Van Wet en Wetgeving,
BUITENLAND
Tweede Blad
21 Juli 1923
MEDISCHE PRAATJES
feuilleton
Oe kleine boekhouder
UIT BOEK EN BLAD.
Gisteren is opnieuw een Kabinetsraad te Londen gehouden. - Robert
Cecil over den Volkenbond. De Russische regeering bereid het ver
drag over de zeeëngten te teekenen. De troon van Albanië zou aan
een Roemeenschen prins worden aangeboden.
Onder de Telegrammen: Het Engelsche antwoord is gereed en zal
weldra verzonden worden. Levensmiddelenrelletjes te Breslau. De
Oostenrijksche spoorwegen komen onder particulier beheer.
LORD ROBERT CECIL EN DE
VOLKENBOND.
tm 8UITEHL BERICHTEN.
MARKTNIEUWS.
EINDE.
DE ACCIJNS OP SUIKER.
onze besprekingen der verschillende
accijnzen hadden wij meer dan eens gelegen
heid er op te wijzen, dat deze heffingen op
verbrui ksarti kelen over 't algemeen van
ouden datum zijn. Zoo ook de accijns op
suiker. Deze dateert van 1819. Er is hier
echter geen sprake van, dat zooals bij den
accijns op het geslacht wij met een oude
wet hebben te maken, die den suikeraccijns
regelt. Neen, in den loop der laatste honderd
jaren is meermalen wijziging gebracht zoowel
in het bedrag van den accijns als in de wijze
waarop deze wordt geheven. Het zoude ons
te ver voeren om een historisch overzicht
te geven van de suikergeschiedenis dit
woord is niet van ons, maar wij nemen het
uit een commentaar over en wij zouden
er den lezer allicht mede vervelen. Genoeg
Zij het daarover nog op te merken, dat de
tegenwoordige suikerwet zoo kan de wet,
regelende den accijns op suiker krachtens
een harer artikelen worden aangeduid
dateert van 1897.
Volgens deze wet bedraagt de accijns op
suiker Voor kandij 23.75 per 100 K.G.
Voor melis (gewone witte geraffineerde sui
ker) 22.50 per 100 K.G. Voor ruwe suiker
en basterd (bruine suiker) hetzelfde bedrag
als voor Meiis, tenzij het suikergehalte min
der dan 98 procent bedraagt, in welk geval
verschuldigd is 0.22 per 100 K.G.
per percent suikergehalte met een minimum
van 15.— per 100 K.G. Voor stroop en der
gelijke suikerhoudende vloeistoffen is 5.
per»100 K.G. suikeraccijns verschuldigd. Voor
druivensuiker uit zetmeel 15.per 100
K.G.
Wij hebben te gelegener tijd al een sopge-
merkt, dat krachtens de Leeningwet 1914 op
diverse belastingen en accijnsen, opcenten
worden geheven. Ook op den suikeraccijns
worden krachtens de Leeningwet 1914
opcenten gelegd, maar.... suiker is alge
neen verbruiksrtia kei, een artikel dat fei-
elijk door rijk en arm in dezelfde mate
,-ordt gebruikt en onmisbaar is voor de
/olksgezondheid. Dit geldt speciaal voor hen,
die met kinderen zijn gezegend. Is melk het
eerste en voornaamste voedsel voor de kleine
kleuters, suiker is daarbij onmisbaar en
staat zeer zeker als nummer twee in de rij
der voedingsartikelen onzer kleinen. De
suikeraccijns is derhalve uitermate onsociaal,
drukt in de eerste plaats op hen, die een kin
derrijk gezin hebben. Hij behoort tot dat
soort van belastingen, die uit vroegere tijden
in stand zijn gebleven, VOAes jn de tegen
woordige maatschappij haar sociale
opvattingen niet meer Um.a aooren. Maar
't gaat hier als bij zoovele andere belastin
gen, men heeft het geld noodig en weet geen
middel om het op andere wijze te vinden.
Maar de Regeering dorst het toch niet aan
om bij de Leenin wet 1914 den suikeraccijns
te verhoogen. Weliswaar werden bij genoem
de Leeningwet twintig opcenten gelegd op
den suikeraccijns, maar tegelijkertijd werd
de accijns zelve verlaagd, zoodat thans de
accijns met de 20 opcenten ongeveer gelijk is
aan den accijns van vóór 1914. In de cijfers
die wij boven noemden zijn de hier bespro
ken twintig opcenten niet begrepen. Voor de
bepaling van het juiste bedrag van den ac
cijns moeten deze dus met 20% worden ver
hoogd.
De accijns op suiker is hier veel hooger
dan in onze nabuurstaten, Duitschland en
België. In Duitschland is de accijns 14 Mark
per 100 K.G., in België 20 francs per 100
K.G. Het is te begrijpen, dat door dit ver
schil in accijns de smokkelhandel zoo wordt
in de hand gewerkt en derhalve in de grens
gemeenten het vervoer van suiker en ook
het in voorraad hebben daarvan aan beper
kende bepalingen is onderworpen. De cijfers
van 14 mark en 20 francs dateeren nog uit
den tijd dat de buitenlandschvaluta op
peil waren, toen de mark dus nog ongeveer
60 en de franc circa 50 cent gold. Hoe de
suikeraccijns thms in die landen is geregeld
is ons niet bekend, maar wij mogen aanne
men, dat de suikeraccijns in Duitschland en
België de daling der valuta zij het dan ook
langzamerhand in omgekeerde richting
heeft gevolgd en de accijns is gestegen,
naarmate de valuta meer deprecieerden.
Het lijdt echter geen twijfel dat de accijns
op suiker in Duitschland en België ook
thans r.og beduidend lager is dan hier.
De accijns op suiker zooals die thans
is geregeld eischt een zeer nauwlettend
toezicht der rijksambtenaren. Vandaar dat
de productie van suiker aan diverse voor
schriften is gebonden. Dit is zoo streng dat
alvorens tot een oprichting van een beet
wortelsuikerfabriek wordt overgegaan, bouw
plan en ligging door den minister van Finan
ciën moeten worden goedgekeurd. Ook de
inrichting en de verlichting zijn aan voor
schriften gebonden.
Ook op den invoer van suiker wordt uiter
aard nauwlettend toezicht uitgeoefend. In
voerrecht wordt van suiker niet geheven,
doch de ingevoerde suiker is aan gewone
accijnsheffing onderworpen. Ingevoerde sui
ker en hier geproduceerde suiker, die weder
wordt uitgevoerd, is vrij van accijns. Voor
suiker, die niet bestemd is voor inwendig
gebruik van den mensch, dus voor z.g.
industriesuiker kan bij Koninklijk Besluit
vrijdom van accijns worden toegestaan. De
vrijdom van accijns is o.a. verleend voor de
suiker, benoodigd bij de fabricatie van zeep.
Curiositeitshalve vermelden wij hier, dat de
betere kwaliteiten zeep ongeveer 15% sui
ker bevatten. Zeep van mindere kwaliteit
bevat doorgaans nog meer suiker.
De suikeraccijns brengt voor 's Rijks
schatkist aardig wat zoden aan den dijk.
Over 1917, 1918, 1919, 1920 en 1921 bedroeg
de opbrengst respectievelijk 31.336.571.
39.102.942—, 36.426.061.—, 36.482.083
en 37.558.842.Voor 1922 is op de
staatsbegrooting een opbrengst geraamd van
36 millioen. De ontvangsten over 1922
gingen een stuk boven de raming, zoodat
op de staatsbegrooting van 1923 een op
brengst van 40 millioen kon worden geraamd'.
Bij den suikeraccijns kunnen wij een vrij
regelmatige stijging der opbrengst constatee-
ren, waarmede uiteraard een toeneming van
het verbruik gepaard gaat. Dit toenemend
verbruik zal intusschen wel meer zijne oor
zaak vinden in de uitbreiding van het be
volkingscijfer, dan in de meerdere consump
tie der individueele personen.
PLEURITIS III.
Lang niet altijd begint de pleuritis plotse
ling, zelfs in de meeste gevallen niet, doch
deze aandoening is een min of meer sluipen
de. De patiënt vertoont doorgaans 1 a 2 we
ken, soms langer, algemeene verschijnselen
van malaise, die niet aanstonds doen denken
aan deze toch altijd ernstige ziekte, totdat er
heftige steken in de zijde het vermoeden op
een pleuritis doen rijpen, wat, zooals u weet,
is de pleura een zeer gevoelig vlies. Elke be
weging, elke rekking van dit ontstoken vlies
isjdus zeer pijnlijk en zal a. h. w. onbewust
door den patiënt zooveel mogelijk vermeden
worden. Het gevolg van één en ander is, dat
deze zich dus zoo rustig mogelijk zal houden
niet alleen wat de lichamelijke beweging als
zoodanig aangaat, doch ook de rekking, die
bij het uitzetten der longen plaats vindt, zal
hij zooveel mogelijk beperken dus m.a.w. zal
de zieke zoo oppervlakkig als hij maar ee-
nigzins kan, ademhalen. Af en toe kan de
patiënt echter niet nalaten een slechts ge
ringe korte hoeststoot te laten hooren, hetgeen
naar alle waarschijnlijkheid moet worden
toegeschreven aan een prikkel, die van uit de
fdeuris haar oorsprong neemt. De ademha-
ing nu kan door de pijnlijkheid wegens de
rekking van het ontstoken longvlies zóó
oppervlakkig plaats vinden, dat de bekende
benauwdheid, waarover wij zoo vaak de
zieken hooren klagen optreedt. De lichaams
temperatuur houdt, zooals ook te verwach
ten is, gelijken tred met den aard van het
ontstekingsproces. Is dit heftig, heeft etter
vorming plaats, dan is een temperatuur
van pl.m. 40 gr. niets bijzonders. Het is be
grijpelijk, dat een dergelijke toestand zeer
nadeelig werkt op de algemeene-lichamelijke
gesteldheid van onzen patiënt. Is 't ontste
kingsproces zeer licht dan kan de tempera
tuur even boven het normale zijn b.v. 37.5
tot 38 gr. hoogstens. Nemen wij nu de tus-
schenliggende gevallen, die het allermeest
ook voorkomen dan hebben wij dus bij de
pleuritis meestal een lichaamstemperatuur,
die schommelt tusschen de 38 en 39 graden
's morgens wel wat lager, 's avonds wat hoo
ger, zooals wij dit ook bij een gezonden,
normalen mensch aantreffen.
In 't algemeen grijpt deze ziekte onzen
patiënt nogal flink aan en heeft hij het ge
voel van echt ziek te zijn. Wanneer wij dan
ook de diagnose „pleuritis" uitspreken, dan
staat dit gelijk met een paar maandjes huis
arrest, waarbij men nog wel een maandje
meestal moet voegen om weer wat op krach
ten te komen. Degenen onder de
sleuritis-lijderessen en lijders, die er op deze
wijze afkomen hebben niet te klagen, al is
bijna ieder ziek mensch tot klagen in dit op
zicht geneigd. Even langzaam als de li
chaamstemperatuur in de meeste gevallen
steeg, even langzaam daalt deze ook weerden
treden daarmede de andere ziekteverschijn
selen min of meer op den achtergrond.
Het spreekt van zelf, dat elke complicatie
den duur der ziekte pleegt te verlengen, ter
wijl hierbij tevens het algemeene weer
standsvermogen meer en meer te lijden
heeft en hieraan hooger eischen worden ge
steld.
Ten slotte wil ik u nog op een voornaam
punt opmerkzaam maken. Wij hebben reeds
vermeld, dat het een enkelen keer noodzake
lijk is, dat operatief ingegrepen wordt. Dit is
het geval, wanneer de algemeene ziektever
schijnselen zeer ernstig zijn en het vocht/dat
Zich tusschen de beide pleurabladen bevindt,
sterk etterhoudend is. Het kan nu echter ook
voorkomen, dat het vocht niet zoo zeer etter
houdend is, dat tot een dergelijken inten-
sieven ingreep moet worden overgegaan, doch
niettemin de vochtophcoping zoo enorm
groot is, dat ernstige bezwaren, daarvan af
hankelijk, zich doen gevoelen. Zoo zien wij
soms de ademhaling, de hartswerking in 't
nauw gebracht worden, dat het wenschelijk
ja zelfs noodzakelijk is, wat vocht te ont
lasten. Wij doen dit met behulp van een
spuit, waarmee wij het vocht opzuigen. Wij
hebben hiermede de belangrijkste punten
aangaande deze zoo overbekende ziekte met
elkander besproken en u zult ingezien hebben,
dat deze ziekte doorgaans het geduld van de(nj
lijder (es) en de huisgenooten in de eerste
plaats op de proef stelt, doch in de tweede
plaats ook van den medicus, die de(n) pa
tient (e) behandelt. MEDICUS.
„Mei", geïllustreerd maandblad voor Ka-
tbófcfk jong Nederland.
De Juli-aflevering van dit mooie en tevens
leerzame tijdschrift biedit weer veel verschei
denheid. In een artikel over „Moderne wo
ningen" zegt E. H. Uyiltógs rake dingen. C. G.
Knol toont het oud-stedenschoon van Brugge
in woord en beeld. M. v. B. uit haar bewon
dering voor den grooten Italiaan Bolliodli,
terwijl H. B. v. d. S. aan de hand van vier
fraaie kunstplaten het werk van verschillen
de beeldende kunstenaars bespreekt. Behalve
de geregeld verschijnende rubrieken zijn er
mooie verzen en boeiende verhalen, zoodal
bet gezellig uitziende maandblad diverse
wenschen bevredigen kan.
ENGELAND EN DE GEALLIEERDEN. DE TROON VAN ALBANIfi.
Eea nieuwe zitting van het kabinet was
gisteren tegen twaalf uur in het gebouw van
het parlement bijeengeroepen ter verdere
behandeling van het ontwerp-antwoord aan
Duitschland. Dat deze behandeling zooveel
tijd vordert, is naar verluidt, niet te wijten
aan de noodzakelijkheid van het overbruggen
van moeilijkheden en verschillen van mee
ning omtrent de politiek, maar uitsluitend
hieraan toe te schrijven, dat de regeerings-
personen de woorden van hun stuk zoo
wenschen te kiezen, dat er eenerzijds geen
kans bestaat iemands gevoeligheden te
kwetsen en dat anderzijds de kans op mis
verstand is uitgesloten. De bladen critiseeren
dit uitstel dan ook volstrekt niet, daar zij
de noodzaak ervan inzien. Zooals de Times
zegt, is het geen gemakkelijk iets een stap
te ondernemen, waardoor het algemeen aan
zien van den toestand in Europa geheel
zou kunnen worden gewijzigd en niemand
zou er ernstig over klagen, als de definitieve
beslissing nog eenige dagen langer uitbleef,
mits er slechts zorg wordt gedragen, dat die
beslissing dan ook juist is en geheel over
eenstemt met de richting, die de Engelsche
openbare meening uit wil. De regeering^ is
verplicht, haar verantwoordelijke houding
niet te baseeren op een of ander wacht
woord of op vage gevoelens, maar alleen op
wat zij meent, dat de richting is van de
nationale overtuiging. Deze !^ak om de
wenschen van Engeland duidelijk te inter
preteeren te midden der ingewikkelde fac
toren van den Europeeschen toestand is
uiterst moeilijk. Niemand zal echter klagen
zoolang de regeering ten slotte maar uiting
deeft aan wat het volk denkt. Een gemeen
schappelijk optreden is nog steeds mogelijk
en die mogelijkheid zal grooter worden naar
mate Frankrijk beter gaat inzien, dat de
publieke opinie in Engeland de methode,
die Frankrijk in het Roergebied volgt, niet
kan en niet wil goedkeuren en mits ter
zelfder tijd duidelijk wordt gemaakt, dat
Engeland niet minder dan Frankrijk vast
besloten is, dat Duitschland zijn verplichtin
gen moet nakomen.
Lord Robert Cecil sprak Dinsdagavond te
Londen over het werk van den Volkenbond.
Hij zeide dat zijn meening in het minst niet
was gewijzigd, dat van het succes van den
Bond, de toeneming van zijn macht en zijn
prestige in het oog der naties de voor
naamste kans afhing van een vreedzame op
lossing der problemen, waarvoor de wereld
zich gesteld ziet. De Bond is geen „opper-
staat" en wenscht in het geheel niet zijn wil
aan de verschillende regeeringen^ op te
dringen. Daarvan was in den opzet niet de
minste sprake en als de Bond er naar zou
streven iets van dien aard te worden, was
hij in de huidige omstandigheden waarin
de wereld verkeert, ten doode opgeschreven.
De oplossingen, die de Bond aan de hand
kon doen, kwamen tot stand door de vrije
toestemming van degenen, die belang heb
ben bij de problemen en alleen op dien
grondslag kan men hopen op blijvende re
sultaten van de beraadslagingen van den
Bond,
De onderhandelingen van Lausanne zou
den veel bevredigender en veel sneller heb
ben kunnen worden gevoerd onder leiding
van den Volkenbond.
Het succes van den Bond hangt niet af
van de een of andere regeering en nog veel
minder van de een of andere persoonlijk
heid, doch alleen van de openbare meening
der wereld. Als deze wilde medewerken zou
de Bond het erkende orgaan kunnen wor
den in alle internationale vraagstukken,
,zoodat het onmogelijk zou worden interna
tionale problemen te behandelen, zonder
dat in de eerste instantie de Volkenbond er
in was gekend.
UIT ITALÏc.
Kardinaal Gasparri heelt een brief ge
schreven aan den aartsbisschop van Pisa,
waarin hij hem het misnoegen van den Paus
over de verwoesting van verscheiden katho
lieke clubs in Italië mededeelt en den gees
telijken verzoekt schadevergoeding te vra
gen. Mussolini heeft aan den voorzitter van
het comité van katholieke actie in Italië
medegedeeld, dat hij den prefecten gelast
had de symbolen en instellingen van de Ka
tholieke kerk te doen eerbiedigen.
COMMUNISTISCHE ONLUSTEN IN
FOLEN.
In een vergadering van stakende textiel
arbeiders te Lodz, hebben de communisti
sche leiders opruiende redevoeringen ge
houden. De politie moest ingrijpen, maar
werd door de menigte met steenen gegooid.
Er zijn zoowel aan den kant der politie
als aan dien van het volk verscheidene ge
wonden,
UIT POLEN.
De Poolsche Minister-president Witesk
heeft in een vergadering van' zijn partij
.thans verklaard, dat de regeeringsverklaring,
die rectificatie van de Poolsche grens naar
het Oosten eischte, zoo opgevat moet wor
den, dat de regeering streeft naar uitbrei
ding van Polen naar het oosten, natuurlijk
alleen in economisch opzicht.
Naar verluidt, zal Szepeicki, de minister
van oorlog, die een eerezaak met Pilsudski
had, aftreden. Zijn opvolger wordt generaal
Unlinsiskd, die tijdens den oorlog met Sow-
jet-Rusland commandant van Warschau was.
Volgens te Weenen ontvangen berichten,
is de troon van Albanië aangeboden aan
Prins Nicolaas, den 20-jarigen zoon van den
koning van Roemenië.
De Albaneesche minister van buitenland-
sche zaken zal deelnemen aan de conferen
tie der kleine entente, die op 28 Juil te Si-
naya zal gehouden worden.
DE VLAAMSCHE HOOGESCHOOL.
Naar aanleiding van de aanneming door
den Senaat van het regeeringsontwerp in
zake de vervlaamsching van de universiteit
te Gent, schrijft Het Laatste Nieuws:
Wij weten het, het regeeringsontwerp is
een transaktie met de gebreken, die elke
transactie meebrengt, en alles zal grooten-
deels van de toepassing afhangen om te we
ten of het te Gent, op grondslag van het
Vlaamsche recht, nu vrede of strijd zal zijn.
Maar dit toch kan van nu af getuigd wor
den: te Gent, indien de Kamer het wetsont
werp ongewijzigd aanneemt, zal bij het aan
staande akademische jaar het vervlaam-
schingsproces van de Gentsche universiteit
op ingrijpende wijze aanvangen.
Het hangt in de eerste plaats van ons,
Vlamingen af, dat het Vlaamsche leven te
Gent opbloeie en zich bevestige.
Tot in het oneindige kan er getwist wor
den over het al of niet gepaste van de ver
plichting enkele leergangen in de Fransche
taal te volgen. Daargelaten, dat die verplich
ting uit de organische wetten nopens het
vervullen van verschillende ambten in feiten
voortvloeit en de meest gezaghebbende ver
tegenwoordigers van de Vlaamsche gedachte
er niet aan denken een bespottelijken strijd
aan te vangen tegen de hooge waarden van
de Fransche beschaving, kan die verplichting
slechts als bijzaak beschouwd worden tegen
over de ernstige kans, die aan onze Vlaam
sche studenten thans gegeven wordt om hun
hoogere studiën eindelijk op overwegende
wijze te doen in de taal van hun volk.
Overigens zal het mogelijk zijn in afzien-
baren tijd ook voor die vakken, die in het
Fransch onderwezen worden, docenten te
zien benoemen, die college geven in de Ne-
derlandsche taal.
Hadden wij in onzen studietijd maar der
gelijke vooruitzichten gehad!
Voor de Vlamingen staan alle mogelijke
kansen open. Voor hen, die Gent steeds als
een broeikast van diploma's beschouwd heb
ben, waaruit men komt, zonder een grondige
kennis van de volkstaal, is het tij verloopen
en komt het er op aan de bakens te verzet
ten. Ofwel zullen zij het doen, en dan zullen
zij geleidelijk opgenomen worden in den
breeden stroom van Vlaamsche volksbescha
ving, ofwel zullen zij halsstarrig blijven,
maar dan is hun plaats niet langer meer te
Gent.
Wij willen echter het eerste verhopen,
want dan zullen ook zij, die de zoogezegde
Fransche afdeeling in een van de fakulteiten
verkiezen, toch voldoende vertrouwd gera
ken met de Nederlandsche taal, opdat zij
niet langer als parasieten zouden teren op
de Vlaamsche gemeenschap.
De Vlamingen, en alwie zich aan de we
tenschappelijke inrichting van een hooge-
school gelegen laten, hebben steeds de ver
dubbeling verworpen. Maar met het huidige
stelsel worden die bezwaren tot een mini
mum herleid, vermits er maar een derde
verdubbeld wordt. Dezelfde bezwaren in
zake verdubbeling hadden zich trouwens
gedurende lange jaren voorgedaan met het
wetsvoorstel Anscele-Franck-Van Cauwe-
laert. k
En hier sluiten wij, zonder zelfs gewezen
te hebben naar de principieele verklaring
van artikel 1, volgens hetwelk de onderwijs
taal te Geut het Vlaamsch is. Wij zullen
met dat „uithangbord" niet schermen, om
dat het ons eerst en vooral om werkelijkheid
te doen is, en wij ons bewust zijn, dat zelfs
met een slechter uithangbord maar met den
huidigen tekst, de Vlamingen te Gent de
noodige kansen krijgen.
Wij wenschen niet beter dan ze in vrede
en rust te zien gedijen, tot heil van ons
nationaal hooger onderwijs.
Aan de Vlaamsche studenten thans de
daad, die des te schooner is, naarmate zij
in omstandigheden gebeurt, die niet onge
mengd voordeelig zijn. Wordt het ontwerp
door de Kamer ongewijzigd bekrachtigd, dan
weze voor hen de leus: naar Gent!
DE STAKING DER ENGELSCHE
BOOTWERKERS.
De Daily Express verneemt dat de En
gelsche regeering een ernstige opvatting
heeft van het voortduren van de wilde boot
werkersstaking, die nog altijd buiten de
macht van de vakverbondsbestuurders is.
Men gelooft niet dat het nog in de eerste
drie dagen tot ernstige gebeurtenissen zal
komen, maar hooge ambtenaren zijn over
tuigd dat, indien binnen dien tijd geen rege
ling bereikt is, de natie voor een van de
grootste stakingen zal komen te staan.
Een kant van de staking is een groot
raadsel, namelijk wie de stakers betaalt. De
stakers krijgen geen uitkeering en toch heb
ben de leiders geen gebrek aan middelen.
Voor een muziekcorps bij een vergadering
te Londen moet f 20 betaald zijn. Ook de1
bestuurders van liet vakverbond zijn ver
baasd over het geld, waarover de stakers
I beschikken. De overheid stelt nu een onder
zoek in, Men gelooft dat de communistische
internationele er achter zit.
DE VERKEERSSTREMMING IN HET
BEZETTE GEBIED.
De Frankf. Ztg. maakt opnieuw melding
van geruchten, dat de verkeersstremming
tusschen het bezette en het onbezette ge
bied ook na 26 dezer nog zal voortduren.
Het blad stelt er de ernstige ekonomisch
gevolgen van in het licht en wijst er o.a. op,
dat vele winkels den tijd, waarop zij ge
opend zijn reeds aanmerkelijk hebben inge
kort, daar hun voorraden klein zijn en niet
aangevuld kunnen worden. Andere zaken
zijn heelcmaal gesloten. Ten gevolge van het
groete gebrek aan kolen zijn ook vele in-
dustrieele bedrijven gedwongen stop te zet
ten. Door ditzelfde kolengebrek kunnen de
dorschmachines niet werken, zoodat groote
voorraden van den oogst nog niet gedorscht
konden worden. Ook te Keulen zijn veel
zaken gedwongen hun verkooptijd te bekor
ten, willen zij hun beperkte voorraden niet
geheel uitverkocht zien. De bond van klein
handelaars heeft zijn leden aanbevolen hun
zaken slechts van 1012 en van 46 ge
opend te houden. Groote firma's als Tietz
enz. hebben reeds sedert eenigen tijd hun
zaken slechts een paar uur per dag geopend.
Men weet dat in de Ver. Staten op het
oogenblik de graanboeren in een moeilijke
positie verkeeren en dat hun bedrijf verlies
oplevert. De tarweprijzen dalen en de boe
ren moeten als zij thans hun voorraden of
komende oogsten verkoopen, een aanzienlijk
verlies nemen. Op een quasi-vernuftige ma
nier, waarop echter Stuart Mill en Bastiat
vermoedelijk wel wat zouden hebben aan te
merken, wil men nu in Chicago de tarwe
bloem te hulp komen. De vernuftige mannen,
die een doeltreffend middel meenen te heb
ben gevonden, hebben zich tot het publiek
gewend met het verzoek, dat iedereen één
vat meel zal koopen en voortaan één boter
ham per dag meer zal eten.
Het middel doet denken aan het recept
tegen de armoede, uitgebracht door een
humaan denkend en bekwaam musicus, die
de sociale quaestie meende opgelost te heb
ben op de volgende simpele manier:
Verdeel zei hij den dag niet in 24
uren van 60 minuten doch in 48 uren van 30
minuten. Laat de „uurloonen" echter onge
wijzigd. Dan verdient voortaan iedereen dub
bel zoo veel als vroeger en kan hij ook van
zijn overdaad wat afzonderen voor lieden, die
in het geheel geen werk hebben en dus van
de loonsverdubbeling niet mee protiteeren.
Kort geleden had de president van de
Amerikaansche federatie van den arbeid,
Samuel Gompers, de verklaring afgelegd, dat
de arbeiders-organisaties in de Ver. Staten
niet zouden dulden, dat sowjet-agenten zich
met haar zaken bemoeiden. Thans is een
soortgelijke verklaring gekomen van den kant
van de V?r. Mijnwerkers van Amerika, een
organisatie die ook in de Britsche gebieden
van Noord-Amerika gezag heeft. De presi
dent der United Mine Workers of America,
John Lewis, heeft den leider der mijnwer
kers in het steenkoolgebied van Nova
Scotia, zekeren Livingston, uit de organisatie
gestooten, en ook het betreffende gebied
buiten den bond gezet.
Dit geschiedde op een jaarcongres in
Atlantic City, en op grond van het feit, dat
Livingston en de mijnwerkers in zijn district
revolutionairen zijn en opstaan tegen de
wetten waaronder zij zijn geplaatst.
De New-York World deelt mee, dat
Lansing, de voormalige secretaris van Staat
onder Wilson, de laatste jaren in ernstige
mate lijdende is geweest aan suikerziekte,
doch dat de behandeling met insuline hem
zooveel goed heeft gedaan en nog doet, dat
hij op weg is naar een volkomen genezing.
In het Britsche Lagerhuis is gesproken
over een bericht, dat in de Canadeesche
bladen had gestaan, dat n.l. Britsche sche
pen, die onderweg waren van Canada naar
Australië, op Honoloeloe (Amer. gebied)
zouden zijn gedwongen, hun drankvoorra
den af te geven, en de reis naar Australië
voort te zetten zonder sterken drank aan
boord voor bemanning of passagiers.
De woordvoerder van de Britsche regee
ring in het Lagerhuis zeide, er niets van te
weten.
De inbreker, die in het paleis van Wil
helm I te Berlijn zijn slag geslagen heeft,
moet blijkens 't onderzoek, 's nachts tegen
den voorgevel zijn opgeklommen. De inwo
nende beambten hebben van zijn aanwezig
heid niets bemerkt en pas tegen den middag
van den volgenden dag werd de inbraak
ontdekt doordat een voorbijganger een be
ambte opmerkzaam maakte op een gebro
ken ruit in de werkkamer. Deze kamer is
vrijwel leeggeplunderd, zoodat de dief ver
moedelijk medeplichtigen heeft gehad, die
buiten stonden en de aan een touw neer
gelaten voorwerpen in ontvangst namen. De
waarde van het gestolene, meest kostbare
schalen en beelden, moet zeer groot zijn.
De brand in het Königsmoor (in de
kreits Leer) is door het uitgraven van grond
gebluscht.
Naar Wolff uit Weenen meldt, is daar
de gewezen eerste-luitenant Ankermann, die
het vorige jaar in het Grunewald den aan
slag op het leven van Maximiliaan Harden
heeft gepleegd, gevangen genomen. Hij heeft
bekend, het misdrijf te hebben gepleegd.
Men weet ,dat de twee medeplichtigen
van A,, Weichardt en Grenz. reeds tot ge
vangenisstraf zijn veroordeeld.
Woensdag heeft de sowjet-regeering
aan de Amerikaansche gasten een groot
diner aangeboden, waarbij verschillende le
den van den raad van volkscommissarissen
en de Amerikanen Senator Fall, Sinclaire
en Rosevelt tegenwoordig waren. Kamenef,
Tsjitsjerin, Sjemachko en Krassin hielden
toespraken. Kamenef bracht hulde aan de
Amerikaansche steuncommissie en sprak den
dank der regeering en van het Russische
volk uit, aan Hoover, Kaskell en alle mede
werkers van de Amerikaansche steuncom
missie in den strijd tegen den hongersnood.
Tsjitserin wees er op, dat er geen geschillen
tusschen nel Kusslscne en nol Amerikaan
sche volk bestaan en sprak de hoop uit,
dat het verblijf in Rusland de toenadering
tusschen Amerika en. Rusland zal voorbe
reiden. Krassin sprak een „tot weerziens"
en geen „vaarwel" uit. Laskell betuigde ook
uit naam van Hoover zijn dank aan de
Sowjet-regeering voor de ondervonden
medewerking. Ook hij riep den aanwezigen
een tot weerziens en geen vaarwel toe.
Tomski heeft in een door hem, in zijn
kwaliteit van lid van het al-Russisch cen
traal uitvoerend comité op de derde ver
gadering van den raad van de vakvereeni-
gings-internationale uitgebracht rapport me
degedeeld dat op 1 Januari 1922 het totaal
aantal leden van vakvereenigingen in Rus
land 6.740.000 bedroeg; op 1 Januari 1923
bedroeg het 4.502.000 en op 1 April van dit
jaar .3439.000. Er valt dus sinds 1 Januari
1922 een daling van het aantal leder, met
50 percent te constateeren. Deze verminde
ring schrijft Tomski toe aan de sterke in
krimping van het personeel bij de staats
ondernemingen en handelsinstellingen, waar
door de werkloosheid grooter wordt. Aan
dezelfde oorzaak moet worden toegeschre
ven de vermindering van het contingent
communisten onder de vakvereenigingsleden,
welk contingent nu al gedaadl is tot 1
procent.
Men meldt, dat er in Frankrijk acht
Potez-vliegtuigen zijn besteld voor het Dcen-
sche leger. De toestellen worden voorzien
van Lorraine-motoren van 400 P.K., waar
door zij een snelheid van ca. 200 K.M. per
uur kunr.en ontwikkelen. De kosten bedra
gen per machine ongeveer 50.000 kr. De
levering moet in September of Octobe»
plaats hebben. Tevens zijn er twee kleinere
vliegtuigen besteld voor oefeningsdocleinden.
AMSTERDAM, 20 Juli. Aardappelen! Be
richt van Jac. Knoop. Noord-HcJlandsche
muizen f 3.504.20, id. kleine muizen ƒ2.10.
2.45; Hillegommer zandaardappelien/ 6;
Westl. ronde f 3.50—4.20 per H.L.; zomer
Malla-aardappelen 10 per 100 K.G.
LEEUWARDEN, 20 Juli. Vee. Aangevoerd
130 stieren 200—600 275 vette koeien
225—470 per K.G. f 1—1.30; 452 melk
en kalfkoeicn 200—180; 122 vette kalveren
f 32—78, 38 pinken f 110—170; 69 graskal-
veren f 4075, 95 nuchtere kalveren 10
18; 175 vetie schapen 3055; 105 wei-
deschapen f 2540; 240 lammeren 20—
30; 175 vette varkens 50—140 per 1\.G.
f 0.600.70; 40 magere varkens 2050;
35 vette biggen 2550; 27 kleine biggen
1016; 18 paarden, 42 bokken.
In gebruiksvee was weer handel; vette
koeien iets stijver; stieren vlugger; vette en
nuchtere kalveren williger; varkens door
kleinen aanvoer iets hooger, zouters 6465
et., voor Londen geen noteering; wolvee iels
duurder.
Eieren. Aanvoer 15.500, kippen- 57 ct.j
700 eenden- 57 ct.
LEEUWARDEN, 20 Juli. Boter. Aanvoer
73-3 en 172-6 v. Fabrieks 0.851.57, no
teering v. d. commissie f 1.60 per K.G. Kaas.
Sleutelkaas 0.180.43, Nagelkaas 0.17
0.22, Goudsche f 0.300.50. Edammer
0.27—0 62. Aanvoer 33.266 K.G.
UTRECHT, 20 Juli Kaas. Ter markt wa
ren 303 wagons met 97263 K.G. Prijzen le
soort f 32.5035, 2e soort f 2932, rijks-
merk 3340. Handel redelijk.
ZWOLLE, 20 Juli. Boter. Aangevoerd 100-
8 v., 10-6 v. en 280 stukken, samen 2240
K.G. Prijs 1-8 v. 2730, per K.G. f 1.55t
1.60.
Vee. Aanvoer 390 runderen, 62 graskalve
ren, 57 nuchtere kalveren. 7 schapen, 22
lammeren, 167 varkens en 643 biggen.
Men besteedde voor vette koeien 88120
ct., dito kalveren 95135 ct., dito varkens
5662 ct. per K.G., schapen 2050.
De handel was algemeen veel vlugger dan
de vorige week
AMSTERDAM, 20 Juli. Noteeringen v. h,
nieuwe Veilinggebouw Expl. De Jong Koe
ne. Meloenen groote ƒ0.801.25, idem klei
ne 0.400.60, perziken I 0.180.30,
idem II 0.070.13, per stuk; aardbeien
0.110.14 per pot, idem ƒ0.500.65, ker
sen extra 0.4652, kersen 0.340.42,
aalbessen Prolific 0.3630.60, idem 0.16
0.36, kruisbessen ƒ0.110.17, tomaten
0.460.60, Prinsesseboonen 0.800.85,
snijboonen 0.600.72 per K.G.; peen 7
12 per 100 bos; sla 11.70, andijvie
ƒ3.10—4.70 per 100 krop; komkommers 7
11.50, bloemkool 1014 per 100 stuks;
peulen 712, doppers 813, tuinboo-
nen 2.704, nieuwe aardappelen 4.10—
6; idem Drielingen 1.703.30, idem Westl.
zandaardappelen 78.20, id. id. Drielingen
2.90—6.10 per 100 K.G.
Bloemen. Rozen 37, kelken lelies
5—12, Calla's 11—16. Am. anjers 4
7, violieren 25, gladiolen 2.504.
dahlia's 35, snijgroen 4—9, per 100 st.
ALKMAAR, 20 Juli. Ter markt waren 160
stapels, wegende 170.000 K.G. Fabriekskaas
kleine 41 commissie 35, middelbare
boerenkaas kleine 40, commissie 35.
Handel vlug.
BOVENKARSPEL, Station, 19 Juli. Aard
appelen kos, due, ninetyfold 2.202.35,
schotse 2.052.70, kleine ƒ1.601.80
ronde 2.502.90 bonte 2.202.303, kriel
0.350.60 per baal, aanvoer 13850 balen;
le bloemkool 815.75, 2e id. 2.108.75,
3e id. 0.75 per 100 stuks, aanvoer 7650
stuks; wortelen 2.403.40 per 1000 stuk*,
aanvoer 21.000 stuks.
ENKHUIZEN, 19 Juli. Aardappelen.
Schotsche muizen 3.202.30, kleine 1.55
1.45, Andijker muizen 2.352.70, lcoksen
ƒ2.152,20, kleine ƒ1.401.45, alles per
baal (100 pond).
GOUDA. Bloemenveiling 20 Juli. Gloxinia's
3140 ct.; Trudcsconlia 1520 cl.; Oraecana
4050 ct.; Asparagus 35 ct.; Arancaria 30
70 ct. per stuk; Rozen 1045 cl.anminm
ren 318 et.; Dahlia's 840 ct.! Gladiolen
1540 ct.; Distels 2050 ct.; Margrieten 57
ct. Violieren 3060 ct. per 10 stuks; Aspara
gus 2560 cl.; Lathyrus 26 cl. per bos.
Naar het Duitsch van JOAN.
15.
Juffrouw Dijker zag hem bezorgd na en
mompelde
„Lieve God, wees hem genadig
Toen Eli bij de Bakkers aanbelde, werd
hem opengedaan door een vreemden man,
die hem van top tot teen mat, zijn gezicht
tot een grijslach vertrok en dan met ver
nederenden tooneelspelerspathos sprak
„Jongeman, als uw bochel mij niet bedriegt,
heb ik het genoegen met den heer Eli Man
chet. U ziet in mij den bekenden zangpaeda-
goog en helden-bariton Stormvogel, Karei
Stormvogel. Ik ben gisteren van een lange
kunstreis teruggekeerd, die mij aan de ver-
scheidenste vorstenhoven leidde. Maar daar
van een anderen keer Vandaag vier ik de
verloving met mijn geliefde bruid. Als u
ïchter op een anderen keer weerkomt, jonge
nan, zult u ons zeer welkom zijn I"
Daarmee maakte hij een statige buiging en
loot de deur.
Weg, weg 1 steunde Eli. Alles weg 1 Op
ie Bank daar is je plaats Een machine on
der de machines.
En terwijl hij als een bezetene door de
straten ijlde, dacht hij Wat heb ik toch ge
daan, dat alles mij zoo tegenloopt 1
Hij rende er blindelings op los, instinctief
en uit oude gewoonte den juisten weg vin
dend, zag geen menschen, zag geen huizen.
En juist wilde hij de Industriebank binnen
gaan, toen plotseling achter hem geroepen
werd „Vliegers
„Vliegers schreeuwden honderden stem
men door elkaar, en eer Eli wist, wat er met
hem gebeurde, was hij door een menschen-
stroom in het portaal van de Industriebank
gesleurd.
Eerst halverwege kwam hij tot bezinning,
n.l. toen hij voor het raam van de coupon-
afdeeling stond en op het stationsplein keek.
Daar zag hij een wagen van de electrische
staan, en terzijde van den wagen stond een
kind, dat er blijkbaar op wachtte, dat de
wagen verder zou rijden, om dan de r-ils
over te kunnen steken.
Het was een deftig gekleed kindje, dat
waarschijnlijk bij het w arschuwingsge-
schreeuw „Vliegers 1" door de vluchtende
gouvernante in den steeek was gelaten.
Een schrik doorvoer Eli's hart.
Hij stormde de straat op, om het verlaten
kind te redden.
Maar dit liep, zoodra het den misvormden
wild-gesticuleerden mensch op zich toe zag
ijlen, luid huilend de eerste de beste huis
gang in.
Eli hief als in geestvervoering zijn handen
ten hemeldaar hoorde hij achter zich een
geraas makend gedruisch. Hij draaide zisb om
en werd op hetzelfde oogenblik door een
vrachtauto, die door den chauffeur verlaten
was en de Keizerstraat ingereden kwam,
overreden.
Het vliegersgevaar bleek een loos alarm
te zijn. Maar het had toch een bloedig offer
geëischt.
Eli lag op de sofa m de directiekamer.
De oude Meijer had een deken over de ver
minkte ledematen uitgespreid. Eli had zijn
oogen gesloten zijn rechterhand tastte zoe
kend door de lucht cn raakte de slappe vin
gers van directeur Andriessen aan, die hij
dadelijk omsloot en teeder streelde.
Andriessen wierp een hulpeloozen blik op
directeur Snijders hij wilde zijn hand terug
trekken, maar toen Snijders hem toeknikte
haalde hij zijn schouders op en liet zijn hand
in die van de stervenden.
„Martha," fluisterde Eli, terwijl hij de vin
gers van Andriessen bleef liefkoozen, „Mar
tha.... nu sterf.... ik toch.... eenigszins
voor het.... va..der..land.
Hij sloeg zijn oogen op, legde zijn hoofd
opzij, steunde
De oude Meijer trok een deken over zijn
gezicht en nam zijn pet af. En directeur Snij
ders vroeg „Heeft hij familie, die men be
richten moet
Drie dagen later werd Eli begraven.
Een talrijke begrafenisstoet bewees hem
dc laatste eer.
Het bestuur van de joodsche gemeente was
voltallig aanwezig, en de rabbi hield een
mooie lijkrede, waarin hij den afgestorvene
als 'n vromen, aan de wet getrouwen jood
prees en hem als een goed mensch loofde.
Bij een goede daad, bij de redding van een
kind, heeft hij immers het leven gelaten.
Hij had weliswaar niet den bijbelschen
ouderdom bereikt daarvoor echter was hij
een waarachtig gelukkig mensch geweest.
Na den geestelijke sprak directeur Snij
ders, en hij noemde Eli het voorbeeld van
een plichtsgetrouwen beambte, dien de bank
steeds in vereerend aandenken bewaren zou.
Midden in zijn rede keek hij op zijn hor
loge, want hij had het gevoel, dat het al laat
was, en in dezen zenuwachtigen tijd mocht
hij toch geen beurszitting verzuimen.
De heer Jansen kraaide namens de beamb
ten, eenige droge woorden, die hij voor zulke
gelegenheden van buiten geleerd had.
Toen hij op de phrase kwam „En zoo leg
ik dezen krans op het graf van den ontslape
ne neer," viel hem plotseling in, dat bij jood
sche begrafenissen bloemen niet geoorloofd
zijn, en dat hij in het geheel geen krans in zijn
handen had. De kelen werden pijnlijk ge
schraapt.
Op een nabijgelegen grafsteen zat een
musch, tjilpte en bekeek de rouw-menigte.
Onder anderen was daar de heer Bakker,
die zijn stichtingsfeestjas weer aan had, en
vergeefsche moeite deed, om den onopgevoe-
den kleinen Simon in toom te houden.
Ook de heer Stormvogel was verschenen
vertelde tijdens de lijkrede, aan een hem ge
heel onbekenden bankbeambte van zijn weer-
galooze kunstenaarssuccessen. Hij dacht er
aan, binnenkort ook in Frankfurt een con
cert te geven. En de bankbeambte scheen
hem, in zoover hij dit naar het spreken be-
oordeelen kon, een uitstekende stem te be
zitten. Zijn heerlijke tooneelfiguur in aan
merking genomen, had hij zelfs een vermo
gen in de keel, en hij, Karei Stormvogel was
gaarne bereid, deze stem eens bij wijze van
uitzondering, maar werkelijk geheel bij wijze
van uitzondering, geheel kosteloos te onder
zoeken.
De dikke Repel was in het uniform van vice
wachtmeester verschenen, en maakte een zeer
statigen indruk. De tranen liepen over zijn
wangen toen ze Eli's graf dichtmaakten.
Verder was er ook de heer Timmerman
die weemoedig zuchtte „Hij heeft me toen
op dien Zondagavond weliswaar laten zitten
en is niet aan de Poolsche karper gekomen,
maar hij was toch een door-en-door braaf
mensch
De stoppelbaardige Joseph snikte trooste
loos daar hem de gewone servette ontbrak,
wist hij niet goed, wat hij met zijn rechter
hand beginnen moest en draaide verlegen met
Zijn antediluviaanschen hoogen hoed. Hij
fluisterde den werkelijk bedroefden ouden
Meijer toe „Het was een best mensch, alleen
in den laatsten tijd een beetje mesjogge 1
God hebbe zijn ziel 1"
De beverige Overdam geleek nu volkomen
op een ruine, omdat zijn oudste zoon in een
van de eerste gevechten gevallen was.
Opzien baarde een vreemde, blonde man
in onberispelijke kleeding.
Het was de vader van het kind, waarvoor
Eli zijn leven gegeven had. Hij was gekomen
met de bedoeling, een paar zinnen aan het
graf te spreken, maar toen de beaarding zoc
lang duurde, zag hij hiervan af, en stond nu
iets gegeneerd, met zijn gouden horlogeket
ting spelend, onder de onbekende menschen.
juffrouw Dijker was troosteloos geweest,
toen zij vernam, dat aan joodsche begrafenis
sen geen vrouwen deelnamen.
Zij zat, terwijl Eli ten grave gedragen werd,
op zijn kamer, en huilde met Marietje om het
hevigst.
En snikte afwisselend nu eens „Die arme
mijnheer Manchet 1" en dan weer „Mijn
goede zalige George
De begrafenis ging uiteen. De musch, die
op den nabijen grafsteen had gezeten, vloog
op den nieuwen grafheuvel en begon lustig
en onbekommerd te kwinkeleeren
Eli echter lag vredig in zijn graf, gekleed
volgens de zeden van zijn vaderen, en om zij
lippen speelde 't glimlachje der dooden.