STADSNIEUWS.
SPORT EH SPEL.
Gemeenteraad.
Schoten.
*80
64
80
63
80
De Vereenfqde Visschers.
Biljartbond Haarlem en omstreken.
KORENBEURS—VRIENDENKRING.
(Vervolg).
•«.B. en W. «tellen voor, van M. Henneman
gratis over te nemen eendgen grond aan de
Molenaerstraat, groot 527 c.A. en 13 c-A.
Goedgekeurd.
Dampen Oost-Indisch Vaartje
B. en W. stellen voor, over te gaan
tot aankoop van eenige perceelen grond
aan het Oost-Indisch Vaartje, noodig voor
de demping van dat Vaartje. In totaal is
de oppervlakte van de aan te koopen per
ceelen 346 M2.
Do heer POPPB wijst er op dat de
Baad besloot het Vaartje te dempen zon
der Bijkssteun. Thans ligt het werk stil.
Ligt dat aan Rijnland of lag het hieraan-
dat de gemeente dezen grond nog niet in
bezit had P
De heer SLINGENBERG antwoordt dat
er wel bezwaren van Rijnland zijn geweest,
doch deze zijn er nu niet meer. Als de
Raad dit voorstel goedkeurt, zal spoedig
met de afwerking begonnen worden.
Het voorstel wordt goedgekeurd.
Verkoop van grond
B. en W. stellen voor, te verkoopen
*n perceel bouwterrein a. d. Schoterweg en
de Kennemerstraat, groot 300 M2. tegen
den prijs Wan f25 per M2. en voor den
aanleg van openbare werken, uit te voeren,
nadat de bebouwing aldaar zal zijn ge
schied, een bedrag van f 950 ter hunner
beschikking te stellen.
De heer POPPE maakt een opmerking
over last, die een der woningen zou on
dervinden van de verandering.
De heer SLINGENBERG zal dit on
derzoeken.
De heer REINALDA vraagt af toe
zicht wordt uitgeoefend dat de hoek te
genover de kazerne een behoorlijk esthe
tisch aspect zal hebben.
De heer SLINGENBERG zegt dat toe.
Het voorstel wor^t goedgekeurd.
Woningbedrijf
B. en W. stellen voor, de bewaarderswo
ning behoorende bij het schoolgebouw (voor
malige Ambachtsschool) aan de Kamperstraat
no. 37, alhier in te brengen in het gemeente
lijk woningbedrijf tegen een bedrag van
2400; wordende deze inbrenging geacht te
zijn geschied met ingang van 1 November
1922.
Goedgekeurd.
Lager Onderwijswet.
Naar aanleiding van bezwaren van Gede
puteerde Staten stellen B. en W. voor om het
raadsbesluit tot het verleenen van een vergoe
ding over 1920 ingevolge art. 100 der L. O.
wet 1920 aan het bestuur der bijzondere lage
re school aan de Velserstraat zóó te wijzigen,
dat daarin wordt gelezen f 3.495.68 in stede
van f 3.691.37.
Goedgekeurd.
B. en W. stelüen voor, aan Gedeputeerde
Staten dezer provincie te verzoeken, aan deze
gemeente machtiging te verleenen tot het aan
gaan van overeenkomsten, als bedoeld in art.
19, 4e lid, der Lager-onderwijswet 1920, be
treffende de toelating van kinderen uit andere
gemeenten tot de openbare lagere scholen in
deze gemeente.
Goedgekeurd; t
Staat te vellen boomen.
De boomen in de Van Eedenstraat warden
op voorstel van den voorzitter aan den Staat
toegevoegd. Ze zuilen echter alleen gerooid
worden dit jaar nog als daarvoor tijd is te
vinden door den directeur der Plantsoenen.
De staat wordt goedgekeurd.
Verbouwing Gymnasium.
B. en W. doen den raad een voorstel om
het crediet beschikbaar gesteld voor de ver
bouwing en de uitbreiding van het gymna
sium met f 22918 te verhoogen en alzoo te
brengen op 121.288. De reden van de ver
hooging is, dat sinds het opmaken der be-
grooting de prijzen der verschillende materia
len zijn gestegen.
De heer v. OMMEREN vraagt overleg te
plegen met den dienst om de verbouwing als
nog voor den toegestanen prijs gedaan le
krijgen.
De heer PEPER verwondert zich over 't ar
gument van B. en W. dat de prijzen der ma
terialen verhoogd zijn. Van het Rijk uit wordt
altijd het tegenovergestelde beweerd. Hoe zit
dit? Heeft de hoofdambtenaar zich vergist, of
zetten de aannemers het op een krachtproef
om eens te zien hoe ver ze in dezen tijd van
malaise kunnen gaan.
De heer Van LIEMT verwondert zich ook
over deze aanvrage. Hoe pakt het heel anders
uit dan de Commissie van Openbare Werken
gedacht had. Deze had gevraagd om te be
zuinigen en gaf in overweging niet 'n fundee
ring van beton te maken. Men vroeg naar
prijsberekening en men gaf de prijsbereke
ning, maar volgens eheel anderen opzet. Of
de stijing van materialen de oorzaak is
van deze aanvrage, is moeilijk aan te ne
men. Daar moet wat anders achter zitten.
Welke reden dat is, wenscht spr. van den
wethouder te vernemen, tot zoolang wenscht
spr. niet te denken aan wat de heer Peper
naar voren bracht.
Mevr. WILLEKES MACDONALD meent
dat vele raadsleden niet vóór dit voorstel
zouden gestemd hebben als zij geweten had
den dat deze som er mede gemoeid zou ge
weest zijn.
De heer WOLZAK heeft den indruk dat
de Raad op den „hak" genomen wordt.
De heer SLINGENBERG: Door wie?
De heer WOLZAK: Ik hoop dat u kunt
bewijzen dat het niet het geval is.
De heer SLINGENBERG: Dat is omkeeren
van den bewijslast, maar ik zal het probee-
ren.
De heer WOLZAK acht de verbouwing
wel noodig, maar vraagt antwoord op zijn,
vragen. Hem is medegedeeld dat de opzet
veel te royaal is. Aannemers zeiden hem: men
kan wel zien dat het van de gemeente is.
't Is Zoo royaal ais een particulier het nooit
zou doen. Is het rapport der commissie van
openbare werken gevraagd?
De heer KLEIN sluit zich aan bij wat de
heer v. Ommeren in overweging gaf. Ook
spr. heeft den indruk, evenals de heer Wol
zak, dat de opzet te royaal is en meent dat
bestekken te vaag zijn. De inschrijvers moe
ten aan den veiligen kant blijven.
De heer MIZERUS beklaagt zich over de
behandeling, die hij van B. en W. onder
vindt. In de vorige vergedering werden door
hem denkbeelden naar voren gebracht en
werd hem toegezegd dat B. en W. die kwes
tie zouden bespreken. Dat is niet gebeurd.
De heer SLINGENBERG: Dat is wel ge
beurd!
De heer MIZERUS: Dat is niet gebeurd
De heer SLINGENBERG: Hoe weet u dat?
De heer MIZERUS: Dat is mij verteld door
den wethouder. n
De heer SLINGENBERG: Wie dan?
De heer MIZERUS: De beer Heerkens
Thijssen. (Deze is zeer verwonderd en herin
nert er zich niets van).
De heer MIZERUS merkt op dat hij dit
gevraagd heeft Maandag of Dinsdag vóór de
laatste raadszitting. De heer Heerkens Thiis-
sen erkent dat de heer Mizérus op dien dag
bij hem is geweest, maar herinnert zich van
de kwestie nie's, waarop de heer Mizerus
zegt, dat dan een en ander blijkbaar op een
vergissing berust, maar hij toch wel tot de
conclusie mocht komen, waartoe hij kwam.
Voorts zet hij uiteen dat ook met zijn op
merkingen in de commissie van Openbare
Werken geen rekening is gehouden. Dat ge
beurt trouwens altijd in die commissie. De
directeur gaat altijd dwars tegen de adviezen
in. Hij moet dan maar anders leeren worden.
We krijgen absoluut geen medewerking van
Openbare Werken.
De heer v. d.KLAMP constateert dat
o.m. alle leden van de commissie van Open
bare Werken het woord hebben gevoerd.
Spr. wil ook nog wel wat zeggen doch wil
niet den indruk wekken alsof de leden
den voorzitter alleen laten staan. Er heerscht
tusschen voorzitter en leden aangename sa
menwerking. Echter wil spr. wel onder
schrijven de meening van don heer Mi-
serus dat in de commissie door de leden
uitgesproken meeningen ideën worden ge
saboteerd. O.a, de meening van den heer
Mizerus over de fundeering van het
Gymnasium. Dat moet maar eens verande
ren, meent spr. althans die indruk heb
ik. Ik zal het maar zeggen net zooals
ik het denk.
Do heer SLINGENBERG constateert dat
het een zeer moeilijke taak is voor hem
om het voorstel te verdedigen nadat er
niet minder dan 8 raadsleden het woord
tegen gevoerd hebben. Van allen, die het
woord gevoerd hebben, was dat van den
heer v. d. Kamp nog het meest sympa
thiek. Hij zegt tenminste wat hij denkt.
De anderen niet. (Vroolijkheid). Onsympa-
tiek zijn uitlatingen als die van den heer
Wolzak, die zeide dat de Raad. op den
hak genomen wordt. En vraagt men dan
door wie, dan antwoordt hij niet. Ook de
heer Mizerus heeft besehuldigingen geuit
Ook hij is er naast De heer Mizerus
schreef spr. zelfs een briefje. Spr. begeert
dergelijke briefjes niet. In dat briefje
stond zelfs in te lezen dat de heer Miz-
serus meende dat B. en W. niet sympa
thiek tegenover hem staan. Dat is niet het
geval. Wat nu de zaak zelf betreft, spr.
heeft de zaak wel ter sprake gebracht in
B. en W. Maar dat sluit niet in dat B.
en W. de ideeën van den heer Mizserus
dan ook aan den Raad moeten vooretellen.
B. en W% behouden zich het recht voor den
Raad voorstellen te doen, die lijnrecht in
gaan tegen ideeën van leden of van één
lid der commissie van Openbare Werken.
De heer Mizerus wenschte voor de ver
bouwing van het Gymnasium een twee
ledige inschrijving, de eene met beton-
fundeering, de andere met steen fundee-
deering. Spr. verzekert dat aan den direc
teur van Openbare Werken opdracht is ge
geven die tweeledige inschrijving te doen
plaats hebben. Spr. gaf die opdracht aan
den heer Daniels. Deze antwoordde: U' Izult
zien dat het idee van den heer Mizeru6
veel duurder is. Spr. antwoordde daarop
Toch wil ik dat er een tweeledige inschrij
ving plaats heeft. U dient aan het idee
van den heer Mizerus een faïrtrial te ge
ven. Die opdracht is door B. en W. ge
geven.
De heer v. LEEMT: En is dat ook ge
beurd?
De heer SLINGENBERG: Ik heb hem
dat opgedragen. Na vanmorgen is de direo-
teur van Openbare Werken in de vergade
ring van B. en W. geroepen. Daar is hem
gevraagd: hebt u door den heer Daniëlc
opdracht gekregen het idee van den heer
Mizerus een fair trial te geven Daar
op heeft de directeur geantwoord: Ja. Heeft
die fair trial plaats gehad is toen ge
vraagd en daarop heeft de directeur ge
antwoord: Ja, dat ia gebeurd. Ik zal de
bewijzen van die heele zaak aan dan heer
Mizerus doen overleggen en dan zal de
heer Mizerus hebben te bewijzen dat zijn
bewering juist is dat rijn idee gesabofeer
is. Kan de hear Mizerus die bewijzen bij
brengen, dan zullen B. on W. niet nalaten
die maatregel tegen Openbare Werken te
nemen, die noodzakelijk zullen blijken. Maar
blijkt dat de heer Mizserus ongelijk heeft,
dan zal hij ook in openbare zitting excuus
hebben aan te bieden. Van de zijde van
B. en W. is deze zaak in alle geval eerlijk
behandeld, en het is dan niet prettig te
hooren dat B. en W. den Raad te pakken
nemen.
De heer WOLZAK: Dat heb ik niet
beweerd.
De heer SLINGENBERG neemt aote van
deze verklaring. Wat nu de verhooging van
de aanneemsom betreft, die is aan verschil
lende omstandigheden te wijten; aan de
materfeelenprijzen, maar ook uit het feit
dat de bouw in verschillends perioden most
plaats hebben. Daarmede was aanvankelijk
geep rekening gehouden. Dat is wellicht een
fout, doch een vergeeflijke fout. Er moest
rekening gehouden worden met de belan
gen van het onderwijs. Ook was de be
grooting misschien wat krap opgezet. Vele
malen wordt den directeur verweten dat
de begrootingen te ruim zijn. Misschien
wilde de directeur zich daar nu voor hoe
den. Van luxe is absoluut geen sprake. Spr.
spreekt dat stellig tegen. De heer v. Om
meren wil door samenspreking de prijzen
wat bekrimpen. Dat is al getracht te doen.
Misschien valt er nog te praten met de
aannemers, want de inschrijving komt spr.
vrij hoog voor. Ten slotte dringt spr. aan
op aanneming van het voorstel. Het is
dringend noodig.
De heer BRU0H verdedigt het voorstel
nog op gronden aan het onderwijs ont
leend. Er is geen luxe toegepast.
De heer HEERKENS THIJSSEN be
spreekt het incident met den heer Mizerus.
Spr. heeft den heer Mizerus Maandags ge
sproken en toen waren spr. nog geen mede
deel ingen gedaan over de zaak, maar daar
na heeft nog een vergadering plaats ge
had, en daarin werden wèl de meledeelin-
gen gedaan. Spr. kon dus Maandags nog
geen mededeelingen doen aan den heer Mi
zerus omdat de zaak nog niet besproken
was in B. en W.
De heer VAN LIEMT herinnert er aan
dat de heer de Bordes, naar aanleiding van
het idëé-Mizerus, gezegd heeft, dat het na
tuurlijk wel goedkooper zou zijn, maar niet
zooveel. En later komt de heer Daniëls dus
verklaren aan den wethouder, dat het idee-
Mizerus duurder zal uitkomen dan het idee
van Openbare Werken. Verdar vraagt spr.
of het bijvoegsel bij het aanbestedingsbe
stek zoo geredigeerd is dat daarin niets
anders voorkomt dan wat de heer Mizérus
gevraagd heeft. Wordt er meer in opge
dragen, dan kan niet vergeleken worden
of het idee Mizérus goedkooper is. Wil de
wethouder den brief eens voorlezen
De heer REINALDA herinnert er aan
dat het niet de eerste maal is dat het
gedrag van Openbare Werken in den Raad
besproken wordt op zulk een wijze. Dat
is onprettig voor den dienst en ook voor
den Raad. Reeds jaren geleien is door den
Raad de Commissie afgevaardigd om na
mens hem de zaken af te handelen.
Reeds herhaaldelijk bleek dat deze zaak
niet marcheert. Ook nu is de Commissie
in deze belangrijke zaak niet gehoord. Spr.
stelt voor over dit punt geen besluit te
nemen alvorens het advies der Commissie
van Openbare Werken is overgelegd.
De heer v. OMMEREN wenscht dat ook. Hij
menet dat de commisie nog wel wat zal we
ten te bezuinigen. Niet dat er luxe is aange
bracht, maar hier en daar kan nog wel wat
bezuinigd worden.
De heer MIZERUS vindt het prettig te hoo
ren dat B. en W. de zaak wel besproken heb
ben. De opdracht om de zaak te onderzoeken,
aanvaardt spr. gaarne. Hij wil de zaalk behan
delen met de leden van de Commissie van
Openbare werken.
Mevrouw WILLEKES MACDONALD zegt
dan voor de inlichtingen, en is blij dat
twee wethouders verklaren dat geen luxe is
betracht bij de verbouwing.
De heer v. d. KAMP wil een brug slaan en
dit voorstel te doen aannemen maar toch aan
de Commissie van Openb. Werken op te dra
gen de zaak verder af te wikkelen.
Dat denkbeeld vindt geen instemming.
De heer SLINGENBERG doet voorlezing van
den brief waarop de heer v. Liemt doelde.
Daarin werd gesproken ook van het aanbren
gen van een kelder.
De heeren v. LIEMT en a. concludeerden
daaruit dat dus meer was gevraagd dan de
heer Mizerus verzocht had. Deze sprak alleen
over fundeering en O. W. brengt er een kel
der bij te pas.
De heer v. d. BAN was het niet eens met
deze critiek. Er ontstond eènige gedachten-
wisseling, waaruit bleek dat do geleerden het
niet eens waren.
De heer MIZERUS stelde voor, de zaak nu
te laten rusten en de zaak uit de dossiers le
onderzoeken. Zoo is het toch niet na te gaan.
Het voorstel van B. en W. wordt aangehou
den.
Tarieven waterleiding.
B. en W. bieden ter vaststelling aan een
nieuwe verordening, regelende de voorwaar
den voor de levering van duinwater.
De heer POPPE meent dat de gemeente
rekening moet houden met het feit dat er
menschen zijn die hun leidingen hebben moe
ten koopen. Er zullen dan twee tarieven moe
ten komen.
De heer CASTRICUM maakt een opmerking
over art. 8 en vraagt overlegging van de tarie
ven voor de verbruikers.
De heer BOES maakt ook een opmerking
over een ondergeschikt puunt.
Nog andere sprekers voeren het woord.
De heer HEERKENS THIJSSEN beant
woord de Verschillende sprekers. De ta
rieven met grootverbruikers worden in over
leg met de gebruikers vastgesteld. Dat hangt
van allerlei omstandigheden af. Op de kamer-
contracten is in 1919 niet minder dan 18600
toegelegd.
De heor VISSER stelde oen wijzgiing
voor waarbij bepaald wordt dat, indien aan
het einde van het jaar blijkt dat meer wa
ter ia gebruikt dan bij contract is be
paald, het mindere gebruikte water in 'n
vorig kwartaal van het te veel gebruikte
in mindering wordt gebracht.
De heer POPPE voelt voor opheffing
der kamercontracten, maar vraagt dat de
kranen in die kamers ook boven een goot
steen worden aangebracht.
De heer GROENENDAAL stelde voor
alleen te laten bijbetalen wanneer aan 't
einde van het jaar blijkt dat te veel ge
bruikt is.
De heer HEERKENS THIJSSEN geeft
in overweging aan den heer Poppe een
voorstel te doen om den menschen, die
koopleidingen hebben, tegemoet te komen.
Maar laat men dan niet opnemen in 'deze
verordening, die in de toekomst geen reke
ning houdt met koopleidingen.
Wat het terugbetalen betreft, kan gpr.
er niet meda accoord gaan. Door de tegen
woordige regeling wordt b.v. een rem tót
watergebruik in den zomer gevonden. Bo
vendien is de administratie aan die te,
rugbetaiing verbonden, te omslachig.
De heer POPPB stelt een motie voor,
waarbij tegemoet gekomen wordt aan de
houders van koopleidingen.
Dé heer WOLZAK vindt behandeling van
de motie gevaarlijk, omdat hij, in overeen
stemming met wat de wethouder daarovèr
zeide, er de strekking en de porté's niet
van kent.
Ten slotte namen B. en W. de motie
over, onder dat voorbehoud, dat rij bij
den Raad zullen komen, als de financiëele
bezwaren te groot mochten blijken.
De heer VISSER wijzigt den yorm van
rijn motie esnigszins wat betreft de ver
rekening van het te veel en te Weinig
gebruikte water.
De motie-VISSER werd aangenomen met
26 tegen 6 stemmen.
De heer GROENENDAAL trok zijn mo
tie'in. De gehee'.e verordening werd daar
na z. h. stemming aangenomen. Do heer
Peper was tegen.
Steun aan werkloozen.
De Haarlemsche Besmurdersbond verzoek l
den raad, brandstoffen tegen een verlaagden
prijs ter beschik Icing van werkloozen te stel
len; 2, kleeding en dekking eveneens tegen
verlaagden prijs verkrijgbaar te stellen voor
hen, die geruimen tijd werkloos zijn; 3,
Schoolvoeding op ruime schaal zoo spoedig
mogelijk te verstrekken.
(B. en W. slellen voor, de eerste twee ver
zoeken niet. het laatste wel in te willigen.
De heer POPPE bepleit inwilliging van het
verzoek en wijst daartoe aan de hand van
cijfers op de groote werkloosheid. Hoe kun
nen B. en W. zeggen, dat zij met dezen toe
stand niets te maken hebben. Deze winter
zal er de bilterste nood heerschen. De werk
loozen zelf kunnen er niets aan doen. In die
gezinnen wordt bittere armoede geleden. In
den winter wordt dat nog erger. Een regeling
is wellicht moeielijk, maar dat is geen reden
om niet in te grijpen. Van de schoolvoeding
kan door vele gezihnen niet genoten worden,
om vele redenen. Spr. pleit voor inwilliging
van het verzoek.
De heer HEERKENS THIJSSEN zet uiteen,
dat de verzoeken sub 1 en 2 niet in te wil
ligen zijn. Inwilliging daarvan is uitbreiding
van den werkloozensteun en dat is Rijkszaak.
Het Riik verbiedt dat ook. Waar dat de zaak
is, is het onnoodig verder op de zaak in te
gaan.
De heer DE ZEEUW meent, dat men in
Den Haag beslissen mag wat men wil,
maar wij moeten zorgen als Raad, dat in
Haarlem geen armoede onder de werkloozen
wordt geleden. In Amsterdam handhaaft
wethouder Wierdels de hoogere steunre"eling
tegen de meening van de Regeering in, en de
Regeering legt zich er bij neer. Wel mag
Amsterdam blijkbaar wat meer dan andere
steden. Maar kan dat hier ook niet? Spr.
meent, dat men dat maar doen moet. In
Amsterdam krijgen de werkloozen vergoeding
van den huur boven de 3 en zoo nu en dan
in den winter 1 of 1.50 voor brandstoffen.
We moeten maar doen, wat in andere steden
ook kan.
De heer BOMANS, do gemeente is toch nog
altijd een orgaan van het Rijk.
De heer DE ZEEUW meent, dat de gemeen
ten de plicht hebben te doen, wat het Rijk
vc-waarloost. Spr. die-ri een voorstel in.
In deze motie-DE ZEEUW worden B. en
W. uitgenoodigd in de volgende vergadering
voorstellen in te dienen, waarbij een regeling
wordt getroffen om aan alle georganiseerde
werklooze arbeiders, gezinshoofden, kostwin
ners of kostgangers, van wie verwacht kan
worden dat zij zich zelf redden na afloop, van
de crisis, steun zal worden verleend.
De heer HEERKENS THIJSSEN heeft aan
wat hij in eersten termijn zeide, rivets toe te
voegen. Alleen komt hij op tegen uitdrukkin
gen, die het zouden doen voorkomen, alsof de
werkloozen zeer, zeer groot gebrek hier lij
den, zoodat het verder ontoelaatbaar zou zijn.
Dat is absoluut onjuist. Spr. kan dat getuigen
uit ondervinding in andere kwaliteit.
De heer v. d. KAMP wijst er op dat al
leen over georganiseerde arjaeiders wordt
gesproken. Het gevolg daarvan zal zijn dat de
penningmeesters der vereenigingen vanavond
worden plat geloopen door menschen, die
zich willen laten inschrijven als lid.
De heer PEPER wijst er ook op dat slechts
van de georganiseerde werkloozen wordt ge
sproken. Hebben die alleen honger? De tra
nen der socialisten zitn krokodillentranen.
Spr. stelt voor uit de motie-de Zeeuw te
lichten het woord „ongeorganiseerd". Dit
voorstel wordt niet ondersteund en vervalt.
De heer CASTRICUM protesteert tegen de
woorden van den heer Peper, die altijd maar
door de ongeorganiseerden en georganiseer-
den over één kam scheert. De georganiseer-
den hebben voor hun slechten tijd door de
werkloozenkassen gezorgd. Buiten hun
schuld zijn zij in narigheid gekomen. De
ongeorganiseerden zijn klaploopers. Spr. be
schouwt ze als iemand, die zijn belasting
niet betaalt. Het ziin parasieten op de resul
taten van de vakbeweging. Spr. protesteert
tegen het over één kam scheren van den
heer Peper van georganiseerden en ongeor
ganiseerden.
Mevr. WILLEKES MACDONALD 'voelt wel
voor het denkbeeld-de Zeeuw, maar zou aan
de motie willen toevoegen de woerden: met
een zeer ernstig onderzoek naar de inkom
sten van het gezin. Dat is zeer noodig.
De heer PÉPER behoeft geen terechtwij
zing van den hoer Castricum. Hij beeft zelf
ook de georganiseerden menigmaal gesteld
boven de ongeorganiseerden. Ook in den
raad. Maar in dit geval hebben de ongeorga
niseerden evenveel honger als de georgani
seerden en wil spr. niet uitsluitend denken
aan de georganiseerden. Bovendien moet de
heer Castricum voorzichtig zijn met het ge
bruiken van woorden als klaploopers. want
de vakbeweging van den heer Poppe
noemt die van de heer Castricum ook klap
loopers.
De heer POPPE: Dat is gelogen.
De hoer SLINGENBERG was vóór het
voorstel van B. en W. omdat hij tegen toe
slag op brandstoffen is. Waarom toeslag op
brandstoffen en niet op melk, suiker, brood.
Spr. is tegen toeslag, maar voelt voor het
denkbeeld van den heer de Zeeuw om een
toeslag in geld op de 13.50 te geven. Daar
bij zcu de bepaling moeten komen dat het
geldt voor hen, ëie georganiseerd zijn op 1
November of. zooiets. Laten B. en W. tiet
voorstel eens Under de oogen zien. Maar men
loopt de kans dat het besluit in den Haag
vernietigd wordt.
De heer v. d. KAMP zet de werkwijze uiteen
van het in dezen raad zoozeer gesmade Arm
bestuur. in dat bestuur is een sub-commissie
voor de werkloozen ingesteld, waarin spr. en
de heer Wolzak zitting hebben. Die commiss'n
betracht uitbreiding en dat zal gebeuren met
behuOp van vertegenwoordigers van de vakoen*
trales. Die commissie zal deugdelijk trachten
te werken.
Er kunnen ondersteuningen gegeven worden
van f 18 per weeft. Men kan zeggen, dat is te
kort, en het is ook tekort om gewoon te le
ven. maar men kan toch ook niet het volle
loon geven, want dan bleef men werkloos.
Laat die commissie nu eens werken en laten
Ac nu dus niets stemmen.
De heer DE ZEEUW: Neem eerst mijn
voorstel aan; dan praten we verder.
De heer v. d. KAMP is daartegen; er moet
geen politieke kleur aan gegeven worden.
De heer DE BRAAL voelt voel voor rijles
steun, maar wil de zaak goed onder de oogen
zien. Spr. steilt daarom voor de motie-De
Zeeuw in handen van B. en W. om prae*
advies te stellen en dat advies uit te doen
brengen in de volgende vergadering.
De heer Poppe bestrijdt de opvatting van
den wethouder dat de armoede nog niet zoo
groot as. Spr. meent dat het anders is. In
Schoten is in veie gezinnen de toestand heel
erg en de arbeiders in Schoten zijn in 't al
gemeen beter gesitueerd dan die in Haar
lem. De vakcentrale van spr. noemt de ge
organiseerden van de richting des heeren
Castricum geen klaploopers. En omgekeerd ook
niet. Spr. stelt de georganiseerden hooger
dan de ongeorganiseerden maar dat wil niet
zeggen dat hij de .ongeorganiseerden niet wil
steunen, maar door het ambestuur. Sp.r steun
de het voorstel van Peper niet, omdat er eens
een grens aan de hoffelijkheid is tegenover
iemand, die trapt.
De heer VAN LIEMT is het eens da,t er een
moeilijke tijd voor de werkloozen komt, maar
spr. vestigt de aandacht op de groote behoeften
in grooter gezinnen. In afwachting van het
liraeadvies op den heer d Zeeuw doet spr.
het voorstel het maximum der uilkeering te
verhoogen van f 13.50 met f 1.50 voor elk
kind tot een maxifnum van f 22.50. De motie
luidt als volgt:
Ondergeteekendenjstellen voor de uitkeering
aan de werkeioozen te doen plaats hebben
volgens het thans geldend tarief, doch met dien
verstande, dat het bestaande maximum f 18.50
nj. f 13.50 plus f 1.50 per kind, wordt ver
hoogd tot 22.50. De motie was onderteekend
door de heeren W. v. Liemt en M. L. A.
Klein.
De heer REINALDA bepleit aanneming van
de mo'ie in een uitvoerig betoog en weer
spreekt o.m. dat uitkeering van vol loon zou
maken dat de arbeiders niet wiüen werken.
Spr. is ook tegen uilkeering van vol loon,
maar aanvaardt in haar algemeenheid de uit
spraak van den heer v. d. Kamp niet.
Ook de heer BRUCH getuigt nog dat hij
voelt voor het denkbeeld-de Zeeuw. Dat idee
van toeslag is door B. en W. niet onder de
oogen gezien. Hij geeft in overweging het
voorste! bij B. en W. om praeadvies te stellen.
De heer BOMANS merkt op dat nu reeds
drie wethouders het woord hebben gevoerd
over den steun en men wellicht meent dat hef
voorstel nu in B. en W. en den Raad gemak
kelijk spel heeft. Spr. wil echter verzekeren
dat hij zich met alle geweld tegen het ver
leenen van dezen steun zal verzetten.
De motie-de Zeeuw werd in handen gesteld
van B. en W. om praeadvies.
Hierna wordt de zitting vr-'aagd tot des
avonds 8 rur.
Avondvergadering
Om 8 u r kwam de Raad in geheime zit
ting bijeen. Na heropening der openbare zit
ting werd voortgegaan met de afhandeling
der agenda.
B. en W. stellen voor, afwijzend te
beschikken op het verzoek van 't Plaat-
selijk-Arbeids-Secretariaat, om de steunvsr-
Ieening san werkloozen, aangesloten bij eene
organLa'i". te doen geschieden niet rechts-
streeks door het Burgerlijk Armbestuur,
doch door bemiddeling der organisatiebe-
s turen.
Aldus besloten.
In de ritting van 12 Juli is in han
den van B. en W. om prae-arlvies, gesteld'
een motie Poppe c.seen commissie in te
stellen, ten einde te onderzoeken, wat te
Haarlem kan gecohieden voor de nazorg
van oud-leerlingen der buitengewone school
voor L. O. li
In hun thans uitgebracht prae-adviee stel
len B. en W. voor, geen ambtenaar voor
de nazorg te benoemen.
Voor'oopige maatregelen worden voorge
steld. Het voorstel vanr B. en W. wordt aan
genomen.
Inkoop diensttijd op grond der Pensioenwet.
B. en W. stellen voor enkele bepalingen
te treffen ingevolge de Pensioenwet 1922, be
treffende den inkoop van diensttijd, die tot
dusver niet voor berekening van pensioen in
aanmerking kwam. Voorts stellen zij voor
eenige wijzigingen te brengen in de verorde
ning tot uitvoering der pensioenwet en we-
duwenwet voor gemeente-ambtenaren.
Aangenomen.
Aanbouw Schoollokalen.
Een voorstel van B. en W. tot aanbouw
van twee schoollokalen aan de school aan
de Schoterstraat wordt aangenomen.
Benoemingen.
Tot tijdelijk leeraar aan de H. B. S. met
3-j. c. enz., werd benoemd de heer M. P.
J. van der Weiden.
Tot leeraren (waarvan drie lijdelijk) aan
de gem. avondschool voor nijverheidsonder
wijs: de heeren B. Kleefstra, C. A. van Keu
len, J. A. L. Doijer, J. G. Rijkeboer.
Tot onderwijzeres en onderwijzer aan de
Buitengewone School voor lager onderwijs:
Mej. J. P. van den Berg en de heer E. Geerts.
Tot onderwijzers aan School 12: D. A. J.
Baars, A. van Doom.
Rondvraag.
De heer PEPER herinnert er aan dat zeven
weken geleden, na een interpellatie-Poppe
over de werkverschaffing B. en WT. toezegden
kennende nu het gevoelen van den Raad
op spoed aan te dringen in den Haag om
zoo spoedig mogelijk Rijks-subsidie te ont
vangen voor productieve werkverschaffing in
deze gemeente. Natuurlijk, aldus spr., hebben
B. en W. hun best gedaan, hebben vele be
zoeken gebracht, maar niet bij den heer Co-
lijn. De heer Colijn heeft in Den Haag alleen
te bevelen en B. en W. hebben juist hem ver
geten te vragen hoe hij er over denkt. Vanuit
Geneve heeft hij getelegrafeerd dat er niets
buiten hem mocht gebeuren. (Hilaril's).
Daar er volgens spr. geen kans is, dat Den
Haag iets doet, dient spr. een motie in,
waarin de Raad uitspreekt, dat onmiddellijk
met het werk begonnen moet worden, gezien
de vergeefsche pogingen, die B. en W. ia den
Haag hebben aangewend.
De heer HEERKENS THIJSSEN antwoordt
dat de regeering thans een brief heeft ge
schreven aan het gemeentebestuur van Haar
lem, waarin nog eenige nadere mededeelingen
worden gevraagd, maar waarin in principe
subsidie in uitzicht wordt gesteld. Het eerste
gedeelte van de motie, waarin gesproken
wordt over de vergeefsche pogingen die B.
en W. zouden hebben aangewend, kan dus
vervallen.
De heer PEPER Iaat dit gedeelte vervallen,
maar blijft aandringen op onmiddellijk be
gin met de werkzaamheden.
De heer SLINGENBERG zegt, dat al zou de
Raad besluiten onmiddellijk te beginnen, dat
toch niet zou kunnen, want nu zijn weer be
zwaren van het polderbestuur gekomen, dat
vreest voor niet voldoende afwatering wan
neer die terreinen worden opgehoogd. Er
moet een afwatering onder de Pijlslaan
komen. De onderhandelingen zijn nog niet
geëindigd, doch B. en W. zullen hun uiterste
best doen de zaak te bespoedigen.
De heer POPPE vindt dat die polderbestu
ren veel noten op hun zang hebben. Men
moest die besturen opruimen of hun macht
zeer beperken.
De heer SLINGENBERG is het daarmede
eens, maar op dit oogenblik hebben we er
rekening mede te houden. Er is niets aan te
doen. Spr. heeft zelf eens gepleit in een kwes
tie met het bestuur van den Schoterveenpol-
der. De Staatsraad stelde" het polderbestuur in
't gelijk.
Onderwijs.
De heer BOES heeft vragen bij B. en W.
ingezondeh of het niet mogelijk is de twee
klassen aan de Stoofsteeg, die slecht gehuis
vest zijn, onder te brengen in twee klassen
van de Dr. Kuyperschool aan de Rosehaghe-
straat Daar staan twee ongebruikte lokalen.
De heer BRUCH antwoordt, naar aanlei
ding van deze vragen en een schrijven van
het schooltoezicht, met het bestuur der Dr.
Kuyperschool te hebben onderhandeld. Al
hoewel die lokalen voor parallelklasse be
stemd zijn wil het bestuur ze gratis aan de
gemeente in bruikleen afstaan onder eenige
voorwaarden. B. en W. stellen voor dat te
doen. Spr. brengt dank aan den heer Boes
voor zijn wenken in dezen. Aldus wordt be
sloten.
Eenmanswagen.
De heer REINALDA herinnert er aan, dat
reeds lang geleden door hem de aandacht is
gevestigd op de kwestie van den eenmans
wagen. Nog altijd wacht de Raad op ant
woord. Wanneer komt dat? De kwestie
wordt urgent nu gisteren een dienstorder van
de directie verschenen is, waarbij de werk
tijden aanmerkelijk verlengd worden. Omdat
de Maatschappij er slecht voor staat, moeten
de arbeiders maar wat langer werken, meent
de Directie. Spr. heeft zich indertijd reeds
bereid verklaard een proef te nemen met den
eenmanswagen, maar meent dat invoering
daarvan alleen in overleg met B. en W. kan
plaats hebben. We moeten daaraan vasthou
den. Als de Directie optreedt, zooals tot nu
toe, dan moet de Raad nog scherper gaan
optreden. Spr. vraagt antwoord liefst vóór
26 November. Voor dien datum verzocht de
Directie ook antwoord der organisaties.
De heer SLINGENBERG zegt dat de kwes
tie van den eenmanswagen in de eerstvol
gende vergadering aan de orde zal komen.
De eindconclusie der tramcommissie is nu
binnen, of dan ook de nieuwe arbeidsvoor
waarden kunnen behandeld worden is een
andere vraag. Trouwens spr. meent dat het
nog maar een voorstel aan de organisatie is.
Eerst als het overleg met de organisaties is
afgeloopen, zal een besluit der Directie vol
gen en kan de Raad zien of, althans wat be
treft de N. Z. H. T. M., hij wat aan te mer
ken heeft.
De heer REINALDA meent dat de veilig
heid van het publiek door arbeidstijdverlen-
rring op den eenmanswagen in gevaar komt.
Die kwestie kan met den eenmanswagen
worden besproken.
Duvemoordcstraat.
Mevr. MAARSCHALK vraagt wat gebouwd
wordt op het weiland nabij de Duvenvoor-
destraat. Zij meende dat dit terrein bestemd
was voor openbaren weg.
De heer SLINGENBERG zegt dan ziin aan
dacht daarop reeds 'gevestigd is. Hij heeft
onderzoek gedaan, maar een aanvrage tot
bouwvergunning is nog niet ingekomen. Als
die komt zulten B. en W. de zaak onderzoe
ken. Intusschen doet spr. onderzoek of die
schutting daar mocht geplaatst worden. Spr.
weet het niet zeker, maar gelooft niet, dat
men daartoe bevoegd was.
W erlverschafflng.
De heer KLEIN wenscht de aandacht te
vestigen op we-kverschaffing. In dit verband
vraagt hij of B. en W. kunnen mededeelen
hoe het staat met de uitvoering der werken
rond de Amsterdamsche Poort en of spoedig
met werken aan de Groote Houthrug wordt
vcgonnen. Het is gewenscht, met het oog op
de werkeloosheid, daar spoedig aan te be
ginnen. Als wij een viertal bruggen bouwen,
bij de Amsterdamsche Poort, over het Zui-
der Spaarne, de Zomervaart en de Groote
Houtbug, beteekent dat heel wat werk. Kan
do wethouder van Financiën daarvoor niet
een leening op langen termijn sluiten?
De heer SLINGENBERG antwoordt dat
da werken can de Amsterdamse Poort
begin Januari zullen worden uitbesteed. De
volgende week zal de commisrie voor Open
bars Werken bijeen komen om te beraad
slagen welke werken nog spoedig kunnen
worden uitgevoerd.
'Burgeravondschool
De heer CASTRICUM brengt nog eens
aan de orde het aires der leeraren aan
de Burgeravondschool. De vaste leeraren
daarvan meemen dat zij minder salaris ont
vingen dan de tijdelijke leeraren. Naar
spr.'a meening hebben zy gelijk.
De heer BRUCH geeft een ingewikkelde
uiteenzetting van de kwestie. Naar rijn
meening zijn de leeraren niet tekort ge
daan.
De heer CASTRICUM is het niet eens
met den heer Bruch en andere Raadsle
den met hem. Andere Raadsleden wel.
Na eenig repliek en dupliek wordt de
discussie gesloten.
Cokesprjjzen
De heer CASTRICUM informeert nog
eens naar het verschil in ookesprijzeo te
Haarlem en te Schoten. In Schoten rirjn
die veel lager dan in Haarlem.
De heer HEERKENS THIJSSEN her
haalt wat hij in de vorige vergadering
daaromtrent zeid9. De cokesprijzen rijn
marktprijzen. Trouwens bij een vergelij
king met de prijzen in Amsterdam, Den
Haag en andere plaatsen is Haarlem met
zijn cokesprijzen aan den lagen kant Co
kes is een marktarükel. Nu is het waar
dat Schoten voor rijn ingezetenen de cokes
goedkooper levert Maar is dat een reden
voor Haarlem om dat ook te doen? We
weten dat de Schoten3ohe gasfabriek nooit
heeft uitgeblonken door goed economisch
beheer. Men betaalt daar fl.25. Men kan
den prijs wel op 50 cent stellen. Schoten
moet dat zelf weten, maar dat is geen
beheer.
De heer CASTRICUM meent dat het
wel gemakkelijk is te spreken van niet
goed economisch beheer, maar de vraag is
of ook in Haarlem de cokes niet voor
dien prijs kan geleverd warden. Men moet
bedenken dat Haarlem zeer dicht bij Scho
ten ligt
De heer HEERKENS THIJSSEN vindt
dat als Schoten rare dingen doet, dat voor
Haarlem geen reden is ook rare dingen
te doen.
De heer POPPE meent dat de gemeen
telijke bedrijven er zijn in 't belang der
bevolking. Nu weet men dat er in Ne
derland een kongsi van steenkoolhandela
ren is die de prijzen hoog houden In-
plaats dat de gemeente prijsrogelend op
treedt, doet zij meie aan die kongsi door
aan de marktprijzen vast te houden. De
winst die de Raad uit de gasfabriek wil
laten komen, moet er komen, maar voorts
zou spreker er voor zijn goedkoqpe cokes
te leveren.
De heer HEERKENS THIJSSEN betoogt nog
eens hoe nuchteir het denkbeeld is zich aan
de marktprijzen te houden en zegt dat men
uit andere gemeenten met genoegen de eekes
der Haarlemsche gasfabriek, waarvan erkend
is dat zij zoo goed is, wil afnemen tegen de
thans geldende prijzen. De directeur moet dat
tegenhouden anders was zij al weg geweest.
Het is toch dwaas de cokes goedkooper te
geven. Wat anders is een voofstel om de
cokes aan een deel der bevolking goedkooper
te leveren.
Aanslagbiljet
De heer CASTRICUM vestigt de aandacht
er op dat iemand voor de tweede maal een
aanslagbiljet over 1921 kreeg, en aanslag dien
hij reeds betaald had. Gelukkig had de man
de quitantie, en na veel wachten kwam hij
vrij van betalen, maar het is toch dwaas. Hij
raadt iedereen aan zijn betaalde aanslagbiljet
ten te bewaren om narigheid te voorkomen.
De VOORZITTER meent dat die klacht bij
de rijksadministratie thuis behoort.
De heer POPPE, betoogt dat dit wel eens
voor kan komen en geeft ook in overweging
de biljetten te bewaren. Vergissen is mensche-
'lijk,
Amsterdamsche Vaart.
De heer KUENEN wijst op den slechten
toestand van de Amsterdamsche Vaart. Kan
dat niet verbeteren? Die menschen betalen toch
straatbelasting.
De heer SLINGENBERG meent dat ook die
klacht bij de Rijksadministratie thuis behoort.
De weg is een Rijksweg.
Die menschen betalen geen slraatbelasting.
(De heer "KEJUNEN vraagt of don eerst
iemand verdrinken moet in een plas. Hij zai op
de zaak in de volgende vergadering terug ko
men. Hierna sluiting der vergadering.
192L
80
58
80
52
84S
Zondag hield het vischcollege „De Ver-
eenigde Visschers'' een onderlinrea wedstrijd
op baars in de Ringvaart tusschen Bennv-
broek en Li see. Er werd 8 stnks gevangen.
De prijzen werden als volgt gewonnen: le
prijs, Heitlager, 2 stuks, waarvan 1 13'-h
c.M. was; 2e prijs Draaisma, 2 stuks, 1
van 321/2 o.M. en 1 van 291/2 c.M.3e
prijs Diks, 2 stuks; 4e prijs G. Klaassen-
boer, 1 stuk; 5e prijs A. v. cL Wouden, 1
stuk. De wedstrijd had een aangenaam ver
loop.
KLASSE A.
In lokaal Korenbeurs ging in klasse A
Vriendenkring op bezoek, env,laatstgenoem
de club heeft rich nog kranig geweerd te
gen het s terke Korenbeurs. De thuisclub
speelde dan ook wederom een goeden wed
strijd.
De no. 3 van Korenbeurs speelde achter
eenvolgens 222725; de no. 4 maakte
in zijn partij in de 16e en 17e beurt 21
en S3j de no. 1 van Korenbeurs had e n
eindserie te noteeren van 53, terwijl no.
2 der thuisclub met een eindserie van 32
de partij uitmaakte. Ziehier de uitslag:
Korenbeurs: No. 1. 125; no. 2. 125; no.
3. 125; no. 4, 125; no. 5, 125. Totaal 625
caramboles.
Vriendenkring: No. 1, 31 in 14 beurten;
no. 2, 70 in 16 beurten; no. 3, 82 in 20
beurtenno. 4, 81 in 25 beurten, no. 5,
87 in 27 beurten. Totaal 349 oarambolcs.
KLASSE D.
VEREEN. 1921—SCHOTEN.
De Schotenaren gingen op bezoek bij
Vereen. 1921, en alhoewel hier niet schit
terend gespeeld werd, waren de partijen
spannend. De Schotenaren wonnen den wed
strijd met enkele caramboles. Hier volgt
de uitslag:
Vereen.
78
366
KLASSE B.
t>. E. S.OUD-MEERENSTEHs.
De wedstrijd gisterenavond in Iokrnl
Monopool gespeeld tusschen bovengenoemde
vereeniging is voor de thuisclub zoowel als
voor Oud-Meersnstein een tegenvaller ge
worden. Beide ploegen speelden ern slech
ten wedstrijd, waarop de no. 1 van Oud-
Meerenstein een uitzondering maakte en ia
22 beurten de partij uitmaakte. De uit
slag
Oud-Meerensteia
100
lOtf
ÖS
64
90
413