Indische Brieven.
BUITENLAND
De Gouddelvers.
Tweede Blad
3 Mei 1923
De tekst van het Duitsche aanbodFransche en Engelsche persstemmen.
De Engelsche vlootbasls te Singapore. De troepenbewegingen aan de
grens van Syrië. Het pan-Amerikaansche congres mislukt.
Onder de Telegrammen: De houding van België, Amerika en Engeland
tegenover het Duitsche aanbod. Een rede van Cuno over het Duitsche
aanbod. De ministercrisis in Zuid-Slavië opgelost.
De Manch. Guardian zegt,aat onversaHi-
lig welk bedrag er wordt aangeboden, het
getal toch in de lucht blijft hangen, zoolang
de vooruitzichten, dat er een leening tot
stand komt zoo vaag zijn als op het oogen
blik. Dit moet zoo blijven tot men de uit
werking heeft kunnen nagaan, welke de an
dere voorstellen voor een regeling op het
Duitsche economische leven hebben uitge
oefend. De vooruitzichten voor deelneming
aan zulk een leening zijn niet goed, zoolang
de Duitsche financiën niet geheel zijn ge
reorganiseerd en het industrieele leven niet
gevrijwaard is tegen ingrijpen door derden.
GEM. BUITENL. BERICHTEN.
KERK EN SCHOOL
KUNST EN KENNIS.
UIT BOEK EN BLAD.
FEUILLETON.
XIV.
ïn de laatste maanden zien we hier te Ba
tavia een stroom van vreemdelingen debar-
fkeeren, die een bezoek komen brengen aan
tiet „schoone eiland Java".
Er was 'n tijd, dat 't speciaal Japanners wa
ren, die bijzondere belangstelling toonden voor
deze landen: de Zuidzee-eilanden zooals deze
door hen werden genoemd naar de ligging
ten opzichte van hun eigen land. Hel op
merkelijke bij deze Japansche tour;sten was,
dat ze bijna immer met foto-toestellen rond
liepen, en wel eens werden aangetroffen in
wat te onmiddellijke nabijheid van de kusl-
forten. Er werd in dien tijd zeer nauwlettend
toegezien op het doen en laten van deze
vreemdelingen. Wat door sommigen, die van
„belachelijke spionnenvrees" spraken, over
dreven werd gevonden. De onrust in de we
reld-politiek werkte echter dergelijke spion
nen-vrees in de hand, zoo zelfs, dat men
in eiken Japansehen toko-houder of hande
laar een vermomd Japansch officier zag. In
derdaad was het feit, dat sommige van die
winkels, zonder eenige cliënlèle van beteeke-
nis, toch maar voort bleven beslaan, wel van
een aard om achterdocht te wekken.
Momenteel is het groote publiek ten op
zichte van deze menschen blijkbaar gerust
gesteld'; er wordt althans weinig meer over
hen gesproken.
We beleven nu een tijd van vreedzame in
vasie van onverdachte vreemdelingen, voor
het allergrootste deel Amerikanen.
Sinds korten tijd ligt nu het tweede groote
Amerikaansche touristensdhip aam de kade
1e Tandjong-Priok de „Resolute", een driepij
per, welke vroeger als „Brabantia" onder de
vlag van de Koninklijke Hollandsehe Lloyd
gevaren heeft.
!>e*e Amerikanen, die bij hun „trip" over
hel Oostelijk halfrond in het voorbijgaan
„are doing Java", brengen natuurlijk heel
wat verlier en beweging in de stad, plus
aanzienlijke verdienste voor de hotelhouders,
auto-verhuurders en verkoopers van curiosa.
Het aantal goed-klinkende d'ollars, welke
Vleze Amerikanen, bij honderden tegelijk het
land binnenvallend, lalen rollen, is ongeloof
lijk groot. Het „Hotel des Indes", dat ge
woonlijk de meeste van deze gasten opneemt,
heeft een permanente tentoonstelling van In
dische kunstvoorwerpen. Behalve daar,
koopen deze kooplustige Amerikanen in de
winkels en op straat alles, wat zij meenen
dat een aardig aandenken kan vormen aan
hun bezoek aan Java. Zoo vertelt men hier,
dat een dezer Yankee's van een inlandsoh
sado-koetsier de gebatikte pantalon afkocht,
welke deze droeg.
Wanneer ik aan de snit denk van deze
pantalons, geknipt voor ieders gebruik, dan
zon ik wel een kwartje willen geven om er
tegenwoordig te zijn op het moment, dat dit
duurgekochte „souvenir of Java" in het sa
Ion van dezen Amerikaan voor zijne thuis
gebleven landgenooten uitgespreid wordt.
Dat is één staaltje yam de Amerïk aamsche
kwistigheid.
In de kramt vam hedenavond las ik oog hoe
meerdere anderen ^um voordeel daaruit ge
trokken heibben.
Een geldwisselaar had zich te Tandjong-
Priok: opgesteldwaar hij dollars inwisselde
tegen rijksdaalders. Bij de hank kreeg hij
voor elke dollar 2.63, en zoo maakte hij
dagen van 2 A 300 gulden winst.
Een der restauratie» te Weltevreden had op
een avond drnlk bezoek van deze vreemde
lingen, en kom den volgenden dlag 3600 d'ol
lars naar de bank brengen.
Jammer, dat deze gasten slechts enkele
dagen blijven. Zoo riet men de stad vol van
heeren in grijs sportpak, met pijp en paraplu,
en dames met helmhoeden en lange sluiers,
en zoo zijn ze weer verdwenen.
Öp het oogenblik wapperen er meerdere
'Amerikaanache vlaggen Sn de heven van
Tand joog-prioik
Er is ook „hoog" bezoek.
His Excellence Admiral Andersom, ligt er
met een .yeisqundron of the U. S. fleert". Dat is
aanleiding voor een reeks van officieele fees
ten gedurende zes dagen. Diners hij den Gou
verneur-Generaal, bij den Nederlandschen
Vice-Admiraal, bij den Amerikaanschen Con
sul worden afgewisseld door bals In de groote
sociëteiten „Harmonie" en „ConoorcRe" en
een „at home" op het viaggeschip „Hurom."
Het is voor de officieren vam deze Amesri-
tkaansdhe vloot een geweldige corvée om al
deze feestelijkheden door te weiken.
De manschappen profiteeren er ook van,
óp alle punten vam de stad zien we de Ame
rikaan sche Jantjes in auto's voorbij komen.
Doch ik vrees dat zes dagen voor hen wat te
veel is om Balavia interessant te blijven vin
den.
Op verzoek van de marine-autoreileilen
hebben we op Zondagavond lt Maart het
was juist half-vasten —in het gebouw van
den Katholieken Socialen Bond een twaaital
officieren en 250 manschappen te gast gehad
en een „musical entertainment'1 aangeboden
Daartoe hebben Balavia's St. Gaecilia-ikoor,
de Katholieke Jonge'ingen Bond en de Kath.
Meisjes Bond hunne medewerking verleend.
Bovendien werden in de pauze de Jantjes ge-
tracteerd op koele dranken, welke hoewel
niet „dry" heel gretig werden geaccep
teerd, evenals de „cake" en eigareltcn. Ik heb
hel zelden zoo vol gezien in onze Bondszaal
De stemming was zeer opgewekt, wat ooik
bleek uil de geestdriftige „three cheers," wel
ke de gasten op het eind van den avond voor
de Nederlanders aanhieven.
Zoo hebben de Katholieke vereenigingen 't
hunne bijgedragen lot versterking der vriend
schappelijke relaties tusschen den groeien
Uncle Sam en zijn klein Hollandsch vriendin
netje, waartoe dat vlootbezoek zeker wel dien
stig moet geweest zijn.
Het bezoeik, eenige weken geleden door een
Frainisch oorlogsschip hier gebracht, werd he
laas dóór een tragische gebeurtenis versom
berd.
Toen lapt in den nacht eenige Fransche
zee-officieren, die in de „Harmomeeen di
ner hadden gehad, wilden teruglkeenen naar
de „Victor Hugo", welke in de buitenhaven
lag, sloeg het bootje waaritn ze door het ruwe
westmoesson-weer heen moesten, om.
Een der officieren kon, bij het te water
raken, zich niet los maken uit den mantel,
waarin hij zich gehuld had. Daardoor in zijne
bewegingen belemmerd, zonlk hij, hoewel
goed zwemmer, in de diepte weg.
Het ongeval vond itn de onmiddellijke na
bijheid van het oorlogsschip plaats. Oogien-
blikkelijik na dó hulpkreten werd het water
met zoeklichten beschenen en sprongen eeni
ge matrozen over boord om te trachten den
ongelukkige te redden. Doch dit mocht niet
gelutkken. Pas den volgenden middag, Zater
dag, werd zijn lijik gevonden.
Niet alleen aan boord van de „Victor Hu-
go" was de verslagenheid groot, ooik in de
stad waren de menschen diep onder den in
druk, zooals immer wanneer een jong leven
zoo plotseling een einde vindt.
De dood Ikomt als een dief in den nacht.
Hoe weinig zal deze jeugdige, opgewekte
Franischman, toen hij aai» het feestmaal in de
hei-verlichte zaal met de anderen bijeen was,
gedacht hebben aan de mogelijkheid van te
sterven. En toch, toen. reeds hief boven zijn
hoofd de Dood zijn zeis met dreigenden arm
zwaai omhoog.
Daar ver weg, ergens in Fq^nkjjjk, jumdt
nil een. moeder het portret van haar jongen
in de hand, en smilkt
Ben groote troost kan haar gegeven wer
den.
Dat plotseling eind» aan zijn 'leven had
voor dezen jongen officier nog-cmtzettender
kunnen zijn. Doch het werd hier onder de
Katholieken al spoedig bekend, dat hij den
vorigen dag nog aam boord de H. Communie
ontvangen had.
Toen dan den volgenden dag, het was
Zondag de plechtige „absourte" plaats vond
onder leiding van dien aalmoezenier van het
Fransche oorlogsschip, was er een overtal-
rijlke menigte belangstellenden aanwezig. Ook
zag men er vele marine-autoriteiten en niet-
Katholaelken.
In den lijkstoet, welke zijn lichaam naar
zijn laatste rustplaats begeleidde, liepen mede
een detachement Nederlamdsdhe soldaten, en
eenafrleeling Fransche matrozen. Deze laat-
sten waren ook gewapend, wart blijk gaf van
een bijzondere gunst door de Nederlandsche
autoriteiten verleend.
Op het keikhof hield de Fransche aalmoe
zenier een. prachtige KaÖioBeke lijkrede,
waarna eeniige salvo's over het graf de plech
tigheid besloten.
De Firanschen hebben zich uitgeput in
dankbetuigingen voor de wijze, waarop de
Nederlanders hier hadden geholpen om hun
kameraad de laatste eer te bewijzen. Ook on
der de Katholieken i/i de sitad werd vele da
gen daarna nog gedacht aan dezen jongen
man, wiens tragische dood in een vreemd
land ver vam de zijnen, toch weer zoo tref
fend den genadenrijkdom der Katholieke Kerk
demonstreerde.
Wanneer krijgen de Nederlandsche oorlogs
schepen hun aalmoezenier?
0
J. A. M. d. F.
HET DUITSCHE AAï£BOD„
De draadlooze dienst te Berlijn meldt dat
de Duitsche nota aan de Ententeregeeringen,
welke het nieuwe schadevergoedingsvoorstel
bevat, op aandringen van de socialisten nog
te elfder ure is omgewerkt. Het resumé dat
de officieuse dienst er dan van geeft, is echter
in hoofdzaak gelijk aan dat van het Zwit-
sersch Tel- Ag-, 't welk in ons vorig nummer
onder de Telegrammen is weergegeven.
De nota begint met de gebruikelijke ver
zekeringen omtrent hare bereidwilligheid,
langs den weg van onderhandelingen tot een
regeling van de schadevergoeding te geraken,
maar voegt daar dadelijk in de eerste alinea
aan toe „Zij heeft daarom besloten nog een
poging in die richting te doen, zonder daar
door haar rechtsstandpunt te verlaten of het
lijdelijk verzet prijs te geven, hetwelk zal wor
den voortgezet tot de ontruiming van het ge
bied dat buiten de perken van het verdrag
van Versailles oezet is en herstel van met dit
verdrag overeenstemmende toestanden in het
Rijnland bereikt is." Dus ontruiming niet
slechts van het Roergebied, maar ook van
Dusseldorf, Duisburg en Ruhrort.
De draagkracht van Duitschland is moei
lijk in cijfers uit te drukken, derhalve moet
iedere oplossing 'n elastische factor bevatten.
Bovendien kan het noodige geld uitsluitend
uit buitenlandsche leeningen worden opge
bracht, welke niet mogelijk zijn tenzij het
Duitsche crediet eerst worde hersteld.
Op deze overwegingen en aanknoopend bij
het voorstel-Bergmann doet Duitschland
thans het volgende voorstel De geheele ver
plichting van Duitschland tot prestaties in
geld en waren uit hoofde van het verdrag van
Versailles wordt bepaald op dertig milliard
goud mark op te brengen door uitgiften van
leeningen onder normale voorwaarden op de
internationale geldmarkten, te weten twintig
milliard tot den eerste Juli 1927, vijf milliard
tot den eersten Juli 1929 en vijf milliard tot
den eersten Juli 1931. De inteekening op de
eerstetwintig milliard wordt terstond geopend.
Dei interest lot den eersten Juli 1927 wordt
uit de leening zelf betaald. In zoover de
twintig milliard goud tot den eersten Juli
1927 niet volteekend mochten zijn, zullen
zij van dat oogenblik vijf percent rente dra
gen en één percent geamortiseerd worden.
Indien de twee bedragen van vijf milliard
niet tijdig door leeningen op te brengen zijn,
moet een onpartijdige internationale com
missie beslissen of, wanneer en hoe de met
gedekte rest moet worden opgebracht.De-
zelfde commissie moet in Juli 1931 beslissen,
of, wanneer en hoe de uitgestelde rente van
1 Juli 1923 af zal moeten worden betaald.
De nota omschrijft vervolgens wat onder
„onpartijdige internationale commissie
moet worden verstaan en herinnert in dit ver
band aan het voorstel van Hughes en het
denkbeeld van Bonar Law. Ten slotte zal
Duitschland in mindering van Zijn schuld
leveringen in waren doen, waarover nog na
dere overeenkomsten dienen te worden ge
sloten.
De Duitsche regeering voegt hier ouder
gewoonte aan toe dat dit de uiterste grens is
waartoe zij met inspanning van alle krach
ten kan gaan. Zij moet zelfs twijfelen of het
niet na de gevolgen der bezetting van het
Roergebied Duitschland's draagkracht te
boven gaat. Mocht de tegenpartij het met deze
zienswijze niet eens zijn, dan stelt de Duit
sche regeering voor het heele probleem van
het herstel conform het denkbeeld van Hug
hes aan een onafhankelijke internationale
commissie te onderwerpen.
De nota herinnert dan dat het geheele
bezit en de inkomsten van het Duitsche rijk
reeds volgens het verdrag van Versailles als
borg dienen. Slechts door onderhandelingen
met een internationaal leeningsconsortium
en de commissie van herstel is uit te maken
hoe deze waarborg concreet is te maken en
in bizonderheden te regelen.
De regeering is bovendien bereid langs
wettelijken weg zorg te dragen,^dat alle Duit
sche productieve krachten tot waarborging
van de leening zullen bijdragen. Ondanks
alle geruchten worden de spoorwegen dus
niet als waarborg aangeboden, vermoedelijk
wegens hun steeds toenemend fabelachtig
deficit.
Het vraagstuk van de stabilisatie der mark
vormt met dat vanljhet herstel een geheel
Tot verwezenlijking van dit program moet
8e politiek van panden en sancties worden
uitgeschakeld en moeten de onproductieve
uitgaven door bezetting enz. ophouden.
Contracten op langen termijn tusschen par
ticuliere industrieën der onderscheiden lan
den, in het bizonder voor kolenleveringen
zijn in het belang van den handel. Om bij te
dragen tot een vreedzame samenwerkingtus-
schcn Duitschland en Frankrijk is de Duit
sche regeering zooals zij reeds door haar ini
tiatief ter zake heeft getoond, bereid tot iede
re overeenkomst welke den vrede verzekert
mits zij op wederkeerigheid berust.
In het bijzonder is zij bereid alle geschillen
die niet langs diplomatie ken weg kunnen wor
den bijgelegd, in zoover zijn van juridischen
aard, aan de beslissing van een scheidsge
recht over te laten en alle andere geschillen
aan de door Bryan voorgestelde regeling te
onderwerpen. De Duitsche regeering stelt
voor op den grondslag van vorenstaande be
schouwingen in onderhandelingen te treden.
Uitgangspunt der onderhandelingen moet
zijn dat binnen den kortst mogelijkentijdde
status quo wordt hersteld.
De-nota is behalve aan de Ententen mogend
heden ook aan de groote neutralen, met in
begrip van Nederland, en aan den Paus toe
gestuurd.
FRANSCHE PERSSTEMMEN OVER
HET DUITSCHE VOORSTEL.
Voor de Petit Parisien komt het nieuwe
voorstel neer op een aanbod van 20 milliard
goudmark, waarvan voor rente, enz. onge
veer 5 milliard af moet, zoodat er ongeveer
15 milliard voor Duitschlands schuldeischers
overblijft. Dit bedrag komt overeen met de
helft van de aan Frankrijk verschuldigde
schadevergoeding. In het Duitsche voorstel
dat een internationale commissie Duitsch
land's betalingscapiciteit zal vaststellen, ziet
de Petit Parisien een aanslag op de bevoegd
heden van de commissie van herstel.
Voor de Echo de Paris is het niet twijfel
achtig, welke houding de Fransche regeering
tegenover het te Berlijn ontworpen doku-
ment zal aannemen. Frankrijk handhaaft zijn
aanspraken, gelijk die op 3 Januari aan de
conferentie te Parijs zijn voorgelegd. De
Echo de Paris beschouwt Duitschland's jong
ste voorstel meer als een poging om op de
Britsche bondgenooten invloed te oefenen.
DE ENGELSCHE PERS OVER HET
DUITSCHE VOORSTEL.
De toon der Londensche bladen aangaande
de kansen op aanneming van hef Duitsche
voorstel is eenstemmig pessimistisch. De
ultra-conservatieve en pro-Fransche bladen
beschouwen het aanbod als een oneerlijk
stukje propaganda, dat ten doel heeft Enge
land en Italië te bewegen tot interventie en
tevens zich te verzekeren van de welwillend
heid van de Vereenigde Staten.
DE ENGELSCHE VLOOTBASIS TE
SINGAPORE.
Het voorstel van de Engelsche admiraliteit
om 9l/2 millioen beschikbaar te stellen voor
een vlootbasis te Singapore is aangenomen,
maar heeft veel tegenstand verwekt. De op
positie verzette zich er tegen, ten eerste op
grond van het verdrag van Washington. Vol
gens liberalen, wordt niet zoozeer de letter,
maar wel de geest van het verdrag erdoor
geschonden. Het heette immers, dat dit be
perking van de wapening ten doel had. Het
verbiedt de uitbreiding van de haven van
Hongkong. Daarom kiest men nu buiten de
vastgestelde zone Singapore. Deskundigen
verklaarden dat het plan zeker het dubbele
zou blijken te kosten. Kapitein Hay acht het
plan een prikkel voor Amerika om hetzelfde
te doen en een directe uitdaging aan de gele
volken. Hij plaatste er de zuinigheid van de
regeering in het huizenvraagstuk tegenover.
Asquith verklaarde van meening, dat het plan
door Lord Fisher en Sir Arthur Wilson zeker
verworpen zou zijn, dat dergelijke bases geen
belang hebben en dat de regeering;, zelf met
kan gelooven, dat er zoo'n haast bij is, daar
zij anders een sneller voltooibaar plan zo
gekozen hebben. Verder zei hij, dat memand
kan zeggen of over tien jaar de groote lime-
slagschepen nog iets te betee kenen zullen
hebben. Hij noemde het een kostbare onze
kere dobbelarij. In elk geval had de regeenng
de imperiale conferentie moeten afwachten,
zoodat men precies weet wat de dominions
erover denken. Volgens den Eersten Lord,
zijn de dominions er erg voor. Een schending
van het verdrag van Washington naar den
geest, kon hij er niet in zien.
Voor vele jaren zou Engeland met in een
positie verkeeren om een oorlogsvloot kin de
Pacific of naar Singapore te brengen. Het ge
vaar in de Nöorczee is geweken enin het
Oosten ligt nu het middelpunt van s fijks
maritieme zorgen. Over het algemeen slaagde
de minister er met in, Asqmth. s
te ontzenuwen. De zaak is, dat de admiraliteit
met mannen als Amery aan het hoofd. Enge
land voor een volgenden oorlog wenscht klaar
te maken en gelooft dat het hmsclup daar
nog steeds een functie m vervullen tal.
standpunt hangt met hun heele P°htleK®
philosophic samen en niemand zal hen ooit
overtuigen. Singapore krijgt nu een, groote
oorlogshaven, maar Londen ligt voor lederen
eenigszisn sterken aanval uit de lucht weer
loos open.
DE ENGELSCHE SCHEEPSBOUW.
Voor het eerst sedert twee jaar toont het
kwartaatsoverzicht van Lloyds register een
vermeerdering aan van de in aanbouw zijnde
tonnenmaat. Wel is de tonnenmaat van stoom
schepen die op stapel staat, geringer dan drie
maanden geleden, maar die vermindering
wordt meer dan goedgemaakt door 9®.®
dere vraag naar motorbooten. Met inbegrip
van alle in den laatsten tijd gegeven bestel
lingen van motorvaartuigen, zijn er thans in
het vereenigd Koninkrijk 253.030 ton m aan
bouw wat motorvaartuigen betreft. In, de ge
heele wereld zijn er 308,000 ton van die vaar
tuigen in aanbouw.
UIT HET BEZETTE GEBIED.
Katholieke ambtenaren uit het Rijnland
hebben gevraagd de meening van het Vaücaan
te mogen vernemen over de deportatie van
Duitschers naar Frankrijk in vollen vrede,
vooral aangezien het Vaticaan destijds heeft
geprotesteerd tegen de deportatie van Bel
gen door Duitschland gedurende den oorlog.
De Duitsche hoofdingenieur Gottfried,
die onlangs wegens sabotage door den Fran-
schen krijgsraad tot 20 jaar dwangarbeid is
veroordeeld, zal, naar men verneemt, naar
Martinique worden overgebracht.
Bij de spoorwegviaduct in de oude stad is
een ingezetene die metfeenige kennissen naar
huis ging, door een Franschen schildwacht
zonder eenige reden neergeschoten. Hij is
zoo zwaar gewond, dat men voor zijn leven
vreest.
Ingevolge de weigering van de Rheini-
sche Stahlwerke om te betalen, heeft de
Fransche overheid 8000 ton ertsen in beslag
genomen.
Vijf aanslagen op de spoorwegen door
middel van machines hebben de hooge com
missie der bondgenooten tot strafmaatregelen
doen besluiten.
DE TROEPENBEWEGINGEN VAN
1 SYRIË.
Generaal Pellé en Ismet pasja hebben gis
teren te Lausanne een langdurig onderhoud
gehad, dat tijdens het noenmaal begon.
Noch omtrent het doel van dit onderhoud,
noch omtrent den toon, waarop het is ge
voerd, of omtrent de bereikte resultaten,
is eenige mededeeling gedaan.
Wanneer men sommige Turksche kringen
mag gelooven heeft generaal Pellé zich in
nauwkeurig omschreven bewoordingen uit
gelaten omtrent Syrië en heeft hij Ismet
pasja aangetoond, hoe moeilijk het zou zijn
voor een groote vrdelievende mogendheid als
Frankrijk, te Lausanne vredesonderhande
lingen te voeren, wanneer de Turksche re
geering niet de fout erkent en herstelt, die
zij begaan heeft door op de grens van Syrië
„troepenbewegingen" uit te voeren, zooals hij
het noemde.
Ismet pasja was er op uit met dezelfde
openhartigheid te antwoorden. Het schijnt,
dat de Turksche regeering, bij alles wat zij te
Lausanne en in Turkije onderneemt, bezield
wordt door een onoverwinnelijk wantrouwen
jegens de geallieerden. Om uit te leggen,
waarop deze meenlhg steunt, zeide Ismet te'
gelooven, dat Frankrijk feitelijk zou hebben
afgezien van de politiek overeenkomstig het
verdrag van Angora. Het bewijs hiervan wil
hij zien in het feit, dat de Fransche gedele
geerden zich er pas nog tegen verzet hebben
dat het verdrag van Angora in het vredesver
drag als een integreerend deel zou worden
opgenomen.
Generaal Pellé beperkte zich dienaan
gaande tot elh herhaling van hetgeen hij, met
de instemming der overige delegaties, in de
voltallige zitting heeft verklaard.
Het is natuurlijk onmogelijk te weten, wat
de gevolgen van dit belangrijke onderhoud
kunnen zijn.
Ismet pasja herhaalde zijn betuigingen, dat
hij naar den vrede streeft, Generaal Pellé
betoogde, dat er thans voor de regeering van
Angora een buitengewoon gunstige gelegen
heid openstaat, Frankrijk te bewijzen, dat het
diens vredelievende gevoelens deelt.
De Fransche zaakgelastigde te Konstanti-
nopel heeft een gewichtige mededeeling ge
daan aan Adnan bei, den vertegenwoordiger
van Angora alhier, betreffende het samen
trekken van Turksche troepen aan de grens
van Syrië. De mededeeling bevat een waar
schuwing voor de mogelijke gevolgen dier
samentrekking en er wordt ten slotte in ge
zegd, dat Frankrijk gedwongen zal worden
militaire voorzorgsmaatregelen te nemen.
IERLAND.
De Morning Post schrijft, dat het neerleg
gen der wapenen door de republikeinen van
Maandag af doeltreffend is gebleken. Ge
weldplegingen hebben zich sedert dien niet
voorgedaan. Het blad verneemt dat de groo-
tere kwestie betreffende een definitieven
vrede voortgang maakt. Een belangrijke ver
klaring te dien aanzien kan elk oogenblik
verwacht worden.
HET PAN-AMERIKAANSCHE
CONGRES.
Uit Santiago wordt het volgende gemeld
over de Pan-Amerikaansche conventie
„De pogingen der conventie om overeen
stemming te bereiken over de beginsel-
quaestie der beperking van de bewapening,
zijn definitief mislukt. Die mislukking is een
gevolg van het feit, dat Brazilië met beslist
heid weigert eenig ander voorstel te aan
vaarden» dan een nadere conferentie van ge
delegeerden van Argentinië, Brazilië en
Chili. l>e Braziliaansche gedelegeerden be
weren dat zij er enkel in hadden toegestemd,
op de afgeloopen Pan-Amerikaansche con
ferentie de ontwapening te behandelen als
daad van courtoisie.
Thans is de toestand nog aanzienlijk on
aangenamer geworden door een uitlating
van den Braziliaanschen gezant, waaruit
blijkt, dat er in December 1.1. tusschen
Brazilië en Chili onderhandelingen zijn
gevoerd.
De Argentijnsche gedelegeerden zijn ui
termate verstoord, zij verklaren dat zij hun
tijd hebben vermorst„want zij waren ter
conferentie verschenen, bereid om in de
ontwapeningsquaestie tot een vergelijk te
komen."
1 MEI IN JAPAN EN CHINA.
Uit Shanghai wordt gemeld De hier
wegens den lsten Mei gehouden bijeen
komst nam een resolutie aan waarin werd
aangedrongen op de vorming van een natio
nale arbeidersorganisatie.
Peking vierde den 1 Mei-dag voor het
eerst met een massa-bijeenkomst, waarin
resoluties aangenomen werden, welke aan
dringen op onderdrukking van het militaris
me, afschaffing van de anti-stakingswetten
en invoering van den achturigen werkdag.
En uit Tokio de optochten, gehouden
naar aanleiding van den lsten Mei verliepen
zonder ernstige storingen, dank zij de bui
tengewoon talrijke politiemacht, die op de
been was.
Er is een groot aantal personen geassis
teerd, o.w. vele vrouwen, alsmede ettelijke
socialistische leiders.
De Amerikaansche attorney-Daugherty,
heeft bekend gemaakt dat over 30 dagen
een begin zal worden gemaakt met de krach
tige toepassing van de anti-drankwetten aan
boord van de Amerikaansche en buitenland
sche schepen die zich met sterken drank
aan boord bevinden binnen de territoriale
wateren van de Unie. De wet zal worden
toegepast met alle beschikbare middelen en
zonder aanzien des persoons.
In de Ver. Staten is een nieuwe krach
tige beweging begonnen om bij de verkiezin
gen in 1924 een uitspraak uit te lokken, ten
unste van een toetreding door de Ver.
Itaten, tot den Volkenbond. De leiding der
campagne berust bij de League of Nations
non partisan Association, van welke rechter
Clarke (de voormalige rechter in het Opper
ste Hof van de Ver. Staten) de voorzitter is.
De L. o. N. n. p. L. rekent op steun uit de
rangen der beide groote partijen de Repu-
blikeinsche en de Democratische.
Een aantal arbeidersleden van het
Engelsche parlement heeft een uitnoodi-
ging van Lady Astor aangenomen voor een
diner op 11 Mei in haar huis, waarbij de
prins van Wales tegenwoordig zal zijn.
In de Britsche kolome Kennya (vroeger:
Oost-Afrika) zijn vele Indiërs gevestigd, die
volledige gelijkstelling met blanke kolonisten
verlangen. Dit is hun tot dusver geweigerd.
Achttien maanden lang is het geschil al aan
den gang en de Indiërs hebben zelfs met
wapengeweld gedreigd. Om aan de moei
lijkheden een einde te maken heeft de her
tog van Devonshire, de minister van kolo
niën, nu te Londen een conferentie belegd,
waarin de twee partijen tegenover de re
geering hun standpunt zullen bepleiten.
Aan het hoofd van de blanke gedelegeerden
staat Lord Delamere, een Oostafrikaansch
pionier. Hij is vergezeld van Sir Robert
Coryndon, den gouverneur van de kolome,
dr J. W. Arthur, een predikant die een voor
name rdl speelt Bij net zendingswerk, en
twee andere kolonisten, van wie er een lid
van den Wetgevenden Raad is.
De conferentie begint Vrijdag en de voor
naamste kwesties die er ter sprake zullen
komen zijn contróle op de immigratie
verhindering van de overheersching der Azi
aten en afbakening van gebieden voor Eu
ropeanen.
Voortaan zullen de Engelsche telefoon
centrales aan aanvragers op hun verlangen
de laatste weervoorspellingen voor het dis
trict opgeven.
DE KATHOLIEKE MISSIE ONDER DE
HEIDENEN ALS DRAAGSTER DER
BESCHAVING.
Een nieuw boekje (66 bladz.) van de Fran-
ciseus-Xaverius-Missievoreeniging. Op zioh
zelf is het een geheel, maar het is het eerste
deeltje van een reeks van elf, die Ie samen
(700 bladz.) het boek uitmaken: „Die Kath.
Heiden mission als Kulturtrager."
De Priester-Missiebond in Nederland heeft
met enkele personen in Amerika en Zwitser
land de uitgave mogelijk gemaakt.
Dit is reeds aanbeveling genoeg; maar hel
eerste deeltje over den godsdienstigen en be
schavingstoestand' van het heidendom ver
dient een breed ere aanbeveling.
Zielebeschaving is de kern van echte cul
tuur en het christendom geeft die zietebe-
schaving in rijke diepte en in hoogste vol
maaktheid. Dat ohristendom moet door de
Kerk gebracht aan alle volkeren; dat is d«
missiegedachte volgens God-s plan als Chris
telijk ideaal en als beschavingsfactor bij uit
nemendheid in Gods Kerk levendig gehouden.
Heet de wereld dringt naar een oplossing
in den kampstrijd om het vinden van hel
meest waardevolle in het leven. Daarom ons
apostolaat en het succes is reeds bemoedi
gend, bijv. in de' laatste 25 jaren zijn in
Afrika meer heidenen bekeerd dan in eeu
wen voor dien tijd.
Zoo ongeveer is het voorwoord van Dr.
Ludw. Berg.
Het eerste deeltje geeft dan een overzicht,
hoe het heilig erfdeel der eerste menschen
steeds meer en meer is verduisterd door af
val van den waren God, vandaar aanbid
ding van zon en maan en sterren en ho
geloof in de afstamming der menschen uil
dieTen en planten.
Door vereeniging van verschillende stam
men ontstonden nationale godsdiensten, zoo
als bij de Assyro Babyloniërs, Italianen,
Grieken en Germanen.
En op dat oorspronkelijk godsdienstig
standpunt zijn de natuurvolkeren in Afrika,
Australië en Amerika blijven staan, ook hun
beschaving ontwikkelde niet.
Maar ook de beschaafde volkeren van Azië
slaan laag in hun godsdienstig Jeven; lochia
bijv. de Indiaan buitengewoon godsdienstig
aangelegd, maar helaas hebben zij tallooze
afgoden inplaats van den éénen waren God.
Den waren God -kent men niet en daarom
voelen zij geen verantwoordelijkheid tegen
over Hem en kiezen zich zelf goden, waar-
door het heidendom lijnrecht staat tegenover
het christendom.
Na deze wetenschappelijke uiteenzetting
geeft het boekje nog zeer veel voorbeeld pit
ter illustratie. Voorbeelden, van bijgeloof
(de siaart van de heilige koe vasthouden is
voor den stervende een geluk, want alles
wordt hem vergeven en de herthei is voor
hem zeker). Voorbeelden van minachting
van het kind en de vrouw. Kinderen worden
vermoord, bijv. in Australië aan de Zuidzee
zijn maar weinig oudere, vrouwen, die geert
kindermoord op hun geweten heben. Vooral
China is bekend om de verregaande gevoel
loosheid zelfs voor eigen kinderen; jaarlijks
worden daar wellicht een millioen kinderen
vermoord.
Ook de vrouw wordt als minderwaardig
behandeld, op de duizend vrouwen in Indie
kunnen er maar zeven lezen of schrijven.
Bidt voor do Missie maar koopt en Jeest dit
boekje (prijs duizend mark, dus ongeveer een
dubbeltje), dan krijgt ge missie-kennis «n
beslist meer missie-liefde en dat zal op dt
eerste plaats u zelf tot heil zijn; maar tevens
voor de ongelukkige menschheid die Chris
tus niet kent als de weg en de waarheid et
het leven.
„Die Katholische Heidemmission als Kub
lurtrager" verschijnt in de serie „Ahbanide-
lungen aus Missionskunde und Missionsge-
sohiohte", deze werdén uitgegeven door het
Xaverius Verlag, Hirsohgraben 39 te Aken.
Het eerste, bovenbesproken deeltje ook te
bestellen bii kap. A. de Wit, WalburgspTeif
1, Arnhem (fr. p. p. S 20 cent).
I
NIEUWE UITGAVEN.
Wij ontvingen de volgende uitgaven, ari?
dezer dagen het licht zagen:
Voeren wij den klassenstrijd? (een recht
vaardiging van beleid) door Simon A. Maas
voorzitter van het Verbond van Nederland
sche Fabrikanten-Vereenigingen. Uitg. van
Nijgh van Ditmar's uitg. Mij. Rotterdam.
Naar 't Priester-ideaal! De eerbiedwaar
dige Petrus Donders, Apostel der Melaat-
schen van Suriname, door M. van Grinsven
C.S.S.R.
De schrik der Mobali, door Pater A, Mar-
revee, priester van het H. Hart, Kongo-Mis-
sipnaris (Banalya). Uitgave-der priesters van
het H. Hart, te Bergen op Zoom.
Missiebloemen No. 4. De zoon van den
Toovenaar. Voor onze kleine Missionarissen.
Uitg. der Priesters van het H. Hart te Ber
gen op Zoom.
Broeder Johannes, door Cor Hermus. Uitg,
der priesters van het H. Hart.
Annalen St. Joseph-Congregatie. 34e Jg.
Afl. 1. Uitg. Missiehuis, Roozendaal.
Het Schild, Apologetisch maandschrift. 4a
Jg. No. 11. Seminarie Rijsenburg, Drieber
gen.
St. Claverbond. Uitgave der P. P. Jezu
ïeten ten bate hunner missie op Java. 35e
Jg. Afl. 4.
Daar de brand was bedwongen voor ctere Pa
cific Street had kunnen bereiken, waren de
beide Duitsohe „hotels" er ditmaal nog met
den schrik afgekomen. De gasten behoorden
echter meerendeels tot degenen wien 't in de
stad ineens „te warm" was gewórden, en zelfs
de raadsheer had het raadzaam gevonden zijn
matjes maar dadelijk op le rollen. Bij iemand
«is hij was dit zeker iets ongewoons, want
hij hield anders van wik kon en wegen, om dan
eerst na rijp beraad zijn besluit uit te voe
ten. In dezen nacht' had hij echter van het
Amerikaansche leven reeds meer gezien en
ondervonden dan hem lief was.
Na het geval met den neger, wparvan hij
log griezelde,, ging hij zoo gauw mogelijk naar
'tuis, sprak er daar met niemand over, uitte
niet de geringste zelfstandige meening, dan
zou 't dat verschrikkelijke volk toch wel niet
kunnen invallen hem evenzoo te behandelen.
Haar het kostte hem moeite tot den volgenden
dag te wachten om San Francisco te verlaten.
Zoodra men echter deze stad verliet, bleef
In dien tijd iemand niets anders over dan óók
de mijnen in te- gaan en daarom kwam de
raadsheer bij den assessor tot diens verbazing
met het voorstel aan boord met hem de ber
gen in te gaan.
Voor dit „vereerende aanbod" meende- de
assessor Mölder, hoe goed en meegaand hij
ook was, vriendelijk maar vast te moeten be
danken, op grond dat hij de arme mevrouw
Siebert in haar ongelukkige omstandigheden
niet alleen kon laten.
Hij had haar dit, zeide hij, beloofd, en moest
zijn woord houden. De raad-sheer trok een
oogenblik de schouders op, maar diaarmee
was de zaak uit
Dien dag hadden de menschen echter noodig
voor pakken, en zoo hadden, behalve de
raadsheer, Lamberg, Binderthof en de heer
Hufner besloten, gezamenlijk hun boeltje op
te breken.
De vier laatstgenoemden Waren al spoedig
met pakken klaar. Een van de kleine stoom
bootjes zou hen naar Stockton vervoeren en
van daar uit zouden zij hun gelukin de zuide
lijke mijnen beproeven. De raadsheer had
echter in den voormiddag nog geen tijd daar
toe kunnen vinden en slechts de eene pijp na
de andere gerookt onder, het mijmeren over
dat „dorado".
Eindelijk toen hem de anderen haastten en
verklaarden den volgenden morgen geen mi
nuut op hem te zullen wachten, ging hij aan
den slag, maar zoo onbeholpen dat de assessor
het niet kon aanzien en hij den raadsheer aan
bood alles voor hem te willen inpakken, in
dien hij zün spullen maai; allemaal op eon
hoopje bijeen bracht.
Om 2 hut ging de assessor aan het werk,
wiaarvan hij alleen zoo nu en dan ophield om
op de kinderen té letten, pakte een haal, die
best een rci3 om de wereld had kunnen ma
ken, dook ergens 'n oud stuk pak'Knnen op,
nam naald en draad en was nog lang na don
ker, buiten op straat bezig, tot groot vermaak
van de voorbijgangers, die hem de naald te
gen het maanlicht zagen in rijgen en dat zoo
leuk vonden.
De raadsheer rookte onder die bedrijven
op zijn doode gemak 'n pijpje en zedde alleen
toen het zaakje klaar was:
„Dank u, rol nu maar de baal in de tent",
en toen ging hij nog eens een straatje om, om
te zien, hoe het op de Plaza gesteld was.
Onderweg kwam hij aan een der donkere
hoeken drie mannen tegen, die 't Engelsch nog
al duidelijk spraken en 't erg druk met elkaar
hadden, zelfs op ruzietoon.
Toen de vreemdeling wat dichterbij kwam,
zwegen zij stil en Kelen hem voorbij gaan.
„Goeden avond," zcide de raadsheer kortaf,
want hij vertrouwde 't driemanschap niet erg.
Geen hunner antwoördde echter, al keken
ze even om, en eerst toen hij uit het gehoor
was, zette een hunner, een klein maar nogal
zwaargebouwd man, het gesprek voort.
Maar waar waren jullie dan den be-* n dag,
dat ik me gek naar jullie moest zoeken? Waar
zou jullie nou naar toe gaan? Naar mij toe?
Morgen brengen!"
„Zeker wilden we dal," antwoordde een yan
de anderen, een lange, magere man, en als Je
nu maar 'n oogenblik luisteren wilt, Brown,
dan zal je aUes weten."
„Hoe jullie me te pakken hebt gehad?" riep
de kleine met een verachtelijken bttk op
den spreker.
„Ik hoop, Brown, dat je mij met zult in staat
achten, een vriend te bedriegen," riep de der
de. „Voor den duivel, lijd ik minder onder het
verlies don jij, en is Smith niet even-goed mij
rekenschap verschuldigd als jou?"
„Rekenschap? Waarover?" voer Smith mt.
„Kan ik den brand tegengaan, als daar ineens
de heele zaal in rook en vlammen staat? Hoe
is 't den armen Jacobs gegaan die bij het
weghalen van zijn geldkistje verbrandde?
En toch liet ik het mij toevertrouwde niet in
den steek en zou hot zeker in veiligheid heib
ben gebracht indien niet een neervallende
haik mij in mijn vlucht 'had gestuit Ik zeg je,
er was nood; ik moest wel alies in den steek
Jaten, ander lag ik nu ate een, verkoold lijk
onder het puin." En waar is het goud ge-
hieven?" vroeg Brown weer, „je zult toch
toegeven dat goud en zilver niet maar zooals
papier verbrandt en tenminste ais gesmolten
klomp overblijft.
„Waar is al hert andere?" riep Smith daar-
tusschen, „pas daar maar eens op, als zoo'n
bende menschen elke plek bestormt, am te
rediden. Ik heb de plaats prompt onthouden
waar ik d« kist moest toten, maar vanmorgen,
na twee volle uren zoekens, was geen spoor
van het geld meer te vinden,''
„Als je niet zoo'n toffaard waart, Smith, dan
had je het goud in veiligheid moeten brengen,"
zeide Siftly grimmig. „Waarom hebben Foïkers
en Bright het wel gedaan?"
„Omdat die niet bij den uitgang zaten," riep
Smith. „Dat is nu mooi, maak mij er geen
verwijt van dat ik niet bovcnmenachelijke
kracht had."
„Heb je dus niets, hoegenaamd niets gered
'van wat tot onze compagnieschap behoorde?"
vroeg nu Brown, die intusschen de anderen
met wantrouwenden blik had gadegeslagen.
„Geen cent, ik zweer het jet" zeide Smfir;
„zelfs mijn mantel heb ik in de vlammen moe
ten toten; ik wil de duurste eeden er op
zweren."
„Doe geen moeite," viel zün kameraad hem
kalm in de rede, „wat jy onder eeden verstaat,
weet ik b(j ondervinding; ik ken je helaas
maar al te goed."
„Maar Brown!" j' 'j
„Laat me uitpraten. Voor liet moment zie
ik heel goed in, dat ik je niets kan bewijzen,
maar ik mag denken wat ik wil. En je een
proces aand-oen? dat zou maar onzin zijn
en «Heen een kluif voor advocaten. De brand
van San Francisco is een mantel waaronder
nog menige schurk schuil gaat, en ik moet
zeggen dat je het zaakje sluw genoog hebt
aangepakt, maar
„Deuk je dan dat ik je geld gestolen heb?"
riep Smith heftig.
„Ja, zeker denk ik dat," antwoordde Brown
even kaïn» ais beslist," en meer Bog dan dal.
Maar neen» je in acht! Heb ik de zekerheid,
dan zij God je genadig I"
„Schurk I Ellen-deling 1" schreeuwde Smiths
heesch van woede, terwijl hij zijn revolver te
voorschijn haalde. Maar Sifüy's hand lag als
lood op zijn arm. Zij gewis moesten zorgen.dat
ze niet met de politie in aanraking kwamen, en
hij trad tu-sschenlbeiden.
„Brown," zeide hij met ernstig, bijna ge
zaghebbend gebaar, „ik geloof, dat je Smith
onrecht doet, en in alle geval is de ma
nier...."
„Geloof wat je wilt," viel de kleine, tot het
uiterste gebrachte man in de rede, „indien je
uitleg wilt hebben, weet je waar ik woon," en
zich op zijn hiel omdraaiend, liep hij, zonder
de beide anderen met een blik le verwaardi
gen, de straat door.
Smith maakte een beweging alsof hij hem'
wilde volgen, maar Sitly het zijn arm niet los
en hem in tegenovergestelde richting met zich
meenemend, zedde hij fluisterend:
„Laat loopen. Als hij zijn vijf zinnen bij el
kaar heeft, moest hij toéh al wat begrijpen.
Dat hij ons niets doen kon, weet hij net zoo
goed als wij en die paar woordjes, dunkt me,
kunnen we ons wel laten welgevallen. Hij
heeft ze duur genoeg moeten betalen."
„Hij zal ons echter blijven nagaan," zeide
Smith; „hadt je me niet tegengehouden, dan
was hem nu ad het licht uitgeblazen
„En wij misschien al in handen van eenige
vriendelijke constabels, die meer van ons zon
den .willen wéten, dan ons mc is," lachte