprong zij vlug in haar bootje en ging in de schaduw van een grooten wilg een uit stekend plaatsje kiezen. Zoodra Amanda weg was, toonde Ovide geen teekenen van hoofdpijn meer. „Een en twintig jaar geleden," dacht hij, „heb ik willen vernemen wat de val- sche Paul Harmant dachh en ik heb het vernomen. Heden wil ik weten wat Amanda van mij denkt en dat zal ik ook vernemen. Ik zal alles, alles wzten.' Uit zijn valies dat zorgvuldig in een ge sloten kast stond, haalde hij een fjeschje te voorschijn, dat hij met een glimlach op de lippen een tijd lang beschouwde. Dit likeurtje zal mij even als vroeger een volkomen succes opleveren," dacht hij. Zorgvuldig stak hij dit fleschje m den zak, na zijn valies weer te hebben opge borgen, en ging dan naar beneden, waar hij het zaaltje binnen ging, dat hun tot eetvertrek diende. Soliveau wierp een oog op het geschil derd buffet, waarop verscheidene likeur- flesschen hare plaats vonden, char treuse curagao, anisette, enz. Ee i dezer flesschen droeg een etiket met de woordenChartreuse verte, en b'-H nog slechts vier vijf kleine glaas- j 9 in. .Maar wat Amanda steeds na de koffie gebruikt," sprak Ovide tot zich zelf. .Hedenavond ook weer zal zij er gebruik van maken en het resultaat zal niet op zich doen wachten." UIT DE DAME800NEEOTIE-INDUS- TRIE. Het bestuur van de Nederlandsche B.K. Vereeniging van Kledingfabrikanten beeft zich telegrafisch tot minister Aalberse ge wend, om kennis te geven van den steeds dreigender wordenden toestand in de da- mesconfectie-industrie tengevolge van de buitenlandeche valuta-concurentie; daarbij is het zeer dringend verzoek om een spoe dig onderhoud, dat reeds geruimen tijd ge leden werd aangevraagd, herhaald. 127 CWordt vervolgdA j

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1922 | | pagina 5