Indische Brieven.
BUITENLAND
"6 vloek van het rteld
Tweede Blad
18 April 1923
?H- Je het hooM-
beernS?teinnien over de rede van Rosenberg. Critiek op de Engelsche
coih„, ng* De kerkvervolging in Rusland. Een anarchistisch raoord-
0pi°t te Parijs ontdekt.
te u!er de Telegrammen: Pogingen om treinen met Fransche ministers
latr
St'
en ontsporen.
Debatten
r.esemann bepleit economische
in den Duitschen Rijksdag; dr.
toenadering tusschen Frankrijk en
hicrfSC'?'and* Reeds meer dan 20.000 personen uit het bezette ge-
Uitgewezen.
Het
EEN ENGELSCHE PERSSTEM OVER
ROSENBERG'S REDE.
GEM. BUITENL. BERICHTEN.
UIT DE PERS.
GEMENGD NIEUWS.
FEUILLETON
tNaar eene Engeishe veriellingj
7S
Et*;!, Wl UW s'raf zi-in dooh> g'J
XIII.
5s het u wel eens overkomen, dat
«e een geschiedenis verhalen hoordet zoo be-
Toevend, zoo in-Ironrig, dat het verhaalde u
en geheeien dag als een obcessie vervolgt,
a telkens weer de geheo'e geschiedenis niet
hare ellende u voor den geest komt
staain? En dat ze u toch bijblijft als iets
«öoois?
Het was bij eet der vete bezoeken, welke
j^e naar de „a pa riemen ten" van Pastoor v.
voeren, dat ilk in diens voorgalerij een
"gel je van een jaar of vijf aantrof.
Het was een armelijk gekleed jochie, die
21 jn kleine mieserigheid ach Ier de tafel
oud"'' we68®dolken als hij lag in een der
tii l "kroelen, welke shid-s onheugelijke
Ik™ V°°r "e kamer van Pastoor v. R. staan.
k 'elle niet erg op het vera!je. gewoon als
eertT48' mailmen en jongens van de meesl uit-
oopende soort, van de meest ondenschei-
trerrran® en ^nod. bij dezen priester aan te
de ra" zaS alleen, dat toen ilk aan
2ipn tÜ tari'ten ging hij ophield met
,,'n"eenengez\vaai en nog wat verder in den
y wegzakte.
°en eenige oogenblilkiken later Pastoor v.
aartkwam kreeg ik in der haast met
zLt?® korte zinnen de levenshistorie van dit
J°chae te hooren
en ^.."Hen chineesjc; zijn moeder is gestorven,
te ^'1® vader is vertrokken zonder adres op
ten >rven> 4ie doet niets moer van zich hoo-
"v n met bem hegimnen?"
B®stn aanii<Mag gaat hij naaT hel St.VmoenlSus-
Vorir 'e Buitenzorg. Maar ik moet er nog
Ik **f hij er heen wordt gebracht."
g volgde hem naar de zaal van den K. J.
ch'jn n.r de jongens bijeen waren. Het kleine
v. p SJe was ons, op een wenk van Pas'oor
Past roiïd'er een woord te zeggen, gevolgd.
Jtey c>or v. R. wenkte een der jongens, een
Wék* een jaar of twaalf, met een opge-
gez;cht.
"Piet, jij brengt hem vanmiddag, hè?"
"ja> Pasfloor."
'°e 'aat gaat de trein?"
Pa« half één' Pastoor."
vele T' rommelde Jn een van zijn
friet a'lij welke hij als altijd overvol heeft
notii|je 01 Palyier,jes- waarop een of andere
cemig kleine pakjes, waarin gewoonlijk
Sekrege dat hij voor een of ander doel
fr°or t, n en gaf dien jongen reisgeld
nen beidies.
HnhMD h<™ zo?. ]am* b'j j^
Piet ventje bij de hand nemend, ging
t- voegen bij de andere kornuiten.
Ik 'J_.en 'e hem?" vroeg pastoor v. R. me.
P-S. jjj- '1 rit in de eerste klasse van de H.
(je ja <v_w°ont alleen met zijn jonger hroer-
Pètak in de kampong."
de jonLaar: Pasrt««r, hoe in hemelsnaam is
j n daar terecht gekomen?"
fe de --a' dat 28 treurige geschi<
Hhhi
zoon
treurige geschiedenis. Hij
van een Hollandschen vader en een
,i i ni ren
en zjte moeder. Die moeder is gestorven
jongens ergens op Borneo. Doch de
gen not- h o'tots meer van hem. ontvan-
zijn geen geld meer van hem. Een tijdje
van hniis geweest bij een tante, zuster
rfij i moe<ter' Doch daar hadden ze het
üfV h*' w werden er eigenlijk mishandeld.
°'®en OTT,dat er geen geld voor hen werd
gel d- Toen is hij met rijn broertje weg-
en n" tien ze met hun beiden al-
p. 'n avmelilk huisje in de kampong,
'endi "Or'acln!e deze kinderen in die ei-
e?. kcm er met mijn begrip
P hoe rijn zullke dingen move-li ik?
rro'w "^n deze jongen gaat op de H.B.S.?"
"aar srth' gra'is-leerlinR. Voor dat hij
Oen, moet hij zijn broertje hei-
En 'toet 'n hnis'e alles op orde maken,
een 1 a 'e hii hen komt, is het er alllijd
^l^Offernimde boel,"
„Hoe komen ze dan aan eten?"
„O, hij kookt zelf. Maar ze hebben het
allertreurigst. Lnalst vroeg ik hem wat ze
alen. Droge rijst met zouil. En toen ik vroeg,
of ze dan nooit een stukje vleesch er bij na
men, antwoordde hij, dat ze daar geen geld
voor hadden."
Dat was het verhaal over Piet, zooals ik
het hoorde van Pastoor v. R.
Ik keek uit de verle naar hem, een lengen
jongen, zeer behoorlijk gekleed en heelema
geen „lijder" zooals hij daar ojigeweikt m
de anderen meedeed. Ik was op dal óogenbi
te zeer getroffen om nog naar meer hijzond»
heden te vragen.
Later heb iik hij den directeur van de H.
B.S. geïnformeerd, hoe het met zijne vorde
ringen op school slond, en vernam loen, dal
hij over het algemeen een goed rapport had.
Van Pastoor v. R. hoorde i,k nog. dat hij een
trouw lid van den Katholieken Jongelingen
Bond was en een echte katholieke jongen.
Men zegt heel veel kwade dingen van de
tegenwoordige jeugd, en in het bijzonder doel
men dal dan van de Indische.
Doch deze jongen.werkelijk, ik kon er
moeilijk woorden voor vindon, het gaat eigen
lijk buiten mijn voorstelling, wat in heit leven
mogelijk is.
Een jongen met een Eurotpeesche opvoe
ding, welke hij blijkens zijn gedrag en zijn
sproken loont behoorlijk te heidien gehad,
leerling op de H. B. S., die met zijn broertje
alleen in een armoedig kampong-huisje woon!
in een omgeving ach. lezer, ge weel hel nu
langzamerhand we! welke voor dien jongen
absoluut ongeschikt is om naar lichaam en
naar geest gezond te blijven, die, kind nog.
vecht tegen het leven, dal wreed voor hem
is, vecht voor zich en zijn broertje, en ric.ii
slaande houdt.
Ik vind dien jongen een kleinen held-
Het was na een lang gesprek met mijn
vrouw, dal iik korten tijd daarna aan Pastoor
v. R. vroeg, hoe het met Piet stond en of
esr nog wat voor de jongens gedaan kom wor
den.
Hij berichtte me toen, dat ze bij een oom
van hen Sn huis waren opgenomen, waar hij
hoopte, dat ze het goed zouden hebben. Er
was dus momenteel voor anderen weinig te
helpen.
Doch ik schrijf n dit verhaal voor mijn
Holtamdsche lezers, raar de werkelijkheid gie-
teekerad tol iin alle bijzonderheden. Alleen, de
jongen heet eigenlijk andiers, en de naam van
den priester, die over deze kinderen waakt,
heb ïk met een enkele letter aangeduid, zoo
als ik ook* van zijn zorgen voor hen slechts
een korte aanduiding heb gegeven.
Zij, die te Batavia bekend zijn, weten daar
uit genoeg af te leiden.
Doch ik schreef het speciaal voor n, Hol-
landsche lezer, die Imdië niet anders kent dan
van gesrhriften en plaatjes.
Misschien hebt ge ook wel eens de priesters
in de gToote Indische steden niet tol de eigen
lijke missionarissen gerekend; rij verrichten
zoo zegt men immers slechts parochie
werk in een gemeente van Europeanen. Ge
ziet nu, dat dit parochiewerk wal anders is.
dan men rich in Nederland voorstelt.
Het was de bekende Fra.nsche Katholieke
schrijver René Bazin, die in een rede voor de
..Corporation des Publicities Chretiens" zoo
treffend mooi onze taaJk beschreef, toen hij
er op wees dat onze zorgen ie de eerste
plaats moesten uitgaan lot „de armen, de
zwakken, de niet-bescherm.dien, de nïel-hcgre-
penen, de niet-bemimden, dlie naar de defi
nitie de eersten zijn onder onze broeders."
Rehooren de jongens, van wie ik hierboven
verhaalde, in onze Indische samenHeving niet
tot „de eersten onder onze broeders"?
i. A. M. de F.
VERCjOEDINGS VRAAGSTUK.
Plaaj^ Q'Jai d'Orsay heeft een bespreking
Mauci-8ebati tusschen Poincarè, Barthou,
de We;te en Seydoux ter voorbereiding van
COt®m; aamheden van de Fransch-Belgische
regelin Sl£ van onc'er2oek naar een algemeene
"S van het schadevergoedingsvraagstuk.
HïT HET BEZETTE GEBIED.
tetw^dag hebben de bezettingsautoritei-
ttiiHj® Duisburg in de stedelijke banken 8
etl mark in beslag genomen en bij de
staat millioen mark. Vermoedelijk
beslaglegging in verband met de
van de gemeente om de haar op-
QI e boete van 75 millioen te betalen.
Jnijn ptaal Degoutte heeft gister de bezette
n aan het Rijn-Herne-kanaal bezichtigd.
^AïJSeKE PERSSTEMMEN OVER
H REDE VAN ROSENBERG.
re^e kladen stellen eenstemmig vast, dat de
öfaap-f n Rosenberg geen enkel steentje bij-
Vfaao Vot de oplossing van het vergoedings-
vestuft en de taktiek van Duitschland be-
Uitjr dat' zooals de Action Fran?aise het
Otf, de ontwerpen van Parijs afwacht
Har? vervolgens onvervulbaar te ver-
meeste bladen zeggen, dat men uit
dep nberg's rede alleen maar vast moet bou
de 5an de bekentenis van den hinder, welke
heef. rbezetting Duitschland berokkend
gis v' welke bekentenis het Fransch-Bel-
om hun actie aan de Roer te
^Oherpen rechtvaardigt. De bladen leg
gen met de Matin nadruk op het feit, dat
dit de èerste keer is, dat de geallieerden hoo
ren spreken van het cijfer van 30 miljard,
dat, in tegenstelling met de verzekeringen
van Rosenberg, nooit door Bergmann is ge
noemd.
Terwijl zij zekere aanwijzingen opteeke
nen, dat een deel van Duitschland het hoofd
begint te buigen en dat de toestand voor
de geallieerden beverdigend is, besluiten de
bladen met te zeggen, dat de zaak der vergoe
dingen op den goeden weg is. Frankrijk en
België zijn evenzeer bereid vol te houden,
als het moet, als om te onderhandelen, wan
neer zulks noodig blijkt.
De diplomatieke medewerker van de „Dai
ly Telegraph" beschouwt Rosenberg's aan
bod als nutteloos. Het is wel een aanmer
kelijke vooruitgang bij de vroegere aanbie
dingen, maar toch nog onvoldoende om
Frankrijk te bevredigen of den steun van an
dere geallieerden te winnen. Hij betreurt het,
dat degenen, die te Berlijn aan de touwtjes
trekken, Cuno belet hebben een bedrag van
40 miljard voor te stellen, waardoor het aan
bod dan als mogelij ke grondslag voor beraad
slagingen onmogelijk .opzij had kunnen wor
den geschoven. Dit was de raad, die uit Lon
den en Berlijn werd gegeven.
DE ENGELSCHE BEGROOTING.
Zoowel in het parlement als in de pers
wordt de begrootingsrede van den kanselier
der schatkist goed ontvangen. De bladen be
schouwen de voorstellen van Baldwin als een
rechtvaardiging van de financieele politiek
door Engeland tijdens en na den oorlog ge
volgd. De zware heffingen, waaraan de be
lastingbetalers in die periode onderworpen
zijn geweest, beginnen thans vruchten te dra
gen en, ruw geschat, is de kanselier in staat
34 millioen van de belastingen te schrap
pen en van de inkomsten van het loopende
jaar niet minder dan 40 millioen te bestem
men voor schulddelging,
In City-kringen is men het algemeen eens
met het belang, dat Baldwin aan de schuld
delging hecht. De meeste bladen vinden dan
ook, dat dit de begrooting stempelt tot een
daad van gezond staatsmanbeleid.
Het bedrag van 40 millioen dat dit jaar
uit de staatsinkomsten zal worden aangewe
zen voor amortisatie zal volgens het plan het
volgende jaar tot 45 millioen en dan tot het
maximum van 50 millioen worden ver
hoogd.
De kanselier wees op hetgeen reeds be
reikt was, door het schuldvraagstuk wakker
ter hand te neme Daardoor was de binnen-
landsche schuld in vier jaar tijds met ruim
209 millioen verminderd, de dollarschuld
aan Canada was zoo goed als geheel gekwe
ten, de vlottende binnenlandsche schuld
was verleden jaar met 19 millioen ver
minderd en van de schuld, die dit jaar aflos
baar is gesteld, is reeds 64 millioen af
betaald en £104 millioen geconverteerd in
schuld op langen termijn tegen lager in
terest. De staatsschuld bedraagt thans
7,676,000,000 de werkelijke vermindering
heeft dit jaar 149 millioen bedragen. Het
totaalbedrag van de nationale schuld omvatte
bij het einde vin het financieele jaar een
buitenlandsche vordering ter hoogte van
1,155 millioen terwijl daartegenover ston
den vorderingen op de Dominion en de
geallieerden van 2,095 millioen. De in
komsten voor het loopende jaar zullen vol
gens raming 852 millioen bedragen zijnde
een vermindering van 61 millioen bij het
loopende jaar. De uitgaven, behalve de be
dragen bestemd voor de amortisatie, zijn
op 776 millioen geraamd. Meer dan 50
pet. van het zoo verkregen surp us van 76
millioen wordt bestemd voor schulddelging
en de rest voor belastingverlaging. Terwijl
in den loop van dit jaar de schatkist tenge
volge der belastingverlaging 34 millioen
minder zal ontvangen, raamt men het totaal
dat in een vol financieel jaar minder zal
binnenkomen op ruim 57 millioen. De
kanselier rekent dus in zekeren zin ook op
toekomstige bezuinigingen.
In het debat, dat in het Lagerhuis op de
millioenenrede volgde, critiseerde Ramsay
Mac Donald als leider der arbeidersoppo
sitie eenige onderdeelen der voorgestelde
belastingverlagingen, maar wenschte hij te
vens den kanselier geluk met zijn plannen
tot schulddelging.
Sir Alfred Mond, oud-minister en woord
voerder der nationaal-liberalen, meende daar
entegen, dat de belasting nog zoo hoog was,
dat de nijverheid er hinder van zou blijven
ondervinden en dat een verdere belasting
verlaging aan schulddelging had behooren
te zijn voorafgegaan. Hij drong er bij den
kanselier op aan niet alleen het oog geves
tigd te houden op wat Engeland aan het bui
tenland schuldig is, doch ook op wat andere
landen aan Engeland moeten betalen.
DE REGEERINGSCRISIS IN ZWEDEN
Men verwacht dat het nieuwe kabinet in
Zweden uiterlijk heden zal zijn gevormd.
SPANJE EN DUITSCHLAND.
Het blad Correspondencia Espana zegt,
dat de Spaansche industrieelen en kooplieden
zich sterk beklagen over de behandeling,
die zij van de zijdeder autoriteiten in Duitsch
land ondervinden. Het blad wil,dat de Spaan
sche autoriteiten tot represailles overgaan,
als aan de slechte Duitsche behandeling niet
spoedig een einde komt.
EEN VREDESOPROEP.
Het uitvoerend comité van den „Alge-
meenen bond voor internationale vriend
schap door de kerken", bestaande uit ver
tegenwoordigers van de nationale comité's uit
24 landen, smeekt de christenen van alle
volken zich in den geest van Christus te
verzetten tegen alle invloeden, die strekken
tot ontwikkeling van nationalen eigenbaat en
onvermoeid te werken voor de schepping van
een geest van goeden wil en wijsheid, opdat
de internationale geschillen door verzoening
en arbitrage beslecht kunnen worden. Een
uitgebreide en verbeterde Volkenbond is
het eenige middel om oorlogsgevaar te be
zweren.
DE KERKVERVOLGING IN RUSLAND.
In antwoord op eenige vragen, die in het
parlement gesteld zijn over den strijd van
de sowjet-regeering tegen den godsdienst,
heeft Mc. Neill, onderstaatssecretaris voor
binnenl ndsche zaken gezegd, dat Benjamin,
de metropoliet van St. Petersburg, na een
proces, dat drie weken geduurd had in JfH
van het vorig jaar ter dood veroordeeld was en
dat er alle reden was te gelooven, dat hij sedert
dien doodgeschoten was.
DE BINNENLANDSCHE STRIJD IN
CHINA.
De troepen uit K wan "si, onder bevel van
Sjen Hoeng Jin, die door Peking benoemd ls
tot waarnemend militair gouverneur van
Kwantoeng, hebben gisteren Kanton aan
gevallen. De troepen, uit Joennan, die Soen
jat Sen steunen, hebben tot dusver de aan
vallen af weten te slaan. De strijduurt
voort.
EEN ANARCHISTISCH MOORDCOM
PLOT TE PARIJS?
Bij het onderzoek in zake den moord op
Marius Plateau, redacteur aan de Action
Fran?aise en leider van de zoogenaamde
Camelots du Roi, was ook een Spaansch-
anarchist in hechtenis genomen, die in het
zelfde hotel gewoond had als de moordenares
Germaine Berton. Uit de nadere onderzoe
kingen zou gebleken zijn, at dit hotel een
waar hol van anarchistische samenzweerders
was. Er tou een complot gevormd zijn tot
het vermoorden van verscheidene Fransche
politieke persoonlijkheden.
UIT RUSLAND.
Omtrent de geschillen in den boezem der
Russische communistische partij meldt de te
Helsingfors verschijnende Dni
Niettegenstaande het 12de congres der
Russische communistische partij steeds meer
nadert, is men er nog niet in geslaagd de
geschillen, welke dateeren van den tijd, dat
Lenin gedwongen was zich uit dé partij
politiek terug te trekken, op te lossen. Een
gedeelte der arbeiders met Kamenef aan het
hoofd sprei kt openlijk zijn ongenoegen uit
over de processen tegen Zjeplak en Tïchon.
De leus van den strijd tegen den godsdienst
heeft de door Lenin meest urgent geachte
kwestie van de reorganisatie van het staats
bestuur en van den strijd tegen bureaucratie,
op den achtergrond gedrongen. Deze groep
is tevens van meening, dat de aanval op den
godsdienst, welke thans ondernomen wordt,
zoo impopulair is in Rusland, dat ze niet van
gevaar ontbloot is.
Het vermoeden wordt uitgesproken, dat
het uitstellen van het proces tegen Tichon
verband houdt met de bovenvermelde stroo
ming in de communistische partij en met
pogingen om nog vóór het partij-congres tot
bijlegging van de bestaande geschillen te
komen.
In verband met de aanstaande opening
van een al-Russische landbouwtentoonstel
ling te Moskou zullen daar een aantal bijeen
komsten worden gehouden, waarop ver
schillende onderwerpen op het gebied van
den landbouw in behandeling zullen komen.
Tot die conferentie zullen ook buitenland
sche autoriteiten op landbouwkundig ge
bied worden uitgenoodigd. Voor de buiten
landers zal een speciale studie-excursie door
Rusland georganiseerd worden. Gelijktijdig
met deze tentoonstelling zullen in Moskou
en Wladiwostok jaarmarkten georganiseerd
worden, waaraan ook de Kaukasus zal deel
nemen.
De Prawda bevat een aantal door het cen
traal comité der communistische partij aan
genomen stellingen van Trotski inzake de
organisatie van de nijverheid. Trotski is van
meening, dat hetgeen de partij op het oogen-
blik op politiek gebied nastreeft, namelijk de
samensmelting van het proletariaat met den
boerenstand en verbetering van de materieele
positie der arbeiders alleen mogelijk is op
den grondslag van ontwikkeling van de nij
verheid. Onder hetgeen hij dan voorstelt
voor die ontwikkeling is ook het protectio
nisme, dat dan voor de gelegenheid „socia
listisch protectionisme" genoemd werd gelijk
Lenin zijn naar het kapitalisme terugkee-
rende politiek „staatskapitalisme" noemde.
Blijkens de laatste statistische opgaven
bestond de bevolking van Moskou op 15
Maart 1923 uit 1.542.870 zielen (het garni
zoen inbegrepen). In de laatste twee en een
half jaar is de bevolking met 515.538 zielen
toegenomen. Dit is zoo goed als uitsluitend
te danken aan vestiging van buiten, want
het aantal geboorten in de stad overtrof het
aantal sterfgevallen met niet meer dan 8000
per jaar.
Op het oogenblik is de bevolking van
Moskou ongeveer even groot als in 1910.
Het hoogs'e aantal was bereikt in 1916, toen
Moskou 2.030.000 inwoners telde.
De huidige bevolking der stad bestaat
uit 769,294 mannen en 773,580 vrouwen.
Loenatsjarski, de volkscommissaris van
onderwijs, heeft voorgesteld bijzondere maat
regelen te nemen om te voorzien in de be
hoeften van het onderwijs in de streek van
Kazan, waar op het oogenblik een ernstige
financieele crisis heerscht in verband met
de onrustbarende duurte, welke een gevolg
is van den hongersnood. Het meerendeel van
het onderwijzend personeel uit Kazan heeft,
wanhopend aan de reeds lang toegezegde
verbetering hunner materieele positie de
stad verlaten, met het gevolg, dat het middel
baar en hooger onderwijs in Kazan thans
zoo goed als stil staat.
De raad van volkscommissarissen heeft
het plan opgevat tot het doen uitgeven van
een Russische encyclopedie.
AMERIKA EN HET INTERNATIO
NAAL HOF VAN JUSTITIE.
Volgens de New York Herald heeft de
brief van oud-president Wilson, waarin hij
Zich tegen Harding's plan tot „voorwaarde
lijke" toetreding tot het internationaal hof
in den Haag wendt, in beide partijen groote
beroering gewekt onder de leiders. De demo
craten zijn zelf over de toetreding tot den
Volkenbond, welk vraagstuk Harding dacht
te omzeilen, maar dat nu door Wilson's
scherp stellen van de zaak ineens weer aan
de orde is gekomen, verdeeld. De voor
standers van den Bond juichen natuurlijk
Wilson's stap ten zeerste toe, terwijl de de
mocratische senatoren, ook al hebben zij
geen belangstelling voor den Bond, er door
versterkt worden in hun verzet tegen Har-
dings plan. De zaa waar het in wezen
om te doen is, de toetreding tot den bond,
kan dan altijd later nog worden uitgevoch
ten. Wat de republikeinen betreft, bestaan er
volgens den New-Yorkschen corresp ndent
van de Daily Telegraph vijf stroomingen.
De eerste groep, onder leiding van Hoov r
en Hughes, is uit den aard der zaak voor het
regeeringsplan, een tweede groep, waarvan
senator Mc. Cormick de leide? schijnt te
zijn, wil den strijd buite i president Har
ding om laten uit echten, de derde bestaat
uit de onverzoenlijken, waarvan de sena
toren Moses, Brandagee en Johnson de voor
mannen zijn, de vierde is die der voorstan
ders van een vriendschappelijk verbond van
staten, een verbetering van den Volkenbond
van Versailles en de vijfde omvat hen, die
van meening zijn, dat het regeeringsvoorstel
niet ver genoeg gaat, al zou senator Borah,
die tot deze groep behoirt, toch nog terug
schrikken an de radicale oplossing van
onvoorwaardelijke toetreding tot den Vol
kenbond, zooals Rouse en Wilson voorstaan.
De beste weg, zoo zei toch Wilson in zijn
brief, zou zijn toe te treden tot den Volken
bond en de volle verantwoordelijkheid te
aanvaarden, welke het statuut van den Bond
oplegt.
Volstead, de man van de beruchte drank
wet in de V. S., die bij de jongste verkiezing
verslagen is door een man, die voorgaf nog
droger** te zijn dan hij, heeft zich thans voor
goed uit de politiek teruggetrokken. Vrijdag
heeft hij afscheid genomen van president
Harding. Hij weigerde vervolgens geïnter
viewd te worden of voor de fotografen te
poseeren, waarop deze heeren, die voor geen
geruchtje vervaard zijn, hem letterlijk tot
het station achtervolgd hebben. De heer Vol
stead slaagde er echter in de fotografen te
ontloopen. Intusschen willen de democraten
bij de verkiezing van het volgend jaar ook
de drankwet inzet van den strijd maken,
door in hun programma een „natte" para
graaf op te nemen. Zij schijnen voorloopig
daarbij dezen weg te willen inslaan, dat zij
de bondswet in stand houden, doch eiken
staat zullen toestaan zelf te bepalen hoe hoog
het alcoholpercentage van lichte wijnen en
bier mag zijn. Het staat vast, dat zij in het
„natte" Noord-Westen van de Unie vele
stemmen zullen winnen, terwijl men hoop
heeft, dat de Zuidelijke Staten, welke in
hoofdzaak „droog" zijn ter wille van het ne-
gervraagstuk, nog zoo aan het beginsel van
de rechten der Staten zullen gehecht blijken,
dat zij eveneens voor keuze per staat zullen
stemmen. Men verwacht in net verkiezings
college, dat feitelijk den president kiest, een
meerderheid van 90 stemmen voor de „natte"
paragraaf.
De heer E. H. Mary, de president-com
missaris van de U. S. Steel Cy. heeft op de
jaarlijksche algemeene vergadering dier maat
schappij een aanval op de immigratiewet ge
daan. De wet tot beperking van de immigra
tie, zei hij, was een van de domste dingen,
welke de Ver. Staten in oeconomisch opzicht
ooit hadden uitgehaald. Aan de overzijde
van den oceaan is er een overvloed van werk
krachten, die dankbaar zouden zijn als zij
in de Ver. Staten aan den slag mochten gaan,
doch de immigratiewet laat slechts enkelen
hunner toe.
De commissie voor de consolideering
van de oorlogsschulden heeft gisteren mi
nister Mellon gemachtigd de overeenkomst
dienaangaande met Finland te teekenen.
Bij de jongste gemeenschappelijke
leger- en vlootmanoeuvres is aan het licht
gekomen, dat de verdediging van het Panama
kanaal onvoldoende is. Minister Weeks be
schikt echter reeds over plannen tot verbete
ring en heeft daarover gisteren een b s ireking
gehouden met senator Wadsworth, den voor
zitter van de militaire commissie uit den
Senaat.
Tot dusver bestond in de haven van
New York de gewoonte, dat reizigers, die
hun boot misten, als zij niet al te veel te
jaavwaren met een sleepboot de boot achter
na gingen, die zij dan meestal nog wel in
haalden, voordat de volle zee bereikt was.
Deze wijze van doen was in zooverre ver
werpelijk, dat het overstappen aan boord
van de mailboot voor den passagier levens
gevaarlijk was, terwijl ook de sleepboot
zelf soms in een gevaarlijke positie kwam.
De stoomvaartmaatschappijen hebben be
sloten hieraan een eind te maken en zekere
heer A. B. Peck was Zondag bij het vertrek
van de Andania van dien nieuwen maatregel
het eerste slachtoffer. Terwijl hij op den stei
ger afscheid nam van familie en vrienden
ging de boot, welke zijn bagage al aan boord
had er vandoor. De heer Peck beweerde bij
hoog en bij laag, dat het sein, dat „allen aan
boord" moesten zijn, niet was gegeven en
dat de maatschappij hem dus nog aan boord
moest brengen, maar de ambtenaren vaa
de Cunard bleven onverbiddelijk en de heer
Peck zal nog een koffer moeten pakken en de
volgende boot nemen.
In het Oosten der Ver. Staten is het
Zondag een der koudste dagen geweest,
welke ooit om dezen tijd van het jaar zijn op-
geteekend. De temperatuur kwam den ge-
heelen dag maar even boven het vriespunt.
Te Philadelphia is drie duim dik sneeuw
gevallen, te Alatoona zes duim dik en te
New York wachtte men 's nachts ook een
flink pak sneeuw.
Volgens een telegram uit Guayaquil
is de vulkaan Tungaragua in heftige wer
king. Geweldige vlammen stijgen uit den
krater omhoog en er vallen witgloeiende
steenen neer in den omtrek van de stad
Riobamba, welke met asch en zand overdekt
is.
De lage streek op de grens van de
Mexicaansche provincies Vera - Cruz en
San Luis Potosi wordt geteisterd door hevige
aardbevingen. De verschrikte inwoners ont
vluchten hun huizen en begeven zich naar
de stad San Luis Potosi.
Branting vertrekt heden naar Genève
om deel te nemen aan de vergadering van
den Volkenbondsraad.
DE STEMBUSUITSLAG.
Het resultaat van de Statenverkiezingen
besprekend, komt „De Maasbode" tot de
volgende conclusie:
„Alles bijeen is deze stembusuitslag een
gevoelige les voor de linksche politici, wier
invloed in de gewestelijke besturen, aan
merkelijk is gekortwiekt. Zagen zij voor een
deel althans hun politieke beginselen niet
geprotegeerd door een dertiental vertegen
woordigers van groepsbelangen, dan zou men
mogen vaststellen, dat zij niet minder dan
40 geestverwanten uit de gewestelijke be
sturen zien gebannen. Rekent men bun Plat
telanders tot de volbloed staatkundig-vrij
zinnigen, dan is de verhouding tegenover
vroeger nog 257230.
De rechterzijde over het geheel genomen
mag met dezen uitslag tevreden zijn."
De A. R. „Standaard" zegt:
„Alles te zamen genomen bracht de Sta-
tenstembus in de verhoudingen op politiek
gebied geen groote verandering. Zij toont een
stabiliteit in de overtuigingen, die geen ge
ring voordeel biedt."
De „Nederlander" beschaamd.
Nu het resultaat van de stemming in tien
provinciën bekend is, is de Chr. Hist „Ne
derlander" waarlijk beschaamd over de uit
komst.
Buiten Noord-Brabant, waar het hoofd-
stembüreau op dit oogenblik nog bezig is
den einduitslag vast te stellen, zijn gekozen
72 Chr. Historische Statenleden, d.i. een toe
name met 20 leden, of met ruim 38 pet.
„Maar tot de Christelijk-Historische Unie
zegt deze uitslag zeer ernstige dingen. Wij
gaan vooruit. Het Nederlandsche volk toont
ons beginsel te kennen en ons beleid te ver
trouwen. Wij zijn er dankbaar voor. Maar
nu klinkt ook de roep tot ons allen: „Gordt
u aan, laat uw beginsel zich verdiepen, laat
uw arbeid zich verbreeden, aanvaardt de
taak tot oplossing van nieuwe en moeilijke
vraagstukken, opdat gij voor God u kunt
verantwoorden over de wijze waarop gij Zij
nen zegen en des volks vertrouwen hebt ge
bruikt!"
Het „Hbld." vestigt in het bijzonder de
aandacht op de groote winst, die de chris-
telijk-historischen bij de provinciale stem
bus hebben behaald ten koste van den Vrij
heidsbond.
Kon men bij de Kamerverkiezing nog een
opschuiving naar religieus- en naar econo
misch rechts onderscheiden, thans hebben
zich die twee bewegingen saamgetrokken in
één strooming van min of meer conservatie
ve gematigdheid, die zich van den Vrijheids
bond afwendde en vanzelf zich richtte naar
de meest verwante groep van rechts: de
Chris telijk-historischen. Die zijn trouwens
nu eenmaal, of ze willen of niet, door hun
geheele politieke situatie het meest aange
wezen aantrekkingspunt voor het protestant-
sche conservatisme.
Het protestantsche conservatisme heeft in
1922 reeds duidelijk gezegd: Niet bij den
Vrijheidsbond. Het heeft thans zeer duide
lijk uitgesproken wat het toen nog niet zoo
stellig verklaarde: En wèl bij de Christeljjk-
bistorischen.
Dat is de voornaamste beteekenis van de
zen stembusuitslag.
De ervaringen dezer Statenverkiezingen
maken den stemplicht wel geheel onhoud
baar, schrijft „Het Volk". Het is duidelijk,
dat dit instituut in de steden zoo goed als
elke kracht verloren heeft; het groot aan
tal wegblijvers maakt daar een vervolging
dier tienduizenden practisch onmogelijk.
Daarentegen worden in de dorpen de wet
telijke voorschriften wel toegepast. Zoo is er
feitelijk stemplicht voor het platteland, maar
niet voor de steden. Het gevolg is, dat de
stemplicht in agrarischen zin werkt, even
als vroeger van de bepalingen van het kies
recht-Van Houten het ongewild gevolg was.
Het algemeen kiesrecht wordt aldus onzuiver
in zijn werking, wat onder ons stelsel van
evenredige vertegenwoordiging des te erger
is. Het platteland wordt door den stem
plicht ondersteund tegenover de steden,
krijgt een naar verhouding sterker vertegen
woordiging.
Dit kan, schrijft het soc. orgaan, niet be
stendigd blijven. De handhaving van den
stemplicht, is onmogelijk geworden. De mi
nister-president heeft in de Eerste Kamer
reeds medegedeeld, dat hij een voorstel tot
afschaffing overweegt, zij het op andere
gronden, wijl de wet tot een aanfluiting is
geworden.
DE OPLICHTING VOOR f50.000
Nadere bijzonderheden
Omtrent de oplichting voor 50.000, valt
nog het volgende te vermelden
De Duitsche firma had met het oog op de
bezetting van het Roergebied een groote som
geld overgemaakt aan haar agent te Rotter
dam.
Op 28 Maart ontving deze agent een draad
loos telegram over Scheveningen uit Duitsch
land, waarin hij opdracht kreeg een gedeelte
van het gezonden geld*over te maken op de
postrekening van Otto Behrend, deviezen-
makelaar, den Haag. Een uur nadien ontving
de agent van Otto Behrend een telegram,
waarin deze zeide van de Duitsche firma
bericht te hebben ontvangen dat er 50.000
op zijn rekening zou worden overgemaakt.
De agent te Rotterdam schreef het bedrag
over en bevestigde de opdracht schriftelijk
aan de Duitsche firma. Wel verwonderde de
agent zich, toen op 6 April weer een telegram
van den procuratiehouder van de Duitsche
firma kwam, met de opdracht het geld over
te maken op een bank in Rotterdam. Maar
de agent telegrafeerde terug „Zie brief,
resteert slechts zooveel." Waarop de procu
ratiehouder telegrafisch antwoordde als
dat zoo is, maak dan het restant maar over.
Na deze telegrammenwisseling op 10 April
arriveerde de brief eerst in Duitschland. De
Duitsche firma telegrafeerde nu terug „Otto
Behrend is ons onbekend. Hebben nooit op
dracht gegeven. Onderzoek de zaak."
Onmiddellijk toog de agent naar den Haag.
In den gids van denPostcheque- enGirodienst
stond als adres van Otto Behrend Bezuiden-
hout vermeld. Aan het bewuste adres was
echter niets bekend. Otto Behrend was er
nooit geweest. Via de Post kwam de agent bij
de recherche, die de zaak onderzocht. Toen
bleek dat Otto Behrend in Juli 1922 een post
bus gehuurd en een rekening geopend had
bij den Postcheque- en girodienst. Als adres
had hij opgegeven Bezuidenhout, maar alle
correspondentie moest naar de -postbus.
Behrend stortte 30, betaalde daarvan 3.30
onkosten voor formulieren en later 5 voor
huur van zijn postbus. Daarna heeft hij er
feen gebruik meer van gemaakt, dan nadaV
ij in zijn postbus het advies gevonden had,
dat er 50.000 was overgemaakt. Op 31
Maart haalde hij ƒ22.000. Op 4 April nog
maals ƒ22.000. Zes duizend gulden bleven
nog staan. Na 4 April moet Behrend er van
door zijn gegaan. Want de afrekening van
dien datum is niet afgehaald uit zijn postbus.
De vorige week ontving de agent te Rot
terdam nog een kaart uit Hannover met de
mededeeling „Alles richtig erhalten, wegen
O. B. en dan stond een kruisje. Maar het
toppunt is, dat Otto Behrend Zaterdag van
Hannover aan den Postcheque en Girodienst
te 's Hage opdracht verstrekte, de resteerende
6000 over te maken aan den gedupeerden
bpT" Verwacht gij genade van mij, uw diep
eodigde vrouw, de vrouw die u eenmaal
hartstochtelijk beminde, tot zij den
h^ uar, die zijn rol zoo uitmuntend gespeeld
in een deugniet zag veranderen?
1 antwoordde niet.
eij^T b,€rI>ert Vaughan, gij kunt gaai! xyaa^
luie, '\.eu moet mij mijne treurige vri/'-'d
&Ww malteen heengaan, uw knagen'l
"«eland voor goed verlaten.
versla u niet, zeide hij, terwijl hij
'trïuiov<!r 'n z'in sl°el leunde en haar van
'Jde bezag.
r''Jn advokaat heeft een akte van echt-
gij _"J-g opgomaak-t, die gij moet teekenen;
Hij 1 daarbij de bekentenis afleggen van
°ttschukl en uw trouweloosheid. Moge
God u verbeteren en u niet verlaten, zooais ik
u verlaat!
En verder?
Ik verlang dat gij Engeland verlaat, dit
is de eenigste voorwaarde die ik stel aan mijn
vergiffenis voor uw verraad. Canut, voer zij
voort, terwijl zij zich lot mij wendde, gij zult,
hoop ik mijn inzichten, niet tegenwerken, ik
heb het aan Janet beloofd, het is mijn uit
drukkelijk verlangen, dal aan dien man den
tijd worde gegeven om lo-l iinkeer te komen.
Dat zal hij nooit.
Laat hem niettemin vrij heengaan. Het
is wel is waar geen rechtvaardigheid; maar,
o broeder, hel is barmhartigheid de barm
hartigheid eener vrouw voor ai zijn godde
loosheid.
Ellen, zeg mij, of er in uw hart nog een
vonk smeult der oude liefde; of er nog iels
overgebleven is van de oude betoovering voor
dien schurk?
Ik gevoel niets dan afgrijzen voor hem.
Dan moge hij gaan; dan moge hij nu en
vo«or ecuw'g in de duisternis verdwijnen.
_i— Waar is de akte? vroeg Vauglhan.
gl'Ien haalde dezelfde te voorschijn; hij zag
ze ha¥js"S onderteekende de akte, en ver-
wijclcrüte rich met wankelenden stap.
Ikik wil nu heengaan. Ik snak naar
lucht.
Als gij u van allen veriaten, alleen oP
uw eenzamen weg bevindt, en uw geweien u
aanklaagt, poog dan te bidden, om een nieuw
hart en een heiliger leven, sprak Elién.
Neen, niet alleen, zeide Janet, terwijl zij
hem naderde; als hij, met betere voornemens
bezield, een nieuw leven wil beginnen, kan hij
op mijn trouwen wil blijven steunen.Hoer Vaug
han, gelooft gij, dat ik alles uit een goed hart
deed, en alle mogelijke pogingen heb aange"
wend om uw ziel te redden? Wilt gij mij ver
gunnen u te blijven dienen, u overal Ie volgen
tol mijn dood toe? Mijn geloof en rnijn hoop
op u zu'Jen herleven, want ik hob u nog even
lief, is loen ik u als een hulpeloos wicht „n
mijn armen hield, toen uw moeder nog leefde-
Ik zal alleen mijn weg gaan, ik heb ge
noeg van spionnenl Ik ben het leven moede.
Hij ging mot dezelfde wanke'ende schreden
naar de deur, en deed een gebaar o-m zijn
zuster terug le wijzen, die hem wilde naderen
om hem le zeggen, dat ook zij hem vergaf.
Aan de deur stond de vrouw, die hij had ge
hoopt te trouwen, met streng en somber ge
laat dit gansch-e looneel aan Ie zien.
Dit alles lijd ik om uwentwille, zeide hij,
terwijl hij haar voorbij ging.
Zij bewoog zich niet om hem terug te hou
den, maar ging op zij, en zij stond nog altijd
roerloos en mot stijf gevouwen handen, lang
nadat het gerucht zijner voetstappen in de
niarmeren gang was weggestorven, nadat de
deur met een zwaren slag achter hom was
dichtgevallen, en hij door regen en mist naar
zijn huis was gegaan.
Dat huis was ook door de dienstboden ver
laten, die hij bevolen had de vorige week te
vertrekken.
Ellen slond naast Janet; zij boog zich over
haar heen en poogde haar te troosten, ook
Mary verliet mijn zijde om haar te bemoedi
gen, die door de beproeving van dien dag zoo
zeer overstelpt was.
Ik wendde mij tot juffrouw Ray, die niet
opzag toen ik haar naderde.
Leily, dit alles is met het beste inzicht
geschied.
Dal zegt men, luidde t antwoord, dat
op bitleren loon uilgesproken werd.
Gij betreurt zeker nieb dat de zaken der-
gelijken loop genomen hebben? Gij hebt eer
der reden om God voor uw redding te dan
ken.
Het verheugt mij, dat ik nw zuster ver
keerd beoordeeld heb; het spijl mij, dal ik
niijn eigen dwaasheid niet verschoonen kan;
ik erken, dat hij zijn verdiend loon, en, dat
gij meer dan genadig geweest zijl.maar
dit allc^ maakt mij niet dankbaar.
Waarom niet?
Omdat mijn rampspoed nu begint; mijn
leven zal voorlaan eenzaam en verla-len zijn!
Gij geeft u aan sombere wanhoop over.
Elk meisje, dat een edel hart heeft, zou zich
verblijden nog in tijds gered te zijn. Letly gij
zult dankbaar zijn, als gij Later over bet ge
beurde nadenkt.
Gij hebt van uw zuster! gehoord, dat zij
van haar liefde voor Herbert Vaughan gene
zen is Hel was bij haar een betoovering, een
dwaasüeid waarop zij terug is gekomen. Ik
kan mijn liefde niet uil mijn hart verbannen,
omdat hij die liefde onwaardig is; ik heb hem
daartoe te lang en te trouw betnindl
Maar.
Mijnheer Gear, ik wil niets meer hooren.
Hij is de grootste schurk, hij is een lafaard,
die het leven eener vrouw heeft verbi!lerd, en
haar heeft willen vermoorden, maar.... niel-
tegenslaande dit allesbemin ik hem nog!
Dat is onverklaarbaar!
Hij is nu arm, verlaten en eenzaam in
de wereld. Zijn ondergang is zeker, als hij
alleen blijft en geen vriend hem den rechten
weg wijst, om met een door beproeving ge
louterd hart een nieuw leven te beginnen. Ver
geef mij., gij moogt mij van het ergste ver
denken, maar.... ik moet gaanl
Gij rijt betooverd.
Ik moet gaanl fluisterde zij op een zach-
fen, ernstigen toon, di? mij door het hart
sneed. Wal er ook gebeure, ik moet hem vol
gen!
Met gevouwen handen ging zij langzaam de
kamer uil naar het voorhuis, als een vrouw,
wier brein beneveld was, door de ongelukken,
die haar getroffen hadden.
Ik heb sedert altijd getwijfeld of zij op dat
oogenblik wel bij haar zinnen was; die vraag
heb ik nooit goed kunnen oplossen.
Ik zag rond mij heen.
Niemand had o|igemerkt, dat Letty zich
verwijderd had. Men sprak nog ernstig met
Janet. Moeder had rich ook met mijn kind
op den arm bij hen gevoegd. Jozef alleen
gluurde mij van ter zijde aan. Ik volgde Letly,
die ik aan de groote buiten-deur, met de hand
aan de klink vond.
Verschoon mij, juffrouw Ray, waar
gaat gü heen?