Indische Brieven. BUITENLAND De Gouddelvers. Tweede Blad 3 Mei 1923 De tekst van het Duitsche aanbodFransche en Engelsche persstemmen. De Engelsche vlootbasls te Singapore. De troepenbewegingen aan de grens van Syrië. Het pan-Amerikaansche congres mislukt. Onder de Telegrammen: De houding van België, Amerika en Engeland tegenover het Duitsche aanbod. Een rede van Cuno over het Duitsche aanbod. De ministercrisis in Zuid-Slavië opgelost. De Manch. Guardian zegt,aat onversaHi- lig welk bedrag er wordt aangeboden, het getal toch in de lucht blijft hangen, zoolang de vooruitzichten, dat er een leening tot stand komt zoo vaag zijn als op het oogen blik. Dit moet zoo blijven tot men de uit werking heeft kunnen nagaan, welke de an dere voorstellen voor een regeling op het Duitsche economische leven hebben uitge oefend. De vooruitzichten voor deelneming aan zulk een leening zijn niet goed, zoolang de Duitsche financiën niet geheel zijn ge reorganiseerd en het industrieele leven niet gevrijwaard is tegen ingrijpen door derden. GEM. BUITENL. BERICHTEN. KERK EN SCHOOL KUNST EN KENNIS. UIT BOEK EN BLAD. FEUILLETON. XIV. ïn de laatste maanden zien we hier te Ba tavia een stroom van vreemdelingen debar- fkeeren, die een bezoek komen brengen aan tiet „schoone eiland Java". Er was 'n tijd, dat 't speciaal Japanners wa ren, die bijzondere belangstelling toonden voor deze landen: de Zuidzee-eilanden zooals deze door hen werden genoemd naar de ligging ten opzichte van hun eigen land. Hel op merkelijke bij deze Japansche tour;sten was, dat ze bijna immer met foto-toestellen rond liepen, en wel eens werden aangetroffen in wat te onmiddellijke nabijheid van de kusl- forten. Er werd in dien tijd zeer nauwlettend toegezien op het doen en laten van deze vreemdelingen. Wat door sommigen, die van „belachelijke spionnenvrees" spraken, over dreven werd gevonden. De onrust in de we reld-politiek werkte echter dergelijke spion nen-vrees in de hand, zoo zelfs, dat men in eiken Japansehen toko-houder of hande laar een vermomd Japansch officier zag. In derdaad was het feit, dat sommige van die winkels, zonder eenige cliënlèle van beteeke- nis, toch maar voort bleven beslaan, wel van een aard om achterdocht te wekken. Momenteel is het groote publiek ten op zichte van deze menschen blijkbaar gerust gesteld'; er wordt althans weinig meer over hen gesproken. We beleven nu een tijd van vreedzame in vasie van onverdachte vreemdelingen, voor het allergrootste deel Amerikanen. Sinds korten tijd ligt nu het tweede groote Amerikaansche touristensdhip aam de kade 1e Tandjong-Priok de „Resolute", een driepij per, welke vroeger als „Brabantia" onder de vlag van de Koninklijke Hollandsehe Lloyd gevaren heeft. !>e*e Amerikanen, die bij hun „trip" over hel Oostelijk halfrond in het voorbijgaan „are doing Java", brengen natuurlijk heel wat verlier en beweging in de stad, plus aanzienlijke verdienste voor de hotelhouders, auto-verhuurders en verkoopers van curiosa. Het aantal goed-klinkende d'ollars, welke Vleze Amerikanen, bij honderden tegelijk het land binnenvallend, lalen rollen, is ongeloof lijk groot. Het „Hotel des Indes", dat ge woonlijk de meeste van deze gasten opneemt, heeft een permanente tentoonstelling van In dische kunstvoorwerpen. Behalve daar, koopen deze kooplustige Amerikanen in de winkels en op straat alles, wat zij meenen dat een aardig aandenken kan vormen aan hun bezoek aan Java. Zoo vertelt men hier, dat een dezer Yankee's van een inlandsoh sado-koetsier de gebatikte pantalon afkocht, welke deze droeg. Wanneer ik aan de snit denk van deze pantalons, geknipt voor ieders gebruik, dan zon ik wel een kwartje willen geven om er tegenwoordig te zijn op het moment, dat dit duurgekochte „souvenir of Java" in het sa Ion van dezen Amerikaan voor zijne thuis gebleven landgenooten uitgespreid wordt. Dat is één staaltje yam de Amerïk aamsche kwistigheid. In de kramt vam hedenavond las ik oog hoe meerdere anderen ^um voordeel daaruit ge trokken heibben. Een geldwisselaar had zich te Tandjong- Priok: opgesteldwaar hij dollars inwisselde tegen rijksdaalders. Bij de hank kreeg hij voor elke dollar 2.63, en zoo maakte hij dagen van 2 A 300 gulden winst. Een der restauratie» te Weltevreden had op een avond drnlk bezoek van deze vreemde lingen, en kom den volgenden dlag 3600 d'ol lars naar de bank brengen. Jammer, dat deze gasten slechts enkele dagen blijven. Zoo riet men de stad vol van heeren in grijs sportpak, met pijp en paraplu, en dames met helmhoeden en lange sluiers, en zoo zijn ze weer verdwenen. Öp het oogenblik wapperen er meerdere 'Amerikaanache vlaggen Sn de heven van Tand joog-prioik Er is ook „hoog" bezoek. His Excellence Admiral Andersom, ligt er met een .yeisqundron of the U. S. fleert". Dat is aanleiding voor een reeks van officieele fees ten gedurende zes dagen. Diners hij den Gou verneur-Generaal, bij den Nederlandschen Vice-Admiraal, bij den Amerikaanschen Con sul worden afgewisseld door bals In de groote sociëteiten „Harmonie" en „ConoorcRe" en een „at home" op het viaggeschip „Hurom." Het is voor de officieren vam deze Amesri- tkaansdhe vloot een geweldige corvée om al deze feestelijkheden door te weiken. De manschappen profiteeren er ook van, óp alle punten vam de stad zien we de Ame rikaan sche Jantjes in auto's voorbij komen. Doch ik vrees dat zes dagen voor hen wat te veel is om Balavia interessant te blijven vin den. Op verzoek van de marine-autoreileilen hebben we op Zondagavond lt Maart het was juist half-vasten —in het gebouw van den Katholieken Socialen Bond een twaaital officieren en 250 manschappen te gast gehad en een „musical entertainment'1 aangeboden Daartoe hebben Balavia's St. Gaecilia-ikoor, de Katholieke Jonge'ingen Bond en de Kath. Meisjes Bond hunne medewerking verleend. Bovendien werden in de pauze de Jantjes ge- tracteerd op koele dranken, welke hoewel niet „dry" heel gretig werden geaccep teerd, evenals de „cake" en eigareltcn. Ik heb hel zelden zoo vol gezien in onze Bondszaal De stemming was zeer opgewekt, wat ooik bleek uil de geestdriftige „three cheers," wel ke de gasten op het eind van den avond voor de Nederlanders aanhieven. Zoo hebben de Katholieke vereenigingen 't hunne bijgedragen lot versterking der vriend schappelijke relaties tusschen den groeien Uncle Sam en zijn klein Hollandsch vriendin netje, waartoe dat vlootbezoek zeker wel dien stig moet geweest zijn. Het bezoeik, eenige weken geleden door een Frainisch oorlogsschip hier gebracht, werd he laas dóór een tragische gebeurtenis versom berd. Toen lapt in den nacht eenige Fransche zee-officieren, die in de „Harmomeeen di ner hadden gehad, wilden teruglkeenen naar de „Victor Hugo", welke in de buitenhaven lag, sloeg het bootje waaritn ze door het ruwe westmoesson-weer heen moesten, om. Een der officieren kon, bij het te water raken, zich niet los maken uit den mantel, waarin hij zich gehuld had. Daardoor in zijne bewegingen belemmerd, zonlk hij, hoewel goed zwemmer, in de diepte weg. Het ongeval vond itn de onmiddellijke na bijheid van het oorlogsschip plaats. Oogien- blikkelijik na dó hulpkreten werd het water met zoeklichten beschenen en sprongen eeni ge matrozen over boord om te trachten den ongelukkige te redden. Doch dit mocht niet gelutkken. Pas den volgenden middag, Zater dag, werd zijn lijik gevonden. Niet alleen aan boord van de „Victor Hu- go" was de verslagenheid groot, ooik in de stad waren de menschen diep onder den in druk, zooals immer wanneer een jong leven zoo plotseling een einde vindt. De dood Ikomt als een dief in den nacht. Hoe weinig zal deze jeugdige, opgewekte Franischman, toen hij aai» het feestmaal in de hei-verlichte zaal met de anderen bijeen was, gedacht hebben aan de mogelijkheid van te sterven. En toch, toen. reeds hief boven zijn hoofd de Dood zijn zeis met dreigenden arm zwaai omhoog. Daar ver weg, ergens in Fq^nkjjjk, jumdt nil een. moeder het portret van haar jongen in de hand, en smilkt Ben groote troost kan haar gegeven wer den. Dat plotseling eind» aan zijn 'leven had voor dezen jongen officier nog-cmtzettender kunnen zijn. Doch het werd hier onder de Katholieken al spoedig bekend, dat hij den vorigen dag nog aam boord de H. Communie ontvangen had. Toen dan den volgenden dag, het was Zondag de plechtige „absourte" plaats vond onder leiding van dien aalmoezenier van het Fransche oorlogsschip, was er een overtal- rijlke menigte belangstellenden aanwezig. Ook zag men er vele marine-autoriteiten en niet- Katholaelken. In den lijkstoet, welke zijn lichaam naar zijn laatste rustplaats begeleidde, liepen mede een detachement Nederlamdsdhe soldaten, en eenafrleeling Fransche matrozen. Deze laat- sten waren ook gewapend, wart blijk gaf van een bijzondere gunst door de Nederlandsche autoriteiten verleend. Op het keikhof hield de Fransche aalmoe zenier een. prachtige KaÖioBeke lijkrede, waarna eeniige salvo's over het graf de plech tigheid besloten. De Firanschen hebben zich uitgeput in dankbetuigingen voor de wijze, waarop de Nederlanders hier hadden geholpen om hun kameraad de laatste eer te bewijzen. Ook on der de Katholieken i/i de sitad werd vele da gen daarna nog gedacht aan dezen jongen man, wiens tragische dood in een vreemd land ver vam de zijnen, toch weer zoo tref fend den genadenrijkdom der Katholieke Kerk demonstreerde. Wanneer krijgen de Nederlandsche oorlogs schepen hun aalmoezenier? 0 J. A. M. d. F. HET DUITSCHE AAï£BOD„ De draadlooze dienst te Berlijn meldt dat de Duitsche nota aan de Ententeregeeringen, welke het nieuwe schadevergoedingsvoorstel bevat, op aandringen van de socialisten nog te elfder ure is omgewerkt. Het resumé dat de officieuse dienst er dan van geeft, is echter in hoofdzaak gelijk aan dat van het Zwit- sersch Tel- Ag-, 't welk in ons vorig nummer onder de Telegrammen is weergegeven. De nota begint met de gebruikelijke ver zekeringen omtrent hare bereidwilligheid, langs den weg van onderhandelingen tot een regeling van de schadevergoeding te geraken, maar voegt daar dadelijk in de eerste alinea aan toe „Zij heeft daarom besloten nog een poging in die richting te doen, zonder daar door haar rechtsstandpunt te verlaten of het lijdelijk verzet prijs te geven, hetwelk zal wor den voortgezet tot de ontruiming van het ge bied dat buiten de perken van het verdrag van Versailles oezet is en herstel van met dit verdrag overeenstemmende toestanden in het Rijnland bereikt is." Dus ontruiming niet slechts van het Roergebied, maar ook van Dusseldorf, Duisburg en Ruhrort. De draagkracht van Duitschland is moei lijk in cijfers uit te drukken, derhalve moet iedere oplossing 'n elastische factor bevatten. Bovendien kan het noodige geld uitsluitend uit buitenlandsche leeningen worden opge bracht, welke niet mogelijk zijn tenzij het Duitsche crediet eerst worde hersteld. Op deze overwegingen en aanknoopend bij het voorstel-Bergmann doet Duitschland thans het volgende voorstel De geheele ver plichting van Duitschland tot prestaties in geld en waren uit hoofde van het verdrag van Versailles wordt bepaald op dertig milliard goud mark op te brengen door uitgiften van leeningen onder normale voorwaarden op de internationale geldmarkten, te weten twintig milliard tot den eerste Juli 1927, vijf milliard tot den eersten Juli 1929 en vijf milliard tot den eersten Juli 1931. De inteekening op de eerstetwintig milliard wordt terstond geopend. Dei interest lot den eersten Juli 1927 wordt uit de leening zelf betaald. In zoover de twintig milliard goud tot den eersten Juli 1927 niet volteekend mochten zijn, zullen zij van dat oogenblik vijf percent rente dra gen en één percent geamortiseerd worden. Indien de twee bedragen van vijf milliard niet tijdig door leeningen op te brengen zijn, moet een onpartijdige internationale com missie beslissen of, wanneer en hoe de met gedekte rest moet worden opgebracht.De- zelfde commissie moet in Juli 1931 beslissen, of, wanneer en hoe de uitgestelde rente van 1 Juli 1923 af zal moeten worden betaald. De nota omschrijft vervolgens wat onder „onpartijdige internationale commissie moet worden verstaan en herinnert in dit ver band aan het voorstel van Hughes en het denkbeeld van Bonar Law. Ten slotte zal Duitschland in mindering van Zijn schuld leveringen in waren doen, waarover nog na dere overeenkomsten dienen te worden ge sloten. De Duitsche regeering voegt hier ouder gewoonte aan toe dat dit de uiterste grens is waartoe zij met inspanning van alle krach ten kan gaan. Zij moet zelfs twijfelen of het niet na de gevolgen der bezetting van het Roergebied Duitschland's draagkracht te boven gaat. Mocht de tegenpartij het met deze zienswijze niet eens zijn, dan stelt de Duit sche regeering voor het heele probleem van het herstel conform het denkbeeld van Hug hes aan een onafhankelijke internationale commissie te onderwerpen. De nota herinnert dan dat het geheele bezit en de inkomsten van het Duitsche rijk reeds volgens het verdrag van Versailles als borg dienen. Slechts door onderhandelingen met een internationaal leeningsconsortium en de commissie van herstel is uit te maken hoe deze waarborg concreet is te maken en in bizonderheden te regelen. De regeering is bovendien bereid langs wettelijken weg zorg te dragen,^dat alle Duit sche productieve krachten tot waarborging van de leening zullen bijdragen. Ondanks alle geruchten worden de spoorwegen dus niet als waarborg aangeboden, vermoedelijk wegens hun steeds toenemend fabelachtig deficit. Het vraagstuk van de stabilisatie der mark vormt met dat vanljhet herstel een geheel Tot verwezenlijking van dit program moet 8e politiek van panden en sancties worden uitgeschakeld en moeten de onproductieve uitgaven door bezetting enz. ophouden. Contracten op langen termijn tusschen par ticuliere industrieën der onderscheiden lan den, in het bizonder voor kolenleveringen zijn in het belang van den handel. Om bij te dragen tot een vreedzame samenwerkingtus- schcn Duitschland en Frankrijk is de Duit sche regeering zooals zij reeds door haar ini tiatief ter zake heeft getoond, bereid tot iede re overeenkomst welke den vrede verzekert mits zij op wederkeerigheid berust. In het bijzonder is zij bereid alle geschillen die niet langs diplomatie ken weg kunnen wor den bijgelegd, in zoover zijn van juridischen aard, aan de beslissing van een scheidsge recht over te laten en alle andere geschillen aan de door Bryan voorgestelde regeling te onderwerpen. De Duitsche regeering stelt voor op den grondslag van vorenstaande be schouwingen in onderhandelingen te treden. Uitgangspunt der onderhandelingen moet zijn dat binnen den kortst mogelijkentijdde status quo wordt hersteld. De-nota is behalve aan de Ententen mogend heden ook aan de groote neutralen, met in begrip van Nederland, en aan den Paus toe gestuurd. FRANSCHE PERSSTEMMEN OVER HET DUITSCHE VOORSTEL. Voor de Petit Parisien komt het nieuwe voorstel neer op een aanbod van 20 milliard goudmark, waarvan voor rente, enz. onge veer 5 milliard af moet, zoodat er ongeveer 15 milliard voor Duitschlands schuldeischers overblijft. Dit bedrag komt overeen met de helft van de aan Frankrijk verschuldigde schadevergoeding. In het Duitsche voorstel dat een internationale commissie Duitsch land's betalingscapiciteit zal vaststellen, ziet de Petit Parisien een aanslag op de bevoegd heden van de commissie van herstel. Voor de Echo de Paris is het niet twijfel achtig, welke houding de Fransche regeering tegenover het te Berlijn ontworpen doku- ment zal aannemen. Frankrijk handhaaft zijn aanspraken, gelijk die op 3 Januari aan de conferentie te Parijs zijn voorgelegd. De Echo de Paris beschouwt Duitschland's jong ste voorstel meer als een poging om op de Britsche bondgenooten invloed te oefenen. DE ENGELSCHE PERS OVER HET DUITSCHE VOORSTEL. De toon der Londensche bladen aangaande de kansen op aanneming van hef Duitsche voorstel is eenstemmig pessimistisch. De ultra-conservatieve en pro-Fransche bladen beschouwen het aanbod als een oneerlijk stukje propaganda, dat ten doel heeft Enge land en Italië te bewegen tot interventie en tevens zich te verzekeren van de welwillend heid van de Vereenigde Staten. DE ENGELSCHE VLOOTBASIS TE SINGAPORE. Het voorstel van de Engelsche admiraliteit om 9l/2 millioen beschikbaar te stellen voor een vlootbasis te Singapore is aangenomen, maar heeft veel tegenstand verwekt. De op positie verzette zich er tegen, ten eerste op grond van het verdrag van Washington. Vol gens liberalen, wordt niet zoozeer de letter, maar wel de geest van het verdrag erdoor geschonden. Het heette immers, dat dit be perking van de wapening ten doel had. Het verbiedt de uitbreiding van de haven van Hongkong. Daarom kiest men nu buiten de vastgestelde zone Singapore. Deskundigen verklaarden dat het plan zeker het dubbele zou blijken te kosten. Kapitein Hay acht het plan een prikkel voor Amerika om hetzelfde te doen en een directe uitdaging aan de gele volken. Hij plaatste er de zuinigheid van de regeering in het huizenvraagstuk tegenover. Asquith verklaarde van meening, dat het plan door Lord Fisher en Sir Arthur Wilson zeker verworpen zou zijn, dat dergelijke bases geen belang hebben en dat de regeering;, zelf met kan gelooven, dat er zoo'n haast bij is, daar zij anders een sneller voltooibaar plan zo gekozen hebben. Verder zei hij, dat memand kan zeggen of over tien jaar de groote lime- slagschepen nog iets te betee kenen zullen hebben. Hij noemde het een kostbare onze kere dobbelarij. In elk geval had de regeenng de imperiale conferentie moeten afwachten, zoodat men precies weet wat de dominions erover denken. Volgens den Eersten Lord, zijn de dominions er erg voor. Een schending van het verdrag van Washington naar den geest, kon hij er niet in zien. Voor vele jaren zou Engeland met in een positie verkeeren om een oorlogsvloot kin de Pacific of naar Singapore te brengen. Het ge vaar in de Nöorczee is geweken enin het Oosten ligt nu het middelpunt van s fijks maritieme zorgen. Over het algemeen slaagde de minister er met in, Asqmth. s te ontzenuwen. De zaak is, dat de admiraliteit met mannen als Amery aan het hoofd. Enge land voor een volgenden oorlog wenscht klaar te maken en gelooft dat het hmsclup daar nog steeds een functie m vervullen tal. standpunt hangt met hun heele P°htleK® philosophic samen en niemand zal hen ooit overtuigen. Singapore krijgt nu een, groote oorlogshaven, maar Londen ligt voor lederen eenigszisn sterken aanval uit de lucht weer loos open. DE ENGELSCHE SCHEEPSBOUW. Voor het eerst sedert twee jaar toont het kwartaatsoverzicht van Lloyds register een vermeerdering aan van de in aanbouw zijnde tonnenmaat. Wel is de tonnenmaat van stoom schepen die op stapel staat, geringer dan drie maanden geleden, maar die vermindering wordt meer dan goedgemaakt door 9®.® dere vraag naar motorbooten. Met inbegrip van alle in den laatsten tijd gegeven bestel lingen van motorvaartuigen, zijn er thans in het vereenigd Koninkrijk 253.030 ton m aan bouw wat motorvaartuigen betreft. In, de ge heele wereld zijn er 308,000 ton van die vaar tuigen in aanbouw. UIT HET BEZETTE GEBIED. Katholieke ambtenaren uit het Rijnland hebben gevraagd de meening van het Vaücaan te mogen vernemen over de deportatie van Duitschers naar Frankrijk in vollen vrede, vooral aangezien het Vaticaan destijds heeft geprotesteerd tegen de deportatie van Bel gen door Duitschland gedurende den oorlog. De Duitsche hoofdingenieur Gottfried, die onlangs wegens sabotage door den Fran- schen krijgsraad tot 20 jaar dwangarbeid is veroordeeld, zal, naar men verneemt, naar Martinique worden overgebracht. Bij de spoorwegviaduct in de oude stad is een ingezetene die metfeenige kennissen naar huis ging, door een Franschen schildwacht zonder eenige reden neergeschoten. Hij is zoo zwaar gewond, dat men voor zijn leven vreest. Ingevolge de weigering van de Rheini- sche Stahlwerke om te betalen, heeft de Fransche overheid 8000 ton ertsen in beslag genomen. Vijf aanslagen op de spoorwegen door middel van machines hebben de hooge com missie der bondgenooten tot strafmaatregelen doen besluiten. DE TROEPENBEWEGINGEN VAN 1 SYRIË. Generaal Pellé en Ismet pasja hebben gis teren te Lausanne een langdurig onderhoud gehad, dat tijdens het noenmaal begon. Noch omtrent het doel van dit onderhoud, noch omtrent den toon, waarop het is ge voerd, of omtrent de bereikte resultaten, is eenige mededeeling gedaan. Wanneer men sommige Turksche kringen mag gelooven heeft generaal Pellé zich in nauwkeurig omschreven bewoordingen uit gelaten omtrent Syrië en heeft hij Ismet pasja aangetoond, hoe moeilijk het zou zijn voor een groote vrdelievende mogendheid als Frankrijk, te Lausanne vredesonderhande lingen te voeren, wanneer de Turksche re geering niet de fout erkent en herstelt, die zij begaan heeft door op de grens van Syrië „troepenbewegingen" uit te voeren, zooals hij het noemde. Ismet pasja was er op uit met dezelfde openhartigheid te antwoorden. Het schijnt, dat de Turksche regeering, bij alles wat zij te Lausanne en in Turkije onderneemt, bezield wordt door een onoverwinnelijk wantrouwen jegens de geallieerden. Om uit te leggen, waarop deze meenlhg steunt, zeide Ismet te' gelooven, dat Frankrijk feitelijk zou hebben afgezien van de politiek overeenkomstig het verdrag van Angora. Het bewijs hiervan wil hij zien in het feit, dat de Fransche gedele geerden zich er pas nog tegen verzet hebben dat het verdrag van Angora in het vredesver drag als een integreerend deel zou worden opgenomen. Generaal Pellé beperkte zich dienaan gaande tot elh herhaling van hetgeen hij, met de instemming der overige delegaties, in de voltallige zitting heeft verklaard. Het is natuurlijk onmogelijk te weten, wat de gevolgen van dit belangrijke onderhoud kunnen zijn. Ismet pasja herhaalde zijn betuigingen, dat hij naar den vrede streeft, Generaal Pellé betoogde, dat er thans voor de regeering van Angora een buitengewoon gunstige gelegen heid openstaat, Frankrijk te bewijzen, dat het diens vredelievende gevoelens deelt. De Fransche zaakgelastigde te Konstanti- nopel heeft een gewichtige mededeeling ge daan aan Adnan bei, den vertegenwoordiger van Angora alhier, betreffende het samen trekken van Turksche troepen aan de grens van Syrië. De mededeeling bevat een waar schuwing voor de mogelijke gevolgen dier samentrekking en er wordt ten slotte in ge zegd, dat Frankrijk gedwongen zal worden militaire voorzorgsmaatregelen te nemen. IERLAND. De Morning Post schrijft, dat het neerleg gen der wapenen door de republikeinen van Maandag af doeltreffend is gebleken. Ge weldplegingen hebben zich sedert dien niet voorgedaan. Het blad verneemt dat de groo- tere kwestie betreffende een definitieven vrede voortgang maakt. Een belangrijke ver klaring te dien aanzien kan elk oogenblik verwacht worden. HET PAN-AMERIKAANSCHE CONGRES. Uit Santiago wordt het volgende gemeld over de Pan-Amerikaansche conventie „De pogingen der conventie om overeen stemming te bereiken over de beginsel- quaestie der beperking van de bewapening, zijn definitief mislukt. Die mislukking is een gevolg van het feit, dat Brazilië met beslist heid weigert eenig ander voorstel te aan vaarden» dan een nadere conferentie van ge delegeerden van Argentinië, Brazilië en Chili. l>e Braziliaansche gedelegeerden be weren dat zij er enkel in hadden toegestemd, op de afgeloopen Pan-Amerikaansche con ferentie de ontwapening te behandelen als daad van courtoisie. Thans is de toestand nog aanzienlijk on aangenamer geworden door een uitlating van den Braziliaanschen gezant, waaruit blijkt, dat er in December 1.1. tusschen Brazilië en Chili onderhandelingen zijn gevoerd. De Argentijnsche gedelegeerden zijn ui termate verstoord, zij verklaren dat zij hun tijd hebben vermorst„want zij waren ter conferentie verschenen, bereid om in de ontwapeningsquaestie tot een vergelijk te komen." 1 MEI IN JAPAN EN CHINA. Uit Shanghai wordt gemeld De hier wegens den lsten Mei gehouden bijeen komst nam een resolutie aan waarin werd aangedrongen op de vorming van een natio nale arbeidersorganisatie. Peking vierde den 1 Mei-dag voor het eerst met een massa-bijeenkomst, waarin resoluties aangenomen werden, welke aan dringen op onderdrukking van het militaris me, afschaffing van de anti-stakingswetten en invoering van den achturigen werkdag. En uit Tokio de optochten, gehouden naar aanleiding van den lsten Mei verliepen zonder ernstige storingen, dank zij de bui tengewoon talrijke politiemacht, die op de been was. Er is een groot aantal personen geassis teerd, o.w. vele vrouwen, alsmede ettelijke socialistische leiders. De Amerikaansche attorney-Daugherty, heeft bekend gemaakt dat over 30 dagen een begin zal worden gemaakt met de krach tige toepassing van de anti-drankwetten aan boord van de Amerikaansche en buitenland sche schepen die zich met sterken drank aan boord bevinden binnen de territoriale wateren van de Unie. De wet zal worden toegepast met alle beschikbare middelen en zonder aanzien des persoons. In de Ver. Staten is een nieuwe krach tige beweging begonnen om bij de verkiezin gen in 1924 een uitspraak uit te lokken, ten unste van een toetreding door de Ver. Itaten, tot den Volkenbond. De leiding der campagne berust bij de League of Nations non partisan Association, van welke rechter Clarke (de voormalige rechter in het Opper ste Hof van de Ver. Staten) de voorzitter is. De L. o. N. n. p. L. rekent op steun uit de rangen der beide groote partijen de Repu- blikeinsche en de Democratische. Een aantal arbeidersleden van het Engelsche parlement heeft een uitnoodi- ging van Lady Astor aangenomen voor een diner op 11 Mei in haar huis, waarbij de prins van Wales tegenwoordig zal zijn. In de Britsche kolome Kennya (vroeger: Oost-Afrika) zijn vele Indiërs gevestigd, die volledige gelijkstelling met blanke kolonisten verlangen. Dit is hun tot dusver geweigerd. Achttien maanden lang is het geschil al aan den gang en de Indiërs hebben zelfs met wapengeweld gedreigd. Om aan de moei lijkheden een einde te maken heeft de her tog van Devonshire, de minister van kolo niën, nu te Londen een conferentie belegd, waarin de twee partijen tegenover de re geering hun standpunt zullen bepleiten. Aan het hoofd van de blanke gedelegeerden staat Lord Delamere, een Oostafrikaansch pionier. Hij is vergezeld van Sir Robert Coryndon, den gouverneur van de kolome, dr J. W. Arthur, een predikant die een voor name rdl speelt Bij net zendingswerk, en twee andere kolonisten, van wie er een lid van den Wetgevenden Raad is. De conferentie begint Vrijdag en de voor naamste kwesties die er ter sprake zullen komen zijn contróle op de immigratie verhindering van de overheersching der Azi aten en afbakening van gebieden voor Eu ropeanen. Voortaan zullen de Engelsche telefoon centrales aan aanvragers op hun verlangen de laatste weervoorspellingen voor het dis trict opgeven. DE KATHOLIEKE MISSIE ONDER DE HEIDENEN ALS DRAAGSTER DER BESCHAVING. Een nieuw boekje (66 bladz.) van de Fran- ciseus-Xaverius-Missievoreeniging. Op zioh zelf is het een geheel, maar het is het eerste deeltje van een reeks van elf, die Ie samen (700 bladz.) het boek uitmaken: „Die Kath. Heiden mission als Kulturtrager." De Priester-Missiebond in Nederland heeft met enkele personen in Amerika en Zwitser land de uitgave mogelijk gemaakt. Dit is reeds aanbeveling genoeg; maar hel eerste deeltje over den godsdienstigen en be schavingstoestand' van het heidendom ver dient een breed ere aanbeveling. Zielebeschaving is de kern van echte cul tuur en het christendom geeft die zietebe- schaving in rijke diepte en in hoogste vol maaktheid. Dat ohristendom moet door de Kerk gebracht aan alle volkeren; dat is d« missiegedachte volgens God-s plan als Chris telijk ideaal en als beschavingsfactor bij uit nemendheid in Gods Kerk levendig gehouden. Heet de wereld dringt naar een oplossing in den kampstrijd om het vinden van hel meest waardevolle in het leven. Daarom ons apostolaat en het succes is reeds bemoedi gend, bijv. in de' laatste 25 jaren zijn in Afrika meer heidenen bekeerd dan in eeu wen voor dien tijd. Zoo ongeveer is het voorwoord van Dr. Ludw. Berg. Het eerste deeltje geeft dan een overzicht, hoe het heilig erfdeel der eerste menschen steeds meer en meer is verduisterd door af val van den waren God, vandaar aanbid ding van zon en maan en sterren en ho geloof in de afstamming der menschen uil dieTen en planten. Door vereeniging van verschillende stam men ontstonden nationale godsdiensten, zoo als bij de Assyro Babyloniërs, Italianen, Grieken en Germanen. En op dat oorspronkelijk godsdienstig standpunt zijn de natuurvolkeren in Afrika, Australië en Amerika blijven staan, ook hun beschaving ontwikkelde niet. Maar ook de beschaafde volkeren van Azië slaan laag in hun godsdienstig Jeven; lochia bijv. de Indiaan buitengewoon godsdienstig aangelegd, maar helaas hebben zij tallooze afgoden inplaats van den éénen waren God. Den waren God -kent men niet en daarom voelen zij geen verantwoordelijkheid tegen over Hem en kiezen zich zelf goden, waar- door het heidendom lijnrecht staat tegenover het christendom. Na deze wetenschappelijke uiteenzetting geeft het boekje nog zeer veel voorbeeld pit ter illustratie. Voorbeelden, van bijgeloof (de siaart van de heilige koe vasthouden is voor den stervende een geluk, want alles wordt hem vergeven en de herthei is voor hem zeker). Voorbeelden van minachting van het kind en de vrouw. Kinderen worden vermoord, bijv. in Australië aan de Zuidzee zijn maar weinig oudere, vrouwen, die geert kindermoord op hun geweten heben. Vooral China is bekend om de verregaande gevoel loosheid zelfs voor eigen kinderen; jaarlijks worden daar wellicht een millioen kinderen vermoord. Ook de vrouw wordt als minderwaardig behandeld, op de duizend vrouwen in Indie kunnen er maar zeven lezen of schrijven. Bidt voor do Missie maar koopt en Jeest dit boekje (prijs duizend mark, dus ongeveer een dubbeltje), dan krijgt ge missie-kennis «n beslist meer missie-liefde en dat zal op dt eerste plaats u zelf tot heil zijn; maar tevens voor de ongelukkige menschheid die Chris tus niet kent als de weg en de waarheid et het leven. „Die Katholische Heidemmission als Kub lurtrager" verschijnt in de serie „Ahbanide- lungen aus Missionskunde und Missionsge- sohiohte", deze werdén uitgegeven door het Xaverius Verlag, Hirsohgraben 39 te Aken. Het eerste, bovenbesproken deeltje ook te bestellen bii kap. A. de Wit, WalburgspTeif 1, Arnhem (fr. p. p. S 20 cent). I NIEUWE UITGAVEN. Wij ontvingen de volgende uitgaven, ari? dezer dagen het licht zagen: Voeren wij den klassenstrijd? (een recht vaardiging van beleid) door Simon A. Maas voorzitter van het Verbond van Nederland sche Fabrikanten-Vereenigingen. Uitg. van Nijgh van Ditmar's uitg. Mij. Rotterdam. Naar 't Priester-ideaal! De eerbiedwaar dige Petrus Donders, Apostel der Melaat- schen van Suriname, door M. van Grinsven C.S.S.R. De schrik der Mobali, door Pater A, Mar- revee, priester van het H. Hart, Kongo-Mis- sipnaris (Banalya). Uitgave-der priesters van het H. Hart, te Bergen op Zoom. Missiebloemen No. 4. De zoon van den Toovenaar. Voor onze kleine Missionarissen. Uitg. der Priesters van het H. Hart te Ber gen op Zoom. Broeder Johannes, door Cor Hermus. Uitg, der priesters van het H. Hart. Annalen St. Joseph-Congregatie. 34e Jg. Afl. 1. Uitg. Missiehuis, Roozendaal. Het Schild, Apologetisch maandschrift. 4a Jg. No. 11. Seminarie Rijsenburg, Drieber gen. St. Claverbond. Uitgave der P. P. Jezu ïeten ten bate hunner missie op Java. 35e Jg. Afl. 4. Daar de brand was bedwongen voor ctere Pa cific Street had kunnen bereiken, waren de beide Duitsohe „hotels" er ditmaal nog met den schrik afgekomen. De gasten behoorden echter meerendeels tot degenen wien 't in de stad ineens „te warm" was gewórden, en zelfs de raadsheer had het raadzaam gevonden zijn matjes maar dadelijk op le rollen. Bij iemand «is hij was dit zeker iets ongewoons, want hij hield anders van wik kon en wegen, om dan eerst na rijp beraad zijn besluit uit te voe ten. In dezen nacht' had hij echter van het Amerikaansche leven reeds meer gezien en ondervonden dan hem lief was. Na het geval met den neger, wparvan hij log griezelde,, ging hij zoo gauw mogelijk naar 'tuis, sprak er daar met niemand over, uitte niet de geringste zelfstandige meening, dan zou 't dat verschrikkelijke volk toch wel niet kunnen invallen hem evenzoo te behandelen. Haar het kostte hem moeite tot den volgenden dag te wachten om San Francisco te verlaten. Zoodra men echter deze stad verliet, bleef In dien tijd iemand niets anders over dan óók de mijnen in te- gaan en daarom kwam de raadsheer bij den assessor tot diens verbazing met het voorstel aan boord met hem de ber gen in te gaan. Voor dit „vereerende aanbod" meende- de assessor Mölder, hoe goed en meegaand hij ook was, vriendelijk maar vast te moeten be danken, op grond dat hij de arme mevrouw Siebert in haar ongelukkige omstandigheden niet alleen kon laten. Hij had haar dit, zeide hij, beloofd, en moest zijn woord houden. De raad-sheer trok een oogenblik de schouders op, maar diaarmee was de zaak uit Dien dag hadden de menschen echter noodig voor pakken, en zoo hadden, behalve de raadsheer, Lamberg, Binderthof en de heer Hufner besloten, gezamenlijk hun boeltje op te breken. De vier laatstgenoemden Waren al spoedig met pakken klaar. Een van de kleine stoom bootjes zou hen naar Stockton vervoeren en van daar uit zouden zij hun gelukin de zuide lijke mijnen beproeven. De raadsheer had echter in den voormiddag nog geen tijd daar toe kunnen vinden en slechts de eene pijp na de andere gerookt onder, het mijmeren over dat „dorado". Eindelijk toen hem de anderen haastten en verklaarden den volgenden morgen geen mi nuut op hem te zullen wachten, ging hij aan den slag, maar zoo onbeholpen dat de assessor het niet kon aanzien en hij den raadsheer aan bood alles voor hem te willen inpakken, in dien hij zün spullen maai; allemaal op eon hoopje bijeen bracht. Om 2 hut ging de assessor aan het werk, wiaarvan hij alleen zoo nu en dan ophield om op de kinderen té letten, pakte een haal, die best een rci3 om de wereld had kunnen ma ken, dook ergens 'n oud stuk pak'Knnen op, nam naald en draad en was nog lang na don ker, buiten op straat bezig, tot groot vermaak van de voorbijgangers, die hem de naald te gen het maanlicht zagen in rijgen en dat zoo leuk vonden. De raadsheer rookte onder die bedrijven op zijn doode gemak 'n pijpje en zedde alleen toen het zaakje klaar was: „Dank u, rol nu maar de baal in de tent", en toen ging hij nog eens een straatje om, om te zien, hoe het op de Plaza gesteld was. Onderweg kwam hij aan een der donkere hoeken drie mannen tegen, die 't Engelsch nog al duidelijk spraken en 't erg druk met elkaar hadden, zelfs op ruzietoon. Toen de vreemdeling wat dichterbij kwam, zwegen zij stil en Kelen hem voorbij gaan. „Goeden avond," zcide de raadsheer kortaf, want hij vertrouwde 't driemanschap niet erg. Geen hunner antwoördde echter, al keken ze even om, en eerst toen hij uit het gehoor was, zette een hunner, een klein maar nogal zwaargebouwd man, het gesprek voort. Maar waar waren jullie dan den be-* n dag, dat ik me gek naar jullie moest zoeken? Waar zou jullie nou naar toe gaan? Naar mij toe? Morgen brengen!" „Zeker wilden we dal," antwoordde een yan de anderen, een lange, magere man, en als Je nu maar 'n oogenblik luisteren wilt, Brown, dan zal je aUes weten." „Hoe jullie me te pakken hebt gehad?" riep de kleine met een verachtelijken bttk op den spreker. „Ik hoop, Brown, dat je mij met zult in staat achten, een vriend te bedriegen," riep de der de. „Voor den duivel, lijd ik minder onder het verlies don jij, en is Smith niet even-goed mij rekenschap verschuldigd als jou?" „Rekenschap? Waarover?" voer Smith mt. „Kan ik den brand tegengaan, als daar ineens de heele zaal in rook en vlammen staat? Hoe is 't den armen Jacobs gegaan die bij het weghalen van zijn geldkistje verbrandde? En toch liet ik het mij toevertrouwde niet in den steek en zou hot zeker in veiligheid heib ben gebracht indien niet een neervallende haik mij in mijn vlucht 'had gestuit Ik zeg je, er was nood; ik moest wel alies in den steek Jaten, ander lag ik nu ate een, verkoold lijk onder het puin." En waar is het goud ge- hieven?" vroeg Brown weer, „je zult toch toegeven dat goud en zilver niet maar zooals papier verbrandt en tenminste ais gesmolten klomp overblijft. „Waar is al hert andere?" riep Smith daar- tusschen, „pas daar maar eens op, als zoo'n bende menschen elke plek bestormt, am te rediden. Ik heb de plaats prompt onthouden waar ik d« kist moest toten, maar vanmorgen, na twee volle uren zoekens, was geen spoor van het geld meer te vinden,'' „Als je niet zoo'n toffaard waart, Smith, dan had je het goud in veiligheid moeten brengen," zeide Siftly grimmig. „Waarom hebben Foïkers en Bright het wel gedaan?" „Omdat die niet bij den uitgang zaten," riep Smith. „Dat is nu mooi, maak mij er geen verwijt van dat ik niet bovcnmenachelijke kracht had." „Heb je dus niets, hoegenaamd niets gered 'van wat tot onze compagnieschap behoorde?" vroeg nu Brown, die intusschen de anderen met wantrouwenden blik had gadegeslagen. „Geen cent, ik zweer het jet" zeide Smfir; „zelfs mijn mantel heb ik in de vlammen moe ten toten; ik wil de duurste eeden er op zweren." „Doe geen moeite," viel zün kameraad hem kalm in de rede, „wat jy onder eeden verstaat, weet ik b(j ondervinding; ik ken je helaas maar al te goed." „Maar Brown!" j' 'j „Laat me uitpraten. Voor liet moment zie ik heel goed in, dat ik je niets kan bewijzen, maar ik mag denken wat ik wil. En je een proces aand-oen? dat zou maar onzin zijn en «Heen een kluif voor advocaten. De brand van San Francisco is een mantel waaronder nog menige schurk schuil gaat, en ik moet zeggen dat je het zaakje sluw genoog hebt aangepakt, maar „Deuk je dan dat ik je geld gestolen heb?" riep Smith heftig. „Ja, zeker denk ik dat," antwoordde Brown even kaïn» ais beslist," en meer Bog dan dal. Maar neen» je in acht! Heb ik de zekerheid, dan zij God je genadig I" „Schurk I Ellen-deling 1" schreeuwde Smiths heesch van woede, terwijl hij zijn revolver te voorschijn haalde. Maar Sifüy's hand lag als lood op zijn arm. Zij gewis moesten zorgen.dat ze niet met de politie in aanraking kwamen, en hij trad tu-sschenlbeiden. „Brown," zeide hij met ernstig, bijna ge zaghebbend gebaar, „ik geloof, dat je Smith onrecht doet, en in alle geval is de ma nier...." „Geloof wat je wilt," viel de kleine, tot het uiterste gebrachte man in de rede, „indien je uitleg wilt hebben, weet je waar ik woon," en zich op zijn hiel omdraaiend, liep hij, zonder de beide anderen met een blik le verwaardi gen, de straat door. Smith maakte een beweging alsof hij hem' wilde volgen, maar Sitly het zijn arm niet los en hem in tegenovergestelde richting met zich meenemend, zedde hij fluisterend: „Laat loopen. Als hij zijn vijf zinnen bij el kaar heeft, moest hij toéh al wat begrijpen. Dat hij ons niets doen kon, weet hij net zoo goed als wij en die paar woordjes, dunkt me, kunnen we ons wel laten welgevallen. Hij heeft ze duur genoeg moeten betalen." „Hij zal ons echter blijven nagaan," zeide Smith; „hadt je me niet tegengehouden, dan was hem nu ad het licht uitgeblazen „En wij misschien al in handen van eenige vriendelijke constabels, die meer van ons zon den .willen wéten, dan ons mc is," lachte

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1923 | | pagina 5