kismst en raus. t weede Blad 28 «Juni 1923 Benoeming der Hoogleeraren en andere docenten aan de R,-K. Universiteit. LIEFDE OVERWINT HET HOLLANDSCHE MUZIEKLEVEN FEUILLETON Het Bestuur der St. Radboudstichting heeft benoemd aan de R. K. Universiteit: to! Rector Magnificus voor het eerste aca demisch studiejaar 1923'24: Dr. J o s S c h r ij n e n, Hoogleeraar te Utrecht; Verder zijn benoemd: In de Faculteit der Godgeleerdheid: tot gewoon hoogleeraar: in de dogmatiek, dogmageschiedenis en apologie: Mag. Dr. Johan Kors O.P., ïrofessor te Huissen; in de moraal, mystiek, algemeene sociolo gie en de geschiedenis der godsgeleerdheid: Mag. Gerard De Langen Wen de I s O.P., hoogleeraar aan de Universiteit te Freiburg (Zwitserland); in de exegese van het Oud Testament, het Hebreeuwsch en de Israëlitische kultuur- jeschiedenis: Dr. Paul Heinisch, hoogleeraar an de Universiteit te Breslau; in de exegese van het Nieuw Testament, de algemeene inleiding tot de H, Schrift en "het Assyrisch-Babylonisch: Dr. Leo Jan sen O.P., professor te Huissen; in het canoniek recht, tevens belast met het onderwijs in de faculteit' der rechtsgeleerd heid: Dr. Frans van Welie, professor te Haaren; in de kerkelijke geschiedenis der middel- reuwen en der nieuwe tijden, tevens belast met hel onderwijs in de algemeene en vader- taadsche geschiedenis der middeleeuwen in 2* faculteit der letteren en wijsbegeerte: Dr. Willem Mulder S.J., leeraar aan het R.K. Gymnasium te Amsterdam; in de godsdienstgeschiedenis, de Christelijke archaeologie en de godsdienstphilosophie, te vens belast met de geschiedenis van de Jodsdienst der Grieken en Romeinen in de literarische faculteit: Dr. Johann Peter 5 t e f f e s lector aan de Universiteit te Frankfurt; tot buitengewoon hoogleeraar: in de patrologie en oude kerkelijke ge schiedenis: Dr. Desiderius Franses 3.F.M., professor te Bleyerheide; a de Faculteit der Letteren en Wijsbegeerte: tof gewoon hoogleeraar: in de wijsbegeerte en de algemeene pae- dagogiek, tevens belast met het onderwijs in Je wijsbegeerte van het recht in de faculteit der rechtsgeleerdheid: Dr. Jan Hoogveld Rector van het R.K. Lyceum te Utrecht; in de geschiedenis der wijsbegeerte en de geschiedenis der mystiek, in het bizonder der Nederlandsche mystiek, Dr. T i t u s Brandsma O.Carm., professor te Oss; in de Grieksche en Latijnsche taalkunde, de algemeene taalwetenschap, de Romein- uche staatsinstellingen en de volkskunde: Dr. Joseph Schrij n e n, hoogleeraar aan de Universiteit te Utrecht; In de Grieksche letterkunde, de staatkun dige geschiedenis en de staatsinstellingen van Griekenland: Dr. Engelbcrt Drc- r u phoogleeraar aan de Universiteit te Würzburg; in de Latijnsche letterkunde en de staat kundige geschiedenis der Romeinen, tevens voorloopig belast met het onderwijs in de klassieke archaeologie: Dr. A 1 o y s i u s 3 1 ij p e n S. J., leeraar aan het R.K. Gymna- liura te Amsterdam; in de Nederlandsche taal- en letterkunde, Je vergelijkende Indogermaansche taalweten- schap en het Sanskrit: Dr. Jacques van 3 i n n e k e n S.J., professor te Oudenbosch; in de Germaansche taal- en leterkunde: Dr. Iheodoor Baader, privaatdocent aan le Universiteit te Münster; in de algemeene en vaderlandsche ge schiedenis der nieuwere tijden: Dr. H. H u y b e r s docent aan de R.K. Leergangen; in de Fransche letterkunde: Jean Da- fens, leeraar aan het lyceum te Tulle Cor- èze; in de Hoogduitsche letterkunde: Dr. Wil helm K o s c h, hoogleeraar aan de Uni versiteit te Czernowitz; tot buitengewoon hoogleeraar: in de empirische en toegepaste zielkunde: Dr. Frans R o e 1 s, hoogleeraar aan de Universiteit te Utrecht; in de geschiedenis der latere Middeleeuwen m de oorkondenleer, tevens bibliothecaris: Dr. Henri van der Velden, leer aar aan het Gymnasium te Nijmegen; in de Semitische taal- en letterkunde, te vens belast met het onderwijs in de verge lijkende liturgiegeschiedenis in de faculteit Ier godgeleerdheid: Dr. Anton Bau in sta r k, hoogleeraar aan de Universiteit te 'Bonn; in de schoonheidsleer en kunstgeschiede nis: Dr. Gerard Brom, secretaris van de Unie der R. K. Studenten in Nederland; tot lector: in de geschiedenis der Grieksche en Ro meinsche wijsbegeerte: Dr. Petrus Sor- m a n i, rector van het stedelijk gymnasium te Nijmegen; in de Zeventiende-eeuwsche Nederland sche letterkunde (Vondelstudie in het bizon der); lector Bernard Molkenboe r O. P., professor te Huisen; in de Fransche taalkunde: Bernard Wcerenbeck, docent aan de RiK. Leer gangen. docent aan de R.K. Leergangen, tot gewoon hoogleeraar: in de inleiding tot de rechtswetenschap, het internationaal privaatrecht, het volken recht en het burgerlijk procesrecht: Mr. Paul Bellefroid, advocaat en procu reur te Utrecht; in het burgerlijk recht, handelsrecht en rechtsgeschiedenis: Mr. E. J. J. van der H e y d e n, advocaat en procureur te Rot terdam; in het staats- en administratief recht: Mr. Dr. Joseph van der Grinten, secretaris der gemeente Nijmegen; in de staathuishoudkunde en economische sociologie: Mr. Dr. Charles Raayma- k e r s S.J., provinciaal van de orde der Je zuieten; tot buitengewoon hoogleeraar: in het strafrecht en strafprocesrecht: Mr. Willem Pompe, advocaat en procureur te Deventer; tot lector: in het Romeinsche recht: Mr. George R u s s e 1, advocaat te Amsterdam; in het huwelijksgoederen- en erfrecht: Mr. A. P. Louwers, Griffier bij het kanton gerecht te Tilburg. De benoemingen gaan in op den eersten October a.s. Nog zullen aangesteld worden assistenten voor de Fransche en Duitsche taal. In de naaste toekomst zal volgen de benoeming van hoogleeraren voor crimineele psychologie en voor de Engelsche Taal- en Letterkunde. J. B. Kors O.P. Johannes B. Kors wérd geboren te Boxtel in 1885; Priester gewijd in 1910; deed zijn Lectoraats-examen in 1912. Hij studeerde verder theologie te Freiburg en promoveer de daar in 1916 op proefschrift: „La Justice primitive et le péché originel d'après Saint Thomas.'' Van 1916 tot 1921 doceerde hij te Huissen de dogmatiek, sindsdien de moraal. In 1917 werd hij benoemd tot Moderator der R.K. Studentenvereeniging „Franciscus Xave- rius te Wageningen. In Maart 1913 verwierf hij te Rome den graad van Magister The- ologiae. Leeropdracht: Dogmatiek, Dogma-geschie denis en Apologie. G. .J. de Langen-Wendels O.P. Gerard Jordanus de Langen-Wendels werd geboren tc Utrecht in 1867. In 1884 trad hij in de orde der Dominikanen té Huissen, in 1891 ontving hij de H. Priesterwijding. In 1893 werd hij benoemd tot professor in de wijsbegeerte te Huissen. In 1895 deed hij zijn lectoraats-examen. Benoemd tot gewoon hoogleeraar in de Moraal te Freiburg in 1900. In 1906 verwierf hij den graad van Magister Theologiae. Leeropdracht: Moraaltheologie, Mystiek, Algemeene Sociologie en Geschiedenis der Godgeleerdheid. P. Heinisch. Paul Heinisch werd geboren in 1878 te Leobschütz (in het Duitsch blijvend gedeelte van Opper-Silezië). Studeerde Theologie te Breslau. ,In 1902 Priester gewijd, was hij tot October 1907 werkzaam als kapelaan te Tauchwitch (Kreis Leobschütz). In Maart 1907 promoveerde hij tot doctor in de Theo logie, en vestigde zich als privaat-docent voor Oudtestamentische Exegese te Breslau. In 1911 werd hij tot Ordinarius benoemd aan de theologische faculteit te Strassburg, als opvolger van Prof. v. Faulhabpr, Bisschop van Spiers. Na den oorlog werd hii. evenals de andere Duitsche professoren, ontslagen, en tot ordinarius te Breslau benoemd. Prof. Heinisch is vooral bekend door zijn commen taar op het bock der Wijsheid. Verder pu bliceerde hij monografieën over de Grieksche wijsbegeerte, de Messiaansche voorzeggin gen, het idee der heidenbekeering, de per sonificaties in het Oude Testament enz., en tal van artikelen in de Biblische Zeitschrift, Theologie und Glaube, e. a. Leeropdracht: Exegese van het Oud Tes tament Hebreeuwsch, Israëlitische Kuituur geschiedenis. L. R. Jansen O.P. Dr. Leo Reginaldus Jansen O.P. werd ge boren te Nijmegen in 1879, Priester gewijd in 1904. Hij studeerde Schriftuur te Jeruzalem van 1906 tot '09, in welk jaar hij promoveer de. Professor in de Oudtestamentische Exe gese in 1909 te Rome in het Collegio Ange- lico van 1911 tot 1914 te Leuven, en sinds 1914 te Huissen. Leeropdracht: Exegese van het Nieuw Tes tament; Nieuw testamentisch Grieksch; Alge meene Inleiding tot de H. Schrift (met inbe grip van Bijbelsche Hermeneutiek); Assyrisch Babylonisch. W. Mulder S.J. Willem Mulder werd geboren in 1875 te Amsterdam, werd Priester gewijd in 1909. Hij studeerde m de Geschiedenis (en Neder landsche letteren) te Leiden, waar hij in 1907 promoveerde op proefschrifïr „Dietrich von Nieheim,'.' en was achtereenvolgens leer aar aan de gymnasia der P.P. Jezuieten te Nijmegen en te Amsterdam. Dr. Mulder is lid van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde en van het Historisch Genoot schap. Leeropdracht: Kerkelijke geschiedenis van de Middeleeuwen en de nieuwere tijden in de Theologische Faculteit; algemeene en va derlandsche geschiedenis der Middeleeuwen in de Faculteit der Letteren en Wijsbegeerte. F. A, M. van Welie. Franciscus Antonius Maria van Welie werd geboren 3 December 1886 te Drcumel (Gel derland) Na volbrachte studie op de beide Seminariën van het bisdom 's-Hertogen- bosch te St. Michiels-Gestel en te Haaren Priester gewijdop 1 Juni 1912. Hij behaalde het Bassalaureaat in het Romeinsche Recht aan de Universiteit van Apollinaris te Rome op 12 Juni 1913 en het doctoraat in het Ker kelijk Recht aan de Gregoriaansche Univer siteit te Rome op 7 Mei 1915 op dissertatie: „Ecclesiae jurisdictio indirecta in negotia temperalia et politica." Benoemd tot kape laan te Eindhoven op 7 Juni 1915, tot profes sor in de Theologia Moralis aan het Groot- Seminarie van het bisdom 's-Hertogenbosch op 4 December 1916. Leeropdracht: Canoniek recht, tevens ca noniek recht in de faculteit der Rechtsge leerdheid voor de studenten in de Rechts wetenschappen. J. P. Steffesi Johan Peter Steffes werd geboren te Out- schcid (Bez. Trier) in 1883. Hij studeerde aan het. Seminarie te Trier, was na de pries terwijding eenigen tijd werkzaam in de ziel zorg, studeerde verder te Berlijn, Würzburg en München. Hij promoveerde in de Theolo gie op proefschrift: „Der Gnostizismus," en in de philosophic op proefschrift „Die Reli- gionsphilosophie des Unbew.ussten bei Eduard von Hartmann." Bekend is ook zijn: „Reprasentanten religiöser und profaner Weltanschauung." Hij is medewerker aan de philosoplusche Handbibliotheek, waarin een deel over Religions-philisophie vairi hem zal verschijnen. Hij vestigde zich als privaat-do cent te Münster en werd door de Regeering belast met het geven van colleges in Gods dienstgeschiedenis aan de Universiteit te Frankfort. Leeropdracht: Godsdienstgeschiedenis, de christelijke archaeologie en de godsdienstphi losophie; tevens geschiedenis van den gods dienst der Grieken en Romeinen in de litera rische faculteit. D. Franses O.F.M. Desiderius Franses werd geboren te 's-G#a- venhage in 1888, en trad in 1907 in de orde der Minderbroeders te Wychen. Na de H, Priesterwijding in 1914 studeerde hij te München in de faculteit der godsgeleerdheid en der letteren. Hij promoveerde in 1919 op proefschrift over de werken van Quodvult- deus Daarna professor in de H. Schrift te Bleyerheide. Leeropdracht: Patrologie en Oude Kerke lijke Geschiedenis. J. H. E. J. Hoogveld. Johannes Henricus Everardus Jacobus Hoogveld werd geboren te Elden in 1878. Werd priester gewijd in 1902, promoveerde te Rome in de wijsbegeerte en theologie. Van 1906 tot 1921 was hij professor in de wijsbe geerte te Culemborg, sinds 1916 tevens do cent aan het psychologisch-paedagogisch in stituut der R.K. Leergangen; sinds 1922 rec tor van het R.K. Lyceum te Utrecht. Hij is medestichter en redacteur van „De Beiaafd" en van het „Tijdschrift voor Zielkunde en Opvoedingsleer." Leeropdracht: Inleiding tot de wijsbe geerte; logica, critica, zielkunde, algetneene -metaphysica, algemeene ethiek. Algeihöene paedagogiek. In de Faculteit der Rechtsge leerdheid: Wijsbegeerte van het recht. A. S. T. Brandsma O.Carm. Anno Sjoerd Teke Brandsma werd gebo ren 1881 te Ugoklooster (Fr.), trad in 1898 in de Orde der Carmelieten, 1906 Priester gewijd, 19061909 te Rome, waar hij wijsbe geerte studeerde en promoveerde tot doctor philosophiae. Sinds 1909 doceert hij de wijs begeerte aan het Studiehuis der Orde te Oss. Hij is de leider van de uitgave van de wer ken van de H. Theresia en van den H. Jo annes van.het Kruis, uit het Spaansch. Leeropdracht: Geschiedenis der Wijsbe geerte (uitgezonderd die der Grieken en Romeinen), Natuurphiiosophie, Natuurlijke Godsleer, Wijsbegeerte der Geschiedenis, Geschiedenis der Mystiek, met name der Ne derlandsche Mystiek. J. C. F. H. Schrijnen. Joseph C. F. H. Schrijnen werd geboren te Venlo in 1869, studeerde van 1887 in de klassieke letteren te Leuven, waar hij in 1891 summa cum laude promoveerde op proefschrift: „Etude sur le phénomene de „S. Mobile" dans les langues classiques.' Daarna studeerde hij theologie in het Semi narie te Roermond. Priester gewijd in 1894, leeraar in de klassieke taal aan het Bis schoppelijk College 'te Roermond van 1894 tot 1912. In 1910 werd hij benoemd tot Lec tor, in 1912 tot bizonder hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit te Utrecht in de Kuituurge schiedenis der Christelijke Oudheid en in de vergelijkende klassieke taalwetenschap vanwege de Sint Radboudstichting, en in 1921 tot buitengewoon hoogleeraar in de al gemeene taalwetenschap. Is lid van de re dactie van „Dé Beiaard" en de „Ncophilolo- gus," van de Koninklijke Vlaamsche Akade- mie7 van de Maatschappij der Ned. Letter kunde en van de Société de Linguistique van Parijs. Leeropdracht: Grieksche en Latijnsche taalkunde, met name geschiedenis der Griek sche en Latijnsche taicn; Vulgair-Patristisch en Kerklatijn. Algemeene taalwetenschap, Romeinsche staatsinstellingen, Volkskunde. E. Drerup. Engelbert Drerup werd geboren te Borg- horst (Westf.l 1871, studeerde tc Münster, München, Berlijn en Freiburg i/B. Hij promo veerde 1894 te Leipzig. Hij maakte een stu diereis naar Italië en Griekenland. Privaat docent in de klassieke philologie te Mün chen in 1897. Professor Extra-ordinarius te München in 1906, Ordinarius te Würzburg in 1913. Lid van de Archaeologische Vereeni- ging te Athene enz. Leidt de uitgave van: 1. Studiën zur Geschichte und Kultur des A!tertums.(met prof. Kirsch en Grimme), Pa- derborn. 2. Rhethorische Studiën. 3. Jahrbuch der Philos, Fakultat Wuerzburg. 4. Werbc- schriften der Freunde des Humanistischcn Gymnasium in Bayern. Prof. Drerup is be stuurslid van de Görresgesellschaft. Hij is bekend om zijn geschriften over Homerus en is een der beste kenners van de Attische re denaars, met name van Demosthenes cn Iso- crates. Leeropdracht: Grieksche letterkunde, staatskundige geschiedenis en staatsinstel lingen van Griekenland. A. Slijpen S.J. Alphons Slijpen werd geboren te Maas tricht in 1884. Priester gewijd in 1915. Stu deerde aan de Universiteit te Amsterdam. In 1909 werd beantwoording der prijsvraag over de Romeinsche Oden met goud be kroond. In 1912 promoveerde hij cum laude op dissertatie: „De Odis Romanis." Daarna was hij leeraar te Katwijk, vervolgens te Amsterdam. Leeropdracht: Latijnsche letterkunde en stilistiek, hymnologie, taatkundige gechie- denis der Romeinen; voorloopig tevens be last met de klassieke Archaeologie. J. van Ginneken S.J. Jacques van Ginneken geboren in 1877 te Oudenbosch. Studeerde in de Nederland sche Letteren te Leiden van 1902 tot 1907. Promoveerde te Leiden cum laude op proef schrift „Principes de linguistique psycholo- giques" (Tome van de Bibliothéque de philosophic expérimentale). Daarna studeer de hij theologie te Maastricht. Priester ge wijd in 1910. Leeraar Canisius-College te Nijmegen in 1911. Professor in de paedago giek en philosophie te Oudenbosch sinds 1915. Is lid van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen te Amsterdam, van de Ko ninklijke Vlaamsche Akademie, van Maat schappij der Nederlandsche Letterkunde, van het Bestuur van de Indogermanische Gesell- schaft, en van de Société de Linguistique van Parijs. Leeropdracht: Nederlandsche taal- en let terkunde; vergelijkende indogermaansche taalwetenschap; Sanskrit. Th. Baader. Theoder Baader werd geboren in 1888 te Muenster (Westfalen), studeerde aan de Universiteit aldaar, waar hij in 1913 magna cum laude promoveerde op dissertatie: „Westfaelische Mundarten." Studeerde daarna aan de Universiteit te Bern. Sedert 1920 is hij privaatdocent aan de Universiteit te Muenster in de Germaansche Philologie. Dr. Baader is 'yooral bekend door zijn publi- katies op het gebied der Nederduitsche dia- lektstudie (van zijn hand is o.a. de studie over het Osnabrücksche vocalisme), en is sedert geruimen tijd bezig met de uitgave van een groot Westfaalsch woordenboek en een Westfaalschen taalatlas. Daarbij is Dr. Baader een verdienstelijk Keltoloog. Leeropdracht: Germaansche taal- en let terkunde (behoudens de Hoogduitsche let terkunde en behoudens de nieuw Engelsche taal- en letterkunde); Keltische taal en let terkunde. H, Huybers. H. Huybers werd geboren te Utrecht in 1885. Hij studeerde in de Geschiedenis en Nederl. Letteren aan de Universiteit te Utrecht sedert 1903, en promoveerde aldaar op proefschrift: „Don Juan van Oostenrijk." Eerste deel 1913. Dr. Huybers ist docent in de Geschiedenis aan de R.K. Leergangen Hij is lid van de Maatschappij der Nederland sche Letterkunde en van het Historisch Ge nootschap. Redacteur van het Historisch Tijdschrift. Leeropdracht: Algemeene en vaderland sche geschiedenis der nieuwere tijden. J. Dagens. Jean Dagens werd geboren in 1895 te Bouscat (Gironde), behaalde in 1913 te Pa rijs den graad van licencié ès lettres, werd in 1917 toegelaten tot de Ecole Normale Su périeure, en werd in 1918 op grond van zijn geschrift over de kritiek van Voltaire op Pascal diplome d'Etudes supérieures. In 1919 deed hij het examen d'aggrégation ès lettres, en -verbleef daarna tc Parijs als Pensionnaire van de fondation-Thiers; in October 1922 werd hij benoemd tot leeraar aan het lyceum te Tulle (Corrèze). Zijn litefair-historische geschriften hebben vooral betrekking op Pas cal, de Bérulle, de Oratorianen en het Jan senisme. Jean Dagens is vast medewerker van de Revue d'Histoire littéraire. Leeropdracht: Fransche letterkunde. W. Kosch. Wilhelm Kosch werd geboren in 1878 te Brünn (Oostenrijk). Bezocht de Universitei ten te Weenen, Breslau en Praag. Promo veerde te Praag in 1904 op proefschrift: „Stifter und die Romantik." Bibliothecaris te Praag in 1905. Werd benoemd tot bui tengewoon hoogleeraar in de Duitsche lite ratuur aan de Kath. Universiteit te Freiburg in Zwitserland in 1906, cn bleef daar tot 1911, in welk jaar hij een gewoon hoogleer- aarsambt aanvaardde aan de Universiteit te Czernowitz. Hij is vooral bekend door zijn Eichendorf-uitgave. Verder verscheen van zijn hand 'n „Literaturgeschichte der Zeit von 1813 bis 1918." Hij leidt het verzamelwerk der „Deutsche Quellen und Studiën, het tijdschrift „Der Wachter," en werd onlangs belast met het bewerken der literaire nala tenschap van koning Ludwig I van Beieren. Hij was leider van de onderhandelingen met de Oostenrijksche Regecring in zake het stichten der Universiteit te Salzburg, die in 1917 met een voor de Katholieken bevredi gend resultaat werden bekroond, maar ten gevolge van den oorlog niet haar beslag kre gen. Leeropdracht: Hoogduitsche letterkunde, met name van de nieuwere tijden. F. Rocls. Frans Roels werd geboren te Utrecht, stu deerde van 1908 tot 1910 philosophie te Stonyhurst, en van 1910 tot 1913 te Leuven, waar hij in October van het laatstgenoemde jaar summa cum laude promoveerde tot doc tor in de wijsbegeerte. Was van 1913 tot '14 assistent aan het experimenteel-psycholo gisch laboratorium te Leuven. In October 1916 toegelaten als privaat-docent voor de experimentéele psychologie te Utrecht, werd hij in 1918 tot Lector benoemd. Van Septem ber 1917 af doceerde hij ook de psvchologie en paedagogiek aan het Psychologisch en Paedagogisch Instituut der R.K. Leergangen te Tilburg. Is lid van de redactie van de „Etudes Psychologique.s" en van het „Tijd schrift voor Zielkunde 'en Opvoedingsleer." In 1922 benoemd tot gewoon hoogleeraar aan de Universiteit te Utrecht. Leeropdracht: Empirische en toegepaste zielkunde (in het bijzonder pacdagogische en industrieele zielkunde). H. v. d. Velden. Henri v. d. Velden werd geboren te Eind hoven in 1883. Studeerde in de Geschiedenis (en Nederlandsche Letteren) te Leiden, en promoveerde daar op proefschrift: „Rodolfus Agricola" in 1911. Daarna studeerde1 hij ge durende een jaar te Rome aan het Historisch Instituut, en was achtereenvolgens leeraar in de Geschiedenis te Zwolle en te Nijmegen. Dr, v. d. Velden is lid van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde en van het Historisch Genootschap. Is voorzitter-biblio thecaris van de R.K. Leeszaal te Nijmegen; leider van den opleidings-cursus voor het personeel van R.K. Leeszalen te Nijmegen; lid van de Opleidingscommissie voor Biblio theekwezen en voorzifter van den Bond van Roomsch-Katholieke Leeszalen. Leeropdracht: Geschiedenis der latere Middeleeuwen, vooral in verband met het humanisme en de renaissance, en oorkon denleer. A. Baumstark. Anton Baumstark werd geboren te Kon- stanz in 1872, privaat-docent te Heidelberg en leeraar aan het Gymnasium aldaar in 1898. Van 1899 tot 1904 verbleef hij te Ro me; daarna in Palestina. In 1905 werd hij do cent aan het Instituut van Mgr. Lender te Sasbach. In 1920 werd hij hoogleeraar te Bonn pn de Geschiedenis der Liturgie cn in de Oostersche talen. Prof. Baumstark is be kend om zijn grondige kennis van het Syrisch en Arabisch en zijn vele publicaties op het gebied van de studie der Oostersche en Wcs- tersche Liturgie, die hij in nieuwe banen wist te leiden. Hij stichtte het tijdschrift: „Oriens Christianas." Leeropdracht: Semitische taal cn letter kunde. In de Theologische Faculteit: Verge lijkende liturgiegeschiedenis. G. Brom. Gerard Brom werd geboren te Utrecht in 1881. Studeerde aan de Universiteit te Utrecht in de Nederlandsche Letteren Promoveerde te Utrecht in 1907 on proef schrift: „Vondel's Bekeering." Hij is de stich ter van het Tijdschrift „De Beiaard." Achter eenvolgens was hij leeraar te Maastricht, Haarlem, Apeldoorn en Nijmegen. Geduren de een jaar onderbrak hij zijn loopbaan als leeraar voor een kunstreis naar Italië. Se dert 1920 is Dr. Brom Secretaris van de Unie der R.K. Studenten in Nederland; hij is lid van de Maatschappij der Nederland sche letterkunde. Leeropdracht: Schoonheidsleer en Kunst geschiedenis. P. V. Sormani. Petrus Victor Sormani werd geboren te Boxmeer 19 Juni 1859; studeerde te Gronin gen, waar hij 17 December 1886 promoveerde tot doctor in de klassieke letteren op een dissertatie: „de lo Schraderi vita ac Scrip- tis." Hij was van 7 September 1885 tot 1 Fe bruari 1899 eerst leeraar, dan conrector aan het Gymnasium te Maastricht; sedert 1 Fe bruari 1899 rector van het Openbaar Gym nasium te Nijmegen, welke betrekking hij nog bekleedt. Leeropdracht: Geschiedenis der Grieksche en Romeinsche Wijsbegeerte. B. H. Molkenbocr O.P. Bernard Hilarius Molkenboer werd gebo ren te Leeuwarden iti 1879, trad in 1899 in het Noviciaat der Dominikanen te Huissen. Priesterwijding in 1906. In 1908 deed hij het lectoraats-examen. In November van dat jaar ondernam hij een kunst- cn studiereis naar Italië. Sedert 1911 doceert hij de Eloquentia Sacra. Hij is medestichter van „De Beiaard" en van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde. Leeropdracht: Zeventiende-eeuwsche Ne derlandsche letterkunde, en Vondelstudie in het bizonder, B. H. J. Weerenbeck. Bernard H. J. Weerenbeck werd geboren te Den Helder in 1878. Na zijn gymnasiale studie, verbleef hij meerdere jaren in Frank rijk, legde in Nederland zijn middelbare ac- te-examens af in. de Fransche taal- en let terkunde, en zette daarna zijn studie in Frankrijk voort. Hij was leeraar aan het Gymnasium der P.P. Jezuieten te Amster dam en sinds 1914 docent in de Fransche taalkunde aan de R.K. Leergangen. Leeropdracht: Fransche taalkunde. P. Bellefroid. Paul Bellefroid werd geboren te Hasselt (België) in 1869. Hij promoveerde te Leuven in de rechten summa cum laude in 1891, en vestigde zich als advocaat te Hasselt. In 1896 werd hij benoemd tot lector in Straf recht, Strafvordering en Notarieel Recht (in de Nederlandsche taal) te Luik. In 1920 leg de hij te Utrecht examen in de Rechtsweten schap af, en promoveerde hetzelfde jaar op stellingen. Mr. Bellefroid is lid van de Maat schappij der Nederlandsche Letterkunde. Hij is thans advocaat en procureur te Utrecht. Leeropdracht: Inleiding tot de rechtswe tenschap; internationaal privaatrecht, vol kenrecht, burgerlijk procesrecht. E. van der Heyden. E. v. d. Heyden werd geboren te Gouda in 1884. Hij studeerde in de Rechten tc Utrecht en promoveerde aldaar in 1908. Daarna vestigde hij zich als advocaat en procureur te Rotterdam. Met Prof. Volmer geeft hij het Tijdschrift „De Naamlooze Ven nootschap" uit. Leeropdracht: Burgerlijk recht (behalve huwelijksgoederen- cn erfrecht, en burger lijk procesrecht), handelsrecht en rechtsge schiedenis (historische ontwikkeling van het recht.) J. v. d. Grinten. Joseph van der Grinten werd geboren te 's-Hertogenbosch in 1885. Deed doktoraal Rechtswetenschap in 1906, promoveerde op stellingen in de Rechtswetenschap in 1907 en promoveerde in de Staatswetenschap in 1911 aan de Universiteit te Amsterdam. In 1909 werd hij benoemd tot adjunct-commies 1ste klasse ter provinciale griffie van Gelderland, en sinds 1915 is hij secretaris der gemeente Nijmegen, lid van de commissie voor de ak te van bekwaamheid in de Gemeente-admi nistratie enz. Leeropdracht: Staats- en Administratie/ Recht. Ch. Raaymakers S.J. Charles Raaymakers werd geboren te Roo sendaal (N.-B.) in i871, en studeerde aan de Universiteit te Amsterdam van 1890 tot 189.'.'. Hij promoveerde tot doctor in de Rechten en in de Staatswetenschap in 1895 op proef schrift 'getiteld: „Verzekering tegen werke loosheid." Een maand later trad hij in de orde' der Jezuieten. Hij studeerde philoso phie te Stonyhurst, theologie tc Maastricht van 1890 tot 1903. Van 1903 tot 1910 was hij leeraar in de staatswetenschappen; van 1919 tot 1921 Rector aan het Gymnasium tc Am sterdam; daarna Provinciaal. Leeropdracht'. Staathuishoudkunde en cco nomische sociologie. W, Pompe, Willem Pompe werd geboren te Utrecht 1893, studeerde aan de Utrechtsche Univer siteit in de rechtswetenschap van 1911 tot 1917, in wélk jaar hij doctoraal deed. Hij promoveerde cum laude op proefschrift: „Beveiligingsmaatregelen naast Straffen. Nó zijn academische studie was Mr. Pompe ad- jünct-secretaris van het Centraal College voor de Reclasseering. Tevens was hij secre taris van de Commissie lot invoering Wet boek van Strafverordening. Van 1921 tct 1922 was hij werkzaam als advocaat cn pro cureur te Amsterdam. Sinds April 1922 ver richt hij naast advocatuur sociaal en adm:- nistraticf-rechtelijk werk te Deventer. Is se cretaris der Diocesane R.K, Werkgeversver- eenigirig in het Aartsbisdom. Leeropdracht: Strafrecht, Strafprocesrecht Straftoepassingsrecht. G. Russel. George Russel werd geboren te Venlo 1891. Legde het eerste gedeelte van het no tarieel examen af in 1912. Daarna studeer de hij in'de Rechten aan de Universiteit te Amsterdam en promoveerde cum laude in 1918 op proefschrift: „De affaire in het Pri vaatrecht." Hij. was adjunct-inspecteur der Directe Belastingen te Neuzen, cn is sedert 1919 verbonden aan het Amsterdamsche Trustee's Kantoor. Is medewerker van hef Maandblad „De Naamlooze Vennootschap Leeropdracht: Romeinsch recht. A. P. Louwers. A. P. Louwers werd geboren te Veldho ven in 1886. Was eerst werkzaam in dc ge meente-administratie; haalde daarna diplo ma staatsinrichting, en studeerde te Utrecht in de Rechten. In 1918 promoveerde hij tot Meester in de Rechten, waarna hij te Utrecht 2 jaar verbleef als repetitor voor burgerlijk en handelsrecht. In 1920 werd hij benoemd tot griffier aan het Kantengerecht te Tilburg. Leeropdracht: Huwelijksgoedcrenrecht eï Erfrecht. •In een onderhoud van een Telegraaf-re- dacteur met Willem Kes, zou deze volgens dat blad over het Hollandsche muziekleven o.m. hebben gezegd Het muziekonderwijs in Holland is bui tengewoon slecht. „Ik acht de organisatie der Hollandsche conservatoria geheel uit den booze. Hoofd zakelijk worden gekweekt zeer eenzijdig ont wikkelde (eerder onontwikkelde) instrumen talisten, wier feitelijk einddoel is, dit of dat concert zóó te spelen, dat ze er den Pnx "Ex cellence mee kunnen behalen. En verder Wat weet bier de doorSnee-cónservatonum- leeriing van de groóte orkest-literatuur, van muziekgeschiedenis, harmonie-contrapunt, het lezen in verschillende sleutels, van parti turen, cultuurverhoudingen, de andere kun sten, enz. enz. Het spijt me zoo, te moeten constateeren, dat hier alles nog op.de oude slofjes gaat en dat ook in dit opzicht ons dier- baar vaderland zoo hopeloos ten achter is De heer Julius Röntgen komt tegen ocze bewering van den heer Kes op. Door wien heeft de heer Kes zich zulkea onzin laten voorpraten Hoe kan hij be weren dat de leerlingen van de ^litteratuur de muziekgeschiedenis, harmoni en con trapunt, het lezen in verschillende sleutels enz. enz. niets weten Had de heer is.es de zooeven gehouden eind-examens in plaats van den „Prix" bijgewoond, hij had zich kunnen overtuigen hoe ernstig juist al ueze vakken -aan het Conservatorium onderwe zen worden, zoo grondig, dat wel eens voor het hoofdvak te weinig tijd overblijft, juist in tegenstelling met zoovele buiten,anusc.ae inrichtingen, waar het door Kes met recht gelaakte systeem van „virtuosenkweekenj heerscht. Ik daag den heer Kes uit om onze leerlingen tc ondervragen en ben overtuigd, dat mj dan zijn woord van het f,buitengewoon slechte onderwijs" ruiterlijk terug zal nemen, cn zijn „doodvonnis" in een waardeering zou veranderen voor het uitstekende onderwijs dat aan het Conservatorium in Algemeene Muziekleer, Harmonie, Contrapunt, Muziek geschiedenis, Gregoriaansch en Kennis dr Litteratuur gegeven vwordt. Wat blijkt nu echter achteraf? Dat de Telegraaf maar wat raak heelt ge fantaseerd.' Kes vertelde aan het Vaderland, dat hij volstrekt niet al de dingen, die de Te- legraaf-man hem in den mond legt, heeft ge zegd. Het zijn diens eigen meeningen die iuj aan den man wou brengen en nu Is.es laat uitspreken. Kes zou zich wel wachten een dergelijk oordeel over de conservatoria m ons land ten beste te geven. Hij kent-ze met. mj heeft alleen een opmerking gemaakt over. examens, waarbij juryleden op 'n enkel stuk dat ze hooren prijzen van uitnemendheid moeten toekennen. Dat had hij verkeerd ge noemd uit zulk kort musiceeren is met aanstonds een oordeel te vormen. Er staat nog meer in het stuk van de 1 ele- graaf, dat Kes ontkende te hebben gezegd. Zoo, dat hij Beethoven, Brahms, Wagner tel kens te hoeren, eentonig zou hebben genoemd En meer. Fraaie journalistiek 14 O ja, zeker. Voor mij van 't grootste belang Spoedig Vinus..mijn hoofd doet me zeer. Ik heb u altoos lief gehad, ja, als 'n va der. ik was hier zoo heel van den huize. Dat zijt ge nog, Vinusmaar uw vraag Juffrouw Willekens achtte ik steeds hoog....en Leentje, uw dochter, o ze is toch zoo lief en braaf en schoon meester. Dat is_ zij, Vinus. Moet 't u dan verwonderen dat zij 'n plaats in mijn hart heeft ingenomen O ieder die ze kent houdt veel van haar. Niemand toch zooveel als ikVoor mij is zij 'n engel!Ik zou mijn leven Zelfs willen géven om haar gelukkig te :i:n. Dat is mooi van u, mijn brave jongen. Ja, voor haar zou ik willen werken dat de naald mij door de beenderen der vingeren zou dringen voor haar zou ik wonderen wil len verrichten, ik zou het huis Stevens en Cie. den doodsteek geven de eerste kleer maker v -"den der provincie geld verdienen o kor' n ,':d. meer dsn uw buurman Btcen er in gansch zijn leven beeft gewonnen Waar wilt ge toch naar toe, Bols cn Willekens bezag thans niet zonder arg waan zijn gast. Maar meester..vader.ik bemin uw Leentje, ik aanbid haar, ik zal haar, u en juffrouw Willekens gelukkig maken. Stijf stond Willekens op. Vinus, de vlam niet ziende die in zijn oog glom, ging voort Schenk mij haar hand, ik bid eru|om. Houd op was 't droge antwoord geen woord meer daarover. Gij zijt zinneloos en de vader bezag zijn meesterknecht met 'n kouden blik, van 't hoofd tot de voeten-; dan trad hij hem koel voorbij en stapte verbolgen langs den muur naar huis toe. Bols zag hem verstomd achterna. Aan dit onthaal had hij niet gedacht. Die korte wandeling langs Bloem's hof had echter een ommekeer gebracht in de gedachten van den kleermaker. Het berouw de hem reeds zoo trotsch zijn trouwen mees terknecht te hebben bejegend, 'n Gevoel van vrees deed al zijn zenuwen trillen. „Hij had Bols toch nog noodig om te kunnen leven". Reeds raakte zijn hand de klink der deur, toen hij zich bezon en haastig terug ging naar 't prieeltje. Mijn beste jongen en hij nam Vinus bij dc hand, ik was wel wat barsch, ge moet 't mij vergeven.... Mag ik dan hopen, meester?.... Neen Vinus 1 Wat gij vraagt is onmo gelijk, Onmogelijk en waarom i Leentje stemt nooit toe. Nooit, jongen nooit Zelfs indien heel 't geluk van uw huis van uw weigering afhing Ja, dan zelfs zou ik weigeren.. Kom schik u daarin, Vinus, gij vraagt 't onmoge lijke maar....dat weet ge toch wel. Waarom dan toch? Waarom?.... Leentje kan u immers niet liefhebben, en dan, ik ook zou niet willen dat Dat ....Dat zij mijn knecht zou huwen, dat begrijpt gij toch wel. Kom, die zaak blijft onder ons ik rep er geen woordje over. 'n Knechten 't opgekropt ge moed van Vinus barstte 't uit Een knecht Neen'n meester-kleermaker zooals 'gij, beter dan gij, een, die zijn vak kent die alleen klandizie heeft die u deze weigering zal doen berouwen. Willekens, ik zeg u mijn dienst op. Wij rekenen af. Gij zijt nog in mijn schuld, wel niet erg, maar toch Mijn beste Vinus, wat raaskalt ge nu Zijt ge van gedachte veranderd Geeft gij mij hare hand Dat kan immers niet Ah dat kan nietAh gij, ziune- looze, begrijpt gij dan niet, dat, als ik morgeü u verlaten heb, gij geen enkele klant mïefr bezit Meent gij dat ik alleen voor uw ple zier bij u werkte Wist gij dan waarlijk-niet, dat, terwijl gij alles verspildet aan duiven, ik aan „mijn" fortuin werkte, ik uw klanten voor mij bewaarde Begrijpt gij dan niet* d-.t gij van het vak niets meer kent, dat 't vertrouwen der menschen niet op uw huis maar op mij berust?.... Ah!..., dat kan niet Blijf! Ik vermeerder uw loon.. Zult gij mij haar hand schenken Nooit Vaarwel dan Bols wierp Wille kens 'n valschen blik toe zijn dunne lippen beefden van gramschap, hij draaide hem den rug -toe en-stapte haastig naar de deur. Willekens was verstomd. Toen de deur toe vloog, viel hij ontzenuwd op den stoel neer, nam zijn hoofd tusschen zijn vuisten en snikte Liever bedelen gaan Liever honger lijden O Leentje Gerardien Leentje Zóó laag was hij gevallen dat 'n Vinus Bols de hand zijner dochter durfde eischen 1 Een knechtWas hij zelf nog meer dan een knecht Van de zes duizend vijf honderd frank, op zijn huis, bleef hem niets meer over. Minder, want hij was drie honderd vijf-en- twintig frank interest schuldig. Er was om trent geen geld in huis, en hij had schuld, schuldook bij zijn meesterknecht. In dien de notaris eens z'n bedreiging uitvoerde. Sedert 'n maand was de vervaltijd voor bij!.... Al zijn hoop was in dezen wed strijd Wat begonnen Moest nu zijn huis verkocht De notaris is onverbiddelijk.... Zal dat de doodsteek niet zijn voor zijn vrouw Hoe zullen zijn kinderen die schande dragen?.... Zijn Leentje Zijn Arnold Zal er wel een goedkooper worden gevon den voor 't huis?.... de tijden zijn slecht. Liever dan een cent schuldig te blijven, ver koopt hij zijn meubelen Wat dan gedaan Waar 'n huis gevonden En zijn klandisie Zal zij Bols volgen 1 Ja, zijn duivendrift deed hem zijn klanten verwaarloozcn; zijn naam van knappen kleer maker aan Bols overmaken Aan Bols O die valschaard, hij begrijpt hem thans hij heeft aan dat alles meegewerkt reeds lang had hij slechts inzichten hield de klan ten van den meester des huizes verwijderd. Wat is hij blind geweest En die knecht, nog leelijker naar de ziel dan leelijk naar het li chaam, zou de hand zijner dochter Nog liever bedelen!.... O neen liever de nagels van zijn vingers afwerken Nu zal hij werken van den morgen tot den avond werken dat vrouw en dochter uit medelijden hem vergiffenis zullen schenken. Voor haar zal hij de klanten smeeken bij hem te blijven, en Vader, de tafel is gedekt roept Leentje. Hij wischt zijn oogen droog en begeeft zich langzaam waar men hem wacht. De goudgele postelein en de groene erwtjes zwemmen niet meer in dc geurige vleesch- soep Geen gebraad mCer geen nagerecht Een bord erg magere soep, wat aardappe len met worteltjes, en een beetje goedkoop vleesch; wat afval van de keurige stukke-', dat is 'i middagmaal. Willekens eet heel wei nig. Van zijn tandpijn gev/aagt hij niet meer. Hij heefr aan Gera-rdien van deze laatste poging niet eens gewaagdvrouwlui moch ten immers gisteren nog niet alles weten en nu weet hij niet hoe hij haar alles zal la:en weten Och, vrouw!.... barst hij plotseling los, och vrouw en de begonnen volzin wil niet verder,.verstikt in de keel.... Wa: ir Casimir De lippen 'vari Casimir geven niet eens een klank..'.. .1 tij steekt zijn vuist tusschen de tanden, knaagt zijn kneukels ten bloede, om 't snikken, uit zijn gorgel opwellend, af te bijten. Dikke tranen rollen van onder zijn groote zwarte wimpers langzaam langs zijn wangen. Casimir! Casimir! Wat is er toch roept zijn echtgenoote, terwijl Leentje haaf armen rond zijn hals slaat, hem tegen haar borst drukt, weemoedig kermend Vader 1 Vader ween toch niet. Och, vrouw!.... Ik handelde slecht met uLeentje, uw vader was wreed voos u. Man lief Vader lief klonk het. Neen Neen Hij liet zich medeslepen door 'n gril, door 'n drift tot onbezonnen waagspel. Hij heeft uw geluk verspeeld, schulden gemaakt, zijn huis verpand, en nu«' Nu? Nu verlaat hem zijn meesterknecht, richt qen nieuw huis tegen hem op, om zijn klandizie. Vinus Bols was de dubbele kreet. Ja yinus Bols de valschaard, die m(j de hand van mijn Leentje durfde vragen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1923 | | pagina 9